NL2015866A

NL2015866A - Holder for agricultural products.

Info

Publication number: NL2015866A
Application number: NL2015866A
Authority: NL
Inventors: Sitee Arthur
Original assignee: Beekenkamp Verpakkingen B V
Priority date: 2014-11-28
Filing date: 2015-11-27
Publication date: 2016-09-20
Also published as: NL2015866B1; NL2017861A; NL2017861B1

Abstract

15 Uittreksel Houder voor agrarische producten, in het bijzonder plantenbollen, omvattende een draagconstructie en ten opzichte van de draagconstructie beweegbare klemorganen voor het houden van de producten, waarbij de klemorganen zijn ingericht voor het ten opzichte van draagconstructie in 5 verticale richting uitlijnen van de producten. 10Extract Holder for agricultural products, in particular plant bulbs, comprising a supporting structure and clamping members movable relative to the supporting structure for holding the products, wherein the clamping members are adapted for aligning the products in vertical direction relative to supporting structure. 10

Description

Houder voor agrarische productenHolder for agricultural products

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een houder voor agrarische producten, in het bijzonder planten- of bloembollen. De uitvinding heeft voorts betrekking op een bakvormige houder voor agrarische producten en een werkwijze voor het aanbrengen van agrarische producten in een houder.The present invention relates to a holder for agricultural products, in particular plant or flower bulbs. The invention further relates to a box-shaped holder for agricultural products and a method for arranging agricultural products in a holder.

Om plantenbollen tot bloei te trekken is het bekend om deze plantenbollen aan te brengen in een houder, bijvoorbeeld een bak of rooster, en deze bollen boven of gedeeltelijk in een waterlichaam te plaatsen. Het zogenaamde waterbroeien van deze bloembollen maakt een efficiënte teelt van bijvoorbeeld bloemen of andere agrarische producten mogelijk.To make plant bulbs bloom, it is known to place these plant bulbs in a container, for example a tray or grid, and to place these bulbs above or partially in a body of water. The so-called water scalding of these flower bulbs makes efficient cultivation of, for example, flowers or other agricultural products possible.

De bekende houders zijn dikwijls voorzien van prikkers waarop de plantenbollen worden geprikt. Deze prikkers kunnen zijn aangebracht in een gesloten bak, waarbij in die bak water wordt aangebracht voor het in bloei trekken van de agrarische producten. Als alternatief kunnen de prikkers kunnen zijn aangebracht op een raamwerk, waarbij het raamwerk boven een waterlichaam wordt aangebracht.The known holders are often provided with sticks on which the plant bulbs are punctured. These skewers can be arranged in a closed container, wherein water is provided in that container for drawing the agricultural products into flower. Alternatively, the skewers may be mounted on a framework, the framework being arranged above a body of water.

Het is een nadeel van deze bekende houders met prikkers dat zij de bloembollen enigszins beschadigen, wat in het bijzonder voor bijvoorbeeld hyacinten desastreus is. Bovendien hebben deze bestaande houders als nadeel dat het aanbrengen van de plantenbollen op de prikkers secuur moet gebeuren om schade aan het hart van die bollen, wat kan leiden tot uitval van die bollen, te voorkomen.It is a disadvantage of these known holders with skewers that they damage the flower bulbs somewhat, which is particularly disastrous for hyacinths, for example. Moreover, these existing containers have the disadvantage that the application of the plant bulbs to the skewers must be done meticulously in order to prevent damage to the heart of those bulbs, which can lead to failure of those bulbs.

Het is daarom een doel, naast andere doelen, van de onderhavige uitvinding om ten minste één van deze bovengenoemde problemen althans deels op te lossen.It is therefore an object, in addition to other objects, of the present invention to at least partially solve at least one of these problems mentioned above.

Dit doel, naast andere doelen, wordt volgens de uitvinding opgelost door een houder volgens de aangehechte conclusie 1. Meer specifiek wordt dit doel, naast andere doelen, opgelost door een houder voor agrarische producten, in het bijzonder plantenbollen, omvattende een draagconstructie en ten opzichte van de draagconstructie beweegbare klemorganen voor het houden van de producten, waarbij de klemorganen zijn ingericht voor het ten opzichte van draagconstructie in verticale richting uitlijnen van de producten. Met de houder volgens de vinding worden de producten aangegrepen door ten opzichte van een draagconstructie beweegbare klemorganen. Het fixeren van bollen met behulp van bijvoorbeeld prikkers is dan niet meer nodig. Bovendien voorzien de beweegbare klemorganen in een goede verticale uitlijning, zodat de afstand tussen de plantenbollen, in het bijzonder de onderkanten daarvan, en het te verschaffen waterlichaam daaronder min of meer constant is. Dit levert een verbeterde teelt op.This object, in addition to other objects, is solved according to the invention by a container according to the appended claim 1. More specifically, this object is solved, in addition to other objects, by a container for agricultural products, in particular plant bulbs, comprising a support structure and with respect to of the supporting construction movable clamping members for holding the products, wherein the clamping members are adapted to align the products in a vertical direction relative to the supporting construction. With the holder according to the invention, the products are engaged by clamping members movable relative to a support structure. Fixing bulbs using, for example, skewers is then no longer necessary. Moreover, the movable clamping members provide a good vertical alignment, so that the distance between the plant bulbs, in particular the undersides thereof, and the water body to be provided thereunder is more or less constant. This results in improved cultivation.

Opgemerkt moet worden dat met de term verticaal zoals gebruikt in deze aanvrage een richting wordt bedoeld die in hoofdzaak loodrecht staat op het vlak, bijvoorbeeld een boven- en/of ondervlak, van de houder die bij voorkeur in hoofdzaak rechthoekig is. Deze verticale richting staat dan loodrecht op de lengte- en de breedterichting van de houder.It is to be noted that the term vertical as used in this application refers to a direction that is substantially perpendicular to the plane, for example an upper and / or lower face, of the container which is preferably substantially rectangular. This vertical direction is then perpendicular to the length and width direction of the holder.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de klemorganen een veelheid aan zich onderling hoofdzakelijk parallel uitstrekkende stroken van flexibel materiaal. Het flexibele karakter van die stroken voorkomt schade aan de bollen, terwijl bovendien in een goede klemmende werking wordt voorzien. Geschikte materialen voor de flexibele, elastiche strookvormige klemorganen zijn lagedichtheidpolyetheen (LDPE), lineair lagedichtheidpolyethyleen (LLDPE), op propyleen gebaseerde elastomeren zoals Vistamax™ (van de firma ExxonMobil Chemical).According to a preferred embodiment, the clamping members comprise a plurality of mutually substantially parallel strips of flexible material. The flexible nature of these strips prevents damage to the bulbs, while moreover providing a good clamping effect. Suitable materials for the flexible, elastic strip-shaped clamping members are low-density polyethylene (LDPE), linear low-density polyethylene (LLDPE), propylene-based elastomers such as Vistamax ™ (from ExxonMobil Chemical).

