NL7901568A

NL7901568A - Mast in sailing craft with two attached booms holding sail - booms can rotate to wind in sail, and traction unit acts on sail towards boom ends

Info

Publication number: NL7901568A
Application number: NL7901568A
Authority: NL
Original assignee: Robbert Das
Priority date: 1979-02-27
Filing date: 1979-02-27
Publication date: 1980-08-29

Abstract

The sailing vessel has at least one mast (I) which incorporates fixtures for a sail and two booms (K, L) capable of movement in all directions. The mast is rotatable around its longitudinal axis enabling the sail to be wound around it, and the two booms each have a sail attached to them. They are pivotable in relation to one another between a spread position for sailing before the wind and one where they are located next to each other. An elastic traction boom (H) exerts a force on the part of each of the sails connected to the booms, and this in the direction of the boom end.

Description

t' P12.770/dW/MV_~ 1 ~____ ROBBERT DAS, ST. AYGULF, Frankrijk.t 'P12.770 / dW / MV_ ~ 1 ~ ____ ROBBERT DAS, ST. AYGULF, France.

Zeilschip.Sailing ship.

De uitvinding heeft betrekking op een zeilschip en { meer in het bijzonder een zeilschip van het type met per mast alleen een grootzeil, ook wel catboot geheten.The invention relates to a sailing ship and more in particular a sailing ship of the type with only a mainsail, also called cat boat, per mast.

Dergelijke schepen zijn voldoende wendbaar wanneer 5 men door de wind wil gaan, maar hebben bij het vóór de wind zeilen het nadeel, dat hetzij de fok ontbreekt, hetzij met aparte middelen, bijvoorbeeld als ballonfok, moet worden aangebracht.Such ships are sufficiently manoeuvrable when one wants to go through the wind, but have the drawback when sailing upwind that either the jib is missing or has to be fitted with separate means, for example as balloon jib.

De uitvinding beoogt een zeilschip van dit type te 10 verschaffen, waarmede in het bijzonder op eenvoudige en doelmatige wijze voldoende zeil voor vóór de wind zeilen verkregen kan worden, benevens nog verdere voordelen die in het volgende besproken zullen worden.The object of the invention is to provide a sailing ship of this type, with which in particular a simple and efficient manner of obtaining sufficient sail for upwind sailing can be obtained, as well as further advantages which will be discussed below.

Dienovereenkomstig wordt er volgens de uitvinding 15 in voorzien dat de mast draaibaar is om zijn lengte-as, zodat het zèil om de mast gewikkeld kan worden, waarbij twee gieken elk verbindbaar zijn met een zeil en de gieken ten opzichte van elkaar zwenkbaar zijn tussen een gespreide stand voor vóór de wind zeilen en een naast elkaar gelegen 20 stand.Accordingly, according to the invention, it is provided that the mast is rotatable about its longitudinal axis, so that the sail can be wound around the mast, two booms each being connectable with a sail and the booms being pivotable relative to one another spread position for upwind sailing and a side-by-side position.

Een dergelijk schip heeft het voordeel, dat gereefd kan worden, door de mast te draaien, dat uitgevaren kan worden met een om de mast gedraaid zeil, dat op het water zeer makkelijk zonder hijsen uitgezet kan worden en ten 25 slotte dat bij zeilen met de gieken naast elkaar een goede aanstroming verkregen wordt door het dubbelzeil, dat om de mast is gelegen.Such a ship has the advantage that it is possible to reef by turning the mast, which can be sailed out with a sail turned around the mast, which can very easily be deployed on the water without hoisting and finally that when sailing with the booms next to each other a good flow is obtained by the double sail, which is situated around the mast.

Gewezen wordt in dit verband op een uit de praktijk bekende tweemaster, ontworpen door Hoyt waaruit op zichzelf 30 “éen dubbelzeil bekend is met de bijbehorende goede aan- 79 0 15 6 8 .__~ 2 "_______ I stroming. jIn this connection, reference is made to a two-master known from practice, designed by Hoyt, from which 30 “one double sail is known per se, with the associated good flow. 79 0 15 6 8 .__ ~ 2” _______ I.

