NL2002985C2 - Vulinrichting. - Google Patents

Description

Vulinrichting

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een vulinrichting voor een vaste producthouder met een productgeleiding om een reeks producten lineair gangbaar te 5 ontvangen.

Een dergelijke vaste producthouder vindt met name toepassing in (zelf-bediening) winkels en magazijnen waar een voorraad aan producten in een schap is geplaatst om rechtstreeks voor afname toegankelijk te zijn. Hiertoe wordt het product uit of van de 10 productgeleiding geschoven en uit het schap weggenomen. Gewoonlijk wordt het schap bij een geconstateerde voorraad onder een bepaald minimum dan wel periodiek met producten aangevuld. Hiertoe worden producten in een groot-verpakking, ook wel aangeduid als collo, aangevoerd en handmatig, niet zelden één voor één, via de productgeleiding in of op de vaste producthouder gebracht. Dit is omslachtig en vergt 15 mankracht die in supermarkten niet zelden door specifiek daarvoor aangetrokken personeel dan wel extern wordt ingevuld, aangeduid als vakkenvullers, rack-jobbers en service merchandisers, hetgeen extra kosten met zich meebrengt.

Met de onderhavige uitvinding wordt beoogd te voorzien in een vulinrichting die de 20 hiervoor beschreven werkzaamheden althans in belangrijke mate overbodig maakt, althans vergemakkelijkt.

Om het beoogde doel te bereiken voorziet de onderhavige uitvinding in een vulinrichting van de in de aanhef beschreven soort, omvattende een transporthouder met 25 een verdere productgeleiding om een reeks producten lineair gangbaar te ontvangen, waarbij de transporthouder aan een uiteinde koppelbaar is met de vaste producthouder tot een handmatig ophefbare gekoppelde toestand waarin de verdere productgeleiding functioneel aansluit op de productgeleiding van de vaste producthouder. De transporthouder biedt de mogelijkheid om de producten daarop aan te leveren, waarna 30 de transporthouder nog slechts met de vaste producthouder behoeft te worden gekoppeld om vervolgens de gehele reeks daardoor gehouden producten van de productgeleiding van de transporthouder op de productgeleiding van de vaste producthouder te schuiven.

Aldus kunnen de producten van de reeks in slechts één gemeenschappelijke handeling naar de vaste producthouder worden overgebracht. Het al of niet periodiek aanvullen LA09.1419NL1.nl.wpd -2- van de vaste producthouder raakt aldus aanmerkelijk minder tijdrovend. Desgewenst kan daarbij een eventueel nog door de vaste producthouder gehouden productvoorraad op vergelijkbare wijze, doch in tegenovergestelde richting, vooraf naar een lege transporthouder worden overgebracht en naderhand worden teraggeplaatst om een 5 first-in-first-out (FIFO) uitgiftepatroon van de oudste deelvoorraad niet te verstoren.

De uitvinding leent zich daarbij voor vaste producthouders van uiteenlopende aard en soort, waarbij de transporthouder in een concrete situatie steeds op de specifiek toegepaste producthouder zal zijn afgestemd. In dit verband heeft een bijzondere 10 uitvoeringsvorm van de vulinrichting volgens de uitvinding, waarbij de vaste producthouder een staafvormig vrij uiteinde omvat waarvan de productgeleiding uitgaat om daarover de producten met een opening te ontvangen, als kenmerk dat de transporthouder een althans in hoofdzaak staafvormig lichaam omvat en dat één van de vaste producthouder en de transporthouder aan een uiteinde is voorzien van een busdeel 15 met een axiale holte om daarin een vrij uiteinde van de andere van de vaste producthouder en de transporthouder in de gekoppelde toestand co-axiaal te ontvangen. Een dergelijke staafVormige vaste producthouder wordt op grote schaal toegepast in winkels en magazijnen waarbij producten daaraan axiaal gangbaar worden gehangen. Hierop sluit de hiervoor aangegeven uitvoeringsvorm van de vulinrichting volgens de 20 uitvinding optimaal aan. De door de transporthouder gedragen reeks producten kan daarbij in een gang vanaf de staafVormige transporthouder op de vaste producthouder worden geschoven.

Op zichzelf kan het busdeel zowel op de vaste producthouder als op de transporthouder 25 zijn voorzien. In een voorkeursuitvoeringsvorm heeft de vulinrichting volgens de uitvinding echter als kenmerk dat de transporthouder het busdeel omvat. Dit heeft als voordeel dat de vaste producthouders die in bestaande schappen en stellingen reeds in groten getale aanwezig zijn aldus geen modificatie behoeven, terwijl niettemin de voordelen van de vulinrichting volgens de uitvinding kunnen worden genoten.

