NL194680C

NL194680C - Connecting element for holding intersecting cables or cords.

Info

Publication number: NL194680C
Application number: NL9400906A
Authority: NL
Inventors: Tom Lindhardt Wils
Original assignee: Kompan As
Priority date: 1993-06-04
Filing date: 1994-06-03
Publication date: 2002-11-04
Also published as: NL194680B; FR2706008A1; NL9400906A; FR2706008B1; DE9408643U1; DK65493A; DK65493D0

Description

1 1946801 194680

Verbindingselement voor het vasthouden van elkaar kruisende touwen of snoerenConnecting element for holding intersecting cables or cords

De uitvinding heeft betrekking op een verbindingselement voor het vasthouden van elkaar kruisende snoeren of touwen bestaande uit twee verbindingsdelen met in lijn gelegen groeven, waarin de touwen 5 kunnen verlopen wanneer de verbindingsdelen óm de touwen worden geklemd, welke groeven verlopen in hetzelfde vlak in het randgebied van de verbindingsdelen rondom een uitholling, waarin de touwen elkaar kunnen overlappen.The invention relates to a connecting element for holding intersecting cords or ropes consisting of two connecting parts with aligned grooves, in which the ropes can run when the connecting parts are clamped around the ropes, which grooves run in the same plane in the edge region of the connecting parts around a recess in which the ropes can overlap.

Dergelijke verbindingselementen kunnen worden gebruikt voor het samenstellen van verschillende touwconstructies zoals netten, die als klimnetten, netwanden of dergelijke toebehoren, in het bijzonder voor 10 speelwerktuigen van verschillende soort worden gebruikt.Such connecting elements can be used for assembling different rope constructions such as nets, which are used as climbing nets, net walls or the like accessories, in particular for playing tools of various kinds.

Een verbindingselement van het in de aanhef genoemde soort is bekend uit het Duitse Gebrauchsmuster DE-U-8.801.165. Het bekende verbindingselement omvat twee helften die elk zijn voorzien van twee elkaar kruisende uitsparingen. In deze uitsparingen kan een gedeelte van een touw of een snoer worden geplaatst, zodat de snoeren of touwen kruislings in het verbindingselement kunnen worden opgenomen. Wanneer één 15 van de touwen of snoeren uit losse strengen bestaat, kan deze worden opengedraaid, zodat het tweede touw zich door het hart van het eerste touw kan uitstrekken. Vervolgens worden de twee helften van het verbindingselement op elkaar vastgemaakt door middel van een schroef die zich uitstrekt in het hart van de kruislings verlopende snoeren. Dat betekent dat het verbindingselement dwars door de kruislings aangebrachte snoeren wordt heen gestoken.A connecting element of the type mentioned in the preamble is known from the German Gebrauchsmuster DE-U-8,801,165. The known connecting element comprises two halves, each of which is provided with two intersecting recesses. A portion of a rope or a cord can be placed in these recesses, so that the cords or ropes can be received crosswise in the connecting element. When one of the ropes or cords consists of loose strands, it can be turned open, so that the second rope can extend through the heart of the first rope. The two halves of the connecting element are then fixed to each other by means of a screw that extends in the center of the cross-running cords. This means that the connecting element is inserted transversely through the cables arranged crosswise.

20 Het bekende verbindingselement is niet geschikt voor draden of snoeren die zijn gemaakt van een synthetische vezel en die een relatief glad oppervlak hebben. Een enkele schroef is onvoldoende om te voorkomen dat dergelijke touwen over elkaar heen glijden, zodat een goede fixatie van de touwen in het kruispunt niet kan worden bewerkstelligd. Bovendien is het bekende verbindingselement niet geschikt voor snoeren of touwen die zich niet gemakkelijk laten openen, zodat het niet mogelijk is om een eerste snoer 25 door het hart van het tweede snoer heen te trekken om een kruispunt te vormen.The known connecting element is not suitable for wires or cords that are made of a synthetic fiber and that have a relatively smooth surface. A single screw is insufficient to prevent such ropes from sliding over each other, so that a good fixation of the ropes at the intersection cannot be achieved. Moreover, the known connecting element is not suitable for cords or ropes that cannot be opened easily, so that it is not possible to pull a first cord through the center of the second cord to form an intersection.

