NL2024491B1

NL2024491B1 - Device for weighing slaughter products.

Info

Publication number: NL2024491B1
Application number: NL2024491A
Authority: NL
Inventors: Sander Rijerse Tim; Christian Philippo Laurens; Johan Martijn Kuijpers Andries
Original assignee: Marel Poultry B V
Priority date: 2019-12-18
Filing date: 2019-12-18
Publication date: 2021-09-02

Abstract

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het wegen van slachtproducten, omvattende een gestel, een transportinrichting met een transportorgaan dat zich volgens een rechtlijnig weegtraject in de transportrichting uitstrekt, een horizontale geleiding met een weeggeleidingsdeel, en dragers voor het dragen van de te wegen slachtproducten, waarbij de transportinrichting per drager een met het transportorgaan verbonden voortbewegingsorgaan heeft voor het in de transportrichting voortbewegen van de drager, de inrichting verder omvattende een weegmodule voor het tijdens het transporteren van de dragers langs het weeggeleidingsdeel wegen van een slachtproduct. De transportinrichting is dusdanig ingericht dat iedere drager die zich binnen het weeggeleidingsdeel van de horizontale geleiding bevindt tijdens het voortbewegen van de betreffende drager gezamenlijk met het weeggeleidingsdeel in verticale richting kan bewegen ten opzichte van het transportorgaan ten minste op een positie daarvan waarop het bij de betreffende drager behorende voortbewegingsorgaan met het transportorgaan is verbonden.The invention relates to an apparatus for weighing slaughter products, comprising a frame, a conveying device with a conveying element extending in the conveying direction along a rectilinear weighing path, a horizontal guide with a weighing guide part, and carriers for carrying the slaughter products to be weighed. , wherein the transport device has per carrier a propelling member connected to the transport member for advancing the carrier in the conveying direction, the device further comprising a weighing module for weighing a slaughter product during transport of the carriers along the weighing guide part. The transport device is designed such that each carrier located within the weighing guide part of the horizontal guide can move, together with the weighing guide part, in vertical direction during the advancement of the relevant carrier, relative to the transport element at least at a position thereof at which it can carrier member is connected to the transport member.

Description

Korte aanduiding: Inrichting voor het wegen van slachtproducten. Beschrijving De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het wegen van slachtproducten, omvattende een gestel, een transportinrichting voor het in een transportrichting transporteren van de slachtproducten, de transportinrichting voorzien zijnde van twee omlooporganen die op afstand van elkaar roteerbaar om twee respectievelijke eerste, bij voorkeur verticale, rotatie-assen met het gestel zijn verbonden, van een eindloos transportorgaan dat is geslagen om de twee omlooporganen waarbij het transportorgaan zich volgens een rechtlijnig weegtraject in de transportrichting tussen de twee omlooporganen uitstrekt, van een zich evenwijdig aan het weegtraject uitstrekkende horizontale geleiding met een weeggeleidingsdeel, en van dragers voor het dragen van de te wegen slachtproducten welke dragers ieder zijn voorzien van horizontale geleide-organen voor geleidende samenwerking met de horizontale geleiding, waarbij de transportinrichting per drager een met het transportorgaan verbonden voortbewegingsorgaan heeft voor het onder invloed van beweging van het transportorgaan in de transportrichting voortbewegen van de drager, de inrichting verder omvattende een weegmodule voor het tijdens het transporteren van de dragers langs het weeggeleidingsdeel van de horizontale geleiding wegen van een slachtproduct dat door een drager die zich binnen het weeggeleidingsdeel bevindt, wordt gedragen.Short designation: Device for weighing slaughter products. Description The present invention relates to a device for weighing slaughter products, comprising a frame, a transport device for transporting the slaughter products in a transport direction, the transport device being provided with two bypass members which are rotatable at a distance from each other about two respective first, at preferably vertical, rotational axes are connected to the frame, of an endless conveying element which is wrapped around the two orbital elements, wherein the conveying element extends according to a rectilinear weighing path in the conveying direction between the two orbiting members, of a horizontal guide extending parallel to the weighing path with a weighing guide part, and of carriers for carrying the slaughter products to be weighed, which carriers are each provided with horizontal guide members for guiding cooperation with the horizontal guide, wherein the transport device per carrier is connected to the transport member has a connected propelling member for advancing the carrier under the influence of movement of the conveying member in the conveying direction, the device further comprising a weighing module for weighing a slaughter product passed through a carrier during the transportation of the carriers along the weighing guide part of the horizontal guide located within the weighing guide section is carried.

Tijdens het slachtproces is het voordelig om over betrouwbare en nauwkeurige gegevens te beschikken over het gewicht van individuele slachtproducten, zoals een slachtvarken, slachtkalkoen, slachtkip of delen daarvan.During the slaughtering process, it is advantageous to have reliable and accurate data available on the weight of individual slaughter products, such as a slaughter pig, turkey for slaughter, chicken for slaughter or parts thereof.

Deze gegevens kunnen bijvoorbeeld worden benut voor het optimaal uitvoeren van het slachtproces. Zo kunnen slachtmachines optimaal worden afgesteld aan de hand van het gewicht van de slachtproducten waardoor hogere rendementen kunnen worden gehaald en kan de werkzaamheid van bijvoorbeeld een koeltunnel worden afgestemd op het gewicht van de slachtproducten die zich in de koeltunnel bevinden waardoor het indroogrendement constant kan worden gehouden. Andere doeleinden voor het wegen van het tijdens het slachten wegen van slachtproducten kunnen bijvoorbeeld gelegen zijn in afrekening met toeleveranciers en/of afnemers of logistieke planning.This data can be used, for example, for the optimal execution of the slaughter process. For example, slaughter machines can be optimally adjusted on the basis of the weight of the slaughter products, so that higher yields can be achieved and the effectiveness of, for example, a cooling tunnel can be adjusted to the weight of the slaughter products in the cooling tunnel, so that the drying efficiency can be kept constant. . Other purposes for weighing slaughter products during slaughter may, for example, be in settlement with suppliers and/or customers or logistics planning.

