NL1035189C2 - Werkwijze, staander en kozijndeel voor het vervaardigen van een constructie, zoals een woning, en een dergelijke woning. - Google Patents

Description

WERKWIJZE, STAANDER EN KOZIJNDEEL VOOR HET VERVAARDIGEN VAN

EEN CONSTRUCTIE, ZOALS EEN WONING, EN EEN DERGELIJKE WONING

5

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een constructie, zoals een woning. Hierbij dient onder meer gedacht te worden aan een houten (vakantie)woning, schuur, berging of bijvoorbeeld 10 kleinschalige gebouwen.

Bij uit de praktijk bekende bouwmethoden, waarbij gebruik wordt gemaakt van houten constructiemateriaal, worden de benodigde dragende componenten, zoals staanders en/of spanten, vooraf gesteld. Vervolgens wordt wandmateriaal, 15 bijvoorbeeld in de vorm van platen of planken, vastgezet op deze staanders. Hierbij wordt het wandmateriaal op maat gemaakt om bevestigd te kunnen worden tegen deze staanders.

Het stellen van staanders en spanten is een specialistisch werk dat nauwkeurig uitgevoerd dient te worden. Onnauwkeurig 2 0 geplaatste staanders of spanten geven diverse problemen tijdens de verdere vervaardiging van de constructie, zoals niet-passende wanddelen of kozijnen. Zelfs kunnen ten gevolge van een foutieve plaatsing stabiliteitsproblemen met de constructie ontstaan. Het stellen van deze staanders en 25 spanten wordt hierbij op de bouwplaats uitgevoerd. Dit geldt veelal eveneens voor het op maat maken van het wandmateriaal aangezien de afmetingen afhankelijk zijn van de gestelde staanders of spanten. Deze werkwijze betekent dat veel relatief specialistisch werk uitgevoerd dient te worden op de 30 bouwplaats.

Andere uit de praktijk bekende bouwmethoden maken gebruik van geheel geprefabriceerde wanddelen en vloerdelen voor de vervaardiging van een constructie, zoals een houten woning. Dergelijke wanddelen worden veelal vervaardigd in een 35 fabriek of grote werkplaats waar benodigde gereedschappen en 1035189 t . · 2 machines beschikbaar zijn. Deze geprefabriceerde wanddelen worden vervolgens met vrachtwagens getransporteerd naar de bouwplaats. Op de bouwplaats worden de wanddelen in elkaar gezet. Hierbij wordt eventueel een hijskraan gebruikt. Deze 5 werkwijze beperkt de flexibiliteit om rekening te houden met specifieke aspecten van de betreffende bouwplaats, zoals toegankelijkheid en oneffenheden in het terrein. Voorts vereist deze werkwijze het transporteren van complete wanddelen met behulp van speciale vrachtwagens en/of 10 hijskranen. Dit betekent dat de bouwplaats toegankelijk moet worden gemaakt voor dit transport. Dit is echter voor veel bouwplaatsen niet zonder meer mogelijk en vereist bijvoorbeeld het voorzien van rijplaten, of specifiek voor dit doel aangebrachte verharding.

15 De onderhavige uitvinding heeft als doel te voorzien in een werkwijze voor het vervaardigen van een constructie, zoals een woning, waarmee met name op de bouwplaats efficiënt kan worden gewerkt.

Dit doel wordt bereikt met de werkwijze volgens de 20 uitvinding, omvattende de stappen: - het voorzien van staanders met aan ten minste één zijde een eerste uitsparing in de vorm van een groef of sponning en aan een andere zijde een tweede uitsparing in de vorm van een groef of sponning; 25 - het plaatsen van de staanders; - het aanbrengen van wandmateriaal in de groef en/of sponning van naastgelegen staanders, zodanig dat het wandmateriaal wordt aangebracht tussen de staanders in de uitsparingen daarin.

30 Door staanders te voorzien waarvan aan één zijde een eerste uitsparing is voorzien in de vorm van een groef of een sponning en aan een andere tweede zijde een tweede uitsparing in de vorm van een groef of sponning is voorzien wordt het stellen van dergelijke staanders aanzienlijk vereenvoudigd.

