NL2026223B1 - Telescopisch schachtsamenstel en reddingsgereedschap - Google Patents

Telescopisch schachtsamenstel en reddingsgereedschap Download PDF

Info

Publication number
NL2026223B1
NL2026223B1 NL2026223A NL2026223A NL2026223B1 NL 2026223 B1 NL2026223 B1 NL 2026223B1 NL 2026223 A NL2026223 A NL 2026223A NL 2026223 A NL2026223 A NL 2026223A NL 2026223 B1 NL2026223 B1 NL 2026223B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
shaft body
shaft
housing
fully
shaft assembly
Prior art date
Application number
NL2026223A
Other languages
English (en)
Inventor
Baas Fred
Pieter Maarschalk Jan
Original Assignee
Jpm Beheer B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Jpm Beheer B V filed Critical Jpm Beheer B V
Priority to NL2026223A priority Critical patent/NL2026223B1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2026223B1 publication Critical patent/NL2026223B1/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A62LIFE-SAVING; FIRE-FIGHTING
    • A62BDEVICES, APPARATUS OR METHODS FOR LIFE-SAVING
    • A62B3/00Devices or single parts for facilitating escape from buildings or the like, e.g. protection shields, protection screens; Portable devices for preventing smoke penetrating into distinct parts of buildings
    • A62B3/005Rescue tools with forcing action
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B66HOISTING; LIFTING; HAULING
    • B66FHOISTING, LIFTING, HAULING OR PUSHING, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, e.g. DEVICES WHICH APPLY A LIFTING OR PUSHING FORCE DIRECTLY TO THE SURFACE OF A LOAD
    • B66F3/00Devices, e.g. jacks, adapted for uninterrupted lifting of loads
    • B66F3/08Devices, e.g. jacks, adapted for uninterrupted lifting of loads screw operated
    • B66F3/10Devices, e.g. jacks, adapted for uninterrupted lifting of loads screw operated with telescopic sleeves
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B66HOISTING; LIFTING; HAULING
    • B66FHOISTING, LIFTING, HAULING OR PUSHING, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, e.g. DEVICES WHICH APPLY A LIFTING OR PUSHING FORCE DIRECTLY TO THE SURFACE OF A LOAD
    • B66F3/00Devices, e.g. jacks, adapted for uninterrupted lifting of loads
    • B66F3/44Devices, e.g. jacks, adapted for uninterrupted lifting of loads with self-contained electric driving motors

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Geology (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Business, Economics & Management (AREA)
  • Emergency Management (AREA)
  • Transmission Devices (AREA)

Abstract

Een telescopisch schachtsamenstel omvat een behuizing met een lichaamsholte (1) zich volgens een werkas (W) uitstrekt, waarbij ten minste een eerste schachtlichaam (11) en een tweede schachtlichaam (12) coaxiaal in de holte is opgenomen en werkzaam zijn gekoppeld, althans koppelbaar zijn, met bekrachtigbare aandrijfmiddelen (6,7,8) waarmee de schachtlichamen volgens de werkas (W) verplaatsbaar zijn tussen een volledig ingeschoven begintoestand en een volledig uitgedreven eindtoestand. De aandrijfmiddelen omvatten een voor beide schachtlichamen gemeenschappelijk schroefspindel (10) die zich coaxiaal binnen beide schachtlichamen (11,12) uitstrekt Het eerste schachtlichaam (11) omvat een eerste schroefmoerinrichting (21) en is in staat en ingericht is om daarmee werkzaam aan te grijpen op de schroefspindel (10). Het tweede schachtlichaam (12) omvat een tweede schroefmoerinrichting (22)en in staat en ingericht is om daarmee werkzaam aan te grijpen op de schroefspindel (10). Het tweede schachtlichaam (12) stuit voor een bereiken van de volledig uitgedreven eindtoestand daarvan op het eerste schachtlichaam (11) en is in staat en ingericht om het eerste schachtlichaam (11) naar de volledig uitgedreven eindtoestand mee te voeren en daarbij de eerste schroefmoerinrichtìng (21) in aangrijpende samenwerking met de schroefspindel (10) brengen.

