NL1030435C1 - Inrichting voor losmaakbare montage van een krat op een steunvlak. - Google Patents

Inrichting voor losmaakbare montage van een krat op een steunvlak. Download PDF

Info

Publication number
NL1030435C1
NL1030435C1 NL1030435A NL1030435A NL1030435C1 NL 1030435 C1 NL1030435 C1 NL 1030435C1 NL 1030435 A NL1030435 A NL 1030435A NL 1030435 A NL1030435 A NL 1030435A NL 1030435 C1 NL1030435 C1 NL 1030435C1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
crate
holder
supporting surface
coupling means
recess
Prior art date
Application number
NL1030435A
Other languages
English (en)
Inventor
Peter Arnold De Vrieze
Original Assignee
Peter Arnold De Vrieze
Wilhelmus Mathias Hendrickus L
Aloysius Laurentius Antonius L
Remi Jacobus Wilhelmus Renders
Bo Leonardo Kristin Lenssen
Lennard Buth
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Peter Arnold De Vrieze, Wilhelmus Mathias Hendrickus L, Aloysius Laurentius Antonius L, Remi Jacobus Wilhelmus Renders, Bo Leonardo Kristin Lenssen, Lennard Buth filed Critical Peter Arnold De Vrieze
Priority to NL1030435A priority Critical patent/NL1030435C1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1030435C1 publication Critical patent/NL1030435C1/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62JCYCLE SADDLES OR SEATS; AUXILIARY DEVICES OR ACCESSORIES SPECIALLY ADAPTED TO CYCLES AND NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, e.g. ARTICLE CARRIERS OR CYCLE PROTECTORS
    • B62J7/00Luggage carriers
    • B62J7/08Equipment for securing luggage on carriers

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Details Of Rigid Or Semi-Rigid Containers (AREA)