35 Dit wordt veroorzaakt doordat het wandmateriaal wordt - η 3 aangebracht tussen twee naastgelegen geplaatste staanders in plaats van tegen de zijkant van de staanders. De afstand tussen twee naastgelegen staanders wordt derhalve gedefinieerd door de afmetingen van het wandmateriaal. Dit wandmateriaal 5 kan plaatmateriaal, zoals bijvoorbeeld één of meer underlayment platen, of planken betreffen. Dit vereenvoudigt het benodigde stelwerk op de bouwplaats. Bij voorkeur wordt het wandmateriaal vooraf reeds op maat vervaardigd zodat de benodigde werkzaamheden op de bouwplaats zelf nog verder 10 beperkt blijven.

Bij voorkeur wordt de staander voorzien met aan één zijde een groef en aan de andere zijde een sponning. Hiermee wordt het wandmateriaal door de groef als het ware ingeklemd. Hierdoor behoudt het wandmateriaal een vaste oriëntatie ten 15 opzichte van de staanders.

In een voordelige voorkeursuitvoeringsvorm wordt het wandmateriaal tussen twee staanders aangebracht door eerst één zijde van het wandmateriaal aan te brengen in een groef van een eerste staander. Vervolgens wordt het wandmateriaal 20 gedrukt of gedraaid en aangebracht in de sponning van een tweede naastgelegen staander. Hiermee wordt op een efficiënte wijze een constructie voorzien, waarbij het wandmateriaal wordt voorzien tussen de staanders. Het wandmateriaal en de staanders bevinden zich daarmee in hetzelfde vlak. Bij 25 voorkeur worden de staanders uit een houten materiaal vervaardigd. Ook het wandmateriaal wordt bij voorkeur uit hout voorzien.

Een bijkomend voordeel van de werkwijze volgens de uitvinding is dat bij toepassing voor wanden, in verticale 30 richting het wandmateriaal voor het grootste deel op elkaar rust. In de hoofdzakelijk horizontale richting wordt het materiaal opgesloten door de staanders met de uitsparingen daarin. In principe kan hierdoor bij het plaatsen van wandmateriaal volgens de uitvinding afgezien worden van 35 bevestigingsmiddelen zoals bijvoorbeeld schroeven. Dit wordt ·* , \ 4 veroorzaakt door de genoemde ondersteuning en klemming in de groef. Omwille van onder meer de veiligheid kan toch gebruik worden gemaakt van bevestigingsmiddelen. Hierbij kan echter worden bespaard op de hoeveelheid bevestigingsmateriaal. Dit 5 bevordert de verdere efficiëntie van het gehele bouwproces met betrekking tot zowel materiaal als benodigde tijd. Bijkomend wordt door de genoemde klemming voorts voorkomen dat er een soort van scharnierwerking kan ontstaan waarbij het wandmateriaal kan scharnieren ten opzichte van de staander 10 tijdens de bevestiging van het wandmateriaal. Hiermee wordt bewerkstelligd dat afgezien kan worden van onder meer trekstangen en/of wildverbanden. Door het voorzien van het wandmateriaal tussen de staanders wordt de stijfheid van de gehele wand vergroot. Voorts worden de staanders bij voorkeur 15 geplaatst op een betonnen fundatie waarop tevens de onderste elementen van het wandmateriaal kunnen rusten. Hierbij kan tussen de staanders en de fundatie een muurplaat of vloerregel worden voorzien. Een bijkomend voordeel hiervan is dat door de betere spreiding van de optredende belastingen gebruik gemaakt 20 kan worden van lichter uitgevoerde staanders en spanten. Dit komt de efficiëntie van het bouwproces ten goede, zowel in materiaalkosten als in kosten gerelateerd aan het hanteren van de lichtere materialen. Desgewenst kunnen de staanders met behulp van ankers worden vastgezet op de betonnen fundatie.

25 Ook kunnen de staanders worden vastgezet op de muurplaat, waarbij de muurplaat met ankers in de fundatie is vastgezet.

