NL2023700B1 - Hybride pakketzak - Google Patents

Abstract

12 Uittreksel Een pakketzak voor pakketten omvat een omhulling die voorzien is van een onderste deel en een bovenste deel, waarbij in het onderste deel een opslagvolume voor de pakketten is gedefinieerd. 5 Het onderste deel wordt gevormd uit een vlakke bodemplaat en een aantal plaatvormige zijwanden, waarbij elke zijwand telkens door een scharnierende bodemverbinding verbonden is aan een rand van de bodemplaat. De scharnierende bodemverbinding bestaat telkens uit stripvormige folie of textiel dat zich uitstrekt langs de overeenkomstige rand van de bodemplaat en met de bodemplaat en de zijwand is verbonden. Tussen elk paar zijwanden bevindt zich een flexibele zijverbinding uit 10 folie of textiel die telkens een dwars op de scharnierende verbinding staande verbinding vormt. [figuur 2A]

Description

Hybride pakketzak Gebied van de uitvinding De uitvinding heeft betrekking op een pakketzak voor pakketten. Tevens heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor sorteren en transporteren van pakketten.

Achtergrond van de techniek De huidige post-sorteersystemen sorteren pakketten of brieven. De hoeveelheid relatief kleine pakketten die per post verstuurd worden neemt de laatste jaren flink toe, met name dankzij de populariteit van (internationale) webwinkels. Om de bezorging van deze pakketten efficiënt en goedkoop te kunnen laten verlopen is een effectieve sorteermethode wenselijk.

Om deze stroom (retail-) pakketten zo efficiënt mogelijk te verwerken, worden de pakketten op een centraal sorteercentrum ontvangen, alwaar ze ’s nachts compleet automatisch worden voorgesorteerd voor verzending naar lokale distributiecentra. In de lokale distributiecentra worden de pakketten vervolgens aan het reguliere sorteerproces toegevoegd, waarin ze op route en in de juiste volgorde worden gesorteerd voor bezorging.

Het transport van de pakketten tussen het centraal sorteercentrum en de lokale distributiecentra wordt middels vrachtvervoer ondersteund door mankracht uitgevoerd. Om het laden en lossen van pakketten gemakkelijk en ergonomisch plaats te laten vinden is het wenselijk om de pakketten in een groter pakket te verzamelen.

Dit kan bijvoorbeeld worden gedaan in rolcontainers. Echter is het lastig om een rolcontainer ruimte/efficiënt automatisch vol te laden. Voorts nemen rolcontainers erg veel ruimte in wanneer deze leeg terug naar het centraal sorteercentrum vervoerd worden, waardoor relatief veel energie en mankracht hiervoor nodig is.

Alternatief zouden zakken zoals de bekende postzakken kunnen worden gebruikt. Deze nemen leeg immers nauwelijks ruimte in. Echter zijn deze zakken zo flexibel dat ze zich vormen naar de pakketten daarin, en daardoor weinig bescherming en stabiliteit bieden tijdens het transport.

Samenvatting van de uitvinding Doel van de uitvinding is het verschaffen van een pakketzak voor het verzamelen van pakketten voor transport waarin bovenvermelde problemen zijn opgelost.

Volgens de uitvinding wordt een pakketzak voor pakketten, omvattend een omhulling die voorzien is van een onderste deel en een bovenste deel, waarbij in het onderste deel een opslagvolume voor de pakketten is gedefinieerd, waarbij het onderste deel gevormd wordt uit een vlakke bodemplaat en een aantal plaatvormige zijwanden, waarbij elke zijwand telkens door een scharnierende bodemverbinding verbonden is aan een rand van de bodemplaat, waarbij de scharnierende bodemverbinding telkens bestaat uit stripvormige folie of textiel dat zich uitstrekt langs de overeenkomstige rand van de bodemplaat en met de bodemplaat en de zijwand verbonden is en waarbij zich tussen elk paar zijwanden een flexibele zijverbinding uit folie of textiel bevindt die telkens een dwars op de scharnierende verbinding staande verbinding vormt.

Op voordelige wijze wordt hiermee bereikt dat de afmeting en vorm van het onderste deel van de pakketzak kan eenduidig worden aangepast na het vullen met de pakketten waardoor het handmatige verwerken wordt verbeterd. Ook wordt bereikt dat een stapeling van de gevulde pakketzakken wordt verbeterd.

