NL194457C - Resonator. - Google Patents
Resonator. Download PDFInfo
- Publication number
- NL194457C NL194457C NL9201015A NL9201015A NL194457C NL 194457 C NL194457 C NL 194457C NL 9201015 A NL9201015 A NL 9201015A NL 9201015 A NL9201015 A NL 9201015A NL 194457 C NL194457 C NL 194457C
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- electrode
- resonator
- pattern
- electrodes
- trim
- Prior art date
Links
Classifications
-
- H—ELECTRICITY
- H01—ELECTRIC ELEMENTS
- H01P—WAVEGUIDES; RESONATORS, LINES, OR OTHER DEVICES OF THE WAVEGUIDE TYPE
- H01P7/00—Resonators of the waveguide type
- H01P7/08—Strip line resonators
- H01P7/084—Triplate line resonators
-
- H—ELECTRICITY
- H03—ELECTRONIC CIRCUITRY
- H03H—IMPEDANCE NETWORKS, e.g. RESONANT CIRCUITS; RESONATORS
- H03H5/00—One-port networks comprising only passive electrical elements as network components
- H03H5/003—One-port networks comprising only passive electrical elements as network components comprising distributed impedance elements together with lumped impedance elements
-
- H—ELECTRICITY
- H03—ELECTRONIC CIRCUITRY
- H03H—IMPEDANCE NETWORKS, e.g. RESONANT CIRCUITS; RESONATORS
- H03H1/00—Constructional details of impedance networks whose electrical mode of operation is not specified or applicable to more than one type of network
- H03H2001/0021—Constructional details
- H03H2001/0085—Multilayer, e.g. LTCC, HTCC, green sheets
Landscapes
- Control Of Motors That Do Not Use Commutators (AREA)
Description
1 194457 ‘ Resonator1 194457 "Resonator
De uitvinding heeft betrekking op een resonator voor toepassing in een geïntegreerde keten, omvattende: een eerste elektrode; een afneemaansluiting voor de eerste elektrode; twee tweede elektroden die zijn 5 aangebracht met een vlakke vorm op beide tegenover elkaar gelegen zijden van de eerste elektrode ten opzichte van platen die bestaan uit een diëlektrisch materiaal en zijn aangebrachte tussen de eerste elektrode en de tweede elektroden; waarbij voor het vormen van een strooklijn met de tweede elektroden, de eerste elektrode is gevormd als een strook die zich uitstrekt in een lusvormige configuratie; en waarbij de subsecties van genoemde strook van genoemde eerste elektrode zodanig zijn opgesteld, dat zij zich niet op 10 een niet-evenwijdige manier bevinden in ruimtelijke nabije relatie met andere subsecties van genoemde eerste elektrode; welke eerste elektrode verder een aardaansluiting omvat, die zich uitstrekt vanaf één van genoemde subsecties van genoemde strook van genoemde eerste elektrode naar een eindgedeelte van genoemde plaat; waarbij de afneemaansluiting zich uitstrekt vanaf genoemde eerste elektrode naar een omtreksgebied van genoemde plaat op een afstand van genoemde aardaansluiting die een vooraf bepaalde 15 impedantie bepaalt; en waarbij de tweede elektroden verder extra aardaanslurtingen omvatten, die zich uitstrekken vanaf genoemde tweede elektroden naar genoemd eindgedeelte van genoemde platen en zijn verbonden met de aardaansluiting van genoemde eerste elektrode; waarbij genoemde eerste elektrode en genoemde tweede elektroden en genoemde platen gelamineerd zijn.The invention relates to a resonator for use in an integrated circuit, comprising: a first electrode; a take-off connection for the first electrode; two second electrodes arranged with a flat shape on both opposite sides of the first electrode with respect to plates consisting of a dielectric material and arranged between the first electrode and the second electrodes; wherein to form a strip line with the second electrodes, the first electrode is formed as a strip extending in a loop-shaped configuration; and wherein the subsections of said strip of said first electrode are arranged such that they are not in a non-parallel manner in spatial proximity with other subsections of said first electrode; said first electrode further comprising a ground terminal extending from one of said subsections of said strip of said first electrode to an end portion of said plate; wherein the take-off connection extends from said first electrode to a circumferential region of said plate at a distance from said ground connection defining a predetermined impedance; and wherein the second electrodes further comprise additional ground connections extending from said second electrodes to said end portion of said plates and connected to the ground terminal of said first electrode; wherein said first electrode and said second electrodes and said plates are laminated.
Een dergelijke resonator is bekend uit de Japanse aanvrage JP-A- 3.074.916. Zo’n resonator is actief bij 20 frequenties van verschillende honderden MHz tot enkele GHz voor toepassing In draagbare radio’s en dergelijke. De resonator volgens de Japanse aanvrage vormt een verbetering ten opzichte van conventionele resonatoren, die men ruwweg kan verdelen in resonatoren waarbij een strooklijn wordt gebruikt en resonatoren waarbij een spoelpatroon wordt gebruikt. Een resonator van het eerstgenoemde type heeft het nadeel, dat deze betrekkelijk groot is en dat het onmogelijk is de impedantie daarvan te veranderen.Such a resonator is known from Japanese application JP-A-3,074,916. Such a resonator is active at 20 frequencies of various hundreds of MHz to a few GHz for use in portable radios and the like. The resonator according to the Japanese application forms an improvement over conventional resonators, which can be roughly divided into resonators using a stripe line and resonators using a coil pattern. A resonator of the first-mentioned type has the disadvantage that it is relatively large and that it is impossible to change its impedance.
25 Resonatoren van het laatstgenoemde type hebben het nadeel, dat vanwege het spoelpatroon er een magnetisch koppeling is tussen naburige patronen, zodat de kwaliteitsfactor Q betrekkelijk laag is.Resonators of the latter type have the disadvantage that because of the coil pattern there is a magnetic coupling between adjacent patterns, so that the quality factor Q is relatively low.
Een nadeel van de uit bovengenoemde Japanse aanvrage bekende resonator is, dat deze actief is bij relatief hoge frequenties. De uitvinding heeft tot doel een resonator te verschaffen met een resonantiepunt dat beduidend lager is dan de bekende resonator.A drawback of the resonator known from the above-mentioned Japanese application is that it is active at relatively high frequencies. The invention has for its object to provide a resonator with a resonance point that is significantly lower than the known resonator.
30 Dit doel wordt bereikt door een resonator van de in de aanhef vermelde soort, waarbij zich tussen de eerste en ten minste één van de genoemde tweede elektroden een derde elektrode bevindt, met dezelfde vorm als de eerste elektrode.This object is achieved by a resonator of the type mentioned in the preamble, wherein a third electrode having the same shape as the first electrode is located between the first and at least one of said second electrodes.
Genoemde resonator volgens de uitvinding heeft een significant lager resonantiepunt, waarbij aangenomen wordt, dat dit het gevolg is van de toename in capaciteit van een condensator van de diëlektrische 35 resonator, omdat de eerste en derde elektrode een zwevende condensator vormen.Said resonator according to the invention has a significantly lower resonance point, it being assumed that this is due to the increase in capacitance of a capacitor of the dielectric resonator, because the first and third electrodes form a floating capacitor.
Aldus verschaft de onderhavige uitvinding een uitstekende resonator met geringe afmetingen waarvan de Q-faktor hoog is en waarvan de impedantie en de resonantiefrequentie naar keuze kunnen worden aangepast.The present invention thus provides an excellent resonator with small dimensions, the Q factor of which is high and whose impedance and the resonance frequency can be adjusted as desired.