In een alternatieve uitvoeringsvorm kan, behalve een groef/sponning constructie, dat wil zeggen aan één zijde van een staander een groef en aan de andere zijde een uitsparing, 30 ook worden gewerkt met twee sponningen die worden voorzien in een staander. Dit wordt bijvoorbeeld, als mogelijk alternatief, voorzien in het geval van het aanbrengen van het dak. Dit kan een hellend of plat dak/vloer bevatten. Ten gevolge van de zwaartekracht rusten hierbij de platen op de 35 staanders/spanten. Door het onderste element van het l 5 wandmateriaal of dakmateriaal vast te zetten kunnen de overige wanddelen in de richting van het dakvlak hierdoor worden ondersteund. Hiermee worden alle elementen vanaf de dakrand tot de nok ondersteund, terwijl het materiaal wordt voorzien 5 tussen de staanders/spanten.

In geval van een wand zullen de staanders die zich niet op het uiteinde daarvan bevinden, zijn voorzien van uitsparingen aan twee tegenover gelegen zijden van de staander. Het is mogelijk de staanders die zich op de hoek van 10 een wand bevinden te voorzien van uitsparingen aan twee naastgelegen zijden om hiermee de constructie als het ware de hoek om te laten gaan. Een dergelijke hoekstaander kan hierbij worden voorzien van twee uitsparingen, bijvoorbeeld beide in de vorm van een groef.

15 Een bijkomend voordeel van de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding is, dat door het aan de hand van de afmetingen van het wandmateriaal bepalen van de onderlinge afstanden tussen de staanders, het mogelijk is deze afstanden te standaardiseren. Door deze standaardisatie is het mogelijk 20 de verschillende hoeveelheid type materiaal, zoals hout, te beperken. Als verder bijkomend voordeel kan door de betere verdeling van de optredende belastingen van lichter materiaal gebruik worden gemaakt. Hiermee kan eveneens het aantal gebruikte soorten materiaal en/of typen staanders en 25 dergelijke worden gereduceerd. Tevens kan het wandmateriaal op een voordelige wijze worden voorzien van isolatiemateriaal. Hiermee wordt de constructie geïsoleerd en bruikbaar onder diverse omstandigheden. Doordat de gehele constructie verder gestandaardiseerd kan worden volgens de onderhavige uitvinding 30 is het eveneens mogelijk de afmeting van het isolatiemateriaal af te stemmen op de gestandaardiseerde afmetingen van de constructie. Hierdoor wordt snijverlies aan het isolatiemateriaal voorkomen. Eveneens worden hiermee de hoeveelheid benodigde handelingen, die op de bouwplaats 6 uitgevoerd dienen te worden, beperkt. Een voorbeeld van bruikbaar isolatiemateriaal betreft vlas.

Na het plaatsen van de staanders en het wandmateriaal, eventueel voorzien van isolatie, kan de binnenzijde en/of 5 buitenzijde van de constructie verder worden afgewerkt. Een dergelijke afwerklaag kan bijvoorbeeld bestaan uit afzonderlijke planken die bijvoorbeeld tegen de staanders worden bevestigd. Eveneens behoort het tot de mogelijkheden om een min of meer geheel vlakke wand te voorzien tegen de 10 staanders en/of tegen het hiertussen aangebrachte wandmateriaal. Bij voorkeur wordt aan één of beide zijden van het wandmateriaal een opening gelaten tussen het wandmateriaal en de afwerklaag. Deze ruimte is geschikt voor het opnemen van isolatiemateriaal en kan dienen als een soort spouw.

15 In een voordelige voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding worden de staanders als een spantconstructie voorzien, omvattende twee in hoofdzaak verticale staanders die onderling worden verbonden met ten minste één dragend element voor een verdiepingsvloer of een 20 dak.

