NL2019186B1 - een boerderijsysteem met positiebepaling voor dieren. - Google Patents

een boerderijsysteem met positiebepaling voor dieren. Download PDF

Info

Publication number
NL2019186B1
NL2019186B1 NL2019186A NL2019186A NL2019186B1 NL 2019186 B1 NL2019186 B1 NL 2019186B1 NL 2019186 A NL2019186 A NL 2019186A NL 2019186 A NL2019186 A NL 2019186A NL 2019186 B1 NL2019186 B1 NL 2019186B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
animal
animals
area
computer system
sub
Prior art date
Application number
NL2019186A
Other languages
English (en)
Inventor
Jan Hendrik Lammers Rudie
Henricus Clemens Wassink Ingo
Johannes Wilhelmus Schutte Jort
Original Assignee
N V Nederlandsche Apparatenfabriek Nedap
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by N V Nederlandsche Apparatenfabriek Nedap filed Critical N V Nederlandsche Apparatenfabriek Nedap
Priority to NL2019186A priority Critical patent/NL2019186B1/nl
Priority to EP18749173.3A priority patent/EP3648581A1/en
Priority to PCT/NL2018/050442 priority patent/WO2019009719A1/en
Priority to US16/628,283 priority patent/US20200137984A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2019186B1 publication Critical patent/NL2019186B1/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K29/00Other apparatus for animal husbandry
    • A01K29/005Monitoring or measuring activity, e.g. detecting heat or mating
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K1/00Housing animals; Equipment therefor
    • A01K1/0005Stable partitions
    • A01K1/0017Gates, doors
    • A01K1/0023Sorting gates
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K11/00Marking of animals
    • A01K11/006Automatic identification systems for animals, e.g. electronic devices, transponders for animals
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K29/00Other apparatus for animal husbandry
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K5/00Feeding devices for stock or game ; Feeding wagons; Feeding stacks
    • A01K5/02Automatic devices
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K7/00Watering equipment for stock or game
    • A01K7/02Automatic devices ; Medication dispensers

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Birds (AREA)
  • Biophysics (AREA)
  • Management, Administration, Business Operations System, And Electronic Commerce (AREA)
  • Catching Or Destruction (AREA)

Abstract

Boerderijsysteem voorzien van een gebied waar dieren zich kunnen bevinden, een positiebepalingssysteem om te registreren waar ten minste een dier zich bevindt en wat de identiteit is van dat dier en een computersysteem dat communicatief is gekoppeld met het positiebepalingssysteem waarbij, in gebruik, het computersysteem informatie ontvangt van het positiebepalingssysteem over ten minste één registratie waar het ten minste ene dier zich bevindt en wat de identiteit is van dat dier, waarin het gebied een veelvoud van deelgebieden omvat waarbij het computersysteem is voorzien van informatie over de onderverdeling van het gebied in de deelgebieden en waarbij het computersysteem is ingericht om de van het positiebepalingssysteem ontvangen informatie in combinatie met de informatie over de onderverdeling van het gebied in deelgebieden te verwerken voor het verkrijgen van nieuwe informatie en voor het genereren van een uitgangssignaal dat althans een deel van de nieuwe informatie representeert.