40 De bovengenoemde en verdere doelen, kenmerken, aspecten en voordelen van de onderhavige uitvinding zullen nader worden verduidelijkt door de hiernavolgende gedetailleerde beschrijving van de uitvoeringsvormen van de resonator onder verwijzing naar de tekening, waarin: figuur 1 een bovenaanzicht is van een onderhavige diëlektrische resonator volgens een eerste voorbeeld; figuur 2 een vergroot perspectiefaanzicht is van de diëlektrische resonator volgens figuur 1; 45 figuur 3 een bovenaanzicht is van een bij de onderhavige resonator toegepast diëlektrisch vel; figuur 4 een bovenaanzicht is dat een toestand toont waarin een spoelelektrodepatroon op het diëlek-trisch vel van figuur 3 is gevormd; figuur 5 een bovenaanzicht is dat een toestant toont waarin een aardelektrodepatroon op het diëlektrisch vel van figuur 3 is gevormd; 50 figuur 6 een vooraanzicht is wanneer de diëlektrische vellen gelamineerd op elkaar zijn aangebracht; figuur 7 een zijaanzicht is wanneer diëlektrische vellen gelamineerd op elkaar zijn aangebracht; figuur 8 een vooraanzicht is wanneer een laminaat geperst is; figuur 9 een vooraanzicht is wanneer externe elektroden gevormd zijn; figuur 10 een equivalent ketendiagram is van de in figuur 1 getoonde diëlektrische resonator, 55 figuur 11 een grafiek is die frequentiekarakteristieken van de in figuur 1 getoonde diëlektrische resonator toont; figuur 12 een bovenaanzicht is van essentiële gedeelten, die een gemodificeerd voorteelt toont van de in 194457 2 figuur 1 getoonde diëlektrische resonator; figuur 13 een bovenaanzicht is van essentiële gedeelten, die een ander gemodificeerd voorbeeld toont van de in figuur 1 getoonde diëlektrische resonator; figuur 14 een bovenaanzicht is vein essentiële gedeelten van een onderhavige diëlektrische resonator 5 volgens een tweede voorbeeld; figuur 15 een bovenaanzicht is van essentiële gedeelten die een gemodificeerd voorbeeld van de in figuur 14 getoonde diëlektrische resonator toont; figuur 16 een bovenaanzicht is van essentiële gedeelten, die een ander gemodificeerd voorbeelt toont van de in figuur 14 getoonde diëlektrische resonator; 10 figuur 17 een bovenaanzicht is van essentiële gedeelten, die een nog verder gemodificeerd voorbeeld toont van de in figuur 14 getoonde diëlektrische resonator; figuur 18 een grafiek is die frequentiekarakteristieken toont van de in figuur 14 getoonde diëlektrische resonator; figuur 19 een bovenaanzicht is van de essentiële gedeelten van een onderhavige diëlektrische resonator 15 volgens een derde voorbeeld; figuur 20 een grafiek is die frequentiekarakteristieken toont van de in figuur 19 getoonde diëlektrische resonator; figuur 21 een vergroot perspectiefaanzicht is van een onderhavige diëlektrische resonator volgens een vierde voorbeeld; 20 figuur 22 een grafiek is die frequentiekarakteristieken toont van de in figuur 21 getoonde diëlektrische resonator; figuur 23 een vergroot perspektiefaanzicht is van de resonator volgens het vierde voorbeeld; figuur 24 een grafiek is die frequentiekarakteristieken toont van de in figuur 23 getoonde diëlektrische resonator; 25 figuur 25 een vergroot perspectiefaanzicht is van de resonator volgens het vierde voorbeeld; figuur 26 een grafiek is die frequentiekarakteristieken toont van de in figuur 25 getoonde diëlektrische resonator; figuur 27 een vergroot perspectiefaanzicht is van een onderhavige diëlektrische resonator volgens het vijfde voorbeeld; 30 figuur 28 een perspectiefaanzicht is van een onderhavige resonator volgens een zesde voorbeeld; figuur 29 een bovenaanzicht toont van de in figuur 28 getoonde diëlektrische resonator; figuur 30 een vergroot perspectiefaanzicht is van een onderhavige resonator volgens een zevende voorbeeld; figuur 31 een bovenaanzicht is dat een gemodificeerd voorbeeld toont van de in figuur 30 getoonde 35 resonator; figuur 32 een vergroot perspectiefaanzicht is van een onderhavige resonator volgens een achtste voorbeeld; figuur 33 een bovenaanzicht is dat een toestand toont van het snijden van een trim-elektrode van de in figuur 32 getoonde resonator; 40 figuur 34 ter verduidelijking een aanzicht toont van een conventionele diëlektrische resonator van het strooklijn type; figuur 35 een verduidelijkend aanzicht is dan een andere conventionele diëlektrische resonator toont van het strooklijn type; figuur 36 een verduidelijkend aanzicht is dat nog een verdere conventionele diëlektrische resonator van 45 het strooklijn type toont; en figuur 37 een verduidelijkend aanzicht is dat een conventionele diëlektrische resonator toont van het spoelpatroon type.The above and further objects, features, aspects and advantages of the present invention will be further elucidated by the following detailed description of the embodiments of the resonator with reference to the drawing, in which: Figure 1 is a plan view of a present dielectric resonator according to a first example; Figure 2 is an enlarged perspective view of the dielectric resonator of Figure 1; Figure 3 is a top view of a dielectric sheet used in the present resonator; Figure 4 is a plan view showing a state in which a coil electrode pattern is formed on the dielectric sheet of Figure 3; Figure 5 is a plan view showing a state in which an earth electrode pattern is formed on the dielectric sheet of Figure 3; Fig. 6 is a front view when the dielectric sheets are laminated to each other; Figure 7 is a side view when dielectric sheets are laminated to each other; Figure 8 is a front view when a laminate is pressed; Figure 9 is a front view when external electrodes are formed; Figure 10 is an equivalent circuit diagram of the dielectric resonator shown in Figure 1; Figure 11 is a graph showing frequency characteristics of the dielectric resonator shown in Figure 1; Figure 12 is a plan view of essential portions showing a modified propagation of the dielectric resonator shown in Figure 1; Figure 13 is a plan view of essential portions showing another modified example of the dielectric resonator shown in Figure 1; Figure 14 is a plan view of essential portions of a present dielectric resonator 5 according to a second example; Figure 15 is a plan view of essential portions showing a modified example of the dielectric resonator shown in Figure 14; Figure 16 is a plan view of essential portions showing another modified example of the dielectric resonator shown in Figure 14; Figure 17 is a plan view of essential portions showing an even further modified example of the dielectric resonator shown in Figure 14; Figure 18 is a graph showing frequency characteristics of the dielectric resonator shown in Figure 14; Figure 19 is a plan view of the essential portions of a present dielectric resonator 15 according to a third example; Figure 20 is a graph showing frequency characteristics of the dielectric resonator shown in Figure 19; Figure 21 is an enlarged perspective view of a present dielectric resonator according to a fourth example; Figure 22 is a graph showing frequency characteristics of the dielectric resonator shown in Figure 21; Figure 23 is an enlarged perspective view of the resonator of the fourth example; Figure 24 is a graph showing frequency characteristics of the dielectric resonator shown in Figure 23; Figure 25 is an enlarged perspective view of the resonator according to the fourth example; Figure 26 is a graph showing frequency characteristics of the dielectric resonator shown in Figure 25; Figure 27 is an enlarged perspective view of a present dielectric resonator according to the fifth example; Figure 28 is a perspective view of a present resonator according to a sixth example; Figure 29 shows a top view of the dielectric resonator shown in Figure 28; Figure 30 is an enlarged perspective view of a present resonator according to a seventh example; Figure 31 is a plan view showing a modified example of the resonator shown in Figure 30; Figure 32 is an enlarged perspective view of a present resonator according to an eighth example; Figure 33 is a plan view showing a state of cutting a trim electrode of the resonator shown in Figure 32; Fig. 34 shows a view of a conventional strip-line type dielectric resonator for clarification; Figure 35 is an explanatory view than another conventional dielectric resonator of the strip line type; Fig. 36 is an explanatory view showing yet another conventional dielectric resonator of the stripe type; and Figure 37 is an explanatory view showing a conventional coil pattern type dielectric resonator.
