NL2032904B1

NL2032904B1 - Half-timbered design

Info

Publication number: NL2032904B1
Application number: NL2032904A
Authority: NL
Inventors: Hendriks Marc; Otto Rudolf Stuut Johann; Smeding Fokke; Thomas Hummel Lars
Original assignee: Sixty82 B V
Priority date: 2022-08-30
Filing date: 2022-08-30
Publication date: 2024-03-15
Also published as: WO2024047462A1

Abstract

Een vakwerkinrichting, omvat een stel langwerpige buislichamen (10) die zich in een longitudinale richting onderling evenwijdig uitstreken en die door spijlen (30) ruimtelijk gescheiden van elkaar zijn verbonden. De buislichamen (10) zijn aan overstaande uiteinden voorzien, althans voorzienbaar, van koppelmìddelen (20) voor een losneembare koppeling met een buislichaam van een verdere vakwerkinrìchtìng. De spijlen (30) hebben een polygonale 10 doorsnede en zijn aan hun kopse uiteinden in hoofdzaak volgens ten minste één zijde van een omtrek van die doorsnede over een, althans in projectie, in hoofdzaak rechtlijnig traject met een aangrenzend buislichaam verbonden. Fig. 1A truss arrangement comprises a set of elongated tube bodies (10) which extend mutually parallel in a longitudinal direction and which are connected in a spatially separated manner from each other by bars (30). The tube bodies (10) are provided at opposite ends, or at least can be provided, with coupling means (20) for a releasable coupling with a tube body of a further truss arrangement. The bars (30) have a polygonal cross-section and are connected at their ends substantially along at least one side of a circumference of that cross-section over a substantially rectilinear path, at least in projection, to an adjacent tubular body. Fig. 1

Description

VakwerkinrichtingHalf-timbered design

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een vakwerkinrichting, omvattende een stel langwerpige buislichamen die zich in een longitudinale richting onderling evenwijdig uitstreken en die door spijlen ruimtelijk gescheiden van elkaar zijn verbonden, waarbij de buislichamen aan overstaande uiteinden van koppelmiddelen zijn voorzien, althans voorzienbaar zijn, voor een losneembare koppeling met een buislichaam van een verdere vakwerkinrichting.The present invention relates to a lattice device, comprising a set of elongated tube bodies which extend parallel to each other in a longitudinal direction and which are connected to each other in a spatially separated manner by bars, wherein the tube bodies at opposite ends are provided with, or at least are provided for, coupling means for a releasable coupling with a tubular body of a further truss installation.

Een dergelijke vakwerkinrichting wordt gewoonlijk aangeduid als truss en veelal toegepast om daaruit een tijdelijke, semi-permanente of permanente constructie op te bouwen, bijvoorbeeld in het kader van podiumbouw en/of decorbouw. Daarbij wordt een aantal van dergelijke vakwerkinrichtingen onderling en eventueel onder tussenkomst van hoekelement door middel van handmatig aan te brengen en ophefbare koppelingen met elkaar verbonden. De aldus gevormde constructie dient vaak als bevestigingsbasis voor technische installaties, zoals verlichtingsspots en luidsprekers, en voor het oprichten van al of niet tijdelijke draagconstructies.Such a truss structure is usually referred to as a truss and is often used to build a temporary, semi-permanent or permanent construction from it, for example in the context of stage construction and/or set construction. A number of such latticework devices are connected to each other, possibly through the intervention of a corner element, by means of couplings that can be manually applied and lifted. The construction thus formed often serves as a mounting base for technical installations, such as lighting spotlights and speakers, and for erecting temporary or non-temporary supporting structures.

Een bekende truss is bijvoorbeeld beschreven in Europese octrooiaanvrage … daarin gaat het om drie of vier evenwijdige buislichamen die door middel van een stelsel van spijlen onderling zijn verbonden. Aan hun uiteinden dragen de buislichamen cups waarmee een verbinding tot stand kan worden gebracht met een overeenkomstige cup aan een uiteinde van een verdere truss onder tussenkomst van een passend tweezijdig spiedeel. Voor de fabricage van dergelijke trussen wordt gewoonlijk uitgegaan van aluminiumdelen, zowel voor wat betreft de buislichamen als de spijlen. De delen worden gewoonlijk handmatig aan elkaar gelast en aldus tot de uiteindelijke vakwerkinrichting samengesteld.A well-known truss is, for example, described in a European patent application ... which involves three or four parallel tube bodies that are interconnected by means of a system of bars. At their ends the tube bodies carry cups with which a connection can be made with a corresponding cup at one end of a further truss through a suitable two-sided key part. The manufacture of such trusses is usually based on aluminum parts, both for the tube bodies and the bars. The parts are usually welded together manually and thus assembled into the final truss structure.

