NL2000036C2

NL2000036C2 - Houder.

Info

Publication number: NL2000036C2
Application number: NL2000036A
Authority: NL
Inventors: Wilhelmus Jan Reinier Kar Snel
Original assignee: Unda Maris Holding N V
Priority date: 2006-03-23
Filing date: 2006-03-23
Publication date: 2007-09-25
Also published as: WO2007108681A1

Description

Q.2CV36

HOUDER

5 De uitvinding heeft betrekking op een uit een paneel vervaardigde houder, in het bijzonder voor het daarin ter aarde bestellen of cremeren van een menselijk of dierlijk lichaam, waarbij de houder vanuit een platte toestand in een opgezette toestand kan worden gebracht, en waarbij de houder 10 althans in hoofdzaak uit papier/karton is vervaardigd. De uitvinding is eveneens gerelateerd aan een werkwijze voor het vervaardigen van deze houder. Opgemerkt wordt dat voor lichtere papiersoorten de uitdrukking "papier" gebruikelijk is, terwijl, wanneer de kwaliteit zwaarder is, vaak sprake is 15 van "karton". In het kader van de uitvinding wordt geen beperking, wat materiaalsoort betreft, beoogd wanneer van papier of van karton en zwaarte sprake is.

Een dergelijke houder is bekend uit de Duitse 20 octrooipublicatie no. 100 34 047 (Orkus KG). De daaruit bekende houder is gevormd door twee panelen die ieder bestaan uit een kern van één laag geperst golfpapier, waarop aan weerszijden een hardere deklaag uit karton is gelijmd. Elk paneel bezit een basispaneel en scharnierbaar daarmee 25 verbonden zijpanelen, waarbij het basispaneel van het ene paneel de bodem van de houder vormt, en het basispaneel van het andere paneel de eigenlijke deksel van de houder vormt. Beide panelen kunnen vanuit de platte toestand in de opgezette toestand worden gevouwen, waarbij de zijpanelen 30 haaks op de respectieve basispanelen staan.

Een bezwaar van de hierboven beschreven houder geopenbaard in de eerdergenoemde Duitse octrooipublicatie no. 100 34 047 is dat deze in de praktijk niet of nauwelijks bestand lijkt te 2 zijn tegen uitwendige invloeden, zoals lijk- of regenvocht. Bovendien geldt als nadeel van de hieruit bekende houder dat deze de nodige stevigheid mist, zodat deze niet elk willekeurig gewicht van bijvoorbeeld een overleden mens of 5 dier kan dragen.

Het is het doel van de uitvinding de bezwaren van de stand van de techniek te ondervangen, dat wil zeggen een stevige, tegen met name vocht bestand zijnde houder te verschaffen, in 10 het bijzonder voor het daarin ter aarde bestellen of cremeren van een menselijk of dierlijk lichaam.

Hiertoe heeft een houder van de in de aanhef vermelde soort volgens de uitvinding als bijzonderheid dat het paneel een 15 kern van lagen papier/karton bevat, waarbij de kern is geïmpregneerd, in het bijzonder met een harsachtig materiaal, en waarbij het paneel een papieren/kartonnen binnenlaag en een papieren/kartonnen buitenlaag bevat die aan weerszijden van de kern via een hechtmiddel daarmee zijn verbonden. Het 20 impregneren geschiedt bij voorkeur middels dampen, spuiten of dompelen, waarbij de damp-, spuit- of dompelrichting evenwijdig loopt met de richting van de "cellenstructuur" van het gebruikte golfpapier/karton. Het impregneren heeft niet alleen als voordeel dat bescherming tegen uitwendige 25 invloeden, zoals lijk- of regenvocht wordt verkregen, doch eveneens dat de constructiestevigheid wordt vergroot.

Hierdoor zijn in beginsel minder lagen golfpapier/karton vereist om de nodige stevigheid te realiseren. Het impregneermiddel is bij voorkeur een epoxy hars, een 30 polyurethaan hars, een polyesther hars of een fenol hars.

3

In een voorkeursuitvoeringsvorm van een houder overeenkomstig de uitvinding vormen de lagen papier/karton van de kern een honingraatstructuur.

5 In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van een houder volgens de uitvinding is iedere laag papier/karton van de kern, althans in hoofdzaak, gevormd door een gegolfde deellaag en een op een zijde hiervan aangebrachte vlakke deellaag.