Een inrichting volgens de aanhef is bekend uit de internationale publicatie WO 2013/154427 A1. Hierin worden slachtvogels hangend aan, als individuele haken uitgevoerde, dragers individueel tijdens transport van de slachtvogels gewogen. De haken zijn verbonden met een transportketting die is geslagen om omloopwielen waarbij de weging van de slachtvogels tussen de omloopwielen plaats vindt. De transportketting is met behulp van een tandwieloverbrenging die tussen de omloopwielen werkzaam is spanningsloos gemaakt om beïnvloeding op de weging vanwege spanning in de transportketting uit te sluiten. De tandwieloverbrenging dient uitermate robuust te zijn uitgevoerd om op betrouwbare wijze in staat te zijn de transportketting tussen de omloopwielen spanningsloos te maken.A device according to the preamble is known from the international publication WO 2013/154427 A1. Herein, slaughter birds hanging from carriers designed as individual hooks are weighed individually during transport of the slaughter birds. The hooks are connected to a conveyor chain which is wrapped around recirculation wheels, the weighing of the slaughter birds taking place between the recirculation wheels. The conveyor chain is de-energised by means of a gear transmission operating between the circulating wheels in order to preclude any influence on the weighing due to tension in the conveyor chain. The gear transmission must be of extremely robust design in order to be able to de-stress the conveyor chain between the circulating wheels in a reliable manner.

Een bezwaar van de bovenstaand omschreven weeginrichting wordt gevormd door het feit dat deze een relatief hoge kostprijs heeft mede vanwege het noodzakelijke robuuste karakter van de tandwieloverbrenging.A drawback of the weighing device described above is formed by the fact that it has a relatively high cost price, partly because of the necessary robust character of the gear transmission.

De onderhavige uitvinding stelt zich ten doel een weeginrichting volgens de aanhef te verschaffen waarmee, ondanks een lagere kostprijs, het mogelijk is om in-lijn slachtproducten, ook bij hoge lijnsnelheden, nauwkeurig te kunnen wegen. Hiertoe verschaft de onderhavige uitvinding een weeginrichting volgens de aanhef, waarbij de transportinrichting dusdanig is ingericht voor het langs de horizontale geleiding voortbewegen van de dragers dat iedere drager die zich binnen het weeggeleidingsdeel van de horizontale geleiding bevindt tijdens het voortbewegen van de betreffende drager gezamenlijk met het weeggeleidingsdeel in verticale richting kan bewegen ten opzichte van het transportorgaan ten minste op een positie daarvan waarop het bij de betreffende drager behorende voortbewegingsorgaan met het transportorgaan is verbonden. De toepassing van een dergelijk ingerichte transportinrichting brengt met zich mee dat een trekspanning die in het transportorgaan werkzaam is, geen invloed heeft op de weging, juist omdat de drager zich althans ten minste tijdens de weging van een door de drager gedragen slachtproduct, vrij in verticale richting ten opzichte van het transportorgaan kan bewegen. Hierdoor is het mogelijk om in-lijn slachtproducten, ook bij hoge lijnsnelheden, nauwkeurig te kunnen wegen aangezien een invloed van het transportorgaan op de weging doelmatig is tenietgedaan of althans significant is verminderd, ondanks dat de weeginrichting relatief eenvoudig en daardoor tegen een relatief lage kostprijs kan worden vervaardigd en bedreven. Bovendien is een voordeel van de weeginrichting volgens de uitvinding dat er feitelijk een ontkoppeling is, althans ten aanzien van het wegen, tussen transportorgaan, zoals een transportketting die gangbaar relatief zwaar is, en de drager met het slachtproduct, waardoor het met het slachtproduct ‘mee gewogen’ gewicht lager is, hetgeen van positieve invloed is op de nauwkeurigheid van de weging.The object of the present invention is to provide a weighing device according to the preamble with which, despite a lower cost price, it is possible to accurately weigh in-line slaughter products, even at high line speeds. To this end, the present invention provides a weighing device according to the preamble, wherein the transporting device is designed such for advancing the carriers along the horizontal guide that each carrier which is located within the weighing guide part of the horizontal guide during the advancement of the relevant carrier is joint with the weighing guide part can move in vertical direction with respect to the conveying element, at least at a position thereof at which the advancing element associated with the relevant carrier is connected to the conveying element. The use of such a designed conveyor means that a tensile stress acting in the conveyor has no influence on the weighing, precisely because the carrier moves freely in vertical position, at least during the weighing of a slaughter product carried by the carrier. direction relative to the transport element. It is hereby possible to weigh in-line slaughter products accurately, even at high line speeds, since an influence of the transport element on the weighing is effectively negated or at least significantly reduced, despite the fact that the weighing device is relatively simple and therefore at a relatively low cost price. can be manufactured and operated. Moreover, an advantage of the weighing device according to the invention is that there is in fact an uncoupling, at least with regard to weighing, between transport element, such as a conveyor chain, which is usually relatively heavy, and the carrier with the slaughter product, whereby it is carried along with the slaughter product. weighed' weight is lower, which has a positive influence on the accuracy of the weighing.

De slachtproducten betreffen bij voorkeur gevogelte of delen van gevogelte.The slaughter products preferably concern poultry or parts of poultry.

In een uitvoeringsvorm is het transportorgaan ingericht voor het in de transportrichting duwen van de dragers, waarbij bij voorkeur de transportinrichting voor elke drager een met het transportorgaan verbonden duwlichaam omvat voor het duwen van de dragers. Het duwen van de dragers heeft het effect dat de verticale bewegingsvrijheid van dragers ten opzichte van het transportorgaan op effectieve wijze kan worden gerealiseerd aangezien strikt genomen zelfs geen fysieke verbinding tussen dragers en transportorgaan nodig is. Hiermee wordt bedoeld dat het aanwezig zijn van een oppervlak aan een drager waartegen een duwlichaam kan duwen voldoende is om de drager in de transportrichting te verplaatsen.In one embodiment, the transport element is designed for pushing the carriers in the transport direction, wherein the transport device preferably comprises for each carrier a pushing body connected to the transport element for pushing the carriers. Pushing the carriers has the effect that the vertical freedom of movement of carriers with respect to the transport member can be realized in an effective manner, since strictly speaking no physical connection is even necessary between carriers and transport member. This means that the presence of a surface on a carrier against which a pushing body can push is sufficient to move the carrier in the conveying direction.