Description

Telescopisch schachtsamenstel en reddingsgereedschap De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een telescopisch schachtsamenstel omvattende een behuizing met een manteldeel waarin een lichaamsholte zich volgens een werkas uitstrekt, waarbij ten minste een eerste schachtlichaam coaxiaal in de holte is opgenomen en werkzaam is gekoppeld, althans koppelbaar is, met bekrachtigbare aandrijfmiddelen waarmee het eerste schachtlichaam volgens de werkas verplaatsbaar is tussen een volledig ingeschoven begintoestand en een volledig uitgedreven eindtoestand van het eerste schachtlichaam. Daarbij heeft de uitvinding in het bijzonder betrekking op een reddingsgereedschap dat is voorzien van een dergelijk telescopisch schachtsamenstel.
Een reddingsgereedschap omvattende een telescopisch schachtsamenstel is bijvoorbeeld bekend uit Internationale octrooiaanvrage WO 2018/156018. Daarin wordt een zogenaamde reddingsstut of -ram beschreven die dient om een ruimte te forceren in een noodsituatie teneinde een slachtoffer uit een benarde toestand te kunnen bevrijden. Het slachtoffer ligt bijvoorbeeld bekneld onder een althans ten dele ingestort gebouw of in een autowrak na een aanrijding. Teneinde voldoende ruimte voor een evacuatie van het slachtoffer te creëren, wordt het reddingsgereedschap volgens de werkas tussen een deel van het wrak of gebouw en een vaste ondergrond geplaatst, waarna de aandrijfmiddelen van het schachtlichaam worden bekrachtigd. Het schachtlichaam loopt daardoor uit de behuizing en verlengt aldus de werkzame lengte van het gereedschap om aldus het aangegrepen deel van het gebouw of wrak te lichten en zo uit de weg te forceren. Reddingswerkers hebben vervolgens de gelegenheid om het slachtoffer uit diens benarde situatie te bevrijden.
Bij het bekende reddingsgereedschap omvat de behuizing een hydraulische cilinder en gaat het uitschuifbare schachtlichaam uit van een zuigerlichaam dat axiaal gangbaar in de cilinderholte is. Door middel van een hydraulische pomp en vloeistof kan het zuigerlichaam en daarmee het schachtlichaam worden uitgestuurd om aldus de werkzame lengte van het gereedschap maximaal over de uitslag van het schachtlichaam, i.e. de zuiger, te verlengen.
Dergelijk reddingsgereedschap behoort tot de welhaast standaard uitrusting van veel hulpverleners zoals brandweerlieden en reddingswerkers. Daarvoor is het van belang dat het gereedschap licht van gewicht en compact is, terwijl niettemin een grote uitslag kan worden gemaakt. Het bekende gereedschap heeft in dit opzicht als nadeel dat het hydraulisch is
-2- aangedreven en daardoor, behalve het eigen gewicht, tevens een reservoir aan hydraulische vloeistof en hydraulische pomp als last met zich meebrengt. Bovendien is de slag van het bekende gereedschap beperkt tot de afstand waarover het zuigerlichaam uit de cilinder kan lopen en daarmee begrenst tot maximaal de eigen lengte van het gereedschap in ingeschoven toestand. Een grotere uitslag leidt daarbij onvermijdelijke tot een minder compact gereedschap. Met de onderhavige uitvinding wordt onder meer beoogd te voorzien in een telescopisch schachtsamenstel dat aan deze bezwaren, althans in grote mate, tegemoet komt.
Daartoe heeft een telescopisch schachtsamenstel van de in de aanhef beschreven soort volgens de uitvinding als kenmerk dat ten minste een tweede schachtlichaam zich coaxiaal binnen het eerste schachtlichaam uitstrekt en werkzaam is gekoppeld, althans koppelbaar is, met de aandrijfmiddelen waarmee het tweede schachtlichaam volgens de werkas verplaatsbaar is tussen een volledig ingeschoven begintoestand en een volledig uitgedreven eindtoestand van het tweede schachtlichaam, dat de aandrijfmiddelen een voor beide schachtlichamen gemeenschappelijk schroefspindel omvatten die zich coaxiaal binnen beide schachtlichamen uitstrekt, dat het eerste schachtlichaam een eerste schroefmoerinrichting omvat en in staat en ingericht is om daarmee werkzaam aan te grijpen op de schroefspindel, dat het tweede schachtlichaam een tweede schroefmoerinrichting omvat en in staat en ingericht is om daarmee werkzaam aan te grijpen op de schroefspindel, dat het tweede schachtlichaam voor een bereiken van de volledig uitgedreven eindtoestand daarvan op het eerste schachtlichaam stuit, en dat het tweede schachtlichaam in staat en ingericht is om het eerste schachtlichaam naar de volledig uitgedreven eindtoestand van het tweede schachtlichaam mee te voeren en daarbij de eerste schroefmoerinrichting in aangrijpende samenwerking met de schroefspindel brengen. Doordat hierbij ten minste een tweede schachtlichaam telescopisch van het eerste schachtlichaam uitgaat, kan de maximale uitslag van het schachtsamenstel belangrijk groter zijn dan de minimale eigen lengte in ingeschoven toestand. Een grotere uitslag behoeft daardoor niet ten koste te gaan van een compacte bouw. Bovendien wordt de aandrijving verzorgd door een gemeenschappelijke schroefspindel. Door een ingenieuze samenwerking tussen het eerste en tweede schachtlichaam is hierbij bewerkstelligd dat allereerst het tweede schachtlichaam vrijwel volledig uitloopt, vooraleer het