10

Opgemerkt wordt dat de gegolfde deellaag en de vlakke deellaag van een laag papier/golfkarton door het uitgeharde impregneermiddel aan elkaar zijn gehecht. Alvorens te impregneren, wordt eventueel nog gebruik gemaakt van een 15 hechtmiddel, zoals lijm, dat op de toppen van de golvingen van de gegolfde deellaag is aangebracht teneinde de vlakke deellaag daarop te hechten.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van een houder 20 overeenkomstig de uitvinding omvat het paneel een basispaneel en langs een langsrand van het basispaneel scharnierbaar daarmee verbonden zijpanelen. In het bijzonder zijn de zijpanelen vanuit een platte toestand in een (al dan niet recht) op het basispaneel staande positie scharnierbaar.

25

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van een houder volgens de uitvinding is de buitenlaag buigzaam, waarbij de binnenlaag ten minste twee binnenwaarts gerichte randdelen bevat, waarbij de randdelen aan weerszijden van een 30 voorafbepaalde buiglijn zijn aangebracht teneinde wanden van een groef met een in hoofdzaak V-vormige dwarsdoorsnede te vormen, welke groef zich in de kern tot aan de buitenlaag uitstrekt, en waarbij de randdelen aan de buitenlaag grenzen 4 teneinde in de buitenlaag een scharnier te vormen voor het scharnieren van de zijpanelen ten opzichte van het basispaneel. Daar de naar binnen gerichte randdelen van de binnenlaag direct aanliggen tegen de buitenlaag, wordt 5 gerealiseerd dat alleen de buitenlaag een scharnier vormt, terwijl er geen kernmateriaal ter plaatse aanwezig is. Het paneel kan derhalve gemakkelijk ter plaatse buigen, zelfs over een scherpe hoek. Eventueel is de buitenlaag ter plaatse van de voorafbepaalde buiglijn verzwakt.

10

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van een houder overeenkomstig de uitvinding bevat de kern een even aantal lagen papier/karton. Aldus wordt een niet of nauwelijks vervormbaar paneel verkregen. Bij voorkeur is het paneel in 15 platte toestand van de houder spiegelsymmetrisch uitgevoerd ten opzichte van een middenlangsvlak van het paneel. Dit vergroot de vormvastheid, zodat "kromtrekken" van het paneel te allen tijde wordt voorkomen.

20 in een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van een houder volgens de uitvinding vormt het basispaneel de bodem van de houder. In een andere voorkeursvariant vormt het basispaneel de deksel van de houder.

25 Zoals eerder gezegd, refereert de uitvinding eveneens aan een werkwijze voor het vervaardigen van een houder overeenkomstig de uitvinding, waarbij deze de volgende stappen omvat: d. het vervaardigen van lagen papier/karton; 30 e. het vormen van een kern door de lagen papier/karton op elkaar aan te brengen; f. het impregneren van de kern, in het bijzonder met een harsachtig materiaal; 5 g. het aan weerszijden van de kern via een hechtmiddel daarmee verbinden van een papieren/kartonnen binnenlaag en een papieren/kartonnen buitenlaag; h. het snijden van een paneel voor de houder uit het 5 geheel van de kern en de binnen- en buitenlagen; i. het aanbrengen van verzwakkingslijnen in het paneel voor het vormen van een basispaneel en langs een langsrand van het basispaneel scharnierbaar daarmee verbonden zijpanelen.

10

In een voorkeursuitvoeringsvorm van een werkwijze volgens de uitvinding geschiedt het vervaardigen van lagen papier/karton door telkens een vlakke deellaag op een zijde van een gegolfde deellaag aan te brengen.

15

In een andere voorkeursvariant wordt de kern in een honingraatstructuur gevormd.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van een werkwijze 20 overeenkomstig de uitvinding wordt voor de buitenlaag een buigzaam papier/karton gekozen, waarbij aan weerszijden van een voorafbepaalde buiglijn een groef met een in hoofdzaak V-vormige dwarsdoorsnede wordt gevormd, welke groef zich in de kern tot aan de buitenlaag uitstrekt, waarbij aan weerszijden 25 van de groef ten minste twee binnenwaarts gerichte randdelen in de binnenlaag worden gevormd, en waarbij de randdelen aan de buitenlaag grenzen teneinde in de buitenlaag een scharnier te vormen voor het scharnieren van de zijpanelen ten opzichte van het basispaneel. Deze groeven vormen als het ware de 30 eerdergenoemde verzwakkingslijnen.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van in een tekening weergegeven figuren, waarbij 6 — figuur 1 laat een paneel zien in platte toestand (figuur la) voor het vormen van de onderhavige houder alsmede een ander paneel in platte toestand (figuur lb) voor het vormen van een deksel voor de houder; 5 - figuur 2 schematisch de stappen laat zien van de onderhavige werkwijze tot het vormen van de deksel van figuur 1; — figuren 3 en 4 een detail laten zien van verzwakkingslijnen zoals gebruikt in de panelen van 10 figuren 1 en 2; en — figuur 5 de houder en de deksel van figuur 1 in opgezette toestand op elkaar (figuur 5a) en los van elkaar (figuur 5b) weergeeft.