Een bezwaar van de bekende truss is dat de fabricage daarvan vaardigheid en vakmanschap vereist, met name voor wat betreft de vele lasverbindingen die handmatig rondom de spijlen dienen te worden gerealiseerd en mede daardoor tijdrovend en kwetsbaar zijn.A drawback of the known truss is that its manufacture requires skill and craftsmanship, especially with regard to the many welded connections that have to be made manually around the bars and are therefore time-consuming and vulnerable.

Met de onderhavige uitvinding wordt onder meer beoogd te voorzien in een vakwerkinrichting van de in de aanhef beschreven soort die aanzienlijk eenvoudiger kan worden geproduceerd en die mede daardoor zich beter leent voor robotisering.The present invention aims, among other things, to provide a lattice device of the type described in the opening paragraph that can be produced considerably more simply and which is therefore more suitable for robotization.

Om het beoogde doel te bereiken heeft een vakwerkinrichting van de in de aanhef beschreven soort volgens de uitvinding als kenmerk dat de spijlen van een buislichaam naar ten minste één daarmee verbonden verder buislichaam ten minste een spijl omvatten die zich over ten minste één in hoofdzaak rechtlijnig traject met het buislichaam is verbonden.In order to achieve the intended purpose, a lattice device of the type described in the preamble according to the invention is characterized in that the bars from a tubular body to at least one further tubular body connected thereto comprise at least one bar that extends over at least one substantially rectilinear path. is connected to the tube body.

Door aldus gebruik te maken van een in wezen rechte verbinding, in plaats van een gekromde zoals bij de bekende truss, laten de onderlinge verbindingen tussen de spijlen en de buislichamen zich in één of meer in wezen rechtlijnige bewegingen aanbrengen. Niet alleen vergt dit minder vaardigheid van een vakman, ook laat dit proces zich beter robotiseren. In het bijzonder kan voor het lassen van een dergelijke vakwerkinrichting in een bijzondere uitvoeringsvorm worden volstaan met bewegingssysteem (robot) met een bewegingsvrijheid over slechts vier assen. Voor het lassen van de ronde spijlen van de bekende vakwerkinrichting is daarentegen een aandrijving over zes assen vereist om volledig rondom de spijlen te kunnen lassen.By thus using an essentially straight connection, instead of a curved one as with the known truss, the mutual connections between the bars and the tube bodies can be made in one or more essentially rectilinear movements. Not only does this require less skill from a professional, this process is also easier to robotize. In particular, in a special embodiment, a movement system (robot) with freedom of movement over only four axes is sufficient for welding such a lattice device. In contrast, for welding the round bars of the known lattice structure, a drive over six axes is required in order to be able to weld completely around the bars.

Tevens is er dankzij de louter in hoofdzaak rechtlijnige verbinding(en) volgens de uitvinding meer ruimte beschikbaar voor manipulatie van een lasttoorts of dergelijke om de verbinding{en} fysiek inwendig, binnenin de vakwerkinrichting te realiseren. Dit alles maakt dat de fabricage van de vakwerkinrichting niet alleen handmatig minder vakmanschap vereist, maar bovendien dat zowel handmatig als volledig geautomatiseerd de productie sneller, betrouwbaarder en mede daarmee tegen lagere fabricagekosten kan worden gerealiseerd.Thanks to the essentially rectilinear connection(s) according to the invention, there is also more space available for manipulation of a welding torch or the like to realize the connection(s) physically internally, within the truss structure. All this means that the manufacture of the latticework device not only requires less manual craftsmanship, but also that production can be achieved faster, more reliably, both manually and fully automated, and therefore at lower manufacturing costs.