Voor een bespreking van conventionele resonatoren wordt thans verwezen naar de figuren 31 tot en met 50 37. Als resonator van het strooklijn type, bestaat er een resonator van een halve golflengte waarvan de lijn open is bij tegenover liggende uiteinden, zoals getoond in figuur 34 en figuur 35, en een resonator van een kwart golflengte waarvan de lijn open is bij één uiteinde en kortgesloten bij het andere uiteinde, zoals in figuur 36.For a discussion of conventional resonators, reference is now made to Figs. 31 to 50. 37. As a stripe-type resonator, there is a resonator of half a wavelength whose line is open at opposite ends, as shown in Fig. 34 and Figure 35, and a quarter wavelength resonator whose line is open at one end and short-circuited at the other end, as in Figure 36.
Als resonator van het spoelpatroon type, zoals getoond in figuur 37, bestaat er een resonator waarin een 55 spiraalvormig spoelpatroon 201 en een aardpatroon 203 gevormd zijn op beide zijden van een diëlektrische laag 202 die daartussen geklemd is.As the coil pattern type resonator, as shown in Fig. 37, there is a resonator in which a spiral coil pattern 201 and an earth pattern 203 are formed on both sides of a dielectric layer 202 sandwiched between them.
De bovengenoemde conventionele resonatoren hebben de hieronder besproken nadelen.The above-mentioned conventional resonators have the disadvantages discussed below.
3 194457 (1) resonatoren van het strooklijn type (a) een resonator waarvan de resonantiefrequentie ongeveer 2 tot 3 GHz is, is betrekkelijk groot.3 194457 (1) strip line type resonators (a) a resonator whose resonant frequency is approximately 2 to 3 GHz is relatively large.
De lengten L, en L> van de strooklijn worden bepaald door de hieronderstaande vergelijking 1 (voor een resonator van een halve golflengte) en vergelijking 2 (voor een resonator van een kwart golflengte): 5The lengths L, and L> of the stripe line are determined by equation 1 below (for a half wavelength resonator) and equation 2 (for a quarter wavelength resonator): 5
Li=5X x ^ L2= 5λ x 10 waarin λ de golflengte aanduidt, en waarin £ de diêlektrische constante van het diëlektrische laminaat vel aanduidt Tot nog toe kan de diëlektrische constante van het diëlektrische laminaat vel dat tegelijkertijd met zilver of koper gebakken kan worden en goede temperatuurkarakeristieken heeft, niet bijzonder groot gemaakt worden, en heeft een waarde van e = 10. Uit de bovenstaande vergelijkingen 1 en 2 volgt dan, met es 10, L, = 15,8 mm en = 7,9 mm, hetgeen betrekkelijk groot is, en resulteert in een betrekkelijk grote resonator.L1 = 5X x ^ L2 = 5λ x 10 where λ indicates the wavelength, and where ρ indicates the dielectric constant of the dielectric laminate sheet Until now, the dielectric constant of the dielectric laminate sheet that can be baked simultaneously with silver or copper and has good temperature characteristics, cannot be made particularly large, and has a value of e = 10. From equations 1 and 2 above it follows, with es 10, L, = 15.8 mm and = 7.9 mm, which is relatively large and results in a relatively large resonator.
(b) In resonatoren en dergelijke is het gewenst de impendantle toe te passen in afhankelijkheid van het apparaat waarin het wordt opgenomen (om de impedantie van resonator en apparaat op elkaar af te 2P stemmen). Aangezien het echter in het geval van resonatoren van het strooklijn type de impedantie een bepaalde waarde heeft voor elke strooklijn, is het onmogelijk de impedantie in te stellen en aan te passen, zelfs wanneer de afneempositie veranderd wordt.(b) In resonators and the like, it is desirable to use the impendantle depending on the device in which it is being incorporated (to tune the impedance of resonator and device to each other). However, since in the case of strip line type resonators, the impedance has a certain value for each strip line, it is impossible to set and adjust the impedance even when the pickup position is changed.
(2) resonatoren van het spoelpatroon type 25 Aangezien het spoelpatroon een spiraalvorm heeft, beïnvloeden magnetische fluxen elkaar tussen de naburige patronen, zodat het moeilijk is een elektrische stroom te laten vloeien. Dit betekent, dat een aanzienlijke weerstandswaarde aanwezig is, en dat Q laag is.(2) Type 25 coil pattern resonators Since the coil pattern has a spiral shape, magnetic fluxes influence each other between the neighboring patterns, making it difficult for an electric current to flow. This means that a considerable resistance value is present, and that Q is low.
In figuur 37 bijvoorbeeld, aangezien de elektrische stroom in dezelfde richting vloeit in een patroonstuk 201a als in een patroonstuk 201b (beide in richting A), elimineren magnetische velden elkaar waardoor 30 veroorzaakt wordt dat de magnetische velden ruw worden, en bijgevolg is de elektrische stroom verstoord, hetgeen overeenkomt met een aanzienlijk toegenomen weerstand.For example, in Figure 37, since the electric current flows in the same direction in a pattern piece 201a as in a pattern piece 201b (both in direction A), magnetic fields eliminate each other causing the magnetic fields to become rough, and consequently the electric current is disturbed, which corresponds to a considerably increased resistance.
De resonantiefrequentie van de resonator wordt bepaald door de afmeting van de strooklijn of het spoelpatroon; wanneer dus het patroon eenmaal gevormd is, kan de resonantiefrequentie niet worden aangepast. Wanneer de afmeting van het patroon foutief is, is de resonantiefrequentie van de resonator dus 35 verschoven ten opzichte van een voorafbepaalde waarde, hetgeen resulteert in een inferieur product.The resonant frequency of the resonator is determined by the size of the stripe line or the coil pattern; thus, once the pattern is formed, the resonance frequency cannot be adjusted. Thus, when the size of the pattern is erroneous, the resonant frequency of the resonator is shifted with respect to a predetermined value, resulting in an inferior product.
Thans zal een eerste voorbeeld van de onderhavige resonator worden beschreven onder verwijzing naar de figuren 1 tot en met 13. De figuren 1 en 2 zijn aanzichten die een constructie tonen van een onderhavige diëlektrische resonator volgens het eerste voorbeeld, waarbij figuur 1 een bovenaanzicht is en figuur 2 een vergroot perspectiefaanzicht is. Figuur 3 is een bovenaanzicht van het in de onderhavige resonator 40 toegepaste diëlektrische vel. Figuur 4 is een bovenaanzicht die de toestand toont waarin een spoel· elektrodepatroon op het in figuur 3 getoonde diëlektrische vel is gevormd, en figuur 5 is een bovenaanzicht die een toestand toont waarin een aardelektrodepatroon is gevormd op het in figuur 3 getoonde diëlektrische vel. De figuren 6 en 7 zijn aanzichten die de toestand tonen dat diëlektrische vellen gelamineerd op elkaar zijn aangebracht, waarbij figuur 6 een vooraanzicht is en figuur 7 een zijaanzicht is. Figuur 8 is een 45 vooraanzicht van de situatie dat een laminaat ineengeperst is, en figuur 9 is een vooraanzicht dat de situatie toont dat externe elektroden gevormd zijn. Figuur 10 is een equivalent ketendiagram van een diëlektrische resonator. Figuur 11 is een grafiek die frequentiekarakteristieken toont van de diêlektrische resonator. De figuren 12 en 13 zijn bovenaanzichten van essentiële gedeelden die gemodificeerde voorbeelden tonen. Zoals getoond in de figuren 1 en 2, omvat de onderhavige diêlektrische resonator een diêlektrische laag 50 1 bestaande uit meerdere diëlektrische vellen 101 alsmede beschermende lagen 2,3 op de boven- en onderzijden van de diëlektrische laag 1.A first example of the present resonator will now be described with reference to Figs. 1 to 13. Figs. 1 and 2 are views showing a construction of a present dielectric resonator according to the first example, Fig. 1 being a plan view and Figure 2 is an enlarged perspective view. Figure 3 is a top view of the dielectric sheet used in the present resonator 40. Figure 4 is a plan view showing the state in which a coil electrode pattern is formed on the dielectric sheet shown in Figure 3, and Figure 5 is a plan view showing a state in which a ground electrode pattern has been formed on the dielectric sheet shown in Figure 3. Figures 6 and 7 are views showing the state that dielectric sheets are laminated to one another, with Figure 6 being a front view and Figure 7 being a side view. Figure 8 is a front view of the situation that a laminate has been compressed, and Figure 9 is a front view showing the situation that external electrodes are formed. Figure 10 is an equivalent circuit diagram of a dielectric resonator. Fig. 11 is a graph showing frequency characteristics of the dielectric resonator. Figures 12 and 13 are top views of essential portions showing modified examples. As shown in Figs. 1 and 2, the present dielectric resonator comprises a dielectric layer 50 consisting of a plurality of dielectric sheets 101 and protective layers 2,3 on the top and bottom sides of the dielectric layer 1.
