NL2008114C2 - Systeem voor valbeveiliging en solar panelen op platte daken. - Google Patents

Systeem voor valbeveiliging en solar panelen op platte daken. Download PDF

Info

Publication number
NL2008114C2
NL2008114C2 NL2008114A NL2008114A NL2008114C2 NL 2008114 C2 NL2008114 C2 NL 2008114C2 NL 2008114 A NL2008114 A NL 2008114A NL 2008114 A NL2008114 A NL 2008114A NL 2008114 C2 NL2008114 C2 NL 2008114C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
roof
line
combination
point
elements
Prior art date
Application number
NL2008114A
Other languages
English (en)
Other versions
NL2008114A (nl
Inventor
Adrianus Fransiscus Gerardus Schuurman
Cor Harten
Original Assignee
Schuurman Beheer B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Schuurman Beheer B V filed Critical Schuurman Beheer B V
Priority to NL2008114A priority Critical patent/NL2008114C2/nl
Publication of NL2008114A publication Critical patent/NL2008114A/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2008114C2 publication Critical patent/NL2008114C2/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G21/00Preparing, conveying, or working-up building materials or building elements in situ; Other devices or measures for constructional work
    • E04G21/32Safety or protective measures for persons during the construction of buildings
    • E04G21/3261Safety-nets; Safety mattresses; Arrangements on buildings for connecting safety-lines
    • E04G21/3276Arrangements on buildings for connecting safety-lines
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A62LIFE-SAVING; FIRE-FIGHTING
    • A62BDEVICES, APPARATUS OR METHODS FOR LIFE-SAVING
    • A62B35/00Safety belts or body harnesses; Similar equipment for limiting displacement of the human body, especially in case of sudden changes of motion
    • A62B35/0043Lifelines, lanyards, and anchors therefore
    • A62B35/0056Horizontal lifelines
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G21/00Preparing, conveying, or working-up building materials or building elements in situ; Other devices or measures for constructional work
    • E04G21/32Safety or protective measures for persons during the construction of buildings
    • E04G21/3261Safety-nets; Safety mattresses; Arrangements on buildings for connecting safety-lines
    • E04G21/3295Guide tracks for safety lines
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A62LIFE-SAVING; FIRE-FIGHTING
    • A62BDEVICES, APPARATUS OR METHODS FOR LIFE-SAVING
    • A62B35/00Safety belts or body harnesses; Similar equipment for limiting displacement of the human body, especially in case of sudden changes of motion
    • A62B35/0043Lifelines, lanyards, and anchors therefore
    • A62B35/0068Anchors
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24SSOLAR HEAT COLLECTORS; SOLAR HEAT SYSTEMS
    • F24S25/00Arrangement of stationary mountings or supports for solar heat collector modules
    • F24S25/60Fixation means, e.g. fasteners, specially adapted for supporting solar heat collector modules
    • F24S25/61Fixation means, e.g. fasteners, specially adapted for supporting solar heat collector modules for fixing to the ground or to building structures
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02BCLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES RELATED TO BUILDINGS, e.g. HOUSING, HOUSE APPLIANCES OR RELATED END-USER APPLICATIONS
    • Y02B10/00Integration of renewable energy sources in buildings
    • Y02B10/20Solar thermal

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Business, Economics & Management (AREA)
  • Emergency Management (AREA)
  • Roof Covering Using Slabs Or Stiff Sheets (AREA)