15 In figuren la en 5 is getoond een paneel 1 in platte toestand (figuur la) en in opgezette toestand (figuur 5) bestaande uit één bodempaneel 2 en uit zes zijpanelen 3 die langs een rand 4 van het bodempaneel 2 scharnierbaar daarmee zijn verbonden. Het paneel 1 is geheel gemaakt van papier/karton, hetgeen 20 hieronder nog nader zal worden toegelicht. Vanuit de platte toestand worden de zes zijpanelen 3 in een positie loodrecht op het bodempaneel 2 gescharnierd, waarna aangrenzende zijpanelen 3 met elkaar worden verbonden, bijvoorbeeld gelijmd. Aldus ontstaat een papieren/kartonnen houder (figuur 25 5) in de vorm van een lijkkist voor het voor het daarin ter aarde bestellen of cremeren van een menselijk of dierlijk lichaam. De houder kan desgewenst worden geverfd in elke gewenste kleur of motief, bijvoorbeeld een motief van eikenof beukenhout.

Op dezelfde wijze als het paneel 1 uit figuur la vanuit de platte toestand in de opgezette toestand wordt gevouwen om de houder te vormen, zo wordt het paneel 11 van figuur lb 30 7 eveneens vanuit een platte toestand (figuur lb) in een opgezette toestand (figuur 5) gevouwen teneinde een deksel (figuur 5) te vormen voor de houder van figuur 5. De deksel past daarbij met zijn randen in de houder. Het paneel 1' 5 bestaat uit een dekselpaneel 2' en uit zijpanelen 3' welke langs een rand 4' van het dekselpaneel 2' scharnierbaar daarmee zijn verbonden. Wederom worden naburige zijpanelen 3’ in de opgezette toestand (figuur 5) onderling bevestigd, in het bijzonder verlijmd.

10

Zoals figuren 3 en 4 laten zien, zijn beide panelen 1 en 1' opgebouwd uit een kern 5 en uit lagen 6,7 die aan weerszijden van de kern 5 daaraan zijn gehecht, in het bijzonder verlijmd, zodat een "sandwich-structuur" wordt verkregen. De 15 kern 5 bestaat uit lagen papier/karton, waarbij iedere laag is gevormd door een gegolfde deellaag 8 en een, op een zijde hiervan aangebrachte vlakke deellaag 9, en waarbij de kern 5 is geïmpregneerd met een harsachtig materiaal, zoals fenolhars. De lagen 6,7 zijn hier een papieren/kartonnen 20 binnenlaag 6 en een buigzame papieren/kartonnen buitenlaag 7 die, zoals gezegd, aan weerszijden van de kern 5 daarmee zijn verlijmd. Het vouwen van de panelen 1 en 1' geschiedt langs verzwakkingslijnen 10 die in figuur 3 in detail zijn weergegeven. De binnenlaag 6 bevat in dit verband ter plaatse 25 van een verzwakkingslijn 10 twee binnenwaarts gerichte randdelen 11,12 teneinde wanden van een groef 13 met een in hoofdzaak V-vormige dwarsdoorsnede te vormen. De groef 13 strekt zich daarbij in de kern 5 en tot aan de buitenlaag 7 uit. De randdelen 11,12 grenzen derhalve tot aan de 30 buitenlaag 7 teneinde in de buitenlaag 7 een scharnier te vormen voor het scharnieren van de zijpanelen 3 ten opzichte van het bodempaneel 2.

8

De werkwijze ter vervaardiging van de onderhavige houder omvat stapsgewijs: — het vervaardigen van de lagen papier/karton door 5 telkens de vlakke deellaag 9 op een zijde van de gegolfde deellaag 8 te verlijmen, waarbij op de golvingen van de gegolfde deellaag 8 lijm wordt aangebracht; — het vormen van de kern 5 door de lagen papier/karton 10 op elkaar te verlijmen, waarbij wederom op de golvingen van de gegolfde deellaag 8 lijm wordt aangebracht; — het impregneren van de kern 5 met een harsachtig materiaal; 15 — het aan weerszijden van de kern 5 via lijm daarmee verbinden van de papieren/kartonnen binnenlaag 6 en de papieren/kartonnen buitenlaag 7; — het snijden van het paneel 1 uit het geheel van de kern 5 en de binnen- en buitenlagen 6,7; 20 - het aanbrengen van verzwakkingslijnen 10 in het paneel 1 voor het vormen van het bodempaneel 2 en langs de rand 4 van het bodempaneel 2 scharnierbaar daarmee verbonden zijpanelen 3.