Op één oppervlak 101a van het diëlektrische vel 101 dat de bovenste is van de diêlektrische vellen 101, is een U-vormig spoelelektrodepatroon (eerste elektrode) 4 gevormd. Deze worden gebakken en geïntegreerd met elkaar. Een specifieke constructie van het spoelelektrodepatroon is zodanig, dat patroondelen 4a 55 en 4b die beide lineair zijn en aan tegenovergelegen gedeelten zich bevinden, verbonden zijn via een linear patroondeel 4c dat is verbonden met één uiteinde van de patroondelen 4a en 4b (dat wil zeggen, een lusvorm). Een en ander is zodanig geconstrueerd, dat de totale lengte Lg van het spoelelektrodepatroon 4 194457 4 de lengte wordt zoals bepaald door de hieronderstaande vergelijking 3, terwijl met het patroondeel 4a een aardaansluitingspatroon 6 en een afneemaansluitingspatroon 7 zijn bevestigd, waarvan de eindgedeelten zich uitstrekken naar een zijvlak A van de diêlektrische resonator: (3) waarin λ = golflengte, en e = diêlektrische constante.A U-shaped coil electrode pattern (first electrode) 4 is formed on one surface 101a of the dielectric sheet 101, which is the upper of the dielectric sheets 101. These are baked and integrated with each other. A specific construction of the coil electrode pattern is such that pattern parts 4a 55 and 4b, which are both linear and located at opposite portions, are connected via a linear pattern part 4c connected to one end of the pattern parts 4a and 4b (i.e., a loop shape). All this is constructed such that the total length Lg of the coil electrode pattern 4 194457 4 becomes the length as determined by the equation 3 below, while the pattern part 4a has an earth connection pattern 6 and a take-off connection pattern 7, the end portions of which extend to a side face A of the dielectric resonator: (3) wherein λ = wavelength, and e = dielectric constant.
IQ Op een vlak 3a van de beschermlaag 3 op de zijde van de diêlektrische laag 1 is een aardelektrode-patroon (tweede elektrode) 5 gevormd, en over in hoofdzaak het hele oppervlak 3a geconstrueerd zodat de grootte van het aardelektrodepatroon 3a groter wordt dan de omtrek van het spoelelektrodepatroon 4.A ground electrode pattern (second electrode) 5 is formed on a surface 3a of the protective layer 3 on the side of the dielectric layer 1, and is constructed over substantially the entire surface 3a so that the size of the earth electrode pattern 3a becomes larger than the circumference of the coil electrode pattern 4.
Voorts is, bij een positie van het oppervlak 3a corresponderend met het aardaansluitingspatroon 6, een aardaansluitingspatroon (andere aardaansluiting) 8 gevormd waarvan het ene uiteinde is verbonden met het 75 aardelektrodepatroon 5 en het andere uiteinde daarvan zich uitstrekt tot het zijvlak A van de diêlektrische resonator. Voorts zijn het aardaansluitingspatroon 6 en het aardaansluitingspatroon 8 verbonden met een externe aardelektrode 9 die is gevormd op het zijvlak van de resonator en een U-vormige dwarsdoorsnede heeft, en het afneemaansluitingspatroon 7 is verbonden met een externe afneemelektrode 10 die gevormd is op het zijvlak van de resonator en een U-vormige dwarsdoorsnede heeft.Further, at a position of the surface 3a corresponding to the ground terminal pattern 6, a ground terminal pattern (other ground terminal) 8 is formed, one end of which is connected to the 75 ground electrode pattern 5 and the other end thereof extends to the side face A of the dielectric resonator . Furthermore, the ground terminal pattern 6 and ground terminal pattern 8 are connected to an external ground electrode 9 which is formed on the side face of the resonator and has a U-shaped cross section, and the take-off terminal pattern 7 is connected to an external take-off electrode 10 formed on the side face of the resonator and has a U-shaped cross section.
20 De diêlektrische resonator met de bovengenoemde constructie werd geproduceerd door de volgende procedures.The dielectric resonator with the above construction was produced by the following procedures.
Eerst werd één oppervlak van het in figuur 3 getoonde diêlektrische vel 101 (met een dikte van enkele tientallen pm) een koperpasta of dergelijke aangebracht om een patroon 12 te vormen (hetzelfde patroon als het spoelelektrodepatroon 4 en de aansluitingpatronen 6, 7) zoals getoond in figuur 4. Tevens werd op 2β één oppervlak van een beschermvel 11 met dezelfde configuratie als het diêlektrische vel 101 (waarvan echter de dikte verschillend kan zijn) de koperpasta of dergelijke aangebracht om een patroon 13 te vormen (hetzelfde patroon als het aardelektrodepatroon 5 en het aardaansluitingspatroon 8) zoals getoond in figuur 5.First, one surface of the dielectric sheet 101 shown in Figure 3 (with a thickness of a few tens of µm) a copper paste or the like was applied to form a pattern 12 (the same pattern as the coil electrode pattern 4 and the connection patterns 6, 7) as shown in Figure 4. Also on 2β one surface of a protective sheet 11 with the same configuration as the dielectric sheet 101 (however, the thickness may be different) was applied the copper paste or the like to form a pattern 13 (the same pattern as the earth electrode pattern 5 and the ground connection pattern 8) as shown in figure 5.
Vervolgens werden, zoals getoond in de figuren 6 en 7, een schermvel 2, een vellaag 16 en het 30 schermvel 11 (met dezelfde constructie als het schermvel 2) gelamineerd, zodanig dat het partroon 12 en het patroon 13 op de tegenover liggende zijden van de uit de diêlektrische vellen bestaande vellaag 16 zijn opgesteld, en verder werden deze in elkaar gedrukt om een laminaat 15 te vormen. Hierna werden bij (als de externe aardelektrode 9 en de externe afneemelektrode 10 dienende) plaatsen die corresponderen met bloot liggende gedeelten 17,18 en 19 van een in figuur 8 getoonde pastalaag, de koperpasta of dergelijke 35 aangebracht om pastalagen 20, 21 te vormen, zoals getoond in figuur 9. Daarna werden de diêlektrische vellen geïntegreerd door het laminaat te vuren, waardoor de diêlektrische resonator werd gevormd. Hierbij kan het laminaat gevuurd worden door een afzonderlijk proces ten opzichte van het vuren van de pastalagen 20,21.Then, as shown in Figs. 6 and 7, a screen sheet 2, a sheet layer 16 and the screen sheet 11 (having the same construction as the screen sheet 2) were laminated such that the pattern 12 and the pattern 13 were on the opposite sides of the sheet layer 16 consisting of the dielectric sheets is arranged, and furthermore they are pressed together to form a laminate 15. After this, at (serving the external earth electrode 9 and the external take-off electrode 10), locations corresponding to exposed portions 17, 18 and 19 of a paste layer shown in Figure 8, the copper paste or the like 35 were applied to form paste layers 20, 21, as shown in Figure 9. Thereafter, the dielectric sheets were integrated by firing the laminate, thereby forming the dielectric resonator. The laminate can herein be fired by a separate process relative to the firing of the paste layers 20, 21.