Description

Systeem voor valbeveiliging en solar panelen op platte daken.
Deze uitvinding heeft betrekking op een systeem voor valbeveiliging op een plat of (zwak) hellend dak van een gebouw.
5 Het systeem verschaft op het dak een puntvormige of lijnvormige verankering waaraan een persoon zich kan vast haken met een zekeringslijn.
Systemen voor valbeveiliging die een puntvormige verankering bieden (zgn. persoonlijk ankerpunt) zijn 10 bijvoorbeeld bekend uit EP-1803871 (07105360.1), NL1027728, US5287944 en US5687535. Dergelijke systemen omvatten een enkele armatuur die een verankeringspunt draagt waaraan een persoon of voorwerp tijdelijk kan worden gezekerd. In de regel wordt een aantal dergelijke armaturen met respectief 15 verankeringspunt met wederzijdse tussenruimte toegepast, zodat het bereik van de gezekerde persoon wordt vergroot door tussentijds van verankeringspunt te wisselen.
GB2389386A openbaart een lijnvormige verankering waarbij een verankeringslijn of -profiel door middel van een aantal 20 armaturen wordt gedragen en een voorafbepaald traject volgt (zgn. lijnsysteem). De zekeringslijn kan langs de verankeringslijn verplaatsen, zodat de gezekerde persoon niet genoodzaakt is tussentijds van verankeringspunt te wisselen om zijn bereik te vergroten.
25 Zowel bij puntvormige als lijnvormige verankering worden tot nu toe op hun taak toegesneden armaturen toegepast. De armatuur wordt in overeenstemming met de veiligheidseisen permanent aan het dak gemonteerd. De bekende armatuur vervult geen andere taak dan het verschaffen van de valbeveiliging. 30 De uitvinder is nu tot het inzicht gekomen, de armatuur een tweede functie te geven, te weten voor de montage van een tweede functiegroep, zoals solar panelen (zonnepanelen) . Tot nu toe worden beide functiegroepen met eigen armaturen aan het dak gemonteerd.
35 Technische achtergrond voor de montage van solar panelen op een plat dak van een gebouw wordt bijvoorbeeld gevormd door DE102009025946A1 (lang profiel geschroefd op dak en afgedicht met folie), EP1619727A2 (buisvormige, dunwandige steunpoten staan op onderconstructie en steken door isolatie en folie tot 2 boven het dak), NL1016888 (solar panelen gemonteerd in los op dak geplaatste bak met ballast), DE20215867U1 (steunpunten waartussen spanlijnen waaraan solar panelen worden gehaakt).
DE202009016612 U openbaart een eenvoudig dakarmatuur 5 welke de twee verschillende functies van valbeveiliging en bevestigen van een solarpaneel gelijktijdig kan bekleden. DE202010007537 U openbaart een dakarmatuur welke geschikt is om ofwel de ene of de andere functie te bekleden, echter niet beide functies tegelijk.
10 Bij de montage van valbeveiliging en solar panelen op een plat of hellend dak heeft men onder anderen rekening te houden met windbelasting uit alle richtingen, krimp en uitzetting van de solar panelen door temperatuurverandering, hemelwater, vorst. De dakbedekking/dakfolie moet minimaal 20 jaar 15 onderhoudsvrij zijn, en hetzelfde geldt voor de montage van de valbeveiliging en solar panelen. De valbeveiliging stelt hoge eisen aan faalvrije werking bij het breken van een val en een gunstige ergonomie bij het gebruik met het oog op een hoge acceptatie onder de personen waarvoor de valbeveiliging 20 bedoeld is.
De uitvinder is tot het inzicht gekomen dat ook een ingewikkeld dakarmatuur geschikt kan worden gemaakt om duurzaam en veilig de beide functies tegelijkertijd te vervullen tegen relatief lage productiekosten voor het dakarmatuur.
25 Volgens de uitvinding wordt voorzien in het op een plat of hellend dak verschaffen van een samenstel van een afstand tot elkaar houdende elementen die vast op het dak zijn gemonteerd, van welke elementen minimaal een aantal, bijvoorbeeld alle tot het samenstel behorende elementen, elk 30 een armatuur verschaft die de punt- of lijnvormige verankering van een met een zich aan de te beveiligen persoon bevindende zekeringskabel werkende valbeveiliging (één of meer persoonlijke ankerpunten resp. een lijnsysteem vormend) draagt (of daarmee constructief is geassocieerd) en tegelijkertijd 35 een steunpunt verschaft dat een tweede functiegroep draagt(of daarmee constructief is geassocieerd). De afstand tussen de tot het samenstel behorende elementen, gemeten evenwijdig aan 3 het dakvlak, bedraagt bij voorkeur minimaal 25 of 50 centimeter of 1 meter en eventueel niet meer dan 3 of 5 of 10 meter, welke eis eventueel beperkt is tot de afstand tussen de elementen met de twee verschillende functiegroepen.
5 Aldus draagt (of is daarmee constructief geassocieerd) een aantal, bij voorkeur minimaal drie, vier, vijf of zes ervan, of al deze elementen twee verschillende functiegroepen, waarbij één van deze twee functiegroepen de valbeveiliging betreft. De ene of de andere of beide functiegroepen kunnen tevens zijn 10 gedragen/geassocieerd door niet tot het samenstel behorende elementen. Zo is het denkbaar dat alle tot het samenstel behorende elementen alle zich op het dak bevindende solar panelen dragen (of daarmee constructief zijn geassocieerd), terwijl een aantal van deze elementen de verankering van de 15 valbeveiliging draagt (of daarmee constructief is geassocieerd), terwijl deze verankering van de valbeveiliging tevens gedragen wordt(of daarmee constructief is geassocieerd) door een verdere groep van (niet tot het samenstel van elementen behorende) valbeveiliging armaturen die geen verdere 20 functiegroep dragen (of daarmee constructief is geassocieerd).