Description

Inrichting voor losmaakbare montage van een krat op een steunvlak.
ACHTERGROND VAN DE UITVINDING
5 De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor een losmaakbare montage van een krat, zoals een krat voor het opnemen van flessen of boodschappen, op een steunvlak, welk krat een bodemwand en een aantal zijwanden omvat van welke wanden er tenminste een voorzien is van een van buitenaf toegankelijke uitsparing, omvattende een houder die aan een zijde voorzien is van koppelmiddelen voor een 10 losmaakbare bevestiging aan het steunvlak en aan een andere zijde voorzien van andere koppelmiddelen voor een losmaakbare bevestiging in de uitsparing van het krat, waarbij na bevestiging van de houder aan het steunvlak en na bevestiging van het krat aan de houder, het krat tegen zijwaartse verplaatsing ten opzichte van het steunvlak gezekerd is.
15 Een dergelijke inrichting is bekend uit het Nederlandse octrooischrift dat onder nummer 8700428 op 16 februari 1988 is gepubliceerd. Daarin is een inrichting beschreven voor een losmaakbare montage van in het bijzonder een flessen krat op in het bijzonder de bagagedrager van een fiets. De inrichting omvat een houder die aan een zijde voorzien is van koppelmiddelen voor een losmaakbare bevestiging aan het 20 steunvlak. Deze koppelmiddelen omvatten plaatvormige delen waarmee met behulp van bouten en moeren de houder aan spijlen van de bagagedrager bevestigd kunnen worden. De houder is aan een andere zijde voorzien van andere koppelmiddelen voor een losmaakbare bevestiging in een van buiten toegankelijke uitsparing in een vlak van het krat en deze omvatten een opstaand plaatvormig deel dat in een in der onderzijde 25 van het krat aanwezige opening schuift. Aldus is het krat na montage gezekerd tegen laterale verplaatsingen.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
30 Een bezwaar van bekende inrichting is dat deze relatief duur is e niet gemakkelijk in het gebruik.
Dientengevolge is het onder meer een doelstelling van de onderhavige 10 3 0 4 35 2 uitvinding om een inrichting volgens de aanhef te verbeteren door een inrichting te verschaffen die relatief goedkoop is en gemakkelijk te gebruiken.
Dientengevolge is volgens één aspect de uitvinding gekenmerkt door het kenmerk dat de geometrie van de houder, de koppelmiddelen en de andere 5 koppelmiddelen zodanig gekozen is dat de bevestiging aan het steunvlak tot stand komt met behulp van een door het gewicht van het krat, waaronder begrepen het gewicht van eventueel in het krat aanwezige flessen of boodschappen, via de andere koppelmiddelen en de houder op de koppelmiddelen uitgeoefende kracht. De uitvinding berust allereerst op het inzicht dat de bekende inrichting relatief duur en niet 10 gemakkelijk in het gebruik is omdat deze bestaat uit meerdere onderdelen. De uitvinding berust verder op het inzicht dat voor in het bijzonder de bevestiging van de houder aan het steunvlak met voordeel gebruik gemaakt kan worden van de op het krat - al dan niet gevuld met boodschappen of al dan niet volle flessen - werkende zwaartekracht. Door een geschikte geometrie van de houder en zijn onderdelen kan j i 15 deze kracht aangewend worden voor een bevestiging van de houder aan het steunvlak.
Met die zwaartekracht kan bijvoorbeeld een vergrendeling van de houder aan (een deel van) het steunvlak bewerkstelligd worden of een klemming tussen een deel van de | houder en het steunvlak. Hierdoor kan de houder uit een stuk bestaan en dus zowel j relatief gemakkelijk/goedkoop te vervaardigen zijn als ook relatief gemakkelijk in het 20 gebruik zijn.
Dat laatste geldt zowel voor het in als het uit gebruik nemen van de houder.
Voor en na gebruik kan de houder bijvoorbeeld aan een rijwiel/brommer bevestigd worden. De houder en/of de tweewieler kunnen daartoe van eenvoudige bevestigingsmiddelen voorzien zijn, zoals die voor een klik of klem verbinding.
25 In een voorkeursuitvoering omvat de houder een dwars op het steunvlak staand lichaam en omvatten de koppelmiddelen een orgaan dat aan een zijde van het lichaam daaruit steekt en aan een deel van het steunvlak kan aangrijpen, bevindt zich de uitsparing zich in een zijwand van het krat en omvatten de andere koppelmiddelen een ander orgaan dat aan een tegenover liggende zijde van het lichaam daaruit steekt en 30 waaraan het krat via de uitsparing kan aangrijpen zodanig dat het krat dan aan het lichaam hangt aan de tegenover liggende zijde en middels het lichaam het orgaan tegen het deel van het steunvlak drukt. Aldus kan op eenvoudige wijze een zich zelf 10 3 0 4 35_ 3 klemmende werking, namelijk tussen de houder en het steunvlak verkregen worden. Het zwaartepunt van het krat (met inhoud) zal zich aan een kant van het lichaam op een grotere afstand daarvan bevinden en het orgaan zal aan een tegenover liggende zijde over een kleinere afstand uit het lichaam steken. Hierdoor ontstaat een 5 moment/hefboom werking waardoor de klemming relatief sterk kan zijn. De koppeling met het steunvlak kan bijvoorbeeld tot stand komen door een omgekeerde U-vormige uitstulping van het steunvlak waarin een - al dan niet gekromde - orgaan steekt.