In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een pakketzak zoals boven beschreven, waarbij de flexibele zijverbinding uit folie of textiel uit een rechte strook bestaat. In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een pakketzak zoals boven beschreven, waarbij de flexibele zijverbinding uit folie of textiel uit een vanaf het onderste deel taps toelopende strook bestaat.

In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een pakketzak zoals boven beschreven, waarbij het bovenste deel bestaat uit folie of textiel, en aan een bovenzijde van het onderste deel elke plaatvormige zijwand verbonden is aan een verbindingsomtrekrand van het bovenste deel zodanig dat de verbindingsomtrekrand zich hoofdzakelijk parallel aan de scharnierende verbinding uitstrekt. In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een pakketzak zoals boven beschreven, waarbij het bovenste deel aan een vrije rand die is afgekeerd van de verbindingsomtrekrand, voorzien is van een afsluitmiddel.

In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een pakketzak zoals boven beschreven, waarbij het afsluitmiddel geselecteerd is uit een groep van een sluitrand, een klittenbandsluiting, een ritssluiting, een draad- of kabelsluiting en een trekband.

In een verdere uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een pakketzak zoals boven beschreven, waarbij het afsluitmiddel is voorzien van een anti-diefstalsluiting en/of een mechanisch of elektronisch slot.

In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een pakketzak zoals boven beschreven, waarbij het bovenste deel opvouwbaar of oprolbaar is tot aan de verbindingsomtrekrand.

In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een pakketzak zoals boven beschreven, waarbij het folie of textiel geselecteerd wordt uit een groep van kunststoffen omvattend ten minste polyethyleen of polypropyleen.

In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een pakketzak zoals boven beschreven, waarbij het materiaal van de bodemplaat en/of de zijwanden geselecteerd wordt uit een groep van kunststoffen omvattend ten minste polyethyleen of polypropyleen.

In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een pakketzak zoals boven beschreven, waarbij de bodemplaat een afmeting heeft van ongeveer 50 cm bij 45 cm.

In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een pakketzak zoals boven beschreven, waarbij het stripvormige folie of textiel in de scharnierende bodemverbinding een breedte heeft van ongeveer 12 cm.

In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een pakketzak zoals boven beschreven, waarbij de zijwand een breedte heeft van ongeveer 48 cm en een lengte van ongeveer 50 cm of ongeveer 45 cm.

In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een pakketzak zoals boven beschreven, waarbij de pakketzak “in gestrekte positie” een afmeting heeft van ongeveer 90 cm hoog, ongeveer 50 cm lang en ongeveer 45 cm breed.

In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een pakketzak zoals boven beschreven, waarbij het onderste deel van de pakketzak “in rust positie” een grondvlak afmeting heeft van ongeveer 40 cm hoog, ongeveer 75 cm lang en ongeveer 75 cm breed.

Voorts heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor sorteren en transporteren van pakketten onder gebruikmaking van een sorteermachine, waarbij de sorteermachine voorzien is van een aantal aflaadpunten die ieder geassocieerd zijn met een respectieve vooraf bepaalde locatie, waarbij aan een of meer van de aflaadpunten een pakketzak zoals hierboven beschreven, wordt opgesteld voor het verzamelen van pakketten die bestemd zijn voor de vooraf bepaalde locatie van het respectieve aflaadpunt, waarbij de werkwijze omvat: het bij het aflaadpunt losmaakbaar aanbrengen van het bovenste deel van de pakketzak zodanig dat de pakketzak zich in een gestrekte positie bevindt en het onderste deel een hoofdzakelijk rechte verticale vorm aanneemt, waarbij de zijwanden een verticale stand hebben; het verzamelen van pakketten in het onderste deel zodat het onderste deel tot een vooraf bepaalde hoogte wordt gevuld met pakketten; en na het verzamelen, het opheffen van de gestrekte positie en het in een rustpositie op een grondvlak laten steunen van de bodemplaat van de gevulde pakketzak zodanig dat in elke scharnierende verbinding de strook stripvormige folie of textiel of zich onder een schuine hoek ten opzichte van de bodemplaat buitenwaarts uitstrekt of zich horizontaal parallel aan de bodemplaat buitenwaarts uitstrekt, en ten minste het bodemoppervlak van het onderste deel vergroot wordt ten opzichte van een oppervlak van de bodemplaat.

