NL7905092A

NL7905092A - PNEUMATICALLY DRIVEN IMPLEMENT.

Info

Publication number: NL7905092A
Application number: NL7905092A
Authority: NL
Original assignee: Rockwell International Corp
Priority date: 1978-06-29
Filing date: 1979-06-29
Publication date: 1980-01-03
Also published as: SE7905434L; FR2429638A1; GB2023742A; JPS556100A; CA1111321A; DE2925844A1

Description

r .r.

££

VV

VO 7888 _____VO 7888 _____

RocKwell Intarnational Corporation,RocKwell Intarnational Corporation,

Pittsburgh, Pennsylvania, Verenigde Staten van Amerika.Pittsburgh, Pennsylvania, United States.

. Pneumatisch gedreven werktuig.. Pneumatically driven tool.

De uitvinding heeft betrekking op een pneumatisch gedreven werktuig, en meer in het bijzonder óp een verbeterde klepinrichting voor het- regelen van de lucht, die afwisselend wordt gebracht naar en afgs-; laten vanaf elke zijde van een dubbelwerkende zuiger in een pneuma-5 : tische cilinder. iThe invention relates to a pneumatically driven tool, and more particularly to an improved valve device for controlling the air, which is alternately brought in and out; from either side of a double-acting piston in a pneumatic cylinder. i

Met kracht gedreven, heen en weer bewegende werktuigen, zoals metaalzagen en zandstrooiers, zijn algemeen bekend en elektrisch of pneumatisch werkzaam, waarbij bij de gangbaarder van de in de handel beschikbare soorten gebruik wordt gemaakt van een als een kerfjuksoort 10 bekend staande aandrijfinrichting voor het tot stand brengen van het heen en weer bewegen van het arbeid uitvoerende element.·Power-driven reciprocating tools, such as hacksaws and sand spreaders, are well known and electrically or pneumatically operated, using the more commonly known types of commercially available drive device known as a notched yoke type 10 effecting the reciprocating movement of the work-performing element.

Een aantal Amerikaanse octrooischriften beschrijft zagen en andere vormen van werktuigen, die pneumatisch worden bediend door dubbelwerkende zuigers, waarbij voor een verwijzing naar de leer van deze 15 openbaarmakingen, de aandacht wordt gevestigd op de Amerikaanse oc trooischriften 2.443.568 en 3.155.011.A number of U.S. patents disclose saws and other implements operated pneumatically by double-acting pistons, with reference to the teachings of these disclosures drawing attention to U.S. Patents 2,443,568 and 3,155,011.

Het positief met een klep sturen van perslucht in pneumatisch bediende werktuigen van de dubbelwerkende zuigersoort, geeft veelal de moeilijkheid van het precies in het midden centreren en tot stil-2o stand komen gedurende het herhaaldelijk aanzetten en stilzetten van het werktuig. De zuiger kan met andere woorden slechts een gedeelte van zijn slag hebben afgelegd wanneer hij wordt stilgezet, waarbij bij het trachten het werktuig weer aan te zetten, de schuifklep slechts een gedeelte van zijn gebruikelijke afstand is bewogen, waardoor het 25 werktuig in het midden van zijn slag tot stilstand komt.Positive control of compressed air in pneumatically operated implements of the double-acting piston type often presents the difficulty of centering and stopping exactly in the middle during repeated starting and stopping of the implement. In other words, the piston may have traveled only part of its stroke when stopped, attempting to turn the tool back on, the slide valve has moved only part of its usual distance, putting the tool in the center of the his stroke comes to a halt.

De verbeterde onderhavige klepinrichting heft het voorgaande vraagstuk op door het verschaffen van een schuifklep met bedisnings-middelen voor het tot stand brengen van een springbeweging daarvan tus- 790 5 0 92 ~ 2 ir sen eerste en tweede tegengehouden standen voor het afwisselend brengen van lucht naar en aflaten vanaf tegenover elkaar liggende zijden van de dubbelwerkende zuiger. Verder verschaft de onderhavige klep-inrichting een middel, waardoor de slaglengte van het arbeid uitvoe-5 rende element aanzienlijk is vergroot met betrekking tot bekende soorten'draagbare, met kracht aangedreven, heen en weer beweegbare werktuigen. In een pneumatische metaalzaag b.v. vergroot deze langere slag van het snijblad, in aanzienlijke mate het aantal snijtanden, dat tot inwerking wordt gebracht op een werkstuk, en verschaft deze 10 langere slag een zeer gewenst kenmerk van een verlengde, verwachte levensduur van het snijblad.The improved present valve arrangement solves the foregoing problem by providing a slide valve with actuating means for effecting a spring motion thereof between first and second held positions for alternately bringing air to and venting from opposite sides of the double-acting piston. Furthermore, the present valve device provides a means by which the stroke length of the work-carrying element is considerably increased with respect to known types of portable, power-driven, reciprocating tools. In a pneumatic hacksaw e.g. This longer stroke of the cutting blade greatly increases the number of cutting teeth that are brought into action on a workpiece, and this longer stroke provides a highly desirable feature of an extended, expected life of the cutting blade.