Een voorkeursuitvoeringsvorm van de vakwerkinrichting heeft daarbij als kenmerk dat de spijlen een polygonale doorsnede hebben, en dat de spijlen over een, althans in projectie, in hoofdzaak rechtlijnig traject volgens ten minste één zijde van die doorsnede, in het bijzonder volgens twee zijden van die doorsnede en meer in het bijzonder volgens alle zijden van die doorsnede, aan een kops uiteinde daarvan, in het bijzonder aan elk van beide kopse uiteinden, met een aangrenzend buislichaam zijn verbonden.A preferred embodiment of the truss arrangement is characterized in that the bars have a polygonal cross-section, and that the bars extend over a, at least in projection, essentially rectilinear path along at least one side of that cross-section, in particular along two sides of that cross-section. and more specifically, along all sides of that cross-section, are connected at one end thereof, in particular at each of both end ends, to an adjacent tubular body.

Een bijzondere uitvoeringsvorm van de vakwerkinrichting heeft daarbij volgens de uitvinding als kenmerk dat de spijlen van een eerste buislichaam naar ten minste één daarmee verbonden verder buislichaam ten minste een eerste spijl en een tweede spij! omvatten die zich over respectievelijk ten minste één eerste, in hoofdzaak rechtlijnig, traject en ten minste één tweede, in hoofdzaak rechtlijnig, traject met het eerste buislichaam zijn verbonden, waarbij het eerste in hoofdzaak rechtlijnige traject en het tweede in hoofdzaak rechtlijnige traject zich in wezen evenwijdig aan elkaar uitstrekken. Doordat de verbindingen van respectievelijk de eerste spijl en de tweede spij! evenwijdig zijn, kunnen de verbindingen in een relatief vloeiende gang na elkaar worden gerealiseerd waarbij hoogstens een transversale translatie noodzakelijk is.According to the invention, a special embodiment of the lattice device is characterized in that the bars from a first tubular body to at least one further tubular body connected thereto have at least a first bar and a second bar! which are connected to the first tube body over at least one first, substantially rectilinear, path and at least one second, substantially rectilinear, path, respectively, wherein the first substantially rectilinear path and the second substantially rectilinear path are essentially extend parallel to each other. Because the connections of the first bar and the second bar respectively! are parallel, the connections can be realized one after the other in a relatively smooth course, requiring at most a transverse translation.

In een nadere voorkeursuitvoeringsvorm kan een dergelijke translatie zelfs worden vermeden.In a further preferred embodiment, such a translation can even be avoided.

Daartoe is het vakwerk volgens de uitvinding in die voorkeursuitvoeringsvorm gekenmerkt doordat het eerste in hoofdzaak rechtlijnige traject en het tweede in hoofdzaak rechtlijnige traject in wezen in elkaars verlengde liggen, evenwijdig aan de longitudinale richting van de buislichamen.To this end, the framework according to the invention in that preferred embodiment is characterized in that the first substantially rectilinear trajectory and the second substantially rectilinear trajectory are essentially in line with each other, parallel to the longitudinal direction of the tube bodies.

Hoewel in beginsel voor de spijlen van een uiteenlopend volledige of gedeeltelijke polygonale doorsnede kan worden uitgegaan, heeft een verdere bijzondere uitvoeringsvorm van de vakwerkinrichting volgens de uitvinding als kenmerk dat de spijlen een rechthoekige, in het bijzonder vierkante, doorsnede hebben. Een rechthoekige of vierkante doorsnede heeft als voordeel dat de kopse randen daarvan over een drietal orthogonale assen bereikbaar zijn.Although in principle the bars can be assumed to have a varying full or partial polygonal cross-section, a further special embodiment of the truss arrangement according to the invention is characterized in that the bars have a rectangular, in particular square, cross-section. A rectangular or square cross-section has the advantage that its end edges are accessible along three orthogonal axes.