Tot de uitvinding behoort een door het samenstel van elementen verschaft puntfundament (of puntverankering) waarmee solar panelen worden gedragen (of daarmee constructief is geassocieerd), welk puntfundament tevens armaturen verschaft 25 die de punt- of lijnvormige verankering van de valbeveiliging draagt (of daarmee constructief is geassocieerd).
Voor de verankering van de valbeveiliging is bij voorkeur één of meer van het volgende van toepassing: bevindt zich op afstand boven het dakvlak; is een oog, lijn of profiel waaraan 30 men zich met de zekeringslijn aan kan vast haken; de lijn of het profiel wordt gedragen door/is constructief geassocieerd met een veelvoud van elementen van het samenstel; de lijnvormige verankering is zodanig uitgevoerd dat een daaraan reglementair vastgehaakte zekeringslijn langs de verankering kan 35 verplaatsen, daarbij de betreffende elementen van het samenstel passerend, op de wijze zoals op zich bekend uit de reeds bekende lijnvormige verankering.
4
Bij voorkeur is ervoor gezorgd dat het puntfundament gemakkelijk is aan te brengen op een bestaand plat dak, duurzaam waterdicht is te monteren, ongevoelig is voor de oriëntatie van de windbelasting, een gemakkelijk controleerbare kwaliteit, 5 vooral voor de compleetheid, sterkte en waterdichtheid, biedt.
Voor één of meer elementen van het samenstel, bijvoorbeeld voor de of alle met dezelfde twee functiegroepen geassocieerde elementen, is bij voorkeur één of meer van het volgende van toepassing: is in hoofdzaak identiek in vorm, afmeting en/of 10 opbouw aan alle andere met dezelfde twee functiegroepen geassocieerde elementen of alle andere tot het samenstel behorende elementen; omvat een zich vanaf het dakvlak opwaarts uitstrekkend orgaan, bijvoorbeeld profiel; strekt zich vanaf een niveau boven het dakvlak neerwaarts tot het dakvlak uit 15 of voorbij het dakvlak tot een niveau beneden het dakvlak; omvat een in radiale omtreksrichting volledig gesloten, dunwandige, opstaande buis, koker of dergelijk paalvormig element (hierna 'holle paal'); omvat aan de onderzijde een plaatvormig element of steunplaat, zoals een (bijv. vanaf de holle paal) uitkragende 20 flens, die met de onderzijde, bij voorkeur in hoofdzaak met het gehele oppervlak ervan, op de ondergrond, zoals de bestaande dakfolie of een structuur onder de dakfolie, steunt; de holle paal sluit radiaal volledig rondom waterdicht aan op de steunplaat; omvat een eerste en een tweede zich opwaarts 25 uitstrekkende, wederzijds separate organen die bij voorkeur boven elkaar zijn geplaatst en waartussen bij voorkeur een voorziening zich bevindt voor de op de valbeveiliging gerichte functiegroep; is mechanisch en/of door kleving aan het dak gemonteerd, bijvoorbeeld door één of meer pennen/bouten binnen 30 en/of buiten het orgaan (bijvoorbeeld buis), bijvoorbeeld stekend door een flens en/of de dakfolie of uitsluitend door de kleving van de rozet op de bestaande dakbedekking gemonteerd.
Voor de plaats waar de ene en andere functiegroep wordt gedragen door of constructief is geassocieerd met een tot het 35 samenstel behorend element dat constructief is geassocieerd met de twee functiegroepen is bij voorkeur één of meer van het volgende van toepassing: de op valbeveiliging gerichte 5 functiegroep wordt gedragen door/is constructief geassocieerd met het element op een niveau op afstand beneden het respectieve niveau betreffende de andere functiegroep; het punt- of lijnsysteem wordt gedragen door een zijdelings uitsteeksel aan 5 het element of in een zijdelings uitmondende uitsparing in het element; de andere functiegroep, zoals solar paneel, steunt bovenop het element.
In een voorkeursuitvoering onderscheidt een met de twee functiegroepen geassocieerd element zich van de bekende 10 armatuur van een punt- of lijnsysteem bij welke laatste de montage van het verankeringpunt of -lijn aan de bovenzijde van de armatuur is gerealiseerd bij welke laatste de montage van het verankeringpunt of -lijn bovenop de bovenzijde van de armatuur is gerealiseerd en er dus geen mogelijkheid is om een 15 solar paneel bovenop de armatuur te laten steunen.
Voor de solar panelen is één of meer van het volgende bij voorkeur van toepassing: - de solar panelen zijn vlak; de solar panelen staan onder een hoek van bij voorkeur 20 minimaal 20 graden ten opzichte van het dakvlak; een solarpaneel of een samenstel van solarpanelen, eventueel gemonteerd in een frame, wordt door minimaal drie of vier aan het dak gemonteerde, op wederzijdse afstand gepositioneerde steunpunten van het puntfundament rechtstreeks 25 of indirect via het frame gedragen; - de solar panelen bedekken een, bij voorkeur aaneengesloten, dakoppervlak van minimaal 4 of 10 of 50 vierkante meter.
Voor het dak is bij voorkeur één of meer van het volgende van toepassing: een dragende onderconstructie, bijvoorbeeld 30 een betonplaat of een stalen of houten ligger of een gegolfde staalplaat; een bij voorkeur dikke, drukvaste laag warmte-isolatie; een relatief dunne dakfolie, bijvoorbeeld op basis van bitumen of EPDM; onder de dakfolie warmte-isolatie; onder de warmte-isolatie een dragende onderconstructie; de 35 dakfolie sluit waterdicht aan op de elementen van het samenstel, bijvoorbeeld door een aan de dakfolie en een element gehechte separate rozet van dakfolie.
6
VOORBEELDEN
De tekening toont enkele voorbeelden van uitvoeringen van de uitvinding, hoewel nog veel meer andere uitvoeringen tot 5 de uitvinding behoren.
Fig. 1 toont in perspectief een op een plat dak gemonteerde valbeveiliging, uitgevoerd als lijnsysteem;
