NL2008374C2 - PARASOL WITH ASYMMETRIC SCREEN. - Google Patents

PARASOL WITH ASYMMETRIC SCREEN. Download PDF

Info

Publication number
NL2008374C2
NL2008374C2 NL2008374A NL2008374A NL2008374C2 NL 2008374 C2 NL2008374 C2 NL 2008374C2 NL 2008374 A NL2008374 A NL 2008374A NL 2008374 A NL2008374 A NL 2008374A NL 2008374 C2 NL2008374 C2 NL 2008374C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
rotation
parasol
screen
tensioning
guide shaft
Prior art date
Application number
NL2008374A
Other languages
Dutch (nl)
Inventor
Gerrit Hoogendoorn
Peter Hoogland
Original Assignee
Senz Technologies B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Senz Technologies B V filed Critical Senz Technologies B V
Priority to NL2008374A priority Critical patent/NL2008374C2/en
Priority to PCT/NL2013/050129 priority patent/WO2013129928A2/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2008374C2 publication Critical patent/NL2008374C2/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A45HAND OR TRAVELLING ARTICLES
    • A45BWALKING STICKS; UMBRELLAS; LADIES' OR LIKE FANS
    • A45B25/00Details of umbrellas
    • A45B25/10Umbrella crowns
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A45HAND OR TRAVELLING ARTICLES
    • A45BWALKING STICKS; UMBRELLAS; LADIES' OR LIKE FANS
    • A45B25/00Details of umbrellas
    • A45B25/18Covers; Means for fastening same
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A45HAND OR TRAVELLING ARTICLES
    • A45BWALKING STICKS; UMBRELLAS; LADIES' OR LIKE FANS
    • A45B25/00Details of umbrellas
    • A45B25/22Devices for increasing the resistance of umbrellas to wind
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A45HAND OR TRAVELLING ARTICLES
    • A45BWALKING STICKS; UMBRELLAS; LADIES' OR LIKE FANS
    • A45B23/00Other umbrellas
    • A45B2023/0025Umbrellas or sunshades mounted laterally on a wall or on an apparatus
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A45HAND OR TRAVELLING ARTICLES
    • A45BWALKING STICKS; UMBRELLAS; LADIES' OR LIKE FANS
    • A45B23/00Other umbrellas
    • A45B2023/0031Cantilever umbrellas or sunshades with a support arm
    • A45B2023/0037Cantilever umbrellas or sunshades with a support arm the support arm being attached to the stick or to the crown, the canopy being suspended there below

Landscapes

  • Tents Or Canopies (AREA)
  • Operating, Guiding And Securing Of Roll- Type Closing Members (AREA)

Description

PARASOL MET ASYMMETRISCH SCHERMPARASOL WITH ASYMMETRIC SCREEN

De uitvinding heeft betrekking op een parasol met een asymmetrisch scherm.The invention relates to a parasol with an asymmetrical screen.

5 Met 'parasol' wordt in de betekenis van de onderhavige uitvinding te allen tijde een scherm bedoeld dat vast aan de ondergrond of aan een basislichaam bevestigbaar is.In the meaning of the present invention, 'parasol' is understood to mean at all times a screen which can be fixed to the substrate or to a basic body.

Opgemerkt wordt dat de term 'asymmetrisch' in 10 relatie tot parasols, door de vakman doorgaans wordt geassocieerd met een vorm die rotatie-asymmetrisch, doch lijn-symmetrisch is. In deze betekenis dient 'asymmetrisch' tevens in de context van de onderhavige uitvinding consequent te worden uitgelegd.It is noted that the term "asymmetrical" in relation to umbrellas is generally associated by those skilled in the art with a shape that is rotationally asymmetrical, but line-symmetrical. In this sense, "asymmetrical" should also be interpreted consistently in the context of the present invention.

15 Parasols met een asymmetrisch scherm, waarbij het scherm rond een aan de ondergrond gefixeerde geleidingsas roteerbaar is, zijn thans bekend. Het schaduwvlak van dergelijke parasols is door de gebruiker binnen een bepaald bereik rondom de geleidingsas in een gewenste stand 20 fixeerbaar.Umbrellas with an asymmetrical screen, wherein the screen can be rotated around a guide axis fixed to the substrate, are now known. The shadow surface of such parasols can be fixed by the user within a certain range around the guide axis in a desired position.

Nadelen van dergelijke gefixeerde asymmetrische parasols zijn erin gelegen dat zij door de asymmetrische vorm van het scherm extra gevoelig zijn voor instabiliteit en omgeblazen worden ten gevolge van windvlagen. Daardoor 25 zijn deze asymmetrische parasols minder geschikt voor windgevoelige locaties, zoals plaatsing nabij een open (water)vlakte of juist in een turbulente luchtstroom rond gebouwen en andere objecten.Disadvantages of such fixed asymmetrical parasols are that they are extra sensitive to instability due to the asymmetrical shape of the screen and are blown by wind gusts. As a result, these asymmetrical parasols are less suitable for wind-sensitive locations, such as placement near an open (water) plain or, conversely, in a turbulent air flow around buildings and other objects.

De uitvinding heeft nu tot doel een parasol van de 30 hiervoor beschreven soort te verschaffen, waarbij de genoemde nadelen zich niet, of althans in mindere mate voordoen.The invention now has for its object to provide a parasol of the type described above, wherein the disadvantages mentioned do not occur, or at least to a lesser extent.

22

Het genoemde doel is bereikt met de parasol volgens de uitvinding, omvattende: - een geleidingsas waarmee de parasol tijdens gebruik aan de vaste wereld bevestigbaar is; 5 - een eerste spanorgaanverbindingsmiddel dat aan de geleidingsas is aangebracht; - een tweede spanorgaanverbindingsmiddel voor het in- of uitklappen van een scherm van flexibel materiaal, waarbij het tweede spanorgaanverbindingsmiddel in 10 longitudinale richting langs de geleidingsas transleerbaar is aangebracht; - schermspanmiddelen omvattende een stel eerste spanorganen en een stel overeenkomstige tweede spanorganen; - waarbij de eerste spanorganen scharnierbaar aan 15 het eerste spanorgaanverbindingsmiddel zijn aangebracht en zich daarvandaan uitstrekken; - waarbij de tweede spanorganen met een eerste uiteinde scharnierbaar aan het tweede spanorgaanverbindingsmiddel zijn aangebracht, en met hun 20 tweede uiteinde scharnierbaar zijn verbonden met een overeenkomstig eerste spanorgaan; - waarbij de eerste spanorganen verschillende lengten vertonen en het scherm een rotatie-asymmetrische en lijn-symmetrische vorm vertoont; en 25 - waarbij rotatie-beïnvloedingsmiddelen zijn voorzien voor het bevorderen of reduceren van de rotatie van het scherm van de parasol ten opzichte van de vaste wereld.Said object has been achieved with the parasol according to the invention, comprising: - a guide axis with which the parasol can be fixed to the fixed world during use; - a first tensioning means connecting means which is arranged on the guide shaft; - a second tensioning means connecting means for collapsing or unfolding a screen of flexible material, wherein the second tensioning means connecting means is arranged so as to be translatable in the longitudinal direction along the guide axis; - screen tensioning means comprising a set of first tensioning members and a set of corresponding second tensioning members; - wherein the first tensioning members are pivotally arranged on the first tensioning member connecting means and extend therefrom; - wherein the second clamping members are pivotally mounted on the second clamping member connecting means with a first end and are pivotally connected with a second clamping member with their second end; - wherein the first tensioning members have different lengths and the screen has a rotation-asymmetrical and line-symmetrical shape; and - wherein rotation-influencing means are provided for promoting or reducing the rotation of the parasol's screen relative to the fixed world.

Door volgens de uitvinding een parasol met een asymmetrisch scherm te voorzien van rotatie-30 beïnvloedingsmiddelen, kunnen instabiele situaties en het omgeblazen worden van de parasol worden voorkomen.By providing a parasol with an asymmetrical screen according to the invention with rotation-influencing means, unstable situations and the parasol being blown over can be prevented.

De geleidingsas van de parasol is tijdens gebruik direct of indirect aan de vaste wereld bevestigbaar is. Bij 3 een indirecte verbinding is er ten minste een tussenliggend draaglichaam tussen de geleidingsas en de vaste wereld aangebracht.The guide axis of the parasol can be attached directly or indirectly to the fixed world during use. In the case of an indirect connection, at least one intermediate supporting body is arranged between the guide axis and the fixed world.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm en een eerste 5 aspect van de uitvinding, omvatten de rotatie- beïnvloedingsmiddelen rotatie-weerstandsmiddelen die onder een vooraf bepaalde drempelwaarde weerstand bieden aan de rotatie van het scherm van de parasol ten opzichte van de vaste wereld. Een asymmetrisch scherm volgens de uitvinding 10 heeft een zelfinstellend effect, waarbij het scherm onder invloed van de windkracht een stabiele voorkeurspositie zal trachten in te nemen. In deze stabiele voorkeurspositie is de aangeblazen richting op de kortere voorzijde van de parasol gericht, en bevindt de langere achterzijde zich van 15 de wind vandaan.According to a preferred embodiment and a first aspect of the invention, the rotation-influencing means comprise rotation-resistance means which, under a predetermined threshold value, resist the rotation of the parasol's screen relative to the fixed world. An asymmetrical screen according to the invention 10 has a self-adjusting effect, wherein the screen will try to assume a stable preferred position under the influence of the wind force. In this stable preferred position, the blown direction is directed to the shorter front of the parasol, and the longer rear is away from the wind.

Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is het eerste spanorgaanverbindingsmiddel roteerbaar om de langsrichting van de geleidingsas aangebracht, is het tweede spanorgaanverbindingsmiddel roteerbaar om de langsrichting 20 van de geleidingsas aangebracht, en zijn rotatie- beïnvloedingsmiddelen voorzien voor het bevorderen of reduceren van de rotatie van de geleidingsas ten opzichte van het spanorgaanverbindingsmiddel.According to a further preferred embodiment, the first tensioning member connecting means is rotatably arranged about the longitudinal direction of the guide axis, the second tensioning connecting means is rotatably arranged about the longitudinal direction of the guiding axis, and rotation-influencing means are provided for promoting or reducing the rotation of the guiding axis with respect to of the tensioner connector.

Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm 25 omvatten de rotatie-beïnvloedingsmiddelen rotatie-weerstandsmiddelen die onder een vooraf bepaalde drempelwaarde weerstand bieden aan de rotatie van het scherm van de parasol ten opzichte van het van rotatie-weerstandsmiddelen voorziene spanorgaanverbindingsmiddel.According to a further preferred embodiment, the rotation-influencing means comprise rotation-resistance means which, under a predetermined threshold value, resist the rotation of the parasol's screen relative to the tensioning-means connecting means provided with rotation-resistance means.

30 De door de windkracht op het scherm uitgeoefende kracht resulteert, via de neiging van het scherm om naar de stabiele voorkeurspositie te draaien, in een rotatiekracht 4 tussen de geleidingsas van de parasol en het van rotatie-weerstandsmiddelen voorziene spanorgaanverbindingsmiddel.The force exerted by the wind force on the screen, via the tendency of the screen to turn to the stable preferred position, results in a rotation force 4 between the guide axis of the parasol and the tensioning means connecting means provided with rotational resistance means.

Zolang deze rotatiekracht de drempelwaarde van de rotatie-weerstandsmiddelen niet overschrijdt, wordt een 5 dergelijke relatieve rotatie voorkomen, en blijft de parasol in zijn door de gebruiker vooringestelde stand. Het schaduwvlak blijft dan onveranderd.As long as this rotational force does not exceed the threshold value of the rotational resistance means, such a relative rotation is prevented, and the parasol remains in its position preset by the user. The shadow plane then remains unchanged.

Wanneer de windkracht toeneemt zal ook het scherm een steeds grotere belasting ten gevolge van deze windkracht 10 ondervinden. De drempelwaarde van de rotatie- weerstandsmiddelen is echter zodanig gekozen dat een rotatie tussen de geleidingsas van de parasol en het van rotatie-weerstandsmiddelen voorziene spanorgaanverbindingsmiddel wordt toegestaan voordat de door de windkracht op het scherm 15 uitgeoefende krachten tot bezwijken of omwaaien van de parasol leiden.As the wind force increases, the screen will also experience an increasing load due to this wind force. The threshold value of the rotational resistance means is, however, chosen such that a rotation between the guide axis of the parasol and the tensioning means connecting means provided with rotational resistance means is allowed before the forces exerted on the screen by the wind force lead to collapse or overturning of the parasol.

Doordat de drempelwaarde enerzijds voldoende laag is om bezwijken of omwaaien van de parasol te voorkomen, wordt de levensduur van de parasol enorm vergroot. Bovendien 20 worden gevaarlijke situaties, die kunnen ontstaan wanneer een parasol om waait of zelfs weg waait, voorkomen.Because the threshold value is on the one hand sufficiently low to prevent the parasol from collapsing or being blown over, the lifespan of the parasol is greatly increased. Moreover, dangerous situations, which can arise when a parasol blows or even blows away, are prevented.

Doordat de drempelwaarde anderzijds voldoende hoog is om tijdens normale windcondities de parasol in de door de gebruiker vooringestelde stand te blijven fixeren, blijft 25 het schaduwvlak tijdens normaal gebruik onveranderd. Enkel wanneer dat nodig is om bezwijken of omwaaien te voorkomen, zal de door de gebruiker vooringestelde stand met bijbehorend schaduwvlak verdraaien.On the other hand, because the threshold value is sufficiently high to continue to fix the sunshade in the position preset by the user during normal wind conditions, the shadow surface remains unchanged during normal use. Only when this is necessary to prevent collapse or blow-over, will the position preset by the user rotate with the corresponding shadow surface.

Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm zijn 30 de rotatie-weerstandsmiddelen aangebracht in het eerste en/of het tweede spanorgaanverbindingsmiddel. Het eerste en/of tweede spanorgaanverbindingsmiddel fungeren als behuizing die de rotatie-weerstandsmiddelen beschermen tegen 5 vuil (bijvoorbeeld zand) en weersinvloeden, en bovendien een esthetisch fraaie vormgeving van de parasol mogelijk maken.According to a further preferred embodiment, the rotation-resistance means are arranged in the first and / or the second tensioning means connecting means. The first and / or second tensioning means connecting means act as a housing which protects the rotation-resistance means against dirt (for example sand) and weather influences, and moreover enables an aesthetically attractive design of the parasol.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de rotatie-weerstandsmiddelen: 5 - een eerste wrijvingslichaam dat ten minste rotatievast met de geleidingsas is verbonden; - een tweede wrijvingslichaam dat ten minste rotatievast met het van rotatie-weerstandsmiddelen voorziene spanorgaanverbindingsmiddel is verbonden; en 10 - waarbij het eerste en tweede wrijvingslichaam met hun wrijvingsvlakken zodanig op elkaar aangrijpen dat de wrijving in hun contactvlak onder een vooraf bepaalde drempelwaarde weerstand biedt aan de rotatie van de geleidingsas ten opzichte van het van rotatie-15 weerstandsmiddelen voorziene spanorgaanverbindingsmiddel.According to a still further preferred embodiment, the rotation-resistance means comprise: a first friction body which is at least rotationally connected to the guide axis; - a second friction body which is at least rotationally connected to the tensioning means connecting means provided with rotation-resistance means; and wherein the first and second friction bodies engage with each other with their friction surfaces such that the friction in their contact surface below a predetermined threshold value resists the rotation of the guide shaft with respect to the tensioning means connecting means provided with rotation-resistance means.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm is ten minste één van de wrijvingslichamen in de langsrichting van de geleidingsas transleerbaar. Dit wrijvingsvlak is transleerbaar ten opzichte van het lichaam 20 waaraan het rotatievast is verbonden. Zo kan het wrijvingsvlak transleerbaar zijn ten opzichte van de behuizing van het spanorgaanverbindingsmiddel, en/of ten opzichte van de geleidingsas. Doordat enige mate van transleerbaarheid mogelijk is, kunnen de wrijvingslichamen 25 van een hard en slijtvast materiaal uitgevoerd worden. Het is echter tevens denkbaar dat de wrijvingslichamen op zichzelf enige mate veerkrachtig zijn, in welke geval de transleerbaarheid niet per se noodzakelijk is.According to a still further preferred embodiment, at least one of the friction bodies can be translated in the longitudinal direction of the guide shaft. This friction surface is translatable relative to the body 20 to which the rotationally fixed is connected. The friction surface can thus be translatable relative to the housing of the tensioning means connecting means, and / or relative to the guide axis. Because some degree of translatability is possible, the friction bodies 25 can be made of a hard and wear-resistant material. However, it is also conceivable that the friction bodies are per se somewhat resilient, in which case the translatability is not necessarily necessary.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm 30 zijn veermiddelen voorzien die ten minste één in de langsrichting van de geleidingsas beweegbaar wrijvingslichaam in deze langsrichting in de richting van het andere wrijvingslichaam duwt. Met behulp van de 6 veermiddelen zijn de wrijvingslichamen ten opzichte van elkaar voorgespannen. Door een veerlichaam met een gewenste veerkarakteristiek te kiezen, kan tijdens het ontwerp de drempelwaarde naar wens worden gekozen.According to a still further preferred embodiment, spring means are provided that push at least one friction body movable in the longitudinal direction of the guide shaft in this longitudinal direction in the direction of the other friction body. The friction bodies are biased relative to each other with the aid of the 6 spring means. By selecting a spring body with a desired spring characteristic, the threshold value can be selected as desired during the design.

5 Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de veerkracht van de veermiddelen instelbaar. Hierdoor is de voorspanning ook achteraf nog aanpasbaar. De drempelwaarde kan naar wens worden ingesteld, of worden aangepast om voor slijtage te corrigeren.According to a still further preferred embodiment, the spring force of the spring means is adjustable. This means that the pre-tension can also be adjusted afterwards. The threshold value can be set as desired, or adjusted to correct for wear.

10 Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm zijn de wrijvingslichamen in de langsrichting van de geleidingsas tussen aanslagen opgesloten. Deze aanslagen begrenzen de ruimte waartussen de wrijvingslichamen en de veermiddelen opgesloten zijn, en waarborgen zo een optimale 15 werking.According to a still further preferred embodiment, the friction bodies are confined between stops in the longitudinal direction of the guide shaft. These stops limit the space between which the friction bodies and the spring means are enclosed, and thus guarantee an optimum operation.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm is het contactvlak van de op elkaar aangrijpende wrijvingsvlakken van het eerste en tweede wrijvingslichaam dwars op de langsrichting van de geleidingsas georiënteerd. 20 Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm zijn de op elkaar aangrijpende wrijvingsvlakken van het eerste en tweede wrijvingslichaam van een hoogteprofiel voorzien. Door dit hoogteprofiel wordt een aantal stabiele voorkeursstanden van de wrijvingsvlakken onderling 25 gedefinieerd: namelijk waar een top en een dal nauw op elkaar aansluiten. Bij een relatieve verdraaiing tussen beide wrijvingsvlakken, dienen twee toppen elkaar te passeren, hetgeen de maximale drempelwaarde bepaalt. Echter, zodra deze drempelwaarde overwonnen is, en de toppen elkaar 30 letterlijk gepasseerd hebben, volgt een volgende stabiele voorkeursstand waarin een top en een dal nauw op elkaar aansluiten. De relatieve verdraaiing tussen beide wrijvingsvlakken zal geneigd zijn in deze volgende stabiele 7 voorkeursstand van de wrijvingsvlakken onderling te stoppen, daar waar een top en een dal nauw op elkaar aansluiten. Het hoogteprofiel heeft aldus een remmende werking op de hoekverdraaiing tussen de geleidingsas en het van rotatie-5 weerstandsmiddelen voorziene spanorgaanverbindingsmiddel. Hiermee wordt gewaarborgd dat de door de gebruiker vooringestelde stand met bijbehorend schaduwvlak, enkel over een hoek verdraait die nodig is om bezwijken of omwaaien van de parasol te voorkomen. Voorkomen wordt dat het 10 zelfinstellend effect van de parasol het scherm verder in de richting van de stabiele voorkeurspositie van het scherm roteert dan nodig is, hetgeen het schaduwvlak onnodig ver zou wegdraaien van de vooringestelde stand.According to a still further preferred embodiment, the contact surface of the mutually engaging friction surfaces of the first and second friction body is oriented transversely to the longitudinal direction of the guide shaft. According to a still further preferred embodiment, the frictional surfaces of the first and second friction bodies which engage one another are provided with a height profile. Because of this height profile, a number of stable preferred positions of the friction surfaces are mutually defined: namely where a top and a trough closely connect. With a relative rotation between the two friction surfaces, two tops must pass each other, which determines the maximum threshold value. However, as soon as this threshold value has been overcome, and the tops have literally passed each other, a following stable preferred position follows in which a top and a trough closely match. The relative rotation between the two friction surfaces will be inclined to stop mutually in this next stable position of the friction surfaces, where a top and a valley close closely to each other. The height profile thus has a braking effect on the angular rotation between the guide axis and the tensioning means connecting means provided with rotation-resistance means. This ensures that the position preset by the user with corresponding shadow surface only rotates through an angle that is necessary to prevent the parasol from collapsing or being turned over. The self-adjusting effect of the parasol is prevented from rotating the screen further in the direction of the stable preferred position of the screen than is necessary, which would unnecessarily rotate the shadow surface away from the preset position.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm 15 is het hoogteprofiel een zaagtandprofiel of een golfvormig profiel. Deze bij voorkeur regelmatige vormen zijn bijzonder voordelig gebleken.According to a still further preferred embodiment, the height profile is a saw-tooth profile or a wave-shaped profile. These preferably regular shapes have been found to be particularly advantageous.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de rotatie-beïnvloedingsmiddelen rotatie-20 weerstandsmiddelen die zijn aangebracht in het ankerlichaam, en onder een vooraf bepaalde drempelwaarde weerstand bieden aan de rotatie van de geleidingsas ten opzichte van het van rotatie-weerstandsmiddelen voorziene ankerlichaam.According to a still further preferred embodiment, the rotation-influencing means comprise rotation-resistance means which are arranged in the anchor body and which, under a predetermined threshold value, resist the rotation of the guide shaft relative to the anchor body provided with rotation-resistance means.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm 25 bestaat de geleidingsas uit ten minste twee delen, en omvatten de rotatie-beïnvloedingsmiddelen rotatie-weerstandsmiddelen die zijn aangebracht tussen de twee delen van de geleidingsas, en onder een vooraf bepaalde drempelwaarde weerstand bieden aan de rotatie van deze delen 30 van de geleidingsas ten opzichte van elkaar.According to a still further preferred embodiment, the guide axis consists of at least two parts, and the rotation-influencing means comprise rotation-resistance means which are arranged between the two parts of the guide axis and which resist the rotation of these parts under a predetermined threshold value. of the guide axis with respect to each other.