-3- eerste schachtlichaam door de schroefspindel wordt uitgedreven.
Gebleken is dat aldus een belangrijke gewichtreductie haalbaar is ten opzichte van een hydraulische bekrachtiging in een met hydraulische vloeistof gevuld samenstel, terwijl bovendien bij eenzelfde lengte van de behuizing een belangrijk grotere uitslag mogelijk is.
Eventueel kunnen binnen het tweede schachtlichaam op vergelijkbare wijze één of meer verdere schachtlichamen co-axiaal worden ondergebracht en opeenvolgend met de spindel in aangrijping worden gebracht om aldus een verdere verlenging van de werklengte mogelijk te maken.
Bij voorkeur strekt de schroefspindel zich niet of nauwelijks buiten beide schachtlichamen uit.
Omdat het tweede schachtlichaam na het bereiken van diens volledig uitgedreven eindtoestand van de spindel! zal lopen, is het van belang dat het tweede schachtlichaam in axiale richting wordt vergrendeld.
Daartoe heeft een bijzondere uitvoeringsvorm van het schachtsamenstel volgens de uitvinding als kenmerk dat het eerste schachtlichaam aan een uiteinde daarvan is voorzien van grendelmiddelen die in staat en ingericht zijn om, bij het bereiken van de volledig uiteengedreven eindtoestand van het tweede schachtlichaam, aan te grijpen op het tweede schachtlichaam teneinde daarmee een ophefbare verbinding aan te gaan, die wordt opgeheven bij een intrekken van het tweede schachtlichaam.
De bedoelde grendelmiddelen bewerken aldus een onwrikbare verbinding tussen het tweede schachtlichaam en het eerste schachtlichaam dat op dat moment door de spindel wordt gedragen.
Aldus ontstaat een axiale eenheid tussen beide schachtlichamen die bij het inschuiven van het schachtsamenstel wordt vrijgegeven.
Dergelijke grendelmiddelen kunnen op velerlei wijzen worden uitgevoerd.
In een verdere bijzondere uitvoeringsvorm is het schachtsamenstel volgens de uitvinding daartoe gekenmerkt doordat de grendelmiddelen een verende schuif omvatten die tegen een veerspanning in een geleiding axiaal gangbaar is en in staat en ingericht is om onder tussenkomst van ten minste één fixatielichaam op het tweede schachtlichaam aan te grijpen, dat de ten minste ene schuif in een onvolledig uitgedreven toestand van het tweede schachtlichaam op een aanslag van de behuizing stuit en tegen de veerspanning uit een zitting is gelicht, waarbij het ten minste ene fixatielichaam is vrijgegeven, en dat de schuif in een de volledig uitgedreven eindtoestand van het tweede schachtlichaam door het eerste schachtlichaam van de aanslag van de behuizing is bevrijd en onder de veerspanning in de zitting is gedwongen, waarbij het ten minste ene fixatielichaam een fixerende samenwerking met het tweede schachtlichaam onderhoudt.
4- Hierbij wordt het verende schuiflichaam door de aanslag van de behuizing uit zijn zitting gelicht bij het volledig inschuiven van het eerste en tweede schachtlichaam. Het ten minste ene fixatielichaam wordt daardoor vrijgegeven en ligt nu vrij op een buitenwand van het tweede schachtlichaam. Een axiale verplaatsing van het tweede schachtlichaam wordt in deze toetstand niet belemmerd.
Doordat de schuif bij het bereiken van de maximale slag van het tweede schachtlichaam van de aanslag is bevrijd en door de veerspanning in zijn zitting wordt gedwongen, raakt het ten minste ene fixatielichaam tussen beide schachtlichaam opgesloten om zo beide schachtlichamen axiaal! ten opzichte van elkaar te fixeren. Het tweede schachtlichaam vormt nu één althans nagenoeg onwrikbaar geheel met het eerste schachtlichaam. Bij een intrekken van het eerste schachtlichaam wordt de schuif uit de zitting gebracht en wordt het ten minste ene fixatielichaam, en daarmee het tweede schachtlichaam, weer vrijgegeven.
Met het oog op een verhoogde axiale belastbaarheid heeft een verdere voorkeursuitvoeringsvorm daarbij als kenmerk dat tweede schachtlichaam ten minste één verdieping omvat voor sluitende opname van een daarin opneembaar fixatielichaam. Het ten minste ene fixatielichaam valt daarbij in een corresponderende verdieping waarvan een rand een additioneel axiaal draagvermogen levert. Met het oog op een bijzonder hoge belastbaarheid, die zich bijvoorbeeld leent om te worden ingezet voor een hoge last zoals bijvoorbeeld vereist voor een reddingsgereedschap, heeft een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van het schachtsamenstel volgens de uitvinding als kenmerk dat de schuif een verende sluitring omvat en het ten minste ene fixatielichaam een aantal fixatielichamen die gezamenlijk door de sluitring in één of meer corresponderende verdiepingen worden gedwongen dan wel worden vrijgegeven, en meer in het bijzonder dat het ten minste ene fixatielichaam een reeks kogels omvat en dat het tweede schachtlichaam aan een basis daarvan uitwendig van een overeenkomstige aantal verdiepingen is voorzien, die in het bijzonder regelmatig rondom een omtrek daarvan zijn verdeeld. Een dergelijke fixatiekrans kan desgewenst meervoudige worden uitgevoerd en blijkt een bijzonder hoge axiale last van de orde van enkele tot enkele tientallen tonnen te kunnen weerstaan.