Het is hierbij gunstig indien elk duwlichaam star is verbonden met het transportorgaan. Dit komt een nauwkeurige positiebepaling van de dragers ten opzichte van het transportorgaan in de transportrichting gezien ten goede.It is favorable here if each pusher body is rigidly connected to the transport member. This benefits an accurate determination of the position of the carriers with respect to the conveying element, viewed in the conveying direction.

In een uitvoeringsvorm is of omvat het duwlichaam een bladveer. Toepassing van een bladveer heeft als voordeel dat hierdoor eventuele schokken en dus versnellingen in het transportorgaan, zoals in een transportketting, in hoge mate door de bladveer worden opgevangen. Hierdoor is het voortbewegen van de dragers in hogere mate constant.In one embodiment, the pusher body is or comprises a leaf spring. The use of a leaf spring has the advantage that any shocks and thus accelerations in the conveyor element, such as in a conveyor chain, are absorbed to a large extent by the leaf spring. As a result, the advancement of the carriers is more constant.

In een alternatieve uitvoeringsvorm is het transportorgaan ingericht voor het in de transportrichting trekken van de dragers, waarbij bij voorkeur de transportinrichting voor elke drager een met het transportorgaan verbonden trekorgaan heeft.In an alternative embodiment, the transport element is designed for pulling the carriers in the transport direction, wherein the transport device preferably has a pulling element connected to the transport element for each carrier.

In een uitvoeringsvorm is of omvat het trekorgaan een draad en/of een bladveer. Toepassing van een draad en/of bladveer, in het bijzonder een draad, maakt op bijzonder eenvoudige wijze de genoemde verticale bewegingsvrijheid van dragers ten opzichte van het transportorgaan mogelijk. Bovendien is hiermee een eventuele invloed van het trekorgaan op een weging zeer gering.In one embodiment, the tension member is or comprises a wire and/or a leaf spring. The use of a wire and/or leaf spring, in particular a wire, enables the said vertical freedom of movement of carriers relative to the conveying element in a particularly simple manner. Moreover, any influence of the pulling element on a weighing is hereby very small.

Het is, met name maar niet uitsluitend bij toepassing van een transportorgaan dat is ingericht voor het in de transportrichting duwen van de dragers, gunstig indien de transportinrichting voor iedere drager ten minste één verticale geleiding en ten minste één verticaal geleide-orgaan voor geleidende samenwerking met de verticale geleiding heeft voor het geleiden van de beweging in verticale richting van de bijbehorende drager ten opzichte van het transportorgaan. Hierdoor kan de verticale beweging van een drager ten opzichte van het transportorgaan doelmatig worden geleid en daarmee worden bepaald. De verticale geleiding kan zijn gevormd door het duworgaan zelf, dat wil zeggen door het ontwerp ervan. Het duworgaan kan hiertoe bij wijze van voorbeeld als een langwerpig element zoals een profiel zijn uitgevoerd dat verticaal ten opzichte van het transportorgaan is georiënteerd en waarvan een langsvlak de verticale geleiding vormt.It is favorable, in particular but not exclusively when using a conveyor element which is designed for pushing the carriers in the conveying direction, if the conveyor device for each carrier has at least one vertical guide and at least one vertical guide member for guiding cooperation with the vertical guide has for guiding the movement in vertical direction of the associated carrier relative to the transport member. As a result, the vertical movement of a carrier relative to the conveying element can be efficiently guided and thereby determined. The vertical guide may be formed by the pusher itself, i.e. by its design. For this purpose, the pusher member can, for example, be designed as an elongate element such as a profile which is oriented vertically with respect to the transport member and of which a longitudinal face forms the vertical guide.

In een uitvoeringsvorm is hierbij het ten minste ene verticale geleide- orgaan om een horizontale, zich loodrecht op de transportrichting, uitstrekkende rotatie-as roteerbaar is. Bij voorkeur is het ten minste ene verticale geleide-orgaan ten minste een loopwiel dat in bedrijf afrolt langs de verticale geleiding.In one embodiment, the at least one vertical guide member is rotatable about a horizontal rotation axis extending perpendicular to the direction of transport. Preferably, the at least one vertical guide member is at least one running wheel which, in operation, rolls along the vertical guide.

Bij voorkeur is de ten minste ene verticale geleiding ingericht voor het belemmeren dat de bijbehorende drager tijdens het in de transportrichting transporteren van de drager, in de transportrichting kan bewegen ten opzichte van het deel van het transportorgaan dat zich op dezelfde positie in de transportrichting gezien als de drager bevindt.Preferably, the at least one vertical guide is designed to prevent the associated carrier from being able to move in the conveying direction during conveying of the carrier in the conveying direction relative to the part of the conveying element which is in the same position as seen in the conveying direction as the carrier is located.

Het is gunstig indien de weeginrichting een of meerdere weegcellen omvat voor het bepalen van het gewicht dat op het weeggeleidingsdeel werkzaam is. In het bijzonder bij toepassing van meerdere weegcellen kan de nauwkeurigheid van een weging worden vergroot aangezien een gemiddelde kan worden bepaald van de individuele wegingen van de meerdere weegcellen. Tevens kan een eventueel onverhoopt incorrect werkende weegcel dan eenvoudig worden geïdentificeerd, hetgeen de bedrijfszekerheid van de weeginrichting ten goede komt.It is favorable if the weighing device comprises one or more weighing cells for determining the weight acting on the weighing guide part. In particular when using several weighing cells, the accuracy of a weighing can be increased since an average can be determined of the individual weighings of the several weighing cells. Also, a possibly unexpectedly incorrectly operating weighing cell can then simply be identified, which benefits the operational reliability of the weighing device.

In een uitvoeringsvorm omvatten de dragers elk een haakorgaan om een slachtproduct hangend aan het haakorgaan te dragen, en/of een doorn om een slachtproduct op de doorn geplaatst te dragen.In one embodiment, the carriers each comprise a hook member for carrying a slaughter product hanging from the hook member, and/or a mandrel for carrying a slaughter product placed on the mandrel.