De hierboven beschreven verschillende uitvoeringsvormen van de rotatie-weerstandsmiddelen verschaffen de mogelijk om een door een parasol gewenste 8 schaduwplek naar wens instelbaar te maken, terwijl wordt voorkomen dat de parasol bij een hoge windkracht bezwijkt, zoals bij een conventionele parasol, die in een gewenste stand volledig wordt gefixeerd, het geval zal zijn.The various embodiments of the rotation-resistance means described above provide the possibility of making a shadow location desired by a parasol adjustable as desired, while preventing the parasol from collapsing at a high wind force, such as a conventional parasol, which in a desired position fully fixed, it will be the case.

5 Hoewel een asymmetrische parasol volgens de uitvinding, waarbij de vorm rotatie-asymmetrisch en lijn-symmetrisch is, een zelfinstellend effect heeft in de meeste aangeblazen windrichtingen ten opzichte van het scherm, is dit effect niet optimaal in een zuiver van achteren 10 aangeblazen windrichting. De wind blaast daarbij op het lange achterste schermdeel. Dit lange deel heeft een groot frontaal oppervlak, en bovendien een relatief lange momentarm, waardoor de kans op het omwaaien van de parasol in deze stand relatief groot is. Dit is in het bijzonder het 15 geval bij conventionele asymmetrische parasols, die volledig worden gefixeerd in een gewenste schaduwstand.Although an asymmetrical parasol according to the invention, in which the shape is rotation-asymmetrical and line-symmetrical, has a self-adjusting effect in most blown wind directions relative to the screen, this effect is not optimal in a pure wind direction blown from behind. The wind blows on the long rear screen section. This long part has a large frontal surface, and moreover a relatively long moment arm, as a result of which the chance of the parasol turning over in this position is relatively large. This is in particular the case with conventional asymmetrical parasols, which are completely fixed in a desired shadow position.

Hoewel dit omblaasrisico voor iedere parasol met een asymmetrisch scherm bestaat, is de kans hierop vergroot wanneer de parasol is voorzien van de hierboven beschreven 20 rotatie-weerstandsmiddelen.Although this risk of blow-over exists for every parasol with an asymmetrical screen, the chance of this occurring is increased if the parasol is provided with the rotation-resistance means described above.

Om bij een parasol met een asymmetrisch scherm het zelfinstellende effect bij een zuiver vanaf de achterzijde aangeblazen richting te verbeteren, omvatten volgens een tweede aspect van de uitvinding de rotatie-25 beïnvloedingsmiddelen rotatie-bevorderingsmiddelen die zijn ingericht voor het daarmee bij een vooraf bepaalde aangeblazen richting ten opzichte van het scherm bevorderen van de rotatie van de geleidingsas ten opzichte van de spanorgaanverbindingsmiddelen.According to a second aspect of the invention, in order to improve the self-adjusting effect of a parasol with an asymmetrical screen in a direction purely blown from the rear, the rotation-influencing means comprise rotation-promoting means which are adapted to thereby be used in a predetermined blown direction promoting rotation of the guide shaft relative to the tensioning member connecting means with respect to the screen.

30 De toepassing van dergelijke rotatie- bevorderingsmiddelen is in het bijzonder voordelig wanneer de parasol tevens rotatie-beïnvloedingsmiddelen in de vorm 9 van de hierboven beschreven rotatie-weerstandsmiddelen heeft.The use of such rotation-promoting means is particularly advantageous when the parasol also has rotation-influencing means in the form 9 of the rotation-resistance means described above.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de rotatie-bevorderingsmiddelen een lijn-5 asymmetrisch aan het scherm aangebracht evenwichtsverstorend orgaan met windopvangmiddelen. Met behulp van het evenwichtsverstorend orgaan wordt het labiele evenwicht in zuiver van achteren aangeblazen richting op de langere achterzijde verstoord, waardoor het zelfinstellende effect 10 van de parasol in gang wordt gezet. Via het zelfinstellende effect zal de parasol doorroteren tot de stabiele evenwichtsstand, waarbij de aangeblazen richting op de kortere voorzijde van de parasol is gericht.According to a still further preferred embodiment, the rotation-promoting means comprise a line-asymmetrically arranged element on the screen with disturbing means comprising wind-collecting means. With the aid of the balance-disrupting organ, the unstable balance is blown in a purely rear-blown direction on the longer rear, thereby triggering the self-adjusting effect of the parasol. Via the self-adjusting effect, the parasol will continue to rotate to the stable equilibrium position, with the blown direction directed at the shorter front of the parasol.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm 15 is de vooraf bepaalde aangeblazen richting ten opzichte van het scherm in hoofdzaak gelegen in de richting waarin het kortste op of langs de symmetrielijn gelegen schermdeel zich vanaf de geleidingsas uitstrekt.According to a still further preferred embodiment, the predetermined blown direction relative to the screen is substantially in the direction in which the shortest screen part located on or along the line of symmetry extends from the guide axis.

Anders verwoord, is de vooraf bepaalde aangeblazen 20 richting ten opzichte van het scherm, waarin de rotatie tussen de geleidingsas en de spanorgaanverbindingsmiddelen wordt bevorderd, in hoofdzaak gelegen langs de symmetrielijn, in de richting van het langste op of langs de symmetrielijn gelegen schermdeel naar het kortste op of 25 langs de symmetrielijn gelegen schermdeel.Put differently, the predetermined blown direction relative to the screen, in which the rotation between the guide axis and the tensioning member connecting means is promoted, is substantially located along the line of symmetry, in the direction of the longest screen part located on or along the line of symmetry towards the shortest screen part located on or along the line of symmetry.

De vooraf bepaalde aangeblazen richting ten opzichte van het scherm is aldus vanaf het schermdeel dat voor het langste deel op of langs de symmetrielijn is gelegen, in de richting van het schermdeel dat voor het 30 kortste deel op of langs de symmetrielijn is gelegen.The predetermined blown direction with respect to the screen is thus from the screen part which is located for the longest part on or along the line of symmetry, in the direction of the screen part which for the shortest part is located on or along the line of symmetry.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm is het evenwichtsverstorend orgaan een zakachtig orgaan. Een 10 zakachtig orgaan heeft het voordeel dat de opvouwbaarheid van de parasol nagenoeg ongewijzigd behouden blijft.According to a still further preferred embodiment, the balance-disrupting member is a bag-like member. A bag-like member has the advantage that the foldability of the parasol is maintained substantially unchanged.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm zijn de uiteinden van de rand van het zakachtig 5 evenwichtsverstorend orgaan, dat is gekeerd naar het schermdeel dat voor het langste deel op of langs de symmetrielijn is gelegen, dichter bij elkaar aan het scherm aangebracht dan de lengte van deze rand. De rand van het zakachtig evenwichtsverstorend orgaan, dat is gekeerd naar 10 het schermdeel dat voor het langste deel op of langs de symmetrielijn is gelegen, ligt daardoor in onopgeblazen ruststand van het zakachtig orgaan in enige mate geplooid op het scherm. Deze geplooide rusttoestand maakt het zakachtig orgaan vatbaar voor daarin waaiende wind, waardoor het 15 zakachtig orgaan als evenwichtsstorend orgaan gaat fungeren wanneer de wind er vanaf de vooraf bepaalde aangeblazen richting ten opzichte van het scherm, in waait.According to a still further preferred embodiment, the ends of the edge of the bag-like equilibrium-distorting member, which faces the screen part which is located for the longest part on or along the line of symmetry, are arranged closer to each other on the screen than the length of this edge . The edge of the bag-like equilibrium distorting member, which faces the screen part which is located for the longest part on or along the line of symmetry, is therefore folded to some extent on the screen in the non-inflated rest position of the bag-like member. This pleated rest condition renders the bag-like member susceptible to wind blowing in it, as a result of which the bag-like member starts to act as a balancing member when the wind blows in from the predetermined blown direction relative to the screen.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de rand van het zakachtig evenwichtsverstorend orgaan, 20 dat is gekeerd naar het schermdeel dat voor het langste deel op of langs de symmetrielijn is gelegen, voorzien van openhoudmiddelen. Doordat het zakachtig orgaan open wordt gehouden, vangt deze makkelijker wind.According to a still further preferred embodiment, the edge of the bag-like equilibrium-distorting member, which faces the screen part which is located for the longest part on or along the line of symmetry, is provided with holding means. Because the bag-like organ is kept open, it more easily catches wind.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm 25 omvatten de openhoudmiddelen een zich langs de rand van het zakachtig evenwichtsverstorend orgaan uitstrekkend opspanorgaan. Dit opspanorgaan is bijvoorbeeld een veerkrachtige onder buigspanning staande strip.According to a still further preferred embodiment the holding means comprise a clamping member extending along the edge of the bag-like equilibrium-disturbing member. This clamping member is, for example, a resilient bending stress.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm 30 is het evenwichtsverstorend orgaan aan de bovenzijde van het scherm aangebracht. Uit wetenschappelijke testen is gebleken dat de asymmetrische vorm volgens de uitvinding fungeert als een vliegtuigvleugel, waarbij de bovenzijde van het scherm 11 als bolle zijde van de vleugel kan worden aangemerkt.According to a still further preferred embodiment, the balance-disturbing member is arranged on the top of the screen. Scientific tests have shown that the asymmetrical shape according to the invention functions as an airplane wing, the top side of the screen 11 being regarded as the convex side of the wing.