Hoewel daarbij kan worden uitgegaan van massieve staven, heeft een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de vakwerkinrichting volgens de uitvinding als kenmerk dat de spijlen holle kokerprofielen omvatten. Niet alleen leiden holle kokerprofielen met behoud van sterkte tot een gewichtsbesparing en tot lagere materiaalkosten, ook laten dergelijke spijlen zich beter thermisch lassen doordat een warmtedissipatie daarin geringer zal zijn.Although solid bars can be used as a starting point, a further preferred embodiment of the truss arrangement according to the invention is characterized in that the bars comprise hollow box profiles. Not only do hollow box profiles lead to weight savings and lower material costs while retaining strength, such bars are also easier to thermally weld because heat dissipation will be lower.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de vakwerkinrichting volgens de uitvinding gekenmerkt doordat de buislichamen en de spijlen uit eenzelfde materiaal zijn gevormd, in het bijzonder uit metaal zoals staal of aluminium, en althans in hoofdzaak door midde! van louter in hoofdzaak rechtlijnige verbindingen onderling aan elkaar zijn gelast. Met het oog op een verhoogde buigstabiliteit en sterkte heeft een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de vakwerkinrichting volgens de uitvinding daarbij als kenmerk dat de buislichamen onderling kruislings door middel van de spijlen zijn verbonden.In a further preferred embodiment, the truss arrangement according to the invention is characterized in that the tube bodies and the bars are formed from the same material, in particular from metal such as steel or aluminum, and at least substantially through the middle. of merely essentially rectilinear connections are mutually welded together. With a view to increased bending stability and strength, a further preferred embodiment of the truss arrangement according to the invention is characterized in that the tubular bodies are mutually cross-connected by means of the bars.

Een verdere bijzondere uitvoeringsvorm van de vakwerkinrichting is gekenmerkt doordat de buislichamen aan hun kopse uiteinde in een gemeenschappelijk eindraam worden ontvangen en dat de buislichamen en het eindraam over ten minste één derde, in hoofdzaak rechtlijnig, traject onderling zijn verbonden. Dergelijke eindramen hebben een tweeledige functie. Tijdens fabricage worden de buislichamen daardoor op de juiste onderlinge afstand en positie gehouden. Nadat alle delen onderling zijn verbonden, bieden de eindramen bovendien een verbeterde transversale sterkte, torsiestijfheid en stabiliteit aan de inrichting.A further special embodiment of the truss arrangement is characterized in that the tubular bodies are received at their end in a common end frame and that the tubular bodies and the end frame are interconnected over at least one third, substantially rectilinear, distance. Such end frames have a dual function. During manufacture, the tube bodies are therefore kept at the correct distance and position. In addition, after all parts are interconnected, the end frames provide improved transverse strength, torsional stiffness and stability to the device.

Ook voor de verbinding van het eindraam wordt in deze uitvoeringsvorm met voordeel van een in hoofdzaak rechtlijnige verbinding uitgegaan. In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de vakwerkinrichting daarbij bovendien gekenmerkt doordat het derde in hoofdzaak rechtlijnige traject zich in wezen evenwijdig aan het eerste in hoofdzaak rechtlijnige traject en het tweede in hoofdzaak rechtlijnige traject uitstrekt, en meer in het bijzonder doordat het derde in hoofdzaak rechtlijnige traject in wezen in een verlengde ligt van het eerste in hoofdzaak rechtlijnige traject en het tweede in hoofdzaak rechtlijnige traject. Aldus kan de verbinding van de eindramen op een vergelijkbare praktische wijze worden gerealiseerd als voor de spijlen zelf wordt toegepast.This embodiment also advantageously assumes a substantially rectilinear connection for the connection of the end frame. In a further preferred embodiment, the truss arrangement is furthermore characterized in that the third substantially rectilinear trajectory extends essentially parallel to the first substantially rectilinear trajectory and the second substantially rectilinear trajectory, and more particularly in that the third substantially rectilinear trajectory is in is essentially an extension of the first substantially rectilinear trajectory and the second substantially rectilinear trajectory. The connection of the end frames can thus be realized in a similar practical manner as is used for the bars themselves.

Een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de vakwerkinrichting heeft in laatstgenoemd opzicht volgens de uitvinding als kenmerk dat de buislichamen en de eindramen uit eenzelfde metaal zijn gevormd, in het bijzonder uit aluminium, en althans in hoofdzaak door middel van louter in hoofdzaak rechtlijnige verbindingen onderling zijn gelast. De constructie van eindramen, buislichamen en spijlen kan aldus met een bewegingssysteem over slechts vier assen volledig worden samengesteld. Met name als het gaat om robotisering, leidt dit tot een belangrijke vereenvoudiging en besparing ten aanzien van het daarvoor benodigde robotsysteem.In the latter respect, a further preferred embodiment of the lattice device according to the invention is characterized in that the tube bodies and the end frames are formed from the same metal, in particular from aluminum, and are at least substantially welded to each other by means of purely substantially rectilinear connections. The construction of end frames, tube bodies and bars can thus be completely assembled with a movement system over only four axes. Particularly when it comes to robotization, this leads to significant simplification and savings in terms of the required robot system.