Hoewel op de diêlektrische resonator die op de bovenbeschreven manier geproduceerd is, geen 45 condensatorpatroon is gevormd, heeft deze een equivalente keten zoals getoond in figuur 10. Dit is het gevolg van de twee volgende redenen: (1) Het spoelelektrodepatroon 4 heeft dezelfde potentiaal (dat wil zeggen, in geaarde toestand) als het aardelektrodepatroon 5.Although no 45 capacitor pattern has been formed on the dielectric resonator produced in the manner described above, it has an equivalent circuit as shown in Fig. 10. This is due to the two following reasons: (1) The coil electrode pattern 4 has the same potential ( that is, in the grounded state) as the earth electrode pattern 5.
(2) Aangezien de diêlektrische laag 1 zich bevindt tussen het spoelelektrodepatroon 4 en het aardelektrode-45 patroon 5, wordt een zwevende capaciteit gevormd.(2) Since the dielectric layer 1 is located between the coil electrode pattern 4 and the earth electrode 45 pattern 5, a floating capacity is formed.
De bovengenoemde zwevende capaciteit wordt niet alleen tussen het spoelelektrodepatroon 4 en het aardelektrodepatroon 5 gevormd, maar ook tussen de patroonstukken 4a en 4b van het spoelelektrodepatroon 4. Het wordt echter voornamelijk gevormd tussen het spoelelektrodepatroon 4 en het aardelektrodepatroon 5. Door de twee patronen 4 en 5 dichter naar elkaar toe of verder van elkaar af te brengen, 50 verandert dus de capaciteit van de condensator en is het dus mogelijk de resonantiefrequentie te veranderen. In het bijzonder, wanneer de twee patronen 4 en 5 dicht naar elkaar toe worden gebracht (waarbij de dikte van de diêlektrische vellen 101 wordt verminderd), wordt de resonantiefrequentie lager, omdat de capaciteit van de condensator toeneemt, terwijl wanneer de twee patronen 4,5 verder van elkaar af worden gebracht (waarbij de dikte van de diêlektrische vellen 101 toeneemt), de resonantiefrequentie toeneemt, 55 omdat de capaciteit van de condensator afneemt. Het is ook mogelijk de zwevende capaciteit te veranderen door de diêlektrische constante van de diêlektrische laag 1 of de grootte van het spoelelektrodepatroon 4.The above-mentioned floating capacity is formed not only between the coil electrode pattern 4 and the earth electrode pattern 5, but also between the pattern pieces 4a and 4b of the coil electrode pattern 4. However, it is mainly formed between the coil electrode pattern 4 and the earth electrode pattern 5. By the two patterns 4 and 5 to be brought closer to each other or further away from each other, 50 therefore changes the capacitance of the capacitor and it is thus possible to change the resonance frequency. In particular, when the two patterns 4 and 5 are brought close together (reducing the thickness of the dielectric sheets 101), the resonance frequency becomes lower because the capacitance of the capacitor increases, while when the two patterns 4, 5 are further separated from each other (with the thickness of the dielectric sheets 101 increasing), the resonance frequency increasing, 55 because the capacitance of the capacitor decreases. It is also possible to change the floating capacity by the dielectric constant of the dielectric layer 1 or the magnitude of the coil electrode pattern 4.
Bij voorbeeld, wanneer de breedte Lr van het spoelelektrodepatroon 4 wordt vergroot, kan dit geminimali- 5 194457 seerd worden omdat de zwevende capaciteit groter wordt en de resonantiefrequentie verlaagd kan worden. Het is echter niet gewenst om de breedte L7 van het spoeleketrodepatroon 4 onnodig te vergroten, omdat de golfvorm verslechtert wanneer de afstand tussen de patroonstukken 4a en 4b te klein wordt gemaakt. Voorts kan bij de bovenbeschreven diëlektrische resonator de impedantie worden aangepast tot een 5 willekeurige waarde door de afstand L* tussen het aardelektrodepatroon 6 en het afneemaansluitingspatroon 7 te veranderen.For example, when the width Lr of the coil electrode pattern 4 is increased, this can be minimized because the floating capacity becomes larger and the resonance frequency can be lowered. However, it is not desirable to unnecessarily increase the width L7 of the coil pattern pattern 4 because the waveform deteriorates when the distance between the pattern pieces 4a and 4b is made too small. Furthermore, with the above-described dielectric resonator, the impedance can be adjusted to an arbitrary value by changing the distance L * between the earth electrode pattern 6 and the take-off terminal pattern 7.
Tijdens een experiment is het mogelijk gebleken geschikte frequenties van de onderhavige resonator te kiezen in het gebied van enkele honderden MHz tot enkele GHz, door aanpassing van de diëlektrische constante en de dikte van de diëlektrische laag 1, of van het oppervlak van het spoelelektrodepatroon 4.During an experiment, it has been found possible to select suitable frequencies of the present resonator in the range of a few hundred MHz to a few GHz, by adjusting the dielectric constant and the thickness of the dielectric layer 1, or of the surface of the coil electrode pattern 4.
10 Een voorbeeld daarvan zal in het hiernavolgende worden besproken.An example thereof will be discussed below.
(Experiment)(Experiment)
Van een diëlektrische resonator met de bovenbeschreven constructie werden de frequentiekarakteristieken gemeten, en het resultaat is getoond in figuur 11.The frequency characteristics of a dielectric resonator with the construction described above were measured, and the result is shown in Figure 11.
15 Zoals duidelijk blijkt uit figuur 11 heeft de bovenbeschreven diëlektrische resonator een resonantiepiek bij 2 GHz, en de toename en afname daarvan tonen een bijzonder golvende karakteristiek. Daarenboven zijn zij vlak in de andere frequentiegebieden. Hieruit blijkt, dat Q aanmerkelijk is verbeterd.As can be seen clearly from Figure 11, the dielectric resonator described above has a resonance peak at 2 GHz, and the increase and decrease thereof show a particularly wavy characteristic. In addition, they are flat in the other frequency ranges. This shows that Q has improved considerably.
Gemeend wordt, dat dit veroorzaakt wordt door de twee volgende redenen.It is believed that this is caused by the following two reasons.
(1) De eerste reden heeft te maken met een strooklijnconstructie.(1) The first reason has to do with a strip line construction.
20 De diëlektrische resonator heeft een zogenaamde strooklijnconstructie, waarbij het spoelelektrodepatroon 4 en het aardelektrodepatroon 5 zich tegenover elkaar bevinden.The dielectric resonator has a so-called strip line construction, wherein the coil electrode pattern 4 and the earth electrode pattern 5 are opposite each other.
(2) De tweede reden is dat patroondelen van het spoelelektrodepatroon 4 zich niet naast elkaar bevinden zoals bij een spiraalvormig spoelpatroon.(2) The second reason is that pattern parts of the coil electrode pattern 4 are not adjacent to each other as with a spiral coil pattern.
Het spoelelektrodepatroon 4 van de diëlektrische resonator heeft een U-vorm, zodat magnetische fluxen 25 elkaar niet beïnvloeden tussen de aangrenzende spoelelektrodepatronen 4 om een elektrische stroom te verstoren. Aldus wordt een aanzienlijke toename in weerstand vermeden en wordt Q hoger.The coil electrode pattern 4 of the dielectric resonator has a U-shape so that magnetic fluxes 25 do not influence each other between the adjacent coil electrode patterns 4 to disrupt an electric current. Thus, a substantial increase in resistance is avoided and Q becomes higher.
(Andere aspecten) (1) De vorm van het spoelelektrodepatroon 4 is niet beperkt tot die welke is getoond in het bovengenoemde 30 voorbeeld, maar volstaat zolang deze maar een lus-vorm heeft. Het mag bijvoorbeeld een cirkelvorm zijn, zoals getoond in figuur 12, of een U-vorm zoals getoond in figuur 13. Bij het in figuur 12 getoonde spoelelektrodepatroon 4 moet echter de hoek Θ zich bevinden in het gebied η £ Θ <, 2 π.(Other aspects) (1) The shape of the coil electrode pattern 4 is not limited to that shown in the above example, but is sufficient as long as it has a loop shape. For example, it may be a circular shape as shown in Figure 12 or a U shape as shown in Figure 13. However, with the coil electrode pattern 4 shown in Figure 12, the angle Θ must be in the area η £ Θ <, 2 π.