De onderhavige uitvinding zal hieronder in meer detail worden toegelicht aan de hand van de beschrijving van voorkeursuitvoeringsvormen van weeginrichtingen volgens de uitvinding, aan de hand van de navolgende vereenvoudigde, schematische figuren die bedoeld zijn als een toelichting op het werkingsprincipe van de onderhavige uitvinding. Hierin toont: - figuur 1 in vooraanzicht een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding; 5 - figuur 2 in vooraanzicht een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding; - figuur 3 in vooraanzicht een derde voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding; en - figuur 4 in vooraanzicht een vierde voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding; Figuur 1 toont een weeginrichting 1 voor slachtproducten of delen daarvan. De weeginrichting maakt deel uit van een systeem voor het verwerken van slachtproducten, in het bijzonder een slachtlijn voor het slachten. De slachtproducten betreffen in het bijzonder gevogelte of delen van gevogelte. De slachtproducten worden hierbij elk aan of op een drager, bijvoorbeeld hangend aan een drager, zoals in geval van gevogelte aan de poten ervan, of op een houder in de vorm van een doorn gestoken dan wel geplaatst, zoals in geval van gevogelte met de borstkap op de houder ofwel doorn geplaatst, door het systeem getransporteerd en passeren gangbaar diverse verwerkingsstations voor het uitvoeren van bewerkingen, waaronder bijvoorbeeld snijpewerkingen, aan het slachtproduct. De slachtproducten passeren bij een systeem volgens de uitvinding tevens een weeginrichting volgens de uitvinding, die hieronder in meer detail zal worden toegelicht. Op basis van een weging van een slachtproduct met de weeginrichting kan de besturing van het systeem, oftewel van de slachtlijn, het systeem aansturen om het betreffende slachtproduct een bepaalde routing te laten volgen door het systeem, waarbij een of meer verdere verwerkingshandelingen worden uitgevoerd om het slachtproduct zo efficiënt mogelijk, ook gezien de orders voor slachtproducten die op dat moment door de besturing zijn ontvangen en in behandeling zijn, te verwerken. Hierbij zou bijvoorbeeld kunnen worden gedacht aan het op basis van de weging groeperen van specifieke slachtproducten in een transportverpakking bijvoorbeeld in het kader van het streven naar een gewenst totaalgewicht aan slachtproducten in een transportverpakking.The present invention will be explained in more detail below with reference to the description of preferred embodiments of weighing devices according to the invention, with reference to the following simplified, schematic figures, which are intended as an explanation of the operating principle of the present invention. In the drawing: - figure 1 shows in front view a first preferred embodiment of a device according to the invention; Figure 2 shows a front view of a second preferred embodiment of a device according to the invention; figure 3 shows a front view of a third preferred embodiment of a device according to the invention; and figure 4 shows a front view of a fourth preferred embodiment of a device according to the invention; Figure 1 shows a weighing device 1 for slaughter products or parts thereof. The weighing device forms part of a system for processing slaughter products, in particular a slaughter line for slaughter. The slaughter products concern in particular poultry or parts of poultry. The slaughter products are herein each placed on or on a carrier, for instance hanging from a carrier, such as in the case of poultry by its legs, or placed or placed on a holder in the form of a thorn, such as in the case of poultry with the breast cap. placed on the holder or mandrel, transported through the system and usually pass various processing stations for carrying out operations, including for instance cutting operations, on the slaughter product. In a system according to the invention, the slaughter products also pass a weighing device according to the invention, which will be explained in more detail below. On the basis of a weighing of a slaughter product with the weighing device, the control system of the system, i.e. of the slaughter line, can control the system to have the relevant slaughter product follow a specific routing through the system, whereby one or more further processing operations are performed to slaughter product as efficiently as possible, also in view of the orders for slaughter products that have been received and are being processed by the control at that time. This could for instance include grouping specific slaughter products in a transport packaging on the basis of the weighing, for instance in the context of striving for a desired total weight of slaughter products in a transport packaging.

Weeginrichting 1 heeft een gestel 2, in de figuren telkens als ‘vaste wereld’ aangegeven. De inrichting heeft verder een transportinrichting 3 voor het in een transportrichting 12 transporteren van de slachtproducten. De transportinrichtingWeighing device 1 has a frame 2, indicated in the figures in each case as 'fixed world'. The device further has a conveying device 3 for conveying the slaughter products in a conveying direction 12. The transport device

3 is voorzien van twee omlooporganen 4, zoals kettingwielen, die op afstand van elkaar roteerbaar om twee respectievelijke eerste verticale rotatie-assen 5 met het gestel 2 zijn verbonden, en omvat tevens een transportketting 6 die het eindloos transportorgaan vormt, welke transportketting 6 (verder: ketting) is geslagen om de twee omlooporganen 4 waarbij de ketting 6 zich volgens een bij voorkeur rechtlijnig weegtraject tussen de twee omlooporganen 4 uitstrekt. De inrichting 1 heeft verder een zich evenwijdig aan het weegtraject uitstrekkende horizontale geleiding 7 met een weeggeleidingsdeel 9 dat tussen stationaire geleidingsdelen 8 van de horizontale geleiding 7 is voorzien. Verder heeft de inrichting 1 dragers 10 voor het dragen van de te wegen slachtproducten welke dragers 10 ieder zijn voorzien van loopwielen 11 als uitvoeringsvorm van de genoemde horizontale geleide-organen, voor geleidende samenwerking met de horizontale geleiding 7. Verder heeft de transportinrichting per drager 10 een met de ketting 6 verbonden voortbewegingsorgaan, zoals een hieronder nader omschreven duwlichaam of treklichaam, voor het onder invloed van beweging van de ketting in de transportrichting voortbewegen van de drager 10. De inrichting 1 heeft verder een weegmodule 20 voor het tijdens het transporteren van de dragers 10 langs het weeggeleidingsdeel 9 van de horizontale geleiding 7 wegen van een slachtproduct dat door een drager 10 die zich binnen het weeggeleidingsdeel 9 bevindt, wordt gedragen. Hierbij is de weeginrichting 1, waaronder ten minste de lengte van het weeggeleidingsdeel 9, zodanig geconfigureerd dat er telkens een weging kan plaatsvinden van één afzonderlijke drager 10 met een daardoor gedragen slachtproduct.3 is provided with two circulation members 4, such as sprockets, which are connected to frame 2 for rotation at a distance about two respective first vertical rotation axes 5, and also comprises a conveyor chain 6 which forms the endless conveyor member, which conveyor chain 6 (further : chain) is wrapped around the two circulation elements 4, wherein the chain 6 extends between the two circulation elements 4 along a preferably rectilinear weighing path. The device 1 furthermore has a horizontal guide 7 extending parallel to the weighing path with a weighing guide part 9 which is provided with the horizontal guide 7 between stationary guide parts 8 . Furthermore, the device 1 has carriers 10 for carrying the slaughter products to be weighed, which carriers 10 are each provided with running wheels 11 as an embodiment of the said horizontal guide members, for guiding cooperation with the horizontal guide 7. Furthermore, the transport device has 10 per carrier. a propelling member connected to the chain 6, such as a pushing body or pulling body described in more detail below, for advancing the carrier 10 under the influence of movement of the chain in the conveying direction. The device 1 furthermore has a weighing module 20 for transporting the carriers 10 weigh along the weighing guide part 9 of the horizontal guide 7 of a slaughter product which is carried by a carrier 10 located within the weighing guide part 9. In this case, the weighing device 1, including at least the length of the weighing guide part 9, is configured such that each time one separate carrier 10 with a slaughter product carried thereby can be weighed.