Om te bewerken dat beide schachtlichamen een maximale uitslag kunnen maken, is het van belang dat het eerste schachtlichaam eerst wordt uitgedreven nadat het tweede
-5- schachtlichaam tegen de aanslag met het eerste schachtlichaam stuit. Hiertoe heeft een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van het schachtsamenstel volgens de uitvinding als kenmerk dat het eerste schachtlichaam, in de volledig ingeschoven begintoestand daarvan, onder aangrijping in een kamer van de behuizing wordt ontvangen. De aangrijpende inwerking op het eerste schachtlichaam, die aldus van de behuizing uitgaat, behoedt het eerste schachtlichaam voor een voortijdig meelopen met het tweede schachtlichaam. Eerst nadat het tweede schachtlichaam tegen de aanslag stuit en het eerste schachtlichaam meevoert, wordt deze aangrijping overwonnen en wordt het eerste schachtlichaam met de eerste moer op de spindel gebracht.
Een bijzondere uitvoeringsvorm van het schachtsamenstel heeft daarbij volgens de uitvinding als kenmerk dat de kamer in een wand daarvan is voorzien van een zitting die plaats biedt aan een druklichaam, in het bijzonder een verende ring, en dat het druklichaam in de volledig ingeschoven begintoestand van het eerste schachtlichaam klemmend op het eerste schachtlichaam aangrijpt. Door een adequate dimensionering en passing van het druklichaam kan de onderlinge klemming tussen de behuizing en het eerste schachtlichaam aldus nauwkeurig worden afgestemd en ingesteld. Een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van het schachtsamenstel volgens de uitvinding heeft daarbij als kenmerk dat het eerste schachtlichaam in een omtrekswand daarvan een verdieping omvat waarin het druklichaam wordt ontvangen. Hierbij zorgt de verdieping in de buitenwand van het eerste schachtlichaam voor een gedefinieerde uitgangspositie die bovendien de schroefdraad van de eerste moer nauwkeurig in lijn houdt met de schroefdraad op en spindel, opdat beiden optimaal op elkaar zijn afgesteld bij opname van de eerste moer door de schroefspindel. Fen reddingsgereedschap volgens de uitvinding omvat in het bijzonder een uitstelinrichting {ram) en heeft daartoe als kenmerk dat daarin een schachtsamenstel zoals hiervoor werd omschreven is voorzien. In een bijzondere uitvoeringsvorm heeft een dergelijk reddingsgereedschap volgens de uitvinding daarbij als kenmerk dat de aandrijfmiddelen een elektromotor in de behuizing omvatten met een daardoor aangedreven motoras die werkzaam is gekoppeld met de schroefspindel, in het bijzonder door tussenkomst van een koppel omvormende overbrenging, en meer in het bijzonder dat de elektromotor door ten minste één
-6- herlaadbare batterij wordt gevoed, welke ten minste ene batterij in of aan de behuizing is opgenomen en in het bijzonder uit- of afneembaar is.
Een dergelijk batterij gevoede uitvoering levert een volledig draadloos, draagbaar systeem, hoewel het gereedschap eventueel ook of daarnaast voor een netstroom of door een generator geleverde voeding kan worden uitgevoerd.
De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld en een bijbehorende tekening.
In de tekening toont: Figuur 1 in perspectief en half open gewerkt een voorbeeld van een reddingsgereedschap met een schachtsamenstel volgens de uitvinding; Figuur 2A een langsdoorsnede van het reddingsgereedschap van figuur 1 in een volledig ingeschoven toestand; Figuur 2B een distaal detail van het reddingsgereedschap van figuur 1 in de toestand van figuur 24; Figuur 2C een proximaal detail van het reddingsgereedschap van figuur 1 in de toestand van figuur 2A; Figuur 3A een langsdoorsnede van het reddingsgereedschap van figuur 1 in een nagenoeg volledig uitgedreven toestand van het tweede schachtlichaam; Figuur 3B een distaal detail van het reddingsgereedschap van figuur 1 in de toestand van figuur 3A; Figuur 3C een proximaal detail van het reddingsgereedschap van figuur 1 in de toestand van figuur 3A; Figuur 3D een distaal detail van het reddingsgereedschap van figuur 1 in een volledig uitgedreven toestand van het tweede schachtlichaam; Figuur 3E een proximaal detail van het reddingsgereedschap van figuur 1 in een volledig uitgedreven toestand van het tweede schachtlichaam; Figuur 3D een distaal detail van het reddingsgereedschap van figuur 1 in een gedeeltelijk uitgedreven toestand van het eerst schachtlichaam; Figuur 3E een proximaal detail van het reddingsgereedschap van figuur 1 in een gedeeltelijk uitgedreven toestand van het eerst schachtlichaam; Figuur ZA een langsdoorsnede van het reddingsgereedschap van figuur 1 in een volledig uitgedreven toestand van het eerste schachtlichaam;
-7- Figuur 4B een distaal detail van het reddingsgereedschap van figuur 1 in de toestand van figuur 4A; en Figuur 4C een proximaal detail van het reddingsgereedschap van figuur 1 in de toestand van figuur 4A, Overigens zij op gemerkt dat de figuren schematische en niet steeds op eenzelfde schaal kunnen zijn getekend. Met name kunnen omwille van de duidelijkheid sommige dimensies in meer of mindere mate overdreven zijn weergegeven. Overeenkomstige delen zijn in de figuren met eenzelfde verwijzingscijfer aangeduid.