Door het voorzien van een spantconstructie met de twee staanders die onderling worden verbonden door ten minste één in hoofdzaak horizontaal element voor een verdiepingsvloer wordt een soort omgekeerde U-constructie of een H-constructie 25 verkregen. Deze kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor een verdiepingsvloer. Hierbij is het eveneens mogelijk meerdere verdiepingsvloeren en/of een dakconstructie te voorzien. Eveneens kan de spantconstructie worden gevormd door twee staanders onderling te verbinden met behulp van ten minste 30 twee dakdragende elementen waarmee de dakconstructie wordt gevormd. Hiermee wordt een spantconstructie in de vorm van een soort pijlpunt verkregen. Tussen deze dragende delen wordt het wandmateriaal vastgezet. In een alternatieve uitvoeringsvorm wordt de staander onder een hoek geplaatst waarmee een 35 wandconstructie wordt verkregen die niet in hoofdzaak 7 loodrecht staat op de ondergrond. In een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding zijn de dragende elementen van de spantconstructie eveneens voorzien van een tweetal uitsparingen. De uitsparingen zijn voorzien in de vorm 5 van een groef of een sponning. De uitsparingen worden zodanig voorzien dat een dakelement of een vloerelement aangebracht kan worden tussen de dragende elementen. Ook behoort het tot de mogelijkheden om een spantconstructie volgens de onderhavige uitvinding aan bijvoorbeeld de binnenzijde van 10 isolatie uit één strook te voorzien. Hierbij wordt één lange strook isolatie aanééngesloten over nagenoeg de gehele spant voorzien.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding wordt een deel van de staanders 15 geplaatst in een uitsparing in een kozijndeel voor een raam of een deur.

Door kozijndelen voor bijvoorbeeld een raam of een deur te voorzien van uitsparingen zodanig dat daarin een staander geheel of gedeeltelijk opneembaar is wordt op 20 relatief eenvoudige wijze een bevestiging mogelijk van deze kozijnen ten opzichte van de staanders. Door de wanddelen te voorzien in een vooraf bepaalde afmeting zijn de onderlinge maten tussen naastgelegen staanders bekend. Dit betreft bij voorkeur een standaard maat. Dit maakt het mogelijk om de 25 uitsparingen in de kozijndelen volgens deze zelfde afmetingen te voorzien. Hierdoor wordt het stelwerk van de kozijndelen sterk vereenvoudigd. Dit beperkt de benodigde werkzaamheden op de bouwplaats. Door bij voorkeur de kozijndelen te voorzien in gestandaardiseerde afmetingen kunnen de kozijndelen op 30 relatief eenvoudige wijze in overeenstemming worden gebracht met de gestandaardiseerde afmetingen en onderlinge afstanden van de staanders. Door deze onderlinge afstemming kan de hoeveelheid additioneel benodigd materiaal, bijvoorbeeld ter ondersteuning van de kozijndelen, sterk worden gereduceerd.

• 8

Dit vermindert materiaalkosten alsook de benodigde werkzaamheden op de bouwplaats.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een staander voor het vervaardigen van een constructie, zoals een woning, 5 waarbij de staander aan ten minste één zijde is voorzien van een eerste uitsparing in de vorm van een groef of sponning en aan de andere zijde is voorzien van een tweede uitsparing in de vorm van een groef of sponning, zodanig dat wandmateriaal aanbrengbaar is tussen twee naastgelegen staanders in de 10 uitsparingen daarin. Een dergelijke staander biedt gelijke effecten en voordelen als die genoemd zijn bij de werkwijze. Bij voorkeur wordt een dergelijke staander aan één zijde voorzien van een groef en aan de tegenovergelegen zijde voorzien van een sponning.

15 De uitvinding heeft voorts betrekking op een kozijndeel voorzien van een uitsparing voor opname daarin van een staander zoals bovenstaand vermeld en een woning voorzien van staanders zoals bovenstaand vermeld en vervaardigd met de bovenvermelde werkwijze. Dergelijke kozijndelen en woningen 20 bieden gelijke effecten en voordelen als die genoemd zijn bij de werkwijze.

Verdere voordelen, kenmerken en details van de uitvinding worden toegelicht aan de hand van voorkeursuitvoeringsvormen daarvan, waarbij verwezen wordt 25 naar de bijgevoegde tekeningen, waarin tonen: - figuur 1 een aanzicht van een vakantiewoning vervaardigd volgens de werkwijze; - figuur 2 een overzicht van de gebruikte materialen bij de woning uit figuur 1; 30 - figuur 3 een bovenaanzicht van een hoek met kozijndelen van de woning uit figuur 1; - figuren 4A en 4B een aanzicht van de staanders volgens de uitvinding; - figuur 5 een zijaanzicht van een kozijndeel volgens 35 de uitvinding; *> 9 - figuur 6 een aanzicht van een spantconstructie volgens de uitvinding; en - figuur 7 een aanzicht van een afwerklaag.