Doordat de door de wind af te leggen weg over deze bolle bovenzijde langer is, wordt de wind hier versneld. Bij een vliegtuigvleugel ontstaat hierdoor, via een drukverschil 5 tussen boven- en onderzijde van de vleugel, een lifteffect. Plaatsing van het evenwichtsverstorend orgaan aan de bovenzijde van het scherm heeft het voordeel dat dit evenwichtsorgaan zich in een versnelde luchtstroom bevindt, waardoor het evenwichtsverstorend effect wordt versterkt.Because the road to be covered by the wind over this convex upper side is longer, the wind is accelerated here. In the case of an aircraft wing, this creates a lift effect via a pressure difference between the top and bottom of the wing. Placing the equilibrium element on the top of the screen has the advantage that this equilibrium element is in an accelerated air stream, whereby the equilibrium distortion effect is enhanced.

10 In de navolgende beschrijving worden voorkeursuitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding aan de hand van de tekening verder verklaard, waarin tonen:In the following description, preferred embodiments of the present invention are further explained with reference to the drawing, in which:

Figuur 1: een zijaanzicht van een parasol volgens de uitvinding; 15 Figuur 2: een perspectivische weergave van de in figuur 1 getoonde parasol;Figure 1: a side view of a parasol according to the invention; Figure 2: a perspective view of the parasol shown in Figure 1;

Figuren 3 en 4: alternatieve uitvoeringsvormen van een asymmetrische parasol volgens de uitvinding;Figures 3 and 4: alternative embodiments of an asymmetrical parasol according to the invention;

Figuur 5: een weergave van een constructie volgens 20 een eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding;Figure 5: a representation of a construction according to a first embodiment of the invention;

Figuren 6 en 7: een detail- en uitgetrokken weergave van het van rotatie-weerstandsmiddelen voorziene spanorgaanverbindingsmiddel van de in figuur 5 getoonde uitvoeringsvorm; 25 Figuur 8: een weergave van een constructie volgens een tweede uitvoeringsvorm van de uitvinding;Figures 6 and 7: a detailed and exploded view of the clamping means connecting means provided with rotation-resistance means of the embodiment shown in Figure 5; Figure 8: a representation of a construction according to a second embodiment of the invention;

Figuren 9 en 10: een detail- en uitgetrokken weergave van het van rotatie-weerstandsmiddelen voorziene spanorgaanverbindingsmiddel van de in figuur 8 getoonde 30 uitvoeringsvorm;Figures 9 and 10: a detailed and exploded view of the clamping means connecting means provided with rotation-resistance means of the embodiment shown in Figure 8;

Figuur 11: een uitgetrokken weergave van een constructie volgens een derde uitvoeringsvorm van de uitvinding; 12Figure 11: an exploded view of a construction according to a third embodiment of the invention; 12

Figuren 12A en 12B: een doorsnede en uitgetrokken weergave van een constructie volgens een vierde uitvoeringsvorm van de uitvinding;Figures 12A and 12B: a sectional and exploded view of a construction according to a fourth embodiment of the invention;

Figuur 13A: een perspectivische weergave van een 5 van rotatie-bevorderingsmiddelen voorzien scherm, waarbij de rotatie-bevorderingsmiddelen zich in een ruststand bevinden;Figure 13A: a perspective view of a screen provided with rotation-promoting means, the rotation-promoting means being in a rest position;

Figuur 13B: een perspectivische weergave van een scherm, waarbij de in figuur 13A getoonde rotatie-bevorderingsmiddelen zich in een aangeblazen gebruiksstand 10 bevinden; enFigure 13B: a perspective view of a screen, the rotation-promoting means shown in Figure 13A being in an inflated position of use 10; and

Figuren 14A en 14B: een perspectivische doorsnede en een perspectivische uitgetrokken weergave van een constructie volgens een vijfde uitvoeringsvorm van de uitvinding.Figures 14A and 14B: a perspective sectional view and a perspective view of a construction according to a fifth embodiment of the invention.

15 De parasol 1 volgens de uitvinding omvat een asymmetrisch scherm 10 dat met behulp van schermspanmiddelen 12, bestaande uit eerste spanorganen 14 en tweede spanorganen 16, wordt opgespannen. De schermspanmiddelen 12 zijn met spanorgaanverbindingsmiddelen 6, 8 met de 20 geleidingsas 2 verbonden. De geleidingsas 2 steunt in de in figuur 1 getoonde uitvoeringsvorm in een ankerlichaam 28, en de asymmetrische vorm van het scherm verschaft de mogelijkheid om het schaduwvlak in een door de gebruiker gewenste positie te plaatsen.The parasol 1 according to the invention comprises an asymmetrical screen 10 which is tensioned with the aid of screen tensioning means 12, consisting of first tensioning members 14 and second tensioning members 16. The screen tensioning means 12 are connected with tensioning means connecting means 6, 8 to the guide shaft 2. In the embodiment shown in Figure 1, the guide shaft 2 is supported in an anchor body 28, and the asymmetrical shape of the screen provides the possibility of placing the shadow plane in a position desired by the user.

25 In de perspectivische weergave van figuur 2 is het scherm 10 doorzichtig getekend, waardoor de constructie van eerste en tweede spanorganen 14, 16 en de spanorgaanverbindingsmiddelen 6, 8 zichtbaar is. In één of beide spanorgaanverbindingsmiddelen 6, 8 kunnen rotatie- 30 weerstandsmiddelen volgens de uitvinding worden ondergebracht.In the perspective representation of figure 2, the screen 10 is shown transparent, so that the construction of first and second clamping members 14, 16 and the clamping member connecting means 6, 8 is visible. Rotation resistance means according to the invention can be accommodated in one or both tensioning member connecting means 6, 8.

Het tweede spanorgaanverbindingsmiddel 8 is langs de geleidingsas 2 transleerbaar, en fungeert als 13 bedieningsmiddel voor het in- of uitklappen van het scherm 10.The second tensioning means connecting means 8 is translatable along the guide axis 2, and functions as an operating means for folding in or out the screen 10.

Naast de in figuur 1 getoonde conventionele staande parasol, is de uitvinding tevens toepasbaar op 5 alternatieve parasoltypen, zoals de in figuren 3 en 4 getoonde zwevende parasols. De geleidingsas 2 is hier via een draaglichaam 26 verbonden met een ankerlichaam 28. Schermspanmiddelen 12, wederom gevormd door eerste spanorganen 14 en tweede spanorganen 16, spannen het scherm 10 10 op.In addition to the conventional standing parasol shown in Figure 1, the invention is also applicable to alternative types of parasols, such as the floating parasols shown in Figures 3 and 4. The guide shaft 2 is here connected via a support body 26 to an anchor body 28. Screen tensioning means 12, again formed by first tensioning members 14 and second tensioning members 16, tension the screen 10.

In de parasols van de figuren 1-4, zijn de eerste spanorganen 14 met hun eerste uiteinde 18 scharnierbaar met het eerste spanorgaanverbindingsmiddel 6 verbonden. De tweede spanorganen 16 zijn op vergelijkbare wijze met hun 15 eerste uiteinde 22 scharnierbaar aan het tweede spanorgaanverbindingsmiddel 8 aangebracht. Het tweede uiteinde 24 van tweede spanorganen 16 is scharnierbaar verbonden met een overeenkomstig eerste spanorgaan 14.In the parasols of figures 1-4, the first tensioning members 14 are hingedly connected with their first end 18 to the first tensioning member connecting means 6. The second tensioning members 16 are pivotally arranged on the second tensioning member connecting means 8 with their first end 22. The second end 24 of second tensioning members 16 is hingedly connected to a corresponding first tensioning member 14.

De spanorganen vertonen verschillende lengten, 20 zodanig dat het scherm daardoor een rotatie-asymmetrische en lijnsymmetrische vorm verkrijgt. Een dergelijke asymmetrische vorm heeft een gewenst zelfinstellend effect, waarbij het onder invloed van de wind een stabiele voorkeurspositie zal trachten in te nemen.The tensioning members have different lengths, such that the screen thereby acquires a rotationally asymmetrical and line-symmetrical shape. Such an asymmetrical shape has a desired self-adjusting effect, whereby it will try to assume a stable preferred position under the influence of the wind.

25 Door volgens de uitvinding een parasol te voorzien van rotatie-beïnvloedingsmiddelen voor het bevorderen of reduceren van de rotatie tussen de geleidingsas 2 en het spanorgaanverbindingsmiddel 6, 8, kan de parasol volgens de uitvinding enerzijds een instelbare schaduwplek verschaffen, 30 doch wordt tevens een verbeterde windbestendigheid verkregen.By providing a parasol according to the invention with rotation-influencing means for promoting or reducing the rotation between the guide shaft 2 and the tensioning member connecting means 6, 8, the parasol according to the invention can on the one hand provide an adjustable shadow spot, but also becomes an improved wind resistance obtained.