Figuur toont een uitvoeringsvoorbeeld van een reddingsgereedschap waarin een telescopisch schachtsamenstel volgens de onderhavige uitvinding is toegepast. Het gaat in dit geval om een bekrachtigde en uitschuifbare stut waarmee bijvoorbeeld delen van een autowrak uiteen kunnen worden gedreven of een last kan worden gelicht en gestabiliseerd. Het gereedschap gaan uit van een behuizing tussen overstaande steunorganen 2,3 waarbij het gereedschap volgens een werkas tussen onderling uiteen te drijven positie kan worden geplaatst. De behuizing verschaft daartoe praktische handvatten 4,5 en biedt plaats aan een elektromotor 5 waarvan een uitgaande motoras via een koppel-omvormende overbrenging 6 en lagering 7 met een schroefspindel 10 is gekoppeld. De elektromotor wordt gevoed door een herlaadbaar batterijpakket dat in de getoonde toestand uit een daartoe voorzien insteekholte 9 is weggenomen. Eén van beide handvatten 4 omvat tevens een ergonomische bediening in de vorm van een draaischakelaar waarmee de elektromotor 6 in werking kan worden gesteld, waarbij een rotatierichting van de elektromotor 6 door een overeenkomstige draaiing van he handvat 4 wordt opgelegd. Het hier getoonde gereedschap is in staat en ingericht om een draagvermogen van de orde van enkele tonnen tot enkele tientallen tonnen te kunnen leveren.
Daartoe omvat het gereedschap telescopisch schachtsamenstel dat wordt gevormd door een manteldeel 13 van de behuizing tezamen met een eerste schachtlichaam 11 en een tweede schachtlichaam 12. Het manteldeel 13 omsluit een axiale lichaamsholte 1 waarin het eerste schachtlichaam 11 passend axiaal gangbaar is. Het eerste schachtlichaam 11 is op zijn beurt eveneens hol en omsluit het tweede schachtlichaam 12 dat axiaal gangbaar passend in het eerste schachtlichaam ligt opgesloten. Aan een distaal uiteinde opent de lichaamsholte 1 zodat beide schachtlichamen volgens een werkas W telescopisch in- en uitschuifbaar zijn.
-8- In de in figuur 1 getoonde toestand, grijpt het eerste schachtlichaam 11 met een eerste moerinrichting 21, hierna kortweg aangeduid als moer, werkzaam aan op de schroefspindel 10. Hetzelfde geldt voor het tweede schachtlichaam 12 dat aan zijn basis inwendig is voorzien van een tweede moerinrichting 22, hierna kortweg aangeduid als moer, die werkzaam met de schroefspindel 10 in aangrijping verkeert. Beide schachtdelen 11,12 omvatten één of meer nokken 26 in daartoe in langsrichting voorziene, niet nader getoonde, spiebanen die de schachtdelen 11,12 voor een rotatie behoeden. Een rotatie van de spindel 10 zorgt aldus voor een rechtlijnige gang van de daarop aangrijpende moeren 21,22 en daarmee van de daarmee verbonden schachtlichamen 11,12.
Figuur 2A toont het reddingsgereedschap van figuur 1 in een langsdoorsnede volgens de werkas W, waarbij figuur 2B en 2C respectievelijk een distaal detail en proximaal detail weergeven ruwweg volgens de cirkels B, Cin figuur 2A. Distaal, zie figuur 2C, ligt de tweede moer 22 op de spindel 10 zodat het daarmee verbonden tweede schachtlichaam 12 met de spindel in overbrengende samenwerking verkeert, maar ligt de eerste moer 21 van het eerste schachtlichaam 11 juist achter de spindel 10. Het eerste schachtlichaam 11 ligt daardoor stationair in de behuizing 13 en wordt in deze positie gehouden doordat het eerste schachtlichaam 11 aan een basis met de moer 21 klemmend wordt ontvangen in een daartoe in de behuizing voorziene kamer 23. In een binnenwand daarvan omvat de kamer 23 een zitting in de vorm van een omtreksgroef waarin een druklichaam in de vorm van een verende ring 24 ligt opgesloten. De verende ring 24 grijpt klemmend aan op een buitenwand van de basis van het eerste schachtlichaam 11 en verzet zich dankzij de daardoor opgewekte wrijving aldus tegen een (voortijdige) axiale verplaatsing van het eerste schachtlichaam 11. Doordat het eerste schachtlichaam 11 aan de basis daarvan van een overeenkomstige verdieping (groef) is voorzien waarin de verende ring 24 glijdt, heeft de eerste moer 21 daarbij een nauwkeurig gedefinieerde ligging die door de ligging van beide groeven wordt bepaald. In dit voorbeed! omvat de verende ring een holle, afgeplatte spiraalveer, doch in plaats daarvan kan oom worden uitgegaan van een massieve ring, bijvoorbeeld van een flexibele polymeer. Ook kan het druklichaam gevormd worden door een ribbe die integraal van de wand van de kamer uitgaat en in dat geval van (roestvast) staal of aluminium zal zijn gevormd. Desgewenst kan het eerste schachtlichaam aan de basis van een coating of toplaag zijn voorzien die extra grip bied. Tevens
-9- kan de semi-permanente fixatie van het eerste schachtlichaam elektromagnetisch, elektromechanisch of permanent magnetisch worden verzorgd, Een vakman heeft een vrije keuze op welke wijze en op welke plaats een dergelijke tijdelijke fixatie zal zijn uitgevoerd.