Fig. 2 toont in detail in perspectief hoe de zekeringlijn is gemonteerd aan het lijnsysteem van fig. 1; 10 Fig. 3 toont een kops aanzicht van een gedeelte van fig.
2;
Fig. 4 toont in perspectief een armatuur van een puntvormige verankering;
Fig. 5 toont in perspectief een plat dak dat een frame 15 draagt waarin solar panelen zijn gemonteerd;
Fig. 6 en 7 tonen in zijaanzicht een detail van fig. 5, waaraan een lijnsysteem resp. puntsysteem is toegevoegd;
Fig. 8 toont in zijaanzicht een detail van een alternatief voor het in fig. 6 getoonde systeem.
20 De fig. 1-5 tonen uit de stand van de techniek bekende daksystemen waarmee een enkele functiegroep is geassocieerd. Deze zijn gebruikt om de uitvinding te verduidelijken.
Fig. 1 toont een persoon die via een zekeringlijn vast 25 zit aan het lijnsysteem. Het lijnsysteem omvat een aantal met wederzijdse afstand vanaf het dakvlak omhoog stekende armaturen 2, 16, 18 die de verankeringslijn 14 dragen en op spanning houden. Fig. 2 en 3 tonen meer in detail de mof 22 die langs de lijn 14 kan schuiven. De mof 22 en de montage 20 van de lijn 14 aan 30 de armaturen 2 zijn zodanig aan elkaar aangepast geconstrueerd, dat de mof 22 de armaturen 2 ongehinderd kan passeren tijdens het langs de lijn 14 schuiven. De zekeringslijn is gehaakt aan een oog 24 aan de mof 22.
Een puntvormige verankering kan gebruik maken van de in 35 fig. 4 getoonde armatuur 2 die aan zijn boveneinde is uitgerust met een verankeringsoog 7 waaraan de zekeringslijn kan worden gehaakt. De armatuur 2 omvat een dunwandige buis die opwaarts 7 taps loopt en is aan de bovenzijde dicht door een dwarswand met een centraal gat waarin een bout is geschroefd waarmee het oog 7 is gemonteerd.
Bovenop de dakfolie wordt deze armatuur 2 geplaatst, 5 waarvan de flens als een voet plat op de dakfolie rust. De flens bevat vier gaten 9, waarvan er drie in de tekening zijn te zien, in elk waarvan een bout wordt gestoken die door de isolatie heen is vast gezet aan de dragende onderconstructie. Op de flens sluit de opstaande buis van de armatuur 2 aan. Flens en holle 10 buis zijn radiaal geheel rondom gesloten (afgezien van de vier gaten 9 door de flens) en sluiten radiaal geheel rondom waterdicht op elkaar aan.
Een rozet, met een centrale opening voor het nauwpassend doorlaten van de buis, en voorts naadloos en gatloos, wordt 15 met de centrale opening van bovenaf op de buis 2 gestoken en ligt met het binnenste deel radiaal geheel rondom op de flens en met het buitenste deel radaal geheel rondom op de het gehele dak bedekkende dakfolie en wordt met de onderzijde aan beide waterdicht gekleefd. De vorm van de rozet is vrij te kiezen. 20 Eventueel wordt de armatuur van fig. 4 alleen door kleven aan de dakfolie gemonteerd, bijvoorbeeld met de rozet, of op andere wijze mechanisch aan het dak gemonteerd, bijvoorbeeld met een zich binnenin de buis opwaarts uitstrekkende pen.
Het in fig. 5 getoonde frame is gemonteerd op een 25 puntfundatie, gevormd door bijvoorbeeld vier steunpunten 19 (waarvan in de tekening één zichtbaar), bijvoorbeeld één bij elk hoekpunt van het frame. Het frame houdt de vlakke solar panelen in de gewenste schuine stand.
Fig. 5 toont van onder naar boven de dragende 30 onderconstructie van het platte dak, bijvoorbeeld een betonplaat of een stalen of houten ligger of een gegolfde staalplaat. Daarboven een dikke, drukvaste laag warmte-isolatie, afgedekt door een relatief dunne dakfolie, bijvoorbeeld op basis van bitumen of EPDM.
35 Fig. 6 en 7 borduren voort op fig. 5. Vanaf de dakfolie 1 (zie fig. 6) loopt de armatuur 2 (eerste orgaan) omhoog. Bovenop de armatuur 2 steunt een draagprofiel 3 (tweede orgaan) 8 dat het frame 6 draagt waarin de solar panelen opgenomen. Tussen armatuur 2 en draagprofiel 3 is een console gemonteerd die de lijnverankering 4 van het lijnsysteem draagt. Deze lijnverankering 4 is vergelijkbaar met de montage 20 van fig.
51. De zekeringslijn 5 is via de mof (zie fig. 1) aan het lijnsysteem gehaakt. Zodoende zijn in fig. 6 de systemen van fig. 1 en fig. 5 gecombineerd.
In afwijking van fig. 6 draagt bij fig. 7 de console een puntverankering 7 van het puntsysteem van de valbeveiliging. 10 De zekeringslijn is aan de puntverankering 7 gehaakt. Zodoende zijn in fig. 7 de systemen van fig. 4 en fig. 5 gecombineerd.
Bij zowel fig. 6 als fig. 7 wordt de op valbeveiliging gerichte functiegroep (console en object 4 resp. 7) gedragen op een niveau op afstand beneden het respectieve niveau (de 15 bovenkant van draagprofiel 3) waar de functiegroep solar paneel wordt gedragen. Tevens wordt bij zowel fig. 6 als fig. 7 het punt- of lijnsysteem gedragen door een zijdelings uitsteeksel aan het element dat de objecten 2 en 3 omvat. Het object 4 resp.
7 bevindt zich dus opzij van de armatuur 2.
20 In het in fig. 8 getoonde alternatief voor het in fig.
6 getoonde, bevat het draagprofiel 3 een zijdelings uitmondende uitsparing waarin het object 4 van de op de valbeveiliging gerichte functiegroep is opgenomen, zodat het object 4 zich boven de armatuur 2 bevindt zoals op zich gelijk is aan de stand 25 van de techniek (zie bijvoorbeeld fig. 4).
In de drie uitvoeringen van fig. 6-8 steunt de andere functiegroep, d.w.z. solar paneel, bovenop het element (uit de objecten 2 en 3).
Ook andere uitvoeringen zijn denkbaar, bijvoorbeeld 30 gebaseerd op één of meer van de in fig. 6-8 getoonde uitvoeringen. De solar panelen worden bij voorkeur door een veelvoud van de in fig. 6, 7 of 8 getoonde elementen (gevormd uit de objecten 2 en 3) gedragen, waarbij die elementen elk zijn uitgerust met een console die het object 4 of 7 draagt.