(2) Wanneer de onderhavige resonator geïnstalleerd wordt, kan deze geïnstalleerd worden en gesoldeerd worden waarbij elektroden op een gedrukt ketenbord, de externe aardelektrode 9 en de externe afneem- 35 elektrode 10 zich tegenover elkaar bevinden. Aangezien de buitenzijden bedekt zijn met beschermlagen 2 en 3, worden hierbij het spoelelektrodepatroon 4 en het aardelektrodepatroon 5 beschermd tegen beschadiging.(2) When the present resonator is installed, it can be installed and soldered with electrodes on a printed circuit board, the external ground electrode 9 and the external take-off electrode 10 facing each other. Since the outer sides are covered with protective layers 2 and 3, the coil electrode pattern 4 and the earth electrode pattern 5 are hereby protected against damage.
(3) De diëlektrische laag 1 is niet beperkt tot de constructie waarbij meerdere dunne diëlektrische vellen 101 gelamineerd zijn, maar een diëlektrische vel dan vantevoren in een bepaalde dikte is gevormd kan ook 40 worden gebruikt.(3) The dielectric layer 1 is not limited to the construction in which a plurality of thin dielectric sheets 101 are laminated, but a dielectric sheet then formed in advance in a certain thickness can also be used.
(4) De onderhavige resonator hoeft niet stuk voor stuk geproduceerd te worden, maar het is ook mogelijk dat meerdere spoelelektrodepatronen 4 op een groot diêlektrisch vel gevormd worden, waarbij hetzelfde aantal aardelektrodepatronen 5 gevormd worden op een vergelijkbaar diêlektrisch vel, welke na gelamineerd te zijn worden gesneden om afzonderlijke resonatoren te vormen geschikt om gebakken te worden.(4) The present resonator does not have to be produced piece by piece, but it is also possible that a plurality of coil electrode patterns 4 are formed on a large dielectric sheet, the same number of earth electrode patterns 5 being formed on a comparable dielectric sheet, which after being laminated be cut to form separate resonators suitable for baking.
45 (Tweede voorbeeld)45 (Second example)
Een tweede voorbeeld van de onderhavige resonator zal in het hiernavolgende worden beschreven onder verwijzing naar de figuren 14 tot en met 18. Hierbij is figuur 14 een bovenaanzicht van essentiële gedeelten van een diëlektrische resonator volgens het tweede voorbeeld, terwijl de figuren 15 tot en met 17 bovenaan-50 zichten zijn van essentiële gedeelten van gemodificeerde voorbeelden. Figuur 18 is een grafiek die frequentiekarakteristieken toont van de in figuur 14 getoonde diëlektrische resonator. Delen met dezelfde funktie als het eerste voorbeeld worden aangeduid door dezelfde verwijzingscijfers, en beschrijving daarvan zal hier worden weggelaten. Dit geldt ook voor de hiernavolgende voorbeelden.A second example of the present resonator will be described below with reference to Figs. 14 to 18. Here, Fig. 14 is a plan view of essential portions of a dielectric resonator according to the second example, while Figs. 15 to 17 top 50 views of essential portions of modified examples. Figure 18 is a graph showing frequency characteristics of the dielectric resonator shown in Figure 14. Parts with the same function as the first example are designated by the same reference numerals, and description thereof will be omitted here. This also applies to the examples below.
Zoals getoond in figuur 14 heeft dit voorbeeld dezelfde configuratie als het eerste voorbeeld, behalve dat 55 de vorm van het spoelelektrodepatroon 4 en de verbindingspositie van het aardelektrodepatroon 6 en het afneemsluitingspatroon 7 enigszins verschillend zijn. Een specifieke vorm van het spoelelektrodepatroon 4 is zodanig geconstrueerd (dat wil zeggen een lusvorm), dat het open uiteinde van het patroondeel 4b zich 194457 6 uitstrekt naar het patroonstuk 4a, evenwijdig met het patroonstuk 4c, om een patroonstuk 4d te vormen. De afstand L7 tussen het patroonstuk 4d en het patroonstuk 4a is bij voorkeur hetzelfde of minder dan de breedte Lg van de patroonstukken 4a tot en met 4d.As shown in Fig. 14, this example has the same configuration as the first example, except that 55 the shape of the coil electrode pattern 4 and the connection position of the earth electrode pattern 6 and the take-off closure pattern 7 are slightly different. A specific shape of the coil electrode pattern 4 is constructed (i.e., a loop shape) such that the open end of the pattern piece 4b extends 194457 6 to the pattern piece 4a, parallel to the pattern piece 4c, to form a pattern piece 4d. The distance L7 between the pattern piece 4d and the pattern piece 4a is preferably the same or less than the width Lg of the pattern pieces 4a to 4d.
5 (Experiment)5 (Experiment)
Van de diëlektrische resonator met de bovenbeschreven constructie werden de frequentiekarakteristieken gemeten, en het resultaat is getoond in figuur 18.The frequency characteristics of the dielectric resonator with the construction described above were measured, and the result is shown in Figure 18.
Zoals duidelijk blijkt uit figuur 18 heeft de bovenbeschreven resonator een resonantiepiek bij 2 GHz, en zijn toename en afname tonen meer golvende karakteristieken, en zij zijn vlak in de andere frequentie-10 gebieden. Hieruit blijkt, dat Q aanzienlijk is verbeterd. In vergelijking met het eerste voorbeeld is daarenboven de verzwakkingsfaktor van de piek veel hoger.As can be seen clearly from Figure 18, the above-described resonator has a resonance peak at 2 GHz, and its increase and decrease show more wavy characteristics, and they are flat in the other frequency ranges. This shows that Q has improved considerably. In addition to the first example, the attenuation factor of the peak is much higher.
Gemeend wordt, dat dit het gevolg is van de reden dat lekkages van magnetische flux verminderd kunnen worden omdat de afstand L7 tussen het patroonstuk 4d en het patroonstuk 4a zeer klein is zodat in hoofdzaak een gesloten magnetisch circuit wordt gevormd.It is believed that this is due to the reason that magnetic flux leakages can be reduced because the distance L7 between the pattern piece 4d and the pattern piece 4a is very small so that essentially a closed magnetic circuit is formed.
15 (Andere aspecten)15 (Other aspects)
De constructie van het spoelelektrodepatroon 4 is niet beperkt tot de bovengenoemde constructie, maar deze kan een lusvorm hebben zoals de in de figuren 15 tot en met 17 getoonde constructies. In het bijzonder kan het de in figuur 15 getoonde constructie zijn waarbij het patroonstuk 4a verkort is en het 20 patroonstuk 4b zich verder uitstrekt, of de in figuur 16 getoonde constructie waarin het patroonstuk 4a verder verkort is en het patroonstuk 4b zich nog verder uitstrekt, of de in figuur 17 getoonde constructie waarin het aardaansluitingspatroon 6 en het afneemaansluitingspatroon 7 verwisseld zijn opgesteld.The construction of the coil electrode pattern 4 is not limited to the above-mentioned construction, but it may have a loop shape such as the structures shown in Figs. 15 to 17. In particular, it may be the construction shown in Figure 15 wherein the pattern piece 4a is shortened and the pattern piece 4b extends further, or the structure shown in Figure 16 in which the pattern piece 4a is further shortened and the pattern piece 4b extends even further, or the structure shown in Figure 17 in which the ground connection pattern 6 and the take-off connection pattern 7 are arranged interchangeably.
Ook in deze gevallen zijn de afstanden L,, L10 en tussen de patroonstukken bij voorkeur gelijk aan of minder dan de breedte L8 van de patroonstukken 4a, 4b, 4c en 4d. Verder is in dit geval door het experi-25 ment bevestigd, dat de frequentiekarakteristieken van de diëlektrische resonator in hoofdzaak gelijk zijn aan die van de bovengenoemde constructie.Also in these cases the distances L1, L10 and between the pattern pieces are preferably equal to or less than the width L8 of the pattern pieces 4a, 4b, 4c and 4d. Furthermore, in this case it has been confirmed by the experiment that the frequency characteristics of the dielectric resonator are substantially the same as those of the above-mentioned construction.