Om het staafVormige uiteinde co-axiaal te ontvangen is een buitendiameter van het busdeel noodzakelijk groter dan een buitendiameter van genoemd staafvormig uiteinde. Het staafVormige lichaam van de transporthouder kan daarbij een overeenkomstig 30 -3- grotere buitendiameter hebben, waardoor het busdeel daarop glad aansluit en geheel in het verlengde daarvan ligt. Een verdere bijzondere uitvoeringsvorm van de vulinrichting | volgens de uitvinding heeft evenwel als kenmerk dat het staafvormige lichaam althans nagenoeg eenzelfde dwarsdoorsnede heeft als het vrij uiteinde van de vaste 5 producthouder, en dat het busdeel vanaf een verbonden uiteinde geleidelijk verbreedt.

Aldus biedt het staafvormige lichaam van de transporthouder ten opzichte van de vaste producthouder een ongecompromitteerde productgeleiding, die via de geleidelijke overgang van het busdeel schokvrij over het busdeel naar de productgeleiding van de vaste producthouder voert. Een verdere bijzondere uitvoeringsvorm van de vulinrichting 10 volgens de uitvinding heeft daarbij als kenmerk dat het busdeel naar een open uiteinde daarvan toe verjongt. Deze uitvoeringsvorm bevordert een evenzeer soepele overdracht van producten in omgekeerde richting.

Behalve staafvormige vaste producthouders kent de praktijk ook talrijke vaste 15 producthouders met een vlakke productgeleiding. Met het oog daarop heeft een verdere bijzondere uitvoeringsvorm van de vulinrichting volgens de uitvinding, waarbij de vaste producthouder een vlakke productgeleiding omvat om daarop de producten met een bodemdeel te ontvangen, als kenmerk dat de transporthouder een aan ten minste één uiteinde open, gootvormig lichaam omvat, van welk lichaam aan het open uiteinde een 20 koppeldeel uitgaat dat met de vaste producthouder koppelbaar is, waarbij een gootbodem van de transporthouder in de gekoppelde toestand althans in hoofdzaak aansluit op de vlakke productgeleiding van de vaste producthouder. De aan te vullen producten bevinden zich hierbij in de gootvormige productgeleiding van de transporthouder die door middel van het koppeldeel aan de vaste producthouder kan 25 worden gekoppeld opdat de producten vanuit de goot over een in hoofdzaak aangesloten gang op de productgeleiding van de vaste producthouder kunnen worden geschoven en vice versa. Een verdere bijzondere uitvoeringsvorm van de vulinrichting volgens de uitvinding, waarbij de vaste producthouder een productgoot omvat met een gootbreedte, heeft daarbij als kenmerk dat het koppeldeel binnen de gootbreedte van een bodemdeel 30 van het gootvormige lichaam uitgaat. Aldus kan de transporthouder eenvoudig met het bodemdeel in de goot van de vaste producthouder worden gestoken om een overdracht van producten mogelijk te maken, zonder dat de vaste producthouder daarvoor, althans -4- noemenswaard, aanpassing behoeft. Dit is vooral voor bestaande situatie van groot belang.

Om te vermijden dat de producten tijdens transport of hantering onbedoeld van de 5 transporthouder vrij komen, heeft een verdere bijzondere uitvoeringsvorm van de vulinrichting volgens de uitvinding als kenmerk dat de transporthouder aan weerszijden van de productgeleiding is voorzien van respectievelijk een eerste en een tweede stoporgaan om daartegen een product te ontvangen. Een verdere bijzondere uitvoeringsvorm van de vulinrichting volgens de uitvinding heeft daarbij als kenmerk 10 dat ten minste één van beide stoporganen verstelbaar is tussen een eerste stand die de productgeleiding blokkeert en een tweede stand die de productgeleiding vrijgeeft. Aldus kan van althans het ten minste ene stoporgaan een blokkerende toestand, die vermijdt dat producten van de transporthouder kunnen ontwijken, worden opgeheven door het stoporgaan te verstellen naar de tweede stand waarin de producten naar de vaste 15 producthouder worden vrijgegeven. Een eenvoudig, maar niet minder bruikbaar alternatief wordt in dit verband geboden door een verdere bijzondere uitvoeringsvorm van de vulinrichting volgens de uitvinding, gekenmerkt doordat ten minste één van beide stoporganen handmatig wegneembaar is. Daarbij kan het desbetreffende stoporgaan eenvoudig worden verwijderd om de producten vrij te geven dan wel 20 geplaatst om de producten in te sluiten.

