NL2026855B1 - LIGHTING DEVICE AND SYSTEM FOR ILLUMINATING A CROP OR A PRECORDER - Google Patents

LIGHTING DEVICE AND SYSTEM FOR ILLUMINATING A CROP OR A PRECORDER Download PDF

Info

Publication number
NL2026855B1
NL2026855B1 NL2026855A NL2026855A NL2026855B1 NL 2026855 B1 NL2026855 B1 NL 2026855B1 NL 2026855 A NL2026855 A NL 2026855A NL 2026855 A NL2026855 A NL 2026855A NL 2026855 B1 NL2026855 B1 NL 2026855B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
light
lighting device
light sources
plate
crop
Prior art date
Application number
NL2026855A
Other languages
Dutch (nl)
Inventor
Salome Eduard
Original Assignee
Salome Holding B V
Holland Holdings B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Salome Holding B V, Holland Holdings B V filed Critical Salome Holding B V
Application granted granted Critical
Publication of NL2026855B1 publication Critical patent/NL2026855B1/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/24Devices or systems for heating, ventilating, regulating temperature, illuminating, or watering, in greenhouses, forcing-frames, or the like
    • A01G9/249Lighting means
    • GPHYSICS
    • G02OPTICS
    • G02BOPTICAL ELEMENTS, SYSTEMS OR APPARATUS
    • G02B6/00Light guides; Structural details of arrangements comprising light guides and other optical elements, e.g. couplings
    • G02B6/0001Light guides; Structural details of arrangements comprising light guides and other optical elements, e.g. couplings specially adapted for lighting devices or systems
    • G02B6/0011Light guides; Structural details of arrangements comprising light guides and other optical elements, e.g. couplings specially adapted for lighting devices or systems the light guides being planar or of plate-like form
    • G02B6/0033Means for improving the coupling-out of light from the light guide
    • G02B6/0035Means for improving the coupling-out of light from the light guide provided on the surface of the light guide or in the bulk of it
    • G02B6/00362-D arrangement of prisms, protrusions, indentations or roughened surfaces
    • GPHYSICS
    • G02OPTICS
    • G02BOPTICAL ELEMENTS, SYSTEMS OR APPARATUS
    • G02B6/00Light guides; Structural details of arrangements comprising light guides and other optical elements, e.g. couplings
    • G02B6/0001Light guides; Structural details of arrangements comprising light guides and other optical elements, e.g. couplings specially adapted for lighting devices or systems
    • G02B6/0011Light guides; Structural details of arrangements comprising light guides and other optical elements, e.g. couplings specially adapted for lighting devices or systems the light guides being planar or of plate-like form
    • G02B6/0033Means for improving the coupling-out of light from the light guide
    • G02B6/0058Means for improving the coupling-out of light from the light guide varying in density, size, shape or depth along the light guide
    • G02B6/0061Means for improving the coupling-out of light from the light guide varying in density, size, shape or depth along the light guide to provide homogeneous light output intensity

Landscapes

  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Optics & Photonics (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Non-Portable Lighting Devices Or Systems Thereof (AREA)

Abstract

De uitvinding heeft betrekking op een verlichtingsinrichting voor het belichten van een gewas of een voorloper daarvan, de verlichtingsinrichting omvattende: een lichtverdelingselement voor het in een uitstraalrichting naar het gewas of voorloper daarvan uitstralen van licht, waarbij het lichtverdelingselement een in hoofdzaak lichtdoorlatend lichaam omvat; een aantal lichtbronnen, optisch gekoppeld met ten minste een rand van het lichtdoorlatende lichaam, voor het in het lichtdoorlatende lichaam brengen van het licht van de lichtbronnen; waarbij het lichtdoorlatende lichaam ten minste een licht-uittredingsvlak omvat dat is voorzien van een patroon van diffractie-elementen, waarbij de diffractie-elementen zijn uitgevoerd om het licht in het lichtdoorlatende lichaam af te buigen en vanaf het licht-uittredingsvlak uit te laten treden in een uitstraalrichting. De uitvinding heeft betrekking op een systeem voor het belichten van een gewas of een voorloper daarvan, het systeem omvattende een houder geschikt voor het houden van een gewas of een voorloper daarvan en een verlichtingsinrichting, gerangschikt voor het naar de houder uitstralen van licht.The invention relates to a lighting device for illuminating a crop or a precursor thereof, the lighting device comprising: a light distribution element for radiating light in an emission direction to the crop or precursor thereof, the light distribution element comprising a substantially light-transmitting body; a plurality of light sources optically coupled to at least one edge of the light transmissive body for introducing the light from the light sources into the light transmissive body; wherein the light-transmitting body comprises at least one light-emitting surface provided with a pattern of diffraction elements, the diffraction elements being configured to deflect the light in the light-transmitting body and to exit from the light-emitting surface into a radiation direction. The invention relates to a system for illuminating a crop or a precursor thereof, the system comprising a holder suitable for holding a crop or a precursor thereof and a lighting device, arranged for radiating light to the holder.

Description

VERLICHTINGSINRICHTING EN SYSTEEM VOOR HET BELICHTEN VAN EEN GEWASLIGHTING DEVICE AND SYSTEM FOR ILLUMINATING A CROP

OF EEN VOORLOPER DAARVAN De aanvrage betreft een verlichtingsinrichting voor het belichten van een gewas of een voorloper daarvan, omvattende een lichtverdelingselement voor het naar een gewas of voorloper daarvan uitstralen van licht. Verder betreft de aanvrage een systeem omvattende een houder voor het houden van een gewas of een voorloper daarvan, en een verlichtingsinrichting voor het richting het gewas of de voorloper ervan uitstralen van licht. In de tuinbouw, in het bijzonder in de glastuinbouw, of bij zogenaamde “indoor farming” of “vertical farming” wordt onder andere licht, ook wel groeilicht genoemd, gebruikt om onder zo optimaal mogelijke omstandigheden gewassen te kweken. Dit licht wordt geleverd door zogenaamde assimilatie verlichting, waarin lichtbronnen zijn opgenomen zoals SON-T lampen (hogedruk Natrium lampen) of LEDs. Dergelijke lichtbronnen gedragen zich bij benadering als puntbronnen en stralen licht evenredig uit in alle richtingen. Om het Hcht te richten zijn dergelijke lichtbronnen in de regel al voorzien van afschermingsmiddelen zoals lampenkappen, armaturen, of andere afschermingen die de hoek beperken waaronder licht wordt uitgestraald. Ondanks deze afschermingsmiddelen wordt het licht, gezien vanuit de individuele Lichtbronnen, nog altijd uitgestraald in een bepaalde raimtehoek (d.w.z. in de vorm van een kegel) en een projectie van een enkele lichtbron op een onderliggend oppervlak is daarom cirkelvormig, of, als de lichtbron niet loodrecht op het onderliggend oppervlak schijnt, ovaal. Een benadering van hoe een dergelijke bekende Hchtbron licht uitstraalt is getoond in figuur 2A. De figuur toont een lichtbron 20, en een op lichtbron 20 gecentreerd poolcoördinaten raster. Tevens is in figuur 2B met een ononderbroken lijn of meer wordt gemeten. Voor het telen van gewas of voorlopers daarvan wordt echter gebruik gemaakt van houders die een grote diversiteit aan vormen kunnen aannemen. Veelgebruikt zijn bijvoorbeeld vierkante of rechthoekige houders, welke het mogelijk maken om beschikbaar grondoppervlak optimaal te benutten. In kassen worden gewassen bijvoorbeeld gekweekt in teeltgoten, of ze worden geplaatst in lange rijen in de volle grond. Deze teeltgoten of planten rijen worden evenwijdig aan elkaar, achter elkaar geplaatst om de beschikbare ruimte ten volle te benutten. Om deze gewassen met cen bekende verlichtingsinrichting, en met een minimum lichtintensiteit te belichten, zullen de cirkelvormige of ovalen projecties van de individuele lichtbronnen altijd moeten overlappen. Om ook alle gewassen langs de randen van de houders en/of in de hoeken daarvan in voldoende mate te belichten, zal ook vloeroppervlak buiten de gewassen moeten worden belicht, zoals buiten de kas, of op looppaden tussen naburige houders. Dit resulteert in lichtverlies, en een minder efficiënt gebruik van het door de lichtbronnen afgegeven licht.OR A FORECAST THEREOF The application relates to a lighting device for illuminating a crop or a precursor thereof, comprising a light distribution element for radiating light to a crop or precursor thereof. The application further relates to a system comprising a holder for holding a crop or a precursor thereof, and a lighting device for radiating light towards the crop or its precursor. In horticulture, in particular in greenhouse horticulture, or in so-called "indoor farming" or "vertical farming", light, also known as growing light, is used to grow crops under the best possible conditions. This light is supplied by so-called assimilation lighting, which includes light sources such as SON-T lamps (high pressure sodium lamps) or LEDs. Such light sources behave approximately as point sources and radiate light equally in all directions. In order to direct the light, such light sources are, as a rule, already provided with screening means such as lampshades, fittings, or other screenings which limit the angle at which light is emitted. Despite these shielding means, the light, viewed from the individual Light Sources, is still radiated at a certain angle of beam (i.e., in the shape of a cone) and a projection of a single light source onto an underlying surface is therefore circular, or, if the light source is not perpendicular to the underlying surface shines, oval. An approximation of how such a known light source emits light is shown in Figure 2A. The figure shows a light source 20 and a polar coordinate grid centered on light source 20. Also, in Figure 2B, a solid line or more is measured. However, for cultivating crops or precursors thereof, use is made of containers which can take a great diversity of shapes. Commonly used are square or rectangular holders, for example, which make it possible to optimally use the available ground surface. In greenhouses, crops are grown in cultivation gutters, for example, or they are placed in long rows in the open ground. These cultivation gutters or rows of plants are placed parallel to each other, one behind the other in order to make full use of the available space. In order to illuminate these crops with a known lighting device, and with a minimum light intensity, the circular or oval projections of the individual light sources will always have to overlap. In order to also sufficiently illuminate all crops along the edges of the containers and/or in the corners thereof, the floor area outside the crops will also have to be illuminated, such as outside the greenhouse, or on walkways between adjacent containers. This results in loss of light, and a less efficient use of the light emitted by the light sources.