Een vakantiewoning 2 (figuur 1) is geplaatst op een 5 fundatie 4 die gedeeltelijk uitsteekt boven het maaiveld of ondergrond 6. De woning 2 betreft een houten vakantiewoning die bestaat uit een aantal wanddelen 8 en dakdelen 10. In de wanddelen 8 zijn kozijnen en kozijndelen opgenomen voor een aantal 12, vaste glas- of vlakvulling 14 en deuren 16. Door 10 het voorzien van een fundatie 4 gelegen enigszins boven de bovenste zijde van de bodem 6 wordt min of meer gegarandeerd dat de woning 2 droog blijft en de wanddelen 8 eveneens droog blijven en derhalve minder onderhoud vragen.

De vakantiewoning 2 wordt vervaardigd uit een aantal 15 houten basismaterialen 18 (figuur 2). Dit betreffen een staander 20 voorzien van een groef 22 aan een eerste zijde en een sponning 24 aan een tweede zijde. Staander 20 wordt in hoofdzaak verticaal geplaatst. De staanders 20 worden voor een deel onderling verbonden met behulp van dragers 26 voor het 20 ondersteunen van dakdelen 10. Dragers 26 zijn aan beide zijden voorzien van een sponning 28. Voorts kunnen staanders 20 onderling worden verbonden ter hoogte van bijvoorbeeld een verdiepingsvloer met behulp van vloerdragers 30. Voor onder meer ondersteuningen kunnen vullatten 32 worden gebruikt. De 25 staanders 20, dragers 26, vloerdragers 30 en -vullatten 32 zijn bij de getoonde vakantiewoning 2 uitgevoerd uit vuren SLS (Scandinavian Lumber Standard) hout met afmetingen van respectievelijk 38 x 184 mm voor de staanders 20, dragers 26 en vloerdragers 30, en 38 x 89 mm voor vullat 32. Voor de 30 afwerking aan de buitenkant kan gebruik worden gemaakt van 18 x 140 mm plato-hout 34. Dakdelen 10 omvatten vuren panlatten 36 van 28 x 50 mm. Als alternatief of aanvullend kan bijvoorbeeld ook gebruik worden gemaakt van grenen hardhouten latten 38. Wandmateriaal 40 is vervaardigd uit zogeheten 35 underlayment platen van 18 mm dik met een afmeting van 900 x - · 10 1220 mm. Kozijndelen 42 omvatten een tussenstijl 44 die toegepast wordt bij het middelste kozijndeel van een dubbelraam 14 en een stijl 46 aan de zijranden daarvan. De kozijndelen 44, 46 zijn voorzien van een uitsparing 48 waarin 5 een deel van de staanders 20 opgenomen kan worden. In de in hoofdzaak horizontale richting worden de kozijndelen 42 gevormd door een bovendorpel 50 en een onderdorpel 52.

In een hoek 54 (figuur 3) van de vakantiewoning 2 zijn een aantal staanders 20 voorzien die de basis van wanddelen 8 10 vormen. De staanders 20 zijn onderling verbonden door platen 40 aangebracht in de groef 22 en sponning 24 van twee naastgelegen staanders 20. Aan de buitenzijde van wanddeel 8 is een afwerking aangebracht in de vorm van planken 34. Deze is aangebracht aan de buitenkant tegen de kopse kant van 15 staanders 20 waardoor deze staanders geheel uit het zicht blijven. Aan de binnenzijde van wanddeel 8 wordt isolatiemateriaal 54 voorzien, wat vervolgens is afgewerkt voor de getoonde vakantiewoning 2 met behulp van planken 34.

In de getoonde uitvoeringsvorm zijn planken 34 aan de 20 buitenzijde van woning 2 vastgezet op een regelwerk 35. Na afwerking kan bijvoorbeeld een meubelstuk, zoals een bank 56 in een dergelijke hoek 54 van de vakantiewoning 2 worden geplaatst. Ter plaatse van een raam 12 zijn een tweetal stijlen 46 voorzien. Hier kan raam 12 aan worden bevestigd.

25 Tevens is in de weergegeven hoek 54 van vakantiewoning 2 een deur 16 opgenomen bevestigd aan twee stijlen 46 en een tussenstijl 44.