Navolgend zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld en een bijbehorende tekening. In de tekening toont: figuur 1 in perspectief een eerste uitvoeringsvorm van een vaste producthouder; 25 figuur 2 in perspectief een eerste uitvoeringsvorm van de vulinrichting volgens de uitvinding, bestemd voor de producthouder van figuur 1; figuur 3 een detailtekening van de producthouder van figuur 1 en de transporthouder van figuur 2 ter plaatse van een functionele onderlinge koppeling; 30 figuur 4 in perspectief een tweede uitvoeringsvorm van een vaste producthouder; en figuur 5 in perspectief een eerste uitvoeringsvorm van de vulinrichting volgens de uitvinding, bestemd voor de producthouder van figuur 1.

-5-

Hier zij overigens vermeld dat de figuren zuiver schematisch en niet op schaal zijn getekend. Met name kunnen, terwille van de duidelijkheid, sommige dimensies in meer of mindere mate overdreven zijn weergegeven. Overeenkomstige delen zijn in de figuren zoveel mogelijk van eenzelfde verwijzingscijfer voorzien.

5

De in figuur 1 getoonde uitvoeringsvorm van de vulinrichting volgens de uitvinding gaat uit van een zogenaamde euro lock pen 10 als vaste producthouder. Dergelijke pennen worden op grote schaal toegepast in winkelruimtes en magazijnen om daaraan producten van uiteenlopende soort op te hangen, hetzij in de hier getoonde enkelvoudige 10 uitvoering, hetzij in dubbele vorm. De pen 10 biedt aan een buitenoppervlak daarvan een lineaire productgeleiding 12 waarover een reeks producten achter elkaar kan worden geschoven. De producten 30 zijn daartoe voorzien van een ophang-oog 31, een zogenaamd euro-slot, om daarmee lineair gangbaar op het staafvormige deel 12 van de pen 10 te worden ontvangen. Dankzij de specifieke vorm van een dergelijk euro-slot 15 leent deze opening zich zowel voor enkele als voor dubbele euro-pennen. Een lichte knik 13 aan het uiteinde van de pen 10 vermijdt dat producten al te gemakkelijk van de pen vrijkomen. Aan een tegenoverliggend uiteinde omvat de pen 10 een haak 14 waarmee de producthouder in of aan een daarop afgestemde systeemwand kan worden bevestigd. Bijvoorbeeld een consumenten veipakking 30 van kruiden en specerijen 20 wordt aldus in supermarkten aangeboden, waarbij per soort product ten minste één dergelijke producthouder is voorzien.

Ten behoeve van een incidenteel of periodiek aanvullen van de productvoorraad op de producthouder 10 wordt een reeks producten 30 met een vulinrichting volgens de 25 uitvinding 20 aangevoerd. Een uitvoeringsvorm daarvan is in figuur 2 weergegeven en omvat een transporthouder 20 met een in hoofdzaak staafvormig lichaam 22 van ruwweg eenzelfde doorsnede als het staafvormige deel 12 van de pen 10. Aldus biedt het staafvormige lichaam 22 van de transporthouder 20 op dezelfde wijze als de pen 10 een lineaire productgeleiding waarover een aangevoerde reeks producten 30 lineair 30 gangbaar wordt ontvangen.

De reeks producten 30 wordt aan weerszijden op de transporthouder 20 ingesloten door daartoe voorziene stoporganen 41,42 om de producten daarvan voor een voortijdig -6- vrijkomen te behoeden. In dit voorbeeld omvatten beide stoporganen 41,42 elastomere ringen die op een buitenmantel van de transporthouder geklemd liggen, maar in plaats daarvan kan ook worden uitgegaan van vormvaste delen van een kunststof zoals polyethyleen of polypropyleen of ander geschikt materiaal die op de buitenmantel 5 worden geklemd of anderszins bevestigd. Tevens kunnen dergelijke stoporganen onlosmakelijk met de transporthouder zijn verbonden en daarbij bijvoorbeeld verstelbaar zijn uitgevoerd om een handmatige manipulatie tussen een blokkeerstand en een vrijgavestand toe te staan.