In een bijzondere uitvoeringsvorm is de vakwerkinrichting gekenmerkt doordat de eindramen monolithisch uit één geheel zijn gevormd en in het bijzonder door extrusie of gieten werden verkregen. Dergelijke min of meer massieve monolithische delen blijken in de praktijk bij uitstek geschikt voor de onderlinge zijdelingse positionering van de buislichamen en bieden bijzonder veel stabiliteit in het geheel. Daarbij wordt bij voorkeur tussen elk van de buislichamen en het eindraam in een voelbare aanslag voorzien die bovendien een correcte axiale positie aan de buislichamen oplegt.In a special embodiment, the lattice structure is characterized in that the end frames are formed monolithically from one piece and were obtained in particular by extrusion or casting. In practice, such more or less solid monolithic parts prove to be ideally suited for the mutual lateral positioning of the tube bodies and offer a great deal of stability as a whole. Preferably, a tactile stop is provided between each of the tube bodies and the end frame, which also imposes a correct axial position on the tube bodies.

De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld en een bijbehorende tekening. In de tekening toont:The invention will now be explained in more detail on the basis of an exemplary embodiment and an associated drawing. In the drawing shows:

Figuur 1 een isometrische weergave van een uitvoeringsvoorbeeld van een vakwerkinrichting volgens uitvinding;Figure 1 shows an isometric representation of an exemplary embodiment of a latticework device according to the invention;

Figuur 2 een dwarsdoorsnede volgens de lijn X-X van de vakwerkinrichting van figuur 1; enFigure 2 shows a cross-section along the line X-X of the truss arrangement of figure 1; and

Figuur 3 een frontaal aanzicht van de vakwerkinrichting van figuur 1.Figure 3 shows a frontal view of the lattice structure of figure 1.

Overigens zij daarbij opgemerkt dat de figuren zuiver schematisch en niet steeds op (eenzelfde) schaal zijn getekend. Met name kunnen terwille van de duidelijkheid sommige dimensies in meer of mindere mate overdreven zijn weergegeven. Overeenkomstige delen zijn in de figuren met eenzelfde verwijzingscijfer aangeduid.It should be noted that the figures are purely schematic and not always drawn on the same scale. In particular, for the sake of clarity, some dimensions may be exaggerated to a greater or lesser extent. Corresponding parts are indicated in the figures with the same reference numeral.

Figuur 1 toont in een isometrisch aanzicht een uitvoeringsvoorbeeld van een vakwerkinrichting, ook wel aangeduid als truss, volgens de uitvinding. De inrichting omvat een viertal buislichamen 10 die zich axiaal evenwijzig aan elkaar uitstrekken en in doorsnede op de hoekpunten van een virtueel vierkant zijn gelegen. De buislichamen zijn aan hun overstaande uiteinden voorzien van koppelmiddelen 20 in de vorm van cups met inwendig een conisch verloop. In de cups wordt een niet nader getoond maar voor een vakman genoegzaam bekend verondersteld koppellichaam ontvangen dat aan weerszijden uitwendig een complementair conisch verloop heeft en waarmee een onwrikbare en betrouwbare koppeling met een overeenkomstig uiteinde van een verder vakwerklichaam kan worden gerealiseerd.Figure 1 shows an isometric view of an exemplary embodiment of a lattice device, also referred to as a truss, according to the invention. The device comprises four tube bodies 10 that extend axially parallel to each other and are located in cross-section at the corners of a virtual square. The tube bodies are provided at their opposite ends with coupling means 20 in the form of cups with an internal conical shape. The cups contain a coupling body, not shown in further detail, but which is assumed to be sufficiently known to a skilled person, which has a complementary conical shape on the outside on both sides and with which a rigid and reliable coupling with a corresponding end of a further lattice body can be realized.