In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een werkwijze zoals boven beschreven, waarbij de zijwanden van het gevulde onderste deel zodanig zijn gericht dat het gevulde onderste deel de vorm van een frustrum aanneemt dat taps toeloopt in de richting van het bovenste deel.

In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een werkwijze zoals boven beschreven, waarbij de zijwanden van het gevulde onderste deel verticaal staan en ten opzichte van de omtrek van de bodemplaat buitenwaarts zijn verplaatst zodanig dat het gevulde onderste deel de vorm van een hoofdzakelijk rechthoekig blok aanneemt. In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een werkwijze zoals boven beschreven, waarbij de werkwijze verder omvat: het oprollen of opvouwen van het bovenste deel wanneer de gevulde onderste deel van de pakketzak zich in de rustpositie bevindt, optioneel voorafgegaan door het afsluiten van de vrije rand van het bovenste deel. In een verdere uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een werkwijze zoals boven beschreven omvattend het voor een aantal pakketzakken die ieder bestemd zijn voor de vooraf bepaalde locatie van een zelfde aflaadpunt, herhalen van: het bij het aflaadpunt losmaakbaar aanbrengen van het bovenste deel van de respectieve 40 pakketzak;

het verzamelen van pakketten in het onderste deel ervan, en na het verzamelen, het opheffen van de gestrekte positie en het in een rustpositie op een grondvlak laten steunen van de bodemplaat van de gevulde pakketzak, het uitvoeren van de stap van het vormen van een stapel van het aantal pakketzakken met gevuld onderste deel die ieder de vorm van het frustrum of rechthoekig blok hebben.

In een verdere uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een werkwijze zoals boven beschreven, waarbij de stapel pakketzakken geplaatst wordt op een rolcontainer.

In een verdere uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een werkwijze zoals boven beschreven, waarbij de rolcontainer wordt getransporteerd naar de vooraf bepaalde locatie van het respectieve aflaadpunt behorend bij de stapel pakketzakken.

In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een werkwijze zoals boven beschreven, waarbij elke pakketzak is voorzien van een optisch label, en optioneel ook is voorzien van een elektronisch label.

In een uitvoeringsvorm verschaft de uitvinding een werkwijze zoals boven beschreven, waarbij de vooraf bepaalde locatie is gerelateerd aan een regionaal of lokaal sorteercentrum of distributiecentrum.

Tenslotte heeft de uitvinding betrekking op een gebruik van een pakketzak voor pakketten zoals hierboven beschreven, bij het sorteren en transporteren van de pakketten.

Korte aanduiding van de tekeningen De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de bijgevoegde tekeningen, waarin: Figuren 1A en 1B schematisch een zijaanzicht en een onderaanzicht van een pakketzak volgens een uitvoeringsvorm tijdens het vulproces tonen; Figuren 2A en 2B schematisch een perspectivisch zijaanzicht en onderaanzicht van een pakketzak volgens een uitvoeringsvorm tonen na het vulproces; Figuur 3 een schematisch zijaanzicht van een stapel gevulde en gesloten pakketzakken volgens een uitvoeringsvorm toont.

De tekeningen zijn slechts bedoeld voor illustratieve doeleinden, en dienen niet te worden uitgelegd als beperking van de uitvindingsgedachte, welke wordt gedefinieerd door de bijgevoegde conclusies.

In de hiernavolgende beschrijving duiden dezelfde verwijzingscijfers telkens gelijke of overeenkomstige elementen aan in de figuren.

Beschrijving van uitvoeringsvormen Figuren 1A, 1B en 2A, 2B tonen een pakketzak 100 volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding, hebbend een onderste deel 10, dat een verstevigde bodem 1 en vier verstevigde zijwanden 2 heeft en een flexibel bovenste deel 20 dat een zakdeel 22 en een sluitrand 25 heeft.

Het bovenste en onderste deel 20, 10 zijn vast met elkaar verbonden en definiëren samen een volume waarin pakketten kunnen worden ontvangen.