Volgens de uitvinding is de transportinrichting 3 zodanig ingericht voor het langs de horizontale geleiding 7 transporteren van de dragers 10, dat iedere drager 10 die zich binnen het weeggeleidingsdeel 9 van de horizontale geleiding 7 bevindt tijdens het voortbewegen van de betreffende drager 10 gezamenlijk met het weeggeleidingsdeel 9 in verticale richting kan bewegen ten opzichte van de ketting 6 ten minste op een positie 6b daarvan waarop het bij de betreffende drager 10 behorende voortbewegingsorgaan met de ketting 6 is verbonden.According to the invention, the conveying device 3 is designed such for conveying the carriers 10 along the horizontal guide 7, that each carrier 10 which is located within the weighing guide part 9 of the horizontal guide 7, during the advance of the relevant carrier 10 together with the weighing guide part. 9 can move in vertical direction relative to the chain 6, at least at a position 6b thereof, at which the propelling member associated with the relevant carrier 10 is connected to the chain 6 .

Binnen het kader van de uitvinding is de onderlinge positie in hoogterichting gezien van het transportorgaan, de horizontale geleiding en de dragers niet beperkt tot hetgeen in de figuren is getoond. Dat wil zeggen, de dragers kunnen bijvoorbeeld ook boven het transportorgaan, of op gelijke hoogte naast het transportorgaan zijn gelegen en de horizontale geleiding kan bijvoorbeeld ook boven de dragers en/of het transportorgaan zijn gelegen waarbij dan de geleide-organen van de dragers aan een bovenzijde van de dragers kunnen zijn voorzien.Within the scope of the invention, the mutual position in vertical direction of the transport element, the horizontal guide and the carriers is not limited to what is shown in the figures. That is to say, the carriers can, for instance, also be situated above the conveying element, or at the same height next to the conveying element, and the horizontal guide can, for instance, also be situated above the carriers and/or the conveying element, wherein the guide members of the carriers are then attached to a top of the carriers can be provided.

In het voorbeeld volgens figuur 1 is de ketting 8 ingericht voor het in de transportrichting 12 duwen van de dragers 10. Hiertoe heeft de transportinrichting 3 voor elke drager 10 een met de ketting 6 verbonden duwlichaam 22, dat het voortbewegingsorgaan vormt, voor het duwen van de betreffende drager 10. Elk duwlichaam 22 is star verbonden met de ketting 6 en is althans in het onderhavige voorbeeld gevormd door een langwerpig, zich verticaal uitstrekkend stripvormig profiel.In the example according to figure 1, the chain 8 is designed for pushing the carriers 10 in the conveying direction 12. To this end, the conveying device 3 has for each carrier 10 a pushing body 22 connected to the chain 6, which forms the propelling member, for pushing the relevant carrier 10. Each pusher body 22 is rigidly connected to the chain 6 and is formed, at least in the present example, by an elongate, vertically extending strip-shaped profile.

Het duwlichaam 22 vormt tevens een verticale geleiding voor een verticaal geleide-orgaan, in het onderhavige voorbeeld een geleidewiel 24, dat om een horizontale, zich loodrecht op de transportrichting, uitstrekkende rotatie-as roteerbaar is.The pushing body 22 also forms a vertical guide for a vertical guide member, in the present example a guide wheel 24, which is rotatable about a horizontal rotation axis extending perpendicular to the direction of transport.

Het geleidewiel 24 is geconfigureerd voor geleidende samenwerking met het de verticale geleiding vormende duwlichaam 22. Het verticaal geleidewiel 24 is middels een beugel 26 aan de drager 10 bevestigd.The guide wheel 24 is configured for guiding engagement with the pusher body 22 forming the vertical guide. The vertical guide wheel 24 is attached to the carrier 10 by means of a bracket 26 .

Door deze constructie waarbij het geleidewiel 24 kan afrollen langs het profiel is de drager 10 dus zonder of althans met slechts een zeer minimale verticale weerstandskracht voor beweging in verticale richting ten opzichte van de ketting 6 geleid.Due to this construction, in which the guide wheel 24 can roll along the profile, the carrier 10 is thus guided without or at least with only a very minimal vertical resistance force for movement in vertical direction relative to the chain 6 .