De draagconstructie is bij voorkeur vervaardigd van een stijver materiaal dat voorziet in voldoende stevigheid van de constructie en kan bijvoorbeeld zijn vervaardigd uit polypropeen (PP) of polyetheen (PE). Voor een goede ondersteuning van de klemorganen is het voordelig wanneer de klemorganen zijn verbonden met de draagconstructie. De houder vormt dan één geheel als draagconstructie met de daarop aangebrachte ten opzichte van die draagconstructie beweegbare klemorganen.The support structure is preferably made of a stiffer material that provides sufficient rigidity of the structure and can for instance be made of polypropylene (PP) or polyethylene (PE). For good support of the clamping members, it is advantageous if the clamping members are connected to the supporting structure. The holder then forms one whole as a supporting structure with the clamping members arranged thereon movable relative to said supporting structure.

Het is echter ook mogelijk dat de klemorganen en de draagconstructie van hetzelfde materiaal en integraal gevormd zijn. De draagconstructie heeft dan bij voorkeur dikkere wanden voor het verschaffen van voldoende stijfheid, terwijl de wanddikte van de klemorganen voldoende klein is voor het verschaffen van voldoende flexibiliteit voor het inklemmen van de producten.However, it is also possible that the clamping members and the supporting structure are made of the same material and integrally formed. The support structure then preferably has thicker walls for providing sufficient rigidity, while the wall thickness of the clamping members is sufficiently small to provide sufficient flexibility for clamping the products.

Een efficiënte houder wordt verkregen indien een strookvormig klemorgaan langs zijn lengterichting is verbonden met de draagconstructie zodanig dat tenminste één zijrand van een strook in verticale richting beweegbaar is. Het is hierbij mogelijk dat een strookvormig klemorgaan over de gehele lengterichting is verbonden. Het is echter ook mogelijk dat een strook op verschillende locaties langs die lengterichting is verbonden met de draagconstructie. Bij voorkeur is, gezien in de breedterichting ofwel in een dwarsdoorsnede dwars op de lengterichting, een strookvormig klemorgaan op een afstand van de ten minste ene bewegende zijrand verbonden met de draagconstructie. Die afstand is dan zodanig groot, dat die zijrand voldoende kan bewegen ten opzichte van de draagconstructie voor het efficiënt inklemmen van de producten.An efficient holder is obtained if a strip-shaped clamping member is connected along its longitudinal direction to the support structure such that at least one side edge of a strip is movable in the vertical direction. It is possible here for a strip-shaped clamping member to be connected along the entire longitudinal direction. However, it is also possible that a strip is connected to the support structure at different locations along that longitudinal direction. Preferably, viewed in the width direction or in a cross-section transversely to the longitudinal direction, a strip-shaped clamping member is connected to the support structure at a distance from the at least one moving side edge. That distance is then so large that that side edge can move sufficiently relative to the support structure for efficiently clamping the products.

Een efficiënte klemming en verbinding wordt verkregen indien een strook nabij een eerste zijrand is verbonden met de draagconstructie en waarbij de tweede zijrand van die strook beweegbaar is. Als alternatief kan een strook in het midden, gezien in de breedterichting, worden verbonden met de draagconstructie, waarbij beide zijranden beweegbaar zijn.An efficient clamping and connection is obtained if a strip near a first side edge is connected to the support structure and wherein the second side edge of that strip is movable. Alternatively, a strip in the middle, viewed in the width direction, can be connected to the support structure, wherein both side edges are movable.

De klemorganen worden bij voorkeur gevormd door de strookvormige klemorganen, die zich in hoofdzaak parallel ten opzichte van elkaar uitstrekken. De strookvormige klemorganen vormen bij voorkeur een hoofdzakelijk gesloten oppervlak voor het daarop leggen van de producten. Het is hierbij echter voordelig als er is voorzien in een ruimte tussen twee naast elkaar gelegen strookvormige klemorganen. De agrarische producten worden dan bij het plaatsen uitgelijnd met de opening tussen de twee stroken en de producten worden bij het aanbrengen bij voorkeur op de kop neergelegd op die stroken zodanig dat de bovenkant van een bol steekt door die opening.The clamping members are preferably formed by the strip-shaped clamping members, which extend substantially parallel to each other. The strip-shaped clamping members preferably form a substantially closed surface for laying the products thereon. However, it is advantageous here if a space is provided between two adjacent strip-shaped clamping members. The agricultural products are then aligned with the gap between the two strips when being placed and the products are preferably laid on the head on those strips when they are applied such that the top of a sphere protrudes through that gap.

Het is hierbij voordelig wanneer de draagconstructie paren van stroken met naar elkaar toe gerichte beweegbare zijranden omvat voor het houden van producten. Bij het op die klemorganen leggen van de producten, zullen die klemorganen enigszins doorbuigen en zo de producten min of meer fixeren. Het materiaal van de klemorganen is hierbij bij voorkeur voldoende stijf om het mogelijk te maken voor de klemorganen om de producten te dragen, zonder dat zij zo ver doorbuigen dat de producten tussen de twee stroken heen vallen of een ondergrond raken.It is advantageous here if the bearing construction comprises pairs of strips with movable side edges directed towards each other for holding products. When placing the products on those clamping members, those clamping members will bend somewhat and thus more or less fix the products. The material of the clamping members is preferably sufficiently rigid here to make it possible for the clamping members to carry the products without bending to such an extent that the products fall between the two strips or touch a surface.

Een verdere verbeterde uitlijning van de producten, en daarmee een efficiënte plaatsing, op de houder wordt verkregen indien de stroken in een paar onder een hoek ten opzichte van de horizontaal staan met elkaar, gezien in de breedterichting van die stroken. De twee stroken verlopen, gezien in die breedterichting, ofwel in een dwarsdoorsnede op de lengterichting, V-vormig ten opzichte van elkaar, waarbij de opening tussen de twee stroken zich bevindt in de basis van die V. Dit maakt een efficiënte uitlijning van de producten mogelijk, aangezien indien een product enigszins verkeerd wordt geplaatst op de houder, het aflopende verloop van de stroken zorgen voor een uitlijning van de producten in een lijn die in hoofdzaak parallel is aan de lengterichting van de strookvormige klemorganen.A further improved alignment of the products, and with that an efficient placement, on the holder is obtained if the strips in a pair are at an angle to the horizontal with each other, viewed in the width direction of those strips. The two strips, viewed in that width direction, or in a longitudinal cross-section, are V-shaped with respect to each other, the gap between the two strips being located at the base of that V. This makes an efficient alignment of the products possible, since if a product is placed somewhat wrongly on the holder, the sloping course of the strips ensure an alignment of the products in a line which is substantially parallel to the longitudinal direction of the strip-shaped clamping members.