Verder is de lichtsterkte gezien over dergelijke projecties onevenredig over het oppervlak van de houder verdeeld: op de plek van een beschenen oppervlak die het dichtst bij de lichtbron ligt, valt het licht in het algemeen met de hoogste lichtintensiteit in. De lichtintensiteit op een ander punt binnen de projectie is Kleiner naarmate dit andere punt verder van het meest nabije punt gelegen is, Als een vlak vanaf boven wordt beschenen, levert dit vanuit het midden, naar buiten toe afnemende lichtwaarde op.Furthermore, the light intensity seen over such projections is distributed disproportionately over the surface of the container: at the location of an illuminated surface closest to the light source, the light is generally incident with the highest light intensity. The light intensity at another point within the projection is smaller the further this other point is located from the nearest point. If a surface is illuminated from above, this produces a light value that decreases from the center outwards.

Om deze bezwaren te verminderen, worden bekende verlichtingsinrichtingen op een bepaalde minimale afstand of meer van de gewassen gehangen. Dat wil zeggen dat de verlichtingsinrichtingen zich op relatief verre afstand ten opzichte van het gewas bevinden. In het geval dat de houders zijn aangebracht in een kas of warenhuis betekent dit dat deze kas of dit warenhuis ten minste zo hoog moet zijn als deze (relatief grote) minimale afstand, en als er rekening gehouden moet worden met de hoogte van volgroeide gewassen, nog hoger. Echter heeft de cirkelvormige of ovalen projectie van een hoog opgehangen lichtbron grotere afmetingen, wat dan weer het eerder benoemde lichtverlies door overlap van lichtprojecties en/of van naast de gewassen of voorlopers daarvan geschenen licht vergroot.In order to reduce these drawbacks, known lighting devices are hung at a certain minimum distance or more from the crops. That is to say that the lighting devices are located at a relatively far distance from the crop. In the event that the holders are installed in a greenhouse or department store, this means that this greenhouse or department store must be at least as high as this (relatively large) minimum distance, and if the height of mature crops has to be taken into account, even higher. However, the circular or oval projection of a high-hanging light source has larger dimensions, which in turn increases the aforementioned light loss due to overlap of light projections and/or from light shone next to the crops or predecessors thereof.

De wisselwerking tussen deze twee bezwaren is te zien in de figuren 1A-C. In figuur 1A is een systeem getoond waarin de verlichtingsinrichting relatief dicht bij de gewassen is opgesteld. In dit systeem zal lichtverlies langs de randen van de opstelling van gewassen, en door overlap van de projecties minimaal zijn. De lichtverdeling binnen een enkele projectie is echter bijzonder onevenredig verdeeld over het oppervlak van de houder en/of van het daarin aangebrachte gewas, waardoor niet alle gewassen evenveel licht ontvangen. In figuur 1B is een systeem getoond waarin de verlichtingsinrichting verder weg van de gewassen is opgesteld dan in het systeem getoond in figuur 1A. In een dergelijk systeem zal de lichtverdeling binnen een enkele projectie evenrediger verdeeld zijn, maar neemt het lichtverlies langs de randen en door overlap toe. Deze verandering is nog meer uitgesproken te zien in figuur IC, die een systeem toont waarbij de verlichtingsinrichting nog verder van de gewassen is geplaats dan in figuur 1B.The interaction between these two drawbacks can be seen in Figures 1A-C. Figure 1A shows a system in which the lighting device is arranged relatively close to the crops. In this system, light loss along the edges of the crop arrangement and due to overlap of the projections will be minimal. However, the light distribution within a single projection is particularly disproportionately distributed over the surface of the container and/or of the crop arranged therein, so that not all crops receive the same amount of light. Figure 1B shows a system in which the lighting device is arranged further away from the crops than in the system shown in Figure 1A. In such a system, the light distribution within a single projection will be more evenly distributed, but the light loss along the edges and through overlap increases. This change is even more pronounced in Figure 1C, which shows a system where the lighting device is placed even further from the crops than in Figure 1B.

Het is een doel een inrichting en/of systeem van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen waarin ten minste één van de bovengenoemde bezwaren en/of andere bezwaren ten minste gedeeltelijk is ondervangen.It is an object to provide a device and/or system of the type mentioned in the preamble in which at least one of the above-mentioned drawbacks and/or other drawbacks is at least partially obviated.

Volgens een eerste aspect wordt dit doel bereikt in een verlichtingsinrichting volgens bijgevoegde conclusie 1. De verlichtingsinrichting omvat: een lichtverdelingselement voor het in een uitstraalrichting naar het gewas of voorloper daarvan uitstralen van licht, waarbij het lichtverdelingselement een in hoofdzaak lichtdoorlatend lichaam omvat;According to a first aspect, this object is achieved in a lighting device according to appended claim 1. The lighting device comprises: a light distribution element for radiating light in an emission direction to the crop or precursor thereof, wherein the light distribution element comprises a substantially light-transmitting body;

een aantal lichtbronnen, optisch gekoppeld met ten minste één rand van het lichtdoorlatende lichaam, voor het in het lichtdoorlatende lichaam brengen van het licht van de lichtbronnen; waarbij het lichtdoorlatende lichaam ten minste één licht-uittredingsvlak omvat dat is voorzien van een patroon van diffractie-elementen, waarbij de diffractie-elementen zijn uitgevoerd om het licht in het lichtdoorlatende lichaam af te buigen en vanaf het licht-vittredingsvlak uit te laten treden in een uitstraalrichting. Doordat licht over het volledige licht-uittredingsvlak in de uitstraalrichting uittreedt en de vorm en afmetingen van dit vlak kan worden aangepast aan de vorm en afmetingen van de houder en/of van het gewas of de voorloper daarvan, is een projectie van een dergelijke verlichtingsinrichting op nauwkeurige wijze af te stemmen op het te belichten gewas of voorloper daarvan. Hierdoor valt een minder deel van het door de verlichtingsinrichting buiten een gewenst oppervlak en treedt er minder tot nauwelijks lichtverlies op. Verder kan de verlichtingsinrichting zorgen voor een heel gelijkmatige verdeling van het licht over het hele oppervlak van de houder.a plurality of light sources optically coupled to at least one edge of the light transmissive body for introducing the light from the light sources into the light transmissive body; wherein the light-transmitting body comprises at least one light-emitting surface provided with a pattern of diffraction elements, the diffraction elements being configured to deflect the light in the light-transmitting body and to cause it to emerge from the light-emitting surface into a radiation direction. Because light emerges over the entire light-emitting surface in the emission direction and the shape and dimensions of this surface can be adapted to the shape and dimensions of the container and/or of the crop or its predecessor, a projection of such a lighting device on accurately match the crop or its predecessor to be illuminated. As a result, a lesser part of the surface produced by the lighting device falls outside a desired surface and less or hardly any loss of light occurs. Furthermore, the lighting device can provide a very even distribution of the light over the entire surface of the container.

In een mogelijke uitvoeringsvorm zijn de lichtbronnen “light emitting diodes”, LEDs, of laserdioden. Dergelijke lichtbronnen zijn relatief goedkoop, energie zuinig, licht, klein ten opzichte van lichtbronnen gebruikt in oudere assimilatieverlichting. Tevens hebben dergelijke lichtbronnen over het algemeen een langere levensduur dan lichtbronnen gebruikt in oudere assimilatieverlichting.In a possible embodiment, the light sources are light emitting diodes, LEDs, or laser diodes. Such light sources are relatively cheap, energy efficient, light, small compared to light sources used in older assimilation lighting. Also, such light sources generally have a longer lifespan than light sources used in older assimilation lighting.

In een mogelijke uitvoeringsvorm omvat één of meer van de diffractie-elementen een inkeping in het uittredingvlak. In het bijzonder kan een dergelijke inkeping worden gerealiseerd door het uittredingsoppervlak te graveren of op soortgelijke wijze te bewerken, bij voorkeur met een laser. Dergelijke inkepingen zijn relatief gemakkelijk aan te brengen en breken licht op een goed te voorspellen manier.In a possible embodiment, one or more of the diffraction elements comprises a notch in the egress plane. In particular, such a notch can be realized by engraving or similarly processing the exit surface, preferably with a laser. Such notches are relatively easy to make and refract light in a predictable manner.