De onderhavige klepinrichting. is. aangebracht in een klephuis, dat is bevestigd aan een einde van een pneumatische cilinder,, waarin een dubbelwerkende zuiger heen en weer wordt bewogen. De klep bepaalt 15 een^ verschuifbaar blokdeel, waaraan een einde van een stangdeel of klepstang is verbonden. Het tegenoverliggende einde van dit stangdeel wordt verschuifbaar gedragen in een zuigerverlengingselement of een zuigerstang (hierna aangeduid als zuigersispng), en bevat een paar op onderlinge afstand liggende, van een flens voorziene hulsdelen, die 20 meegeefbaar daaraan zijn gemonteerd en voorzien van een daartussen aangebrachte schroefveer.The present valve device. is. mounted in a valve body, which is attached to one end of a pneumatic cylinder, in which a double-acting piston is moved back and forth. The valve defines a slidable block part to which an end of a rod part or valve rod is connected. The opposite end of this rod member is slidably supported in a piston extension element or a piston rod (hereinafter referred to as piston rod), and includes a pair of spaced flanged sleeve members, which are pivotally mounted thereon and provided with a coil spring disposed therebetween .

Deze flenzen werken samen met op onderlinge afstand liggende aanslagen in de zuigerstang, wanneer deze heen en weer wordt bewogen, hetgeen de schroefveer samendrukt in de mate, dat de hulsdelen elkaar 25 aangrijpen en tijdelijk de klepstang en de zuigerstang gezamenlijk als een enkel element doen bewegen. De eerste gezamenlijke beweging van de klepstang en de zuigerstang is voldoende voor het vanuit een van zijn twee vastgehouden standen vrijmaken van de klep, waarbij de door samendrukking in de schroefveer opgeslagen energie de klep snel 30 naar de andere vasthoudstand doet schuiven.These flanges interact with spaced stops in the piston rod as it is reciprocated, which compresses the coil spring to the extent that the sleeve members engage each other and temporarily cause the valve rod and piston rod to move together as a single element . The first joint movement of the valve rod and the piston rod is sufficient to release the valve from one of its two held positions, the energy stored by compression in the coil spring causing the valve to slide rapidly to the other holding position.

Het klepdeel draagt een paar op onderlinge afstand liggende cilindrische pennen, werkzaam samenhangende met een onder veerspan-ning staande tegenhoudplaat, voorzien van een paar op onderlinge afstand liggende tegenhoudorganen voor elke pen, welke organen de eerste 35 en tweede standen bepalen, waarin de klep afwisselend door het stang- 790 5 0 92 3 ' * deel wordt geschoven. Wanneer de veer wordt samengedrukt tegen de flenzen in de mate voor het op elkaar aangrijpen van de hulsdelen, wordt de veerkracht van de tegenhoudplaat overwonnen, waardoor de plaat wordtjedwcngen enigszins naar boven te bewegen, en de klep wordt 5 gedwongen een vooraf bepaalde afstand te verschuiven, welke afstand zijn pennen de tegenhoudorganen doet aangrijpen, die de klep in zijn eerste of tweede stand plaatsen afhankelijk van de bewegingsrichting van de zuiger.The valve member carries a pair of spaced cylindrical pins operatively associated with a spring-loaded retaining plate, provided with a pair of spaced retaining members for each pin, which members define the first 35 and second positions in which the valve alternately is pushed through the rod 790 5 0 92 3 '* part. When the spring is compressed against the flanges to the extent of engagement of the sleeve members, the spring force of the retaining plate is overcome, forcing the plate to move slightly upward, and forcing the valve to shift a predetermined distance which distance causes its pins to engage the retaining members which place the valve in its first or second position depending on the direction of movement of the piston.

