NL2006922C2 - Badkuip en werkwijze voor het voorzien van warm water daarvoor. - Google Patents

Description

Badkuip en werkwijze voor het voorzien van warm water daarvoor

De onderhavige uitvinding betreft een badkuip, en 5 meer in het bijzonder een zogeheten "hot tub". Dergelijke "hot tubs" worden veelal in een buitenomgeving gebruikt.

Bekende badkuipen geschikt voor buitengebruik onafhankelijk van weerscondities maken bijvoorbeeld gebruik van een polyesterkuip waarin een kachel is geplaatst.

10 Alternatief wordt gebruik gemaakt van een houten kuip waarin een dergelijke kachel is geplaatst. Een probleem dat hierbij optreedt, is dat een significant deel van het volume van de kuip in beslag wordt genomen door de kachel. Een ander nadeel van dergelijke bekende kuipen wordt gevormd doordat 15 de opwarmtijd relatief lang is. Dit maakt de kuip minder gebruiksvriendelij k.

Een doel van de uitvinding is bovengenoemde nadelen te voorkomen of ten minste te verminderen en een effectieve badkuip te verschaffen.

20 Dit doel wordt bereikt met de badkuip volgens de uitvinding, de badkuip omvattende: een met water vulbare houder; een in of aan de houder geplaatste kachel voorzien van een afvoerpijp voor de rookgassen; en 25 - een bij de houder voorzien vulpunt voor het naar de houder aanvoeren van water, waarbij het vulpunt werkzaam is verbonden met een opwarmbuis voorzien in of rond de afvoerpijp.

Door het voorzien van een badkuip, ofwel een 30 zogeheten "hot tub", waarin in een gebruikstoestand een kachel is geplaatst in een houder waarin water aanbrengbaar is, kan water worden opgewarmd met behulp van deze kachel. Hierbij is de kachel van een afvoerpijp voorzien voor het 2 afvoeren van rookgassen. Dit is met name relevant indien in een momenteel geprefereerde uitvoeringsvorm gebruik wordt gemaakt van een houtkachel. Voorts is de badkuip volgens de vinding nabij de houder of tobbe daarvan van een vulpunt 5 voorzien voor het naar de houder aanvoeren van water, waarbij het vulpunt werkzaam is verbonden met een opwarmbuis die is voorzien in of rond de afvoerpijp. Hiermee wordt bewerkstelligd dat het aangevoerde water wordt opgewarmd met behulp van de door de kachel geproduceerde warmte die via de 10 afvoer wordt afgevoerd. Hiermee wordt warmteverlies tegengegaan en wordt het algeheel rendement van de kachel vergroot.

Een bijkomend voordeel van het met behulp van de warmte in de afvoerpijp opwarmen van aangevoerd water, is 15 dat de opwarming reeds kan beginnen tijdens het vullen van de houder van de badkuip volgens de vinding. Hiermee wordt bewerkstelligd dat de algehele opwarmtijd, ofwel de wachttijd voor het in gebruik kunnen nemen van de badkuip, sterk wordt gereduceerd. Hiermee wordt de gebruiks-20 vriendelijkheid van de badkuip volgens de vinding vergroot.

In een voordelige voorkeursuitvoeringsvorm is tussen het vulpunt en de opwarmbuis een vulbuis voorzien.

Door het voorzien van een vulbuis tussen het vulpunt en de opwarmbuis wordt het aangevoerde water in de 25 vulbuis opgevoerd naar een positie dicht bij het uiteinde van de afvoerpijp en daarna gebracht in de opwarmbuis. Het toegevoerde water zal vervolgens omlaag stromen in de opwarmbuis die bij voorkeur is voorzien aan de binnenzijde of, met de meeste voorkeur, aan de buitenzijde rondom de 30 afvoerpijp. Door middel van deze dubbelwandige buisconfiguratie volgens de vinding wordt een zo optimaal mogelijke warmteoverdracht tussen de rookgassen in de afvoerpijp en het toegevoerde water bewerkstelligd. Door het 3 voorzien van de vulbuis wordt bewerkstelligd dat het water volgens de vinding in gebruik in tegenstroom is met de gasafvoer zodanig dat daarmee de totale warmteoverdracht verder wordt verbeterd. Dit resulteert in een hogere 5 effectiviteit van de gebruikte energie.