In feite kan door een juiste keuze van het patroon van diffractie-elementen, waarbij rekening gehouden met telkens de afstand tussen een bepaald diffractie-element en de één of meer lichtbronnen die optisch zijn gekoppeld aan de rand van het lichtdoorlatende lichaam, een willekeurige verdeling van het uittredende licht gerealiseerd worden. In een mogelijke uitvoeringsvorm is het patroon van diffractic-elementen uitgevoerd om het licht van de lichtbronnen in hoofdzaak gelijkmatig over het uittredingsvlak verdeeld uit te laten treden. Een dergelijke verlichtingsinrichting is bijzonder geschikt voor het gelijkmatig belichten van het gewas of voorloper daarvan.In fact, by a correct choice of the pattern of diffraction elements, taking into account in each case the distance between a particular diffraction element and the one or more light sources which are optically coupled to the edge of the transmissive body, a random distribution of the exiting light. In a possible embodiment, the pattern of diffractic elements is designed to allow the light from the light sources to exit substantially uniformly over the exit surface. Such a lighting device is particularly suitable for uniformly illuminating the crop or precursor thereof.

In een mogelijke uitvoeringsvorm omvat de verlichtingsinrichting een diffusor, in het bijzonder een tegen het uittredingsvlak van het lichtdoorlatende lichaam aangebrachte diffusorplaat. De diffusor kan zijn ingericht voor het verspreiden van het via de individuele diffractie-elementen uittredende licht. Een dergelijke diffusor maakt het mogelijk om ook daar waar het patroon diffractie-elementen bijzonder weinig licht door laat, en/of daar waar er bijzonder weinig diffractie-elementen per oppervlakte-eenheid zijn aangebracht, om licht op een gelijkmatigere manier uit te stralen.In a possible embodiment, the lighting device comprises a diffuser, in particular a diffuser plate arranged against the exit surface of the light-transmitting body. The diffuser can be designed for diffusing the light exiting via the individual diffraction elements. Such a diffuser also makes it possible to radiate light in a more uniform manner where the pattern allows very little light to pass through, and/or where there are very few diffraction elements per unit area.

In een mogelijke uitvoeringsvorm is een vlak van het lichtdoorlatende lichaam tegenover het licht-uittredingsvlak voorzien van een niet-lichtdoorlatende bedekking, en bij voorkeur van een in de richting van het lichtdoorlatende lichaam reflecterende bedekking. Dit draagt bij aan het voorkomen van lichtverlies.In a possible embodiment, a surface of the light-transmitting body opposite the light-emitting surface is provided with a non-light-transmitting coating, and preferably with a coating reflecting in the direction of the light-transmitting body. This contributes to the prevention of light loss.

In een mogelijke uitvoeringsvorm omvat het lichtverdelingselement verder een tweede licht-uittredingsvlak, gelegen tegenover het eerste licht-uittredingsvlak. Dit maakt het mogelijk gewassen aan twee kanten van de verlichtingsinrichting te belichten.In a possible embodiment, the light distribution element further comprises a second light exit surface, located opposite the first light exit surface. This makes it possible to illuminate crops on two sides of the lighting device.

In een mogelijke uitvoeringsvorm is het lichaam plaatvormig. In een dergelijke uitvoeringsvorm zijn bij voorkeur de lichtbronnen aangebracht in een rij, en langs een enkele rand van de lichtdoorlatende plaat, en zijn de Hchtbronnen ingericht om licht vanaf de enkele rand de lichtdoorlatende plaat binnen te laten treden. Het voorzien in een lichtverdelingselement met een klein intree-oppervlak en een groot uittreedopperviak staat toe om slechts enkele sterke lichtbronnen in te zetten waar deze voorheen niet efficiënt te gebruiken waren voor grotere oppervlakken.In a possible embodiment, the body is plate-shaped. In such an embodiment, the light sources are preferably arranged in a row, and along a single edge of the light transmissive plate, and the light sources are arranged to allow light to enter the light transmissive plate from the single edge. The provision of a light distribution element with a small entrance area and a large exit area allows to use only a few strong light sources where they previously could not be efficiently used for larger areas.

In een uitvoeringsvorm met een dergelijke rij lichtbronnen is deze rij lichtbronnen uitgevoerd als een LED-strip of een strip laserdioden. Deze zijn gemakkelijk aan te brengen en aan te sturen.In an embodiment with such a row of light sources, this row of light sources is designed as an LED strip or a strip of laser diodes. These are easy to apply and control.

Een uitvoeringsvorm met een dergelijke rij lichtbronnen, is optioneel verder voorzien van een tweede Tij lichtbronnen, aangebracht langs een andere rand van de lichtdoorlatende plaat, en ingericht om licht vanaf de andere rand de lichtdoorlatende plaat binnen te laten treden, waarbij de enkele rand en de andere rand bij voorkeur tegenover elkaar liggen. Een dergelijke uitvoeringsvorm maakt het mogelijk over de volledige plaat licht uit te laten treden met een hogere gewenste lichtintensiteit, doordat op een deel van de plaat de dichtstbijzijnde lichtbron minder ver weg is dan zonder een tweede rij.An embodiment having such a row of light sources optionally further comprises a second Tij light source arranged along another edge of the light transmissive plate and arranged to allow light to enter the light transmissive plate from the other edge, the single edge and the other edge should preferably face each other. Such an embodiment makes it possible to emit light over the entire plate with a higher desired light intensity, because on a part of the plate the nearest light source is less far away than without a second row.

In een verdere uitvoeringsvorm is ten minste een rand waar geen rij lichtbronnen langs is aangebracht voorzien van een niet-lichtdoorlatende bedekking, bij voorkeur van een in de richting van het lichtdoorlatende lichaam reflecterende bedekking. Dit om verder lichtverlies tegen te gaan.In a further embodiment, at least one edge along which no row of light sources is arranged is provided with a non-light-transmitting coating, preferably with a coating which reflects in the direction of the light-transmitting body. This is to prevent further light loss.

In een verdere uitvoeringsvorm zijn de diffractie-elementen uitgevoerd zodat de optische eigenschappen van de over het uittredingsvlak verdeelde diffractie-elementen, afhankelijk van de positie van het betreffende diffractie-element, in het uittredingsvlak variëren. Een dergelijk patroon diffractie-elementen maakt het mogelijk om op het lichtverdelingselement, in het bijzonder op het licht-uittredingsvlak met precisie te kunnen bepalen hoeveel licht er uittreedt. Hierdoor kan met een fijnere precisie dan de huidige techniek aan een lichtplan worden voldaan.In a further embodiment, the diffraction elements are designed so that the optical properties of the diffraction elements distributed over the exit plane vary in the exit plane, depending on the position of the respective diffraction element. Such a pattern of diffraction elements makes it possible to determine with precision how much light exits on the light distribution element, in particular on the light exit surface. As a result, a lighting plan can be met with finer precision than current technology.

In een verdere uitvoeringsvorm wordt het patroon van diffractie-elementen gevormd door over het uittredingsoppervlak verdeelde inkepingen met onderling variërende optische 5 eigenschappen, in het bijzonder met onderling variërende diepte, vorm en/of doorsnede. Gebruik van dergelijke inkepingen maakt het mogelijk om op het lichtverdelingselement, in het bijzonder op het licht-uittredingsvlak met precisie te kunnen bepalen hoeveel licht er uittreedt. Ook hierdoor kan met een fijnere precisie dan de huidige techniek aan een lichtplan worden voldaan.In a further embodiment, the pattern of diffraction elements is formed by notches distributed over the exit surface with mutually varying optical properties, in particular with mutually varying depth, shape and/or cross-section. The use of such notches makes it possible to determine with precision how much light exits on the light distribution element, in particular on the light exit surface. This also means that a lighting plan can be met with finer precision than current technology.

In een uitvoeringsvorm met dergelijke inkepingen, kan het verder voordelig zijn het 19 patroon te voorzien van inkepingen die dicht bij de lichtbronnen minder diep, en/of van een kleinere doorsnede zijn dan inkepingen ver weg van de lichtbronnen.In an embodiment with such notches, it may further be advantageous to provide the pattern 19 with notches that are less deep close to the light sources, and/or of a smaller cross-section than notches far away from the light sources.

In een verdere uitvoeringsvorm wordt het patroon van diffractie-elementen gevormd door met variërende oppervlaktedichtheid over het uittredingsoppervlak verdeelde inkepingen. Het variëren van deze dichtheid maakt het mogelijk om op het lichtverdelingselement, in het bijzonder op het licht-uittredingsvlak met precisie te kunnen bepalen hoeveel licht er uittreedt. Hierdoor kan met een fijnere precisie dan de huidige techniek aan een lichtplan worden voldaan.In a further embodiment, the pattern of diffraction elements is formed by notches distributed over the exit surface with varying areal density. Varying this density makes it possible to determine with precision how much light exits on the light distribution element, in particular on the light exit surface. As a result, a lighting plan can be met with finer precision than current technology.

In een uitvoeringsvorm met dergelijke dichtheden inkepingen, is het verder voordelig in een patroon te voorzien waarvan dicht bij de lichtbronnen, de oppervlaktedichtheid van inkepingen lager ligt dan de oppervlaktedichtheid van inkepingen ver weg van de lichtbronnen.In an embodiment with such notch densities, it is further advantageous to provide a pattern in which, close to the light sources, the areal density of notches is lower than the areal density of notches far away from the light sources.