Aldus wordt volgens de uitvinding voorzien in het op een plat of hellend dak verschaffen van een samenstel van een 35 9 afstand tot elkaar houdende armaturen die vast op het dak zijn gemonteerd, die de punt- of lijnvormige verankering van een met een zich aan de te beveiligen persoon bevindende zekeringskabel werkende valbeveiliging (één of meer 5 persoonlijke ankerpunten resp. een lijnsysteem vormend) draagt en tegelijkertijd een steunpunt verschaft dat een tweede functiegroep, zijnde één of meer solar panelen, draagt. De afstand tussen de armaturen, gemeten evenwijdig aan het dakvlak, bedraagt bij voorkeur minimaal 25 of 50 centimeter of 1 meter 10 en eventueel niet meer dan 3 of 5 of 10 meter.
Aldus dragen de armaturen twee verschillende functiegroepen, te weten valbeveiliging en solar panelen. Overigens kunnen één of beide functiegroepen zijn gedragen door armaturen die beide functiegroepen dragen en door armaturen 15 die een enkele functiegroep dragen.
Deze armaturen die twee verschillende functiegroepen dragen vormt een puntfundament (of puntverankering) waarmee solar panelen worden gedragen.
Voor de verankering van de valbeveiliging is bij voorkeur 20 één of meer van het volgende van toepassing: bevindt zich op afstand boven het dakvlak; is een oog, lijn of profiel waaraan men zich met de zekeringslijn aan kan vast haken; de lijn of het profiel wordt gedragen door een veelvoud van armaturen; de lijnvormige verankering is zodanig uitgevoerd dat een 25 daaraan reglementair vastgehaakte zekeringslijn langs de verankering kan verplaatsen, daarbij de betreffende armaturen passerend, op de wijze zoals op zich bekend uit de reeds bekende lijnvormige verankering.
Bij voorkeur is ervoor gezorgd dat het puntfundament 30 gemakkelijk is aan te brengen op een bestaand plat of hellend dak, duurzaam waterdicht is te monteren, ongevoelig is voor de oriëntatie van de windbelasting, een gemakkelijk controleerbare kwaliteit, vooral voor de compleetheid, sterkte en waterdichtheid, biedt.
35 Voor de armaturen is bij voorkeur één of meer van het volgende van toepassing: is in hoofdzaak identiek in vorm, afmeting en/of opbouw aan alle andere met dezelfde twee 10 functiegroepen geassocieerde armaturen; omvat een zich vanaf het dakvlak opwaarts uitstrekkend orgaan, bijvoorbeeld profiel; strekt zich vanaf een niveau boven het dakvlak neerwaarts tot het dakvlak uit of voorbij het dakvlak tot een niveau beneden 5 het dakvlak; omvat een in radiale omtreksrichting volledig gesloten, dunwandige, opstaande buis, koker of dergelijk paalvormig element (hierna 'holle paal') met aan de onderzijde een plaatvormig element of steunplaat, zoals een vanaf de holle paal uitkragende flens, die met de onderzijde op de ondergrond, 10 zoals de bestaande dakfolie of een structuur onder de dakfolie, steunt, en waarbij de holle paal bij voorkeur radiaal volledig rondom waterdicht aansluit op de steunplaat; omvat een eerste en een tweede zich opwaarts uitstrekkende, wederzijds separate organen die bij voorkeur boven elkaar zijn geplaatst en 15 waartussen bij voorkeur een voorziening zich bevindt voor de op de valbeveiliging gerichte functiegroep; is mechanisch en/of door kleving aan het dak gemonteerd, bijvoorbeeld door één of meer pennen/bouten binnen en/of buiten het orgaan (bijvoorbeeld buis), bijvoorbeeld stekend door een flens en/of de dakfolie 20 of uitsluitend door de kleving van de rozet op de bestaande dakbedekking gemonteerd.
Voor de plaats waar de ene en andere functiegroep wordt gedragen door de armatuur is bij voorkeur één of meer van het volgende van toepassing: de op valbeveiliging gerichte 25 functiegroep wordt gedragen op een niveau op afstand beneden het respectieve niveau betreffende de functiegroep solar paneel; het punt- of lijnsysteem wordt gedragen door een zijdelings uitsteeksel aan de armatuur of in een zijdelings uitmondende uitsparing in de armatuur (zie bijv. fig. 8); het solar paneel 30 steunt bovenop het element.
In een voorkeursuitvoering onderscheidt een met de twee functiegroepen geassocieerde armatuur zich van de bekende armatuur van een punt- of lijnsysteem bij welke laatste de montage van het verankeringpunt of -lijn bovenop de bovenzijde 35 van de armatuur is gerealiseerd en er dus geen mogelijkheid is om een solar paneel bovenop de armatuur te laten steunen.
Voor de solar panelen is één of meer van het volgende bij 11 voorkeur van toepassing: - de solar panelen zijn vlak; de solar panelen staan onder een hoek van bij voorkeur minimaal 20 graden ten opzichte van het dakvlak; 5 - een solarpaneel of een samenstel van solarpanelen, eventueel gemonteerd in een frame, wordt door minimaal drie of vier aan het dak gemonteerde, op wederzijdse afstand gepositioneerde steunpunten van het puntfundament rechtstreeks of indirect via het frame gedragen; 10 - de solar panelen bedekken een, bij voorkeur aaneengesloten, dakoppervlak van minimaal 4 of 10 of 50 vierkante meter.
Voor het dak is bij voorkeur één of meer van het volgende van toepassing: een dragende onderconstructie, bijvoorbeeld een betonplaat of een stalen of houten ligger of een gegolfde 15 staalplaat; een bij voorkeur dikke, drukvaste laag warmte-isolatie; een relatief dunne dakfolie, bijvoorbeeld op basis van bitumen of EPDM; onder de dakfolie warmte-isolatie; onder de warmte-isolatie een dragende onderconstructie; de dakfolie sluit waterdicht aan op de elementen van het samenstel, 20 bijvoorbeeld door een aan de dakfolie en een element gehechte separate rozet van dakfolie.