Het is een algemeen doel van de uitvinding een verbeterde klep-10 inrichting te verschaffen voor een pneumatisch gedreven, heen en weer beweegbaar werktuig, waarbij de klep op een positieve wijze wordt bewogen en tijdelijk wordt gegrendeld in de standen voor het brengen van lucht naar en aflaten vanaf elke zijde van de dubbelwerkende zuiger.It is a general object of the invention to provide an improved valve-10 device for a pneumatically driven reciprocating implement, wherein the valve is positively moved and temporarily latched in the positions for air to and from discharge from either side of the double-acting piston.

Een verder doel is het verschaffen van een klepinrichting, 15 die wordt bediend voor het zodoende mogelijk maken van een aanzien lijke vergroting van de lengte van de werkzame slag, die de zuiger-stang kan afleggen.A further object is to provide a valve device, which is operated to thereby enable a significant increase in the length of the active stroke that the piston rod can travel.

Nog een verder doel is het verschaffen van een verbeterde klepinrichting. met een vereenvoudigde constructie, die betrekkelijk goed-20 kóóp kan worden vervaardigd, en een lange verwachte levensduur heeft.Yet a further object is to provide an improved valve arrangement. with a simplified construction, which is relatively good to manufacture, and has a long expected life.

0e uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin:The invention is further elucidated with reference to the drawing, in which:

Fig.l een ruimtelijk aanzicht is van een pneumatisch gedreven metaalzaag, waarbij een uitvoeringsvorm wordt toegepast van de onder-25 havige klepinrichting;Fig. 1 is a spatial view of a pneumatically driven hacksaw using an embodiment of the present valve device;

Fig.2 een doorsnede toont van de zaag volgens fig.l, waarbij het klepdeel in een van zijn twee standen is weergegeven,*Fig. 2 shows a section of the saw according to Fig. 1, the valve part being shown in one of its two positions, *

Fig.3 een aan fig.2 gelijke doorsnede toont, waarbij het klepdeel in de andere stand is weergegeven; 30 Fig.4 een doorsnede is van het klephuis, dat een einde vormt van de pneumatische cilinder;Fig. 3 shows a section similar to Fig. 2, the valve part being shown in the other position; Fig. 4 is a sectional view of the valve body forming one end of the pneumatic cylinder;

Fig.5 een eindaanzioht is van het in fig.4 weergegeven klephuis;Figure 5 is an end view of the valve body shown in Figure 4;

Fig.S een onderaanzicht is van het in de fig.4 en 5 weergegeven 35 klaphuis; sn 790 5 0 92 4 -rFig. S is a bottom view of the folding housing shown in Figs. 4 and 5; sn 790 5 0 92 4 -r

Fig.7 een ruimtelijk aanzicht is met uiteengenomen delen van het klephuis en de verschillende elementen van de klepinrichting.Fig. 7 is a spatial view with exploded parts of the valve body and the various elements of the valve device.

Onder verwijzing naar fig.l is de pneumatisch bedienbare metaalzaag, waarbij de onderhavige klepinrichting kan worden toegepast, 5 in zijn algemeenheid aangegeven door het verwijzingscijfer IQ. Bij zijn verschillende onderdelen bevat de metaalzaag een pneumatische cilinder 12, waarvan een einde een klephuis 14 bepaalt, voorzien van een regelhandgreep 16', die is verbonden met een willekeurige passende persluchtbron door middel van een leiding 18. Oe regelhandgreep 16 10 is voorzien van een gebruikelijke met de duim bedienbare regelklep 20 voor het gekozen aanzetten en stilzetten van de stroming perslucht in het klephuis 14. Het einde van de .cilinder 12 tegenover het klephuis. 14 wordt aangeduid als het voorste einde en bepaalt een huis 22.With reference to Fig. 1, the pneumatically operated hacksaw to which the present valve device may be used is generally indicated by the reference numeral IQ. In its various parts, the hacksaw contains a pneumatic cylinder 12, one end of which defines a valve housing 14, provided with a control handle 16 ', which is connected to any suitable compressed air source by means of a conduit 18. The control handle 16 10 is provided with a Conventional thumb-operated control valve 20 for selected turn-on and shut-off of compressed air flow in valve body 14. The end of cylinder 12 opposite valve body. 14 is referred to as the forward end and defines a housing 22.