In een verdere uitvoeringsvorm zijn lichtbronnen optisch gekoppeld voor het in een instraalrichting in het transparante lichaam brengen van het licht, waarbij de instraalrichting bij voorkeur substantieel parallel is aan het licht-uittredingsvlak.In a further embodiment, light sources are optically coupled for introducing the light into the transparent body in an irradiation direction, wherein the irradiation direction is preferably substantially parallel to the light exit plane.

Voor een dergelijke uitvoeringsvorm is het verder voordelig te voorzien in dat uitstraalrichting substantieel loodrecht staat op de instraalrichting.For such an embodiment it is further advantageous to provide that the direction of radiation is substantially perpendicular to the direction of radiation.

In een verdere uitvoeringsvorm is de uitstraalrichting substantieel loodrecht op het licht- uittredingsvlak.In a further embodiment, the emission direction is substantially perpendicular to the light exit plane.

In een verdere uitvoeringsvorm is de uitstraalrichting over het licht-uittredingsvlak substantieel gelijk.In a further embodiment, the direction of radiation over the light exit surface is substantially the same.

Volgens een tweede aspect wordt een systeem voor het belichten van een gewas of een voorloper daarvan verschaft, het systeem omvattende een houder geschikt voor het houden van een gewas of een voorloper daarvan, en een verlichtingsinrichting volgens een van de hiervoor beschreven uitvoeringsvormen, gerangschikt voor het naar de houder uitstralen van licht. In een dergelijk systeem zullen de eerder genoemde voordelen ook behaald worden.According to a second aspect there is provided a system for lighting a crop or a precursor thereof, the system comprising a container suitable for holding a crop or a precursor thereof, and an lighting device according to one of the above-described embodiments, arranged for radiating light to the container. In such a system, the aforementioned advantages will also be achieved.

In het hiernavolgende deel worden verdere details, kenmerken en voordelen van enige concrete uitvoeringsvormen nader beschreven.In the following section, further details, features and advantages of some concrete embodiments are described in more detail.

In de beschrijving wordt verwezen naar de volgende figuren, waarin: figuur 1A-C zijaanzichten tonen van systemen voor het belichten van gewassen, voorzien van verlichtingsinstallaties bekend uit de stand der techniek; figuur 1D een zijaanzicht toont van een systeem voor het belichten van een gewas of een voorloper daarvan, voorzien van een verlichtingsinstallatie volgens de uitvinding; figuur 2A een zijaanzicht toont van een benadering van hoe in de techniek bekende lichtbronnen licht uitstralen; figuur 2B een zijaanzicht toont van hoe een verlichtingsinrichting volgens de uitvinding licht uitstraalt; figuur 3 een zijaanzicht toont van een verlichtingsinrichting volgens de uitvinding; figuur 4A-D onderaanzichten tonen van verlichtingsinrichtingen volgens de uitvinding; figuur 5A een zijaanzicht toont van een verlichtingsinrichting volgens de uitvinding; en figuren 5B-C perspectivisch aanzichten tonen van verlichtingsinrichtingen volgens bepaalde uitvoeringen.Reference is made in the description to the following figures, in which: figures 1A-C show side views of systems for lighting crops, provided with lighting installations known from the prior art; figure 1D shows a side view of a system for illuminating a crop or a precursor thereof, provided with a lighting installation according to the invention; Figure 2A shows a side view of an approximation of how light sources known in the art emit light; figure 2B shows a side view of how a lighting device according to the invention emits light; figure 3 shows a side view of a lighting device according to the invention; figures 4A-D show bottom views of lighting devices according to the invention; figure 5A shows a side view of a lighting device according to the invention; and Figures 5B-C show perspective views of lighting devices according to particular embodiments.

De eerder besproken figuren 1A-C tonen systemen voor het belichten van gewassen welke zijn voorzien van verlichtingsinrichtingen bekend uit de stand van de techniek.The previously discussed Figures 1A-C show systems for illuminating crops which are provided with lighting devices known in the art.

Dergelijke system omvatten een of meer lichtbronnen 20 welke gericht worden richting een houder, zoals een ondergrond 30 voor het belichten van gewassen 31 of voorlopers daarvan.Such systems comprise one or more light sources 20 which are directed towards a container, such as a substrate 30 for illuminating crops 31 or precursors thereof.

Figuur ID toont een systeem voor het belichten van gewassen dat is voorzien van een verlichtingsinrichting | volgens één van de hierm beschreven uitvoeringen.Figure ID shows a crop lighting system equipped with a lighting device | according to one of the embodiments described herein.

Verlichtingsinrichting 1 omvat een lichtverdelingselement en lichtbronnen 20, 20’. Lichtverdelingselement bestaat in dit geval uit een transparante plaat 10. Lichtbronnen 20, 20° zijn geplaatst aan weerszijde van plaat 10 en schijnen elk, vanaf een andere rand van plaat 10, richting plaat 10 om zo licht in de plaat te brengen.Lighting device 1 comprises a light distribution element and light sources 20, 20'. Light distribution element in this case consists of a transparent plate 10. Light sources 20, 20° are placed on either side of plate 10 and each shine, from a different edge of plate 10, towards plate 10 in order to introduce light into the plate.

Gewassen 31 kunnen bijvoorbeeld in een afgebakend gebied van de volle grond staan.Crops 31 can for instance stand in a demarcated area of the open ground.

Dit afgebakende gebied vormt dan de houder in de zin van de bijgevoegde conclusies.This defined area then forms the container within the meaning of the appended claims.

Met andere woorden, de aarde binnen dit afgebakende gebied wordt dan beschouwd als houder 30 voor gewassen 31. Doordat het licht in de uitstraalrichting richting het gewas wordt geschenen, kan er een lichtplan worden opgesteld waarbij de lichtprojectie van de verlichtingsinrichting beter overeenkomt met een te beschijnen oppervlak.In other words, the earth within this defined area is then regarded as container 30 for crops 31. Since the light is shone in the direction of radiation towards the crop, a light plan can be drawn up in which the light projection of the lighting device corresponds better to a light to be illuminated. surface.

Hierdoor kan ervoor gezorgd worden dat er minder lichtverlies plaatsvindt.This ensures that less light loss occurs.

In deze uitvoermgsvorm in het bijzonder wordt licht door de verlichtingsinrichting evenredig richting het gewas geschenen.In this particular embodiment, light is shone proportionally towards the crop by the lighting device.

Hierdoor kan verlichtingsinrichting 1 veel dichter op de gewassen gehangen worden, waardoor minder lichtverlies optreedt en waardoor constructies waar verlichtingsinrichting 1 in moet worden aangebracht minder hoog hoeven te zijn.As a result, lighting device 1 can be hung much closer to the crops, so that less light loss occurs and constructions in which lighting device 1 has to be fitted need to be less high.

De figuren 2A en 2B tonen zijaanzichten van hoe licht wordt uitgestraald, en in het bijzonder toont figuur 2A een zijaanzicht van een benadering van hoe licht wordt uitgestraald onder een bepaalde ruimte hoek door een lichtbron 20. Als lichtbron is het bijvoorbeeld mogelijk om LEDs te gebruiken, welke voordelig zijn gezien deze goedkoper zijn in de aanschaf, energie zuiniger zijn dan op gloeidraad gebaseerde verlichting en hiermee ook minder warm worden. Tevens hebben LEDs een langere gemiddelde levensduur dan op gloeidraad gebaseerde verlichting. In het geval van LEDs zal licht uitgestraald worden in een constante ruimtehoek — i.e.Figures 2A and 2B show side views of how light is emitted, and in particular, Figure 2A shows a side view of an approximation of how light is emitted at a given solid angle from a light source 20. As light source it is possible, for example, to use LEDs , which are advantageous as they are cheaper to purchase, are more energy efficient than filament-based lighting and therefore also become less hot. LEDs also have a longer average lifespan than filament-based lighting. In the case of LEDs, light will be emitted at a constant solid angle — i.e.

in de vorm van een kegel. Als lichtbron 20 wordt uitgevoerd als een TL-balk of een vergelijkbare langwerpige lichtbron, dan is het getoonde zijaanzicht alleen representatief voor een aanzicht dat in de lengte richting van deze lichtbron kijkt.in the shape of a cone. If light source 20 is configured as a fluorescent beam or similar elongated light source, the side view shown is only representative of a view looking in the longitudinal direction of this light source.

In de getoonde opstelling zijn lichtbronnen 20, 20° optisch gekoppeld met plaat 10 door lichtbronnen 20, 20° naast plaat 10 te plaatsen, en naar plaat 10 te richten.In the arrangement shown, light sources 20, 20° are optically coupled to plate 10 by placing light sources 20, 20° next to plate 10, and directed towards plate 10 .

In het bijzonder toont figuur 2B een zijaanzicht van hoe licht wordt uitgestraald door een verlichtingsinrichting 1. Vergelijkbaar met de uitvoeringsvorm getoond in figuur 1D, omvat verlichtingsinrichting 1 een lichtverdelingselement in de vorm van een lichtdoorlatende plaat 10, alsmede lichtbronnen 20, 20° welke aan tegenover elkaar gelegen zijde van plaat 10 zijn aangebracht. Ook in deze uitvoeringsvorm wordt licht evenredig in de uitstraalrichting gestraald.In particular, Fig. 2B shows a side view of how light is emitted from a lighting device 1. Similar to the embodiment shown in Fig. 1D, lighting device 1 comprises a light distribution element in the form of a light transmissive plate 10, as well as light sources 20, 20° facing opposite opposite sides of plate 10 are provided. In this embodiment, too, light is radiated proportionally in the direction of radiation.