Gebleken is, dat bij hoge windsnelheid dikke masten j gunstiger zijn als compensatie van grotere kans op wervels, j Bij lagere windsnelheid is evenwel een te dikke mast on- j 5 ! gunstig. Bij de uitvinding wordt nu bereikt, dat in de standj j J waarin gereefd wordt, dus het zeil gedeeltelijk om de mast j | gewikkeld is, in de praktijk een dikkere mast verkregen | I wordt en een dunnere bij ongereefd zeilen met minder wind. j | Verder wordt op het zogenaamde systeem van Hoofd gewe- : 10 j zen, waaruit het bekend is binnen een mast een oprolconstruc-jIt has been found that thick masts j are more favorable at high wind speed to compensate for a greater risk of vertebrae, j At lower wind speed, however, a too thick mast is j 5! favorable. In the invention it is now achieved that in the position j in which the weaving is carried out, i.e. the sail is partly wrapped around the mast j | wound, in practice a thicker mast is obtained I becomes a thinner when cruising sailing with less wind. j | Furthermore, the so-called Hoofd system: 10 years, from which it is known within a mast a roll-up construction

tie voor het zeil aan te brengen. Deze constructie heeft Ifor the sail. This construction has I.

afgezien van de technische complicatie duidelijk het nadeel ; van een te dikke mast bij lichte wind. ! i l j Ten slotte wordt er op gewezen dat Lungstrom in Zweden j i ] 15 twee zeilen bevestigd h-eft aan een verstaagde, niet draai- j i bare mast. Deze zeilen konden met twee gieken worden uitgezet.apart from the technical complication, the disadvantage is clearly; from a mast that is too thick in light wind. ! Finally, it is pointed out that in Sweden, Lungstrom has two sails attached to a stiffened, non-rotating mast. These sails could be deployed with two booms.

Ook kan worden gewezen op het zogenoemde "LAPWING" zeil ; j van Kol. Hasler in Engeland, waarbij een dubbel zeil aan een draaibare ongestaagde mast is bevestigd en waarvan de zeil- ; 20 halshoeken aan twee slechts in zijdelingse richting te bewegen gieken zijn vastgemaakt. ! jAlso referred to as the so-called "LAPWING" sail; j van Kol. Hasler in England, where a double sail is attached to a rotatable unsteady mast and whose sail; 20 neck angles are attached to two booms that can only be moved in a lateral direction. ! j

Bij voorkeur zijn de beide zeilen in de draaistand van . de mast, waarin de zeilen volledig van de mast zijn afgewik- ; keld, aan de voorzijde van de mast bevestigd. Dit geeft de 25 j gunstige aanstroming bij zeilen met naast elkaar gelegen i gieken. ' ; Volgens nader een nadere uitwerking van de uitvinding j : wordt er in voorzien dat een elastisch trekorgaan is inge-; richt een permanente trekkracht op de met de giek verbonden 30 ! delen van elk van de zeilen uit te oefenen in de richting, j naar het einde van de bijbehorende giek toe. Hierdoor wordt : bereikt, dat gedurende het zeilen eenvoudig gereefd kan worden, omdat de uithalers van de beide zeilen kunnen worden losgegooid, waarna de mast gedraaid kan worden, zonder dat 35 : de zeilen geheel langs de giek kunnen glijden. Na het reven -kunnen de uithalers dan weer gespannen worden.Both sails are preferably in the rotational position of. the mast, in which the sails are completely unwound from the mast; attached to the front of the mast. This gives the 25 yr favorable flow when sailing with adjacent booms. '; According to a further elaboration of the invention, it is provided that an elastic pulling member is inserted; direct a permanent pulling force on the 30 connected to the boom! apply parts of each of the sails in the direction, j toward the end of the associated boom. Hereby is achieved, that during the sailing it is easy to reef, because the eviscerators of the two sails can be released, after which the mast can be turned, without the sails sliding completely along the boom. After the reefing, the eviscerators can then be tensioned again.