De rotatie-beïnvloedingsmiddelen volgens de uitvinding zijn volgens een eerste aspect rotatie- 14 weerstandsmiddelen die onder een vooraf bepaalde drempelwaarde weerstand bieden aan de rotatie tussen de geleidingsas 2 en het van de rotatie-weerstandsmiddelen voorziene spanorgaanverbindingsmiddel 6, 8. Verschillende 5 uitvoeringsvormen van de rotatie-weerstandsmiddelen zullen aan de hand van de figuren 5-12B worden toegelicht.According to a first aspect, the rotation-influencing means according to the invention are rotation-resistance means which resist rotation below the predetermined threshold value between the guide shaft 2 and the tensioning-means connecting means 6, 8 provided with the rotation-resistance means. Various embodiments of the rotation resistance means will be explained with reference to Figures 5-12B.

Volgens een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding, welke getoond wordt in de figuren 5-7, zijn de rotatie-weerstandsmiddelen in het eerste 10 spanorgaanverbindingsmiddel 6 aangebracht. De detailweergave van figuur 6 en de uitgetrokken weergave van figuur 7 tonen dat de rotatie-weerstandsmiddelen zijn opgebouwd uit een eerste wrijvingslichaam 32 en een tweede wrijvingslichaam 34. Het eerste wrijvingslichaam 32 is rotatievast met de 15 geleidingsas 2 verbonden. In de geleidingsas 2 is een boorgat 66 aangebracht waardoorheen een pen 68 een aanslagdeel 46 in de geleidingsas 2 bevestigt. Het aanslagdeel 46 is voorzien van een zeskantig uitsteeksel 47 dat transleerbaar opneembaar is in de zeskantige uitsnede 49 20 van het eerste wrijvingslichaam 32. Tussen het aanslagdeel 46 en het eerste wrijvingslichaam 32 is een schotelveer 42 aangebracht. Deze schotelveer 42 verschaft een voorspanning tussen de wrijvingslichamen 32 en 34.According to a first preferred embodiment of the invention, which is shown in Figs. 5-7, the rotation-resistance means are arranged in the first tensioning means connecting means 6. The detail view of figure 6 and the extended view of figure 7 show that the rotational resistance means are composed of a first friction body 32 and a second friction body 34. The first friction body 32 is connected to the guide shaft 2 for rotation. A borehole 66 is provided in the guide shaft 2, through which a pin 68 fixes a stop part 46 in the guide shaft 2. The stop member 46 is provided with a hexagonal protrusion 47 that can be accommodated in a translatable manner in the hexagonal cutout 49 of the first friction body 32. Between the stop member 46 and the first friction body 32, a plate spring 42 is arranged. This disc spring 42 provides a bias between the friction bodies 32 and 34.

Het tweede wrijvingslichaam 34 is rotatievast met 25 het van de rotatie-weerstandsmiddelen voorziene spanorgaanverbindingsmiddel 6 verbonden. Doordat de eerste en tweede wrijvingslichamen 32, 34 met hun wrijvingsvlakken zodanig op elkaar aangrijpen dat de wrijving in hun contactvlak onder een vooraf bepaalde drempelwaarde 30 weerstand biedt aan de rotatie tussen de geleidingsas 2 en het van rotatie-weerstandsmiddelen voorziene spanorgaanverbindingsmiddel 6, wordt de parasol in zijn vooraf gekozen stand gefixeerd, totdat de kracht die door de 15 wind op het scherm 10 van de parasol wordt uitgeoefend deze vooraf bepaalde drempelwaarde overschrijdt. Het tweede wrijvingslichaam 34 is vast verbonden met de behuizing 54 van het eerste spanorgaanverbindingsmiddel 6. Aan de 5 buitenkant van de behuizing bevindt zich een inkeping 56 waardoorheen een elastische bevestigingsring 58 plaatsbaar is voor het daarmee scharnierbaar ten opzichte van het eerste spanorgaanverbindingsmiddel 6 bevestigen van de eerste uiteinden 18 van de eerste spanorganen 14.The second friction body 34 is rotationally connected to the tensioning means connecting means 6 provided with the rotation-resistance means. Because the first and second friction bodies 32, 34 engage with each other with their friction surfaces such that the friction in their contact surface below a predetermined threshold value 30 resists the rotation between the guide shaft 2 and the tensioning member connecting means 6 provided with rotation-resistance means, the parasol becomes fixed in its preselected position until the force exerted by the wind on the screen 10 of the parasol exceeds this predetermined threshold value. The second friction body 34 is fixedly connected to the housing 54 of the first clamping means connecting means 6. On the outside of the housing there is a notch 56 through which an elastic fixing ring 58 can be placed for attaching the clamping means 6 pivotally thereto with respect to the first clamping means connecting means 6. first ends 18 of the first tensioning members 14.

10 De schotelveer 42 duwt het wrijvingslichaam 32 onder een gewenste voorspanning tegen het wrijvingslichaam 34 dat rotatievast verbonden is met het eerste spanorgaanverbindingsmiddel 6. De schotelveer 42 kan deze voorspanning aanbrengen doordat met behulp van de bout 50 de 15 behuizing 54 van het eerste spanorgaanverbindingsmiddel 6 wordt bevestigd aan het aanslagdeel 46. Aanslagdeel 46 en de kop van bout 50 fungeren beide als aanslag die de axiale bewegingsvrijheid van de wrijvingslichamen beperken.The disc spring 42 pushes the friction body 32 under a desired bias against the friction body 34 which is rotationally connected to the first tensioning member connecting means 6. The disc spring 42 can apply this biasing in that by means of the bolt 50 the housing 54 of the first tensioning connecting means 6 is attached to the stop member 46. Stop member 46 and the head of bolt 50 both act as a stop that limit the axial freedom of movement of the friction bodies.

In een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm zijn 20 de op elkaar aangrijpende wrijvingsvlakken van het eerste wrijvingslichaam 32 en het tweede wrijvingslichaam 34 van een hoogteprofiel 36 voorzien. In de getoonde uitvoering is dit een tandprofiel 36 met tandtoppen 38 en tandvoeten 40. Wanneer de eerste en tweede wrijvingslichamen 32, 34 ten 25 opzichte van elkaar verdraaien, zal de in figuur 6 getoonde ruststand, waarbij een tandtop en tandvoet nabij elkaar gelegen zijn verstoord worden. Tijdens deze verstoring verschuiven twee contact makende tandvlakken ten opzichte van elkaar totdat een tandtop van het eerste 30 wrijvingslichaam 32 contact maakt met een tandtop 38 van het tweede wrijvingslichaam 34. In deze uiterste stand is de schotelveer 42 maximaal gecomprimeerd. Doordat de voorspanning van de schotelveer 42 de weerstand bepaalt 16 waarmee de wrijvingsvlakken 32, 34 ten opzichte van elkaar verschuifbaar zijn, kan met behulp van de schotelveer de weerstand van de rotatie-weerstandsmiddelen worden ingesteld.In a particularly advantageous embodiment, the friction surfaces of the first friction body 32 and the second friction body 34 engaging with each other are provided with a height profile 36. In the embodiment shown, this is a tooth profile 36 with tooth tips 38 and tooth feet 40. When the first and second friction bodies 32, 34 rotate relative to each other, the rest position shown in Figure 6 will be disturbed, wherein a tooth tip and tooth foot close to each other are disturbed. to become. During this disturbance, two contacting tooth surfaces shift relative to each other until a tooth tip of the first friction body 32 contacts a tooth tip 38 of the second friction body 34. In this extreme position, the disc spring 42 is compressed to the maximum. Because the bias of the plate spring 42 determines the resistance 16 with which the friction surfaces 32, 34 can be displaced relative to each other, the resistance of the rotation-resistance means can be adjusted with the aid of the plate spring.

5 Het schermklemdeel 48 is met bouten 52 bevestigbaar in boorgaten 54 en klemt het scherm 10 tussen het schermklemdeel 48 en de bovenzijde van de behuizing 54 van het eerste spanorgaanverbindingsmiddel 6 vast.The screen clamping part 48 can be bolted into boreholes 54 with bolts 52 and clamps the screen 10 between the screen clamping part 48 and the top of the housing 54 of the first tensioning connector 6.

De in figuren 8-10 getoonde tweede uitvoeringsvorm 10 van een parasolconstructie volgens de uitvinding toont een alternatieve constructie waarbij de rotatie-weerstandsmiddelen buiten de geleidingsas 2 zijn aangebracht. Met name de grotere radius van de wrijvingslichamen 32, 34 maakt de constructie geschikt voor 15 het opwekken van een relatief grote rotatie- weerstandskrachten tussen beide wrijvingslichamen 32, 34. Daar het werkingsprincipe overeenkomt met de reeds uitvoerig beschreven eerste voorkeursuitvoeringsvorm, wordt volstaan met de verschillen tussen beide uitvoeringsvormen nader toe 20 te lichten. Het aanslagdeel 46 bevindt zich in deze tweede uitvoeringsvorm buiten de geleidingsas 2, waarmee het met een niet getoonde pen door de boorgaten 64, 66 vergrendelbaar is. In het aanslagdeel 46 zijn rondom de geleidingsas 2 boorgaten 62 aangebracht waarin spiraalveren 25 44 opneembaar zijn. Deze spiraalveren 44 zijn aan hun van het aanslagdeel 46 afgekeerde zijde opgenomen in boorgaten 60 van het eerste wrijvingslichaam 32. Om rotatie tussen het aanslagdeel 46 en de geleidingsas 2 enerzijds en het eerste wrijvingslichaam 32 anderzijds, te voorkomen, kan een (niet 30 getoonde) langsgeleiding zijn voorzien. Deze langsgeleiding kan bijvoorbeeld zijn uitgevoerd als een sleuf in de wand van de geleidingsas 2 of aanslagdeel 46 en een bijbehorend uitstekend deel van het eerste wrijvingslichaam 32.The second embodiment 10 of a parasol construction according to the invention shown in figures 8-10 shows an alternative construction in which the rotation-resistance means are arranged outside the guide axis 2. In particular, the greater radius of the friction bodies 32, 34 makes the construction suitable for generating a relatively large rotational resistance forces between the two friction bodies 32, 34. As the operating principle corresponds to the first preferred embodiment already described in detail, the differences are sufficient. between the two embodiments. In this second embodiment, the stop part 46 is located outside the guide shaft 2, with which it can be locked through the drill holes 64, 66 with a pin (not shown). Boreholes 62 are provided in the stop part 46 around the guide shaft 2, into which coil springs 44 can be received. These coil springs 44 are received on their side remote from the abutment part 46 in boreholes 60 of the first friction body 32. To prevent rotation between the abutment part 46 and the guide shaft 2 on the one hand and the first friction body 32 on the other hand, a (not shown) longitudinal guide are provided. This longitudinal guide can for instance be designed as a slot in the wall of the guide shaft 2 or stop part 46 and a corresponding protruding part of the first friction body 32.