Figuur 3 toont een zijaanzicht van een voorkeursuitvoering van verlichtingsinrichting 1. Wederom omvat verlichtingsinrichting 1 ten minste een lichtdoorlatende plaat 10, en lichtbronnen 20, 20°. In het bijzonder is verlichtingsinrichting 1 volgens figuur 3 voorzien van een bedekking 21, Verder wordt licht, vanaf lichtbronnen 20, 20°, respectievelijk in instraalrichting 12 en instraalrichting 12° in plaat 10 gebracht. Plaat 10 is verder voorzien van een licht-uittredingsvlak 14, ingericht om licht in een uitstraalrichting 11 uit te stralen.Figure 3 shows a side view of a preferred embodiment of lighting device 1. Again, lighting device 1 comprises at least one light transmissive plate 10, and light sources 20, 20°. In particular, the lighting device 1 according to figure 3 is provided with a cover 21. Furthermore, light is introduced into plate 10 from light sources 20, 20° in the irradiation direction 12 and the irradiation direction 12°, respectively. Plate 10 is further provided with a light exit surface 14, adapted to radiate light in an emission direction 11 .

Om lichtverlies in plaat 10 te minimaliseren, is de in hoofdzaak lichtdoorlatende plaat 10 bij voorkeur vervaardigd uit vrijwel volledig transparant materiaal zoals polymethylmethacrylaat, PMMA. Echter zijn er ook uitvoeringsvormen waarbij plaat 10 is vervaardigd uit een deels ondoorzichtig, troebel materiaal zoals wit of melkwit acrylaat. Bedekking 21 is ook aangebracht om lichtverlies door het oppervlak tegenover licht-uittredingsvlak 14 tegen te gaan. Bedekking 21 is bij voorkeur een richting plaat 10 reflecterende bedekking. Het is ook mogelijk om bedekking 21 aan te brengen aan randen van plaat 10 waar geen lichtbronnen langs zijn gerangschikt, voor het verder tegengaan van lichtverlies. De dikte van plaat 10 komt bij voorkeur overeen met de dikte van lichtbronnen 20, 20°. Bij een minder dikke plaat zal meer Hchtverlies optreden bij het in plaatTo minimize light loss in plate 10, the substantially light transmissive plate 10 is preferably made of substantially completely transparent material such as polymethyl methacrylate, PMMA. However, there are also embodiments in which plate 10 is made of a partly opaque, cloudy material such as white or milky white acrylate. Cover 21 is also provided to prevent light loss through the surface opposite light exit face 14 . Cover 21 is preferably a direction plate 10 reflective cover. It is also possible to provide cover 21 on edges of plate 10 along which no light sources are arranged, to further prevent light loss. The thickness of plate 10 preferably corresponds to the thickness of light sources 20, 20°. With a less thick plate, more power loss will occur when the plate is installed

10 brengen van het licht, en bij een dikkere plaat 10 gaat het gewicht van plaat 10 meer een rol spelen in het kunnen ophangen of vervoeren van verlichtingsinrichting 1.10 brings the light, and with a thicker plate 10 the weight of plate 10 will play a more important role in being able to suspend or transport lighting device 1.

Gebruik van laserdioden als lichtbronnen 20, 20’ is voordeling omdat de laserstraal met minder lichtverlies in plaat 10 te brengen is. Tevens is de doorsnede van de laserstraal klein ten opzichte van de doorsnede van de lichtstraal van gebruikelijke LEDs, wat een relatief dunne plaat mogelijk maakt.The use of laser diodes as light sources 20, 20' is advantageous because the laser beam can be brought into plate 10 with less light loss. Also, the cross-section of the laser beam is small compared to the cross-section of the light beam of conventional LEDs, which enables a relatively thin plate.

Op het licht-uittredingsvlak 14 is een patroon inkepingen gegraveerd. De individuele inkepingen breken het Hcht, waardoor het licht in uitstraalrichting 11, door licht-uittredingsvlak 14 uit plaat 10 treedt.A pattern of notches is engraved on the light-emitting surface 14. The individual notches refract the light, as a result of which the light exits the plate 10 in the emission direction 11 through the light exit surface 14 .

10 Net zoals de verlichtingsinrichtingen getoond in figuren ID en 2B, is ook in deze uitvoeringsvorm plaat 10 ingericht om licht van de lichtbronnen in hoofdzaak gelijkmatig over licht-uittredingsvlak 14 verdeeld uit te laten treden.Just like the lighting devices shown in figures ID and 2B, plate 10 is also arranged in this embodiment to allow light from the light sources to exit substantially evenly distributed over light exit surface 14.

Dit doel wordt bereikt doordat optische eigenschappen van het patroon inkepingen over licht-uittredingsvlak 14 gevarieerd worden. Deze variërende optische eigenschappen hebben als gevolg dat op een gegeven plek op het licht-uittredingsvlak 14, meer van het licht dat zich lokaal in plaat 10 bevindt wordt uitgestraald dan op een andere plek. Vergelijkbaar kan er worden gesproken van een percentage van het licht dat wordt uitgestraald, waarbij het percentage overeenkomt met de lichtintensiteit van het uitgestraalde licht, gedeeld door de lichtintensiteit van het zich lokaal in plaat 10 bevindende licht.This object is achieved in that optical properties of the pattern of notches across the light exit plane 14 are varied. As a result of these varying optical properties, at a given location on the light exit plane 14, more of the light located locally in plate 10 is radiated than at another location. Comparably, one can speak of a percentage of the light that is emitted, the percentage corresponding to the light intensity of the light emitted, divided by the light intensity of the light located locally in plate 10.

In figuur 3, evenals figuren 4A-D en figuren 5A-C is het patroon inkepingen donkerder aangegeven, daar waar dit patroon relatief meer licht breekt, wat kan worden bereikt door het variëren in een van de eerder genoemde eigenschappen van het patroon of de inkepingen die het patroon vormen.In Figure 3, as well as Figures 4A-D and Figures 5A-C, the pattern of notches is shown darker, where this pattern refracts relatively more light, which can be achieved by varying one of the aforementioned properties of the pattern or notches. that make up the pattern.

De gemiddelde hoeveelheid licht dat lokaal (i.e. door een gegeven oppervlak) door het patroon inkepingen uit plaat 10 wordt gebroken is afhankelijk van een hoeveel licht dat door individuele inkepingen uit plaat 10 wordt gebroken, evenals de lokale dichtheid inkepingen (i.e. hoeveel inkepingen er zijn op dat oppervlak). De hoeveel licht dat door een individuele inkeping wordt gebroken is bepaald door de diepte, vorm, en doorsnede er van. Het variëren van de optische eigenschappen van het patroon kan daarom worden behaald door het variëren van de diepte, vorm, en/of doorsnede van de inkepingen, evenals de dichtheid van de inkepingen. Dergelijke inkepingen zijn bij voorbeeld tussen de 1 en 8 millimeter diep, en bij voorkeur tussen de 1 en 5 millimeter diep.The average amount of light refracted locally (i.e. through a given surface) by the pattern of notches from plate 10 depends on how much light is refracted through individual notches from plate 10, as well as the local notches density (i.e. how many notches there are on that surface). The amount of light refracted through an individual notch is determined by its depth, shape, and diameter. Varying the optical properties of the pattern can therefore be achieved by varying the depth, shape, and/or cross section of the notches, as well as the density of the notches. Such notches are, for example, between 1 and 8 millimeters deep, and preferably between 1 and 5 millimeters deep.

De genoemde inkepingen zijn slechts een voorbeeld van mogelijke diffractie-elementen. Het is ook mogelijk om andere diffractie-elementen aan te brengen op het licht-uittredingsvlak of een combinatie van dergelijke inkepingen en andere diffractie-elementen.The notches mentioned are only an example of possible diffraction elements. It is also possible to provide other diffraction elements on the light exit face or a combination of such notches and other diffraction elements.

Verscheidene patronen inkepingen zijn te zien in figuren 4A-D, welke onderaanzichten tonen van uitvoeringsvormen vergelijkbaar met die getoond in de figuren ID, 2B, en 3. In elk van deze figuren is verlichtingsinrichting 1 getoond, omvattende lichtdoorlatende plaat 10 en een of meer lichtbronnen 20, 20°. In het bijzonder is in het detail van figuur 4A een patroon 15 van inkepingen 13 getoond.Various patterns of notches can be seen in Figures 4A-D, which show bottom views of embodiments similar to those shown in Figures ID, 2B, and 3. In each of these figures, illumination device 1 is shown, comprising light transmissive plate 10 and one or more light sources. 20, 20°. In particular, in the detail of Figure 4A, a pattern 15 of notches 13 is shown.

Lichtbronnen 20, 20° worden optioneel eerst aangebracht op een aluminium basis voor versimpeling van het monteren er van, en zodat deze tijdens gebruik beter te koelen zijn. Lichtbronnen 20, 20° worden bij voorkeur van vermogen voorzien vanaf een transformator, welke er eerst voor zorgt dat een primaire spanning (zoals netspanning 230V of 380V) omgezet wordt naar de werkspanning van lichtbronnen 20, 20°. Voor LEDs betreft dit bijvoorbeeld 12, 24 of 48V.Light sources 20, 20° are optionally first mounted on an aluminum base to simplify the mounting thereof, and so that they can be cooled better during use. Light sources 20, 20° are preferably powered from a transformer, which first ensures that a primary voltage (such as mains voltage 230V or 380V) is converted to the operating voltage of light sources 20, 20°. For LEDs this concerns, for example, 12, 24 or 48V.