Description

Figure NL2019186B1_D0001
Octrooicentrum Nederland © 2019186 (2?) Aanvraagnummer: 2019186 © Aanvraag ingediend: 5 juli 2017 © B1 OCTROOI
Int. CL:
A01K 11/00 (2018.01) A01K 29/00 (2018.01)
0 Aanvraag ingeschreven: © Octrooihouder(s):
16 januari 2019 N.V. Nederlandsche Apparatenfabriek NEDAP
te Groenlo.
0 Aanvraag gepubliceerd:
© Uitvinder(s):
© Octrooi verleend: Rudie Jan Hendrik Lammers te Groenlo.
16 januari 2019 Ingo Henricus Clemens Wassink te Groenlo.
Jort Johannes Wilhelmus Schutte te Groenlo.
© Octrooischrift uitgegeven:
9 mei 2019
© Gemachtigde:
ir. C.M. Jansen c.s. te Den Haag.
54) een boerderijsysteem met positiebepaling voor dieren.
Boerderijsysteem voorzien van een gebied waar dieren zich kunnen bevinden, een positiebepalingssysteem om te registreren waar ten minste een dier zich bevindt en wat de identiteit is van dat dier en een computersysteem dat communicatief is gekoppeld met het positiebepalingssysteem waarbij, in gebruik, het computersysteem informatie ontvangt van het positiebepalingssysteem over ten minste één registratie waar het ten minste ene dier zich bevindt en wat de identiteit is van dat dier, waarin het gebied een veelvoud van deelgebieden omvat waarbij het computersysteem is voorzien van informatie over de onderverdeling van het gebied in de deelgebieden en waarbij het computersysteem is ingericht om de van het positiebepalingssysteem ontvangen informatie in combinatie met de informatie over de onderverdeling van het gebied in deelgebieden te verwerken voor het verkrijgen van nieuwe informatie en voor het genereren van een uitgangssignaal dat althans een deel van de nieuwe informatie representeert.
NL B1 2019186
Dit octrooi is verleend ongeacht het bijgevoegde resultaat van het onderzoek naar de stand van de techniek en schriftelijke opinie. Het octrooischrift komt overeen met de oorspronkelijk ingediende stukken.
P113928NL00
Titel: een boerderijsysteem met positiebepaling voor dieren.
De uitvinding heeft betrekking op een boerderijsysteem voorzien van een gebied waar dieren zich kunnen bevinden, een positiebepalingssysteem om te registreren waar ten minste een dier zich bevindt en wat de identiteit is van dat dier en een computersysteem dat communicatief is gekoppeld met het positiebepalingssysteem waarbij, in gebruik, het computersysteem informatie ontvangt van het positiebepalingssysteem over ten minste één registratie waar het ten minste ene dier zich bevindt en wat de identiteit is van dat dier.
Een dergelijk systeem is op zich bekend. De uitvinding beoogt de functionaliteit van het bekende systeem uit te breiden. Volgens de uitvinding is het boerderijsysteem hiertoe gekenmerkt in dat het gebied een veelvoud van deelgebieden omvat waarbij het computersysteem is voorzien van informatie over de onderverdeling van het gebied in de deelgebieden en waarbij het computersysteem is ingericht om de van het positiebepalingssysteem ontvangen informatie in combinatie met de informatie over de onderverdeling van het gebied in deelgebieden te verwerken voor het verkrijgen van nieuwe informatie en voor het genereren van een uitgangssignaal dat althans een deel van de nieuwe informatie representeert. Doordat volgens de uitvinding gebruik wordt gemaakt van het fenomeen deelgebieden zoals geclaimed, is de basis gelegd voor het verkrijgen van relevante nieuwe informatie.
In het bijzonder geldt hierbij dat een deelgebied, althans voor een deel, virtueel is begrensd. Een deelgebied kan echter ook een fysiek begrensde ruimte zijn waarin het ten minste ene dier zich kan bevinden. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan een ligruimte. Ten minste één deelgebied kan ook zijn geassocieerd met een werktuig bestemd voor een dier dat zich in dat deelgebied bevindt. Hierbij kan worden gedacht aan een deelgebied waarin een trog is geplaatst waaruit een dier kan eten of een deelgebied waarin een dier zich moet bevinden om uit een trog, die net buiten het deelgebied staat, te kunnen eten. Ook in dat geval kan het betreffende deelgebied ten minste voor een deel virtueel zijn begrensd; het deelgebied kan echter ook (geheel) fysiek zijn begrensd. In het bijzonder geldt dat het boerderijsysteem is voorzien van een veelvoud van deelgebieden waarbij het computersysteem is ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe frequent en/of hoe lang zich het ten minste ene dier zich in een van de betreffende deelgebieden bevindt. Volgens een praktische variant geldt dat het boerderijsysteem ten minste een ligdeelgebied, sta- /loopdeelgebied, melkdeelgebied, vreetdeelgebied, drinkdeelgebied, afkalfdeelgebied en/of seperatieruimtedeelgebied omvat. In dat geval kan het computersysteem bijvoorbeeld zijn ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe lang een dier zich in het ligdeelgebied bevindt als indicatie voor de ligtijd van het dier en/of waarbij het computersysteem is ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe lang een dier zich in het sta-/loopdeelgebied bevindt als indicatie voor de sta- en looptijd en/of sta- en loopfrequentie en/of sta- en looppatroon van het dier en/of waarbij het computersysteem is ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe lang een dier zich in het melkdeelgebied bevindt als indicatie voor de melktijd en/of melkfrequentie en/of melkpatroon van het dier en/of waarbij het computersysteem is ingericht om als nieuwe informatie te bepalen hoe lang een dier zich in het vreetdeelgebied bevindt als indicatie voor de vreettijd en/of vreetfrequentie en/of vreetpatroon van het dier en/of waarbij het computersysteem is ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe lang een dier zich in het drinkdeelgebied bevindt als indicatie voor de drinktijd en/of drinkfrequentie en/of drinkpatroon van het dier en/of waarbij het computersysteem is ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe lang het ten minste ene dier zich in het afkalfdeelgebied bevindt als indicatie voor de afkalftijd van het dier en/of waarbij het computersysteem is ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe lang het ten minste ene dier zich in het seperatieruimtedeelgebied bevindt als indicatie voor de beweeglijkheid van het dier. Meer in het algemeen geldt bovendien dat ten minste een deelgebied een plaats is waar het ten minste ene dier zich kan bevinden en waarbij de plaats geassocieerd is met een werktuig van het boerderijsysteem zoals een hek, een voerautomaat, een melkinrichting.