De combinatie van de verticale geleiding en geleidewiel 24 is hierbij zodanig ontworpen dat de verticale beweging van het geleidewiel langs de geleiding ten minste mogelijk is over het weegbereik (in figuur 4 met ‘a’ aangeduid) van de navolgend te omschrijven weegmodule 20. Als alternatief voor de als stripvormig profiel uitgevoerd duworgaan 22 is een langwerpig profiel met een andere dwarsdoorsnedevorm eveneens mogelijk, zoals bijvoorbeeld rond, vierkant of T-vormig.The combination of the vertical guide and guide wheel 24 is designed in such a way that the vertical movement of the guide wheel along the guide is at least possible over the weighing range (indicated in figure 4 with 'a') of the weighing module 20 to be described below. As an alternative for the pusher 22 designed as a strip-shaped profile, an elongate profile with a different cross-sectional shape is also possible, such as, for example, round, square or T-shaped.

Het is hierbij in het kader van een nauwkeurige positionering in de transportrichting 12 gezien van een drager 10 ten opzichte van de ketting gunstig indien de door het duwlichaam 22 gevormde geleiding zodanig is dat een relatieve positie van de drager 10 ten opzichte van de ketting 6 in transportrichting bij een verticale beweging van de drager 10 ten opzichte van de ketting 6 gelijk blijft.In the context of an accurate positioning in the conveying direction 12, seen from a carrier 10 relative to the chain, it is favorable here if the guide formed by the pusher body 22 is such that a relative position of the carrier 10 relative to the chain 6 is in direction of transport remains the same with a vertical movement of the carrier 10 relative to the chain 6 .

Verder is het binnen het kader van de uitvinding denkbaar om een bladveer als duwlichaam 22 te gebruiken.Furthermore, it is conceivable within the scope of the invention to use a leaf spring as pusher body 22.

Hierbij is een stijfheid van de bladveer dwars op de langsuitstrekking van de bladveer zodanig gekozen dat ondanks elastische buiging van de bladveer in bedrijf van de inrichting 1, zoals ten gevolge van een mogelijk wisselende weerstandskracht op de drager 10 tegengesteld aan de transportrichting 12, het geleidewiel ten allen tijde contact kan houden met de bladveer, welke laatste dus tevens als geleiding fungeert.Here, a stiffness of the leaf spring transverse to the longitudinal extent of the leaf spring is chosen such that, despite elastic bending of the leaf spring during operation of the device 1, such as as a result of a possibly varying resistance force on the carrier 10 opposite to the transport direction 12, the guide wheel can maintain contact with the leaf spring at all times, the latter thus also acting as a guide.

Figuur 2 toont een inrichting 100 als variant op de inrichting 1 volgens figuur 1. Gelijke onderdelen zijn hierbij met gelijke verwijzingscijfers aangeduid en onderdelen met een vergelijkbare werking of effect zijn telkens voorzien van een verwijzingscijfer waarbij 100 is opgeteld.Figure 2 shows a device 100 as a variant of the device 1 according to figure 1. Like parts are indicated with like reference numerals and parts with a comparable function or effect are each provided with a reference numeral to which 100 is added.

De inrichting 100 volgens figuur 2 heeft een duwlichaam 122 voor het duwen van de betreffende drager 110. Net als bij duwlichaam 22, is het duwlichaam 122 star verbonden met de ketting 106. In het onderhavige voorbeeld is het duwlichaam 122 gevormd door een langwerpig profiel, hoewel toepassing van een bladveer eveneens mogelijk is. Het duwlichaam 122 heeft aan diens onderste, vrije uiteinde een verticaal geleide-orgaan gevormd door een geleidewiel 124, dat om een horizontale, zich loodrecht op de transportrichting, uitstrekkende rotatie-as roteerbaar is. Het geleidewiel 124 kan afrollen langs een daartoe geconfigureerd vlak 128 van de drager 110. Door deze constructie waarbij het geleidewiel 124 kan afrollen langs het vlak 128 is de drager 110 dus zonder of althans met slechts een zeer minimale verticale weerstandskracht voor beweging in verticale richting ten opzichte van de ketting 6 geleid, analoog aan de uitvoering volgens figuur 1.The device 100 according to figure 2 has a pusher body 122 for pushing the respective carrier 110. As with pusher body 22, the pusher body 122 is rigidly connected to the chain 106. In the present example, the pusher body 122 is formed by an elongate profile, although the use of a leaf spring is also possible. At its lower, free end, the pusher body 122 has a vertical guide member formed by a guide wheel 124, which is rotatable about a horizontal rotation axis extending perpendicular to the direction of transport. The guide wheel 124 can roll along a surface 128 of the carrier 110 configured for this purpose. Due to this construction, in which the guide wheel 124 can roll along the surface 128, the carrier 110 is therefore without or at least with only a very minimal vertical resistance force for movement in vertical direction. with respect to the chain 6, analogous to the embodiment according to figure 1.

