NL194263C - Matras, in het bijzonder voor bedlegerige patiÙnten. - Google Patents

Description

1 194263 . Matras, in het bijzonder voor bedlegerige patiënten

De uitvinding heeft betrekking op matras voor bedlegeriger patiënten, bestaande uit een rechthoekige onderste steunlaag van schuimstof materiaal, een rechthoekige bovenste laag van schuimstof materiaal met 5 overeenkomstige afmeting en een de twee lagen omhullende hoes van soepel materiaal, die uit twee middels een losmaakbare sluiting aan elkaar bevestigde delen bestaat, zodanig dat de twee lagen recht op elkaar worden gehouden, waarbij de onderste laag is voorzien van ten minste een uitsparing waarin een of meer wegneembare vulelementen passend zijn opgenomen.

Een dergelijke matras is bekend uti WO-A-87/06442 en reeds gebruikt voor langdurig bedlegerige 10 patiënten, waarbij het gevaar bestaat van doorliggen (decubitus). Dit veroorzaakt moeilijk te genezen wonden in het huidweefsel, hetgeen een gevolg is van een langdurige druk op die weefselplekken. Ter voorkoming respectievelijk ter genezig van dergelijke wonden is de matras uitgevoerd met uitneembare vulelementen, waardoor plaatselijk de ondersteuning en derhalve de druk kan worden opgeheven.

De uitvinding beoogt een matras van het in de aanhef beschreven type te verbeteren door deze ook 15 geschikt te maken voor verlamde patiënten, dat wil zeggen mensen die bijvoorbeeld een dwarslaesie hebben en dientengevolge de uitscheiding, zoals urine en fecaliën, noch kunnen beheersen noch waarnemen.

De matras volgens de uitvinding onderscheidt zich doordat in het middendeel van de rechthoekig samengestelde matras een in bovenaanzicht peervormige opening door de lagen en de hoes is aange-20 bracht, waarbij de wand van de opening door het hoesmateriaal is bedekt, waarbij de twee hoesdelen rond dat middendeel van de lagen permanent aan elkaar zijn bevestigd en de losmaakbare sluiting zich vanaf dat middendeel naar het hoofd- respectievelijk het voeteinde uitstrekt, waarbij de smalle zijde van de peervormige opening naar het voeteinde is gericht.

Opgemerkt wordt dat uit het Belgische octrooischrift 0.633.307 een matras met afritsbare hoes bekend is. 25 Deze bekende matras is voorzien van een rechthoekige doorgaande opening.

Dankzij een dergelijke constructie kan het of elk vulelement gemakkelijk worden verwijderd respectievelijk aangebracht in de sparing van de onderste laag, teneinde het voornoemde effect van drukvermindering te bereiken en derhalve het doorliggen te voorkomen, zonder dat de patiënt van het matras behoeft te worden verwijderd.

30 Bovendien is het door de vaste opening in het samenstel van lagen van een matras mogelijk dat de incontinente patiënt daarop kan worden gelegd, waarbij de uitscheiding onder de matras kan worden opgevangen. In een bijzondere uitvoeringsvorm zijn de twee hoesdelen rond het middendeel van de lagen permanent aan elkaar bevestigd, en is een losmaakbare sluiting, zoals een ritssluiting, vanaf dat middendeel naar het hoofd- respectievelijk het voeteinde werkzaam aangebracht.

35

Bovengenoemde en andere kenmerken van de uitvinding zullen nader worden toegelicht in de hieronder* staande figuurbeschrijving van een uitvoeringsvoorbeeld. In de tekening toont: figuur 1 een perspectivisch bovenaanzicht van de matras volgens de uitvinding, figuur 2 een bovenaanzicht van de matras uit figuur 1.

40

Met het cijfer 1 is de onderste rechthoekige steunlaag van schuimstof materiaal van de matras aangegeven.

_Met het cijfer 2 de daarop liggende tweede laag van schuimstof materiaal, waarbij de buitenomtrek samenvalt met die van de onderste laag.

In de onderste laag zijn sparingen aangebracht, elk een in het hoofdeinde respectievelijk het voeteinde 45 van de matras, in welke sparingen willekeurig gevormd blokken kunnen worden neergelegd. In de sparing van het hoofdeinde zijn in bovenaanzicht rechthoekige blokken aangebracht, hier twaalf in getal, terwijl in de sparing van het voeteinde een viertal langwerpige blokken in dwarsrichting zijn neergelegd.