In het bijzonder geldt hierbij dat het computersysteem is ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe frequent en/of hoe lang totaal en/of hoe lang per keer het ten minste ene dier gebruik maakt, en/of zich in de nabijheid bevindt, van een van de werktuigen.
Al de hiervoor genoemde nieuwe informatie is voor een boer van bijzonder belang om de status van zijn kudde te kunnen analyseren en bewaken.
Volgens een bijzonder aspect van de uitvinding geldt dat het computersysteem is voorzien van de identiteit van een vooraf bepaalde groep van dieren waarbij de groep van dieren lager in rang is dan andere dieren en waarbij het computersysteem is ingericht om van deze groep van dieren te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, of de dieren bepaalde deelgebieden of plaatsen mijden. Hierdoor kan een eventueel probleem in de kudde worden gesignaleerd, bijvoorbeeld wanneer dieren van de groep die lager in rang zijn zich niet bij een voertrog kunnen of durven te vervoegen.
In het bijzonder geldt dat het computersysteem is ingericht om dieren te herkennen die gemiddeld in de tijd relatief vaak achter aansluiten in een rij van dieren en om aldus herkende dieren, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, toe te voegen aan een groep van dieren die lager in rang zijn. Op deze wijze kan een groep van dieren die lager in rang is worden bepaald.
Ook is het mogelijk dat het computersysteem is ingericht om te bepalen wat een gemiddelde onderlinge afstand tussen telkens paren van dieren is, om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, wat de hiërarchie van de dieren is door te bepalen tot welk dier of tot welke dieren volgens een vooraf bepaald criterium gemiddeld de grootste afstand wordt bewaard door de andere dieren en/of om te bepalen wat de hiërarchie van de dieren is door te bepalen volgens een vooraf bepaald criterium welk dier of welke dieren gemiddeld een grootste afstand bewaard of bewaren tot de andere dieren, bijvoorbeeld om een groep van dieren te bepalen die gemiddeld een relatief grote afstand bewaren tot andere dieren en deze bepaalde dieren in te delen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, in een groep van dieren die lager in rang zijn. Ook op deze wijze kan een dergelijke groep worden bepaald.
Ook geldt volgens een bijzondere uitvoeringsvorm dat het computersysteem is ingericht om te bepalen in welke gemiddelde volgorde dieren een deelgebied betreden om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, wat de hiërarchie van de dieren is en/of om een groep van dieren te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, die lager in rang is waarbij deze groep bestaat uit dieren die gemiddeld relatief achter in de volgorde staan. Ook op deze wijze kan een groep van dieren die lager in rang is, worden bepaald.
In het bijzonder geldt voorts dat het computersysteem is voorzien van de identiteit van een veelvoud van dieren waarbij het computersysteem is ingericht om de verplaatsing van individuele dieren van deze groep van dieren te bepalen om vast te stellen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe frequent doorgangen van het boerderijsysteem worden gebruikt door het veelvoud van dieren. Hieruit kan bijvoorbeeld worden afgeleid of zich bepaalde obstakels in doorgangen bevinden die gevaarlijke situaties kunnen opleveren.
Voorts geldt in het bijzonder dat het computersysteem is ingericht om de afwezigheid van een dier in een stal te bepalen als indicatie, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, dat het dier aan het grazen is.
Volgens een bijzondere uitvoeringsvorm geldt voorts dat het boerderijsysteem is voorzien van een veelvoud van ruimtes waarin dieren zich kunnen bevinden waarbij de positiebepalingsmiddelen zijn ingericht om van elk dier van een veelvoud van dieren te bepalen waar het dier zich bevindt en wat zijn identiteit is waarbij in het computersysteem ten minste een vooraf bepaalde groep van dieren is geregistreerd welke groep deel uitmaakt van het veelvoud van dieren en waarbij het computersysteem is ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, of het dier zich in een deelruimte bevindt waarin zich tevens andere dieren bevinden en, of een aantal van die andere dieren en het dier behoren tot de ten minste ene groep.
Op deze wijze kan het gedrag van de dieren goed worden gecontroleerd. Indien de groep bijvoorbeeld bestaat uit een groep van dieren die lager in rang zijn, kan worden nagegaan of deze groep van dieren bij elkaar blijven danwel dat er een dier is dat zich van deze groep afscheidt en hierdoor dus afwijkend gedrag gaat tonen. Eveneens kan de groep van dieren natuurlijk bestaan uit een groep van dieren die relatief hoger in rang zijn. Op deze wijze kan worden bepaald of er wellicht een dier is dat afwijkend gedrag vertoond en zich niet meer bij deze groep van dieren voegt, bijvoorbeeld omdat deze ziek is.
De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de tekening. Hierin toont:
Figuur 1 een mogelijke uitvoeringsvorm van een boerderijsysteem volgens de uitvinding.
Het boerderijsysteem 1 is voorzien van een stal 2 dat een gebied 4 omsluit waar dieren zich kunnen bevinden. Het boerderijsysteem is voorts voorzien van een schematisch weergegeven positiebepalingssysteem 6 om te registreren waar, in dit voorbeeld, een veelvoud van dieren zich bevindt en wat de identiteit is van de betreffende dieren. De informatie over de bepaalde positie en identiteit van de dieren is in de tekening aangeduid met de letter P. Het systeem is voorts voorzien van een computersysteem 8 dat communicatief is gekoppeld met het positiebepalingssysteem 6. Dit is in de