Het is het doel van de onderhavige uitvinding om te voorzien in een verbindingselement van het in de aanhef genoemde soort, waarbij een goede fixatie van een kruispunt tussen twee snoeren kan worden bereikt zonder dat men de draden zelf hoeft te doorboren of te penetreren met bevestigingselementen. Dit doel wordt volgens de onderhavige uitvinding bereikt, doordat montagestaven buiten de in het verbindings-30 element voor het verloop van de snoeren of touwen voorziene uitholling geplaatst zijn, waarbij de verbindingsdelen in het randgebied zijn voorzien van in omtreksrichting verlopende geleidingsribben en geleidingsgroeven, zodat de ribben in de groeven kunnen verlopen wanneer de delen op elkaar worden geklemd.It is the object of the present invention to provide a connecting element of the type mentioned in the preamble, in which a good fixation of an intersection between two cords can be achieved without having to pierce or penetrate the wires themselves with fixing elements. This object is achieved according to the present invention in that mounting rods are placed outside the recess provided in the connecting element for the course of the cords or ropes, the connecting parts in the edge region being provided with circumferential direction guide ribs and guide grooves, so that the ribs in the grooves can run when the parts are clamped together.

Door het feit dat de montagestaven buiten de in het verbindingselement voor het verloop van de snoeren 35 of touwen voorziene uitholling geplaatst zijn, wordt bereikt dat het bijeenhouden van de touwen verrassend goed is, ook bij tamelijk kleine afmetingen van de verbindingsdelen. De oorzaak hiervan is dat de touwen in het inwendige van het verbindingselement ten opzichte van elkaar worden verplaatst. Elk touw wordt dus door het kruisende touw gedwongen om een boog te vormen, hetgeen een tot nu tot niet bekende goede bijeenhoudsterkte teweegbrengt. Deze bijeenhoudsterkte wordt bereikt zonder het gebruik van frictie-40 middelen, zonder pennen en dergelijke. De touwen blijven dus onbeweeglijk in het verbindingselement aanwezig en blijven tevens in tact. Dat betekent dat naregeling van het verbindingselement niet nodig is.Due to the fact that the mounting rods are placed outside the cavity provided in the connecting element for the course of the cords 35 or ropes, it is achieved that keeping the ropes together is surprisingly good, also with fairly small dimensions of the connecting parts. The reason for this is that the ropes in the interior of the connecting element are displaced relative to each other. Each rope is thus forced by the crossing rope to form an arc, which produces a previously known good holding strength. This holding strength is achieved without the use of friction means, without pins and the like. The ropes therefore remain immobile in the connecting element and also remain intact. This means that no adjustment of the connecting element is necessary.

Het verbindingselement kan op elke gewenste plaats op de touwen worden geplaatst en ook worden gebruikt bij netten met kleine mazen.The connecting element can be placed on the ropes at any desired location and can also be used with small mesh nets.