Zoals weergegeven in fig.l heeft het bovenoppervlak van het huis 15 22 ®n spadevormige handgreep 24, die daarop is aangebracht door middel van een kopschroef 26. Het. onderoppervlak van het huis 22 bevat een uit een stuk daarmee gevormde, naar beneden zich uitstrekkende nok 28, voorzien van lensopening 30, die daarin is gevormd en op een bekende wijze dient als een middel voor het draaibaar dragen van de 20 metaalzaag tijdens de werking.As shown in Fig. 1, the top surface of the housing 15 has a spade-shaped handle 24 mounted thereon by means of a cap screw 26. The. bottom surface of housing 22 includes a one-piece, downwardly extending cam 28, having aperture 30 formed therein and serving in a known manner as a means for rotatably carrying the hacksaw during operation.

Onder verwijzing naar de fig.2 en 3 is de zuiger van de metaalzaag aangeduid door het verwijzingscijfer 32, en heen en weer beweegbaar gemonteerd in de cilinder 12 aan een einde van een zuigerstang 34. De zuiger heeft een gebruikelijke afdichting 36, die daarop is 25 aangebracht voor het voorkomen van het omlopen van lucht naar tegen over elkaar liggende zijden daarvan. De zuigerstang 34 strekt zich naar voren uit vanaf de zuiger 32 en gaat door een middenopening 38 in het huis 22, welke opening leinaafbussen 40 bevat, waarin de zuigerstang heen en weer wordt bewogen. Aanvullende gebruikelijke afdichtin-30 gen 42 en 44 zijn aangebracht in en bij het einde van het huis 22 in werkzame samenhang met de zuigerstang 34. Het vrije einde van de zuigerstang 34, welk vrije einde zich naar buiten uitstrekt vanaf het huis 22, is voorzien van een daaraan aangebracht snijblad 46 door middel van een gebruikelijke bladkap 48 en bevestigingsorganen 50 (fig.l 35 en 2).Referring to FIGS. 2 and 3, the piston of the hacksaw is designated by the reference numeral 32, and is reciprocally mounted in the cylinder 12 at one end of a piston rod 34. The piston has a conventional seal 36 mounted thereon. 25 arranged to prevent air from circulating to opposite sides thereof. The piston rod 34 extends forward from the piston 32 and passes through a center opening 38 in the housing 22, which opening includes conduit bushings 40 in which the piston rod is reciprocated. Additional conventional seals 42 and 44 are provided in and at the end of the housing 22 in operative association with the piston rod 34. The free end of the piston rod 34, which free end extends outwardly from the housing 22, is provided of a cutting blade 46 mounted thereto by means of a conventional blade cap 48 and fasteners 50 (FIGS. 35 and 2).

7905092 ' 5 ‘ =* £7905092 '5' = * £

Onder verwijzing naar de fig.3 en 4 is een klepstang of stang-deel 52 aangebracht voor een schuifbeweging in en in een richting co--axiaal met de zuigerstang 34. Het einde van dit stangdeel 52 in de zuigerstang 34 heeft een verkleinde diameter bij 54, en een paar op 5 onderlinge afstand liggende, van een flens voorziene hulsdelen 56 en 53, meegeefbaar daaraan gemonteerd met een schroefveer 60 daartussen.Referring to Figures 3 and 4, a valve rod or stem portion 52 is provided for a sliding movement in and in a direction coaxial with the piston rod 34. The end of this stem portion 52 in the piston rod 34 has a reduced diameter at 54, and a pair of spaced flanged sleeve members 56 and 53 pivotally mounted thereto with a coil spring 60 therebetween.

Het einde van het stangdeel 52 in de zuigerstang is voorzien van schroefdraad en van een daarop aangebrachte moer 62, die dient voor het op het gedeelte 54 van het stangdeel vasthouden van de van een 10 flens voorziene hulsdelen 56 en 53 en de schroefveer 50.The end of the rod portion 52 in the piston rod is threaded and has a nut 62 mounted thereon, which serves to retain the flanged sleeve portions 56 and 53 and the coil spring 50 on the portion 54 of the rod portion.

Zoals weergegeven in de fig.3 en 4 heeft het einde van het stangdeel 52 tegenover het einde in de zuigerstang 34, ook een verkleinde diameter 64. Dit einde 64 van het stangdeel 52 is bevestigd aan een klepblok 66 door middel van een pen 58, die verschüifbaar is 15 gemonteerd in het klephuis 14. Het bavenoppervlak van het klepblok 66As shown in Figures 3 and 4, the end of the rod portion 52 opposite the end in the piston rod 34 also has a reduced diameter 64. This end 64 of the rod portion 52 is attached to a valve block 66 by means of a pin 58, slidably mounted in the valve body 14. The baven surface of the valve block 66

Cfig.7] heeft een paar op onderlinge afstand liggende, daarin gevormde kanalen 70 en 72, waarin zich resp. de pennen 74 en 76 bevinden.Figure 7] has a pair of spaced apart channels 70 and 72 formed therein, in which, respectively. pins 74 and 76 are located.