Door bekrachtiging van de elektromotor 6 wordt de spindel 10 in rotatie gebracht.
Het tweede schachtlichaam 12 met de tweede moer wordt nu meegevoerd en het tweede schachtlichaam 12 maakt een uitslag totdat de in figuur 3A-3C getoonde nagenoeg volledig uitgedreven toetstand wordt bereikt.
De tweede moer 22 ligt nu nog net op de spindel 10; de eerste moer ligt nog juist buiten het bereik van de spindel 10 ingeklemd in de kamer 23, zie ook figuur 3B en
3C.
Het tweede schachtlichaam stuit nu met een verbrede basis 15 daarvan op een kraag 14, of anderszins een aanslag, aan het distale uiteinde van het eerste schachtlichaam 11. Omdat de tweede moer 22 nog steeds in aangrijping met de spindel 10 verkeert, zorgt een verdere rotatie van de spindel 10 dat het tweede schachtlichaam 12 tot aan het bereiken van diens volledig uitgedreven eindtoestand verder wordt uitgedreven en daarbij het eerste schachtlichaam 11 met zich mee voert.
Hierbij wordt de klemming van het eerste schachtlichaam 11 in de kamer 23 van de behuizing 13 overwonnen en glijdt de tweede moer 22 op de spinde! 10, zie figuur 3D en 3E.
Aan het distale uiteinde omvat het eerste schachtlichaam 11 grendelmiddelen in de vorm van een verende schuif 31 die uitgaan van een sluitring 30, zie ook figuur 1, en die door een kop 16 van de behuizing wordt beroerd.
In de in figuur 3D getoonde toestand is de schuif 31 tegen een veerdruk van daarop inwerkende veren 32 uit zijn zitting gelicht en daardoor uit een fixeerholte 33 verdreven, doordat de schuif 31 op een kraag 14 aan de kop van de behuizing stuit.
Eenmaal meegevoerd door het tweede schachtlichaam 12, zal het eerste schachtlichaam 11 zich van de kop van behuizing verwijderen waardoor de schuif 31 van de kop wordt bevrijd en wordt vrijgegeven.
De schuif 31 schiet nu onder de veerspanning van het verenpakket 32 in de holtes 33 en forceert daarbij een aantal fixatielichamen in de vorm van een stalen kogels 34 in corresponderende verdiepingen 35 in een buitenwand nabij de basis 15 van het eerste schachtlichaam 11, zie figuur 3D en 3F.
Deze opsluiting van de kogels 34 in de holtes 35 zorgt voor een axiale vergrendeling en fixatie van het tweede schachtlichaam 12 ten opzichte van het eerste schachtlichaam 11 waardoor zij als een geheel in staat zijn om een daarop inwerkende belasting op te vangen.
-10- Bij een verdere rotatie van de spindel wordt de eerste moer 21 volledig daarop ontvangen, zie figuur 3G, terwijl de tweede moer 22 juist van de spindel glijdt, zie figuur 3F. Het met de eerste moer 21 gekoppelde eerste schachtlichaam 11 wordt nu verder uitgedreven totdat de eerste moer 21 het einde van de spindel 10 bereikt en daarmee het eerste schachtlichaam 11 zijn volledig uitgedreven eindtoestand, zie figuur 4. De tweede moer 22 ligt nu volledig vrij en verwijderd van de spindel 10, zie ook figuur 4A, en het tweede schachtdeel 12 wordt volledig gedragen door het eerste schachtlichaam 11 dat op zijn beurt via de eerste moer 21 een eventuele axiale belasting op de spindel 10 overbrengt. De spindel 10 is daartoe in behuizing gelagerd door tussenkomst van een vlak taatslager 7 en in staat om een belasting van de orde van enkele tonnen tot, bij een overeenkomstige dimensionering van de onderdelen, enkele tientallen tonnen te weerstaan. Bij een tegengesteld rotatie van de spindel 10 herhalen de hiervoor beschreven stadia zich in omgekeerde volgorde. Bij het volledig inschuiven van het eerste schachtdeel 11 glijdt de tweede moer 22 op de spindel 10 en wordt de klemming door de grendelmiddelen 30-35 op het tweede schachtlichaam 12 opgeheven. Vervolgens glijdt de eerste moer 21 van de spindel 10 om in een gedefinieerde positie en oriëntatie in de kamer 23 te worden ingeklemd. Uiteindelijk glijdt het tweede schatlichaam 12 volledig in de behuizing 13 totdat de begintoestand van figuur 2A wordt bereikt.
Aldus voorziet de uitvinding in een tweetraps telescopisch schachtsamenstel dat tot meer trappen kan worden uitgebreid door middel van een derde of zelfs verder schachtlichaam dat op overeenkomstige of soortgelijke wijze daarin wordt voorzien. Hoewel de uitvinding daarbij aan de hand van louter een enkel uitvoeringsvoorbeeld nader werd toegelicht, moge het duidelijk zijn dat de uitvinding daartoe geenszins zal zijn beperkt. Integendeel zijn voor een gemiddelde vakman binnen het kader van de uitvinding nog vele variaties en verschijningsvormen mogelijk. Zo kan bijvoorbeeld in plaats van een eenvoudige moer/schroefspindel samenstel ook voor één of beide schachtlichamen van een kogelomloop of rollenomloop/spinde! samenstel worden uitgegaan om onderlinge wrijvingsverliezen te beperken. Ook kan het telescopische schachtsamenstel volgens de uitvinding ook in andere toepassingen dan het getoonde reddingsgereedschap worden toegepast. Met voordeel kan het
-11- schachtsamenstel bijvoorbeeld ook worden ingezet voor een stut waarmee een last voor kortere of langere duur wordt gestabiliseerd.
En ook buiten het gebied van reddingsgereedschap zijn er vele toepassingen waarin het schachtsamenstel zich met voordeel laat inzetten.