In een gunstige variant omvat het orgaan een tweetredig getrapt profiel waarvan een bovenste aan het lichaam grenzende trede op het steunvlak kan rusten en 10 waarvan een daaronder liggende trede en het kopse verbindingsvlak tussen de treden zodanige gevormde uitsparingen bevatten dat een of meer delen van de daaronder liggende trede via een in het steunvlak aanwezige opening onder een daaraan grenzend deel van het steunvlak geschoven kunnen worden. Deze variant is relatief vlak en gemakkelijk te vervaardigen. Twee - in projectie gezien L-vormige - delen van het 15 profiel kunnen gemakkelijk via de opening naast een bagagedrager en een opening tussen de stangen van de bagagedrager onder deze stangen geschoven worden. Daardoor komt de houder in zijn gebruikspositie.
Bij voorkeur omvat het ander orgaan een U-profiel met een been waarover de uitsparing geschoven kan worden en een ander been dat langs de zijwand van het krat 20 kan lopen waarin zich de uitsparing bevindt. Een been van het U-profiel kan met voordeel voorzien zijn van een spieetvormige opening ter bevordering van een klemmend positioneren van de krat aan het ander orgaan. Voor het zelfde doel kunnen een been en de bodem of de beide benen van het profiel in de richting van het lichaam naar elkaar toe lopen. Ook hierbij draagt het gewicht van het krat bij aan de 25 zelfklemmende bevestiging. Bij voorkeur is een been van het U-profiel voorzien van ! een spleet tegenover het andere been. Dit bevordert een goede klemming in de uitsparing.
Bovendien kunnen zowel het U-profiel van het ander orgaan als het getrapt profiel van het orgaan gemakkelijk en met weinig materiaal verlies uit een enkele en 30 vlakke plaat gemaakt worden. Daarbij kan gebruik gemaakt worden van laseren en buigen met behulp van een kantbank.
Met het oog op montage van een krat voor bier of frisdrank, kan een been van 103 0 4 35 4 het U-profiel met voordeel uitgevoerd zijn als een flessen opener.
Het lichaam maakt bij voorkeur een stompe hoek maakt met het steunvlak aan de zijde waar zich het krat bevindt. Een geschikte hoek is bijvoorbeeld ongeveer 100 graden maar ook wat kleinere of grotere stompe hoeken zijn bruikbaar.
5 Ter verbetering van de diverse klemmingen kan een deel van het orgaan of van het ander orgaan gekromd zijn. Klemming aan een buisvormige onderdeel zoals een stang van een bagagedrager wordt hierdoor vergemakkelijkt. Voor hetzelfde doel kan genoemd deel met voordeel bekleed zijn met een elastisch materiaal zoals rubber.
Hoewel een klemmende bevestiging aan het steunvlak wel mogelijk is indien 10 een deel van het gewicht van het krat rechtstreeks op het steunvlak rust, komt de uitvinding het meest tot gelding indien de lengte/hoogte van de houder zodanig gekozen is dat indien deze aan het steunvlak bevestigd is en het krat aan de houder bevestigd is, het krat het steunvlak niet raakt.
Met voordeel fungeert als aangrijp uitsparing van het krat een in een zijwand 15 van een krat aanwezige handgreep. Aldus is in beginsel elk krat geschikt voor toepassing van de uitvinding daar bijna elk krat van handgrepen voorzien is. Dat kunnen openingen in de wand zijn maar ook uitsparingen. Doordat dergelijke handgrepen veelal in een kopse zijwand van een langwerpig krat aanwezig zijn, is de eerder genoemde moment / hefboom werking in dat geval relatief sterk. Bovendien kan 20 het krat dan relatief weinig uitsteken buiten de bagagedrager hetgeen een voordeel is. Dit indien de houder relatief dicht bij de zadel as gemonteerd wordt op de bagagedrager waarbij de koppelmiddelen in de lengte richting van de bagagedrager wijzen.
In een gunstige variant is de houder voorzien is van een opening ter vorming 25 van een handvat. De rand van de opening kan daartoe voorzien zijn van een geschikte profilering.
KORTE BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN
30 Deze en verdere eigenschappen, aspecten en voordelen van de uitvinding zullen hierna in meer detail worden besproken, aan de hand van voorkeursuitvoeringen van de uitvinding, en in het bijzonder met verwijzing naar de bij gevoegde Figuren die het 103 0 4 35 5 volgende illustreren:
Figuur 1, een driedimensionaal aanzicht van een inrichting volgens de uitvinding;
Figuur 2 en 3, elk een verschillend zijaanzicht van de inrichting van figuur 1; 5 Figuur 4 t/m 7, in een driedimensionaal aanzicht opeenvolgende stadia van een losmaakbare montage van een krat op een steunvlak met behulp van de inrichting van figuur 1.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE VOORKEURSUITVOERINGEN
10
Figuur 1 toont een driedimensionaal aanzicht van een inrichting volgens de uitvinding. Figuur 2 en 3 tonen elk een verschillend zijaanzicht van de inrichting van figuur 1. De inrichting 10 omvat hier (zie bvb figuur 1) een houder 4 met een dwars op een - niet in de tekening weergegeven - steunvlak staand lichaam 4A. De houder 4 15 is aan een zijde voorzien is van koppelmiddelen 5 voor een losmaakbare bevestiging aan het steunvlak, zoals het vlak van een bagagedrager van een fiets, en aan een andere zijde voorzien van andere koppelmiddelen 6 voor een losmaakbare bevestiging in een uitsparing in de wand van een krat, zoals een boodschappen krat of een krat voor bier ! of frisdrank. De houder is in de tekening weergegeven op een schaal van ongeveer 1:4 20 en is bijvoorbeeld ongeveer 24 cm hoog. Hier is de houder 4 van staal met een dikte van 3 mm. Ook andere materialen zijn echter geschikt zoals RVS, aluminium of magnesium en ook een - met een wapening versterkte - kunststof kan in aanmerking komen.