Het klepblok 66 is verschuifbaar aan een plaatdeel 78, voorzien van openingen, die poorten 80, 82 en 84 bepalen. Dit plaatdeel 20 is in de aangebrachte stand stilstaand, en bevindt zich tussen het klepblok 66 en een grondblok 86, dat de onderzijde vormt van het klephuis 14. Het grondblok 86 is voorzien van een aantal gaten 88 langs elke zijde daarvan, welke gaten in lijn liggen met soortgelijke gaten SO, aangebracht in het plaatdeel 78, en die door middel van pas-25 sende bevestigingsorganen, niet weergegeven, een middel verschaffen voor het in de werkstand in het klephuis 14 plaatsen van het klepblok 56.The valve block 66 is slidable on a plate portion 78, provided with openings defining ports 80, 82 and 84. This plate member 20 is stationary in the fitted position, and is located between the valve block 66 and a ground block 86, which forms the underside of the valve housing 14. The ground block 86 is provided with a plurality of holes 88 along each side thereof, which holes line up with similar holes SO provided in the plate portion 78, and which, by means of appropriate fasteners, not shown, provide a means for placing the valve block 56 in the working position in the valve body 14.

Een vasthoudplaat S2 is meegeefbaar aangebracht in het klephuis 14, en wordt ononderbroken in aanraking gebracht met de rollen 30 74 sn 76 door middel van schroefveren 94 en 96. De veren 94 en 96 zijn op onderlinge afstand geplaatst Cfig.2 en 33, en rusten in openingen 98 en 100 in het klephuis 14 op een wijze, waardoor hun onderste einden worden gedwongen aan te liggen tegen het bovenoppervlak van de tegenhoudplaat 32. Teneinde een andere dan een verticale bewe-35 ging van da tegenhoudplaat 92 te voorkomen, is de tegenhoudplaat voor- 7905092 r_ V» ~ 6 ~ *r zien van een paar vaste Xeipennen 102 en 104, welke pennen op.onderlinge afstand zijn aangebracht en zich naar boven uitstrekken in lei-gaten 106 en 108. De onderzijde van de tegenhaudplaat is voorzien van een paar tegenhoudorganen voor elke pen 74 en 76, welke organen 5 in fig.7 zijn aangeduid door de verwijzingscijfers 110 en 112.A retaining plate S2 is movably mounted in the valve body 14, and is continuously brought into contact with the rollers 30 74 sn 76 by means of coil springs 94 and 96. The springs 94 and 96 are spaced from Figs. 2 and 33, and rest in openings 98 and 100 in the valve body 14 in a manner forcing their lower ends to abut the top surface of the retaining plate 32. In order to prevent any other than vertical movement of the retaining plate 92, the retaining plate is see 7905092 r_ ~ 6 ~ * r of a pair of fixed Xe pins 102 and 104, which pins are spaced apart and extend upwardly in guide holes 106 and 108. The bottom of the counter plate is provided with a pair of retaining members for each pin 74 and 76, which members 5 in FIG. 7 are indicated by reference numerals 110 and 112.

De poorten 80, 82 en 84 in het plaatdeel 78 liggen boven en in lijn met openingen in het grondblok 86, aangeduid door de verwijzingscijfers 114, 116 en 118.The gates 80, 82 and 84 in the plate portion 78 are above and aligned with openings in the base block 86, indicated by the reference numerals 114, 116 and 118.

Wanneer het klepblok 66 wordt gedwongen heen en weer te bewegen 10 door nog te beschrijven middelen, bedekt en opent het blók afwisselend de poorten 80 en. 84, zodat perslucht afwisselend eerst aan een zijde van de zuiger 32 wordt gebracht en dan aan de andere in de cilinder 12. -When the valve block 66 is forced to reciprocate by means yet to be described, the block alternately covers and opens the ports 80 and. 84, so that compressed air is alternately introduced first to one side of piston 32 and then to the other in cylinder 12. -

De poort 82 dient als een afvoerpoort, en voor het synchroon 15 met het afwisselend brengen van lucht naar elke zijde van de zuiger, afvoeren van lucht vanaf de zijde van de zuiger tegenover de zijde die de perslucht ontvangt. Deze poort 82 ligt in lijn met de opening ^ 116 in het grondblok 86, waarbij door middel van verdeelopeningen 120 Cfig.2 en 3) verbonden met de opening 116, lucht vanaf de onder-20 kant of onderzijde van het klephuis 14 wordt afgevoerd.The port 82 serves as a discharge port, and in synchronism with alternately bringing air to each side of the piston, exhausting air from the side of the piston opposite the side receiving the compressed air. This port 82 is in line with the opening 116 in the ground block 86, whereby air is discharged from the bottom or bottom of the valve housing 14 by means of distribution openings 120 (Figures 2 and 3) connected to the opening 116.