A tekening aangeduid doordat het signaal P aan het computersysteem 8 wordt toegevoerd. In dit voorbeeld omvat het computersysteem 8 een signaalverwerkingseenheid 10 en een dataopslaggeheugen 12. Het computersysteem 8 is voorts voorzien van een schematisch aangeduide zendinrichting 14 teneinde nieuwe informatie die door het computersysteem is gegenereerd uit te zenden voor ontvangst door bijvoorbeeld een mobiele telefoon 16 van een boer. Het is echter bijvoorbeeld ook mogelijk dat de nieuwe informatie via een vaste lijn 18 aan bijvoorbeeld een vast opgestelde monitor of een elders op gestelde vaste computer wordt toegevoerd.
In dit voorbeeld is het boerderijsysteem verder voorzien van een eerste ligdeelgebied 20 dat, zoals getoond in de tekening, voor een deel wordt begrensd door een muur 22 en een hek 24. Het boerderijsysteem is verder voorzien van een tweede ligdeelgebied 26 dat wordt begrensd door de muur 22 en een hek 28. Verder is het boerderijsysteem voorzien van een eerste melkdeelgebied 30 dat wordt begrensd door een hek 24 en een hek 32. Voorts is het systeem voorzien van een tweede melkdeelgebied 34 dat wordt begrensd door het hek 28 en een hek 36. Het melkdeelgebied 30 is voorzien van een werktuig in de vorm van een melkautomaat 31 waarmee een koe kan worden gemolken. Het melkdeelgebied 34 is voorzien van een werktuig in de vorm van een melkautomaat 35 waarmee het dier kan worden gemolken.
Voorts is het boerderijsysteem voorzien van een afkalfdeelgebied 38 dat wordt begrensd door de hekken 36 en 32. De deelgebieden 20, 26, 30, 34, 38 zijn elk voorts virtueel begrensd door de stippellijn 41.
Het boerderijsysteem is verder voorzien van een waterbak 40. Aan deze waterbak 40 grenst een deelgebied dat wordt begrensd door de muur 22 en de waterbak 40 en dat voorts virtueel is begrensd zoals met de stippellijn 44 is aangeduid. Er geldt dus dat het deelgebied 42 is geassocieerd met de waterbak 40. Verder omvat het boerderijsysteem een voerautomaat 46 en een deelgebied 48 dat wordt begrensd door de voerautomaat 46 en virtueel door een stippellijn 50. Er geldt dus dat het deelgebied 48 is geassocieerd met de voerautomaat 46. De deelgebieden 42 en 48 zijn hiermee dus virtuele deelgebieden.
Het boerderijsysteem is verder voorzien van een separatieruimtedeelgebied 51 dat is voorzien van een separatiehek 54 dat in een eerste stand een subdeelgebied 52 in verbinding stelt met een verder subdeelgebied 56 zoals getoond in de tekening en in een tweede stand, welke gestippeld is aangeduid in de tekening, het subdeelgebied 52 in verbinding stelt met een subdeelgebied 58.
In het boerderijsysteem bevinden zich, in dit voorbeeeld, een aantal dieren 60.i (i= 1, 2, 3....N) waarbij elk dier is voorzien van zijn eigen smart, tag 62.i. Met behulp van het positiebepalingssysteem 6 kan worden bepaald welke smart tag 62.i zich waar in het boerderijssysteem bevindt. Hierdoor kan van deze dieren dus de positie en identiteit worden bepaald. In het dataopslagsysteem 12 is informatie opgeslagen over de onderverdeling van het gebied 4 in de genoemde deelgebieden. Hiermee wordt in dit voorbeeld bedoeld dat de positie van elk deelgebied in het boerderijsysteem bekend is. Doordat voorts de positie van elk dier met behulp van het positiebepalingssysteem en de smart tags 62.i kan worden bepaald, kan worden bepaald of een dier zich in een bepaald deelgebied bevindt. Voor de volledigheid wordt opgemerkt dat het ook mogelijk is dat per deelruimte wordt bepaald of een dier zich in deze deelruimte bevindt. Bij een dergelijk systeem kan elke deelruimte bijvoorbeeld zijn voorzien van een sensor die bepaald of een smart tag 62.i zich in de betreffende deelruimte bevindt. In dat geval is het niet nodig dat in het dataopslagsysteem 12 de positie van de deelgebieden bekend is. Het is slechts nodig dat het bestaan van het deelgebied bekend is zodat kan worden vastgesteld of een dier zich in het betreffende deelgebied bevindt. In dat geval is het positiebepalingssysteem nog steeds ingericht om te bepalen waar het dier zich bevindt, in die zin dat het bepalen van waar het dier zich bevindt dan niet gerelateerd is aan een bepaalde positie binnen het boerderijsysteem of een bepaalde positie binnen de stal, maar gerelateerd is aan de aanwezigheid van het dier in een bepaald deelgebied. Het registreren waar het dier zich bevindt kan dus zowel het registreren van een positie binnen een stal zijn, waarbij dan de posities van de deelgebieden eveneens bekend zijn, danwel het registreren van de aanwezigheid van een dier binnen een deelgebied waarbij het dan niet noodzakelijk is dat de posities van de deelgebieden binnen de stal ook bekend zijn.
Hoe het ook zij, in gebruik, ontvangt het computersysteem informatie van het positiebepalingssysteem over waar een dier zich bevindt en wat de identiteit van het dier is. In dit voorbeeld wordt dit voor een veelvoud van dieren uitgevoerd. Het computersysteem is zoals gezegd voorzien van informatie over de onderverdeling van het gebied in de deelgebieden. Deze informatie is opgeslagen in het dataopslaggeheugen 12. De signaalverwerkingseenheid 10, en daarmee het computersysteem 8, is ingericht om de van het positiebepalingssysteem 6 ontvangen informatie in combinatie met de informatie over de onderverdeling van het gebied in deelgebieden, te verwerken voor het verkrijgen van nieuwe informatie en voor het genereren van een uitgangssignaal met behulp van de zendeenheid 14 of de vaste lijn 18, dat althans een deel van de nieuwe informatie representeert. In dit voorbeeld geldt dat het computersysteem is ingericht om als nieuwe informatie te bepalen hoe frequent en/of hoe lang een geïdentificeerd dier zich in één van de betreffende deelgebieden bevindt. Dit geeft een boer relevante informatie. Zo kan bijvoorbeeld worden vastgesteld of een dier bepaalde deelgebieden mijdt. Wanneer het dier zich bijvoorbeeld niet of kort bij een voerautomaat meldt, kan deze ziek zijn. Dit geldt ook wanneeer het dier zich kort, of niet vaak, bij de waterbak 40 meldt hetgeen kan worden geconstateerd doordat deze zich niet vaak of juist korttijdig in het deelgebied bevindt. Dit geldt dan eveneens voor het virtuele deelgebied 48 dat geassocieerd is met de voerautomaat. Wanneer het dier zich niet vaak of juist korttijdig bij de voerautomaat bevindt, kan dit ook duiden op afwijkend gedrag. Andersom kan het zich regelmatig melden bij de voerautomaat of bij de waterbak ook duiden op afwijkend gedrag dat relevant is voor de boer.
