NL2004068C2 - Piratenpreventiesysteem. - Google Patents

Description

Piratenpreventiesysteem

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een pira-tenpreventiesysteem gebruik makend van een aan weerszijden van een te beschermen schip aangebrachte sleeplijnen.

Bekend is dat piraterij in bepaalde wereldzeeën, thans 5 voornamelijk voor de kust van Somalië een groot probleem vormen bij de scheepvaart. Regelmatig worden schepen langs de Somalische kust door piraten aangevallen en bestormd waarbij bemanningsleden worden gegijzeld of zelfs doodgeschoten om grote sommen geld los te krijgen van rederijen en verzekeringen.

10 Ter voorkoming van piraterij hebben rederijen zich ge wend tot regeringen om bijvoorbeeld aan boord mariniers mee te nemen die eventueel aanvallen van piraten kunnen voorkomen of afwenden. De regeringen zijn echter hierin om allerlei redenen uiterst terughoudend en daartoe niet bereid.

15 Wel worden schepen begeleid door marineschepen ter voorkoming van piraterij.

Dit is uiteraard een zeer kostbare zaak en men is voortdurend zoekende naar een eenvoudig op schepen aan te brengen systeem waardoor begeleiding door marineschepen achterwege 20 kan worden gelaten en de piraterij op doeltreffende wijze door de bemanning kan worden bestreden.

De onderhavige uitvinding beoogt thans een eenvoudig en efficiënt piratenpreventiesysteem te realiseren.

De uitvinding verschaft derhalve een piratenpreventie-25 systeem gebruikmakend van aan weerszijden van een te beschermen schip aangebrachte sleeplijnen waarbij de sleeplijnen buiten gebruik zijn opgerold om een inklapbare giek, welke giek in een gevarenzone kan worden uitgeklapt en de sleeplijnen al dan niet vanaf de brug kunnen worden uitgevierd en uitgerold en de aan-30 drijving van het piratenvaartuig kunnen blokkeren. Derhalve kunnen de uitgevierde sleeplijnen de aandrijfschroef van het piratenvaartuigje blokkeren.

Voor het af- en oprollen van de sleeplijnen is het gunstig gebleken wanneer de sleeplijnen die bij voorkeur geweven 35 zijn, aan de giek zijn bevestigd door middel van spoelen, die met behulp van een elektromotor kunnen worden aangedreven.

Opgemerkt wordt dat de sleeplijnen en/of matten al dan niet afzonderlijk kunnen worden bediend vanaf de brug van het schip, zodanig dat de locatie van de vangmatten ten opzichte van 2 elkaar naar wens kan variëren.

Het piratenpreventiesysteem zorgt ervoor dat de aandrijf schroef van het piratenschip tot stilstand komt doordat deze verstrengeld raakt in een bundel lijnen die door het schip 5 in het water wordt voortgesleept.

De piraten zullen in het algemeen trachten een schip te benaderen in het kielzog zodat de kans om vroegtijdig ontdekt te worden tot een minimum is beperkt. Hiertoe zal het piratenvaartuigje mogelijkerwijs meerdere malen het kielzog van het aange-10 vallen schip kruisen.

Het piratenpreventiesysteem volgens de uitvinding zorgt ervoor dat het piratenvaartuigje wordt geïmmobiliseerd door aan stuur- en bakboordzijde van het schip een sleeplijn uit te vieren over een lengte van 50-1000 meter afhankelijk van het 15 type vaartuig/schip en bovendien zullen de aan de sleeplijnen aan stuur- en bakboord aangebrachte sleepmatten in uitgevierde toestand zich verstrengelen rondom de schroef die vervolgens wordt geïmmobiliseerd zodat het piratenvaartuigje komt stil te liggen.

20 De giek wordt uitgeklapt op het moment dat het schip zich bevindt in een gevaarlijk gebied. De vangmatten worden pas uitgevierd op het moment dat er verdachte bootjes in de buurt van het schip komen.

De sleeplijnen blijven echter continu uitgevierd bij 25 gevaarlijke doorvaarten.

Om te voorkomen dat de sleeplijnen kunnen worden waargenomen door piraten kunnen zij worden vervaardigd uit kunststof met een naturel kleur, vergelijkbaar met een vislijn, die in water niet of nauwelijks zichtbaar is.

30 In het algemeen worden sleeplijnen vervaardigd uit kunststof zoals polyester, nylon etc. al dan niet versterkt met een zeer sterk garen van een andere kunststoffamilie. De dikte van de lijnen varieert van minimaal een diameter van 3 mm tot een dikte van 10 mm voor de sleeplijnen. De sleeplijnen kunnen 35 zijn voorzien van strengen of pluizen, die bij voorkeur door de sleeplijnen zijn geweven.