De openingen 114 en 118 in het grondblok 86 zijn langwerpig, en liggen in lijn met de poorten 80 en 84, zoals hiervoor beschreven. Aanvullend bevat het plaatdeel de openingen 122 en 124 tfig.7], die zich bevinden bij de poorten 80 en 84, en ook boven de openingen 114 25 en 118, gevormd in het grondblok 86, liggen. Wanneer het klepblok wordt gedwongen heen en weer te bewegen, gaat perslucht afwisselend de openingen 114 en 116 binnen door de poorten 80 en 84, waarbij de openingen 122 en 124 dienen voor het leiden van deze lucht naar boven door de kanalen 126 en 128 Cfig.5).'Het kanaal 126 verbindt de ope-30 ning 122 met een buis 130, die zich uitstrekt door de zuiger 32, en leidt afwisselend perslucht naar het voorste gedeelte van de cilinder 12 door een poort 132, verschaft in de buis 130. Het kanaal 128 verbindt de opening 124 met een poort 134 Cfig.5, 6 en 7], die zich bevindt in het klephuis 14 voor het zodoende afwisselend leiden van 35 perslucht naar de tegenoverliggende zijde van de zuiger 32 in de ci- 790 5 0 92 - 7 - « linder 12.The openings 114 and 118 in the base block 86 are elongated, aligned with the gates 80 and 84 as previously described. In addition, the sheet member includes the openings 122 and 124 (Figure 7) located at the gates 80 and 84, and also located above the openings 114, 25 and 118 formed in the base block 86. When the valve block is forced to reciprocate, compressed air alternately enters openings 114 and 116 through ports 80 and 84, openings 122 and 124 for directing this air upwardly through channels 126 and 128 FIG. 5) The channel 126 connects the opening 122 to a tube 130 extending through the piston 32, and alternately directs compressed air to the front portion of the cylinder 12 through a port 132 provided in the tube 130. The channel 128 connects the opening 124 to a port 134 (Figures 5, 6 and 7] located in the valve body 14 for alternately directing compressed air to the opposite side of the piston 32 in the cylinder. 92 - 7 - linder 12.

Onder het verwijzen naar de fig.2 en 3 wordt het stangdeel 52 verschuifbaar geleid in de zuigerstang 34 door middel van sen naafbus 136, die een middel verschaft voor het bevestigen van de zuiger 32 5 aan het einde van de zuigerstang 34, welk einde zich in de cilinder 12 bevindt.Referring to FIGS. 2 and 3, the rod portion 52 is slidably guided in the piston rod 34 by means of a hub sleeve 136, which provides a means for securing the piston 32 to the end of the piston rod 34, which end extends in the cylinder 12.

De boring van de zuigerstang 34, in welke boring het stangdeel verschuifbaar is, is aangeduid door het verwijzingscijfer 138, waarbij de naafbus.136, die de zuiger 32 draagt, zich over een zodanig 10 voldoende afstand uitstrekt in deze boring, dat zijn binneneinde een aanslag 140 bepaalt Cfig.23. De boring 138 is aan zijn binneneinde ook tegengeboord, hetgeen is aangeduid door het verwijzingscijfer 142, waarbij de tussen de boring en de tegenboring gevormde schouder een aanslag 144 bepaalt Cfig.2).The bore of the piston rod 34, in which bore the rod part is slidable, is indicated by the reference numeral 138, in which the hub sleeve 136, which carries the piston 32, extends in this bore by sufficient distance that its inner end is stop 140 defines Fig.23. The bore 138 is also drilled at its inner end, which is indicated by the reference numeral 142, the shoulder formed between the bore and the counterbore defining a stop 144 (Fig. 2).