7901568 “3 nr * - —_————-----j7901568 “3 nr * - —_————----- j

Een eenvoudige constructie voor een draaibare mast j bestaat daarin, dat de mast in een stilstaande mastkoker is j gelegerd en dat een reeflijn om de mast is gewikkeld. Nu kan ' het reven worden uitgevoerd, door de reeflijn in te halen · 5 waarbij de door de wind op het zeil uitgeoefende kracht er steeds voor zorgt, dat de mast niet zelf in de richting van verder reven draait. Daardoor is een enkele reeflijn voldoende.A simple construction for a rotatable mast j consists in that the mast is journalled in a stationary mast tube and that a reefing line is wound around the mast. Now the reefing can be carried out by overtaking the reefing line · 5, whereby the force exerted by the wind on the sail always ensures that the mast does not rotate itself in the direction of further reefing. As a result, a single reefing line is sufficient.

Bij voorkeur worden de beide gieken aan een ondersteu-10 ningsconstructie bevestigd, die aan de mastkoker bevestigd is.Preferably, both booms are attached to a support structure, which is attached to the mast shaft.

Daardoor wordt bereikt, dat de beide gieken aan de mast-zijde bevestigd zijn, zonder dat zij elkaar in de weg zitten ; dan wel een onoverzichtelijke constructie ontstaat die gemakkelijk in het ongerede kan komen.This ensures that the two booms are attached to the mast side without interfering with each other; or a cluttered construction arises that can easily get lost.

15 Een gunstige verbinding van de gieken met hun vaste onder- steuningsconstructie kan gevormd worden door een buigzame verbinding, bijv. van het type, dat gebruikt wordt voor het trillingsvrij opstellen van machines, welke constructies in het aglemeen een elastisch orgaan met een diabolovorm 20 bevatten.A favorable connection of the booms with their fixed support construction can be formed by a flexible connection, eg of the type used for vibration-free setting up of machines, which constructions in the agme and contain an elastic member with a diabolo shape. .

Bij een zeilschip volgens de uitvinding heeft men in principe twee schoten, die evenwel in het algemeen op dezelfde wijze bediend moeten worden, nl. bij zeilen met naast elkaar gelegen giek omdat dan de gieken gezamenlijk 25 bewogen moeten worden en bij zeilen voor de wind om de gieken ongeveer dezelfde stand ten opzichte van de langsas van het schip te laten innemen. Een dergelijke symmetrische stand vanJ de beide zeilen voorkomt het vaak aanmerkelijke giermoment, dat optreedt bij schepen met een grootzeil en eventueel aan de 30 andere zijde van de mast een fok of ballonfok. Dit maakt het : zeilen aanmerkelijk aangenamer en minder vermoeiend en verlaagt de roerweerstand.In principle, with a sailing ship according to the invention there are two shots, which, however, generally have to be operated in the same manner, namely with sails with adjacent boom, because then the booms must be moved together and with sails upwind allow the booms to assume approximately the same position with respect to the longitudinal axis of the ship. Such a symmetrical position of the two sails prevents the often considerable yawing moment which occurs on ships with a mainsail and possibly a jib or balloon jib on the other side of the mast. This makes it: sailing significantly more pleasant and less tiring and reduces the rudder resistance.