Opgemerkt wordt dat het de voorkeur verdient wanneer de lijnen geweven lijnen zijn ter voorkoming van torderen en derhalve te voorkomen dat de lijnen in de war raken.

40 Dergelijke strengen of pluizen hebben een lengte van 0,5-2 meter en hebben de functie om de sleeplijn in de aandrijf- 3 schroef te trekken wanneer de aandrijfschroef is voorzien van een korf of kooi.

De sleeplijnen of vangmatten, die aan de giek worden uitgevierd, zijn voorzien van dunne lijnen ook wel een zogenaamd 5 mattenpatroon genoemd. Deze dunne lijnen hebben een dikte van 1-5 mm.

Gewoonlijk heeft de lijn die het dichtst langs de scheepshuid loopt een zodanige lengte dat hij midscheeps langs het schip loopt.

10 Ter verkrijging van een efficiëntere werking van het systeem worden de vangmatten trapsgewijs verder naar achteren gepositioneerd. Opgemerkt wordt dat de sleeplijnen van de buitenste twee vangmatten al dan niet kunnen doorlopen over een afstand van 50-1000 meter.

15 Voor een nog efficiëntere werking is het ook gunstig dat meerdere vangmatten per sleeplijn achter elkaar worden aangebracht .

De vangmatten zijn gewoonlijk aan een dwarsverbinding bevestigd, welke dwarsverbinding bij voorkeur uit kunststof of 20 licht metaal wordt uitgevoerd en aan de sleeplijn wordt beves tigd, waarbij aan beide zijden van de sleeplijn evenveel ruimte ontstaat.

Aan de dwarsverbinding of dissel bevindt zich een dissel of een andere dwarsverbinding waaraan gewoonlijk tien of 25 meer dunne lijnen zijn bevestigd. De binnenste dunne lijnen of vangmatten hebben een lengte van circa 50% van de scheepslengte, waarbij de lijnen die het dichtst langs de scheepshuid lopen voor de schroef van het schip zullen stoppen zodat die niet in de eigen aandrijfschroef terecht kunnen komen, terwijl de lijnen 30 die verder van de scheepshuid verwijderd zijn langer kunnen zijn.

Wanneer een piratenvaartuigje verstrikt raakt in de lijnen van een vangmat, zal deze met dissel of andere dwarsverbinding en al worden losgetrokken.

35 De dissel of andere dwarsverbinding is uitgevoerd van flexibel metaal of kunststof, met het effect dat dit bij moet dragen om de motor van de piratenvaartuig gedurende lange tijd uit te schakelen.

4

Indien de aandrijfschroef van de motor van het piratenvaartuigje verstrikt raakt in een sleeplijn, zal deze bij de giek afbreken, waardoor het piratenvaartuigje niet wordt meegesleept door het schip.

5 Ten slotte, wanneer het gevaar geweken is en het schip het gevaarlijke gebied heeft verlaten, worden de lijnen door de giek opgerold en de giek weer naar binnen gedraaid.

Ook de vangmatten aan de achtersteven worden al dan niet vanuit de brug van het schip na verlaten van het gevaarlij-10 ke gebied ingehaald bijvoorbeeld door middel van een haspel.

De uitvinding wordt thans aan de hand van de bijgaande tekeningen nader toegelicht.

Figuur 1 is een schematische weergave van het piraten-preventiesysteem zonder bestrijdingsvoorziening aan de achter-15 steven.

Figuur 2 stelt de aan weerszijden van het schip aangebrachte dunne lijnen voor, ook wel vangmatten genaamd.

Figuur 3 stelt een schip voor dat aan de achtersteven is voorzien van dunne lijnen ook wel vangmatten genaamd.

20 Figuur 4 stelt een uitvoeringsvorm volgens de uitvin ding voor, waarbij de lijnen kunnen uit- en ingesteld worden met behulp van spoelen onder gebruikmaking van een elektromotor.

Figuur 5 stelt een uitvoeringsvorm van de uitvinding voor, waarbij ook de achtersteven is voorzien van lijnen die 25 evenals in Fig. 4 kunnen uit- en ingerold worden met behulp van spoelen onder gebruikmaking van een elektromotor.

Het te beschermen schip (1) in Figuur 1 heeft een boeg-zijde (la) en een achtersteven (lb).

Aan de boegzijde, stuurboord en bakboord, is het schip 30 uitgerust met inklapbare gieken (2). In uitgeklapte toestand zijn de gieken verankerd met uitvierlijnen (3).