Dergelijke conclusies kunnen ook worden getrokken op basis van de niet virtuele deelgebieden zoals het eerste ligdeelgebied 20. Wanneer een dier te vaak of te lang ligt in het ligdeelgebied kan dit duiden op afwijkend gedrag. Hetzelfde geldt dan ook voor het ligdeelgebied 26. Wanneer het dier zich niet meldt in één van de melkdeelgebieden 30 of 34 om gemolken te worden, kan dit eveneens wijzen op afwijkend gedrag. Eveneens kan het laagfrequent en/of het slechts kort vertoeven in het melkdeelgebied duiden op afwijkend gedrag. Al deze nieuwe informatie kan aan de boer worden toegevoerd. Indien het dier zich lang in het (ingangs) subdeelgebied 52 bevindt, terwijl het separatiehek 54 bijvoorbeeld toegang verschaft tot één van de subdeelgebieden 56 of 58, kan dit eveneens duiden op afwijkend gedrag bijvoorbeeld dat het dier weinig beweeglijk is en te lang blijft staan in het subdeelgebied 52. In dit voorbeeld omvat het boerderijsysteem voorts nog een sta- en loopdeelgebied 70. Met betrekking tot een sta/loopdeelgebied kan worden geregistreerd of het dier veel staat en/of loopt hetgeen kan worden gebruikt om te monitoren of het dier normaal dan wel afwijkend gedrag vertoond.
In dit voorbeeld geldt voorts dat het computersysteem 8 is voorzien van de identiteit van een vooraf bepaalde groep van dieren 6O.i waarbij de groep van de dieren vooraf is bepaald en lager in rang is dan de rang van andere dieren. Onder een lage rang wordt in dit voorbeeld verstaan dieren die onderdanig zijn ten opzichte van andere dieren die een hogere rang hebben. Het computersysteem is in dit voorbeeld ingericht om van deze groep van dieren als nieuwe informatie te bepalen of de dieren bepaalde deelgebieden (plaatsen of ruimtes) mijden. Indien dit het geval is, kan het bijvoorbeeld zo zijn dat andere dieren zo dominant zijn dat de dieren van de groep uit lagere rang zich niet meer durven of kunnen vervoegen in het deelgebied 42 om te drinken, danwel het deelgebied 48 om te vreten. Dit is belangrijke informatie voor een boer. Ook kan het computersysteem zijn ingericht om een groep van dieren te bepalen die een lagere rang hebben. In het hier voorgaande voorbeeld was deze groep vooraf bepaald, en hierna wordt aangegeven hoe deze groep dan vooraf kan worden bepaald. Het computersysteem kan bijvoorbeeld zijn ingericht om dieren te herkennen die gemiddeld in de tijd relatief vaak achter aansluiten in een rij van dieren bijvoorbeeld bij een rij om zich naar één van melkdeelgebieden 30, 34 te begeven. Deze informatie over dieren die zich relatief vaak achter aansluiten in een rij van dieren betreft nieuwe informatie op basis waarvan een groep (van dieren laag in rang) kan worden samengesteld of die aan een bestaande groep (van dieren laag in rang) kan worden toegevoegd. Deze informatie kan dan ook aan de boer worden toegevoerd bijvoorbeeld doordat de boer informatie over de identiteit opvraagt van de betreffende groep van dieren die door het computersysteem bijvoorbeeld in dataopslaggeheugen 12 is op geslagen. Ook kan het computersysteem zijn ingericht om te bepalen wat de gemiddelde onderlinge afstand tussen telkens paren van dieren is. Hierdoor kan bijvoorbeeld als nieuwe informatie worden bepaald wat de hiërarchie van de dieren is door te bepalen tot welk dier gemiddeld de grootste afstand wordt bewaard door de andere dieren. Dit betreffende dier staat dan juist hoog in de hiërarchie. Het is echter ook mogelijk om de hiërarchie van de dieren te bepalen door te bepalen welk dier juist de grootste afstand bewaart tot de andere dieren. Deze bepalingen kunnen volgens een voorafbepaald criterium worden uitgevoerd. Ook op basis van deze informatie kan een groep van dieren relatief laag in rang en een groep van dieren relatief hoog in rang worden gedefinieerd. Uiteraard kan zo ook een middengroep worden gedefinieerd. De uitkomst van deze bepalingen kan als nieuwe informatie aan bijvoorbeeld de boer worden toegevoerd. Het is ook mogelijk dat het computersysteem is ingericht om te bepalen in welke gemiddelde volgorde dieren een deelgebied betreden om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, wat de hiërarchie van de dieren is of om een groep van dieren te bepalen die lager in rang is waarbij deze groep bestaat uit dieren die relatief achter in de volgorde staan. In dit voorbeeld geldt voorts dat het computersysteem is voorzien in het dataopslaggeheugen 12 van een identiteit van elk van een veelvoud van dieren. Het computersysteem is ingericht om de verplaatsing van deze individuele dieren te bepalen om vast te stellen hoe frequent doorgangen van het boerderijsysteem worden gebruikt door het veelvoud van dieren. Deze informatie kan bijvoorbeeld als nieuwe informatie aan de boer worden toegevoerd met behulp van de zendeenheid 14 of de vaste lijn 18. Dit kan de boer bijvoorbeeld inzicht verschaffen over mogelijke blokkades van bepaalde doorgangen. In dit voorbeeld is het computersysteem eveneens ingericht om te bepalen over welke afstand een geïdentificeerd dier zich verplaatst binnen een vooraf bepaalde tijdsperiode Hierdoor kan worden bepaald of het dier tochtig is wanneer de afstand per tijdsperiode een vooraf bepaalde waarde heeft overschreden. Dat het dier mogelijk tochtig is kan dan weer als nieuwe informatie aan de boer