Claims (12)

  1. -12- Conclusies: 1 Telescopisch schachtsamenstel omvattende een behuizing met een manteldeel (13) waarin een distaal open lichaamsholte {1} zich volgens een werkas (W) uitstrekt, waarbij ten minste een eerste schachtlichaam (11) coaxiaal in de holte is opgenomen en werkzaam is gekoppeld, althans koppelbaar is, met bekrachtigbare aandrijfmiddelen {6,7,8) waarmee het eerste schachtlichaam volgens de werkas (W} verplaatsbaar is tussen een volledig ingeschoven begintoestand en een volledig uitgedreven eindtoestand van het eerste schachtlichaam {11}, met het kenmerk dat ten minste een tweede schachtlichaam (12) zich coaxiaal binnen het eerste schachtlichaam (11) uitstrekt en werkzaam is gekoppeld, althans koppelbaar is, met de aandrijfmiddelen {6,7,8) waarmee het tweede schachtlichaam {12) volgens de werkas (W) verplaatsbaar is tussen een volledig ingeschoven begintoestand en een volledig uitgedreven eindtoestand van het tweede schachtlichaam (12), dat de aandrijfmiddelen een voor beide schachtlichamen gemeenschappelijk schroefspindel (10) omvatten die zich coaxiaal binnen beide schachtlichamen (11,12) uitstrekt, dat het eerste schachtlichaam {11} een eerste schroefmoerinrichting (21) omvat en in staat en ingericht is om daarmee werkzaam aan te grijpen op de schroefspindei {10}, dat het tweede schachtlichaam (12) een tweede schroefmoerinrichting (22) omvat en in staat en ingericht is om daarmee werkzaam aan te grijpen op de schroefspindel {10}, dat het tweede schachtlichaam {12} voor een bereiken van de volledig uitgedreven eindtoestand daarvan op het eerste schachtlichaam (11) stuit, en dat het tweede schachtlichaam (12) in staat en ingericht is om het eerste schachtlichaam (11} naar de volledig uitgedreven eindtoestand van het tweede schachtlichaam mee te voeren en daarbij de eerste schroefmoerinrichting (21) in aangrijpende samenwerking met de schroefspindel (10) brengen.
  2. 2. Schachtsamenstel volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het eerste schachtlichaam {11} aan een uiteinde daarvan is voorzien van grendelmiddelen (30-35) die in staat en ingericht zijn om, bij het bereiken van de volledig uiteengedreven eindtoestand van het tweede schachtlichaam, aan te grijpen op het tweede schachtlichaam {12} teneinde daarmee een ophefbare verbinding aan te gaan, die wordt opgeheven bij een intrekken van het tweede schachtlichaam (12).
    -13-
  3. 3. Schachtsamenstel volgens conclusie 2, met het kenmerk dat de grendelmiddelen een verende schuif omvatten die tegen een veerspanning in een geleiding axiaal gangbaar is en in staat en ingericht is om onder tussenkomst van ten minste eén fixatielichaam op het tweede schachtlichaam aan te grijpen, dat de ten minste ene schuif in een onvolledig uitgedreven toestand van het tweede schachtlichaam op een aanslag van de behuizing stuit en tegen de veerspanning uit een zitting is gelicht, waarbij het ten minste ene fixatielichaam is vrijgegeven, en dat de schuif in een de volledig uitgedreven eindtoestand van het tweede schachtlichaam door het eerste schachtlichaam van de aanslag van de behuizing is bevrijd en onder de veerspanning in de zitting is gedwongen, waarbij het ten minste ene fixatielichaam een fixerende samenwerking met het tweede schachtlichaam onderhoudt.
  4. 4. Schachtsamenstel volgens conclusie 3, met het kenmerk dat tweede schachtlichaam ten minste één verdieping omvat voor sluitende opname van een daarin opneembaar fixatielichaam.
  5. 5. Schachtsamenstel volgens conclusie 4, met het kenmerk dat de schuif een verende sluitring omvat en het ten minste ene fixatielichaam een aantal fixatielichamen die gezamenlijk door de sluitring in één of meer corresponderende verdiepingen worden gedwongen dan wel worden vrijgegeven.
  6. 6. Schachtsamenstel volgen conclusie 5, met het kenmerk dat het ten minste ene fixatielichaam een reeks kogels omvat en dat het tweede schachtlichaam aan een basis daarvan uitwendig van een overeenkomstige aantal verdiepingen is voorzien, die in het bijzonder regelmatig rondom een omtrek daarvan zijn verdeeld.
  7. 7. Schachtsamenstel volgens één of meer der voorgaande conclusie, met het kenmerk dat het eerste schachtlichaam, in de volledig ingeschoven begintoestand daarvan, onder aangrijping in een kamer van de behuizing wordt ontvangen.
  8. 8. Schachtsamenstel volgens conclusie 7, met het kenmerk dat kamer in een wand daarvan is voorzien van een zitting die plaats biedt aan een druklichaam, in het bijzonder een verende ring, en dat het druklichaam in de volledig ingeschoven
    -14- begintoestand van het eerste schachtlichaam klemmend op het eerste schachtlichaam aangrijpt.
  9. 9. Schachtsamenstel volgens conclusie 8, met het kenmerk dat het eerste schachtlichaam in een omtrekswand daarvan een verdieping omvat waarin het druklichaam wordt ontvangen.
  10. 10. Reddingsgereedschap, in het bijzonder een uitstelinrichting (ram), omvattende een schachtsamenstel volgens één of meer der voorgaande conclusies.
  11. 11. Reddingsgereedschap volgens conclusie 10, met het kenmerk dat de aandrijfmiddelen een elektromotor in de behuizing omvatten met een daardoor aangedreven motoras die werkzaam is gekoppeld met de schroefspindel, in het bijzonder door tussenkomst van een koppel omvormende overbrenging.
  12. 12. Reddingsgereedschap volgens conclusie 11, met het kenmerk dat de elektromotor door ten minste één herlaadbare batterij wordt gevoed, welke ten minste ene batterij in of aan de behuizing is opgenomen en in het bijzonder uit- of afneembaar is.
NL2026223A 2020-08-05 2020-08-05 Telescopisch schachtsamenstel en reddingsgereedschap NL2026223B1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2026223A NL2026223B1 (nl) 2020-08-05 2020-08-05 Telescopisch schachtsamenstel en reddingsgereedschap