Bij voorkeur worden de klemorganen gevormd door strookvormige klemorganen, ofwel voorzien van ononderbroken zijranden, het is echter voor een betere afstemming van de aangrijping op de individuele producten ook mogelijk dat de stroken een veelheid aan ten opzichte van elkaar beweegbare strookdelen omvatten, waarbij ieder van die strookdelen, tenminste een vrije zijwand daarvan, in verticale richting beweegbaar is. Een dergelijk klemorgaan kan bijvoorbeeld worden gevormd door het aanbrengen van een veelheid aan insnijdingen in een strook, waarbij tussen ieder van die insnijdingen een strookdeel wordt gevormd dat min of meer vrij ten opzichte van de naastgelegen strookdelen beweegbaar is. Dit maakt het gebruik van een relatief stijf materiaal mogelijk, aangezien de verticale beweging van die klemorganen in hoofdzaak mogelijk wordt gemaakt door de onderlinge beweging van de strookdelen.The clamping members are preferably formed by strip-shaped clamping members, or provided with continuous side edges, but it is also possible, for a better alignment of the engagement with the individual products, that the strips comprise a plurality of strip parts movable relative to each other, each of these strip parts, at least one free side wall thereof, is movable in vertical direction. Such a clamping member can for instance be formed by making a plurality of incisions in a strip, wherein a strip part is formed between each of these incisions that is more or less freely movable relative to the adjacent strip parts. This makes it possible to use a relatively stiff material, since the vertical movement of these clamping members is essentially made possible by the mutual movement of the strip parts.

Als alternatief voor het verschaffen van de voldoende stijfheid aan het flexibele strookvormige klemorgaan, kan de strook zijn voorzien van verstevigingen. Deze verstevigingen kunnen bijvoorbeeld zijn aangebracht op of in de strook en zich in de breedterichting op verschillende locaties in de lengterichting uitstrekken. Deze verstevigingen kunnen zijn vervaardigd uit een stijver plastic, zodat zij voorzien in voldoende stijfheid voor het op die klemorganen houden van de producten bij een eerste plaatsing, zoals hierboven beschreven.As an alternative to providing the flexible strip-shaped clamping member with sufficient rigidity, the strip can be provided with reinforcements. These reinforcements can for instance be arranged on or in the strip and extend in the width direction at different locations in the longitudinal direction. These reinforcements can be made of a stiffer plastic, so that they provide sufficient rigidity for holding the products on those clamping members during a first placement, as described above.

Om een efficiëntere plaatsing van de producten op de klemorganen mogelijk te maken, is het volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm voordelig wanneer de draagconstructie ten minste een steun omvat voor het steunen op een ondergrond, waarbij de steun is ingericht voor het in een ondersteunde toestand op een afstand van de ondergrond houden van de houder zodanig dat op de klemorganen gelegde producten en de klemorganen op afstand van de ondergrond worden gehouden. Wanneer de producten op de flexibele stroken zullen worden gelegd, zullen met name de vrije uiteinden van die stroken doorbuigen onder het gewicht van de producten. De steun voorziet dan in voldoende afstand tussen die stroken in doorgehangen toestand en een ondergrond waarop die houder wordt geplaatst.In order to enable a more efficient placement of the products on the clamping members, it is advantageous according to a further preferred embodiment if the supporting construction comprises at least one support for supporting on a substrate, the support being adapted to be spaced apart in a supported condition. keep the holder away from the substrate such that products laid on the clamping members and the clamping members are kept at a distance from the substrate. When the products will be laid on the flexible strips, in particular the free ends of those strips will bend under the weight of the products. The support then provides a sufficient distance between those strips in the hung-over state and a base on which that holder is placed.

Bij het aanbrengen van de producten wordt de houder met de steun op een ondergrond geplaatst, waarna de producten op de zich parallel uitstrekken de stroken worden gelegd. Het is hierbij voordelig wanneer de stroken in de ondersteunde toestand in de breedterichting naar elkaar toe aflopen naar de zijranden toe in een paar van stroken zoals hierboven beschreven. Twee naast elkaar gelegen stroken vormen hierbij als het ware een V-vormige goot, zodat voorzien wordt in een goede uitlijning in een richting die parallel is aan de lengterichting van de stroken.When applying the products, the holder with the support is placed on a surface, whereafter the products are laid on the strips extending parallel. In this case, it is advantageous if the strips, in the supported state, run towards one another in the width direction towards the side edges in a pair of strips as described above. Two adjacent strips form a V-shaped trough, so to speak, so that a good alignment is provided in a direction that is parallel to the longitudinal direction of the strips.

Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de draagconstructie een raamwerk van in hoofdzaak parallel ten opzichte van elkaar uitstrekkende draagstroken, waarbij de strookvormige klemorganen zijn aangebracht op de draagstroken. De draagconstructie kan bijvoorbeeld een buitenste rand in de vorm van een raamwerk omvatten, waartussen zich de draagstroken uitstrekken. Op deze draagstroken zijn dan de strookvormige klemorganen aangebracht, waarbij deze strookvormige klemorganen bij voorkeur een hoofdzakelijk gesloten oppervlak vormen voor het daarop leggen van de producten.According to a further preferred embodiment, the bearing construction comprises a framework of bearing strips which extend substantially parallel to each other, the strip-shaped clamping members being arranged on the bearing strips. The support structure can for instance comprise an outer edge in the form of a frame, between which the support strips extend. The strip-shaped clamping members are then arranged on these carrier strips, these strip-shaped clamping members preferably forming a substantially closed surface for laying the products thereon.

Het is hierbij voordelig, in het bijzonder wanneer de houder is voorzien van een steun, zoals hierboven genoemd, wanneer de strookvormige klemorganen zijn aangebracht op of nabij een rand van de draagstroken, waarbij in de ondersteunde toestand de draagstroken en de strookvormige klemorganen een ruimte voor het ontvangen van de producten vormen. In de ondersteunde toestand zijn de strookvormige klemorganen bij voorkeur verbonden aan de onderrand van de draagstroken, zodat de draagstroken naar boven toe uitsteken ten opzichte van de klemorganen. De draagstroken vormen hierbij in hoofdzaak parallelle zijwanden van een ruimte, die aan de onderzijde ten minste gedeeltelijk wordt afgesloten door de strookvormige klemorganen. De draagstroken kunnen hierbij dienen als laterale geleiding van de producten en de afstand tussen twee draagstroken wordt bij voorkeur bepaald door de grootste afmetingen van de te houden agrarische producten.It is advantageous here, in particular if the holder is provided with a support, as mentioned above, when the strip-shaped clamping members are arranged on or near an edge of the supporting strips, wherein in the supported state the carrying strips and the strip-shaped clamping members provide a space for receiving the products. In the supported state, the strip-shaped clamping members are preferably connected to the lower edge of the carrier strips, so that the carrier strips project upwards with respect to the clamping members. The bearing strips here form substantially parallel side walls of a space which is at least partially closed off at the bottom by the strip-shaped clamping members. The carrier strips can herein serve as lateral guidance of the products and the distance between two carrier strips is preferably determined by the largest dimensions of the agricultural products to be held.

Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de draagconstructie voorzien van verbindingsmiddelen die zijn ingericht om samen te werken met verbindingsmiddelen van een tweede houder voor het op een vooraf bepaalde hoogte in die tweede houder plaatsen van de houder. De verbindingsmiddelen kunnen bijvoorbeeld klikkende verbindingsmiddelen omvatten, waarbij een op het eerste onderdeel aangebrachte pin snappend kan worden opgenomen in een daartoe aangebracht gat in het andere onderdeel. Bij voorkeur is er voorzien in meerdere verbindingsmiddelen voor het stabiel verbinden van de houder met een tweede houder.According to a further preferred embodiment, the bearing construction is provided with connecting means which are adapted to cooperate with connecting means of a second holder for placing the holder at a predetermined height in said second holder. The connecting means can for instance comprise snap-fitting connecting means, wherein a pin arranged on the first part can snap-fit into a hole provided for this purpose in the other part. Preferably, a plurality of connecting means is provided for stably connecting the holder to a second holder.

Het is hierbij voordelig wanneer de verbindingsmiddelen zijn ingericht om te verbinden met de tweede houder in de verticale richting, waarbij de producten worden ingeklemd tussen de tweede houder en de klemorganen. Bij het aanbrengen van de tweede houder zullen de producten in verticale richting ten opzichte van de draagconstructie worden geduwd door die tweede houder, welke beweging mogelijk wordt gemaakt door de beweegbare klemorganen. De op die klemorganen gelegen producten zullen pas verplaatsen bij aangrijping met die tweede houder, zodat in een efficiënte uitlijning wordt voorzien. De producten worden derhalve bij voorkeur zodanig ingeklemd tussen de tweede houder en de klemorganen dat de producten, in het bijzonder de naar de tweede houder gerichte zijdes van die producten, verticaal zijn uitgelijnd ten opzichte van die tweede houder. Enige variatie in de afmetingen van de bollen wordt hierbij in verticale richting gecompenseerd door de ten opzichte van de draagconstructie beweegbare klemorganen.It is hereby advantageous if the connecting means are adapted to connect to the second holder in the vertical direction, wherein the products are clamped between the second holder and the clamping members. When arranging the second holder, the products will be pushed in vertical direction with respect to the support structure by said second holder, which movement is made possible by the movable clamping members. The products located on said clamping members will only move when engaged with said second holder, so that efficient alignment is provided. The products are therefore preferably clamped between the second holder and the clamping members such that the products, in particular the sides of those products facing the second holder, are vertically aligned with respect to that second holder. Any variation in the dimensions of the spheres is hereby compensated in the vertical direction by the clamping members movable relative to the support structure.

In deze ingeklemde toestand zullen de flexibele, ofwel elastische, klemorganen, een klemmende kracht uitoefenen in verticale richting gericht naar de tweede houder, zodat de producten stevig worden gehouden. Deze klemkracht is bij voorkeur zodanig groot, ofwel is de stijfheid van de klemorganen zodanig groot, dat zij enige opwaartse kracht door toedoen van wortelgroei van de bollen kunnen tegengaan en de plantenbollen in verticale richting beperken. Naast de beperking in verticale richting zoals hierboven beschreven, zal door het doorbuigen van met name de vrije zijranden van de strookvormige klemorganen er ook worden voorzien in een beperking in een richting dwars op die verticale richting. De strookvormige klemorganen zullen zich vormen naar de ontvangen producten en door de elastische werking ook een fixerende werking hebben in de breedte en lengterichting.In this clamped state the flexible, or elastic, clamping members will exert a clamping force in the vertical direction directed towards the second holder, so that the products are held firmly. This clamping force is preferably so great, or the stiffness of the clamping members is so great that they can counteract any upward force due to root growth of the bulbs and limit the plant bulbs in the vertical direction. In addition to the restriction in the vertical direction as described above, by bending in particular the free side edges of the strip-shaped clamping members, a restriction in a direction transverse to that vertical direction will also be provided. The strip-shaped clamping members will conform to the products received and, due to the elastic effect, will also have a fixing effect in the width and length direction.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een combinatie van een tweede houder met daarin aangebracht een houder volgens de vinding. Een dergelijke combinatie is in het bijzonder geschikt om te worden gebruikt in het waterbroeien van plantenbollen, aangezien de producten goed verticaal zijn uitgelijnd. Bij voorkeur omvat de tweede houder daartoe een bak voor het daarin houden van water. Het is hierbij bovendien voordelig wanneer de tweede houder is voorzien van ribben voor het daarop ontvangen van agrarische producten, waarbij de ribben bij voorkeur zijn uitgelijnd met de klemorganen in verbonden toestand. Deze ribben kunnen bijvoorbeeld zijn aangebracht op de bodem van een bak waarbij de ribben in contact staan met de agrarische producten in ingeklemde toestand. De ruimte tussen de ribben kan dan worden gebruikt voor wortelgroei. Voor een goede uitlijning is het voordelig wanneer de ribben en de draagstroken van de draagconstructie zich parallel en versprongen van elkaar uitstrekken.The invention further relates to a combination of a second holder with a holder according to the invention arranged therein. Such a combination is particularly suitable for use in water scaling of plant bulbs, since the products are well aligned vertically. To that end, the second container preferably comprises a container for holding water therein. It is furthermore advantageous here if the second holder is provided with ribs for receiving agricultural products thereon, wherein the ribs are preferably aligned with the clamping members in the connected state. These ribs can for instance be arranged on the bottom of a trough, the ribs being in contact with the agricultural products in a clamped state. The space between the ribs can then be used for root growth. For good alignment, it is advantageous if the ribs and the support strips of the support structure extend parallel and offset from each other.

Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de bak een overloop voor het afvoeren van water uit de bak. De overloop kan zodanig worden gekozen voor het verschaffen van een vooraf bepaald watemiveau in de bak in afhankelijkheid van de op te broeien bollen. Het is hierbij voordelig wanneer de overloop zich op een hoogte boven de bodem bevindt, die groter is dan de hoogte van de ribben. De bollen zullen hierbij enigszins onder water staan.According to a further preferred embodiment, the basin comprises an overflow for draining water from the basin. The overflow can be chosen such as to provide a predetermined water level in the tray depending on the bulbs to be heated. It is advantageous here if the overflow is at a height above the bottom that is greater than the height of the ribs. The bulbs will be somewhat under water.