De in figuur 3 getoonde inrichting 200 is grotendeels gelijk aan de inrichting 100. Het verschil wordt gevormd door de bij de inrichting 200 aanwezige additionele verticale geleiding 122a die star aan de ketting 206 is bevestigd en met daaraan, op dezelfde wijze uitgevoerd als bij de door duwlichaam 122 gevormde geleiding, een geleidewiel 124a. Het geleidewiel 1244 kan afrollen langs een daartoe geconfigureerd verder vlak 1284 van de drager 110, welk vlak 1284 eveneens verticaal is georiënteerd en bovendien parallel is aan vlak 128. Het is bij deze variant denkbaar dat duwlichaam 122 stijf is uitgevoerd terwijl geleiding 1224 elastisch veerkrachtig, althans relatief ten opzichte van duwlichaam 122, is uitgevoerd om zodoende onder invloed van de veerkracht van geleiding 1224 het geleidewiel 124 effectief in contact te houden met het vlak 128 van de drager 110. Toepassing van de additionele verticale geleiding 1224 is op analoge wijze toepasbaar bij inrichting 1. Het is echter in het kader van inrichting 1 eveneens denkbaar dat aan de achterzijde van de dragers ( de linkerzijde in het vlak van tekening van figuur 1) telkens twee geleide-organen zijn voorzien zoals een paar van geleidewielen, bijvoorbeeld aan een gemeenschappelijke beugel, waarbij tussen de twee geleidewielen een doorgang is bepaald waardoorheen het duworgaan — dat eveneens de verticale geleiding vormt — zich uitstrekt. Hierdoor kan worden bereikt dat het geleide-orgaan in contact wordt gehouden met de door het duworgaan 22 gevormde verticale geleiding. De in figuur 4 getoonde inrichting 300 verschilt van de eerder beschreven inrichtingen 1, 100 en 200 dat de dragers niet geduwd, maar getrokken worden. Oftewel, de ketting 3086 is ingericht voor het in de transportrichting 12 trekken van de dragers 310. Hiertoe heeft de inrichting 300 voor elke drager 310 een met de ketting 306 verbonden trekorgaan 330. Elk trekorgaan 330 is aan een bovenste uiteinde ervan star met de ketting 306 verbonden. Het trekorgaan 330 omvat een verticaal gedeelte 331 met aan een onderste einde ervan een zich in hoofdzaak dwars daarop zich tegen de transportrichting 12 in vanaf het gedeelte 331 uitstrekkend verbindingsdeel 333 dat zwenkbaar om een horizontale, zich dwars op de transportrichting 12 uitstrekkende zwenkas 332 met gedeelte 331 is verbonden. Aan een in transportrichting 12 gezien achterste einde ervan is verbindingsdeel 333, eveneens zwenkbaar om een zich dwars op de transportrichting 12 uitstrekkende zwenkas 334, met de drager 310 verbonden. Hierdoor is de drager 310 dus zonder of althans met slechts een zeer minimale verticale weerstandskracht voor beweging in verticale richting ten opzichte van de ketting 306 geleid, analoog aan de eerder beschreven uitvoeringen. Indien het verbindingsdeel 333 draadvormig of bijvoorbeeld als — weliswaar relatief zeer slappe — bladveer zou zijn uitgevoerd, hetgeen denkbaar is binnen het kader van de uitvinding, dan zouden scharnieren die de zwenkassen 332 en/of 334 bepalen op zich kunnen komen te vervallen aangezien door de toepassing van het draadvormig of als bladveer uitgevoerd verbindingsdeel eveneens de verticale bewegingsvrijheid van de drager 310 is gerealiseerd. Met name in geval van toepassing van een draadvormig verbindingsdeel 333 omvat de inrichting bij voorkeur een additionele geleiding zoals de hierboven beschreven en in figuur 3 getoonde additionele geleiding 122a die op dezelfde wijze als bij inrichting 200 samenwerkt met een aan de voorzijde van de drager voorzien vlak 128a (zie ook figuur 3), in dit geval met als doel het draadvormig verbindingsdeel 333 in voldoende mate gespannen te houden en ‘doorschieten’ van een drager bij een al dan niet plotseling afremmen van de ketting te voorkomen.The device 200 shown in figure 3 is largely the same as the device 100. The difference is formed by the additional vertical guide 122a present in the device 200, which is rigidly attached to the chain 206 and constructed thereon in the same manner as with the pusher body 122 formed guide, a guide wheel 124a. The guide wheel 1244 can roll along a further surface 1284 of the carrier 110 configured for this purpose, which surface 1284 is also vertically oriented and, moreover, is parallel to surface 128. In this variant, it is conceivable that pusher body 122 has a rigid design, while guide 1224 is elastically resilient, at least relative to pusher body 122, so as to keep the guide wheel 124 effectively in contact with the surface 128 of the carrier 110 under the influence of the spring force of guide 1224. Application of the additional vertical guide 1224 can be applied in an analogous manner to device 1. However, within the framework of device 1, it is also conceivable that two guide members are provided on the rear side of the carriers (the left side in the plane of the drawing of figure 1), such as a pair of guide wheels, for example on a common bracket, wherein a passage is defined between the two guide wheels through which the pusher — which also forms the vertical guide — extends. It can hereby be achieved that the guide member is kept in contact with the vertical guide formed by the pusher member 22. The device 300 shown in figure 4 differs from the previously described devices 1, 100 and 200 in that the carriers are not pushed, but pulled. In other words, the chain 3086 is designed for pulling the carriers 310 in the conveying direction 12. To this end, the device 300 has for each carrier 310 a pulling member 330 connected to the chain 306. Each pulling member 330 is rigid at an upper end thereof with the chain. 306 connected. The pulling member 330 comprises a vertical portion 331 having at a lower end thereof a connecting part 333 substantially transverse thereto extending against the conveying direction 12 from the portion 331, which connecting part 333 is pivotable about a horizontal pivot axis 332 extending transversely to the conveying direction 12 with a portion 331 is connected. Connecting part 333, also pivotable about a pivot axis 334 extending transversely to the transport direction 12, is connected to the carrier 310 at a rear end thereof, viewed in the transport direction 12 . As a result, the carrier 310 is thus guided without or at least with only a very minimal vertical resistance force for movement in vertical direction relative to the chain 306, analogous to the embodiments described earlier. If the connecting part 333 were designed in the form of a wire or, for example, as a - albeit relatively very weak - leaf spring, which is conceivable within the scope of the invention, then hinges defining the pivot axes 332 and/or 334 could per se be omitted, since the the vertical freedom of movement of the carrier 310 is also realized by using the wire-shaped or leaf spring connecting part. Particularly when a wire-shaped connecting part 333 is used, the device preferably comprises an additional guide, such as the additional guide 122a described above and shown in figure 3, which cooperates in the same way as with device 200 with a surface provided on the front side of the carrier. 128a (see also figure 3), in this case for the purpose of keeping the wire-shaped connecting part 333 sufficiently taut and to prevent a carrier 'shooting through' when the chain slows down, whether suddenly or not.