De uitvinding wordt in het volgende nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin: 35 fig. X schematisch in bovenaanzicht een zeilschip volgens de uitvinding toont? 7901568 -4 - ί fig. 2 een detail op grotere schaal toont; fig. 3.een eerste zeilstand schematisch toelicht; | fig. 4 een tweede zeilstand schematisch toelicht; en jThe invention is further elucidated hereinbelow with reference to the drawing, in which: Fig. X schematically shows a top view of a sailing ship according to the invention? 7901568-4 - Figure 2 shows a detail on a larger scale; fig. 3. schematically illustrates a first sailing position; | Fig. 4 schematically illustrates a second sailing position; and j

! I! I

; fig. 5, 6 en 7 schematisch zeilstanden aangeven. ] s 1 5 i In de tekening zijn met A en B de bakboord- en stuur- i boordgrootschoten aangegeven. Deze zijn aan de achterzijde j van het schip via blokken 1 geleid, die zelf weer over een j ! omloop P lopen, waardoor het eenvoudig mogelijk isde blokken 1 naar elkaar te leggen, bij zeilen met de beide gieken ! 10 I K en L naast elkaar, dan wel elk aan een zijde van het schip ; met de gieken in de onderling gespreide stand, die in fig. 1 ' . is aangegeven. Een rekkoord Q tussen de schootblokken is ; werkzaam om bij gijpen van één van de zeilen, waarbij uiteraard \ speling in de schoot van het gijpende zeil ontstaat de beide ·; i 15 schootblokken zich naast elkaar te laten leggen.; Figures 5, 6 and 7 schematically indicate sailing positions. ] s 1 5 i In the drawing, A and B indicate port and starboard bulkheads. These are led at the rear j of the ship via blocks 1, which in turn themselves over a j! orbit P, making it easy to place blocks 1 together when sailing with both booms! 10 I K and L side by side, or each on one side of the ship; with the booms in the staggered position shown in FIG. 1 '. is indicated. A drawstring Q between the lap blocks is; working to jibe one of the sails, whereby of course \ play in the lap of the sliding sail creates the two ·; i 15 sheets to be placed side by side.

: Zoals verder in het bijzonder in fig. 1 zichtbaar is zijn de beide schoten A en B naar de mastzijde geleid over i een rol 3 bij het einde van de giek en een rol 4 dicht bij de mast gelegen waarna zij via een leirol 5 naar de achter-20 zijde van het schip zijn gevoerd, waarbij uiteraard kikkers of andere vastzetorganen aanwezig zijn. Door deze constructie wordt bereikt, dat de schoten gemakkelijk met dezelfde hand op dezelfde wijze bediend kunnen worden, hetgeen in het bijzonder van belang is bij zeilen met naast elkaar gelegen 25 > gieken.As further seen in particular in Fig. 1, the two shots A and B are guided to the mast side over a roller 3 at the end of the boom and a roller 4 located close to the mast, after which they are guided via a guide roller 5 to the rear side of the ship is lined, with of course frogs or other securing members being present. This construction ensures that the sheets can easily be operated in the same manner with the same hand, which is particularly important for sails with side-by-side booms.

Het zeil is bij zijn hoekpunt 6 met een om de giek lig-j gende lus 7, waarop op zichzelf bekende wijze kralen kunnen ] zijn aangebracht voor een makkelijker over de giek glijden, ; bevestigd, waarbij een uithaler C met de lus 7 is verbonden.The sail is at its corner point 6 with a loop 7 surrounding the boom, on which beads known per se can be applied for easier sliding over the boom; attached, with an eviscerator C connected to loop 7.

30 Deze uithaler is door de giek geleid en dicht bij de mast over een leirol 8 in de giek via een leirol 9 bij de mast naar een kikker 10 geleid. Hetzelfde geldt uiteraard voor de stuurboorduithaler D.This eviscerator has been guided through the boom and passed close to the mast over a guide roller 8 in the boom via a guide roller 9 near the mast to a frog 10. The same, of course, applies to the starboard steamer D.