10 Aan een uiteinde is de transporthouder 20 voorzien van een busdeel 23 met een axiale holte 24 om daarmee passend te worden ontvangen op een einddeel 11 van de producthouder 10. Het busdeel 23 stuit daarbij eventueel op de knik 13 in de pen 10. Om de reeks producten van de transporthouder 20 op de vaste producthouder 10 over te brengen, wordt de transporthouder met het busdeel 23 op het einddeel 11 van de 15 producthouder geplaatst nadat het desbetreffende stoporgaan 41 werd verwijderd, zie ook figuur 3 dat beide delen in gekoppelde toestand toont. De lineaire geleiding 22 van de transporthouder 20 ligt nu circa in lijn met de overeenkomstige geleiding 12 van de producthouder 10, waardoor beide productgeleidingen aldus functioneel naadloos op elkaar aansluiten. In deze toestand kan de gehele reeks producten 30 vervolgens in één 20 continue beweging van de transporthouder 20 op de pen 12 worden geschoven. De lege transporthouder is vervolgens geschikt voor hergebruik en kan met het oog daarop door de leverancier worden retour genomen.

Tevens biedt een dergelijk lege transporthouder 20 een tijdelijk medium voor een 25 eventueel tevoren nog op de producthouder 10 aanwezige restvoorraad van het product 30, zoals de verpakking in figuur 1. Door een dergelijke lege transporthouder 20 op de hiervoor aangegeven wijze op het uiteinde 11 van de producthouder 10 te plaatsen, kan deze restvoorraad tijdelijk worden weggegnomen en tijdelijk op de lege producthouder 20 worden gehouden, om vervolgens in omgekeerde richting te worden teruggeplaatst 30 nadat de voorraad werd aangevuld. Op deze wijze kan relatief eenvoudig een first in first out (FIFO) leveringsschema worden gehandhaafd, wat met name bij beperkt houdbare producten van belang kan zijn.

-7-

Om een geleidelijke overgang van de producten van de transporthouder 20 over het busdeel 23 te bevorderen, verbreedt een met het staafvormige lichaam 22 verbonden deel 25 van het busdeel 23 geleidelijk van ruwweg de diameter van het staafvormige lichaam 22 tot de buitendiameter van het busdeel 23. Omgekeerd verjongt het vrije 5 uiteinde 26 van het busdeel doordat de wand daarvan hier is afgeschuind. Aldus kunnen producten althans nagenoeg schokvrij het busdeel in beide richtingen passeren.

Een tweede uitvoeringsvoorbeeld van de vulinrichting volgens de uitvinding is weergegeven in figuur 5 in samenhang met de producthouder van figuur 4. De 10 producthouder maakt in dit voorbeeld deel uit van een schappenwand 40 die voor iedere productsoort in een gootvormig vak 41 voorziet. De vakken 41 omvatten ieder een vlakke bodem 42 met aan weerszijden opstaande wanden 43 en bieden daartussen een geleiding waarover de producten lineair gangbaar zijn. In dit voorbeeld omvatten de producten consumentenverpakkingen voor kruiden of specerijen in de vorm van relatief 15 kleine kunststof potjes 60, maar de uitvinding leent zich in plaats daarvan ook voor tal van andere verpakkingen, groter, evengroot en kleiner, en andere productsoorten die gewoonlijk in dergelijke schappen worden gehouden en aangeboden. Daarbij kunnen in plaats van wanden ook rails als zij geleiding worden toegepast en ook kan in plaats van van volle wanden van roosters worden uitgegaan. Gewoonlijk omvat een schappenwand 20 een aantal van rijen van dergelijke vakken boven elkaar, al of niet in combinatie met grotere of kleinere vakken of andersoortige prodecthouders.

Een aanvulinrichting voor een dergelijke schappenwand is weergegeven in figuur 5 en omvat evenals de vakken 41 een gootvormige productgeleiding 50 die functioneel 25 aansluit op die van de vakken doordat van ten hoogste eenzelfde doorsnede is uitgegaan. Het gootvormige deel van de vulinrichting 50 omvat evenals de vakken een bodem 52 en een stel ter weerszijden daarvan zich uitstrekkende op staande wanden 53, waarbinnen een reeks producten 60 vrij gangbaar wordt ontvangen. Aan een eerste uiteinde is daarbij een eindwand 51 voorzien om de producten 60 te blokkeren, terwijl 30 aan een tegenoverliggende zijde een koppeldeel 54 van de bodem van het gootdeel uitgaat. Dit koppeldeel heeft een breedte binnen een breedte van de vakken zodat de vulinrichting met dit koppeldeel binnen de vakken kan worden geschoven. De bodem 52 van de vulinrichting en het daarop aansluitende koppeldeel 54 liggen alsdan nagenoeg -8- volledig in lijn met de bodem 42 van het betreffende vak, zodat de productgeleiding die door de vulinrichting worden geboden functioneel naadloos aansluit op die van de vakken. In deze toestand kunnen de producten 60 uit de aanvulinrichting 50 in één beweging probleemloos binnen het vak 40 van bestemming worden geschoven om aldus 5 het vak 40 aan te vullen. Op vergelijkbare wijze als bij het voorgaande voorbeeld kan een FIFO uitleveringssysteem daarbij desgewenst worden gerespecteerd.