Aan weerszijden van het schip zijn de gieken in de uitvoeringsvorm van Figuur 1 voorzien van vier sleeplijnen (4), waartoe het aantal lijnen niet beperkt is, waaraan dunne lijnen, 35 zogenaamde vangmatten (6) zijn aangebracht in versprongen toestand van elkaar, zodanig dat de vangmat die het dichtst bij de scheepshuid ligt, korter is dan de lengte van het schip, en bij voorkeur circa 50% van de scheepslengte.

De gieken (2) kunnen aan een scharnierpunt (5) inge-40 klapt worden.

De sleeplijnen (4) hebben in het algemeen een dikte van 5 3-10 mm en hebben een lengte van 50-1000 meter.

Gewoonlijk zijn de sleeplijnen (4) voorzien van strengen of pluimen, die bij voorkeur in de lijnen zijn ingeweven. De strengen of pluimen hebben een lengte van 0,5-2 meter. De stren-5 gen of pluimen zijn niet getoond in de figuren.

De sleeplijnen (4) zijn vervaardigd uit kunststof. Geschikte sleeplijnen zijn vervaardigd uit kunststof zoals polyester, nylon etc., waarbij de kleur van de lijnen bij voorkeur naturel is, zodat ze met het blote oog niet of nauwelijks waar-10 neembaar zijn in het zeewater. De dunne lijnen of vangmatten zijn aangeduid met verwijzingscijfers (6).

Figuur 2 is een gedetailleerde weergave van de dunne lijnen of vangmatten (6), die zijn bevestigd aan lichtmetalen, kunststof of houten dwarsverbindingen (7), via lijnen (9'), die 15 vervolgens zijn bevestigd aan de dwarsverbinding (8), eveneens vervaardigd van lichtmetaal, kunststof of hout, via lijnen (9) aan de sleeplijn (4).

Figuur 3 toont een schip (1) volgens de uitvinding dat zowel aan de boegzijde als achtersteven (lb) is voorzien van het 20 piratenpreventiesysteem volgens de uitvinding.

Aan bakboord- en stuurboordzijde zijn dunne lijnen (4) dan wel vangmatten (6) aangebracht, zoals afgebeeld in Figuur 2, die eveneens al dan niet van de brug kunnen worden uitgevierd dan wel ingehaald.

25 Deze dunne lijnen of vangmatten (6) dragen bij tot een efficiënter piratenpreventiesysteem volgens de uitvinding en met name in het geval dat de piratenboten het schip van de achterzijde naderen.

De dunne lijnen of vangmatten (6) zijn aan de achter-30 steven (lb) bevestigd van bevestigingspunten (10).

Figuur 4 toont een schip (1), dat aan weerszijden is voorzien van een giek (2) waarop spoelen (12) zijn aangebracht voor het af- en oprollen van de lijnen. Het af- en oprollen van de lijnen (14). Het af- en oprollen van de lijnen (14) kan 35 plaatsvinden met behulp van een elektromotor (11).

Bij normale vaart, dus zonder dreiging van piraten staat de giek (2) compleet met opgerolde spoelen (12) binnenboord. Bij dreiging van piraten of in gevaarlijk gebied worden de gieken (2) compleet met opgerolde spoelen (12) om het schar-40 nierpunt (5) buitenboord gedraaid. Wanneer de giek (2) correct gefixeerd is, wordt het uiteinde van de giek (2) ondersteund 6 door enkele uitvierlijnen (3). Hierna worden de spoelen (12) volledig afgerold, zodat de lijnen (14) op de juiste plaats in het water terecht komen. Afrollen gebeurt door het aandrijven van het draaiend deel van de giek, waarop alle spoelen zijn aan-5 gebracht met behulp van de motor (11), die met het vaste deel van de giek (2) mee naar buiten draait.

Wanneer de dreiging niet meer aanwezig is worden de lijnen (4) met behulp van de spoelen (12) en motor (11) opgerold en de giek (2) om het scharnier;punt (5) binnenboord gedraaid.

10 Figuur 5 toont een uitvoeringsvorm van de uitvinding waarin ook de achtersteven (lb) van het schip (1) is voorzien van het piratenbestrijdingssysteem volgens de uitvinding. Hierbij is het systeem door middel van lijnen (13) bevestigd aan de achtersteven (lb) van het schip (1). Voor de werking van het 15 systeem wordt verwezen naar de beschrijving van Fig. 4.

Het spreekt voor zich dat de onderhavige uitvinding niet is beperkt tot de in de Figuren 1, 2 en 3 afgebeelde uitvoeringsvormen van de uitvinding.