1717

Insluiting van de beide wrijvingslichamen 32, 34 gebeurt wederom door middel van aanslagen, die gevormd worden door het aanslagdeel 46 en de kop van bout 50. Door middel van het aandraaien van de bout 50, welke aangrijpt in 5 het van schroefdraad voorziene boorgat 72 in de geleidingsas 2, kan de voorspanning van de spiraal 44 op een vooraf bepaalde gewenste waarde worden ingesteld.The two friction bodies 32, 34 are again enclosed by means of stops formed by the stop part 46 and the head of bolt 50. By tightening the bolt 50, which engages in the threaded bore 72 in 2, the bias voltage of the coil 44 can be set to a predetermined desired value.

Figuur 11 toont een uitgerekte weergave van een derde voorkeursuitvoeringsvorm, waarbij het eerste 10 wrijvingslichaam 32 is geïntegreerd met het aanslagdeel 46 en door middel van een (niet getoonde) pen door de boorgaten 64, 66 in de geleidingsas 2 bevestigbaar is. Door middel van de spiraalveel 70 wordt enige translatie in de langsrichting van de geleidingsas 2 toegestaan, welke wederom instelbaar 15 is door het verder of minder ver aandraaien van de bout 50 in het van schroefdraad voorzien boorgat 72 van de geleidingsas 2.Figure 11 shows a stretched representation of a third preferred embodiment, wherein the first friction body 32 is integrated with the stop part 46 and can be fixed through the drill holes 64, 66 in the guide shaft 2 by means of a pin (not shown). By means of the coil 70 some translation in the longitudinal direction of the guide shaft 2 is permitted, which in turn is adjustable by further or less far tightening of the bolt 50 in the threaded bore 72 of the guide shaft 2.

In de vierde voorkeursuitvoeringsvorm, welke getoond wordt in de figuren 12A en 12B, zijn het eerste 20 wrijvingslichaam 32 en het tweede wrijvingslichaam 34 als buisvormige elementen uitgevoerd. Het voordeel hiervan is dat een relatief grote contactoppervlakken tussen beide wrijvingslichamen realiseerbaar zijn, wat gunstig is voor toepassingen waarbij een grote rotatie-weerstand gewenst is. 25 Een basisdeel 76 is vast bevestigd binnen de geleidingsas 2 en is voorzien van veerkrachtige vingerdelen 78, welke aansluiten op een van een hoogteprofiel voorzien contactoppervlak van het tweede wrijvingslichaam 34. Door middel van de bout 50, welke met zijn uiteinde aangrijpt in 30 het van schroefdraad voorziene boorgat 74, worden beide wrijvingslichamen 32, 34 met elkaar verbonden. De veerkracht van deze uitvoeringsvorm is afhankelijk van de vingerdelen 78.In the fourth preferred embodiment, which is shown in Figures 12A and 12B, the first friction body 32 and the second friction body 34 are designed as tubular elements. The advantage of this is that a relatively large contact surface between the two friction bodies can be realized, which is favorable for applications where a large rotational resistance is desired. A base part 76 is fixedly mounted within the guide shaft 2 and is provided with resilient finger parts 78 which connect to a contact surface of the second friction body 34 provided with a height profile. By means of the bolt 50 which engages with its end in the threaded borehole 74, both friction bodies 32, 34 are connected to each other. The resilience of this embodiment depends on the finger parts 78.

1818

In de figuren 13A en 13B wordt een scherm 10 van een parasol 1 getoond, dat volgens een tweede aspect van de uitvinding is voorzien van rotatie-bevorderingsmiddelen voor het daarmee bevorderen van de rotatie tussen de geleidingsas 5 2 en de spanorgaanverbindingsmiddelen 6, 8 bij een vooraf bepaalde aangeblazen richting ten opzichte van het scherm 10. Hiermee wordt het zelfinstellende effect van een parasol 1 met een asymmetrisch scherm 10 bij een zuiver vanaf de achterzijde aangeblazen richting verbeterd.In figures 13A and 13B a screen 10 of a parasol 1 is shown, which according to a second aspect of the invention is provided with rotation-promoting means for promoting rotation therewith between the guide shaft 5 and the tensioning means connecting means 6, 8 at a predetermined blown direction relative to the screen 10. Hereby the self-adjusting effect of a parasol 1 with an asymmetrical screen 10 is improved with a direction purely blown from the rear.

10 De toepassing van dergelijke rotatie- bevorderingsmiddelen is in het bijzonder voordelig wanneer de parasol tevens rotatie-beïnvloedingsmiddelen in de vorm van de hierboven beschreven rotatie-weerstandsmiddelen heeft, daar deze rotatie-weerstandsmiddelen een extra 15 drempelwaarde toevoegen aan de labiele evenwichtsstand bij een zuiver vanaf de achterzijde van het scherm aangeblazen richting.The use of such rotation-promoting means is particularly advantageous when the parasol also has rotation-influencing means in the form of the rotation-resistance means described above, since these rotation-resistance means add an additional threshold value to the labile equilibrium position at a pure starting point. the rear of the screen blown direction.

Met behulp van een evenwichtsverstorend orgaan, dat in de figuren 13A en 13B een op de bovenzijde van het 20 scherm 10 aangebrachte zak 82 is, wordt het labiele evenwicht in zuiver van achteren aangeblazen richting op de langere achterzijde (schermdeel 90) verstoord. Hierdoor wordt het zelfinstellende effect van de parasol in gang gezet. Via het zelfinstellende effect zal de parasol 1 25 doorroteren in de rotatierichting R in de richting van de stabiele evenwichtsstand, waarbij de aangeblazen richting op de kortere voorzijde van de parasol (schermdeel 92) is gericht.With the aid of a balance-disrupting member, which in Figs. 13A and 13B is a bag 82 arranged on the top of the screen 10, the unstable equilibrium is disturbed in a purely rear-blown direction on the longer rear side (screen part 90). This triggers the self-adjusting effect of the parasol. Via the self-adjusting effect, the parasol 1 will continue to rotate in the direction of rotation R in the direction of the stable equilibrium position, the blown direction being directed at the shorter front side of the parasol (screen part 92).

In ruststand ligt de zak 82 vlak, maar enigszins 30 geplooid, op de bovenzijde van het scherm 10. Deze plooiing ontstaat doordat de uiteinden 86, 88 van de rand 84 van de zak 82, dichter bij elkaar aan het scherm 10 zijn aangebracht dan de lengte van deze rand 82. De rand is naar 19 de achterzijde van het scherm 10 gekeerd, dat wil zeggen dat het is gekeerd naar het schermdeel 90 dat voor het langste deel op of langs de symmetrielijn 94 is gelegen. Deze symmetrielijn 94 wordt beschreven door het symmetrievlak 94 5 dat in figuur 4 visueel wordt getoond.In the rest position, the bag 82 lies flat, but slightly pleated, on the top of the screen 10. This pleating results from the fact that the ends 86, 88 of the edge 84 of the bag 82 are arranged closer to each other on the screen 10 than the length of this edge 82. The edge faces the rear of the screen 10, that is to say it faces the screen part 90 which is located for the longest part on or along the line of symmetry 94. This symmetry line 94 is described by the symmetry plane 94 which is visually shown in Figure 4.

Doordat de zak 82 wind vangt, blaast deze zich op van de in figuur 13A getoonde ruststand, tot de in figuur 13B getoond opgeblazen gebruiksstand. De opgeblazen zak 82 zal het labiele evenwicht verstoren, waardoor de parasol 1 10 via het zelfinstellende effect zal roteren in de rotatierichting R in de richting van de stabiele evenwichtsstand van het scherm 10.Because the bag 82 catches wind, it inflates from the rest position shown in Fig. 13A to the inflated position of use shown in Fig. 13B. The inflated bag 82 will disturb the unstable equilibrium, as a result of which the parasol 10 will rotate via the self-adjusting effect in the direction of rotation R in the direction of the stable equilibrium position of the screen 10.

In het geval dat de rotatie-beïnvloedingsmiddelen tevens rotatie-weerstandsmiddelen omvat, zal de zak 82 als 15 rotatie-bevorderingsmiddel bijdragen aan het overwinnen van de drempelwaarde van de rotatie-weerstandsmiddelen.In the case that the rotation-influencing means also comprises rotation-resistance means, the bag 82 as a rotation-promoting means will contribute to overcoming the threshold value of the rotation-resistance means.

Om de windopvanggevoeligheid van de zak 82 te vergroten, kan de rand 84 desgewenst zijn voorzien van (niet getoonde) openhoudmiddelen in de vorm van een enigszins 20 veerkrachtig opspanorgaan.In order to increase the wind-receiving sensitivity of the bag 82, the edge 84 can, if desired, be provided with holding means (not shown) in the form of a somewhat resilient clamping member.

De in de figuren 14A en 14B tonen een perspectivische detailweergave van een vijfde uitvoeringsvorm welke toepasbaar is in de verbinding 95 tussen twee afzonderlijke delen van een geleidingsas 2, of 25 in de verbinding 99 tussen een geleidingsas 2 en een ankerlichaam 28. In figuur 2 zijn ter illustratie potentiële lokaties van dergelijke verbindingen 95, 99 aangegeven.The figures 14A and 14B show a perspective detail view of a fifth embodiment which is applicable in the connection 95 between two separate parts of a guide shaft 2, or in the connection 99 between a guide shaft 2 and an anchor body 28. In figure 2 illustrate potential locations of such compounds 95, 99.