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2026223A NL2026223B1 (nl) 2020-08-05 2020-08-05 Telescopisch schachtsamenstel en reddingsgereedschap

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2026223B1 true NL2026223B1 (nl) 2022-04-08

Family

ID=72560882

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2026223A NL2026223B1 (nl) 2020-08-05 2020-08-05 Telescopisch schachtsamenstel en reddingsgereedschap

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2026223B1 (nl)

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
KR20110103209A (ko) * 2010-03-12 2011-09-20 삼성테크윈 주식회사 마스트 조립체
WO2016190745A2 (en) * 2015-05-27 2016-12-01 Jpm Beheer B.V. Rescue tool
WO2018156018A1 (en) 2017-02-24 2018-08-30 N.V. Holmatro Extrication rescue tool

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
KR20110103209A (ko) * 2010-03-12 2011-09-20 삼성테크윈 주식회사 마스트 조립체
WO2016190745A2 (en) * 2015-05-27 2016-12-01 Jpm Beheer B.V. Rescue tool
WO2018156018A1 (en) 2017-02-24 2018-08-30 N.V. Holmatro Extrication rescue tool

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5810333A (en) Ram device
EP3303879B1 (en) Rescue tool
US5036873A (en) Adjustable crutch assembly
JP5997466B2 (ja) マルチステージ油圧シリンダーアセンブリ
NL2026223B1 (nl) Telescopisch schachtsamenstel en reddingsgereedschap
CN104162224A (zh) 可锁定注射器和装配该可锁定注射器的方法
US3250182A (en) Multiple extension apparatus
US7640737B2 (en) Screw style hydraulic jack
GB2255805A (en) Hydraulic actuator
GB2335004A (en) Telescopic piston
RU2519979C1 (ru) Устройство, содержащее цилиндр, например, разжимное устройство
WO2006042264A3 (en) Hip pump assembly
JP2000506252A (ja) 単動式空気ピストン・シリンダ装置
DE4137096A1 (de) Gehstuetze / gehstock
EP1484275A3 (de) Verrigelungs- und Betätigungseinheit für seitliche Auslegerverriegelung
DE60208586D1 (de) Mechanisch und hydraulisch betätigter bremszylinder mit kugel- und rampensystem
US5095780A (en) Pressure-operated power wrench
WO2017086844A1 (en) Telescopic device and method for operating a telescopic device
US5957029A (en) Linear thruster
KR20230085183A (ko) 휴대용이도록 설계된 유압식으로 작동가능한 작업 디바이스
US6042085A (en) Jack for extending the lifting piston quickly
US5217354A (en) Hand-held vacuum and pressure pump with improved handle
RU2153462C1 (ru) Телескопический гидроцилиндр комбинированного действия
CN221879866U (zh) 液压锁紧器
EP1243809A3 (en) Self-chargeable pneumatic cylinder

Legal Events

Date Code Title Description
PD Change of ownership

Owner name: ZAMQUA HOLDING B.V.; NL

Free format text: DETAILS ASSIGNMENT: CHANGE OF OWNER(S), ASSIGNMENT; FORMER OWNER NAME: JPM BEHEER B.V.

Effective date: 20230705