7

Lijst van verwijzingscijfers 1. Schip la. Voorsteven 5 lb. Achtersteven 2. Giek 3. Uitvierlijn 4. Sleeplijn 5. Scharnierpunt giek 10 6. Dunne lijnen, vangmatten 7. Dwarsverbinding 8. Dwarsverbinding 9,9a Lijnen 10. Bevestigingspunten voor dunne lijnen aan achtersteven 15 11. Elektromotor 12. Spoel 13. Bevestigingslijnen

Claims (21)

1. Piratenpreventiesysteem gebruikmakend van aan weerszijden van een te beschermen schip aangebrachte sleeplijnen met het kenmerk, dat de sleeplijnen buiten gebruik zijn opgerold op of om een inklapbare giek, welke giek in een gevarenzone kan 5 worden uitgeklapt en de sleeplijnen kunnen worden uitgevierd die de aandrijving van de piratenvaartuig kunnen blokkeren.

2. Piratenpreventiesysteem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de sleeplijnen een lengte hebben van circa 50-1000 meter.

3. Piratenpreventiesysteem volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de sleeplijnen een dikte hebben van 3-10 mm.

4. Piratenpreventiesysteem volgens conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de sleeplijnen zijn voorzien van strengen of 15 pluimen.

5. Piratenpreventiesysteem volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de strengen of pluimen in de sleeplijn zijn ingeweven .

6. Piratenpreventiesysteem volgens conclusie 4 of 5, 20 met het kenmerk, dat de strengen of pluimen een lengte hebben van 0,5-2 meter.

7. Piratenpreventiesysteem volgens conclusies 1-6, met het kenmerk, dat de sleeplijnen zijn vervaardigd uit kunststof, al dan niet aan het uiteinde verzwaard.

8. Piratenpreventiesysteem volgens conclusies 1-7, met het kenmerk, dat de sleeplijnen zijn vervaardigd uit kunststof zoals polyester, nylon etc., al dan niet versterkt met een zeer sterk garen van een andere kunststoffamilie.

9. Piratenpreventiesysteem volgens conclusies 1-8, met 30 het kenmerk, dat de kleur van de lijnen naturel is.

10. Piratenpreventiesysteem volgens conclusies 1-9, met het kenmerk, dat aan weerszijden van het schip de sleeplijnen zijn voorzien van een of meer al of niet achter elkaar geplaatste dunne lijnen of vangmatten.

11. Piratenpreventiesysteem volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de dunne lijnen of vangmatten aan de afzonderlijke sleeplijnen versprongen ten opzichte van elkaar zijn aangebracht .

12. Piratenpreventiesysteem volgens conclusies 10 en 11, met het kenmerk, dat de dunnen lijnen of vangmatten een dikte hebben van 1-5 mm al dan niet aan het uiteinde verzwaard.

13. Piratenpreventiesysteem volgens conclusies 10-12, met het kenmerk, dat de vangmatten door middel van dwarsverbin- 5 dingen zijn verbonden aan de sleeplijnen.

14. Piratenpreventiesysteem volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de dwarsverbindingen van lichtmetaal, hout of kunststof zijn.

15. Piratenpreventiesysteem volgens conclusie 14, met 10 het kenmerk, dat aan de dwarsverbinding dissels zijn aangebracht .

16. Piratenpreventiesysteem volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat aan de dissel meerdere bijvoorbeeld tien of meer dunne lijnen of vangmatten zijn aangebracht.

17. Piratenpreventiesysteem volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de dunne lijnen of vangmatten een lengte hebben korter dan de lengte van het schip en bij voorkeur circa 50% van de scheepslengte.

18. Piratenpreventiesysteem volgens een der voorgaande 20 conclusies 1-17, met het kenmerk, dat de achtersteven van een schip aan weerszijden is voorzien van dunne lijnen of vangmatten, die al dan niet vanuit de brug van het schip uitgevierd of ingehaald kunnen worden.

19. Piratenpreventiesysteem volgens conclusie 18, met 25 het kenmerk, dat de dunne lijnen of vangmatten afzonderlijk kunnen worden uitgevierd of ingehaald al dan niet vanuit de brug van het schip.

20. Schip waarvan zowel voorsteven als achtersteven zijn voorzien van piratenvaartuigbestrijdingssystemen volgens 30 een der voorgaande conclusies 1-19.

21. Piratenpreventiesysteem volgens conclusies 1-9 gebruikmakend van aan weerszijden van en of achtersteven van een te beschermen schip aangebrachte sleeplijnen, waarbij de sleeplijnen buiten gebruik zijn opgerold op of om een inklapbare 35 giek, welke giek in een gevarenzone kan worden uitgeklapt en de sleeplijnen kunnen worden uitgevierd die de aandrijving van de piratenvaartuig kunnen blokkeren, met het kenmerk, dat de sleeplijnen, die bij voorkeur geweven zijn, aan de giek zijn bevestigd door middel van spoelen, waarbij de sleeplijnen af- of op-40 gerold kunnen worden onder gebruikmaking van een elektromotor, door het draaiende deel van de giek aan te drijven.