Tevens kan de verlichtingsinrichting voorzien zijn van een regelaar welke de helderheid van lichtbronnen 20, 20° simultaan of individueel kan aansturen om de helderheid van de verlichtingsinrichting als geheel aan te passen en / of om lichtbronnen 20, 20° een specifieke kleur licht te laten uitstralen, waardoor een gewas op een gegeven tijdstip de gewenste hoeveelheid licht krijgt en in de gewenste kleur.The lighting device may also be provided with a controller which can simultaneously or individually control the brightness of light sources 20, 20° to adjust the brightness of the lighting device as a whole and/or to have light sources 20, 20° emit a specific color of light. , so that a crop receives the desired amount of light and in the desired color at a given time.

Figuur 4A toont in meer detail een uitvoeringsvorm van patroon 15 dat is ingericht voor het hoofdzakelijk gelijkmatig over het licht-uittredingsvlak uitstralen van licht.Figure 4A shows in more detail an embodiment of cartridge 15 which is adapted to radiate light substantially evenly over the light exit plane.

Patroon 15 realiseert dit doordat de hoeveelheid licht dat lokaal door patroon 15 wordt gebroken, toeneemt naarmate dat de afstand tot lichtbronnen 20, 20’ toeneemt. Dit heeft als resultaat dat door een deel van patroon 15, het dichtst bij lichtbronnen 20, 20° in verhouding relatief weinig licht uit plaat 10 breekt, waardoor daar licht van een vooraf bepaalde, gewenste intensiteit uit plaat 10 treedt. Verder heeft dit als resultaat dat door een ander deel van patroon 15, en op enige afstand van lichtbronnen 20, 20° (dat wil zeggen, op een positie waar de lichtsterkte al is afgenomen in vergelijking met de lichtsterkte op korte afstand van de lichtbronnen) in verhouding relatief veel licht uit plaat 10 breekt, waardoor ook daar licht van de gewenste intensiteit uit plaat 10 treedt.Pattern 15 achieves this because the amount of light refracted locally by pattern 15 increases as the distance from light sources 20, 20' increases. As a result, relatively little light refracts from plate 10 through a part of pattern 15, closest to light sources 20, 20°, so that light of a predetermined, desired intensity exits from plate 10 there. Furthermore, this results in another part of pattern 15, and some distance from light sources 20, 20° (that is, at a position where the light intensity has already decreased compared to the light intensity close to the light sources) a relatively large amount of light refracts from plate 10, so that light of the desired intensity exits from plate 10 there too.

Vergelijkbaar kan een dergelijk patroon worden beschreven zodanig dat ter hoogte van lichtbronnen 20, 20’ een eerste percentage licht wordt gebroken, waardoor licht van een gewenste (absolute) intensiteit uitstraalt, en dat er op enige afstand van lichtbronnen 20, 20°, ook rekening houdend met de hoeveelheid al uitgestraald licht, een hoger, tweede percentage licht wordt gebroken, waardoor ook daar licht van de gewenste intensiteit uitstraalt.Similarly, such a pattern can be described such that at the level of light sources 20, 20' a first percentage of light is refracted, so that light of a desired (absolute) intensity radiates, and that at some distance from light sources 20, 20°, also taking into account the amount of light already emitted, a higher, second percentage of light is refracted, so that light of the desired intensity is also emitted there.

De volgende meetresultaten ondersteunen de bovenstaande bewering dat een verlichtingsinrichting volgens de uitvinding beter dan de stand der techniek in staat is om licht op een hoofdzakelijk gelijkmatige manier uit te stralen.The following measurement results support the above claim that a lighting device according to the invention is better able than the prior art to emit light in a substantially uniform manner.

Gebruik is gemaakt van een meetopstelling waarbij de te beoordelen verlichtingsinrichting boven een te beschijnen oppervlak is gerangschikt.Use is made of a measuring set-up in which the lighting device to be assessed is arranged above a surface to be illuminated.

Het te beschijnen oppervlak was 55 centimeter breed en de gelijkmatigheid van uitgestraald licht is beoordeeld. door de lichtintensiteit te meten over de breedte van het te beschijnen oppervlak.The surface to be illuminated was 55 centimeters wide and the uniformity of the light emitted was assessed. by measuring the light intensity across the width of the surface to be illuminated.

Er is op negen punten over deze breedte heen een lichtmeting gedaan, en wel op respectievelijk 2,5 / 8,5 / 15 / 21,25 / 27,5 133,75 /40 / 46,25 en 52,5 centimeter op de lijn.A light measurement was taken at nine points across this width, namely at 2.5 / 8.5 / 15 / 21.25 / 27.5 133.75 /40 / 46.25 and 52.5 centimeters on the line.

Als verlichtingsinrichting volgens de stand van de techniek is gebruik gemaakt van twee LED-strips.Two LED strips are used as the lighting device according to the prior art.

De twee strips zijn parallel aan de lengterichting van het te beschijnen oppervlak boven de eerder genoemde punten gehangen, en op respectievelijk 13,75 cm en 41,25 cm in de breedte richting.The two strips are hung parallel to the longitudinal direction of the surface to be illuminated above the aforementioned points, and respectively 13.75 cm and 41.25 cm in the width direction.

De LED-strips hebben ieder een vermogen van 21,5 Watt, en gebruiken dus samen 43 Watt.The LED strips each have a power of 21.5 Watts, so together they use 43 Watts.

Onderstaande tabel toont de lichtintensiteit gemeten op de eerder aangegeven punten en hoeveel procent deze waarde afwijkt van een meting in het midden van de breedte richting.The table below shows the light intensity measured at the previously indicated points and how much percent this value deviates from a measurement in the middle of the width direction.

Tabel 1: Lichtintensiteitsmeting: Verlichtingsinrichting volgens de stand van de techniek Afstand tot Zijkant opperviak 4 8,5 15 21,25 27,5 33,75 40 46,25 52,5 (CM) OL | 420 887 1396 972 659 843 67 103,2 458 Afwijking | Tro, Jaden 627% 3460% TIL84% 4750% 00 27.92% 107,44% 6.60% -30.50% Als verlichtingsinrichting volgens de uitvinding is gebruik gemaakt van uitvoeringsvorm vergelijkbaar met die getoond in figuren 3 en 4. Als lichtbronnen 20, 20° zijn dezelfde soort LED- strips gebruikt als in de inrichting volgens de stand van de techniek.Table 1: Light intensity measurement: Lighting device according to the prior art Distance to Side surface 4 8.5 15 21.25 27.5 33.75 40 46.25 52.5 (CM) OL | 420 887 1396 972 659 843 67 103.2 458 Deviation | Tro, Jaden 627% 3460% TIL84% 4750% 00 27.92% 107.44% 6.60% -30.50% As the lighting device according to the invention use is made of an embodiment similar to that shown in figures 3 and 4. If light sources are 20, 20° the same kind of LED strips are used as in the prior art device.

De verlichtingsinrichting was hierbij gerangschikt zodat lichtbronnen 20, 20° zich bevonden op ongeveer Ó en 55 centimeter.The lighting device was herein arranged so that light sources 20, 20° were located at approximately Ó and 55 centimetres.

De lichtdoorlatende plaat was gerangschikt boven het oppervlak, tussen lichtbronnen 20, 20° in.The translucent plate was arranged above the surface, between light sources 20, 20°.

Onderstaande tabel toont de lichtintensiteit gemeten op de eerder aangegeven punten en hoeveel procent deze waarde afwijkt van een meting in het midden van de breedte richting.The table below shows the light intensity measured at the previously indicated points and how much percent this value deviates from a measurement in the middle of the width direction.

Tabel 2: Lichtintensiteitsmeting: Verlichtingsinrichting volgens uitvinding Afstand tot Zijkant oppervlak 2,5 8,5 15 211,28 27,5 3375 40 4625 52,5 (CM) OL 3 972 1019 1046 1056 1060 1054 103,5 1014 978Table 2: Light intensity measurement: Lighting device according to the invention Distance to side surface 2.5 8.5 15 211.28 27.5 3375 40 4625 52.5 (CM) OL 3 972 1019 1046 1056 1060 1054 103.5 1014 978

Afwijking | Tov Midden gage 387% 132% 038% 00 057% 236% 44% 770% Ondanks dat de voorbeelden in deze figuurbeschrijving zich richten op het hoofdzakelijk gelijkmatig uitstralen van licht, kan met een gepast patroon inkepingen vrijwel elke gewenste lichtverdelingen worden verwezenlijkt. Verder is een verlichtingsinrichting volgens de uitvinding ook geschikt om licht volgens een lichtverdeling uit te stralen richting andere objecten waar dit gewenst voor is, Het is verder mogelijk een dergelijke verlichtingsinrichting op te nemen in een systeem voor het belichten van de objecten, waarbij een dergelijk systeem verder omvat een houder geschikt voor het houden van de objecten. Verdere uitvoeringsvormen van patroon 15 welke hoofdzakelijk gelijkmatig uitstralen van licht realiseren zijn getoond in figuren 4B-D. In elk van deze figuren is getoond cen verlichtingsinrichting 1 omvattende een lichtdoorlatende plaat 10 en een of meer lichtbronnen 20, 20°, 20°’.Deviation | Relative to Center gage 387% 132% 038% 00 057% 236% 44% 770% Despite the fact that the examples in this figure description focus on emitting light substantially evenly, with a suitable pattern of notches almost any desired light distribution can be achieved. Furthermore, a lighting device according to the invention is also suitable for radiating light according to a light distribution towards other objects for which this is desired. It is further possible to include such a lighting device in a system for illuminating the objects, wherein such a system further comprises a holder suitable for holding the objects. Further embodiments of cartridge 15 which realize substantially uniform light emission are shown in Figures 4B-D. In each of these figures there is shown a lighting device 1 comprising a light-transmitting plate 10 and one or more light sources 20, 20°, 20°'.