De geometrie van de houder 4, de koppelmiddelen 5 en de andere 25 koppelmiddelen 6 is zodanig gekozen dat de bevestiging aan het steunvlak 1 tot stand komt met behulp van een door het gewicht van het krat, waaronder begrepen het gewicht van eventueel in het krat aanwezige flessen of boodschappen, via de andere koppelmiddelen 6 en de houder 4 op de koppelmiddelen 5 uitgeoefende kracht. Hier omvatten de koppelmiddelen 5 een orgaan 5 A dat aan een zijde van het lichaam 30 daaruit steekt en aan een deel van het steunvlak kan aangrijpen en omvatten de andere koppelmiddelen 6 een ander orgaan 6A dat aan een tegenover liggende zijde van het lichaam 4A daaruit steekt en waaraan het krat via een in de zijwand aanwezige 1 0 3 0 4 35 6 uitsparing kan aangrijpen zodanig dat het krat dan aan het lichaam 4A hangt aan de tegenover liggende zijde en middels het lichaam 4A het orgaan 5A tegen het deel van het steunvlak 1 drukt waarmee een koppeling tussen de houder 4 en het steunvlak tot stand komt.
5 In dit voorbeeld omvat het orgaan 5 A een tweetredig getrapt profiel omvat waarvan een bovenste aan het lichaam grenzende trede op het steunvlak kan rusten en waarvan een daaronder liggende trede en het kopse verbindingsvlak tussen de treden zodanige gevormde uitsparingen bevatten dat een of meer delen van de daaronder liggende trede via een in het steunvlak aanwezige opening onder een daaraan grenzend 10 deel van het steunvlak geschoven kunnen worden. Een dergelijke opening of openingen zijn in en naast een bagagedrager aanwezig.
Het ander orgaan 6A omvat hier een U-profiel met een been waarover een uitsparing in de wand van een krat geschoven kan worden en een ander been dat langs de zijwand met de uitsparing kan lopen.
15 Hier maakt het lichaam 4A (zie figuur 3) een stompe hoek maakt met het deel van het steunvlak dat zich aan de zijde van het krat bevindt. Deze hoek komt hier overeen met 180 graden - de scherpe hoek tussen het lichaam 4A en de bovenste trede van het trapvormige profiel 5 A en bedraagt hier ongeveer 180-80 graden is 100 graden.
20 Ter verbetering van een klemmende koppeling tussen het lichaam 4A en het steunvlak en tussen het lichaam en het krat kunnen delen van het orgaan 5 A of van het ander orgaan 6A gekromd en/of - zoals in dit voorbeeld - voorzien zijn van een elastisch materiaal. Dit laatste is niet in de tekening weergegeven.
Figuur 4 t/m 7 tonen in een driedimensionaal aanzicht opeenvolgende stadia 25 van een losmaakbare montage van een krat op een steunvlak met behulp van de inrichting 10 van dit voorbeeld. Als steunvlak fungeert hier de bagagedrager 1 van een rijwiel waarvan in de tekening verder alleen nog ter oriëntatie de zadelbuis 11 is weergeven figuur 1. De houder 4 (zie figuur 7) wordt boven de bagagedrager 1 gebracht en zijwaarts verschoven zodat de beide getrapte L-vormige profielen van het 30 orgaan 5A in (zie figuur 5) in het steunvlak 1 aanwezige openingen IA, hier een opening naast de bagagedrager 1 en een erin gestoken kunnen worden.
Dan wordt (zie figuur 6) wordt de houder zijwaarts teruggeschoven waarbij de 103 0 4 35_ i j ! 7 i i beide L-vormige profielen onder het steunvlak 1, hier onder de beide hoofdstangen van de bagagedrager 1 geschoven worden. De houder 4 leunt hierbij dankzij genoemde stompe hoek enigszins in de richting van de zadelbuis 11 en is tegen voorover, d.w.z. in de richting van de zadelbuis 11 weg, kantelen geborgd door de koppeling tussen 5 orgaan 5 A en het steunvlak 1. Vervolgens wordt het krat 20 hier met een kopse zijwand 2 waarin een als handgreep fungerende uitsparing 3 aanwezig is, over (een deel van) het orgaan 6A geschoven. De gespleten vorm van een been van het U-profiel 6A maakt een goede klemming in de handgreep 3 mogelijk en vergemakkelijkt het weer verwijderen van het krat 20. Een klemmende koppeling tussen orgaan 6A en 10 handgreep 3 wordt hier ook bereikt door dat de ruimte tussen de benen van het U-profiel zich in de richting van het lichaam 4A vernauwt, hetgeen niet in de tekening is weergegeven.
Aldus (zie figuur 7) ontstaat een stabiele transport mogelijkheid per fiets van een, in het bijzonder met boodschappen of volle flessen geladen, krat 20. Omdat het 15 zwaartepunt van het krat 20 dat aan de houder 4 hangt en de bagagedrager 1 niet raakt, ver voor de houder 4 ligt, wordt aain de andere zijde van de houder 4 waar zich op relatief korte afstand orgaan 5 A bevindt een sterke koppeling tot stand gebracht tussen houder 4 en bagagedrager 1. De uitvoering van organen 5A,6A draagt er ook aan bij dat de laterale (dwz dwars op de fiets) stabiliteit voldoende groot is.
i 20 Zoals in de figuren 4 t/m 7 is te zien, is een been van het U-profiel 6A
j uitgevoerd als flessenopener 7. Het lichaam 4A kan bedekt zijn met een reclame uiting en/of zoals hier voorzien zijn van een opening 8 die fungeert als handvat voor de houder 4. De relatieve vlakheid van de houder 4 van dit voorbeeld maakt een compacte verpakking mogelijk alsmede een gemakkelijke opberging.
25 De onderhavige uitvinding is hierboven beschreven aan de hand van een voorkeursuitvoering daarvan. Zij die deskundig zijn in de desbetreffende techniek zullen zich realiseren dat daarin talrijke veranderingen kunnen worden aangebracht zonder de beschermingsomvang van de aangehechte conclusies te buiten te gaan. Derhalve moet de beschrijving beschouwd worden als illustratief, in plaats van 30 beperkend, en mogen daaruit geen beperkingen worden geïmpliceerd, anders dan zulke die in de conclusies zijn vermeld.
10 3 0 4 35_