De buislichamen 10 en de cups 20 zijn beide volledig uit aluminium gevormd, maar daarvoor in de plaats lenen zich ook andere materialen, in het bijzonder metalen zoals staal of kunststoffen in het bijzonder vezel versterkte kunststoffen (Fiber Reinforced Plastics). De buislichamen 10 worden aan hun uiteinde ontvangen in eindramen 30 die niet alleen in het uiteindelijke product additionele stijfheid, sterkte en stabiliteit verschaffen, maar reeds bij productie de buislichamen 10 zijdelings exact ten opzichte van elkaar fixeren. Eventueel kan daarbij tussen de buislichamen en de eindramen een voelbare aanslag zijn voorzien om ook in axiale richting een correcte positionering te geven. In figuur 3 is een dergelijk eindraam 30 in een vooraanzicht van de vakwerkinrichting nader weergegeven. Hiervoor is uitgegaan van een monolithisch, massief lichaam van aluminium dat bijvoorbeeld door extrusie werd verkregen of in vorm werd gegoten.The tube bodies 10 and the cups 20 are both made entirely of aluminium, but other materials can also be used instead, in particular metals such as steel or plastics, in particular fiber reinforced plastics (Fiber Reinforced Plastics). The tube bodies 10 are received at their ends in end frames 30, which not only provide additional stiffness, strength and stability in the final product, but also fix the tube bodies 10 exactly laterally relative to each other during production. If necessary, a tactile stop can be provided between the tube bodies and the end frames to also provide correct positioning in the axial direction. Figure 3 shows such an end frame 30 in more detail in a front view of the truss arrangement. This was based on a monolithic, solid body of aluminum that was obtained, for example, by extrusion or cast into shape.

Voor een integrale sterkte en met name buigstijfheid van de vakwerkinrichting zijn de buislichamen onderling kruislings verbonden door middel van en stelsel van spijlen 40. Conform de uitvinding is daartoe uitgegaan van spijlen 40 met ene polygonale dwarsdoorsnede opdat een verbinding tussen een spijl 40 en een aangrenzend buislichaam 10 volgens één of meer rechte zijden daarvan kan worden gerealiseerd. In dit geval is daartoe voor de spijlen 40 uitgegaan van in doorsnede rechthoekige kokerlichamen 40, zie figuur 2. Deze zijn aan hun uiteinden over één of meer randen over een althans in projectie rechtlijnig traject aan het aangrenzende buislichaam gelast.For integral strength and in particular bending stiffness of the truss structure, the tube bodies are mutually cross-connected by means of a system of bars 40. In accordance with the invention, bars 40 with a polygonal cross-section are used so that a connection between a bar 40 and an adjacent tube body 10 can be realized along one or more straight sides thereof. In this case, the bars 40 are based on tubular bodies 40 that are rectangular in cross-section, see Figure 2. These are welded at their ends over one or more edges over a path that is at least rectilinear in projection to the adjacent tubular body.

Voorbeelden van een dergelijk traject zijn in de figuur door middel van stippellijnen §,1Lill ter illustratie weergegeven, waarbij de transversale verbindingen dwars op de longitudinale richting van de het vakwerklichaam de ronding van een buislichaam 10 volgen maar niettemin in projectie rechtlijnig zijn. In plaats van een las-verbinding kan, al naar gelang het uitgangsmateriaal van de spijlen en de buislichamen, tussen de spijlen 40 en de buislichamen 10 overigens ook voor een verlijming worden gekozen.Examples of such a trajectory are shown in the figure by means of dotted lines §,1ll for illustration, wherein the transverse connections transverse to the longitudinal direction of the truss body follow the curve of a tubular body 10 but are nevertheless rectilinear in projection. Instead of a welded connection, depending on the starting material of the bars and the tube bodies, gluing can also be chosen between the bars 40 and the tube bodies 10.