Claims (39)

1. Combinatie van een plat of hellend dak van een gebouw en een samenstel van minimaal zes een afstand tot elkaar houdende 5 elementen die vast op het dak zijn gemonteerd, welke elementen elk een armatuur verschaft die de punt- of lijnvormige verankering van een valbeveiliging draagt en tegelijkertijd een steunpunt verschaft dat een tweede functiegroep draagt.
2. Combinatie volgens conclusie 1, waarbij de elementen een lijnsysteem als valbeveiliging vormen.
3. Combinatie volgens conclusie 1 of 2, waarbij de afstand tussen de tot het samenstel behorende elementen, gemeten 15 evenwijdig aan het dakvlak minimaal 1 meter en niet meer dan 10 meter bedraagt en de elementen zich op afstand boven het dak bevindende solar panelen dragen en de elementen een puntfundament (of puntverankering) verschaffen voor de solar panelen, welk puntfundament tevens armaturen verschaft die de 20 punt- of lijnvormige verankering van de valbeveiliging draagt op afstand boven het dakvlak, terwijl de elementen in hoofdzaak identiek in vorm, afmeting en opbouw zijn en ieder element een zich vanaf het dakvlak opwaarts uitstrekkend profiel met een in radiale omtreksrichting volledig gesloten, dunwandige, 25 opstaande holle paal heeft met aan de onderzijde een plaatvormig element of steunplaat, zoals een (bijv. vanaf de holle paal) uitkragende flens, die met de onderzijde, bij voorkeur in hoofdzaak met het gehele oppervlak ervan, op de bestaande dakfolie steunt terwijl de holle paal radiaal volledig rondom 30 waterdicht aansluit op de steunplaat en het element waterdicht aansluit op de dakfolie door een aan de dakfolie en een element gekleefde separate rozet van dakfolie, waarbij het dak omvat: een dragende onderconstructie, daarboven een dikke, drukvaste laag warmte-isolatie, daarboven een 35 relatief dunne dakfolie.
4. Combinatie volgens conclusie 3, waarbij de op valbeveiliging gerichte functiegroep wordt gedragen door het element op een niveau op afstand beneden het respectieve niveau betreffende de op het dragen van de solar panelen gerichte functiegroep, waarbij het punt- of lijnsysteem wordt gedragen 5 door een zijdelings uitsteeksel aan het element of in een zijdelings uitmondende uitsparing in het element en de solar panelen steunen bovenop het element.
5. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en 10 de afstand tussen de tot het samenstel behorende elementen, gemeten evenwijdig aan het dakvlak, bedraagt bij voorkeur minimaal 25 of 50 centimeter of 1 meter en eventueel niet meer dan 3 of 5 of 10 meter, welke eis eventueel beperkt is tot de afstand tussen de elementen met de twee verschillende 15 functiegroepen.
6. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en dus draagt (of is daarmee constructief geassocieerd) een aantal, bij voorkeur minimaal drie, vier, vijf of zes ervan, of al deze 20 elementen twee verschillende functiegroepen, waarbij één van deze twee functiegroepen de valbeveiliging betreft.
7. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en de ene of de andere of beide functiegroepen kunnen tevens zijn 25 gedragen/geassocieerd door niet tot het samenstel behorende elementen.
8. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en is het denkbaar dat alle tot het samenstel behorende elementen 30 alle zich op het dak bevindende solar panelen dragen (of daarmee constructief zijn geassocieerd), terwijl een aantal van deze elementen de verankering van de valbeveiliging draagt (of daarmee constructief is geassocieerd), terwijl deze verankering van de valbeveiliging tevens gedragen wordt(of 35 daarmee constructief is geassocieerd) door een verdere groep van (niet tot het samenstel van elementen behorende) valbeveiliging armaturen die geen verdere functiegroep dragen (of daarmee constructief is geassocieerd).
9. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en ertoe behoort een door het samenstel van elementen verschaft puntfundament (of puntverankering) waarmee solar panelen 5 worden gedragen (of daarmee constructief is geassocieerd) , welk puntfundament tevens armaturen verschaft die de punt- of lijnvormige verankering van de valbeveiliging draagt (of daarmee constructief is geassocieerd).
10. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en voor de verankering van de valbeveiliging is bij voorkeur één of meer van het volgende van toepassing: bevindt zich op afstand boven het dakvlak; is een oog, lijn of profiel waaraan men zich met de zekeringslijn aan kan vast haken; de lijn of het profiel 15 wordt gedragen door/is constructief geassocieerd met een veelvoud van elementen van het samenstel; de lijnvormige verankering is zodanig uitgevoerd dat een daaraan reglementair vastgehaakte zekeringslijn langs de verankering kan verplaatsen, daarbij de betreffende elementen van het samenstel 20 passerend, op de wijze zoals op zich bekend uit de reeds bekende lijnvormige verankering.
11. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en ook is ervoor gezorgd dat het puntfundament gemakkelijk is aan 25 te brengen op een bestaand plat dak, duurzaam waterdicht is te monteren, ongevoelig is voor de oriëntatie van de windbelasting, een gemakkelijk controleerbare kwaliteit, vooral voor de compleetheid, sterkte en waterdichtheid, biedt.
12. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en voor één of meer elementen van het samenstel, bijvoorbeeld voor de of alle met dezelfde twee functiegroepen geassocieerde elementen, is bij voorkeur één of meer van het volgende van toepassing: is in hoofdzaak identiek in vorm, afmeting en/of 35 opbouw aan alle andere met dezelfde twee functiegroepen geassocieerde elementen of alle andere tot het samenstel behorende elementen; omvat een zich vanaf het dakvlak opwaarts uitstrekkend orgaan, bijvoorbeeld profiel; strekt zich vanaf een niveau boven het dakvlak neerwaarts tot het dakvlak uit of voorbij het dakvlak tot een niveau beneden het dakvlak; omvat een in radiale omtreksrichting volledig gesloten, dunwandige, 5 opstaande buis, koker of dergelijk paalvormig element (hierna yholle paal'); omvat aan de onderzijde een plaatvormig element of steunplaat, zoals een (bijv. vanaf de holle paal) uitkragende flens, die met de onderzijde, bij voorkeur in hoofdzaak met het gehele oppervlak ervan, op de ondergrond, zoals de bestaande 10 dakfolie of een structuur onder de dakfolie, steunt; de holle paal sluit radiaal volledig rondom waterdicht aan op de steunplaat; omvat een eerste en een tweede zich opwaarts uitstrekkende, wederzijds separate organen die bij voorkeur boven elkaar zijn geplaatst en waartussen bij voorkeur een 15 voorziening zich bevindt voor de op de valbeveiliging gerichte functiegroep; is mechanisch en/of door kleving aan het dak gemonteerd, bijvoorbeeld door één of meer pennen/bouten binnen en/of buiten het orgaan (bijvoorbeeld buis), bijvoorbeeld stekend door een flens en/of de dakfolie of uitsluitend door 2 0 de kleving van de rozet op de bestaande dakbedekking gemonteerd.
13. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en voor de plaats waar de ene en andere functiegroep wordt gedragen door of constructief is geassocieerd met een tot het samenstel 25 behorend element dat constructief is geassocieerd met de twee functiegroepen is bij voorkeur één of meer van het volgende van toepassing: de op valbeveiliging gerichte functiegroep wordt gedragen door/is constructief geassocieerd met het element op een niveau op afstand beneden het respectieve niveau 30 betreffende de andere functiegroep; het punt- of lijnsysteem wordt gedragen door een zijdelings uitsteeksel aan het element of in een zijdelings uitmondende uitsparing in het element; de andere functiegroep, zoals solar paneel, steunt bovenop het element. 35
14. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en verder onderscheidt een met de twee functiegroepen geassocieerd element zich van de bekende armatuur van een punt- of lijnsysteem bij welke laatste de montage van het verankeringpunt of -lijn aan de bovenzijde van de armatuur is gerealiseerd bij welke laatste de montage van het 5 verankeringpunt of -lijn bovenop de bovenzijde van de armatuur is gerealiseerd en er dus geen mogelijkheid is om een solar paneel bovenop de armatuur te laten steunen.
15. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en 10 voor de solar panelen is één of meer van het volgende van toepassing: de solar panelen zijn vlak; de solar panelen staan onder een hoek van bij voorkeur minimaal 20 graden ten opzichte van het dakvlak; 15. een solarpaneel of een samenstel van solarpanelen, eventueel gemonteerd in een frame, wordt door minimaal drie of vier aan het dak gemonteerde, op wederzijdse afstand gepositioneerde steunpunten van het puntfundament rechtstreeks of indirect via het frame gedragen; 20. de solar panelen bedekken een, bij voorkeur aaneengesloten, dakoppervlak van minimaal 4 of 10 of 50 vierkante meter.
16. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en voor het dak is één of meer van het volgende van toepassing: 25 een dragende onderconstructie, bijvoorbeeld een betonplaat of een stalen of houten ligger of een gegolfde staalplaat; een bij voorkeur dikke, drukvaste laag warmte-isolatie; een relatief dunne dakfolie, bijvoorbeeld op basis van bitumen of EPDM; onder de dakfolie warmte-isolatie; onder de 30 warmte-isolatie een dragende onderconstructie; de dakfolie sluit waterdicht aan op de elementen van het samenstel, bijvoorbeeld door een aan de dakfolie en een element gehechte separate rozet van dakfolie.
17. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en is voorzien in het op een plat of hellend dak verschaffen van een samenstel van een afstand tot elkaar houdende armaturen die vast op het dak zijn gemonteerd, die de punt- of lijnvormige verankering van een met een zich aan de te beveiligen persoon bevindende zekeringskabel werkende valbeveiliging (één of meer persoonlijke ankerpunten resp. een lijnsysteem vormend) draagt 5 en tegelijkertijd een steunpunt verschaft dat een tweede functiegroep, zijnde één of meer solar panelen, draagt.
18. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en de afstand tussen de armaturen, gemeten evenwijdig aan het 10 dakvlak, bedraagt bij voorkeur minimaal 25 of 50 centimeter of 1 meter en eventueel niet meer dan 3 of 5 of 10 meter.
19. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en dus dragen de armaturen twee verschillende functiegroepen, te 15 weten valbeveiliging en solar panelen.
20. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en ook kunnen één of beide functiegroepen zijn gedragen door armaturen die beide functiegroepen dragen en door armaturen 20 die een enkele functiegroep dragen.
21. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en deze armaturen die twee verschillende functiegroepen dragen vormen een puntfundament (of puntverankering) waarmee solar 25 panelen worden gedragen.
22. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en voor de verankering van de valbeveiliging is bij voorkeur één of meer van het volgende van toepassing: bevindt zich op afstand 30 boven het dakvlak; is een oog, lijn of profiel waaraan men zich met de zekeringslijn aan kan vast haken; de lijn of het profiel wordt gedragen door een veelvoud van armaturen; de lijnvormige verankering is zodanig uitgevoerd dat een daaraan reglementair vastgehaakte zekeringslijn langs de verankering kan 35 verplaatsen, daarbij de betreffende armaturen passerend, op de wijze zoals op zich bekend uit de reeds bekende lijnvormige verankering.
23. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en is ervoor gezorgd dat het puntfundament gemakkelijk is aan te brengen op een bestaand plat of hellend dak, duurzaam waterdicht 5 is te monteren, ongevoelig is voor de oriëntatie van de windbelasting, een gemakkelijk controleerbare kwaliteit, vooral voor de compleetheid, sterkte en waterdichtheid, biedt.
24. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en 10 voor de armaturen is één of meer van het volgende van toepassing: is in hoofdzaak identiek in vorm, afmeting en/of opbouw aan alle andere met dezelfde twee functiegroepen geassocieerde armaturen; omvat een zich vanaf het dakvlak opwaarts uitstrekkend orgaan, bijvoorbeeld profiel; strekt zich vanaf 15 een niveau boven het dakvlak neerwaarts tot het dakvlak uit of voorbij het dakvlak tot een niveau beneden het dakvlak; omvat een in radiale omtreksrichting volledig gesloten, dunwandige, opstaande buis, koker of dergelijk paalvormig element (hierna 'holle paal') met aan de onderzijde een plaatvormig element 20 of steunplaat, zoals een vanaf de holle paal uitkragende flens, die met de onderzijde op de ondergrond, zoals de bestaande dakfolie of een structuur onder de dakfolie, steunt, en waarbij de holle paal bij voorkeur radiaal volledig rondom waterdicht aansluit op de steunplaat; omvat een eerste en een tweede zich 25 opwaarts uitstrekkende, wederzijds separate organen die bij voorkeur boven elkaar zijn geplaatst en waartussen bij voorkeur een voorziening zich bevindt voor de op de valbeveiliging gerichte functiegroep; is mechanisch en/of door kleving aan het dak gemonteerd, bijvoorbeeld door één of meer pennen/bouten 30 binnen en/of buiten het orgaan (bijvoorbeeld buis), bijvoorbeeld stekend door een flens en/of de dakfolie of uitsluitend door de kleving van de rozet op de bestaande dakbedekking gemonteerd.
25. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en voor de plaats waar de ene en andere functiegroep wordt gedragen door de armatuur is één of meer van het volgende van toepassing: de op valbeveiliging gerichte functiegroep wordt gedragen op een niveau op afstand beneden het respectieve niveau betreffende de functiegroep solar paneel; het punt- of lijnsysteem wordt gedragen door een zijdelings uitsteeksel aan 5 de armatuur of in een zijdelings uitmondende uitsparing in de armatuur (zie bijv. fig. 8); het solar paneel steunt bovenop het element.
26. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en 10 ook onderscheidt een met de twee functiegroepen geassocieerde armatuur zich van de bekende armatuur van een punt- of lijnsysteem bij welke laatste de montage van het verankeringpunt of -lijn bovenop de bovenzijde van de armatuur is gerealiseerd en er dus geen mogelijkheid is om een solar 15 paneel bovenop de armatuur te laten steunen.
27. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en voor de solar panelen is één of meer van het volgende van toepassing: 20. de solar panelen zijn vlak; de solar panelen staan onder een hoek van bij voorkeur minimaal 20 graden ten opzichte van het dakvlak; een solarpaneel of een samenstel van solarpanelen, eventueel gemonteerd in een frame, wordt door minimaal drie 25 of vier aan het dak gemonteerde, op wederzijdse afstand gepositioneerde steunpunten van het puntfundament rechtstreeks of indirect via het frame gedragen; de solar panelen bedekken een, bij voorkeur aaneengesloten, dakoppervlak van minimaal 4 of 10 of 50 vierkante meter. 30
28. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en voor het dak is één of meer van het volgende van toepassing: een dragende onderconstructie, bijvoorbeeld een betonplaat of een stalen of houten ligger of een gegolfde staalplaat; een 35 bij voorkeur dikke, drukvaste laag warmte-isolatie; een relatief dunne dakfolie, bijvoorbeeld op basis van bitumen of EPDM; onder de dakfolie warmte-isolatie; onder de warmte-isolatie een dragende onderconstructie; de dakfolie sluit waterdicht aan op de elementen van het samenstel, bijvoorbeeld door een aan de dakfolie en een element gehechte separate rozet van dakfolie. 5
29. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en het lijnsysteem omvat een aantal met wederzijdse afstand vanaf het dakvlak omhoog stekende armaturen (2, 16, 18) die de verankeringslijn (14) dragen en op spanning houden, en een mof 10 (22) kan langs de lijn (14) schuiven, zodat de mof (22) en de montage (20) van de lijn (14) aan de armaturen (2) zijn zodanig aan elkaar aangepast geconstrueerd, dat de mof (22) de armaturen (2) ongehinderd kan passeren tijdens het langs de lijn (14) schuiven, terwijl een zekeringslijn is gehaakt aan een oog (24) 15 aan de mof (22) .
30. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en een puntvormige verankering heeft een armatuur (2) welke omvat een dunwandige buis die opwaarts taps loopt en is aan de 20 bovenzijde dicht door een dwarswand met eventueel een centraal gat.
31. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en bovenop de armatuur (2) steunt een draagprofiel (3) ingericht 25 voor dragen van een solar paneel.
32. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en tussen armatuur (2) en draagprofiel (3) is een console gemonteerd die de valbeveiliging (4) draagt. 30
33. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en ook wordt de op valbeveiliging gerichte functiegroep gedragen op een niveau op afstand beneden het respectieve niveau waar de functiegroep solar paneel wordt gedragen. 35
34. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en ook wordt het punt- of lijnsysteem gedragen door een zijdelings uitsteeksel aan het element dat de objecten (2) en/of (3) omvat.
35. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en het object bevindt zich opzij van de armatuur (2). 5
36. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en het draagprofiel (3) bevat een zijdelings uitmondende uitsparing waarin het object (4) van de op de valbeveiliging gerichte functiegroep is opgenomen. 10
37. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en zodat het object (4) zich boven de armatuur (2) bevindt.
38. Combinatie volgens één van de voorgaande conclusies, en 15 verder steunt een functiegroep, d.w.z. solar paneel, bovenop het element of armatuur.
39. Onderdeel, element of armatuur, blijkbaar geschikt voor de combinatie volgens één van de voorgaande conclusies.
NL2008114A 2011-01-13 2012-01-13 Systeem voor valbeveiliging en solar panelen op platte daken. NL2008114C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2008114A NL2008114C2 (nl) 2011-01-13 2012-01-13 Systeem voor valbeveiliging en solar panelen op platte daken.