Zoals hierboven reeds genoemd omvat elk van de inrichtingen volgens de uitvinding, waaronder de hierboven omschreven varianten 1, 100, 200 en 300, een weegmodule 20. Deze weegmodule is althans in het in de figuren getoonde voorbeeld, onder het weeggeleidingsdeel 9 van de horizontale geleiding 7 voorzien en daarmee werkzaam verbonden. De weegmodule 20 omvat althans in het getoonde voorbeeld, twee weegcellen 20a en 20b die in de figuren zeer schematisch als veerelement zijn aangeduid en zich tussen het weeggeleidingsdeel 9 en het gestel 2 van de inrichting uitstrekken. Elk van de weegcellen 20a, 20b is geconfigureerd om een gewicht te bepalen, of althans een op de betreffende weegcel betrekking hebbend gedeelte ervan. Dat wil zeggen, in het getoonde voorbeeld zou, in geval van een zuiver symmetrische belasting, elk van de weegcellen 20a en 20b de helft van het totaalgewicht van het weeggeleidingsdeel 9 met de zich daarop bevindende drager 10 (of 110, 210, 310) met het zich daarop bevindend slachtproduct bepalen, waaruit het gewicht van enkel het slachtproduct (tarragewicht) kan worden herleid.As already mentioned above, each of the devices according to the invention, including the variants 1, 100, 200 and 300 described above, comprises a weighing module 20. At least in the example shown in the figures, this weighing module is located below the weighing guide part 9 of the horizontal guide. 7 and operatively associated therewith. At least in the example shown, the weighing module 20 comprises two weighing cells 20a and 20b, which are very schematically indicated in the figures as a spring element and which extend between the weighing guide part 9 and the frame 2 of the device. Each of the load cells 20a, 20b is configured to determine a weight, or at least a portion thereof related to the particular load cell. That is, in the example shown, in the case of a purely symmetrical load, each of the weighing cells 20a and 20b would have half the total weight of the weighing guide part 9 with the carrier 10 (or 110, 210, 310) located thereon. determine the slaughter product located thereon, from which the weight of only the slaughter product (tare weight) can be deduced.

Het weeggeleidingsdeel 9 is in de figuren iets lager getekend dan de zich daar stroomopwaarts en stroomafwaarts bevindende delen 8 van de horizontale geleiding 7. Dit is sterk uitvergroot ten opzichte van de werkelijkheid en enkel bedoeld om het principe van de uitvinding toe te lichten. In werkelijkheid is het weeggeleidingsdeel 9 bij afwezigheid en ook bij aanwezigheid van een slachtproduct op een zich op het weeggeleidingsdeel 9 bevindende drager ongeveer op gelijke hoogte als de delen 8 gelegen. Hieronder wordt begrepen dat ook bij de aanwezigheid van een slachtproduct op de drager, het weeggeleidingsdeel 9 slechts in die mate neerwaarts onder invloed van het gewicht van het slachtproduct en van de drager verplaatst dat het in de transportrichting 12 over het weeggeleidingsdeel 9 bewegen van de dragers niet gehinderd wordt ter plaatse van de overgangen tussen weeggeleidingsdeel 9 en genoemde delen 8 van de horizontale geleiding 7.The weighing guide part 9 is drawn slightly lower in the figures than the upstream and downstream parts 8 of the horizontal guide 7. This is greatly enlarged compared to reality and only intended to explain the principle of the invention. In reality, the weighing guide part 9 is located at approximately the same height as the parts 8 in the absence and also in the presence of a slaughter product on a carrier located on the weighing guide part 9. This is understood to mean that also in the presence of a slaughter product on the carrier, the weighing guide part 9 only moves downwards under the influence of the weight of the slaughter product and of the carrier to such an extent that the carriers move in the conveying direction 12 over the weighing guide part 9 . is not hindered at the location of the transitions between weighing guide part 9 and said parts 8 of the horizontal guide 7.

Claims

CONCLUSIONS

Device for weighing slaughter products, comprising a frame, a transport device for transporting the slaughter products in a transport direction, the transport device being provided with two bypass members which are connected to the frame for rotation at a distance from each other about two respective first rotational axes. , of an endless conveying element which is wrapped around the two circulation elements, wherein the conveying element extends according to a rectilinear weighing path in the conveying direction between the two circulation elements, of a horizontal guide extending parallel to the weighing path with a weighing guide part, and of carriers for carrying the slaughter products to be weighed, which carriers are each provided with horizontal guide members for guiding cooperation with the horizontal guide, wherein the conveying device has per carrier a propulsion member connected to the conveying member for moving the trough under the influence of movement. advancing the transport element in the transport direction of the carrier, the device further comprising a weighing module for weighing a slaughter product carried by a carrier located within the weighing guide part, during the transport of the carriers along the weighing guide part of the horizontal guide, with the characterized in that the transport device is designed such for advancing the carriers along the horizontal guide that each carrier located within the weighing guide part of the horizontal guide can move together with the weighing guide part in vertical direction during the advancement of the relevant carrier. the conveying member at least at a position thereof at which the propelling member associated with the relevant carrier is connected to the conveying member.

2. Device as claimed in claim 1, wherein the transport member is adapted to push the carriers in the transport direction.

Device as claimed in claim 2, wherein the transport device comprises for each carrier a pushing body connected to the transport member for pushing the carriers.

Device as claimed in claim 3, wherein each pusher body is rigidly connected to the transport member.

Device according to claim 3 or 4, wherein the pusher body is a leaf spring.

6. Device as claimed in claim 1, wherein the transport member is adapted for pulling the carriers in the transport direction.

Device as claimed in claim 6, wherein the transport device has a pulling element connected to the transport element for each carrier.

The device of claim 7, wherein the tensile member is a wire.

A device according to claim 7, wherein the tensile body is a leaf spring.

An apparatus according to any one of the preceding claims, wherein the conveying device has for each carrier at least one vertical guide and at least one vertical guide member for guiding engagement with the vertical guide for guiding the movement in vertical direction of the associated carrier relative to the transport member.

11. Device as claimed in claim 10, wherein the at least one vertical guide member is rotatable about a horizontal rotation axis extending perpendicular to the direction of transport.

12. Device as claimed in claim 11, wherein the at least one vertical guide is adapted to prevent the associated carrier from being able to move in the conveying direction during conveying of the carrier in the conveying direction relative to the part of the conveying element which is located on the same surface. position in the transport direction when the carrier is located.

13. Device as claimed in any of the foregoing claims, wherein the weighing device comprises one or more weighing cells for determining the weight acting on the weighing guide part.

An apparatus according to any one of the preceding claims, wherein the carriers each comprise a hook member for carrying a slaughter product hanging from the hook member, or comprise a mandrel for carrying a slaughter product placed on the mandrel.

15. Device as claimed in any of the foregoing claims, wherein the transport member is a chain.