En ook in dit voorbeeld dient de vulinrichting als (tijdelijke) transporthouder waarmee de producten worden aangevoerd. Door het koppeldeel 54 zwenkbaar uit te voeren, kan 10 dit tijdens transport omhoog worden geklapt zodat de producten 60 lateraal volledig in de transporthouder 50 zijn opgesloten. Een eenvoudige omwikkeling met bijvoorbeeld een transparante folie sluit het geheel volledig op opdat de producten 60 tijdens transport niet verloren gaan.

15 Hoewel de uitvinding hiervoor aan de hand van louter twee uitvoeringsvoorbeelden nader werd beschreven, moge het duidelijk zijn dat de uitvinding daartoe geenszins is beperkt. Integendeel zijn binnen het kader van de uitvinding voor een gemiddelde vakman nog vele variaties en verschijningsvormen voorstelbaar. Zo kan een functionele aansluiting van de geleiding van de transporthouder op die van de producthouder ook 20 worden bereikt door beide delen koud tegen elkaar te laten stuiten. Belangrijk is dat de transporthouder een productgeleiding omvat, die gelijk of althans compatibel is met die van de vaste producthouder.

Claims (10)

1. Vulinrichting voor een vaste producthouder met een productgeleiding om een reeks producten lineair gangbaar te ontvangen, omvattende een transporthouder met een 5 verdere productgeleiding om een reeks producten lineair gangbaar te ontvangen, waarbij de transporthouder aan een uiteinde koppelbaar is met de vaste producthouder tot een handmatig ophefbare gekoppelde toestand waarin de verdere productgeleiding functioneel aansluit op de productgeleiding van de vaste producthouder.

2. Vulinrichting volgens conclusie 1, waarbij de vaste producthouder een staafvormig vrij uiteinde omvat waarvan de productgeleiding uitgaat om daarover de producten met een opening te ontvangen, met het kenmerk dat de transporthouder een althans in hoofdzaak staafvormig lichaam omvat en dat één van de vaste producthouder en de transporthouder aan een uiteinde is voorzien van een busdeel met een axiale holte 15 om daarin een vrij uiteinde van de andere van de vaste producthouder en de transporthouder in de gekoppelde toestand co-axiaal te ontvangen.

3. Vulinrichting volgens conclusie 2 met het kenmerk dat de transporthouder het busdeel omvat. 20

4. Vulinrichting volgens conclusie 2 of 3 met het kenmerk dat het staafvormige lichaam althans nagenoeg eenzelfde dwarsdoorsnede heeft als het vrije uiteinde van de vaste producthouder, en dat het busdeel vanaf een verbonden uiteinde geleidelijk verbreedt. 25

5. Vulinrichting volgens conclusie 2,3 of 4 met het kenmerk dat het busdeel naar een open uiteinde daarvan toe verjongt.

6. Vulinrichting volgens conclusie 1, waarbij de vaste producthouder een vlakke 30 productgeleiding omvat om daarop de producten met een bodemdeel te ontvangen, met het kenmerk dat de transporthouder een aan ten minste één uiteinde open, gootvormig lichaam omvat, van welk lichaam aan het open uiteinde een koppeldeel uitgaat dat met de vaste producthouder koppelbaar is, waarbij een gootbodem van de transporthouder in -10- de gekoppelde toestand althans in hoofdzaak aansluit op de vlakke productgeleiding van de vaste producthouder.

7. Vulinrichting volgens conclusie 6, waarbij de vaste producthouder een 5 productgoot omvat met een gootbreedte, met het kenmerk dat het koppeldeel binnen de gootbreedte van een bodemdeel van het gootvormige lichaam uitgaat.

8. Vulinrichting volgens één of meer der voorafgaande conclusies met het kenmerk dat de transporthouder aan weerszijden van de productgeleiding is voorzien van 10 respectievelijk een eerste en een tweede stoporgaan om daartegen een product te ontvangen.

9. Vulinrichting volgens conclusie 8 met het kenmerk dat ten minste één van beide stoporganen verstelbaar is tussen een eerste stand die de productgeleiding blokkeert en 15 een tweede stand die de productgeleiding vrij geeft.

10. Vulnrichting volgens conclusie 9 met het kenmerk dat ten minste één van beide stoporganen handmatig wegneembaar is.