Opgemerkt wordt dat uit de Franse octrooiaanvrage FR-A-2.223.058 een bolvormig beslag bekend is dat 45 in het bijzonder ontwikkeld is voor de toepassing van speelwerktuigen. Het beslag bestaat uit twee identieke delen, die elk zijn voorzien van een groef met een zekere kromming waar een touw doorheen kan lopen. In het beslag kunnen dus twee touwen dwars ten opzichte van elkaar verlopen wanneer de delen op elkaar worden geklemd met een verspringing van de groeven over een hoek van 90°. Ook in het verbindingselement volgens de genoemde Franse octrooiaanvrage worden de verbindingselementen aan elkaar 50 bevestigd met montagestaven die zich niet door de touwen heen uitstrekken, maar die buiten de voor de touwen aangebrachte groeven in het verbindingselement zijn aangebracht. Een nadeel van het beslag dat bekend is uit FR-A-2.223.058 is dat het beslag de touwen niet aan de beslag-einden vastklemt, man juist de touwen in het centrale deel van het beslag op elkaar klemt. Wanneer op een van de touwen kracht wordt gezet, wordt deze kracht niet via het beslag over het netwerk van touwen verdeeld, maar krijgt het beslag 55 vooral een kracht te verduren die de beslag-delen uit elkaar zal drijven. De beslagdelen moeten daarom met grote kracht op elkaar worden gekiemd en het systeem is gevoelig voor losraken. Omdat er geen verdere maatregelen zijn genomen om een verschuiving van een positie van de helften ten opzichte van elkaar te 194680 2 voorkomen bestaat het risico dat de helften ten opzichte van elkaar verplaatst worden wanneer op de touwen kracht wordt gezet. Dat heeft als effect dat de touwen ten opzichte van elkaar kunnen verplaatsen zodat het met de verbindingselementen gemaakte net patroon verloren gaat.It is noted that from the French patent application FR-A-2,223,058 a spherical fitting is known that has been developed in particular for the use of playing tools. The fitting consists of two identical parts, each of which has a groove with a certain curvature through which a rope can run. In the fitting, therefore, two ropes can extend transversely with respect to each other when the parts are clamped together with an offset of the grooves through an angle of 90 °. Also in the connecting element according to the said French patent application, the connecting elements are attached to each other with mounting bars which do not extend through the ropes, but which are arranged in the connecting element outside the grooves arranged for the ropes. A drawback of the fitting known from FR-A-2,223,058 is that the fitting does not clamp the ropes at the fitting ends, on the contrary the ropes in the central part of the fitting are clamped together. When a force is applied to one of the ropes, this force is not distributed via the batter over the network of ropes, but the batter 55 is mainly subjected to a force that will drive the batter parts apart. The fitting parts must therefore be germinated together with great force and the system is susceptible to loosening. Because no further measures have been taken to prevent a shift in position of the halves relative to each other, there is a risk that the halves are displaced relative to each other when force is applied to the ropes. This has the effect that the ropes can move relative to each other so that the net pattern made with the connecting elements is lost.

Bovendien is het volgens de uitvinding voordelig wanneer één of meer van de groeven van de uitholling 5 tot aan een eindwand langs de buitenrand van het verbindingsdeel verlopen. Daardoor kan het element als zij- of eindbeslag in de zijrand van een net gebruikt worden, waarbij slechts het ene touw doorgaand is, en dit kan plaatsvinden met behoud van de hoge samenhoudsterkte.Moreover, it is advantageous according to the invention if one or more of the grooves of the recess 5 extend up to an end wall along the outer edge of the connecting part. As a result, the element can be used as a side or end fitting in the side edge of a net, whereby only one rope is continuous, and this can take place while maintaining the high holding strength.

Uitvoeringsvormen van de verbindingselementen volgens de uitvinding worden hierna aan de hand van de 10 tekening verder toegelicht. Zo tonen: figuur 1 en 2 een verbindingsdeel voor twee elkaar kruisende touwen gezien op de binnenkant, figuur 3 twee verbindingsdelen tijdens het samenstellen, figuur 4 verbindingsdelen na het samenstellen, figuur 5 een gedeeltelijke doorsnede van de verbindingsdelen gemonteerd op touwen, 15 figuur 6 een andere uitvoering van een verbindingsdeel voor twee elkaar kruisende touwen gezien op de binnenkant waarbij het ene niet doorgaand is, figuur 7 het verbindingsdeel gezien op de buitenkant, figuur 8 twee verbindingsdelen tijdens het samenstellen, figuur 9 twee verbindingsdelen na het samenstellen, 20 figuur 10 een gedeeltelijke doorsnede van de verbindingsdelen gemonteerd op touwen.Embodiments of the connecting elements according to the invention are further explained below with reference to the drawing. For example: figures 1 and 2 show a connecting part for two intersecting ropes as seen on the inside, figure 3 shows two connecting parts during assembly, figure 4 shows connecting parts after assembly, figure 5 shows a partial section of the connecting parts mounted on ropes, figure 6 a another embodiment of a connecting part for two intersecting ropes seen on the inside, one being non-continuous, figure 7 the connecting part seen on the outside, figure 8 two connecting parts during assembly, figure 9 two connecting parts after assembly, figure 10 a partial section of the connecting parts mounted on ropes.