Zoals echter hierboven is opgemerkt is de uitvinding niet beperkt tot een gesloten bak, maar kan de tweede houder ook open zijn en worden gevormd door ribben die onderling zijn verbonden met een geschikt raamwerk.However, as noted above, the invention is not limited to a closed container, but the second container can also be open and be formed by ribs interconnected with a suitable framework.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een bak, in het bijzonder een tweede houder zoals hierboven genoemd, waarbij de bak is ingericht voor het ontvangen van een houder voor agrarische producten volgens de vinding, waarbij de bak is voorzien van met de verbindingsmiddelen van de houder samenwerkende verbindingsmiddelen voor het onderling verbinden van de houder met de bak zodanig dat de in de houder gehouden producten verticaal zijn uitgelijnd ten opzichte van de bak, in het bijzonder de bodem daarvan.The invention furthermore relates to a tray, in particular a second holder as mentioned above, wherein the tray is adapted to receive a holder for agricultural products according to the invention, the tray being provided with cooperating with the connecting means of the holder connecting means for mutually connecting the container to the container such that the products held in the container are vertically aligned with respect to the container, in particular the bottom thereof.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een werkwijze voor het aanbrengen van agrarische producten in een houder, omvattende de stappen van: - het verschaffen van een houder volgens de vinding; - het op de klemorganen leggen van de agrarische producten; - het verbinden van de houder met een tweede houder, waarbij bij het verbinden de agrarische producten in verticale richting tegen de klemorganen worden bewogen zodanig dat in verbonden toestand van de houder en de tweede houder, de naar de tweede houder gerichte zijdes van de agrarische producten in verticale richting zijn uitgelijnd ten opzichte van de tweede houder.The invention furthermore relates to a method for placing agricultural products in a holder, comprising the steps of: - providing a holder according to the invention; - placing the agricultural products on the clamping members; - connecting the holder to a second holder, wherein during connecting the agricultural products are moved in vertical direction against the clamping members such that in the connected state of the holder and the second holder, the sides of the agricultural products facing the second holder are aligned vertically with respect to the second holder.

Volgens de vinding worden in een eerste stap de agrarische producten geplaatst op de klemorganen van een houder, waarbij die klemorganen door het gewicht van de agrarische producten enigszins kunnen gaan doorhangen. Die stroken zijn zoals hierboven beschreven bij voorkeur in paren aangebracht in de houder, waarbij een product ligt op twee van die stroken. In een volgende stap, waarbij de houder bij voorkeur volledig is gevuld met agrarische producten, waarbij de producten bij voorkeur in rijen op de houder zijn aangebracht, in het bijzonder steeds tussen de draagstroken zoals hierboven beschreven, wordt in een vervolgstap de houder verbonden met een tweede houder. Bij het verbinden van de tweede houder zullen de op de klemorganen gelegen agrarische producten in de richting van die klemorganen worden geforceerd, zodanig dat zij meebewegen. De agrarische producten worden hierbij uitgelijnd met de tweede houder.According to the invention, in a first step, the agricultural products are placed on the clamping members of a holder, wherein said clamping members can sag somewhat due to the weight of the agricultural products. As described above, said strips are preferably arranged in pairs in the holder, a product lying on two of said strips. In a next step, wherein the holder is preferably completely filled with agricultural products, wherein the products are preferably arranged in rows on the holder, in particular always between the carrier strips as described above, in a subsequent step the holder is connected to a second holder. When connecting the second holder, the agricultural products located on the clamping members will be forced in the direction of said clamping members, such that they move with it. The agricultural products are hereby aligned with the second holder.

Het is hierbij voordelig wanneer de agrarische producten op de kop op de klemorganen worden gelegd, waarbij de werkwijze voorts de stap omvat van het omdraaien van de combinatie van de houder en de tweede houder. De producten worden hierbij met de uiteinden waaruit de bloem zal komen naar beneden gelegd, in het bijzonder in de opening tussen twee stroken, zodat de plant of bloem kan groeien tussen die twee stroken. Wanneer de tweede houder is aangebracht, en de bollen in verticale richting zijn ingeklemd, kan de combinatie, ofwel de houder verbonden met de tweede houder, worden omgedraaid, zodanig dat de bollen weer rechtop staan voor het in bloei trekken van die bollen. In bloei getrokken bollen kunnen dan eenvoudig uit de houder worden gehaald door hieraan te trekken. De klemorganen zijn hiertoe voldoende flexibel zodat deze meegeven voor het verwijderen van de bollen. De draagstroken kunnen hierbij fungeren als scheidingsmiddelen voor het scheiden van de wortels van de wortelkluwen in de tweede houder.It is advantageous here if the agricultural products are placed upside down on the clamping members, the method further comprising the step of turning over the combination of the holder and the second holder. The products are hereby laid down with the ends from which the flower will come, in particular in the opening between two strips, so that the plant or flower can grow between those two strips. When the second holder is arranged, and the bulbs are clamped in the vertical direction, the combination, or the holder connected to the second holder, can be turned over, such that the bulbs are upright again for the bulbs to bloom. Bulbs drawn in bloom can then be easily removed from the holder by pulling on them. The clamping members are sufficiently flexible for this purpose so that they yield for the removal of the bulbs. The carrier strips can herein function as separating means for separating the roots from the root ball in the second container.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van in tekening weergegeven figuren die voorkeursuitvoeringsvormen van de houder volgens de uitvinding tonen, waarin: - Figuur 1 in perspectief een houder volgens de vinding toont; - Figuur 2 schematisch in perspectief een bak volgens de vinding toont; - Figuren 3-5 in dwarsdoorsnede schematisch het aanbrengen van bloembollen in de houder en de bak tonen; - Figuur 6 in perspectief de bak met houder en bloembollen toont; - Figuur 7 schematisch in perspectief een alternatieve vorm van de klemstroken uit figuur 1 toont.The invention will be further elucidated with reference to figures shown in the drawing, which show preferred embodiments of the holder according to the invention, in which: - Figure 1 shows a holder according to the invention in perspective; Figure 2 shows a perspective view of a container according to the invention; - Figures 3-5 show diagrammatically in cross-section the arrangement of flower bulbs in the holder and the tray; Figure 6 shows a perspective view of the container with holder and flower bulbs; Figure 7 schematically shows an alternative form of the clamping strips from Figure 1 in perspective.