Volgens de onderhavige uitvinding is de opwarmbuis zodanig ten opzichte van de kachel gepositioneerd, dat het toegevoerde water direct op, of in de directe omgeving van, de kachel in de houder terecht komt.

10 Door het toegevoerde water uit de opwarmbuis te laten stromen of vallen, zal het water ten gevolge van de positionering van de opwarmbuis ten opzichte van de kachel bij voorkeur direct op de kachel terecht komen of ten minste in de directe nabijheid daarvan. Hierdoor wordt het 15 toegevoerde koude water na de voorverwarming verder opgewarmd door de kachel. Bijkomend wordt de kachel hierdoor verder afgekoeld. Door het rechtstreeks brengen van het koude toegevoerde water op de kachel, of ten minste in de directe nabijheid daarvan, wordt een zo optimaal mogelijk 20 temperatuurverschil tussen het water en de kachel gerealiseerd tijdens het toevoeren van het koude water. Hierdoor wordt de warmteoverdracht verder verbeterd. Dit resulteert in een verder verbeterde effectiviteit van de met de kachel geproduceerde warmte.

25 Bij voorkeur is de opwarmbuis aan de onderzijde voorzien van een aantal uitstroomopeningen. Door het voorzien van deze uitstroomopeningen kan de stroom van het toegevoerde water vrij nauwkeurig worden beheerst en zo optimaal mogelijk in de nabijheid van de kachel worden 30 gebracht. Desgewenst behoort het tot de mogelijkheden om bijvoorbeeld een spiraalvorm in de opwarmbuis te voorzien die bijvoorbeeld als een mantel is aangebracht rondom de 4 afvoerpijp. Op deze wijze kan de warmteoverdracht verder worden verbeterd.

In een voordelige voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding is de opwarmbuis aan de bovenzijde 5 voorzien van een kap.

Door het voorzien van een kap aan de bovenzijde van de opwarmbuis wordt bewerkstelligd dat geen externe deeltjes in de opwarmbuis terecht kunnen komen. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan regen, alsook aan 10 roetdeeltjes die afkomstig zijn uit de afvoerpijp. Op deze wijze wordt vervuiling van het water in de badkuip volgens de uitvinding zo veel mogelijk tegengegaan.

Bij voorkeur is de kap vastgezet aan de afvoerpijp en met speling voorzien rondom de opwarmbuis. Door het 15 voorzien van een speling wordt bewerkstelligd dat omgegaan kan worden met uitzetting van delen ten gevolge van temperatuur en met name temperatuurverschillen. Bijkomend is het mogelijk dat door het voorzien van de speling lucht kan ontsnappen uit de opwarmbuis. Hiermee worden ongewenste 20 effecten van lucht in deze opwarmbuis tegengegaan.

In een verdere voordelige voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding is de houder van aluminium voorzien.

Door het voorzien van aluminium wordt een goed 25 bewerkbaar materiaal verschaft waarmee de houder realiseerbaar is. Bij voorkeur wordt aan de buitenzijde van de aluminium houder een isolatielaag voorzien, bijvoorbeeld in de vorm van een zogeheten noppenfolie. Desgewenst behoort het tot de mogelijkheden om een verdere buitenste afwerklaag 30 aan te brengen. Een dergelijke afwerklaag wordt bijvoorbeeld gevormd uit plankdelen. Hiermee wordt de badkuip volgens de vinding esthetisch verbeterd en wordt bijkomend eventueel ook de isolatie verder verbeterd.

5

In een verdere voordelige voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding is de houder voorzien van een waterdichte luchtkast.