Zoals in de figuur met de lijnen | is aangegeven liggen de las-verbindingen van naburige spijlen 40 in axiale richting in elkaars verlengde. In dit voorbeeld ligt eveneens de lasverbinding tussen een eindraam 30 en het buislichaam 10 op dezelfde lijn I. Door de rechtlijnigheid van de onderlinge lassen tussen de verschillende onderdelen van de vakwerkinrichting en met name tussen de spijlen en de buislichamen laat het vakwerklichaam zich relatief eenvoudig produceren. Dit geldt des temeer indien de lasverbindingen tussen opeenvolgende spijlen zich in eenzelfde richting uitstrekken of, zoals in dit geval, zelfs op één lijn | in elkaars verlengde liggen. Met name is het aldus eenvoudiger om het productieproces grotendeel te robotiseren doordat een bewegingssysteem over slechts vier assen volstaat om een lastoorts langs alle randen van de spijlen te voeren ten einde daar een betrouwbare lineaire las te realiseren.As in the figure with the lines | is indicated, the welded connections of adjacent bars 40 are in line with each other in the axial direction. In this example, the welded connection between an end frame 30 and the tubular body 10 also lies on the same line I. Due to the linearity of the mutual welds between the various parts of the truss structure and in particular between the bars and the tubular bodies, the truss body can be produced relatively easily. . This is even more true if the welded connections between successive bars extend in the same direction or, as in this case, even on one line | are in line with each other. In particular, it is easier to largely robotize the production process because a movement system over only four axes is sufficient to guide a welding torch along all edges of the bars in order to realize a reliable linear weld.

Hoewel de uitvinding hiervoor aan de hand van louter een enkele uitvoeringsvoorbeeld nader werd toegelicht, moge het duidelijk zijn dat de uitvinding daartoe geenszins is beperkt.Although the invention has been explained in more detail above on the basis of only a single exemplary embodiment, it is clear that the invention is by no means limited thereto.

Integendeel zijn binnen het kader van de uitvinding voor een gemiddelde vakman nog vele variaties en verschijningsvormen mogelijk.On the contrary, many variations and manifestations are still possible for an average skilled person within the scope of the invention.

Claims

Conclusions:

1. Lattice structure, comprising a set of elongated tube bodies that extend parallel to each other in a longitudinal direction and which are connected spatially separated from each other by bars, wherein the tube bodies are provided with coupling means at opposite ends, or at least are provided for, for a releasable coupling with a tubular body of a further truss structure, characterized in that the bars from a tubular body to at least one further tubular body connected thereto have at least one bar! which are connected to the tube body over at least one substantially rectilinear path.

2. Lattice structure according to claim 1, characterized in that the bars have a polygonal cross-section, and that the bars run over a, at least in projection, essentially rectilinear trajectory along at least one side of that cross-section, in particular along two sides of that cross-section and more particularly along all sides of that cross-section, are connected at one end thereof, in particular at each of the two end ends, to an adjacent tubular body.

3. Lattice device according to claim 1 or 2, characterized in that the bars from the tubular body to the at least one further tubular body connected thereto comprise at least a first bar and a second bar which extend over at least one first, substantially rectilinear, respectively. trajectory and at least one second, substantially rectilinear, trajectory are connected to the tube body, wherein the first substantially rectilinear trajectory and the second substantially rectilinear trajectory extend essentially parallel to each other.

4. Lattice device according to claim 3, characterized in that the first substantially rectilinear trajectory and the second substantially rectilinear trajectory are essentially in line with each other, parallel to the longitudinal direction of the tube bodies.

5. Lattice structure according to one or more of the preceding claims, characterized in that the bars have a rectangular, in particular square, cross-section.

6. Lattice device according to one or more of the preceding claims, characterized in that the bars comprise hollow box profiles.

7. Lattice structure according to one or more of the preceding claims, characterized in that the tube bodies and the bars are formed from the same material, in particular from metal such as steel or aluminum, and are at least substantially mutually connected by means of purely substantially rectilinear connections. are welded together.

8. Lattice device according to one or more of the preceding claims, characterized in that the tube bodies are mutually cross-connected by means of the bars.

9. Lattice structure according to one or more of the preceding claims, characterized in that the tubular bodies are received at their end in a common end frame and that the tubular bodies and the end frame are interconnected over at least one third, substantially rectilinear, path.

10. Lattice structure according to claim 9, characterized in that the third substantially rectilinear trajectory extends essentially parallel to the first substantially rectilinear trajectory and the second substantially rectilinear trajectory.

11. Lattice structure according to claim 10, characterized in that the third substantially rectilinear trajectory is essentially an extension of the first substantially rectilinear trajectory and the second substantially rectilinear trajectory.

12. Lattice structure according to one or more of claims 9 to 11, characterized in that the tube bodies and the end frames are formed from the same metal, in particular from aluminium, and are at least substantially mutually connected by means of purely substantially rectilinear connections. welded.

Lattice structure according to one or more of claims 9 to 12, characterized in that the end frames are formed monolithically from one piece and were obtained in particular by extrusion or casting.