15 Voor het samenvatten van de werking worden de zuiger en zuiger stang op algemeen bekende wijze heen en weer bewogen docrafwisselend brengen van lucht naar en afvoeren vanaf tegenover elkaar liggende zijden van de zuiger. Wanneer de zuiger en zuigerstang naar links in de cilinder bewegen (fig.2), wordt de aanslag 144 in de zuigerstang 2a gedwongen het van een flens voorziene gedeelte aan te grijpen van het hulsdeel 53, waardoor deze meegeeft naar links over een voldoende afstand voor het samendrukken van de schroefveer 60 en het aangrijpen van het hulsdeel 56.To summarize the operation, the piston and piston rod are reciprocated in a known manner, alternately bringing air to and discharging it from opposite sides of the piston. When the piston and piston rod move to the left in the cylinder (Fig. 2), the stop 144 in the piston rod 2a is forced to engage the flanged portion of the sleeve portion 53, allowing it to flex to the left a sufficient distance for compressing the coil spring 60 and engaging the sleeve portion 56.

De aangrijping van de twee hulsdelen 56 en 58 doet de klep-25 stang en de zuigerstang gezamenlijk bewegen over een voldoende afstand voor het overwinnen van de drukkracht van de veren 94 en 35 op de te-genhoudplaat 32, hetgeen het in een opwaartse richting meegeven van deze plaat tot gevolg heeft. Nadat de tegenhoudplaat op deze wijze meegeeft, is de energie in de samengedrukte veer 60 voldoende voor 30 het snel naar links verschuiven van het klepblok 66, waardoor de pen nen 74 en 76 daarvan worden gedwongen langs de onderzijde te schuiven van de tegenhoudplaat met een minimum aan weerstand. Gedurende deze beweging kan het klepblok slechts bewegen Gver een afstand, die zijn pennen in lijn plaatst met de naburige tegsnhoudorganen, die ogenblik-35 keiijk naar beneden worden bewogen door de veren 94 en 96 voor het zo- 7905092 7 - a ~ doende in deze stand stilzetten van het klepblok. Het klepblok wordt tijdelijk in deze stand gehouden wanneer lucht in het achterste gedeelte wordt gebracht van de cilinder, en afgevoerd uit het. voorste gedeelte.The engagement of the two sleeve members 56 and 58 causes the valve rod and the piston rod to move together a sufficient distance to overcome the compressive force of the springs 94 and 35 on the retaining plate 32, thereby imparting it in an upward direction of this record. After the retaining plate yields in this manner, the energy in the compressed spring 60 is sufficient to rapidly slide the valve block 66 to the left, forcing the pins 74 and 76 thereof to slide along the bottom of the retaining plate with a minimum to resistance. During this movement, the valve block can only move about a distance, which aligns its pins with the neighboring retaining members, which are momentarily moved downwardly by the springs 94 and 96 for the sake in this case. stop the valve block. The valve block is temporarily held in this position when air is introduced into the rear portion of the cylinder and exhausted from it. front part.

5 Wanneer de zuiger en zuigerstang in de tegengestelde richting bewegen, zoals weergegeven in fig.3, wordt de aanslag 140 gedwongen het van een flens voorziene gedeelte aan te grijpen van het hulsdeel 56, waardoor dit wordt gedwongen naar rechts mee te geven over een voldoende afstand voor het samendrukken van de schroefveer 60 en het 10 aangrijpen van het hulsdeel 58. Evenals bij de beweging in de tegenge stelde richting bewegen de klepstang en zuigerstang gezamenlijk voor het zodoende overwinnen van de drukkracht van de veren 94 en 96, waarbij de in de veer 60 opgeslagen energie het klepblok snel naar rechts verschuift, waar het wordt stilgezet door de aangrenzende tegenhoud-15 organen.When the piston and piston rod move in the opposite direction, as shown in Fig. 3, the stop 140 is forced to engage the flanged portion of the sleeve portion 56, forcing it to yield to the right over a sufficient distance for compressing the coil spring 60 and engaging the sleeve portion 58. As with the movement in the opposite direction, the valve rod and piston rod move together to thereby overcome the compressive force of the springs 94 and 96, the Spring 60 stored energy quickly shifts the valve block to the right, where it is stopped by the adjacent retaining members.