In het getoonde onderste deel 10 is de verstevigde bodem 1 vierhoekig en aan alle vier de zijden flexibel verbonden met een eerste zijde 3 van een van de vier verstevigde zijwanden 2. Elke zijwand 2 heeft voorts tweede en derde zijden 4, 5 welke hoofdzakelijk haaks op de eerste zijde 3 staan en waarvan elke tweede zijde 4 flexibel verbonden is met een derde zijde 5 van een 5 aanliggende verstevigde zijwand. De flexibele verbinding 8, 9 tussen de platen is gevormd door een weefsel. Dit weefsel is verdeeld in een aantal weefselstukken die vast met elkaar zijn verbonden, bij voorkeur doormiddel van een naaitechniek. Derhalve heeft de uitvinding betrekking op een pakketzak volgens conclusie 1.

De verstevigde zijwanden 2 zijn gevormd door vlakke, nauwelijks vervormbare platen welke zijn opgenomen in de weefselstukken en waarbij de platen in verhouding tot hun gewicht zeer sterk zijn. De weefselstukken en de platen kunnen onderling verschillende materialen en/of materiaal combinaties omvatten. In een voorkeursuitvoering zijn de weefselstukken en de platen vervaardigd uit een polymeer zoals PE of PP. Een breedte van een strook weefsel die de flexibele verbinding 8, 9 tussen de verstevigde bodem en zijwanden 1, 2 vormt en de maximale afstand tussen de platen bepaald is bij voorkeur ten minste 1 cm.

De weefsel stroken die de flexibele verbinding 9 tussen de verstevigde zijwanden 2 vormen kunnen een trapezoïde vorm hebben, zoals getoond in Figuur 2A of een rechthoekige vorm.

Het bovenste deel 20 van de pakketzak 100 wordt voor het grootste deel gevormd door het zakdeel 22, dat is vervaardigd uit weefsel dat niet voorzien is van verstevigende platen, waardoor het bovenste deel vrij vervormbaar is zodat deze eventueel opgerold of anderszins gemakkelijk te sluiten is. Dit weefsel kan hetzelfde weefsel zijn als het weefsel dat gebruikt is voor de vervaardiging van het onderste deel 10. De weefselstukken van het onderste deel 10 kunnen doorlopen in het bovenste deel 20 zodat het weefsel van het onderste en bovenste deel 10, 20 ten minste deels uit een geheel bestaat. Alternatief kunnen de weefselstukken van het bovenste deel 20 middels een vaste verbindingsmethode, bij voorkeur door middel van een naaitechniek, vast met de weefselstukken van het onderste deel 10 zijn verbonden.

Een bovenrand van het bovenste deel 20 van de pakketzak 100 wordt gevormd door de sluitrand 25, welke sluitrand 25 is ingericht om een hersluitbare afsluiting van het volume in de pakketzak te bewerkstelligen. Hiertoe kan de bovenrand voorzien zijn van sluitmiddelen, zoals een trekband, klittenband, een draad- of kabelsluiting of een rits, die de rand langs de gehele opening afdichten. Alternatief of additioneel is het bovenste deel 20 van de pakketzak 100 ten minste deels oprolbaar en/of zijn twee uiteinden 27a, b van de hersluitbare afsluiting of het opgerolde deel met elkaar verbindbaar, bijvoorbeeld via een haak en oog of middels een clip-verbinding. Voorts is het mogelijk om de pakketzak 100 additioneel of als alternatief aan de sluitrand 25 te voorzien van een anti-diefstal sluiting.

Door het gebruik van de flexibele verbindingen 8,9 tussen de verstevigde zijwanden 2 in combinatie met het zakdeel 22 is een hybride pakketzak verkregen, welke tijdens gebruik verschillende vormen en afmetingen aan kan nemen en welke ‚indien leeg, kan worden opgevouwen tot platte vorm. Dankzij de weefselstroken kunnen de verstevigde bodem en 40 zijwanden 1,2 ten opzichte van elkaar scharnieren alsmede beperkt transleren zodat de vorm en het oppervlak van het onderste deel 10 van de pakketzak zich kan aanpassen aan de pakketvulling en de omgeving van de pakketzak 100. Figuren 1A en 1B tonen een zij- en onderaanzicht van de pakketzak 100 tijdens het vullen van de zak.