Binnen het kader van de uitvinding kunnen andere aantallen blokken en vormen worden toegepast.

Het samenstel van onderste laag, bovenste laag en vulelement wordt in zijn geheel bedekt door een 50 hoes 5, welke uit een deel 6 respectievelijk 7 bestaat, waarbij de langsranden, die zich iangs de buitenrand van het samenstel schuimstoflagen uitstrekt, onderling aan elkaar zijn bevestigd door middel van bijvoorbeeld een ritssluiting.

Volgens de uitvinding is in het middendeel van de matras een doorgaande opening 10 aangebracht, die in bovenaanzicht een peervormige gestalte heeft. De smalle zijde is naar het voeteinde gericht. Proefonder-55 vindelijk is vastgesteld dat een maatvoering van 3,9 cm breedte en 7,9 cm lengte een optimale doorvoer van uitscheiding van een verlamde bedlegerige patiënt waarborgt.

De binnenzijde of binnenwand van de opening 10 is met een materiaal bedekt dat vast is bevestigd asm

Claims (2)

194263

2 P het middendeel 11 van de hoes 5. Voor een goede bevestiging is het middendeel 11 van de hoes vast rond het samenstel van bovenste en onderste schuimstoflaag aangebracht, waarbij de ritssluitingen zich vanaf dat middendeel naar het voeteinde respectievelijk hoofdeinde uitstrekken. Zodoende is door het losmaken van een ritssluiting aan het voeteinde telkens een vulelement 4 te 5 verwijderen zonder dat de patiënt van de matras behoeft te worden verwijdert. Hetzelfde geldt voor de verwijdering of aanbrenging van de blokken bij het hoofdeinde, waarvoor de daar aanwezige rits moet worden losgemaakt respectievelijk na vervanging van de vulelementen worden dichtgemaakt. Zodoende is op effectieve wijze een patiënt, die bijvoorbeeld door een dwarslaesie is verlamd en op zijn buik wordt verpleegd, een doeltreffende therapie te geven tegen decubitus en kan de patiënt zonder hinder van buiten 10 zijn uitscheidingen kwijt. Binnen het kader van de uitvinding zijn andere uitvoeringsvormen mogelijk dan de hierdoor beschreven en in de figuren getoonde. Het aantal vulelementen kan worden gewijzigd. De hoes kan uit verschillende materialen zijn opgebouwd, zonder afbreuk te doen aan de hiervoor besproken functionele aspecten. Zo kan het materiaal aan de bovenzijde anders zijn dan dat aan de onderzijde. Het materiaal voor de bekleding van 15 de doorgaande opening in het middendeel kan eveneens aangepast zijn. De ritssluitingen kunnen zijn vervangen door elk ander bevestigingsmiddel, zoals knopen met knoopsgaten of klittenband. 20 Matras voor bedlegeriger patiënten, bestaande uit een rechthoekige onderste steunlaag van schuimstof materiaal, een rechthoekige bovenste laag van schuimstof materiaal met overeenkomstige afmeting en een de twee lagen omhullende hoes van soepel materiaal, die uit twee middels een losmaakbare sluiting aan elkaar bevestigde delen bestaat, zodanig dat de twee lagen recht op elkaar worden gehouden, waarbij de 25 onderste laag is voorzien van ten minste een uitsparing waarin een of meer wegneembare vulelementen passend zijn opgenomen, met het kenmerk, dat in het middendeel van de rechthoekig samengestelde matras een in bovenaanzicht peervormige opening (10) door de lagen (1, 2) en de hoes (5) is aangebracht, waarbij de wand van de opening (10) door het hoesmateriaal is bedekt, waarbij de twee hoesdelen (5, 6, 7) rond dat middendeel van de lagen permanent aan elkaar zijn bevestigd en de losmaakbare sluiting zich 30 vanaf dat middendeel naar het hoofd- respectievelijk het voeteinde uitstrekt, waarbij de smalle zijde van de peervormige opening naar het voeteinde is gericht. Hierbij 1 blad tekening