Door het voorzien van een waterdichte luchtkast 5 wordt het volume van de houder verkleind zodat minder water nodig is voor het vullen van de houder zonder dat functionaliteit verloren gaat aangezien de luchtkast bij voorkeur als zitting functioneert. Een bijkomend voordeel van het voorzien van een waterdichte luchtkast is dat de 10 isolatie van de houder verder wordt verbeterd. Hierdoor wordt de warmte aanwezig in het water voor langere tijd behouden en hoeft het water minder verwarmd te worden.

In een verdere voordelige voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding is de houder voorzien van 15 een bovenring waarin uitsparingen zijn aangebracht voor het insteken van plankdelen ten behoeve van een buitenwand.

Door een bovenring of bovenrand te voorzien waarin uitsparingen zijn aangebracht kunnen plankdelen onder een hoek als het ware worden gestoken onder deze rand of ring en 20 vervolgens in een in hoofdzaak verticale positie worden gebracht om daarna aan de onderzijde bij voorkeur te worden geplaatst op een rand of een lip voorzien aan een ring. Op deze wijze kan op effectieve wijze een buitenwand of buitenmantel worden voorzien rondom de houder. Hierbij is 25 het mogelijk een dergelijk plankdeel bijvoorbeeld aan de onderzijde nog met een additionele schroef of op andere wijze vast te zetten. Het op genoemde wijze voorzien van een buitenwand maakt het mogelijk om deze bij beschadiging bijvoorbeeld per element te vervangen en/of de gehele 30 buitenwand van een andere uitstraling te voorzien. Hiermee wordt de flexibiliteit van de badkuip volgens de vinding verder vergroot.

6

Optioneel behoort het tot de mogelijkheden om de badkuip volgens de vinding met één of meer van de voorgaand genoemde maatregelen te voorzien van additionele pompen of mengers voor het mengen van het in de houder aanwezige water 5 als ook voor het eventueel terug opwarmen van dit water via de kachel en/of de opwarmbuis. Voorts behoort het tot de mogelijkheden om de badkuip te voorzien van reinigingsmiddelen, bijvoorbeeld een ozongenerator. Voorts behoort het tot de mogelijkheden om verlichting en een 10 geluidsinstallatie te voorzien.

De uitvinding heeft verder betrekking op een werkwijze voor het voorzien van warm water in of naar een badkuip, omvattende: - het voorzien van een badkuip zoals bovenstaand 15 beschreven; en - het aan de houder toevoeren van water.

De werkwijze biedt dezelfde voordelen en effecten als bovenstaand beschreven voor de badkuip volgens de vinding.

20 Verdere voordelen, kenmerken en details van de uitvinding worden toegelicht aan de hand van voorkeursuitvoeringsvormen daarvan, waarbij word verwezen naar de bij gevoegde tekeningen, waarin tonen: - Figuur 1 een zijaanzicht van de badkuip volgens 25 de vinding; - Figuur 2 een bovenaanzicht van de badkuip uit figuur 1; en - Figuur 3 een detail van de badkuip uit figuur 1.

Een badkuip 2 (figuur 1) is geplaatst op een 30 ondergrond 4. Een kachel 6 is geplaatst in een aluminium houder of tobbe 8 waarin water 10 is aangebracht. Kachel 6 in tobbe 8 is voorzien van een deur 12 aan de buitenzijde van badkuip 2 voor het aanvoeren van houtblokken 14 ten 7 behoeve van het realiseren van een vuur 16. Aan de bovenzijde van kachel 6 bevindt zich een afvoerpijp 18 die aan de bovenzijde is beschermd met behulp van kap 20. Tobbe 8 is voorzien van een bovenrand 22 en voetelementen 24 aan 5 de onderzijde van tobbe 8. Tussen onderrand 24 en bovenrand 22 strekken zich plankdelen 26 uit. In de getoonde uitvoeringsvorm zijn de afzonderlijke plankdelen 26 voorzien met een tussenruimte. Voorts is in de getoonde uitvoeringsvorm van badkuip 2 tussen de buitenlaag met 10 plankdelen 26 en binnenlaag met tobbe 8 een isolatiemateriaal in de vorm van een noppenfolie 28 voorzien. Voorts is een tent 30 aangebracht die bijvoorbeeld gebruikt wordt tijdens het vullen van tobbe 8 met water 10.