Tijdens het automatisch sorteerproces kan de pakketzak 100 in een trolley of koker 200 worden geplaatst, waarbij het oppervlak van de verstevigde bodem 1 is afgestemd op een doorsnede van de trolley of koker 200 in een gestrekte vorm.

De weefselstroken 8 die de verstevigde zijwanden 2 met de bodem 1 verbinden zullen zich hoofdzakelijk haaks op de bodem 1 strekken, zodat de pakketzak 100 een breedte b en diepte d heeft die gelijk is aan de breedte en diepte van de bodem 1 en een relatief grote lengte h.

In de trolley 200 heeft de pakketzak 100 bijvoorbeeld de afmetingen 51 x 45 x 88 cm (b x d x h). De sluitrand 25 is omgevouwen over een bovenrand van de trolley of koker, zodat de pakketzak 100 tijdens het vullen de binnenwanden van de trolley of koker blijft bekleden.

Nadat het sorteerproces klaar is en/of de zak een vooraf bepaalde maximale vulling heeft gekregen, wordt de pakketzak 100 uit de trolley of koker 200 verwijderd, waarna de vorm van de pakketzak 100 verandert naar de situatie zoals getoond in het zij- en onderaanzicht van Figuren 2A en 2B.

Dankzij de flexibele verbindingen 8, 9 tussen de verstevigde bodem en zijwanden 1, 2 en het gewicht van de zijwanden 2 zakken de zijwanden 2 ten opzichte van de bodem 1 en komen de zijplaten op grotere afstand van elkaar te staan.

Hierdoor veranderen de afmetingen van de pakketzak 100 ten minste aan de bodemzijde naar een grotere breedte b en diepte d en een relatief kortere lengte h, bijvoorbeeld naar de afmetingen 74 x 74 x 40 cm (b x d x h). Het oppervlak van het onderste deel 10 wordt dus groter, waardoor ruimte vrij komt zodat de kolom van pakketten die tijdens het vul proces in de zak is ontstaan kan “inklinken”. Na verwijdering uit de trolley of koker 200 bevinden zich bij, door deze oppervlaktevergroting, alle pakketten in de pakketzak 100 zich nagenoeg volledig in het onderste deel 10 van de pakketzak, zodat het bovenste deel 20 van de pakketzak gesloten en eventueel opgerold kan worden Als de pakketzaken 100 gevuld en gesloten zijn, kunnen de pakketzakken worden gestapeld voor opslag en vervoer, zoals getoond in Figuur 3. De vorm die de gesloten pakketzak 100 aanneemt is afhankelijk van de vorm van de weefselstroken die zich tussen de verstevigde zijwanden 2 bevinden.

Indien deze weefselstroken een trapezoïde vorm hebben, zoals getoond in Figuur 2A, dan vormt het onderste deel 10 van de pakketzak eenmaal uit de trolley of koker een afgeknotte piramide.

Indien de weefselstroken een rechthoekige vorm hebben, zullen de zijwanden 2 zich in een gesloten pakketzak hoofdzakelijk haaks ten opzichte van de bodem 1 houden en een relatief vergroot rechthoekig blok of volume vormen in het onderste deel.

Deze gesloten vormen zijn relatief stevig en stabiel, waardoor de pakketzakken 100 gemakkelijk individueel te verplaatsen zijn en op een stabiele wijze kunnen worden opgestapeld in bijvoorbeeld in rolcontainers of achter in transportbusjes.

Om het verplaatsen van pakketzakken 100 te vergemakkelijken, kunnen de zakken 100 zijn voorzien van een of meer hengsels 26. Deze kunnen als extra element aan iedere pakketzak 100 zijn aangebracht.

Alternatief of additioneel kan de sluitrand 25 na het sluiten van de zak ten 40 minste een deel van het hengsel 26 vormen.

Voor extra bescherming kan de pakketzak 100 aan een onderzijde zijn voorzien van beschermingselementen of antislip elementen, zoals bijvoorbeeld een of meer rubberen elementen.

Voorts kan de pakketzak 100 aan een zijde zijn voorzien van een zichtbaar (optisch uitleesbaar) en/of elektronisch label 30, waardoor de pakketzak 100 tijdens het vullen en vervoeren traceerbaar en herkenbaar is.

