NL2027793B1

NL2027793B1 - Ear profiling with OCT

Info

Publication number: NL2027793B1
Application number: NL2027793A
Authority: NL
Inventors: Rimmer De Vries Haaije
Original assignee: Acoustic Insight B V
Priority date: 2021-03-22
Filing date: 2021-03-22
Publication date: 2022-09-29
Also published as: WO2022200350A1

Claims

CONCLUSIES

1. Werkwijze voor het bepalen van een profiel van een buitenoppervlak van het buitenoor met een oorprofileerinrichting (1), waarbij de oorprofileerinrichting (1) omvat: een OCT-apparaat (2) dat een meetbundel (M1) uitzendt en een gereflecteerd deel van de meetbundel ontvangt, en een eerste objectief en een tweede objectief, elk om te worden gepositioneerd in een meetpositie buiten het oor voor het meten van een profiel van het buitenoor, waarbij het eerste objectief (3) optisch verbindbaar is met het OCT-apparaat (2); waarbij de werkwijze de stappen omvat van: — het met het eerste objectief (3) vanaf een eerste meetpositie buiten het oor uitzenden van een eerste meetbundel (M1) richting een buitenoppervlak van het buitenoor en het ontvangen van een gereflecteerd deel van de eerste meetbundel om een eerste meetsignaal (21) te meten op basis van interferentie tussen het gereflecteerde deel van de eerste meetbundel en een referentiebundel, waarbij het eerste meetsignaal representatief is voor een profiel van een eerste gedeelte (91) van het buitenoppervlak van het buitenoor; — het met het tweede objectief (4) vanaf een tweede meetpositie buiten het oor meten van een tweede meetsignaal (22), waarbij het tweede meetsignaal representatief is voor een profiel van een tweede gedeelte (92) van het buitenoppervlak van het buitenoor; en — het verwerken van het eerste meetsignaal en het tweede meetsignaal om een eerste model van het eerste gedeelte en een tweede model van het tweede gedeelte op te stellen, en om het eerste model en het tweede model te combineren om een 3-dimensionaal model van het buitenoppervlak van het buitenoor op te stellen.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij, ten minste tijdens de stap van het meten van het tweede meetsignaal, het tweede objectief optisch verbonden is met het OCT-apparaat, waarbij de stap van het meten van het tweede meetsignaal het met het tweede objectief (3) vanaf de tweede meetpositie uitzenden van een tweede meetbundel (M2) richting het buitenoppervlak van het buitenoor omvat, en het ontvangen van een gereflecteerd deel van de tweede meetbundel om een tweede meetsignaal (22) te meten op basis van interferentie tussen het gereflecteerde deel van de tweede meetbundel en de referentiebundel.

-27-

3. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij de oorprofileerinrichting een camera omvat, waarbij, ten minste tijdens de stap van het meten van het tweede meetsignaal, het tweede objectief optisch verbonden is met de camera.

4. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de stap van het meten van het eerste meetsignaal wordt uitgevoerd met een optische hoofdas van het eerste objectief in een eerste meetrichting en waarbij de stap van het meten van het tweede meetsignaal wordt uitgevoerd met een optische hoofdas van het tweede objectief in een tweede meetrichting die niet-evenwijdig is aan de eerste meetrichting.

5. Werkwijze volgens een van de conclusies 1-4, waarbij de stap van het verwerken van het eerste meetsignaal en het tweede meetsignaal de stappen omvat van: — het bepalen van een gemeenschappelijk referentiepunt voor het eerste model en het tweede model op basis van: een overlap in het eerste model en het tweede model, die representatief is voor een gedeeltelijk overlappend oppervlak in het eerste gedeelte en het tweede gedeelte van het buitenoor; en/of een positievolgsysteem voor het volgen van een positie van de oorprofileerinrichting ten opzichte van het buitenoor; en/of een vooraf bepaalde positionele relatie tussen de eerste meetpositie en de tweede meetpositie; en — het combineren van het eerste model en het tweede model in het gemeenschappelijke referentiepunt.

6. Werkwijze volgens conclusie 5, waarbij de stap van het verwerken van het eerste meetsignaal en het tweede meetsignaal verder de stappen omvat van: — het definiëren van de eerste meetpositie en de tweede meetpositie ten opzichte van het gemeenschappelijk referentiepunt — het bepalen van een positieverschil tussen de eerste meetpositie en de tweede meetpositie en/of een rotatieverschil tussen de eerste meetrichting en de tweede meetrichting op basis van het gemeenschappelijke referentiepunt; en — het aanpassen van het eerste model en/of het tweede model op basis van het positieverschil en/of het rotatieverschil, bijvoorbeeld middels rotatie en schaling.

-28-

7. Werkwijze volgens conclusie 5 of 6, waarbij het eerste gedeelte van het buitenoor en het tweede gedeelte van het buitenoor een gedeeltelijk overlappend oppervlak vormen, en waarbij het gemeenschappelijke referentiepunt op het gemeenschappelijke oppervlak wordt bepaald.

8. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het eerste gedeelte van het buitenoor een gedeelte van het oorkanaal omvat, en waarbij het tweede gedeelte van het buitenoor een gedeelte van de oorschelp omvat.

9. Werkwijze volgens een van de conclusies 4-8, waarbij de eerste meetrichting in hoofdzaak evenwijdig is aan het oorkanaal.

10. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de oorprofileerinrichting verder een derde objectief omvat dat optisch verbindbaar is met het OCT-apparaat, en waarbij de werkwijze verder de stappen omvat van: — het, wanneer het derde objectief optisch verbonden is met het OCT- apparaat, met het derde objectief uitzenden van een derde meetbundel richting een oppervlak van het midden- of binnenoor en het ontvangen van een gereflecteerd deel van de derde meetbundel om, op basis van interferentie tussen het gereflecteerde deel van de derde meetbundel en de referentiebundel, een derde meetsignaal te meten dat representatief is voor een positie van een oppervlak van het midden- of binnenoor; en — het verwerken van het derde meetsignaal om een model op te stellen van posities van het midden- of binnenoor.

11. Oorprofileerinrichting voor het bepalen van een profiel van een buitenoppervlak van het buitenoor, omvattende: een OCT-apparaat om een meetbundel uit te zenden en om een gereflecteerd deel van de meetbundel te ontvangen, en om een meetsignaal te voorzien op basis van interferentie tussen het gereflecteerde deel van de meetbundel en een referentiebundel; een eerste objectief om te worden gepositioneerd in een eerste meetpositie buiten het oor, en dat optisch verbindbaar is met het OCT-apparaat om een eerste meetbundel uit te zenden vanaf het OCT-apparaat richting een eerste gedeelte van het buitenoppervlak van het buitenoor en om een gereflecteerd deel van de eerste meetbundel te ontvangen om een eerste meetsignaal te meten dat representatief is voor een profiel van het eerste gedeelte;

-29- een tweede objectief om te worden gepositioneerd in een tweede meetpositie buiten het oor om een tweede meetsignaal te meten dat representatief is voor een profiel van een tweede gedeelte van het buitenoor; en een verwerkingseenheid om het eerste meetsignaal te verwerken om een eerste model van het eerste gedeelte op te stellen, om het tweede meetsignaal te verwerken om een tweede model van het tweede gedeelte op te stellen, en om het eerste model en het tweede model te combineren om een 3-dimensionaal model van de buitenoppervlakken van het buitenoor op te stellen.

12. Oorprofileerinrichting volgens conclusie 11, waarbij het tweede objectief optisch verbindbaar is met het OCT-apparaat om een tweede meetbundel uit te zenden vanaf het OCT-apparaat richting het tweede gedeelte en om een gereflecteerd deel van de tweede meetbundel te ontvangen om het tweede meetsignaal te meten.

13. Oorprofileerinrichting volgens conclusie 11, omvattende een camera om een camerasignaal te voorzien, waarbij het tweede objectief optisch verbindbaar is met de camera om lichtstralen tussen de camera en het tweede gedeelte van het buitenoor te geleiden voor het meten van het tweede meetsignaal met de camera.

14. Oorprofileerinrichting volgens een van de conclusies 11-13, waarbij de oorprofileerinrichting een steun omvat voor losneembare bevestiging van het eerste objectief en/of het tweede objectief, waarbij het eerste objectief en het tweede objectief optisch verbindbaar zijn met het OCT-apparaat, wanneer zij losneembaar zijn bevestigd aan de steun.

15. Oorprofileerinrichting volgens een van de conclusies 11-14, waarbij het eerste objectief en het tweede objectief op verschillende locaties binnen de oorprofileerinrichting zijn aangebracht, zodat de eerste meetpositie en de tweede meetpositie een vooraf bepaalde positionele verhouding hebben ten opzichte van elkaar.

16. Oorprofileerinrichting volgens conclusie 15, waarbij het eerste objectief is ingericht om lichtbundels in een eerste meetrichting te geleiden, en waarbij het tweede objectief is ingericht om lichtbundels in een tweede meetrichting te geleiden die niet-evenwijdig is aan de eerste meetrichting.

-30-

17. Oorprofileerinrichting volgens conclusie 12, omvattende een actieve optische splitser die is ingericht om het OCT-apparaat selectief optisch te verbinden met het eerste objectief of het tweede objectief.

18. Oorprofileerinrichting volgens conclusie 12, omvattende een passieve optische splitser die is ingericht om het OCT-apparaat tegelijk optisch te verbinden met het eerste objectief en het tweede objectief.

19. Oorprofileerinrichting volgens een van de conclusies 11-18, waarbij de verwerkingseenheid is ingericht om een gemeenschappelijk referentiepunt te bepalen voor het eerste model en het tweede model op basis van: — een overlap in het eerste model en het tweede model, die representatief is voor een gedeeltelijk overlappend oppervlak in het eerste gedeelte en het tweede gedeelte van het buitenoor; en/of — een positievolgsysteem voor het volgen van een positie van de oorprofileerinrichting ten opzichte van het buitenoor; en/of — een vooraf bepaalde positionele relatie die de eerste meetpositie en de tweede meetpositie hebben ten opzichte van elkaar; en waarbij de verwerkingseenheid is ingericht om het eerste model en het tweede model te combineren in het gemeenschappelijk referentiepunt.

20. Oorprofileerinrichting volgens een van de conclusies 12-19, waarbij de oorprofileerinrichting een derde objectief omvat, dat optisch verbindbaar is met het OCT-apparaat om de meetbundel vanaf het OC T-apparaat te geleiden richting een oppervlak van het midden- of binnenoor, om een derde meetsignaal te meten dat representatief is voor een positie van het oppervlak van het midden- of binnenoor, en waarbij de verwerkingseenheid is ingericht om het derde meetsignaal te verwerken om een model van posities van het midden- of binnenoor op te stellen.