In figuur 1 is schematisch een houder 1 weergegeven waarin bloembollen 3, kunnen worden aangebracht zie bijvoorbeeld figuur 3. De houder 1 is voorzien van een buitenste rand 10 met een lange zijde 10a in de lengterichting L en een korte rand 10b in de breedterichting B. Tussen de lange zijranden 10a zijn draagstroken 11 aangebracht die zich uitstrekken in de breedterichting van de houder 1. Aan een rand 11a van die draagstroken 11, zie ook figuur 3, zijn klemstroken 12 aangebracht. De stroken 12 zijn met een zijrand 12b verbonden met de draagstroken 11, terwijl de andere zijrand 12a door het flexibele karakter van de klemstrook 12 kan bewegen in de verticale richting, aangegeven met Z in figuur 3 en figuur 1. Zie in het bijzonder figuur 4 waarbij de zijrand 12a enigszins is bewogen door toedoen van de bol 3 zoals hieronder meer in detail zal worden besproken.Figure 1 schematically shows a holder 1 in which flower bulbs 3 can be arranged, see for example figure 3. The holder 1 is provided with an outer edge 10 with a long side 10a in the longitudinal direction L and a short edge 10b in the width direction B. Supporting strips 11 are arranged between the long side edges 10a and extend in the width direction of the holder 1. At an edge 11a of said supporting strips 11, see also figure 3, clamping strips 12 are provided. The strips 12 are connected with one side edge 12b to the carrier strips 11, while the other side edge 12a can move in the vertical direction, indicated by Z in Figure 3 and Figure 1, due to the flexible nature of the clamping strip 12. See in particular Figure 4 wherein the side edge 12a has been moved slightly due to the sphere 3 as will be discussed in more detail below.

De klemstroken 12 zijn opgesteld in paren van twee tussen twee naast elkaar gelegen draagstroken 11, waarbij die klemstroken 12 in onbelaste toestand, zie figuur 1 en figuur 3, onder een hoek staan met elkaar, gezien in dwarsdoorsnede zoals zichtbaar is in figuur 3. Dit schuine verloop zorgt ervoor dat de bollen 3 die worden neergelegd op de klemstroken 12 worden uitgelijnd op of langs een lijn, aangegeven met de as A in figuur 3, die parallel is aan de lengterichting van de stroken 12. In figuur 1 is die lengterichting evenwijdig aan de breedterichting B van de houder 1. De afstand LI tussen twee draagstroken 11 wordt bepaald door de grootste afmeting van de te houden producten 3. Zoals bijvoorbeeld zichtbaar is in figuur 3 is bij deze bol 3 nog enige ruimte tussen de zijwanden van de bol 3 en de draagstroken 11.The clamping strips 12 are arranged in pairs of two supporting strips 11 located next to each other, the clamping strips 12 in an unloaded state, see figure 1 and figure 3, being angled with each other, seen in cross-section as is visible in figure 3. This oblique course ensures that the spheres 3 deposited on the clamping strips 12 are aligned on or along a line indicated by the axis A in Figure 3, which is parallel to the longitudinal direction of the strips 12. In Figure 1, that longitudinal direction is parallel on the width direction B of the holder 1. The distance L1 between two carrier strips 11 is determined by the largest dimension of the products to be held 3. As is visible, for example, in Figure 3, there is still some space between the side walls of the sphere for this sphere 3 3 and the carrier strips 11.

Voor het aanbrengen van de bollen in de houder 1 wordt de houder 1 omgedraaid ten opzichte van de positie zoals die is weergegeven in figuur 1. Deze positie is getoond in figuren 3 en 4. Om te zorgen dat de producten en de klemstroken 12 de ondergrond niet raken bij het op de kop plaatsen van de houder 1, is de houder 1 nabij de hoeken voorzien van steunen 13 voor het op een geschikte afstand van de ondergrond houden van met name de stroken 12. Aan de uiteindes van die steunen 13 zijn uitsteeksels 13a aangebracht die kunnen worden geklikt in overeenkomstig gevormde openingen van een bak 4 die hieronder meer in detail zal worden besproken.For arranging the bulbs in the holder 1, the holder 1 is turned over with respect to the position as shown in figure 1. This position is shown in figures 3 and 4. To ensure that the products and the clamping strips 12 support the substrate do not touch when placing the holder 1 on the head, the holder 1 is provided near the corners with supports 13 for keeping in particular a suitable distance from the ground, in particular the strips 12. At the ends of said supports 13 are projections 13a which can be snapped into correspondingly shaped openings of a tray 4 which will be discussed in more detail below.

De ruimten tussen twee draagstroken 11 en twee schuin naar beneden toe aflopende draagstroken 12 vormen hierbij een opname 15 voor een bol 3. Zoals gezegd zal het schuine verloop van de klemstroken 12 het product in het midden van die opnamen 15 uitlijnen. Ook is zichtbaar dat de bol 3 op de kop in de houder 1 wordt aangebracht, waarbij de top 3A van de bol steekt door een opening 12C tussen twee stroken 12.The spaces between two carrier strips 11 and two carrier strips 12 sloping downwards form a receptacle 15 for a sphere 3. As stated, the oblique course of the clamping strips 12 will align the product in the middle of said receptacles 15. It is also visible that the bulb 3 is arranged on the head in the holder 1, the top 3A of the bulb protruding through an opening 12C between two strips 12.

De stroken 12 zijn van een zodanig stijf materiaal dat zij niet volledig zullen doorbuigen onder het gewicht van de bol 3, maar dat die bol 3 stevig en stabiel ligt op die stroken 12. Zoals zichtbaar is in figuur 3 bevindt een onderrand 3B van de bol 3 zich op een afstand H van de zijrand 11b tegenover de zijrand 11a waaraan de stroken 12 zijn aangebracht. In de toestand zoals weergegeven in figuren 3 en 4 is dat de bovenrand 1 lb.The strips 12 are of such a rigid material that they will not fully bend under the weight of the sphere 3, but that said sphere 3 lies firmly and stably on said strips 12. As can be seen in figure 3, a lower edge 3B of the sphere is located 3 is at a distance H from the side edge 11b opposite the side edge 11a to which the strips 12 are arranged. In the condition as shown in figures 3 and 4, that is the top edge 1 lb.

De verschillende producten 3 die in de houder 1 worden aangebracht kunnen verschillende afmetingen hebben en dus met verschillende hoogtes H boven die onderrand 11b uitsteken, ofwel waarbij de onderranden 1 lb zich op verschillende posities ten opzichte van de houder 1 bevinden. Om te voorzien in een goede uitlij ning zal de houder 1 worden verbonden met een bak 4 die in figuur 2 is weergegeven.The different products 3 which are arranged in the holder 1 can have different dimensions and thus protrude with different heights H above that lower edge 11b, or wherein the lower edges 11b are at different positions with respect to the holder 1. In order to provide a good alignment, the holder 1 will be connected to a tray 4 which is shown in figure 2.