Andere vormen van bodemplaat met bijbehorende hoeveelheid verstevigende zijpanelen zijn voor de vakman voor de hand liggend en leiden tot hetzelfde resultaat, zoals bijvoorbeeld een zeshoek met zes zijpanelen of een achthoek met acht zijpanelen.

Ook zal het vakman duidelijk zijn dat andere materialen dan genoemd kunnen worden toegepast voor de bodemplaat en/of zijpanelen, zoals dunne metaalplaat. Ook voor het folie of textiel kunnen alternatieve materialen worden toegepast zoals materialen op basis van polyamide.

Alternatieve en equivalente uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding zijn denkbaar binnen de uitvindingsgedachte, zoals aan de vakman duidelijk zal zijn. De uitvindingsgedachte wordt slechts beperkt door de bijgevoegde conclusies.

Claims (25)

Conclusies

1. Pakketzak voor pakketten, omvattend een omhulling die voorzien is van een onderste deel en een bovenste deel, waarbij in het onderste deel een opslagvolume voor de pakketten is gedefinieerd, waarbij het onderste deel gevormd wordt uit een vlakke bodemplaat en een aantal plaatvormige zijwanden, waarbij elke zijwand telkens door een scharnierende bodemverbinding verbonden is aan een rand van de bodemplaat, waarbij de scharnierende bodemverbinding telkens bestaat uit stripvormige folie of textiel dat zich uitstrekt langs de overeenkomstige rand van de bodemplaat en met de bodemplaat en de zijwand verbonden is en waarbij zich tussen elk paar zijwanden een flexibele zijverbinding uit folie of textiel bevindt die telkens een dwars op de scharnierende verbinding staande verbinding vormt.

2. Pakketzak volgens conclusie 1, waarbij de flexibele zijverbinding uit folie of textiel uit een rechte strook bestaat.

3. Pakketzak volgens conclusie 1, waarbij de flexibele zijverbinding uit folie of textiel uit een vanaf het onderste deel taps toelopende strook bestaat.

4. Pakketzak volgens één van de conclusies 1 — 3, waarbij het bovenste deel bestaat uit folie of textiel, en aan een bovenzijde van het onderste deel elke plaatvormige zijwand verbonden is aan een verbindingsomtrekrand van het bovenste deel zodanig dat de verbindingsomtrekrand zich hoofdzakelijk parallel aan de scharnierende verbinding uitstrekt.

5. Pakketzak volgens één van de conclusies 1 — 4, waarbij het bovenste deel aan een vrije rand die is afgekeerd van de verbindingsomtrekrand, voorzien is van een afsluitmiddel.

6. Pakketzak volgens conclusie 5, waarbij het afsluitmiddel geselecteerd is uit een groep van een sluitrand, een klittenbandsluiting, een ritssluiting, een draad- of kabelsluiting en een trekband.

7. Pakketzak volgens conclusie 5 of 6, waarbij het afsluitmiddel is voorzien van een anti- diefstalsluiting en/of een mechanisch of elektronisch slot.

8. Pakketzak volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het bovenste deel opvouwbaar of oprolbaar is tot aan de verbindingsomtrekrand.

9. Pakketzak volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het folie of textiel geselecteerd wordt uit een groep van kunststoffen omvattend ten minste polyethyleen of polypropyleen.

10. Pakketzak volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het materiaal van de bodemplaat en/of de zijwanden geselecteerd wordt uit een groep van kunststoffen omvattend ten minste polyethyleen of polypropyleen.

11. Pakketzak volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de bodemplaat een afmeting heeft van ongeveer 50 cm bij 45 cm.

12. Pakketzak volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het stripvormige folie of textiel in de scharnierende bodemverbinding een breedte heeft van ongeveer 12 cm.

13. Pakketzak volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de zijwand een breedte heeft van ongeveer 48 cm en een lengte van ongeveer 50 cm of ongeveer 45 cm.

14. Pakketzak volgens één van de voorgaande conclusies waarbij de pakketzak “in gestrekte positie” een afmeting heeft van ongeveer 90 cm hoog, ongeveer 50 cm lang en ongeveer 45 cm breed.