(Derde voorbeeld)(Third example)
Een derde voorbeeld van de onderhavige resonator zal in het hiernavolgende worden beschreven onder 30 verwijzing naar de figuren 19 en 20. Figuur 19 is een bovenaanzicht van essentiële delen van een onderhavige diëlektrische resonator volgens het derde voorbeeld, en figuur 20 is een grafiek die de frequentiekarakteristieken toont van de in figuur 19 getoonde diëlektrische resonator.A third example of the present resonator will be described below with reference to Figs. 19 and 20. Fig. 19 is a plan view of essential parts of a present dielectric resonator according to the third example, and Fig. 20 is a graph showing the frequency characteristics of the dielectric resonator shown in Figure 19.
Zoals getoond in figuur 19 heeft deze dezelfde configuratie als de in figuur 14 van het tweede voorbeeld getoonde diëlektrische resonator, behalve dat het eindgedeelte van het patroonstuk 4d is verbonden met het 35 eindgedeelte van het patroonstuk 4a.As shown in Figure 19, it has the same configuration as the dielectric resonator shown in Figure 14 of the second example, except that the end portion of the pattern piece 4d is connected to the end portion of the pattern piece 4a.
(Experiment)(Experiment)
Van de diëlektrische resonator met de bovengenoemde constructie werden de frequentiekarakeristieken gemeten, en het resultaat is getoond in figuur 20.The frequency characteristics of the dielectric resonator with the above construction were measured, and the result is shown in Figure 20.
40 Zoals duidelijk blijkt uit figuur 20, heeft de bovengenoemde diëlektrische resonator een resonantiepiek bij ongeveer 4 GHz, en de toename en afname tonen een golvende karakteristiek, en zij zijn vlak in de andere frequentiegebieden. Hieruit blijkt, dat Q aanzienlijk is verbeterd.40 As can be seen clearly from Figure 20, the above-mentioned dielectric resonator has a resonance peak at about 4 GHz, and the increase and decrease show a wavy characteristic, and they are flat in the other frequency ranges. This shows that Q has improved considerably.
De reden dat Q verbeterd is, is dezelfde als bij het bovengenoemde voorbeeld. De reden dat de resonantiepiek zich bij 4 GHz bevindt, wordt gemeend het gevolg te zijn van de verbetering van het karakter 45 als strooklijn, veroorzaakt door het verbinden van het eindgedeelte van het patroonstuk 4d met het eindgedeelte van het patroonstuk 4a.The reason that Q is improved is the same as in the above example. The reason that the resonance peak is at 4 GHz is believed to be due to the improvement of the character 45 as a stripe line caused by connecting the end portion of the pattern piece 4d to the end portion of the pattern piece 4a.
(Vierde voorbeeld)(Fourth example)
Een vierde voorbeeld van de onderhavige resonator zal in het hiernavolgende worden beschreven onder 50 verwijzing naar de figuren 21 tot en met 26. De figuren 21, 23 en 25 zijn uitvergrote perspektiefaanzichten van onderhavige diëlektrische resonatoren volgens het vierde voorbeeld, en de figuren 22, 24 en 26 zijn grafieken die respectievelijk de frequentiekarakteristieken tonen van de in de figuren 21, 23 en 25 getoonde diëlektrische resonatoren.A fourth example of the present resonator will be described below with reference to Figs. 21 to 26. Figs. 21, 23 and 25 are enlarged perspective views of the present dielectric resonators according to the fourth example, and Figs. 22, 24 and 26 are graphs showing the frequency characteristics of the dielectric resonators shown in FIGS. 21, 23 and 25, respectively.
Zoals getoond in de figuren 21, 23 en 25 hebben deze resonatoren dezelfde constructie als het eerste 55 voorbeeld tot en met het derde voorbeeld, behalve dat de diëlektrische laag 1 en het aardelektrodepatroon 5 niet op één oppervlak maar op beide oppervlakken van het spoelelektrodepatroon 4 zijn opgesteld.As shown in Figs. 21, 23 and 25, these resonators have the same construction as the first 55 example through the third example, except that the dielectric layer 1 and the ground electrode pattern 5 are not on one surface but on both surfaces of the coil electrode pattern 4. prepared.
7 194457 (Experiment)7 194457 (Experiment)
Van de diëlektrische resonatoren met de bovenbeschreven constructie werden de frequentiekarakteristieken gemeten, en de resultaten zijn getoond in de figuren 22,24 en 26.Of the dielectric resonators with the construction described above, the frequency characteristics were measured, and the results are shown in Figs. 22,24 and 26.
Zoals duidelijk blijkt uit de figuren 22, 24 en 26 vertonen bij deze diëlektrische resonatoren, evenals bij 5 die van het eerste tot en met het derde voorbeeld, de toename en afname van de piek in de versterkings-faktor golvende karakteristieken, en zij zijn vlak in de andere frequentiegebieden. De frequentiepiek is echter enigszins laag.As can be seen clearly from Figs. 22, 24 and 26, these dielectric resonators, as well as those of the first to third examples, show the increase and decrease of the peak in the gain factor, and they are flat in the other frequency ranges. However, the frequency peak is somewhat low.
Gemeend wordt, dat dit komt door de toename in capaciteit van een condensator van de diëlektrische resonator, omdat de zwevende capaciteit niet slechts op één zijde maar op beide zijden van het spoel* 10 elektrodepatroon 4 is gevormd.This is believed to be due to the increase in capacitance of a capacitor of the dielectric resonator, because the floating capacitance is formed not only on one side but on both sides of the coil * electrode pattern 4.
(Vijfde voorbeeld)(Fifth example)
In het hiernavolgende zal een vijfde voorbeeld van de onderhavige resonator worden beschreven onder verwijzing naar figuur 27. Figuur 27 is een vergroot perspektiefaanzicht van een diëlektrische resonator 15 volgens het vijfde voorbeeld.In the following, a fifth example of the present resonator will be described with reference to Figure 27. Figure 27 is an enlarged perspective view of a dielectric resonator 15 according to the fifth example.
Zoals getoond in figuur 27, heeft deze dezelfde configuratie als de in figuur 23 getoonde resonator van het vierde voorbeeld, behalve dat een zwevend elektrodepatroon (derde elektrode) 11 met een zelfde vorm als het spoelelektrodepatroon 4 is gevormd op een diëlektrisch vel 101 nabij het vel 101 waarop het spoelelektrodepatroon is gevormd.As shown in Figure 27, it has the same configuration as the resonator of the fourth example shown in Figure 23, except that a floating electrode pattern (third electrode) 11 of the same shape as the coil electrode pattern 4 is formed on a dielectric sheet 101 near the sheet 101 on which the coil electrode pattern is formed.
20 Hoewel dit niet apart getoond wordt, is uit experimenten gebleken, dat door een dergelijke constructie de piek van het resonantiepunt veel lager is dan die van de in figuur 23 getoonde resonator van het vierde voorbeeld.Although this is not shown separately, experiments have shown that due to such a construction the peak of the resonance point is much lower than that of the resonator of the fourth example shown in Fig. 23.
Gemeend wordt dat dit het gevolg is van de toename in capaciteit van een condensator van de diëlektrische resonator, omdat tussen het spoelelektrodepatroon 4 en het zwevende elektrodepatroon 11 25 een zwevende condensator gevormd is.This is believed to be due to the increase in capacitance of a capacitor of the dielectric resonator, because a floating capacitor is formed between the coil electrode pattern 4 and the floating electrode pattern 11.
(Zesde voorbeeld)(Sixth example)
In het hiernavolgende zal een zesde voorbeeld van de onderhavige resonator worden besproken onder verwijzing naar de figuren 28 en 29.In the following, a sixth example of the present resonator will be discussed with reference to Figures 28 and 29.