worden toegevoerd. Voor het bepalen van de afstand die het dier heeft afgelegd geldt in het bijzonder dat genoemde afstand ook een heen en weer lopen omvat om van een eerste positie naar een tweede positie te lopen. Het computersysteem is dus ingericht om de afstand te bepalen die het dier heeft afgelegd om van een eerste positie naar een tweede positie te lopen. Dit behoeft niet de afstand tussen de eerste en tweede positie te zijn indien het dier heen en weer heeft gelopen langs het traject dat is afgelegd om van de eerste naar de tweede positie te lopen. Het computersysteem is voorts dusdanig ingericht dat deze een afstand berekent voor het dier om van een eerste positie naar een tweede positie te komen volgens een weg die het dier kan bewandelen rekening houdend met fysieke begrenzingen binnen het gebied. De afstand is dus niet altijd de kortste afstand tussen de twee posities. Soms moet een dier omlopen om van een eerste positie naar een tweede positie te kunnen komen omdat beide posities van elkaar worden gescheiden door een voorwerp zoals een uur of hek. In dat geval moet als afstand worden genomen de weg die moet zijn gevolgd door het dier bij het omlopen. Dit kan worden bewerkstelligd door de positie van het dier continu te bepalen of bijvoorbeeld met een hoge frequentie zoals een keer per seconde. In dat geval kan de weg die het dier aflegt, en daarmee de afstand die het dier aflegt goed worden bepaald.
Het is ook mogelijk dat in het dataopslaggeheugen 12 een attentielijst is opgenomen van dieren waarbij een afwijking is vastgesteld. In dit voorbeeld is het computersysteem ingericht om een dier van de attentielijst te schrappen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie voor de boer, wanneer het betreffende dier zich in een voorafbepaald deelgebied bevindt. Indien bijvoorbeeld een dier dat ziek was, zich weer meldt in het deelgebied 42 om te drinken, in het deelgebied 48 om te vreten en/of in één van de deelgebieden 30 en 34 om gemolken te worden, kan het dier bijvoorbeeld weer gezond worden verklaard en van de attentielijst van ongezonde dieren worden verwijderd.
Het computersysteem is in deze uitvoeringsvorm eveneens ingericht om de afwezigheid van het dier in het gebied 4, dat wil zeggen het door de stal omvatte gebied, te bepalen. In dat geval zal het dier via een opening 72 van de stal, de stal hebben verlaten naar een weide 74 en is dit een indicatie dat het dier aan het grazen is. Deze indicatie kan bijvoorbeeld weer als nieuwe informatie aan de boer worden toegevoerd. Het computersysteem is ook ingericht om de verplaatsing van dieren langs of door deelruimtes te registreren en te verwerken voor het verkrijgen van informatie over de dieren, bijvoorbeeld welke doorgangen in een stal relatief vaak of relatief weinig worden gebruikt. Deze informatie kan weer als nieuwe informatie aan de boer worden toegevoerd. Indien bepaalde doorgangen vaker of minder vaak worden gebruikt zoals, bijvoorbeeld, de doorgang 72, kan dit wederom duiden op bijvoorbeeld een blokkade.
In dit voorbeeld geldt voorts nog dat het boerderijsysteem is voorzien van een veelvoud van ruimtes waarin de dieren zich kunnen bevinden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de deelgebieden 20, 26, 34, 30, 38, 42 en 48. De positiebepalingsmiddelen zijn ingericht om van elk dier van een veelvoud van dieren, bijvoorbeeld de dieren 60.1 - 6O.n, te bepalen waar het dier zich bevindt en wat zijn identiteit is. In het computersysteem is een vooraf bepaalde groep van dieren geregistreerd welke groep deel uit maakt van het veelvoud van dieren. Het computersysteem is ingericht om te bepalen of het dier zich in een deelruimte bevindt waar zich tevens andere dieren bevinden en/of een aantal van die andere dieren en dieren die behoren tot de ten minste ene groep. Indien de groep bestaat uit dieren van een relatief hogere rang, kan worden vastgesteld of een dier dat eveneens van hogere rang is, zich bij zijn groep bevindt. Indien dit niet zo blijkt te zijn, kan dit duiden op een afwijking. Ook kan een groep bestaan uit dieren van een relatief lagere rang. Ook dan kan worden vastgesteld of een dier dat zich in de nabijheid van andere dieren bevindt, een dier is van lagere rang waarbij de andere dieren eveneens behoren tot een groep van lagere rang. Anders gezegd, wordt er bepaald of het dier zich bij zijn eigen groep bevindt. Al deze bepaalde informatie kan weer als nieuwe informatie aan de boer worden toegevoerd. Indien het computersysteem registreert dat het dier zich bevindt op een eerste positie PI waar het dier niet kan komen (bijvoorbeeld omdat het gebied waar het dier zich kan bevinden fysiek is begrensd en de eerste positie PI zich buiten dat gebied bevindt) het computersysteem deze positie corrigeert volgens een vooraf bepaald algoritme in een tweede positie P2 waar het dier zich wel kan bevinden. In dit voorbeeld is de eerste positie PI buiten een stalruimte waar het dier zich kan bevinden. Het algoritme kan dan bijvoorbeeld zoeken naar een tweede positie P2 die zich binnen het gebied bevindt waar het dier zich kan bevinden waarbij de afstand tussen de eerste positie en de tweede positie minimaal is. Uit alle mogelijke tweede posities P2 wordt dan dus die positie P2 gekozen die het dichts bij de eerste positie P2 ligt. Het is ook mogelijk dat het computersysteem de eerste positie P1 negeert en bij voorkeur hierbij aanneemt dat het dier zich bevindt 5 op een positie P3 waar het dier zich bevond voordat de eerste positie PI werd gemeten. Hierbij is de positie P3 dan wel een positie die mogelijk is, anders zou deze (ook) zijn genegeerd.
De uitvinding is geenszins beperkt tot de hiervoor geschetste uitvoeringsvorm. Zo kan de stal op andere wijze zijn ingedeeld en zijn voorzien van andere bekende werktuigen die interactie hebben met de dieren, zoals een melkrobot, een weegeenheid en dergelijke. Dergelijke varianten worden elk geacht binnen het kader van de uitvinding te vallen.