Verder is aan de lus C een elastisch snoer H bevestigd, 35 dat in de giek via. een rol 11 in de voorkant weer naar een "vast punt in de giekachterkant wordt geleid. Snoer H gaat 7901568 i *r * -5 - via een katrol aan het achtereinde van de giek naar het jFurthermore, an elastic cord H is attached to the loop C, which is connected in the boom via. a roller 11 in the front is again guided to a "fixed point in the boom rear end. Cord H goes 7901568 i * r * -5 - through a pulley at the rear of the boom to the j

hoekpunt van het zeil. Ivertex of the sail. I

De funktie van dit snoer is om bij reven en ontreven gedurende het zeilen, wanneer de uithalers C en D losgenomen * 5 dan wel ontspannen zijn voor een voldoende spanning van het zeil te zorgen. Dit reven gebeurt, zoals nog besproken zal : worden, door draaiing van de mast I.The function of this cord is to ensure sufficient tension of the sail in case of reefing and unevenness during sailing, when the eviscerators C and D are loosened * 5 or are relaxed. As will be discussed, this reefing is done by rotating the mast I.

In fig. 1 zijn verder de op zichzelf bekende voorhalers of voorneerhalers F aan bakboord en G aan stuurboord weer-10 gegeven, waarbij er bij toepassing op de uitvinding twee aanwezig moeten zijn en wel één voor elke giek.In Fig. 1, the per se known pre-haulers or pre-haulers F on the port and G on the starboard are also shown, whereby when applied to the invention two must be present, one for each boom.

Zoals in het bijzonder in fig. 2 is weergegeven, is de mast I draaibaar in een mastkoker J en is om de mast een reeflijn E geslagen, die bij 12 aan de mast is bevestigd.As shown in particular in Fig. 2, the mast I is rotatable in a mast tube J and a reef line E is wrapped around the mast, which is attached to the mast at 12.

15 De reeflijn E loopt over een blok 13, dat aan een vast met de mastkoker verbonden ondersteuningsdeel 14 is bevestigd, waarna de reeflijn via een verder blok 15 naar de achterzijde van het schip is gevoerd en daar (zie fig. 1) via een vast-zetinrichting naar een lier S gevoerd kan worden.15 The reef line E runs over a block 13, which is attached to a support part 14 fixedly connected to the mast shaft, after which the reef line is led via a further block 15 to the rear of the ship and there (see fig. 1) via a fixed setting device can be fed to a winch S.

20 De gieken K en L zijn elk door middel van een elastisch verbindingsorgaan 16 met het ondersteuningsdeel 14 verbonden.The booms K and L are each connected to the support part 14 by means of an elastic connecting member 16.

Deze organen bestaan uit een diabolovormig deel van elastische kunststof of kunstrubber, die door middel van bouten, waarvan er één bij 17 zichbaar is en/of een lijnverbinding zijn 25 bevestigd. Dergelijke elastische verbindingsorganen zijn bekend en worden bijv. gebruikt voor het trillingsvrij opstellen van machines. Gebleken is dat met een dergelijk verbindingsorgaan op eenvoudige en overzichtelijke wijze voldoende zwenkbaarheid van de gieken verkregen kan worden.These members consist of a diabolo-shaped part of elastic plastic or synthetic rubber, which are fastened by means of bolts, one of which is visible at 17 and / or a line connection. Such elastic connecting members are known and are used, for example, for setting up machines without vibration. It has been found that sufficient swiveling of the booms can be obtained in a simple and clear manner with such a connecting member.

30 De zeilen zijn op overigens bekende wijze door middel van een bevestigingsorgaan M aan de mast bevestigd. De zeilvallen T zijn eveneens aan de mast bevestigd.The sails are fastened to the mast in a known manner by means of a fastening member M. The sail traps T are also attached to the mast.