Ondanks dat de voorbeelden in deze figuurbeschrijving zich richten op een lichtdoorlatende plaat die is uitgevoerd als een rechthoek, is het ook mogelijk plaat 10 uit te voeren als een ruit, cirkel, of driehoek. In beginsel kan de plaat de doorsnede van een veelhoek hebben. Afwijkende vormen, zoals gebogen vormen zijn uiteraard ook mogelijk.Although the examples in this description of the figures focus on a translucent plate that is designed as a rectangle, it is also possible to design plate 10 as a rhombus, circle, or triangle. In principle, the plate may have the cross-section of a polygon. Deviating shapes, such as curved shapes, are of course also possible.

Figuur 5 toont een verdere uitvoeringsvorm van verlichtingsinrichting 1 volgens een van de mogelijke uitvoeringsvormen, wederom omvattende lichtdoorlatende plaat 10 en één of meer lichtbronnen 20, 20°. In het bijzonder toont figuur 5 een plaat 10 voorzien van twee licht- uittredingsvlakken. doordat de twee tegenover elkaar gelegen vlakken van plaat 10 beide zijn voorzien van een patroon inkepingen zoals hiervoor besproken. Met een dergelijke verlichtingsinrichting kan er twee kanten op gewassen worden belicht.Figure 5 shows a further embodiment of lighting device 1 according to one of the possible embodiments, again comprising light-transmitting plate 10 and one or more light sources 20, 20°. In particular, figure 5 shows a plate 10 provided with two light exit surfaces. in that the two opposite faces of plate 10 are both provided with a pattern of notches as discussed above. With such a lighting device, crops can be illuminated in two directions.

Ondanks dat de voorbeelden in deze figuurbeschrijving zich richten op een lichtverdelingselement dat is uitgevoerd als een lichtdoorlatende plaat 10, kan het lichtverdelingselement ook worden uitgevoerd als een algemeen lichtdoorlatend lichaam (dus een niet-noodzakelijkerwijs plaatvormig lichaam).Although the examples in this description of the figures focus on a light-distribution element designed as a light-transmitting plate 10, the light-distribution element can also be designed as a general light-transmitting body (i.e. a non-necessarily plate-shaped body).

Het lichtverdelingselement kan bijvoorbeeld ook worden uitgevoerd als een balk, voorzien van een of meer licht-uittredingsvlakken doordat een of meer van de lange vlakken van de balk zijn voorzien van een patroon inkepingen zoals hiervoor besproken, en in welk geval een of meer lichtbronnen optisch gekoppeld zijn aan één of beide uiteinde van de balk.The light distribution element can for instance also be designed as a beam, provided with one or more light-emitting surfaces in that one or more of the long surfaces of the beam are provided with a pattern of notches as discussed above, in which case one or more light sources are optically coupled are at one or both ends of the beam.

Het lichtverdelingselement kon ook worden uitgevoerd als een cilinder, voorzien van een enkel licht-uittredingsvlak doordat het gekromde vlak van de cilinder is voorzien van een patroon inkepingen zoals hiervoor besproken, en in welk geval een of meer lichtbronnen optisch gekoppeld zijn aan één of beide uiteinde van de cilinder.The light distribution element could also be designed as a cylinder, provided with a single light exit surface in that the curved surface of the cylinder is provided with a pattern of notches as discussed above, in which case one or more light sources are optically coupled at one or both ends. of the cylinder.

Het moge de vakman duidelijk zijn dat de onderhavige uitvinding niet beperkt is tot de hier getoonde uitvoeringsvormen maar dat verschillende wijzigingen mogelijk zijn zonder hierbij af te wijken van de beschermingsomvang welke wordt gedefinieerd door de bijgevoegde conclusies.It will be apparent to those skilled in the art that the present invention is not limited to the embodiments shown here, but that various modifications are possible without departing from the scope of protection defined by the appended claims.

Claims (23)