Claims (22)

  1. CONCLUSIES
    1. Boerderijsysteem voorzien van een gebied waar dieren zich kunnen bevinden, een positiebepalingssysteem om te registreren waar ten minste een dier zich bevindt en wat de identiteit is van dat dier en een computersysteem dat communicatief is gekoppeld met het positie bepalingssysteem waarbij, in gebruik, het computersysteem informatie ontvangt van het positiebepalingssysteem over ten minste één registratie waar het ten minste ene dier zich bevindt en wat de identiteit is van dat dier, met het kenmerk, dat het gebied een veelvoud van deelgebieden omvat waarbij het computersysteem is voorzien van informatie over de onderverdeling van het gebied in de deelgebieden en waarbij het computersysteem is ingericht om de van het positiebepalingssysteem ontvangen informatie in combinatie met de informatie over de onderverdeling van het gebied in deelgebieden te verwerken voor het verkrijgen van nieuwe informatie en voor het genereren van een uitgangssignaal dat althans een deel van de nieuwe informatie representeert.
  2. 2. Boerderijsysteem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat ten minste een deelgebied althans voor een deel virtueel is begrensd en/of dat het deelgebied althans voor een deel fysiek is begrensd.
  3. 3. Boerderijsysteem volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat ten minste een deelgebied een althans voor een deel fysiek begrensde ruimte is waarin het ten minste ene dier zich kan bevinden en/of dat ten minste een deelgebied is geassocieerd met een werktuig bestemd voor een dier dat zich in dat deelgebied bevindt.
  4. 4. Boerderijsysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het boerderijsysteem is voorzien van een veelvoud van ruimtes waarin dieren zich kunnen bevinden waarbij de positiebepalingsmiddelen zijn ingericht om van elk dier van een veelvoud van dieren te bepalen waar het dier zich bevindt en wat zijn identiteit is waarbij in het computersysteem ten minste een vooraf bepaalde groep van dieren is geregistreerd welke groep deel uitmaakt van het veelvoud van dieren en waarbij het computersysteem is ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, of het dier zich in een deelruimte bevindt waarin zich tevens andere dieren bevinden en, of een aantal van die andere dieren en het dier behoren tot de ten minste ene groep.
  5. 5. Boerderijsysteem volgens een der voorgaande conclusies, met. het kenmerk, dat het boerderijssysteem is voorzien van een veelvoud van deelgebieden waarbij het computersysteem is ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe frequent en/of hoe lang zich het ten minste ene dier in een van de betreffende deelgebieden bevindt.
  6. 6. Boerderijsysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het boerderijsysteem ten minste een ligdeelgebied, sta- / loop deelgebied, melkdeelgebied, vreetdeelgebied, drinkdeelgebied, afkalfdeelgebied en/of separatieruimtedeelgebied omvat.
  7. 7. Boerderijsysteem volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat het computersysteem is ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe lang een dier zich in het ligdeelgebied bevindt als indicatie voor de ligtijd van het dier en/of waarbij het computersysteem is ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe lang een dier zich in het sta-/loopdeelgebied bevindt als indicatie voor de sta- en looptijd en/of sta- en loopfrequentie en/of sta- en looppatroon van het dier en/of waarbij het computersysteem is ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe lang een dier zich in het melkdeelgebied bevindt als indicatie voor de melktijd en/of melkfrequentie en/of melkpatroon van het dier en/of waarbij het computersysteem is ingericht om als nieuwe informatie te bepalen hoe lang een dier zich in het vreetdeelgebied bevindt als indicatie voor de vreettijd en/of vreetfrequentie en/of vreetpatroon van het dier en/of waarbij het computersysteem is ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe lang een dier zich in het drinkdeelgebied bevindt als indicatie voor de drinktijd en/of drinkfrequentie en/of drinkpatroon van het dier en/of waarbij het computersysteem is ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe lang het ten minste ene dier zich in het afkalfdeelgebied bevindt als indicatie voor de afkalftijd van het dier en/of waarbij het computersysteem is ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe lang het ten minste ene dier zich in het separatieruimtedeelgebied bevindt als indicatie voor de beweeglijkheid van het dier.
  8. 8. Boerderijsysteem volgens conclusie 6 of 7, met het kenmerk, dat het stadeelgebied is voorzien van een afscheiding zoals een muur en/of hek die het stadeelgebied begrenst, het melkdeelgebied is voorzien van een werktuig in de vorm van een melkinrichting om een dier te melken, het afkalfdeelgebied is voorzien van een afscheiding zoals een muur en/of hek die het afkalfdeelgebied begrenst, het separatieruimtedeelgebied is voorzien van een ingangdeelgebied, een eerste subdeelgebied en een tweede subdeelgebied en een werktuig in de vorm van een separatiehek dat in een eerste stand toegang verschaft tot het eerste subdeelgebied vanuit ingangdeelgebied en in een tweede stand toegang verschaft tot het tweede subdeelgebied vanuit ingangdeelgebied, en/of een eetdeelgebied is voorzien van een werktuig in de vorm van een voerautomaat en/of trog.
  9. 9. Boerderijsysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ten minste een deelgebied een plaats is waar het ten minste ene dier zich kan bevinden en waarbij de plaats geassocieerd is met een werktuig van het boerderijsysteem zoals een hek, een voerautomaat, een melkinrichting.
  10. 10. Boerderijsysteem volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat het computersysteem is ingericht om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe frequent en/of hoe lang totaal en/of hoe lang per keer het ten minste ene dier gebruik maakt en/of zich in de nabijheid van een van de werktuigen bevindt.
  11. 11. Boerderijsysteem volgens conclusies 9 en 10, met het kenmerk, dat ten minste een plaats geassocieerd is met een trog, voerautomaat en/of melkinrichting.
  12. 12. Boerderijsysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het computersysteem is voorzien van de identiteit van een vooraf bepaalde groep van dieren waarbij de groep van dieren lager in rang is dan van andere dieren en waarbij het computersysteem is ingericht om van deze groep van dieren te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, of de dieren bepaalde deelgebieden of plaatsen mijden.
  13. 13. Boerderijsysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het computersysteem is ingericht om dieren te herkennen die gemiddeld in de tijd relatief vaak achter aansluiten in een rij van dieren en om aldus herkende dieren, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, toe te voegen aan een groep van dieren die lager in rang zijn.
  14. 14. Boerderijsysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het computersysteem is ingericht om te bepalen wat een gemiddelde onderlinge afstand tussen telkens paren van dieren is, om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, wat de hiërarchie van de dieren is door te bepalen tot welk dier of tot welke dieren volgens een vooraf bepaald criterium gemiddeld de grootste afstand wordt bewaard door de andere dieren en/of om te bepalen wat de hiërarchie van de dieren is door te bepalen volgens een vooraf bepaald criterium welk dier of welke dieren gemiddeld een grootste afstand bewaar of bewaren tot de andere dieren bijvoorbeeld om een groep van dieren te bepalen die gemiddeld een relatief grote afstand bewaren tot andere dieren en deze bepaalde dieren in te delen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, in een groep van dieren die lager in rang zijn.
  15. 15. Boerderijsysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het computersysteem is ingericht om te bepalen in welke gemiddelde volgorde dieren een deelgebied betreden, om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, wat de hiërarchie van de dieren is en/of om een groep van dieren te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, die lager in rang is waarbij deze groep bestaat uit dieren die gemiddeld relatief achter in de volgorde staan.
  16. 16. Boerderijsysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het computersysteem is voorzien van de identiteit van een veelvoud van dieren waarbij het computersystemen is ingericht om de verplaatsing van individuele dieren van deze groep van dieren te bepalen om vast te stellen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, hoe frequent doorgangen van het boerderijsysteem worden gebruikt door het veelvoud van dieren.
  17. 17. Boerderijsysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het computersysteem is ingericht om te bepalen over welke afstand het ten minste ene dier zich verplaatst binnen een vooraf bepaalde tijdsperiode, om te bepalen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, of het dier tochtig is wanneer de afstand een vooraf bepaalde waarde heeft overschreden waarbij in het bijzonder genoemde afstand ook een heen en weer lopen omvat om van een eerste positie naar een tweede positie te lopen.
  18. 18. Boerderijsysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat in het computersysteem een attentielijst van dieren is opgenomen waarvan een afwijking is vastgesteld en waarbij het computersysteem is ingericht om een dier van de attentielijst te schrappen, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, wanneer het betreffende dier zich in een vooraf bepaald deelgebied bevindt.
  19. 19. Boerderijsysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het computersysteem is ingericht om de afwezigheid van een dier in een stal te bepalen, als indicatie, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, dat het dier aan het grazen is.
  20. 20. Boerderijsysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het computersysteem is ingericht om de verplaatsing van die dieren langs of door de deelruimtes te registreren en te verwerken voor het verkrijgen van informatie, bijvoorbeeld als nieuwe informatie, over de dieren, bijvoorbeeld welke doorgangen in een stal relatief vaak of relatief weinig worden gebruikt.
  21. 21 Boerderijsysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat indien het computersysteem registreert dat het dier zich bevindt op een eerste positie waar het dier niet kan komen het computersysteem deze positie corrigeert volgens een vooraf bepaald algoritme in een tweede positie waar het dier zich wel kan bevinden of dat het computersysteem de eerste positie negeert en bij voorkeur hierbij
    5 aanneemt dat het dier zich bevindt op een positie waar het dier zich bevond voordat de eerste positie werd gemeten.
  22. 22. Boerderijsysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, het computersysteem een afstand berekend voor het dier om van 10 een eerste positie naar een tweede positie te komen volgens een weg die het dier kan bewandelen rekening houdend met fysieke begrenzingen binnen het gebied.
NL2019186A 2017-07-05 2017-07-05 een boerderijsysteem met positiebepaling voor dieren. NL2019186B1 (nl)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2019186A NL2019186B1 (nl) 2017-07-05 2017-07-05 een boerderijsysteem met positiebepaling voor dieren.
EP18749173.3A EP3648581A1 (en) 2017-07-05 2018-07-05 A farm system with position determination for animals
PCT/NL2018/050442 WO2019009719A1 (en) 2017-07-05 2018-07-05 ANIMAL BREEDING SYSTEM WITH POSITION DETERMINATION
US16/628,283 US20200137984A1 (en) 2017-07-05 2018-07-05 A farm system with position determination for animals