Wanddelen 40 (figuur 4A) worden aangebracht in een groef 22 van een staander 20. Na plaatsing van wandmateriaal 30 40 in groef 22 wordt de andere zijde van plaat 40 gedraaid of gedrukt in de sponning 24 van een naastgelegen staander 20 (figuur 4B).

Kozijndelen 42 (figuur 5) worden geplaatst ten opzichte van staanders 20 waartussen platen 40 zijn 35 aangebracht. Door gebruik te maken van de standaard maten van • t 11 het wandmateriaal 40 worden de staanders 20 op een gestandaardiseerde onderlinge afstand gehouden. Hierdoor is het derhalve mogelijk de uitsparingen 48 in kozijndelen 42 op vooraf bepaalde afstanden te voorzien. Hiermee kunnen stijlen 5 46 en tussenstijl 44, alsook de bovendorpel 50 en onderdorpel 52 op eenduidige wijze worden gefixeerd ten opzichte van de staanders 20 van wanddeel 8. Tussen de staanders 20 is isolatiemateriaal 56 voorzien. Door de gestandaardiseerde maten tussen twee naastgelegen staanders 20 kan het 10 isolatiemateriaal 56 van dezelfde standaard maten worden voorzien, zodanig dat geen verdere bewerkingen, zoals het op maat snijden, in de in hoofdzaak verticale richting nodig is. Vervolgens kunnen als afwerklaag planken 34 worden voorzien.

Staanders 20 (figuur 6) vormen samen met een tweetal 15 dragers 26 een spant construct ie 58. Ter versteviging wordt in de nok 60 van de vakantiewoning 2 een verstevigingsprofiel 62 voorzien. De dragers 26 zijn ongeveer halverwege hun lengte onderling verbonden met behulp van dragers 30. Door vervaardiging van spant 58 en het vervolgens na deze 20 vervaardiging overeind zetten van de spantconstructie 58 kan de vakantiewoning 2 stap voor stap oftewel per spantconstructie 58 worden opgebouwd. Eventueel zijn de liggers 30 ten behoeve van een verdiepingsvloer dubbel uitgevoerd. Dit wil zeggen dat per staander 20 twee 25 vloerdragers 30 zijn voorzien één aan elke zijde van staander 20. Hiermee wordt de stabiliteit van de spantconstructie 58 en de verdere gehele constructie van vakantiewoning 2 vergroot.

Ter afwerking van de vakantiewoning 2 (figuur 7) 30 bevatten de wanddelen 8 planken 34 die gedeeltelijk overlappend zijn aangebracht.

Bij de vervaardiging van een houten vakantiewoning 2 zoals getoond, wordt na afronding van het voorbereidende werk een fundatie 4 geplaatst in bodem 6. Deze fundatie 4 steekt 35 enigszins uit boven het maaiveld. Staanders 20 worden door 12 middel van ankers (niet getoond) verbonden met fundatie 4, eventueel via muurplaten of vloerdelen (niet getoond). Staanders 20 worden voorzien in een spantconstructie 58 zodanig dat element voor element van de woning 2 kan worden 5 opgebouwd. Tussen de staanders 20 wordt wandmateriaal 40 aangebracht door deze aan te brengen in de groef van een staander en deze vervolgens te drukken in de sponning van een naastgelegen staander. Aan deze wandmaterialen 40 kan een isolatie 56 worden voorzien. Vervolgens kan de wand 8 aan 10 zowel de binnenzijde als aan de buitenzijde worden afgewerkt met behulp van planken 34 en eventueel regels 35. Hierbij wordt tussen de afwerklaag en de isolatie- en/of wandmateriaallaag enige open ruimte voorzien. Deze open ruimte functioneert vervolgens als een soort spouw. Kozijndelen 42 15 worden gefixeerd ten opzichte van staanders 20 waardoor het stellen van kozijnen sterk vereenvoudigd wordt en zelfs nagenoeg geheel overbodig is geworden. Bij de vervaardiging van dakdelen 10 wordt bij voorkeur als eerste een dakplaat 40 gelegd nabij de buitenwand of wanddeel 8. Hierop kunnen 20 panlatten 36 worden voorzien. Hierdoor wordt het eenvoudig voor de werklui om de volgende plaat 40 te leggen op de uitsparingen 28 in dragers 26. Ook hierop worden vervolgens de panlatten 36 voorzien waarna het ritueel zich herhaalt tot de nok 60 is bereikt.