Claims (15)

1. Inrichting (10) voor een losmaakbare montage van een krat (20), zoals een krat (20) voor of met flessen of boodschappen, op een steunvlak (1), welk krat (20) 5 een bodemwand en een aantal zijwanden omvat van welke wanden er tenminste een (2) voorzien is van een van buitenaf toegankelijke uitsparing (3), omvattende een houder (4) die aan een zijde voorzien is van koppelmiddelen (5) voor een losmaakbare bevestiging aan het steunvlak (1) en aan een andere zijde voorzien van andere koppelmiddelen (6) voor een losmaakbare bevestiging in de uitsparing (3) van het krat 10 (20), waarbij na bevestiging van de houder (4) aan het steunvlak (1) en na bevestiging van het krat (20) aan de houder (4), het krat (20) tegen zijwaartse verplaatsing ten opzichte van het steunvlak (1) gezekerd is, met het kenmerk, dat de geometrie van de houder (4), de koppelmiddelen (5) en de andere koppelmiddelen (6) zodanig gekozen is dat de bevestiging aan het steunvlak (1) tot stand komt met behulp van een door het 15 gewicht van het krat (20), waaronder begrepen het gewicht van eventueel in het krat (20) aanwezige flessen of boodschappen, via de andere koppelmiddelen (6) en de houder (4) op de koppelmiddelen (5) uitgeoefende kracht.
2. Inrichting (10) volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de houder (4) 20 een dwars op het steunvlak (1) staand lichaam (4A) omvat en de koppelmiddelen (5) een orgaan (5A) omvatten dat aan een zijde van het lichaam daaruit steekt en aan een deel van het steunvlak (1) kan aangrijpen, de uitsparing (3) zich bevindt in een zijwand (2) van het krat (20) en de andere koppelmiddelen (6) een ander orgaan (6A) omvatten dat aan een tegenover liggende zijde van het lichaam (4A) daaruit steekt en waaraan 25 het krat (20) via de uitsparing (3) kan aangrijpen zodanig dat het krat (20) dan aan het lichaam (4A) hangt aan de tegenover liggende zijde en middels het lichaam (4A) het orgaan (5A) tegen het deel van het steunvlak (1) drukt.
3. Inrichting (10) volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het orgaan 30 (5 A) een tweetredig getrapt profiel omvat waarvan een bovenste aan het lichaam grenzende trede op het steunvlak (1) kan rusten en waarvan een daaronder liggende trede en het kopse verbindingsvlak tussen de treden zodanige gevormde uitsparingen 10 3 0 4 35 j bevatten dat een of meer delen van de daaronder liggende trede via een in het steun vlak (1) aanwezige opening onder een daaraan grenzend deel van het steunvlak (1) geschoven kunnen worden.
4. Inrichting (10) volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat het ander orgaan (6A) een U-profiel omvat met een been waarover de uitsparing (3) geschoven kan worden en een ander been dat langs de zijwand (2) met de uitsparing (3) kan lopen.
5. Inrichting (10) volgens conclusie 2, 3 of 4, met het kenmerk, dat het lichaam (4A) een stompe hoek maakt met het deel van het steunvlak (1) dat zich aan de zijde van het krat (20) bevindt.
6. Inrichting (10) volgens een der conclusies 2 t/m 5, met het kenmerk, dat 15 een deel van het orgaan (5A) of van het ander orgaan (6A) gekromd is ter verbetering van de aangrijping van het lichaam (4A) aan een deel van het steunvlak of van het krat.
7. Inrichting (10) volgens een der conclusies 2 t/m 6, met het kenmerk, dat een deel van het orgaan (5A) of van het ander orgaan (6A) ter verbetering van de 20 aangrijping van het lichaam (4A) aan een deel van het steunvlak of van het krat bekleed is met een elastisch materiaal.
8. Inrichting (10) volgens een der voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat de hoogte van de houder (4) zodanig gekozen is dat indien deze aan het 25 steunvlak bevestigd is en het krat aan de houder bevestigd is, het krat het steunvlak niet raakt.
9. Inrichting (10) volgens een der voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat de koppelmiddelen (5) geschikt zijn voor aangrijping in een in een 30 zijwand (2) van het krat (20) aanwezige handgreep (3).
10. Inrichting (10) volgens een der voorafgaande conclusies, met het 10 3 0 4 35 kenmerk, dat de houder (4) geschikt is voor een krat voor flessen of voor een krat voor boodschappen.
11. Inrichting volgens een der voorafgaande conclusies, met het kenmerk, 5 dat het steunvlak (1) gevormd is door een bagagedrager van een rijwiel.
12. Inrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat houder (4) nabij de zadel as van een tweewieler aan de bagagedrager bevestigd kan worden en het krat (20) aan de houder (4) bevestigd kan worden boven het resterende deel van de 10 bagagedrager.
13. Inrichting (10) volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat een lip van het U-profiel is uitgevoerd als flessenopener (7).
14. Inrichting (10) volgens conclusie 4 of 13, met het kenmerk, dat de benen van het U-profiel of de bodem en een been ten opzichte van elkaar en naar het lichaam toe een geneigd verloop bezitten.
15. Inrichting (10) volgens een der voorafgaande conclusies, met het 20 kenmerk, dat de houder (4) voorzien is van een opening (8) ter vorming van een handvat. 10 3 0 4 35
NL1030435A 2005-11-15 2005-11-15 Inrichting voor losmaakbare montage van een krat op een steunvlak. NL1030435C1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1030435A NL1030435C1 (nl) 2005-11-15 2005-11-15 Inrichting voor losmaakbare montage van een krat op een steunvlak.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1030435A NL1030435C1 (nl) 2005-11-15 2005-11-15 Inrichting voor losmaakbare montage van een krat op een steunvlak.
NL1030435 2005-11-15