30 De figuren 28 en 29 tonen een resonator volgens het zesde voorbeeld, waarbij figuur 28 een vergroot perspectiefaanzicht is en figuur 29 een bovenaanzicht.Figures 28 and 29 show a resonator according to the sixth example, wherein Figure 28 is an enlarged perspective view and Figure 29 a plan view.
Zoals getoond in de figuren 28 en 29, heeft deze dezelfde configuratie als de in figuur 23 getoonde resonator van het vierde voorbeeld, behalve dat de vorm van één aardelektrodepatroon (een bovenpatroon in figuur 28) 5 anders gemaakt is. In het bijzonder is het zodanig geconstrueerd, dat het aardelektrode* 35 patroon 5 enigszins groter is dan het spoelelektrodepatroon 4, en het aardaansluitingspatroon 8 is verbonden met het aardelektrodepatroon 5.As shown in Figs. 28 and 29, it has the same configuration as the resonator of the fourth example shown in Fig. 23, except that the shape of one ground electrode pattern (an upper pattern in Fig. 28) is made differently. In particular, it is constructed such that the ground electrode * pattern 5 is slightly larger than the coil electrode pattern 4, and the ground connection pattern 8 is connected to the ground electrode pattern 5.
Door een dergelijke configuratie is het mogelijk om op eenvoudige wijze de frequentie aan te passen, omdat de zwevende capaciteit kan worden aangepast door eenvoudigweg een gedeelte (bijvoorbeeld het door de lijn B in figuur 29 getoonde gedeelte) af te snijden van het aardelektrodepatroon 5 dat correspon-40 deert met het patroonstuk 4d.Such a configuration makes it possible to adjust the frequency in a simple manner, because the floating capacity can be adjusted by simply cutting off a portion (e.g. the portion shown by the line B in Figure 29) from the earth electrode pattern 5 corresponding to -40 deers with the pattern piece 4d.
Hoewel de bovengenoemde aanpassing ook mogelijk is voor de aardelektrodepatronen (bijna extensief gevormd) van het eerste tot en met het vijfde voorbeeld wanneer de frequentie moet worden aangepast, geniet de configuratie van dit voorbeeld de voorkeur omdat de af te snijden lengten van de aardelektrodepatronen van het eerste voorbeeld tot het vijfde voorbeeld groot zijn.Although the above-mentioned adjustment is also possible for the earth electrode patterns (almost extensively formed) of the first to fifth example when the frequency needs to be adjusted, the configuration of this example is preferred because the lengths of the earth electrode patterns to be cut off are from the first example to the fifth example.
45 Bovendien is het aardelektrodepatroon van dit voorbeeld niet beperkt tot een resonator met de in figuur 23 van het vierde voorbeeld getoonde constructie, maar is dit ook van toepassing voor die welke in andere voorbeelden getoond zijn.Moreover, the earth electrode pattern of this example is not limited to a resonator with the construction shown in Figure 23 of the fourth example, but this also applies to those shown in other examples.
(Zevende voorbeeld) 50 In het hiernavolgende zal een zevende voorbeeld van de onderhavige resonator worden beschreven onder verwijzing naar figuur 30. Figuur 30 is een vergroot perspektiefaanzicht van een resonator volgens het zevende voorbeeld.(Seventh example) 50 In the following, a seventh example of the present resonator will be described with reference to Figure 30. Figure 30 is an enlarged perspective view of a resonator according to the seventh example.
In de resonator van het zevende voorbeeld is een lus-vormige trim-elektrode 60 gevormd tussen één aardelektrodepatroon (een bovenpatroon 60 is aangebracht aan de tegenover liggende zijde van het 55 spoelelektrodepatroon 4 met daartussen het diëlektrische vel 101 en het aardelektrodepatroon 5. Een verbindingsaansluitingspatroon 66 is aan de trim-elektrode 60 gevormd, en is bevestigd aan het bevestigingsaansluitingspatroon 66 dat zich uitstrekt vanaf het spoelelektrodepatroon 4 naar een zijde vanIn the resonator of the seventh example, a loop-shaped trim electrode 60 is formed between one earth electrode pattern (an upper pattern 60 is provided on the opposite side of the 55 coil electrode pattern 4 with the dielectric sheet 101 and the earth electrode pattern 5 between them. A connection terminal pattern 66 is formed on the trim electrode 60, and is attached to the attachment terminal pattern 66 extending from the coil electrode pattern 4 to a side of
Claims (2)
Applications Claiming Priority (6)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
JP3138836A JP2730320B2 (en) | 1991-02-15 | 1991-06-11 | Resonator |
JP13883691 | 1991-06-11 | ||
JP2174992A JP2884878B2 (en) | 1992-01-10 | 1992-01-10 | Resonator |
JP2174992 | 1992-01-10 | ||
JP2175092A JP2884879B2 (en) | 1992-01-10 | 1992-01-10 | Resonator |
JP2175092 | 1992-01-10 |
Publications (3)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL9201015A NL9201015A (en) | 1993-01-04 |
NL194457B NL194457B (en) | 2001-12-03 |
NL194457C true NL194457C (en) | 2002-04-04 |
Family
ID=27283547
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL9201015A NL194457C (en) | 1991-06-11 | 1992-06-09 | Resonator. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL194457C (en) |
Family Cites Families (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPH071842B2 (en) * | 1985-11-20 | 1995-01-11 | 松下電器産業株式会社 | Ring type microstrip line resonant circuit |
SU1309125A1 (en) * | 1985-12-25 | 1987-05-07 | Московский институт электронной техники | Microstrip filter |
US4894629A (en) * | 1986-03-04 | 1990-01-16 | Murata Manufacturing Co., Ltd. | Bandpass filter having magnetically coupled resonators |
JPS6339201A (en) * | 1986-08-04 | 1988-02-19 | Matsushita Electric Ind Co Ltd | High frequency filter |
JP2789567B2 (en) * | 1989-08-16 | 1998-08-20 | 株式会社村田製作所 | Dielectric resonator |
-
1992
- 1992-06-09 NL NL9201015A patent/NL194457C/en not_active IP Right Cessation
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
NL194457B (en) | 2001-12-03 |
NL9201015A (en) | 1993-01-04 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
JP3120682B2 (en) | Chip type filter | |
JP2949250B2 (en) | Chip type filter | |
US6127905A (en) | Dielectric filter and method for adjusting bandpass characteristics of same | |
US5446430A (en) | Folded strip line type dielectric resonator and multilayer dielectric filter using the same | |
US5300903A (en) | Band-pass filter | |
US5400000A (en) | Band-pass filter having two loop-shaped electrodes | |
US5351020A (en) | Band-pass filter having three or more loop-shaped electrodes | |
KR0148749B1 (en) | Filter and method for its manufacture | |
EP1134833A2 (en) | Method for adjusting frequency of attenuation pole of dual-mode band pass filter | |
EP1926173B1 (en) | Dual-mode bandpass filter | |
NL194457C (en) | Resonator. | |
US5381117A (en) | Resonator having loop-shaped electrode | |
NL194458C (en) | Band pass filter. | |
JP2730323B2 (en) | Bandpass filter | |
JP4051307B2 (en) | Multilayer bandpass filter | |
JP2730320B2 (en) | Resonator | |
US5382927A (en) | Band-pass filter having two looped-shaped electrodes | |
JP3464820B2 (en) | Dielectric laminated resonator and dielectric filter | |
JP3139807B2 (en) | Resonator | |
JP2988499B2 (en) | Bandpass filter | |
JP2884878B2 (en) | Resonator | |
JP3543461B2 (en) | Multilayer dielectric filter | |
JP3163968B2 (en) | Multilayer resonator | |
JP2730322B2 (en) | Bandpass filter | |
JPH08335803A (en) | Filter |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
BA | A request for search or an international-type search has been filed | ||
BB | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
V4 | Lapsed because of reaching the maximum lifetime of a patent |
Effective date: 20120609 |