CONCLUSIES 1 Verlichtingsinrichting voor het belichten van een gewas of een voorloper daarvan, de verlichtingsinrichting omvattende: een lichtverdelingselement voor het in een uitstraalrichting naar het gewas of voorloper daarvan uitstralen van licht, waarbij het lichtverdelingselement een in hoofdzaak lichtdoorlatend lichaam omvat; een aantal lichtbronnen, optisch gekoppeld met ten minste één rand van het lichtdoorlatende lichaam, voor het in het Hchtdoorlatende lichaam brengen van het licht van de Lichtbronnen; waarbij het lichtdoorlatende lichaam ten minste één licht-uittredingsvlak omvat dat is voorzien van een patroon van diffractie-elementen, waarbij de diffractie-elementen zijn uitgevoerd om het licht in het lichtdoorlatende lichaam af te buigen en vanaf het licht-uittredingsvlak uit te laten treden in een uitstraalrichting.CONCLUSIONS 1 Lighting device for illuminating a crop or a precursor thereof, the lighting device comprising: a light distribution element for radiating light in an emission direction to the crop or precursor thereof, the light distribution element comprising a substantially light-transmitting body; a plurality of light sources, optically coupled to at least one edge of the light transmissive body, for introducing the light from the light sources into the light transmissive body; wherein the light-transmitting body comprises at least one light-emitting surface provided with a pattern of diffraction elements, the diffraction elements being configured to deflect the light in the light-transmitting body and to exit from the light-emitting surface into a radiation direction. 2. Verlichtingsinrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de lichtbronnen “light emitting diodes”, LEDs, of laserdioden zijn.Lighting device according to one of the preceding claims, wherein the light sources are light emitting diodes, LEDs or laser diodes. 3. Verlichtingsinrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij elk van de diffractie-elementen een inkeping in het uittredingvlak omvat.Illumination device according to one of the preceding claims, wherein each of the diffraction elements comprises a notch in the exit plane. 4. Verlichtingsinrichting volgens conclusie 3, waarbij inkeping is gevormd door het uittredingsoppervlak te graveren, bij voorkeur met een laser.Lighting device according to claim 3, wherein the recess is formed by engraving the exit surface, preferably with a laser. 5. Verlichtingsinrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het patroon van diffractie-elementen is uitgevoerd om het licht van de lichtbronnen in hoofdzaak gelijkmatig over het uittredingsvlak verdeeld uit te laten treden.5. Lighting device according to one of the preceding claims, wherein the pattern of diffraction elements is designed to allow the light from the light sources to emerge distributed substantially evenly over the exit surface. 6. Verlichtingsinrichting volgens één van de voorgaande conclusies, verder omvattende een diffusor, in het bijzonder een tegen het uittredingsvlak van het lichtdoorlatende lichaam aangebrachte diffasorplaat, welke is ingericht voor het verspreiden van het via de individuele diffractie-elementen uittredende licht.6. Lighting device as claimed in any of the foregoing claims, further comprising a diffuser, in particular a diffuser plate arranged against the exit surface of the light-transmitting body, which diffusion plate is adapted to spread the light exiting via the individual diffraction elements. 7. Verlichtingsinrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij een vlak van het lichtdoorlatende lichaam tegenover het licht-uittredingsvlak is voorzien van niet lichtdoorlatende bedekking, en bij voorkeur van een in de richting van het lichtdoorlatende lichaam reflecterende bedekking.7. A lighting device according to any one of the preceding claims, wherein a surface of the light-transmitting body opposite the light-emitting surface is provided with a non-light-transmitting coating, and preferably with a coating reflecting in the direction of the light-transmitting body. 8. Verlichtingsinrichting volgens één van de conclusies 1-6, waarbij het lichtverdelingselement verder een tweede licht-uittredingsvlak omvat, gelegen tegenover het eerste lHcht-uittredingsvlak,An illumination device according to any one of claims 1-6, wherein the light distribution element further comprises a second light exit surface located opposite the first light exit surface, 9. Verlichtingsinrichting volgens conclusie 1, waarbij het lichaam een plaat is.The lighting device of claim 1, wherein the body is a plate. 10. Verlichtingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de lichtbronnen in een rij langs een enkele rand van de lichtdoorlatende plaat is aangebracht en is ingericht om licht vanaf de enkele rand de lichtdoorlatende plaat binnen te laten treden.A lighting device according to any one of the preceding claims, wherein the light sources are arranged in a row along a single edge of the light transmissive plate and are arranged to allow light to enter the light transmissive plate from the single edge. 11. Verlichtingsinrichting volgens conclusies 2 en 10, waarbij de rij lichtbronnen respectievelijk een LED-strip of een strip laserdioden omvat.Lighting device according to claims 2 and 10, wherein the row of light sources comprises an LED strip or a strip of laser diodes, respectively. 12. Verlichtingsinrichting volgens een van de conclusies 10 of 11, verder omvattende een tweede rij lichtbronnen, waarbij de tweede rij lichtbronnen langs een andere rand van de lichtdoorlatende plaat is aangebracht, en is ingericht om licht vanaf de andere rand de lichtdoorlatende plaat binnen te laten treden, waarbij de enkele rand en de andere rand bij voorkeur tegenover elkaar liggen.The lighting device of any one of claims 10 or 11, further comprising a second row of light sources, the second row of light sources being arranged along another edge of the light transmissive plate, and arranged to allow light to enter the light transmissive plate from the other edge. steps, wherein the single edge and the other edge preferably face each other. 13. Verlichtingsinrichting volgens een van de conclusies 10 of 11, waarbij een rand waar geen rij lichtbronnen langs is aangebracht is voorzien van niet lichtdoorlatende bedekking, bij voorkeur van een in de richting van het lichtdoorlatende lichaam reflecterende bedekking.A lighting device according to any one of claims 10 or 11, wherein an edge along which no row of light sources is arranged is provided with a light-transmitting coating, preferably with a coating reflecting in the direction of the light-transmitting body. 14. Verlichtingsinrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de diffractie-elementen zijn uitgevoerd zodat de optische eigenschappen van de over het uittredingsvlak verdeelde diffractie-elementen, afhankelijk van de positie van het betreffende diffractie-element, in het uittredingsvlak variëren.Illumination device according to one of the preceding claims, wherein the diffraction elements are designed so that the optical properties of the diffraction elements distributed over the exit plane vary, depending on the position of the relevant diffraction element in the exit plane. 15. Verlichtingsinrichting volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het patroon van diffractie-elementen gevormd wordt door over het uittredingsoppervlak verdeelde inkepingen met onderling variërende optische eigenschappen, in het bijzonder met onderling variërende diepte, vorm en/of doorsnede.Illumination device according to one of the preceding claims, wherein the pattern of diffraction elements is formed by notches distributed over the exit surface with mutually varying optical properties, in particular with mutually varying depth, shape and/or cross-section. 16. Verlichtingsinrichting volgens conclusie 15, waarbij de inkepingen tussen de 1 en de 8 millimeter, en bij voorkeur tussen de 1 en 4 millimeter diep zijn.Lighting device according to claim 15, wherein the notches are between 1 and 8 millimeters, and preferably between 1 and 4 millimeters deep. 17. Verlichtingsinrichting volgens een van de conclusies 10-12, en conclusie 15 of 16, waarbij dicht bij de lichtbronnen, de inkepingen minder diep, en/of van een kleinere doorsnede zijn dan inkepingen ver weg van de lichtbronnen.A lighting device according to any one of claims 10-12, and claim 15 or 16, wherein close to the light sources, the recesses are less deep and/or of a smaller cross-section than recesses far away from the light sources. 18. Verlichtingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het patroon van diffractie-elementen gevormd wordt door met variërende oppervlaktedichtheid over het uittredingsoppervlak verdeelde inkepingen.An illumination device according to any one of the preceding claims, wherein the pattern of diffraction elements is formed by notches distributed over the exit surface with varying surface density. 19. Verlichtingsinrichting volgens een van de conclusies 10-12, en conclusie 17, waarbij dicht bij de lichtbronnen, de oppervlaktedichtheid van inkepingen lager ligt dan de oppervlaktedichtheid van inkepingen ver weg van de lichtbronnen.An illumination device according to any one of claims 10-12, and claim 17, wherein close to the light sources, the areal density of notches is lower than the areal density of notches far away from the light sources. 20. Verlichtingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de lichtbronnen optisch gekoppeld zijn voor het in een instraalrichting in het lichtdoorlatende lichaam brengen van het licht, waarbij de instraalrichting bij voorkeur substantieel parallel is aan het licht- uittredingsvlak.A lighting device according to any one of the preceding claims, wherein the light sources are optically coupled for introducing the light into the light-transmitting body in an irradiation direction, the irradiation direction preferably being substantially parallel to the light-emitting plane. 21. Verlichtingsinrichting volgens conclusie 20, waarbij de uitstraalrichting substantieel loodrecht staat op de instraalrichting.21. Lighting device according to claim 20, wherein the direction of radiation is substantially perpendicular to the direction of radiation. 22. Verlichtingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de uitstraalrichting substantieel loodrecht staat op het Hcht-uittredingsvlak.A lighting device according to any one of the preceding claims, wherein the radiation direction is substantially perpendicular to the Hcht exit plane. 23. Verlichtingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de uitstraalrichting over het licht-uittredingsvlak substantieel gelijk is.A lighting device according to any one of the preceding claims, wherein the direction of radiation over the light exit surface is substantially the same. 24, Systeem voor het belichten van een gewas of een voorloper daarvan, het systeem omvattende: een houder geschikt voor het houden van een gewas of een voorloper daarvan; een verlichtingsinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, gerangschikt voor het naar de houder uitstralen van licht.24, System for illuminating a crop or a precursor thereof, the system comprising: a container suitable for holding a crop or a precursor thereof; a lighting device as claimed in any of the foregoing claims, arranged for radiating light to the container.
NL2026855A 2020-10-02 2020-11-09 LIGHTING DEVICE AND SYSTEM FOR ILLUMINATING A CROP OR A PRECORDER NL2026855B1 (en)

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2026615 2020-10-02

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2026855B1 true NL2026855B1 (en) 2022-06-03

Family

ID=74096013

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2026855A NL2026855B1 (en) 2020-10-02 2020-11-09 LIGHTING DEVICE AND SYSTEM FOR ILLUMINATING A CROP OR A PRECORDER

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2026855B1 (en)

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20040080927A1 (en) * 1995-06-27 2004-04-29 Parker Jeffery R. Light emitting panel assemblies
US20090244690A1 (en) * 2008-03-27 2009-10-01 Rohm And Haas Electronic Materials Llc Light guiding film having light extraction features
EP2128520A1 (en) * 2007-02-20 2009-12-02 Nobuo Oyama Light source apparatus, lighting apparatus using the light source apparatus, and plant growing apparatus using lighting apparatus
US20170299797A1 (en) * 2016-04-15 2017-10-19 Rambus Delaware Llc Lighting assembly with differing light output distribution and/or spectrum output
NL1042764B1 (en) * 2018-02-28 2019-09-04 4Bever Beheer B V Cultivation system with compartments delimited at the top by a light-distributing top wall and which are furthermore provided with light-reflecting side shields

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20040080927A1 (en) * 1995-06-27 2004-04-29 Parker Jeffery R. Light emitting panel assemblies
EP2128520A1 (en) * 2007-02-20 2009-12-02 Nobuo Oyama Light source apparatus, lighting apparatus using the light source apparatus, and plant growing apparatus using lighting apparatus
US20090244690A1 (en) * 2008-03-27 2009-10-01 Rohm And Haas Electronic Materials Llc Light guiding film having light extraction features
US20170299797A1 (en) * 2016-04-15 2017-10-19 Rambus Delaware Llc Lighting assembly with differing light output distribution and/or spectrum output
NL1042764B1 (en) * 2018-02-28 2019-09-04 4Bever Beheer B V Cultivation system with compartments delimited at the top by a light-distributing top wall and which are furthermore provided with light-reflecting side shields

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US10890709B2 (en) Asymmetrical light intensity distribution from luminaire
US7410275B2 (en) Refractive optic for uniform illumination
US9212796B2 (en) Optical system and method for managing brightness contrasts between high brightness light sources and surrounding surfaces
JP3804795B2 (en) Lighting device for flat panel display element
DK2567610T3 (en) Light emitting diode (LED) light fixture for a greenhouse and greenhouse containing an LED light fixture
US11873974B2 (en) Plant growth lighting systems
TW200500980A (en) Area light device and display device using the device
RU2010139765A (en) DEVICE FOR DISTRIBUTING LIGHT FROM MANY SOURCES FOR ELIMINATING THE VISIBLE BOUNDARIES BETWEEN THEM, DEVICES FOR LIGHT THERAPY, INCLUDING SUCH DEVICE AND METHODS
US10578789B2 (en) Optical system and method for managing brightness contrasts between high brightness light sources and surrounding surfaces
KR20170097674A (en) Lighting device for vehicles
US20200053854A1 (en) Tunable led light array for horticulture
US20160047966A1 (en) Electrical household appliance having an illuminated interior
JP6706183B2 (en) Optical element
NL2026855B1 (en) LIGHTING DEVICE AND SYSTEM FOR ILLUMINATING A CROP OR A PRECORDER
JP2518236B2 (en) Light source
JP5588217B2 (en) Lighting device
KR20190052690A (en) Illuminator with asymmetric light distribution pattern
CN112524500B (en) Asymmetric light intensity distribution from a lighting device
RU188259U1 (en) SURGICAL LED LAMP
KR200421543Y1 (en) Lighting equipment
BE1030357B1 (en) PLANT LIGHTING DEVICE DESIGNED TO BE POSITIONED ABOVE A PLANT BOX FOR THE PURPOSE OF LIGHTING PLANTS IN THE PLANT BOX
CN113124337A (en) Optical element and lamp
WO2006033770A2 (en) Refractive optic for uniform illumination
BE901643A (en) LUMINAIRE FOR LIGHTING PLANTS AT A MIND DISTANCE.
JP5072830B2 (en) Surgical light