In het eerste deel 96 van de geleidingsas 2 is het eerste wrijvingslichaam 32 met behulp van een vergrendelpen 30 110 rotatievast bevestigd. Het tweede deel 98 van de geleidingsas 2 huisvest het tweede wrijvingslichaam 34, dat daar bijvoorbeeld in is geklemd of verlijmd.In the first part 96 of the guide shaft 2, the first friction body 32 is fixed rotationally with the aid of a locking pin 110. The second part 98 of the guide shaft 2 accommodates the second friction body 34, which is clamped or glued therein, for example.

2020

Met behulp van een bout 102 en een op de schroefdraad 104 daarvan aangrijpende moer 106 worden de beide wrijvingslichamen 32, 34 opgesloten. Een ring 108 verschaft rotatievrijheid en een om de bout 102 aangebrachte 5 drukveer 100 verschaft via enige compressie daarvan een voorspanning tussen de beide wrijvingslichamen 32, 34.The two friction bodies 32, 34 are retained by means of a bolt 102 and a nut 106 engaging the thread 104 thereof. A ring 108 provides freedom of rotation and a compression spring 100 arranged around the bolt 102 provides a pre-tension between the two friction bodies 32, 34 via some compression thereof.

Tussen beide delen 96, 98 van de geleidingsas 2 is een afdichting 114 aangebracht.A seal 114 is provided between both parts 96, 98 of the guide shaft 2.

De hierboven beschreven uitvoeringsvormen zijn, 10 hoewel ze voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding tonen, enkel bedoeld om de onderhavige uitvinding te illustreren en niet om op enigerlei wijze de omschrijving van de uitvinding te beperken. In het bijzonder wordt opgemerkt dat de vakman technische maatregelen van de 15 verschillende uitvoeringsvormen kan combineren. Zo is het voor de vakman vanzelfsprekend dat de in de rotatie-weerstandsmiddelen tevens aangebracht kunnen worden in het tweede spanorgaanverbindingsmiddel. De beschreven rechten worden bepaald door de navolgende conclusies in de strekking 20 waarvan vele modificaties denkbaar zijn.The embodiments described above, although showing preferred embodiments of the invention, are only intended to illustrate the present invention and not to limit the description of the invention in any way. It is noted in particular that a person skilled in the art can combine technical measures of the different embodiments. Thus, it is obvious to a person skilled in the art that the rotation-resistance means can also be arranged in the second tensioning means connecting means. The rights described are defined by the following claims in the scope of which many modifications are conceivable.

Claims (23)

1. Parasol, omvattende: - een geleidingsas (2) waarmee de parasol tijdens 5 gebruik aan de vaste wereld bevestigbaar is; - een eerste spanorgaanverbindingsmiddel (6) dat aan de geleidingsas is aangebracht; - een tweede spanorgaanverbindingsmiddel (8) voor het in- of uitklappen van een scherm (10) van flexibel 10 materiaal, waarbij het tweede spanorgaanverbindingsmiddel in longitudinale richting langs de geleidingsas transleerbaar is aangebracht; - schermspanmiddelen omvattende een stel eerste spanorganen (14) en een stel overeenkomstige tweede 15 spanorganen (16); - waarbij de eerste spanorganen (14) scharnierbaar aan het eerste spanorgaanverbindingsmiddel (6) zijn aangebracht en zich daarvandaan uitstrekken; - waarbij de tweede spanorganen (16) met een 20 eerste uiteinde (22) scharnierbaar aan het tweede spanorgaanverbindingsmiddel (8) zijn aangebracht, en met hun tweede uiteinde (24) scharnierbaar zijn verbonden met een overeenkomstig eerste spanorgaan (14); - waarbij de eerste spanorganen verschillende 25 lengten vertonen en het scherm een rotatie-asymmetrische en lijn-symmetrische vorm vertoont; en - waarbij rotatie-beïnvloedingsmiddelen zijn voorzien voor het bevorderen of reduceren van de rotatie van het scherm (10) van de parasol ten opzichte van de vaste 30 wereld.A parasol, comprising: - a guide shaft (2) with which the parasol can be attached to the fixed world during use; - a first tensioner connecting means (6) which is arranged on the guide shaft; - a second tensioning means connecting means (8) for folding in or out a screen (10) of flexible material, wherein the second tensioning means connecting means is arranged so as to be translatable in the longitudinal direction along the guide axis; - screen tensioning means comprising a set of first tensioning members (14) and a set of corresponding second tensioning members (16); - wherein the first tensioning members (14) are pivotally arranged on the first tensioning member connecting means (6) and extend therefrom; - wherein the second tensioning members (16) are pivotally mounted on the second tensioning member connecting means (8) with a first end (22), and are pivotally connected with their second end (24) to a corresponding first tensioning member (14); - wherein the first tensioning members have different lengths and the screen has a rotationally asymmetrical and line-symmetrical shape; and - wherein rotation-influencing means are provided for promoting or reducing the rotation of the screen (10) of the parasol relative to the fixed world. 2. Parasol volgens conclusie 1, waarbij de rotatie-beïnvloedingsmiddelen rotatie-weerstandsmiddelen omvatten die onder een vooraf bepaalde drempelwaarde weerstand bieden aan de rotatie van het scherm (10) van de parasol ten opzichte van de vaste wereld.Parasol as claimed in claim 1, wherein the rotation-influencing means comprise rotation-resistance means which, under a predetermined threshold value, resist the rotation of the screen (10) of the parasol relative to the fixed world. 3. Parasol volgens conclusie 1 of 2, waarbij: - het eerste spanorgaanverbindingsmiddel (6) roteerbaar om de langsrichting van de geleidingsas is aangebracht; - het tweede spanorgaanverbindingsmiddel (8) 10 roteerbaar om de langsrichting van de geleidingsas is aangebracht; en - waarbij rotatie-beïnvloedingsmiddelen zijn voorzien voor het bevorderen of reduceren van de rotatie van de geleidingsas ten opzichte van het 15 spanorgaanverbindingsmiddel.A parasol as claimed in claim 1 or 2, wherein: - the first tensioning member connecting means (6) is arranged rotatably about the longitudinal direction of the guiding axis; - the second tensioning means connecting means (8) is rotatably arranged about the longitudinal direction of the guide shaft; and - wherein rotation-influencing means are provided for promoting or reducing the rotation of the guide shaft relative to the tensioning means connecting means. 4. Parasol volgens conclusie 3, waarbij de rotatie-beïnvloedingsmiddelen rotatie-weerstandsmiddelen omvatten die onder een vooraf bepaalde drempelwaarde 20 weerstand bieden aan de rotatie van de geleidingsas ten opzichte van het van rotatie-weerstandsmiddelen voorziene spanorgaanverbindingsmiddel.4. Parasol as claimed in claim 3, wherein the rotation-influencing means comprise rotation-resistance means which, under a predetermined threshold value, resist the rotation of the guide axis relative to the clamping means connecting means provided with rotation-resistance means. 5. Parasol volgens één van de conclusies 2-4, 25 waarbij de rotatie-weerstandsmiddelen zijn aangebracht in het eerste en/of het tweede spanorgaanverbindingsmiddel (6, 8) .5. Parasol as claimed in any of the claims 2-4, wherein the rotation-resistance means are arranged in the first and / or the second tensioning means connecting means (6, 8). 6. Parasol volgens conclusie 4 of 5, waarbij de 30 rotatie-weerstandsmiddelen omvatten: - een eerste wrijvingslichaam (32) dat ten minste rotatievast met de geleidingsas is verbonden; - een tweede wrijvingslichaam (34) dat ten minste rotatievast met het van rotatie-weerstandsmiddelen voorziene spanorgaanverbindingsmiddel (6, 8) is verbonden; en - waarbij het eerste en tweede wrijvingslichaam 5 met hun wrijvingsvlakken zodanig op elkaar aangrijpen dat de wrijving in hun contactvlak onder een vooraf bepaalde drempelwaarde weerstand biedt aan de rotatie van de geleidingsas (2) ten opzichte van het van rotatie-weerstandsmiddelen voorziene spanorgaanverbindingsmiddel (6, 10 8) .6. Parasol as claimed in claim 4 or 5, wherein the rotational resistance means comprise: - a first friction body (32) which is at least rotationally connected to the guide axis; - a second friction body (34) which is at least rotationally connected to the tensioning means connecting means (6, 8) provided with rotation-resistance means; and - wherein the first and second friction body 5 engage with each other with their friction surfaces such that the friction in their contact surface below a predetermined threshold value resists the rotation of the guide shaft (2) with respect to the tensioning means connecting means (6) provided with rotation-resistance means , 10 8). 7. Parasol volgens conclusie 6, waarbij ten minste één van de wrijvingslichamen (32, 34) in de langsrichting van de geleidingsas (2) transleerbaar is. 15A parasol according to claim 6, wherein at least one of the friction bodies (32, 34) is translatable in the longitudinal direction of the guide shaft (2). 15 8. Parasol volgens conclusie 7, waarbij veermiddelen (42, 44, 70, 100) zijn voorzien die het ten minste één in de langsrichting van de geleidingsas (2) beweegbaar wrijvingslichaam (32, 34) in deze langsrichting 20 in de richting van het andere wrijvingslichaam (34, 32) duwt.Parasol according to claim 7, wherein spring means (42, 44, 70, 100) are provided which provide the at least one friction body (32, 34) movable in the longitudinal direction of the guide shaft (2) in this longitudinal direction 20 in the direction of the other friction body (34, 32). 9. Parasol volgens conclusie 8, waarbij de veerkracht van de veermiddelen (42, 44, 70, 100) instelbaar 25 is.9. Parasol according to claim 8, wherein the spring force of the spring means (42, 44, 70, 100) is adjustable. 10. Parasol volgens één van de conclusies 6-9, waarbij de wrijvingslichamen in de langsrichting van de geleidingsas tussen aanslagen (46, 50) opgesloten zijn. 30Parasol as claimed in any of the claims 6-9, wherein the friction bodies are confined between stops (46, 50) in the longitudinal direction of the guide shaft. 30 11. Parasol volgens één van de conclusies 6-10, waarbij het contactvlak van de op elkaar aangrijpende wrijvingsvlakken van het eerste en tweede wrijvingslichaam dwars op de langsrichting (4) van de geleidingsas (2) is georiënteerd.Parasol according to one of claims 6-10, wherein the contact surface of the mutually engaging friction surfaces of the first and second friction body is oriented transversely to the longitudinal direction (4) of the guide shaft (2). 12. Parasol volgens één van de conclusies 6-11, 5 waarbij de op elkaar aangrijpende wrijvingsvlakken van het eerste en tweede wrijvingslichaam van een hoogteprofiel (36) zijn voorzien.12. Parasol as claimed in any of the claims 6-11, 5, wherein the mutually engaging friction surfaces of the first and second friction body are provided with a height profile (36). 13. Parasol volgens conclusie 12, waarbij het 10 hoogteprofiel (36) een zaagtandprofiel of een golfvormig profiel is.13. Parasol according to claim 12, wherein the height profile (36) is a saw-tooth profile or a wave-shaped profile. 14. Parasol volgens conclusie 1 of 2, waarbij de rotatie-beïnvloedingsmiddelen rotatie-weerstandsmiddelen 15 omvatten die zijn aangebracht in het ankerlichaam (28), en onder een vooraf bepaalde drempelwaarde weerstand bieden aan de rotatie van de geleidingsas (2) ten opzichte van het van rotatie-weerstandsmiddelen voorziene ankerlichaam (28).14. Parasol according to claim 1 or 2, wherein the rotation-influencing means comprise rotation-resistance means 15 which are arranged in the anchor body (28) and which resist the rotation of the guide axis (2) relative to a predetermined threshold value. anchor body (28) provided with rotational resistance means. 15. Parasol volgens conclusie 1 of 2, waarbij: - de geleidingsas (2) uit ten minste twee delen bestaat; en - de rotatie-beïnvloedingsmiddelen rotatie-weerstandsmiddelen omvatten die zijn aangebracht tussen de 25 twee delen van de geleidingsas (2), en onder een vooraf bepaalde drempelwaarde weerstand bieden aan de rotatie van deze delen van de geleidingsas (2) ten opzichte van elkaar.An umbrella according to claim 1 or 2, wherein: - the guide shaft (2) consists of at least two parts; and - the rotation-influencing means comprise rotation-resistance means which are arranged between the two parts of the guide shaft (2) and which, under a predetermined threshold value, resist the rotation of these parts of the guide shaft (2) relative to each other. 16. Parasol volgens één van de voorgaande 30 conclusies, waarbij de rotatie-beïnvloedingsmiddelen rotatie-bevorderingsmiddelen omvatten die zijn ingericht voor het daarmee bij een vooraf bepaalde aangeblazen richting ten opzichte van het scherm bevorderen van de rotatie van de geleidingsas (2) ten opzichte van de spanorgaanverbindingsmiddelen (6, 8).Parasol as claimed in any of the foregoing claims, wherein the rotation-influencing means comprise rotation-promoting means which are adapted to thereby promote the rotation of the guide axis (2) relative to the screen in a predetermined blown direction relative to the screen the tensioning means connecting means (6, 8). 17. Parasol volgens conclusie 16, waarbij de 5 rotatie-bevorderingsmiddelen een lijn-asymmetrisch aan het scherm aangebracht evenwichtsverstorend orgaan met windopvangmiddelen omvatten.17. Parasol as claimed in claim 16, wherein the rotation-promoting means comprise a line-asymmetrically arranged disturbing element on the screen with wind-receiving means. 18. Parasol volgens conclusie 16 of 17, waarbij de 10 vooraf bepaalde aangeblazen richting ten opzichte van het scherm (10) in hoofdzaak is gelegen in de richting waarin het kortste op of langs de symmetrielijn gelegen schermdeel (92) zich vanaf de geleidingsas (2) uitstrekt.18. Parasol according to claim 16 or 17, wherein the predetermined blown direction relative to the screen (10) is substantially in the direction in which the shortest screen part (92) located on or along the line of symmetry is away from the guide axis (2). ) extends. 19. Parasol volgens conclusie 17 of 18, waarbij het evenwichtsverstorend orgaan een zakachtig orgaan (82) is.A parasol according to claim 17 or 18, wherein the balance-disrupting member is a bag-like member (82). 20. Parasol volgens conclusie 19, waarbij de 20 uiteinden (86, 88) van de rand (84) van het zakachtig evenwichtsverstorend orgaan (82), dat is gekeerd naar het schermdeel (90) dat voor het langste deel op of langs de symmetrielijn (94) is gelegen, dichter bij elkaar aan het scherm (10) zijn aangebracht dan de lengte van deze rand.Parasol according to claim 19, wherein the ends (86, 88) of the edge (84) of the bag-like equilibrium distorting member (82) facing the screen part (90) which is for the longest part on or along the line of symmetry (94) are located closer to each other on the screen (10) than the length of this edge. 21. Parasol volgens conclusie 20, waarbij de rand (84) van het zakachtig evenwichtsverstorend orgaan (82), dat is gekeerd naar het schermdeel (90) dat voor het langste deel op of langs de symmetrielijn (94) is gelegen, is 30 voorzien van openhoudmiddelen.21. Parasol as claimed in claim 20, wherein the edge (84) of the bag-like equilibrium distorting member (82), which faces the screen part (90) which is located for the longest part on or along the symmetry line (94), is provided of holding means. 22. Parasol volgens conclusie 21, waarbij de openhoudmiddelen een zich langs de rand (84) van het zakachtig evenwichtsverstorend orgaan (82) uitstrekkend opspanorgaan omvatten.An umbrella according to claim 21, wherein the holding means comprise a tensioning member extending along the edge (84) of the bag-like balance-disrupting member (82). 23. Parasol volgens één van de conclusies 17-22, 5 waarbij het evenwichtsverstorend orgaan (82) aan de bovenzijde van het scherm (10) is aangebracht.A parasol as claimed in any one of claims 17 to 22, wherein the balance-disrupting member (82) is disposed on the top of the screen (10).
NL2008374A 2012-02-28 2012-02-28 PARASOL WITH ASYMMETRIC SCREEN. NL2008374C2 (en)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2008374A NL2008374C2 (en) 2012-02-28 2012-02-28 PARASOL WITH ASYMMETRIC SCREEN.
PCT/NL2013/050129 WO2013129928A2 (en) 2012-02-28 2013-02-28 Parasol with asymetrical canopy