Hoewel, de uitvinding in zijn thans de voorkeur verdienende uitvoeringsvorm is beschreven bij toepassing in b.v. een metaalzaag, is het duidelijk, dat wijzigingen en veranderingen kunnen worden aangebracht zonder de strekking en de omvang van de uitvinding te verlaten, 20 zoals voor deskundigen op dit gebied duidelijk is, en dat het beschre ven klepmechanisme in andere soorten pneumatisch heen en weer beweegbare werktuigen kan worden gebruikt.However, the invention in its presently preferred embodiment has been described when used in e.g. a hacksaw, it is clear that modifications and alterations can be made without departing from the scope and scope of the invention, as is apparent to those skilled in the art, and that the disclosed valve mechanism in other types is pneumatically reciprocated tools can be used.

790 5 0 92790 5 0 92

Claims

1. Valve device for a pneumatically driven hacksaw, which device comprises a valve housing operatively associated with a double-acting piston mounted reciprocally in a pneumatic cylinder, and with a piston rod extending from the cylinder for carrying a cutting blade, characterized by a valve member movably reciprocally mounted in the valve housing, by means operatively connecting the piston rod to the valve member for moving it synchronously with the piston between first and second positions for alternate guiding from compressed air to 10 opposite sides of the piston with alternating discharge, from the side of the piston opposite to the side on which the compressed air operates, and by means mounted in the valve body in operative connection with the valve member for temporarily latching it in each of the first and second positions when moving there by the movement resources.

2. Device as claimed in claim 1, characterized in that the moving means comprise a rod part, one end of which is attached to the valve part, and the opposite end being carried reciprocally in the piston rod.

The device according to claim 2, characterized in that the end of the rod portion in the piston rod includes a pair of spaced flanged sleeve members slidably mounted thereon with a spring means interposed therebetween, the piston rod being spaced apart , includes internal stops, which are movable with the piston rod to alternately engage the flanged sleeve members to effect disengagement of the locking means and move the valve member from one position to the other.

4. A device according to claim 1, characterized in that the locking means comprise a pair of spaced pendulums which are received in spaced channels formed in and extending perpendicular to the direction of movement. 92, the valve member, further a retaining plate, which is mounted to be movable in abutting relationship with the pendulars, the valve member in the valve housing comprising a pair of retaining members for each of the pendulums, which retaining members define the first and second positions. of the valve part when moving it through the moving means.

Device as claimed in claim 4, characterized in that at least a spring part is mounted in the valve housing in active connection with the retaining plate for continuously pressing this plate in abutting relationship with the pendulum parts and the valve part. . iQ 8 '. Device according to claim 4, characterized in that the retaining plate comprises a pair of spaced apart guide pins, which pins then extend into aligned openings in the valve body to prevent the retaining plate from passing in a direction perpendicular to the direction of movement of the valve part. J-

7. Device according to claim 1, characterized by a pipe section extending from the valve housing through the double-acting piston and pneumatic cylinder, and comprising means defining a port for introducing and releasing air from the cylinder at 20. the side of the piston furthest from the valve body.

8. Valve device for a pneumatically driven reciprocating tool, the device comprising a valve housing operatively associated with a double-acting piston mounted reciprocally in a pneumatic cylinder and a piston extension member extending from the cylinder for driving a work-carrying part, characterized by a valve part movably mounted to and fro in the valve body, by means operatively connecting the piston extension element to the valve part for moving the valve part synchronously with the piston between 30 first and second positions for alternately directing compressed air to opposite sides of the piston and alternately exhausting air from the piston side opposite the compressed air side, and by means mounted in the valve body in operative sash hang with the valve member for temporarily locking it in each the first and second positions during a movement there 790 5 0 82 • linearly by the movement means.

9. Device as claimed in claim 8, characterized in that the locking means comprise a pair of mutually spaced pendulums, received in spaced channels, formed in and extending perpendicular to the direction of movement of the valve member, by a retaining plate mounted flexibly in abutting relationship with the pendulum members and the valve member in the Valve Body, the retainer plate including a pair of retainer members for each of the pendulum members defining first and second positions of the valve member as it moves through the moving means.

10. Device as claimed in claim 9, characterized by pressure means, operatively associated with the valve housing for continuous pressing of the retaining plate in abutting relationship with the pendulum members and the valve part.

11. Device as claimed in claim 9, characterized in that the retaining plate has a pair of mutually spaced guide pins, which pins extend therefrom into aligned openings in the valve body to prevent the retention plate from yielding in a direction perpendicular to the direction of movement of the valve-20 part.

An apparatus according to claim 8, characterized by a pipe section extending from the valve housing through the double-acting piston and pneumatic cylinder, and comprising means for determining a port for introducing air into and discharging it from the cylinder. 25 Under on the side of the piston furthest from the valve body. 790 5 0 92