In fig. 3 is schematisch de zeilstand toegelicht bij zeilen vóór de wind. Beide zeilen zijn bij M aan de mast 35 bevestigd en schematisch is daarnaast het achteraanzicht van de zeilen weergegeven. Wanneer men nu bij vóór de wind 79 0 1 5 68 -6 - S'- * i wil reven worden de uithalers C en D losgemaakt, waarna de ] elastische organen H nog een zekere spanning op het zeil ] houden, waarna de reeflijn E door middel van de lier S ί wordt aangehaald en de mast draait. In fig. 4 is de stand 5 van het zeil weergegeven waarbij pijlen de richting aanduiden: j waarin het zeil beweegt resp. de mast draait bij het reven. ! ] Rechts in fig. 4 is de gereefde stand weergegeven. jIn fig. 3 the sailing position is schematically explained when sailing before the wind. Both sails are attached to mast 35 at M and the rear view of the sails is schematically shown in addition. If one now wants to reef in front of the wind 79 0 1 5 68 -6 - S'- * i, the eviscerators C and D are released, after which the elastic members H keep a certain tension on the sail, after which the reefing line E is tightened by means of the winch S ί and the mast rotates. Fig. 4 shows the position of the sail, wherein arrows indicate the direction in which the sail moves or resp. the mast rotates when reefing. ! ] The right-hand position is shown on the right in Fig. 4. j

Bij zeilen met de gieken naast elkaar (fig. 5) heeft men; * in feite een dubbelzeil dat om de mast is geslagen. Dit j I - - 10 j geeft een zeer goed aanstromingsprofiel. *When sailing with the booms side by side (fig. 5) one has; * in fact a double sail wrapped around the mast. This j I - - 10 j gives a very good flow profile. *

Wanneer nu gereefd moet worden gebeurt in feite het- j zelfde als eerder bij de gespreide zeilstand voor zeilen v66r de wind is beschreven en worden de uithalers C en D ' ( weer losgemaakt, en de reeflijn aangehaald. Dit heeft tot 15 . gevolg, dat (zie fig. 5, 6 en 7) het ene zeil aanvankelijk • iets gevierd wordt (overgang van fig. 5 naar fig. 6) en het andere zeil wordt ingenomen. Bij verder om de mast draaien worden de beide zeilen ingenomen, zoals uit fig. 7 blijkt.In fact, when reefing is to be done, the same happens as previously described in the spread sail position for sails before the wind and the eviscerators C and D '(are loosened again, and the reefing line is tightened. This has the consequence that (see fig. 5, 6 and 7) one sail is initially slightly celebrated (transition from fig. 5 to fig. 6) and the other sail is taken in. When turning further around the mast, both sails are taken in, as from Fig. 7 appears.

Zoals reeds is opgemerkt heeft de uitvinding bij weinig ; 20 wind, wanneer dus niet gereefd wordt, het voordeel van zeer ï goede aanstroming en een relatief dunne mast. Bij harde wind wordt de mast, waarvan de feitelijke dikte verhoogd wordt door eet er op gewonden zeil, groter. Bij harde wind bestaat de mogelijkheid van verlaging van de effektiviteit van de 25 j zeilen doordat wervels optreden en daarbij is de grotere ; : middellijn van de mast gunstig om minder wervels op te laten .As already noted, the invention has little; 20 wind, when not reefing, the advantage of very good flow and a relatively thin mast. In strong winds, the mast, the actual thickness of which is increased by eating on wounded sail, becomes larger. In strong winds there is the possibility of lowering the effectiveness of the 25 y sails due to the occurrence of vertebrae and the larger one is; : diameter of the mast favorable for less vertebrae.

! treden. Dit compenseert geheel of gedeeltelijk de minder ; i gunstige aanstroming bij gereefd zeil.! steps. This fully or partially compensates for the less; i favorable flow with reefed sail.

Een bijzonder voordeel van de uitvinding is, dat het 30 j mogelijk is, bijv. door middel van peddelen, de haven uit j te varen met het zeil volledig om de mast gewikkeld. Eenmaal op het water gekomen kan het schip in de gewenste stand gebracht worden en door viering van de reeflijn E het zeil uitgezet worden. Men kan via de uithalers C of D de 35 zeilen naar de giekuiteinden trekken.A particular advantage of the invention is that it is possible to sail out of the port, for example by means of paddling, with the sail completely wrapped around the mast. Once on the water, the ship can be brought into the desired position and the sail can be turned off by celebrating the reef line E. The 35 sails can be pulled to the boom ends via the eviscerators C or D.