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2008374A NL2008374C2 (en) 2012-02-28 2012-02-28 PARASOL WITH ASYMMETRIC SCREEN.
NL2008374 2012-02-28

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2008374C2 true NL2008374C2 (en) 2013-09-02

Family

ID=47901294

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2008374A NL2008374C2 (en) 2012-02-28 2012-02-28 PARASOL WITH ASYMMETRIC SCREEN.

Country Status (2)

Country Link
NL (1) NL2008374C2 (en)
WO (1) WO2013129928A2 (en)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2534202A (en) * 2015-01-16 2016-07-20 Fox Int Group Ltd A canopy
CN107440274B (en) * 2016-03-09 2019-05-03 绍兴厚道自动化设备有限公司 A kind of application method of visual en-toutcas

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB191029101A (en) * 1910-12-15 1911-12-07 William John Potter Improvements in Umbrellas, Sunshades, Parasols, and the like.
FR2598895A1 (en) * 1986-05-26 1987-11-27 Julian Yvon Improvement to umbrellas
US4998551A (en) * 1989-01-30 1991-03-12 Winpro Industries Umbrella with canopy rotator joint
EP1486136A1 (en) * 2003-06-12 2004-12-15 Max Wang Umbrella with a rotatable canopy

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2756760A (en) * 1954-02-05 1956-07-31 Grotteria Julius K La Sunshade for playpens
US5020557A (en) * 1990-07-19 1991-06-04 American Holtzkraft, Inc. Rotating canopy umbrella
US5642747A (en) * 1995-02-06 1997-07-01 Rizzotti; Salvatore A. Hand-held aerodynamic umbrella
KR100285661B1 (en) * 1998-10-20 2001-04-02 이재윤 Umbrella
FR2825902B1 (en) * 2001-06-18 2004-06-25 Ralph Guy Ridel EARTHQUAKE PARASOL, INCLUDING A CANVAS DEFLECTOR ALLOWING ITS AUTOMATIC ORIENTATION ACCORDING TO DOMINANT WINDS
ITAR20030034A1 (en) * 2003-07-22 2003-10-20 Fausto Marcelli SAILING UMBRELLA

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB191029101A (en) * 1910-12-15 1911-12-07 William John Potter Improvements in Umbrellas, Sunshades, Parasols, and the like.
FR2598895A1 (en) * 1986-05-26 1987-11-27 Julian Yvon Improvement to umbrellas
US4998551A (en) * 1989-01-30 1991-03-12 Winpro Industries Umbrella with canopy rotator joint
EP1486136A1 (en) * 2003-06-12 2004-12-15 Max Wang Umbrella with a rotatable canopy

Also Published As

Publication number Publication date
WO2013129928A2 (en) 2013-09-06
WO2013129928A3 (en) 2014-02-06

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US8020572B2 (en) Umbrella structure
RU2401025C2 (en) Suspension device
NL2008374C2 (en) PARASOL WITH ASYMMETRIC SCREEN.
JP4579991B2 (en) Asymmetric umbrella
US20050194503A1 (en) Quick-release telescoping tripod
US20180128006A1 (en) Spring assist system for a canopy frame
US9538819B1 (en) Umbrella having an expandable canopy
DK2406448T3 (en) Lifting device
AU2015101341A4 (en) Umbrella
US4314319A (en) Adjustable lamps
TWM479675U (en) Foldable chair
US20070227569A1 (en) Umbrella
KR200389739Y1 (en) Angle adjuster for support of parasol
KR200367636Y1 (en) door stoper
KR101594454B1 (en) a beach parasol for slope control and height control
US10342372B2 (en) Combination bracket and garment hanger system and assembly mountable to an overhead trim piece associated with a doorway such as for rotatably supporting a garment during steam cleaning
US6948506B2 (en) Umbrella with a rotatable canopy
KR20110005653U (en) Width-adjustable umbrella
US494333A (en) Sunshade for bicycles or other vehicles
US802719A (en) Umbrella.
US10584824B1 (en) Folding base
US256393A (en) Spectacle-holder
US791855A (en) Umbrella-support.
US7032524B1 (en) Adjustable latching mechanism
NL1028203C2 (en) Wind and / or awning.

Legal Events

Date Code Title Description
RC Pledge established

Free format text: DETAILS LICENCE OR PLEDGE: RIGHT OF PLEDGE, ESTABLISHED

Name of requester: SIMPLE I B.V.

Effective date: 20200219

MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20200301