Voor het vullen van tobbe 8 wordt water 10 15 aangevoerd via aanvoerslang 32 die op vulpunt 33 is verbonden met vulbuis 34. Vulbuis 34 gaat bij aansluiting 36 over in mantelbuis of opwarmbuis 38. Aan de onderzijde is opwarmbuis 38 voorzien van een aantal uitstroomopeningen 40 die ervoor zorgen dat aangevoerde en voorgewarmde water 10 20 uitstroomt en bij voorkeur in contact komt met het oppervlak 42 van kachel 6. Aan de bovenzijde van opwarmbuis 38 is een afdekkap 44 voorzien die in de getoonde uitvoeringsvorm vast is verbonden met afvoerpijp 18 waardoor in gebruik van kachel 6 de rookgassen stromen. Tussen afdekkap 44 en 25 mantelbuis 3 is een speling 46 voorzien waardoor bijvoorbeeld lucht uit opwarmbuis 38 afgevoerd kan worden.

Badkuip 2 is voorzien van een luchtkast 46 (figuur 2) die in gebruik tevens dienst doet als zitplaats voor persoon P (figuur 3). Rand 22 is voorzien van een uitsparing 30 48 waarmee een plankdeel 26 opwaarts in richting van pijl A

in rand 22 geschoven kan worden. Vervolgens wordt plankdeel 26 in een in hoofdzaak verticale positie gebracht en neerwaarts geschoven in de richting van pijl B om te rusten 8 op lip 50 aan onderrand 24 van badkuip 2. Badkuip 2, in het bijzonder tobbe 8, is voorzien van een afvoer 44 die bijvoorbeeld met een knelplug wordt afgedicht. Uitlaat 44 wordt gebruikt voor het afvoeren van water 10 uit badkuip 2.

5 Voor het met water 10 vullen van een badkuip, ofwel "hot tub", wordt een toevoerslang 32, bijvoorbeeld een tuinslang, aangesloten op vulpunt 33. Kachel 6 wordt voorzien van houtblokken 14 voor het realiseren van een vuur 16. Ten gevolge van leidingdruk stroomt water 10 omhoog in 10 vulbuis 34 om bij verbinding 36 te stromen in opwarmbuis 38, bijvoorbeeld in de vorm van een valpijp. In de getoonde uitvoeringsvorm stroomt het water 10 vervolgens door opwarmbuis 38 langs de buitenzijde van uitlaatpijp 18 waardoor het water 10 wordt voorverwarmd. Aan de onderzijde 15 van opwarmbuis 38 stroomt water 10 via uitstroomopeningen 40 in tobbe 8. Het uitstromende water 10 komt hierbij bij voorkeur in contact met oppervlak 42 van kachel 6 voor verdere opwarming. Bijkomend wordt kachel 6 hierbij afgekoeld zodanig dat personen P zich niet verbranden aan 20 kachel 6.

Overtollige warmte uit opwarmbuis 38 kan via speling 46 ontsnappen waardoor oververhitting van warmtebuis 38 wordt vermeden. Hiermee wordt tevens vermeden dat verbranding kan optreden bij personen P die in contact komen 25 met warmtebuis 38.

Het is gebleken dat een badkuip 2 met een diameter van zo'n 1820 mm en een hoogte van zo'n 1000 mm op de getoonde wijze in zo'n 2,5 uur met behulp van kachel 6 op de gewenste temperatuur te brengen is. Uiteraard hangt deze 30 tijdsduur af van de afmetingen van tobbe 8, kachel 6 en van de temperatuur van het toegevoerde water 10. In de getoonde uitvoeringsvorm is de buitenmaat van opwarmbuis 38 zo'n 130 9 mm. Andere maatvoeringen behoren uiteraard ook tot de mogelij kheden.