Het zeilschip volgens de uitvinding verenigt een aantal 7901568 «s k -7 - - »-" ------- ' — — — ,,μ ............ ""i zeer gewenste eigenschappen. In de eerste plaats is de j bediening eenvoudig en gemakkelijk door ëën persoon uit te j voeren.The sailing ship according to the invention combines a number of 7901568 «sk -7 - -» - "------- '- - - ,, μ ............" "i very desirable properties First, the j operation is simple and easy to perform by one person.

Verder ontbreekt de fok en de bediening daarvan, 5 waarbij de gunstige aanstroomvorm van het om de mast geslagen zeil in elk geval bij ongereefde stand van het zeil nog redelijk scherp opkruisen mogelijk maakt. Een bijzonder j voordeel is, dat reven bijzonder snel en eenvoudig kan gebeuren, hetgeen in de praktijk een groot voordeel is, 10 wanneer, bijv. bij het optreden van buien, onregelmatige wind te verwachten is. Bij het varen vëór de wind bestaat het grote voordeel van een praktisch symmetrische belasting van de zeilen, waardoor niet, zoals bij grootzeil en fok, het giermoment voortdurend door het roer gecompenseerd 15 moet worden, hetgeen niet alleen vermoeiend is of het op zichzelf ongewenste vastzetten van de helmstok met zich meebrengt, maar ook de vaarsnelheid van het schip niet onaanzienlijk verlaagt.Furthermore, the jib and its operation are lacking, whereby the favorable upstream shape of the sail wrapped around the mast, in any case still allows for fairly sharp cruising when the sail is unrepaired. A special advantage is that reefing can take place particularly quickly and simply, which is a great advantage in practice when irregular wind is to be expected, eg when showers occur. When sailing downwind, there is the great advantage of a practically symmetrical loading of the sails, which means that, as with mainsail and jib, the yawing moment has to be constantly compensated by the rudder, 15 which is not only tiring or the undesired locking in itself of the tiller, but also does not significantly reduce the sailing speed of the ship.

- conclusies - 790 1 5 68- conclusions - 790 1 5 68

Claims

1. Sailing vessel with at least one mast, which is provided with fasteners for one sail and two in all! directions freely movable booms, with method I; Note that the mast is rotatable about its longitudinal axis, so that the sail can be wrapped around the mast, with two booms! ! each connectable with a sail and the booms are pivotable relative to j j between a spread position for j; sailing upwind and a side by side position. j

2. Sailing vessel according to claim 1, characterized in that: 10. the two sails are in the pivot position of the mast, t; in which the sails are completely unwound from the mast, i are attached to the mast at the front of the mast. j j.

3. Sailing vessel according to claim 1 or 2, characterized in that an elastic pulling member is arranged to exert a permanent pulling force on the parts of each of the sails connected to the boom in the direction towards the end of the associated boom. 1

Sailing ship according to claim 3, characterized in that; note that the elastic puller is an elastic cord 20 passed over a guide roller at the end of the boom! j 1 towards the mast side of the boom.

: 5. Sailing vessel according to claim 2 or 4, characterized in that the elastic pulling member is stored in the boom and is guided via a pulley at the rear to a roller in the boom front and then to a fixed point at the boom rear.

Sailing vessel according to one or more of the preceding claims, characterized in that the mast is mounted in a stationary mast tube and that a reefing line is wound around the mast. ί i l *

Sailing ship according to claim 6, characterized in that a winch for the reefing line is present.

8. Sailing vessel according to claim 6 or 7, characterized in that a supporting construction for the booms is attached to the mast shaft.

9. Sailing vessel according to claim 8, characterized in that the booms are connected to the supporting construction by means of a flexible connection.

Sailing ship according to claim 9, characterized in that the flexible connection comprises an elastic member with a diabolo shape.

11. Sailing vessel according to one or more of the preceding claims, characterized in that the shots have each been guided from a point at the end of the relevant boom via said boom to a guide device located close to the mast.

Sailing vessel according to one or more of the preceding claims, characterized in that the mast is unsteady. 7901568