Figuur 1 tot 5 tonen één van de uitvoeringsvoorbeelden van een verbindingselement.Figures 1 to 5 show one of the exemplary embodiments of a connecting element.

Figuur 1 en 2 tonen een uitvoering van een verbindingsdeel 1, zoals het is gevormd voor toepassing in een verbindingselement voor twee elkaar kruisende touwen.Figures 1 and 2 show an embodiment of a connecting part 1, as it is formed for use in a connecting element for two intersecting ropes.

25 Het verbindingsdeel 1 is uitgevoerd als een ringvormig werkstuk in de vorm van een randpartij, met een door het deel verlopende centraal aangebrachte uitholling 15.The connecting part 1 is designed as an annular workpiece in the form of an edge part, with a cavity 15 extending centrally through the part.

In de randpartij zijn vier halfcirkelvormige groeven gevormd, die allen liggen in hetzelfde vlak. De groeven 3 zijn zodanig gedimensioneerd, dat de ene helft van het touw recht in een groef kan verlopen.Four semi-circular grooves are formed in the edge section, all of which lie in the same plane. The grooves 3 are dimensioned such that one half of the rope can run straight into a groove.

Verder zijn in het randgebied twee rondgaande ribben 10 respectievelijk groeven 11 beurtelings gevormd 30 tussen de groeven 3.Furthermore, two circumferential ribs 10 and grooves 11, respectively, are formed in turn in the edge region between the grooves 3.

Tenslotte zijn twee verbindingselementen 4 in de vorm van omhoog gerichte buizen, klinknagels, bouten of dergelijke getoond, die diametraal in het verbindingsdeel zijn geplaatst en zijn gaten 5 aanwezig, eveneens diametraal voor de doorgang van de verbindingselementen 4 van het ermee samenwerkende deel.Finally, two connecting elements 4 in the form of upwardly directed tubes, rivets, bolts or the like are shown, which are placed diametrically in the connecting part and holes 5 are present, also diametrically for the passage of the connecting elements 4 of the cooperating part.

35 Figuur 3 en 4 tonen hoe twee verbindingsdelen 1 kunnen worden samengesteld voor de vorming van een verbindingselement.Figures 3 and 4 show how two connecting parts 1 can be assembled for the formation of a connecting element.

Opgemerkt wordt dat de verbindingselementen 4 de delen 1 tussen elke groef 3 bijeenhouden, en dat twee met elkaar samenwerkende groeven 3 een doorgang 9 voor het touwwerk vormen.It is noted that the connecting elements 4 hold the parts 1 together between each groove 3, and that two grooves 3 cooperating with each other form a passage 9 for the cordage.

De geleidingsribben 10 verlopen in groeven 11, zodat het uitwendige van het element volledig glad is en 40 veilig geleid blijft.The guide ribs 10 run in grooves 11, so that the exterior of the element is completely smooth and 40 remains safely guided.

Voor het samenstellen van de delen zijn de beide touwen 7, 8 in de groeven 3 geplaatst, en wanneer een verbindingsdeel hierop wordt geplaatst, zal een verbindingselement ontstaat, zoals getoond in figuur 5.For assembling the parts, the two ropes 7, 8 are placed in the grooves 3, and when a connecting part is placed thereon, a connecting element will be created, as shown in Fig. 5.

Na het op elkaar klemmen van de delen om de touwen 7, 8 worden de touwen in de uitholling 15 ten opzichte van elkaar verbogen, zoals aangeduid in figuur 5. Elk touw 7,8 wordt hierdoor op verrassend 45 krachtige en effectieve wijze vastgehouden, omdat de binnenrand 6 van de groef 3 zal verhinderen, dat het touw 7, 8 kan glijden en daardoor in het verbindingselement zal worden verschoven.After clamping the parts together around the ropes 7, 8, the ropes in the recess 15 are bent with respect to each other, as indicated in figure 5. Each rope 7,8 is hereby held in a surprisingly powerful and effective manner, because the inner edge 6 of the groove 3 will prevent the rope 7, 8 from sliding and thereby sliding into the connecting element.