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2006001 2011-01-13
NL2006001 2011-01-13
NL2008114 2012-01-13
NL2008114A NL2008114C2 (nl) 2011-01-13 2012-01-13 Systeem voor valbeveiliging en solar panelen op platte daken.

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL2008114A NL2008114A (nl) 2012-07-16
NL2008114C2 true NL2008114C2 (nl) 2012-09-26

Family

ID=46604638

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2008114A NL2008114C2 (nl) 2011-01-13 2012-01-13 Systeem voor valbeveiliging en solar panelen op platte daken.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2008114C2 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2017041805A1 (en) 2015-09-08 2017-03-16 Mul10 Metal A/S Fixture system for mounting on roofs and use of such fixture system

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE202018103249U1 (de) * 2018-06-08 2018-07-20 Premium Mounting Technologies GmbH & Co. KG Montagesystem zur Montage von Photovoltaikmodulen auf Dächern, mit Absturzsicherung

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2017041805A1 (en) 2015-09-08 2017-03-16 Mul10 Metal A/S Fixture system for mounting on roofs and use of such fixture system
EP3347541B1 (en) * 2015-09-08 2022-05-11 MUL10 Metal A/S Fixture system for mounting on roofs and use of such fixture system

Also Published As

Publication number Publication date
NL2008114A (nl) 2012-07-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US7921607B2 (en) Apparatus for mounting a solar panel or other article to a roof or other structure
US10277162B1 (en) Mounting apparatus to secure a solar panel rail to stone-coated metal tile roofs
US10320325B1 (en) Mounting apparatus to secure solar panel rails to stone-coated metal tile roofs
US20120272593A1 (en) Passive collimating skylight
NL2008114C2 (nl) Systeem voor valbeveiliging en solar panelen op platte daken.
US20190386601A1 (en) Systems and apparatuses for precipitation management in solar assemblies
US11401668B1 (en) Method of suspending a platform from a bridge main cable
US20130055648A1 (en) Gutter Guard Device
NL2018791B1 (nl) Samenstel, montagesysteem en werkwijze voor het op een ondergrond plaatsen van zonnepanelen
US9759452B2 (en) Support structure for multiple heliostats
NL1016191C2 (nl) Antenneplatform.
NL1028279C2 (nl) Dakanker.
NL1042360B1 (nl) Drijfbaar draagsysteem voor een aantal zonnepanelen
CN105866014A (zh) 一种大气腐蚀暴露试验架
WO2020019092A1 (es) Sistema de protección perimetral contra caída de personas en construcción de edificaciones en altura
ES2370597A1 (es) Torre de telecomunicación.
NL2007051C2 (nl) Montage van solar panelen op platte daken.
RU2651738C1 (ru) Мачта со стабилизированной по направлению верхней рабочей площадкой
US9115495B2 (en) Reflector assembly for a skylight curb and method of installing same through a safety grid from the roof
CA2734994C (en) Perimetric protection system for buildings undergoing construction
NL2002911C2 (nl) Aan panlat bevestigd veiligheidsmiddel.
CN208329568U (zh) 可调装配式挂置平台
NO334602B1 (no) Modulbasert byggesystem.
NL1040733B1 (nl) Staander bevestigd op onderconstructie met behulp van verkleefde ankerplaat ten behoeven van tijdelijk of permanent hekwerk.
GB2463263A (en) Support apparatus for supporting a plurality of solar energy collection devices

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20160201