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2019186A NL2019186B1 (nl) 2017-07-05 2017-07-05 een boerderijsysteem met positiebepaling voor dieren.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2019186B1 true NL2019186B1 (nl) 2019-01-16

Family

ID=59381672

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2019186A NL2019186B1 (nl) 2017-07-05 2017-07-05 een boerderijsysteem met positiebepaling voor dieren.

Country Status (4)

Country Link
US (1) US20200137984A1 (nl)
EP (1) EP3648581A1 (nl)
NL (1) NL2019186B1 (nl)
WO (1) WO2019009719A1 (nl)

Cited By (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US10986817B2 (en) 2014-09-05 2021-04-27 Intervet Inc. Method and system for tracking health in animal populations
US10986816B2 (en) 2014-03-26 2021-04-27 Scr Engineers Ltd. Livestock location system
US11071279B2 (en) 2014-09-05 2021-07-27 Intervet Inc. Method and system for tracking health in animal populations
USD990063S1 (en) 2020-06-18 2023-06-20 S.C.R. (Engineers) Limited Animal ear tag
USD990062S1 (en) 2020-06-18 2023-06-20 S.C.R. (Engineers) Limited Animal ear tag
US11832587B2 (en) 2020-06-18 2023-12-05 S.C.R. (Engineers) Limited Animal tag
US11832584B2 (en) 2018-04-22 2023-12-05 Vence, Corp. Livestock management system and method
US11864529B2 (en) 2018-10-10 2024-01-09 S.C.R. (Engineers) Limited Livestock dry off method and device
US11960957B2 (en) 2020-11-25 2024-04-16 Identigen Limited System and method for tracing members of an animal population

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CA3222296A1 (en) * 2021-07-01 2023-01-05 Peter BAHLENBERG System for determining a time distribution of an animal into zones of a barn

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP1230849A2 (en) * 2001-02-13 2002-08-14 Lely Enterprises AG An arrangement for and method of managing a herd of animals
WO2007103886A2 (en) * 2006-03-03 2007-09-13 Fort Supply Ip, Llc System and method for social group management
US20100111359A1 (en) * 2008-10-30 2010-05-06 Clever Sys, Inc. System and method for stereo-view multiple animal behavior characterization
WO2011154949A2 (en) * 2010-06-10 2011-12-15 Audhumbla Ltd. Optical tracking system and method for herd management therewith

Family Cites Families (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US6375612B1 (en) 1998-03-24 2002-04-23 P. Timothy Guichon Method and system for monitoring animals
EP2914100B1 (en) 2012-10-31 2017-08-09 GEA Farm Technologies GmbH Computer system for measuring real time position of a plurality of animals

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP1230849A2 (en) * 2001-02-13 2002-08-14 Lely Enterprises AG An arrangement for and method of managing a herd of animals
WO2007103886A2 (en) * 2006-03-03 2007-09-13 Fort Supply Ip, Llc System and method for social group management
US20100111359A1 (en) * 2008-10-30 2010-05-06 Clever Sys, Inc. System and method for stereo-view multiple animal behavior characterization
WO2011154949A2 (en) * 2010-06-10 2011-12-15 Audhumbla Ltd. Optical tracking system and method for herd management therewith

Cited By (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US10986816B2 (en) 2014-03-26 2021-04-27 Scr Engineers Ltd. Livestock location system
US11963515B2 (en) 2014-03-26 2024-04-23 S.C.R. (Engineers) Limited Livestock location system
US10986817B2 (en) 2014-09-05 2021-04-27 Intervet Inc. Method and system for tracking health in animal populations
US11071279B2 (en) 2014-09-05 2021-07-27 Intervet Inc. Method and system for tracking health in animal populations
US11832584B2 (en) 2018-04-22 2023-12-05 Vence, Corp. Livestock management system and method
US11864529B2 (en) 2018-10-10 2024-01-09 S.C.R. (Engineers) Limited Livestock dry off method and device
USD990063S1 (en) 2020-06-18 2023-06-20 S.C.R. (Engineers) Limited Animal ear tag
USD990062S1 (en) 2020-06-18 2023-06-20 S.C.R. (Engineers) Limited Animal ear tag
US11832587B2 (en) 2020-06-18 2023-12-05 S.C.R. (Engineers) Limited Animal tag
US11960957B2 (en) 2020-11-25 2024-04-16 Identigen Limited System and method for tracing members of an animal population

Also Published As

Publication number Publication date
US20200137984A1 (en) 2020-05-07
WO2019009719A1 (en) 2019-01-10
EP3648581A1 (en) 2020-05-13

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL2019186B1 (nl) een boerderijsysteem met positiebepaling voor dieren.
Aquilani et al. Precision Livestock Farming technologies in pasture-based livestock systems
Tedeschi et al. Advancements in sensor technology and decision support intelligent tools to assist smart livestock farming
NL1016836C2 (nl) Boerderijmanagementsysteem voorzien van camera's voor het volgen van dieren op de boerderij.
US9901071B2 (en) Milking box and cow stable comprising such a milking box
EP3707994A1 (en) Methods for milking animals
Oczak et al. Classification of nest-building behaviour in non-crated farrowing sows on the basis of accelerometer data
US20220061260A1 (en) System and method for directing livestock animal
JP6781440B1 (ja) 畜産情報管理システム、畜産情報管理サーバ、畜産情報管理方法、及び畜産情報管理プログラム
CN114793945A (zh) 用于监控家畜动物的食物摄取的方法和系统
US20100116211A1 (en) Method and arrangement for animal management
NL1036300C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het melken van een melkdier afhankelijk van de lactatieperiodes.
KR102040276B1 (ko) 축산 지식 정보를 기반으로 하는 가축의 사양관리 시스템
Finkler et al. The influence of neighbourhood socio-demographic factors on densities of free-roaming cat populations in an urban ecosystem in Israel
Arcidiacono et al. Moving mean-based algorithm for dairy cow’s oestrus detection from uniaxial-accelerometer data acquired in a free-stall barn
Rutter Advanced livestock management solutions
US20190012497A1 (en) Monitoring and environmental control system for animal housing
Swierstra et al. Modern dairy farming with automatic milking system
Dennis et al. The behaviour of commercial broilers in response to a mobile robot
NL8903163A (nl) Melk- en/of voederinrichting voor vee.
AU2013205911B2 (en) Method and arrangement for animal management
EP2037732A1 (en) Sluicing arrangement for animals
Rowan Companion animal demographics and unwanted animals in the United States
Priekulis et al. Farm manure amount calculation using statistical data in Latvia
Guzhva Computer vision algorithms as a modern tool for behavioural analysis in dairy cattle