15. Pakketzak volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het onderste deel van de pakketzak “in rustpositie” een grondvlak afmeting heeft van ongeveer 40 cm hoog, ongeveer 75 cm lang en ongeveer 75 cm breed.

16. Werkwijze voor sorteren en transporteren van pakketten onder gebruikmaking van een sorteermachine, waarbij de sorteermachine voorzien is van een aantal aflaadpunten die ieder geassocieerd zijn met een respectieve vooraf bepaalde locatie, waarbij aan een of meer van de aflaadpunten een pakketzak volgens één of meer van de voorgaande conclusies 1 — 15 wordt opgesteld voor het verzamelen van pakketten die bestemd zijn voor de vooraf bepaalde locatie van het respectieve aflaadpunt, waarbij de werkwijze omvat: het bij het aflaadpunt losmaakbaar aanbrengen van het bovenste deel van de pakketzak zodanig dat de pakketzak zich in een gestrekte positie bevindt en het onderste deel een hoofdzakelijk rechte verticale vorm aanneemt, waarbij de zijwanden een verticale stand hebben; het verzamelen van pakketten in het onderste deel zodat het onderste deel tot een vooraf bepaalde hoogte wordt gevuld met pakketten; en na het verzamelen, het opheffen van de gestrekte positie en het in een rustpositie op een grondvlak laten steunen van de bodemplaat van de gevulde pakketzak zodanig dat in elke scharnierende verbinding de strook stripvormige folie of textiel of zich onder een schuine hoek ten opzichte van de bodemplaat buitenwaarts uitstrekt of zich horizontaal parallel aan de bodemplaat buitenwaarts uitstrekt, en ten minste het bodemoppervlak van het onderste deel vergroot wordt ten opzichte van een oppervlak van de bodemplaat.

17. Werkwijze volgens conclusie 16, waarbij de zijwanden van het gevulde onderste deel zodanig zijn gericht dat het gevulde onderste deel de vorm van een frustrum aanneemt dat taps toeloopt in de richting van het bovenste deel.

18. Werkwijze volgens conclusie 16, waarbij de zijwanden van het gevulde onderste deel verticaal staan en ten opzichte van de omtrek van de bodemplaat buitenwaarts zijn verplaatst zodanig dat het gevulde onderste deel de vorm van een hoofdzakelijk rechthoekig blok aanneemt.

19. Werkwijze volgens een van de conclusies 16 — 18, waarbij de werkwijze verder omvat: het oprollen of opvouwen van het bovenste deel wanneer de gevulde onderste deel van de pakketzak zich in de rustpositie bevindt, optioneel voorafgegaan door het afsluiten van de vrije rand van het bovenste deel.

20. Werkwijze volgens conclusies 19, omvattend: het voor een aantal pakketzakken die ieder bestemd zijn voor de vooraf bepaalde locatie van een zelfde aflaadpunt, herhalen van: het bij het aflaadpunt losmaakbaar aanbrengen van het bovenste deel van de respectieve pakketzak; het verzamelen van pakketten in het onderste deel ervan, en na het verzamelen, het opheffen van de gestrekte positie en het in een rustpositie op een grondvlak laten steunen van de bodemplaat van de gevulde pakketzak, en hierna het uitvoeren van de stap van het vormen van een stapel van het aantal pakketzakken met gevuld onderste deel die ieder de vorm van het frustrum of rechthoekig blok hebben.

21. Werkwijze volgens conclusie 20, waarbij de stapel pakketzakken geplaatst wordt op een rolcontainer.

22. Werkwijze volgens conclusie 21, waarbij de rolcontainer wordt getransporteerd naar de vooraf bepaalde locatie van het respectieve aflaadpunt behorend bij de stapel pakketzakken.

23. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies 16 — 22, waarbij elke pakketzak is voorzien van een optisch label, en optioneel ook is voorzien van een elektronisch label.

24. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies 16 — 23, waarbij de vooraf bepaalde locatie is gerelateerd aan een regionaal of lokaal sorteercentrum of distributiecentrum.

25. Gebruik van een pakketzak voor pakketten volgens één van de conclusies 1 — 15, bij het sorteren en transporteren van pakketten.