De bak is voorzien van een bodem 41 met daar loodrecht op staande lange zijwanden 42a en korte zijwanden 42b. In de breedterichting B zijn ribben 43 aangebracht, waarbij in de ribben 43 waterdoorlaten 44 zijn aangebracht die het mogelijk maken dat water stroomt over de lengterichting L van de bak 4. De bak is bovendien voorzien van overlopen 45 die zich bevinden op een hoogte boven de hoogte van de ribben 43, zoals later zal worden uitgelegd. De bak 4 is bovendien voorzien van gaten 46 die samenwerken met de uitsteeksels 13a zodanig dat de houder 1 op een vooraf bepaalde hoogte in de bak 4 kan worden aangebracht. In die toestand bevinden de uitsteeksels 13a zich in de gaten 46.The tray is provided with a bottom 41 with perpendicular to it long side walls 42a and short side walls 42b. Ribs 43 are arranged in the width direction B, wherein water passages 44 are arranged in the ribs 43 which allow water to flow over the longitudinal direction L of the container 4. The container is moreover provided with overflows 45 which are located at a height above the height of the ribs 43, as will be explained later. The container 4 is furthermore provided with holes 46 which cooperate with the projections 13a such that the container 1 can be arranged at a predetermined height in the container 4. In that state, the protrusions 13a are in the holes 46.

Om de producten 3, in het bijzonder de onderkanten 3b daarvan, uit te lijnen met de houder 1, en in het bijzonder met de bak 4, wordt de bak 4 aangebracht op de houder 1. Een ribbe 43 van de bak is schematisch weergegeven in figuur 3 en zal in een richting aangegeven met Zx worden bewogen naar de producten 3 toe. Bij aangrijping met de bol 3 zal de bol 3 in een richting Zx naar beneden toe bewegen, wat zichtbaar is in figuur 4. De flexibele klemstroken 12 zullen door hun flexibele karakter vervormen en zich vormen naar de bol 3. Aangezien de bak 4 en de houder 1 zijn voorzien van samenwerkende verbindingsmiddelen in de vorm van uitsteeksels 13A en gaten 46, is de onderlinge positie van de bak 4, en daarmee de ribben 43, ten opzichte van de stroken 11 bepaald. Deze positie is weergegeven in figuur 4. In deze positie is een bol 3 ingeklemd door de bak 4, door de ribben 43, de draagstroken 11 en de klemstroken 12. In deze positie kan het samenstel van de bak 4 en de houder 1 worden omgedraaid, waarbij de ribben 43 voorkomen dat de bollen 3 weer terugvallen.In order to align the products 3, in particular the undersides 3b thereof, with the container 1, and in particular with the container 4, the container 4 is arranged on the container 1. A rib 43 of the container is shown schematically in figure 3 and will be moved towards the products 3 in a direction indicated by Zx. Upon engagement with the sphere 3, the sphere 3 will move downwards in a direction Zx, which is visible in Figure 4. The flexible clamping strips 12 will deform due to their flexible nature and form towards the sphere 3. Since the tray 4 and the holder 1 are provided with cooperating connecting means in the form of protrusions 13A and holes 46, the mutual position of the tray 4, and with it the ribs 43, relative to the strips 11 is determined. This position is shown in Figure 4. In this position a sphere 3 is clamped by the trough 4, by the ribs 43, the carrier strips 11 and the clamping strips 12. In this position the assembly of the trough 4 and the holder 1 can be turned over wherein the ribs 43 prevent the balls 3 from falling back again.

Deze positie is getoond in figuur 6, waarin bovendien zichtbaar is dat de stroken 12 zich naar de geplaatste bollen 3 hebben gevormd en lokaal zijn gedeformeerd. Dit voorziet in een goede klemmende verbinding van de bollen zodat de bollen naast een beperking in de verticale richting Z ook in de breedterichting B en de lengterichting L zijn ingesloten. Deze positie is in dwarsdoorsnede getoond in figuur 5. In dit figuur is zichtbaar dat de onderkanten 3b van ieder van de bollen 3 ligt op de bovenzijde van de ribben 43 zodat zij zijn uitgelijnd op een hoogte H2 ten opzichte van de bodem 41. Eventuele afwijkingen in de groottes van de bollen 3 worden hierbij gecompenseerd door het flexibele karakter van de stroken 12. In het midden van de figuur zijn ter referentie nog eens de stroken 12D in niet vervormde toestand getoond, zodat duidelijk is dat de stroken 12 zich vormen naar de vorm van de bollen 3. In dit figuur is ook water W zichtbaar, waarvan de waterspiegel Wj is weergegeven. Deze waterspiegel Wj wordt bepaald door de overlopen 45. In dit voorbeeld bevinden de onderkanten 3B van de bollen 3 zich onder de waterspiegel Wj.This position is shown in Figure 6, in which it is furthermore visible that the strips 12 have formed towards the placed spheres 3 and are deformed locally. This provides a good clamping connection of the bulbs so that the bulbs are enclosed in addition to a limitation in the vertical direction Z, also in the width direction B and the length direction L. This position is shown in cross-section in figure 5. In this figure it is visible that the undersides 3b of each of the spheres 3 lie on the top of the ribs 43 so that they are aligned at a height H2 relative to the bottom 41. Possible deviations in the sizes of the spheres 3 are here compensated for by the flexible nature of the strips 12. In the middle of the figure the strips 12D are once again shown in the non-deformed state for reference, so that it is clear that the strips 12 form to the shape of the spheres 3. Water W is also visible in this figure, the water level Wj of which is shown. This water level Wj is determined by the overflows 45. In this example, the undersides 3B of the spheres 3 are located below the water level Wj.

In deze toestand zullen de bollen 3 tot bloei worden gebracht en zullen de bollen 3 wortels ontwikkelen die zullen gaan groeien in de ruimte tussen de ribben 43. De groei van de wortels kunnen de bollen 3 opdrukken in een richting aangegeven met Zi in figuur 5. Het elastische karakter van de stroken 12 zullen deze opwaartse krachten echter tegengaan, zodat de bollen 3 stabiel in het verticale vlak zullen worden gehouden. De stroken 12 zijn echter ook voldoende flexibel om het mogelijk te maken de bollen 32 die tot bloei zijn gebracht, schematisch aangegeven met 33 in figuur 5, in een richting Zx uit de combinatie van de bak 4 met de houder 1 te trekken wanneer voldoende kracht wordt uitgeoefend die groter is dan de opstuwende kracht van de wortelgroei.In this state, the bulbs 3 will be brought to fruition and the bulbs 3 will develop roots that will grow in the space between the ribs 43. The growth of the roots can push the bulbs 3 in a direction indicated by Zi in Figure 5. However, the elastic nature of the strips 12 will counteract these upward forces, so that the spheres 3 will be held stably in the vertical plane. However, the strips 12 are also sufficiently flexible to make it possible to pull the bulbs 32 that have been brought to fruition, schematically indicated by 33 in Figure 5, in a direction Zx from the combination of the container 4 with the container 1 when sufficient force is obtained. is exerted that is greater than the driving force of root growth.