Naast het voorzien van geluidsinstallaties, verlichting, ozonsystemen, mengers en additionele pompen 5 behoort het ook tot de mogelijkheden om luchtkast 46 aan de buitenzijde geheel of gedeeltelijk open te voorzien voor het realiseren van een opbergruimte van haardhout 14. Een gangbare temperatuur voor het via aanvoerslang 42 aangevoerde water is zo'n 15 graden. Het is gebleken dat met 10 de getoonde badkuip 2 het water voorverwarmd kan worden tot zo'n 25 graden met behulp van opwarmbuis 38. Voorts worden afvoerpijp 18 en opwarmbuis 38 bij voorkeur demontabel voorzien ten behoeve van transport. In de getoonde uitvoeringsvorm is een enkele kachel 6 voorzien. Het behoort 15 echter ook tot de mogelijkheden meerdere kachels 6 te voorzien in badkuip 2. Dit hangt onder meer af van de afmetingen van badkuip 2. In de getoonde uitvoeringsvorm is een tegenstroom van het water 10 ten opzichte van gasafvoer via afvoerpijp 18 voorzien. De voorverwarming van het 20 aangevoerde water kan uiteraard ook in meestroom worden uitgevoerd. Badkuip 2 kan verder van wielen voorzien ten behoeve van de verplaatsbaarheid. Hiermee wordt een verdere flexibiliteit van badkuip 2 volgens de vinding gerealiseerd. Kachel 6 kan voorts aan de voorzijde worden voorzien van een 25 smoorklep om daarmee de warmtetoevoer aan kuip 2 te reguleren.

De onderhavige uitvinding is geenszins beperkt tot de bovenbeschreven voorkeursuitvoeringsvormen daarvan. De gevraagde rechten worden bepaald door de navolgende 30 conclusies, binnen de strekking waarvan verdere modificaties denkbaar zijn.

Claims (9)

1. Badkuip, omvattende: een met water vulbare houder; 5. een in of aan de houder geplaatste kachel voorzien van een afvoerpijp voor de rookgassen; en een bij de houder voorzien vulpunt voor het naar de houder aanvoeren van water, waarbij het vulpunt werkzaam is verbonden met een opwarmbuis voorzien 10 in of rond de afvoerpijp in een dubbelwandige buisconfiguratie, zodanig dat het water in tegenstroom is met de rookgassen, en waarbij de opwarmbuis zodanig is gepositioneerd ten opzichte van de kachel dat het 15 toegevoerde water direct op of in de directe omgeving van de kachel in de houder terecht komt.

2. Badkuip volgens conclusie 1, waarbij tussen het vulpunt en de opwarmbuis een vulbuis is voorzien. 20

3. Badkuip volgens conclusie 1 of 2, waarbij de opwarmbuis aan de onderzijde is voorzien van een aantal uitstroomopeningen.

4. Badkuip volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarin de opwarmbuis aan de bovenzijde is voorzien van een kap.

5. Badkuip volgens conclusie 4, waarin de kap is vastgezet 30 aan de afvoerpijp en met speling is voorzien rondom de opwarmbuis.

6. Badkuip volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de houder van aluminium is voorzien.

7. Badkuip volgens één of meer van de voorgaande conclusies, waarin de houder is voorzien van een waterdichte luchtkast.

8. Badkuip volgens één of meer van de voorgaande 10 conclusies, waarbij de houder is voorzien van een bovenring waarin uitsparingen zijn aangebracht voor het insteken van plankdelen voor een buitenwand.

9. Werkwijze voor het voorzien van warm water in of naar 15 een badkuip, omvattende: het voorzien van een badkuip volgens één of meer van de voorgaande conclusies; en het aan de houder toevoeren van water.