25 De uitvinding beperkt zich niet tot de weergegeven uitvoeringsvorm, doch strekt zich tevens uit tot andere voorkeursvarianten vallend binnen het bereik van de aangehechte conclusies.

Claims

1. Uit een paneel vervaardigde houder, in het bijzonder voor het daarin ter aarde bestellen of cremeren van een 5 menselijk of dierlijk lichaam, waarbij de houder vanuit een platte toestand in een opgezette toestand kan worden gebracht, en waarbij de houder althans in hoofdzaak uit papier/karton is vervaardigd, met het kenmerk dat het paneel een kern van lagen papier/karton bevat, waarbij de 10 kern een cellenstructuur heeft en is geïmpregneerd, in het bijzonder met een harsachtig materiaal, en waarbij het paneel een papieren/kartonnen binnenlaag en een papieren/kartonnen buitenlaag bevat die aan weerszijden van de kern via een hechtmiddel daarmee zijn verbonden. 15

2. Houder volgens conclusie 1, waarbij de lagen papier/karton van de kern een honingraatstructuur vormen.

3. Houder volgens conclusie 1, waarbij iedere laag 20 papier/karton van de kern althans in hoofdzaak is gevormd door een gegolfde deellaag en een, op een zijde hiervan aangebrachte vlakke deellaag.

4. Houder volgens conclusie 1, 2 of 3 waarbij het paneel 25 omvat een basispaneel en langs een langsrand van het basispaneel scharnierbaar daarmee verbonden zijpanelen.

5. Houder volgens conclusie 4, waarbij de zijpanelen vanuit een platte toestand in een op het basispaneel staande 30 positie scharnierbaar zijn.

6. Houder volgens conclusie 4 of 5, waarbij de buitenlaag buigzaam is, waarbij de binnenlaag ten minste twee binnenwaarts gerichte randdelen bevat, waarbij de randdelen aan weerszijden van een voorafbepaalde buiglijn zijn aangebracht teneinde wanden van een groef met een in hoofdzaak V-vormige dwarsdoorsnede te vormen, welke groef 5 zich in de kern tot aan de buitenlaag uitstrekt, en waarbij de randdelen aan de buitenlaag grenzen teneinde in de buitenlaag een scharnier te vormen voor het scharnieren van de zijpanelen ten opzichte van het basispaneel.

7. Houder volgens een der voorgaande conclusies 1 tot en met 6, waarbij de kern een even aantal lagen papier/karton bevat.

8. Houder volgens een der voorgaande conclusies 1 tot en met 7, waarbij het paneel in platte toestand van de houder spiegelsymmetrisch is uitgevoerd ten opzichte van een middenlangsvlak van het paneel.

9. Houder volgens een der voorgaande conclusies 1 tot en met 8, waarbij het basispaneel de bodem van de houder vormt.

10 Houder volgens een der voorgaande conclusies 1 tot en met 8, waarbij het basispaneel de deksel van de houder vormt. 25

11 Werkwijze voor het vervaardigen van een houder volgens een der voorgaande conclusies 1 tot en met 10, waarbij deze de volgende stappen omvat: 30. het vervaardigen van lagen papier/karton; — het vormen van een kern door de lagen papier/karton op elkaar aan te brengen; - het impregneren van de kern, in het bijzonder met een harsachtig materiaal; — het aan weerszijden van de kern via een hechtmiddel daarmee verbinden van een papieren/kartonnen 5 binnenlaag en een papieren/kartonnen buitenlaag; — het snijden van een paneel voor de houder uit het geheel van de kern en de binnen- en buitenlagen; - het aanbrengen van verzwakkingslijnen in het paneel voor het vormen van een basispaneel en langs een 10 langsrand van het basispaneel scharnierbaar daarmee verbonden zijpanelen.

12 Werkwijze volgens conclusie 11, waarbij het vervaardigen van lagen papier/karton geschiedt door telkens een vlakke 15 deellaag op een zijde van een gegolfde deellaag aan te brengen.

13 Werkwijze volgens conclusie 11, waarbij de kern in een honingraatstructuur wordt gevormd. 20

14 Werkwijze volgens conclusie 11, 12 of 13 waarbij voor de buitenlaag een buigzaam papier/karton wordt gekozen, waarbij aan weerszijden van een voorafbepaalde buiglijn een groef met een in hoofdzaak V-vormige dwarsdoorsnede 25 wordt gevormd, welke groef zich in de kern tot aan de buitenlaag uitstrekt, waarbij aan weerszijden van de groef ten minste twee binnenwaarts gerichte randdelen in de binnenlaag worden gevormd, en waarbij de randdelen aan de buitenlaag grenzen teneinde in de buitenlaag een 30 scharnier te vormen voor het scharnieren van de zijpanelen ten opzichte van het basispaneel.