Proeven hebben getoond, dat een verbindingselement op gebruikelijke wijze gedimensioneerd, touwwerk met een diameter van ongeveer 15 mm in een speelwerktuig kan vasthouden bij een belasting die de maximale ver overschrijdt, en zodoende wordt een zeer grote veiligheid met behulp van de dit ringvormige 50 verbindingselement bereikt. Daar komt bij, dat het touwwerk bij het op elkaar klemmen op geen enkele manier wordt beschadigd, en dat het verbindingselement dus zonder probleem kan worden verplaatst op het touw.Tests have shown that a connecting element can hold a dimensioned rope of approximately 15 mm in a playing tool in a usual manner at a load exceeding the maximum, and thus a very high safety is achieved with the aid of this annular connecting element . In addition, the rope work is not damaged in any way when clamping on one another, and the connecting element can therefore be moved on the rope without any problem.

Het beslag 1 kan zijn vervaardigd uit gekleurd polyamide en het verbindingselement 4 kan een pop-klinknagel zijn.The fitting 1 can be made of colored polyamide and the connecting element 4 can be a pop rivet.

55 Bij het samenstellen van een touwwerk van 16 mm, dat kan zijn vervaardigd uit polypropyleen of soortgelijk kunststofmateriaal met daarin geplaatste versterkingsdraad uit staal, kan het verbindingsdeel een buitendiameter van 55 mm en een binnendiameter van 30 mm hebben alsmede een hoogte van ongeveer55 When assembling a 16 mm cord, which may be made of polypropylene or similar plastic material with steel reinforcement wire disposed therein, the connecting part may have an outer diameter of 55 mm and an inner diameter of 30 mm as well as a height of approximately

Claims

194680 20 mm, so that the total thickness of the connecting element after assembly is 35 mm due to the course of the ribs in the grooves. In another exemplary embodiment, as shown in Figs. 6 to 10, the part 2 is designed as an elongated shell with a recess 16 from which four grooves 3 extend in an edge region to the outside of the part. The part 2 is further provided with two mounting bars 4 and two holes 5 as well as a guide rib 10 and a groove 11 at the round end and with a straight rib 12 and groove on each side of an extended groove 3. As shown in Figure 10, the connecting element calculated for holding a rope 7 that is not continuous, but encounters an end wall 14 in the groove opposite the groove 3 as shown in Figs. 6 and 8. The crossing rope 8 is continuous, and should be noted that the connecting element connects tightly to the ropes 7, 8 and that no parts protrude outward, which could result in bands, cords, hats, belts, bags and the like of especially children's choirs catching on these parts. Also with this embodiment of the connecting element all grooves 3 are in the same plane, so that the ropes 7, 8 in the hollow 16 have to be bent around each other, as shown in figure 10. This effectively prevents the two ropes 7, 8 can be shifted in the connecting element, because each rope between the inner end edge 6 of the grooves will be arcuate as shown in figure 6. On the outside of connecting elements clamped together, and preferably in the embodiment shown in figures 1 to 5 shells not shown are mounted, which preferably consist of equal halves, which enclose the connecting element with ropes, and which can be closed to each other with the aid of generally known snap or snap closures. Such a dish should form a decoration. Instead of a spherical shell, a workpiece could be used with side surfaces, so that they can serve as step surfaces or stairs, for example in a net bridge.

A connecting element for holding intersecting cords or ropes consisting of two connecting parts with aligned grooves, wherein the ropes can run when the connecting parts are clamped around the ropes, which grooves run in the same plane in the edge region of the connecting parts around a hollow, in which the ropes can overlap, characterized in that mounting rods are placed outside the hollow (15, 16) provided in the connecting element for the course of the cords or ropes (7, 8), the connecting parts (1, 2) are provided in the peripheral area with circumferential guide ribs (10, 12) and guide grooves (11, 13), so that the ribs (10, 12) can extend into the grooves (11, 13) when the parts (1, 2) ) are clamped together.

Connection element according to claim 1, characterized in that one or more of the grooves (3) of the recess (16) extend up to an end wall (14) along the outer edge of the connection part (2). Hereby 8 sheets of drawing