In het algemeen, heeft de houder 1 in combinatie met de als bak 4 uitgevoerde tweede houder het voordeel dat het initieel plaatsen van de bollen 3 in de houder 1, zoals is getoond in figuur 3, qua plaatsing niet heel kritisch is aangezien de bollen 3 automatisch zullen worden uitgelijnd. Dit maakt bijvoorbeeld een machinale plaatsing van de bollen 3 in een houder 1 mogelijk. De draagstroken 11 kunnen hierbij als laterale scheidingsmiddelen en geleidingsmiddelen dienen waartussen de bollen 3 kunnen worden aangebracht. In de breedterichting B kunnen de bollen simpelweg tegen elkaar aan worden gelegd. Ook deze plaatsing is niet heel kritisch en kan daardoor beter machinaal worden uitgevoerd.In general, the container 1 in combination with the second container designed as a container 4 has the advantage that the initial placement of the bulbs 3 in the container 1, as shown in Fig. 3, is not very critical in terms of placement since the bulbs 3 will be automatically aligned. This allows, for example, a mechanical placement of the spheres 3 in a holder 1. The carrier strips 11 can in this case serve as lateral separating means and guide means between which the spheres 3 can be arranged. In the width direction B, the spheres can simply be laid against each other. This placement is also not very critical and can therefore be carried out better by machine.

De in dit voorbeeld weergegeven houder 1 is voorzien van doorlopende stroken 12. Dit is echter niet noodzakelijk zoals is weergegeven in figuur 7. In dit voorbeeld zijn de stroken 12 voorzien van insnijdingen 122 zodat afzonderlijke strookdelen 121 worden gevormd. Deze strookdelen 121 kunnen stijver zijn uitgevoerd dan de stroken 12 uit bijvoorbeeld figuur 1, aangezien de onderlinge beweging wordt mogelijk gemaakt door die insnijdingen 122. Als alternatief is het zelfs mogelijk om losse strookdelen 121 aan te brengen op de draagstroken 11.The holder 1 shown in this example is provided with continuous strips 12. However, this is not necessary as shown in Figure 7. In this example, the strips 12 are provided with incisions 122 so that individual strip parts 121 are formed. These strip parts 121 can be made more rigid than the strips 12 of, for example, figure 1, since the mutual movement is made possible by those incisions 122. Alternatively, it is even possible to arrange separate strip parts 121 on the carrier strips 11.

De uitvinding is niet beperkt tot de hier weergegeven uitvoeringsvoorbeelden, doch strekken zich tevens uit tot varianten vallende binnen de reikwijdte van de aangehechte conclusies.The invention is not limited to the exemplary embodiments shown here, but also extends to variants that fall within the scope of the appended claims.

Claims

Holder for agricultural products, in particular plant bulbs, comprising a support structure and clamping members movable relative to the support structure for holding the products, wherein the clamping members are adapted to align the products in a vertical direction relative to the support structure.

Holder as claimed in claim 1, wherein the clamping members comprise a plurality of mutually substantially parallel strips of flexible material which are connected to the support construction.

3. Holder as claimed in claim 2, wherein a strip-shaped clamping member is connected along its longitudinal direction to the supporting construction such that at least one side edge of a strip is movable in the vertical direction.

Holder as claimed in claim 3, wherein a strip is connected to the bearing construction near a first side edge and wherein the second side edge is movable.

A container according to at least one of the preceding claims 3-4, wherein the support structure comprises pairs of strips with mutually movable side edges for holding products.

Holder as claimed in claim 5, wherein the strips in a pair are at an angle with respect to the horizontal with each other, viewed in the width direction of said strips.

7. Holder as claimed in at least one of the foregoing claims 2-6, wherein the strips comprise a plurality of strip parts movable relative to each other, wherein each of said strip parts, at least one free side edge thereof, is movable in vertical direction.

8. Holder as claimed in at least one of the foregoing claims, wherein the supporting construction comprises a support for supporting on a surface, the support being adapted to keep the holder at a distance from the surface in a supported condition such that on the products laid clamping members and the clamping members are kept at a distance from the substrate.

9. Holder as claimed in claims 6 and 8, wherein the strips, in the supported state, run downwards in the width direction towards the side edges.

10. Holder as claimed in at least one of the foregoing claims 2-9, wherein the support construction comprises a frame of support strips which extend substantially parallel to each other, wherein the strip-shaped clamping members are arranged on the support strips.

11. Holder as claimed in at least claims 8 and 10, wherein the strip-shaped clamping members are arranged on or near an edge of the carrier strips, wherein in the supported state the carrier strips and the strip-shaped clamping members form a space for receiving the products.

12. Holder as claimed in at least one of the foregoing claims, wherein the support construction is provided with connecting means which are adapted to cooperate with connecting means of a second holder for placing the holder at a predetermined height in said second holder.

13. Holder as claimed in claim 12, wherein the connecting means are adapted to connect to the second holder in the vertical direction, wherein the products are clamped between the second holder and the clamping members such that the products, in particular those directed towards the second holder sides of those products are vertically aligned with respect to the second holder.

14. Combination of a second holder with a holder arranged therein according to at least one of the preceding claims.

The combination of claim 14, wherein the second container comprises a container for holding water therein.

A combination as claimed in claim 14 or 15, wherein the second holder is provided with ribs for receiving agricultural products thereon, the ribs being aligned with the clamping members.

The combination of claim 16 when dependent on claim 10, wherein the ribs and support strips extend parallel and offset from each other.

18. Combination as claimed in at least claims 15 and 16, further comprising an overflow for draining water from the basin.

A combination according to claim 18, wherein the overflow is at a height above the bottom that is greater than the height of the ribs.

20. Tray, in particular a second holder from the combination according to at least one of the preceding claims, wherein the tray is adapted to receive a holder for agricultural products according to at least one of the preceding claims 1-13, wherein the tray is provided with connecting means cooperating with connecting means of the holder for mutually connecting the holder and the tray such that the products held in the holder are vertically aligned with respect to the tray.

A method for placing agricultural products in a holder, comprising the steps of: - providing a holder according to at least one of the preceding claims 1 - 13; - placing the agricultural products on the clamping members; - connecting the holder to a second holder, wherein during connecting the agricultural products are moved in vertical direction against the clamping members such that in the connected state of the holder and the second holder, the sides of the agricultural products facing the second holder are aligned vertically with respect to the second holder.

A method according to claim 21, wherein the agricultural products are placed upside down on the clamping members, the method further comprising the step of turning over the combination of the holder and the second holder.