25 De onderhavige uitvinding is geenszins beperkt tot de bovenbeschreven voorkeursuitvoeringsvorm daarvan. De gevraagde rechten worden bepaald door de navolgende conclusies binnen de strekking waarvan velerlei modificaties denkbaar zijn. Zo kan bijvoorbeeld in een voorkeursuitvoeringsvorm van de 30 vakantiewoning 2 de elektra bij voorkeur worden voorzien vanuit een centraal punt. Hiervandaan gaat de elektriciteitstoevoer naar de diverse verdeelpunten als een soort stekkerdoos met verlengkabels (niet getoond). Een voordeel hiervan is dat er geen PVC-buitensysteem vereist is. 35 Een verder bijkomend voordeel hiervan is dat dergelijke kabels 13 gelijktijdig met de bouw van de woning 2 tijdens het voorzien van de wanddelen 8 kan worden neergelegd. Eveneens is het mogelijk gelijktijdig met het leggen van de vloerdelen van vakantiewoning 2 te voorzien in een vloerverwarming in de vorm 5 van elektrische draden in een tempexlaag.

1035189

Claims (10)

1. Werkwijze voor het vervaardigen van een constructie, zoals een woning, omvattende de stappen: - het voorzien van staanders met aan ten minste één zijde een eerste uitsparing in de vorm van een groef of 10 sponning en aan een andere zijde een tweede uitsparing in de vorm van een groef of sponning; - het plaatsen van de staanders; - het aanbrengen van wandmateriaal in de groef en/of sponning van naastgelegen staanders, zodanig dat het 15 wandmateriaal wordt aangebracht tussen de staanders in de uitsparingen daarin, waarin het aanbrengen van wandmateriaal het plaatsen van een eerste zijde van het wandmateriaal in een eerste uitsparing in de vorm van een groef van de staander omvat, gevolgd door het plaatsen van een andere 20 zijde van het wandmateriaal in een tweede uitsparing in de vorm van een sponning van de staander.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarin de staanders uit hout worden vervaardigd. 25

3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarin het wandmateriaal wordt voorzien van isolatiemateriaal.

4. Werkwijze volgens één of meer van de conclusies 1, 30. of 3, waarin aan ten minste een binnenzijde of buitenzijde van het wandmateriaal een afwerklaag wordt voorzien.

5. Werkwijze volgens één of meer van de conclusies 1-4, waarin de staanders als een spantconstructie worden 103 51 89 c · 1.5 voorzien, omvattende twee in hoofdzaak verticale staanders die onderling worden verbonden met ten minste één dragend element voor een verdiepingsvloer of een dak.

6. Werkwijze volgens conclusie 5, waarin het ten minste ene dragende element aan ten minste één zijde is voorzien van een groef of sponning en aan de tegenoverliggende zijde is voorzien van een groef of sponning, zodanig dat een dakelement of een vloerelement 10 aangebracht kan worden tussen de dragende elementen.

7. Werkwijze volgens één of meer van de conclusies 1-6, waarin een deel van de staanders worden geplaatst in een uitsparing in een kozijndeel voor een raam of een deur.

8. Staander voor het vervaardigen van een constructie, zoals een woning, waarbij de staander aan ten minste één zijde is voorzien van een eerste uitsparing in de vorm. van een groef of sponning en aan een andere zijde is 20 voorzien van een tweede uitsparing in de vorm van een groef of sponning, zodanig dat wandmateriaal aanbrengbaar is tussen twee naastgelegen staanders in de uitsparingen daarin, waarin het aanbrengen van wandmateriaal het plaatsen van een eerste zijde van het wandmateriaal in een eerste 25 uitsparing in de vorm van een groef van de staander omvat, gevolgd door het plaatsen van een andere zijde van het wandmateriaal in een tweede uitsparing in de vorm van een sponning van de staander.

9. Kozijndeel voorzien van een uitsparing voor opname daarin van een staander volgens conclusie 8. • ·

10. Woning voorzien van staanders volgens conclusie 8 en vervaardigd met de werkwijze volgens één of meer van de conclusies 1-7. 1035189.