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1030435C1 true NL1030435C1 (nl) 2007-05-16

Family

ID=38255592

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1030435A NL1030435C1 (nl) 2005-11-15 2005-11-15 Inrichting voor losmaakbare montage van een krat op een steunvlak.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1030435C1 (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2465883A (en) * 2008-12-02 2010-06-09 Nuna Int Bv Auxiliary luggage frame
EP4001076A1 (en) 2020-11-12 2022-05-25 Mathijs Petrus Johannes JANSEN Set suspension hooks for attaching a crate to a tubular object

Cited By (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2465883A (en) * 2008-12-02 2010-06-09 Nuna Int Bv Auxiliary luggage frame
GB2465883B (en) * 2008-12-02 2013-02-27 Nuna Int Bv Auxiliary frame
US8398103B2 (en) 2008-12-02 2013-03-19 Nuna International B.V. Auxiliary frame
EP4001076A1 (en) 2020-11-12 2022-05-25 Mathijs Petrus Johannes JANSEN Set suspension hooks for attaching a crate to a tubular object

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US6386393B1 (en) Tipping rack for bottle
JP4054015B2 (ja) 液体用移送兼貯蔵容器のためのパレット状の台枠
US7395842B2 (en) Apparatus for filling and refilling a flexible container
NL1030435C1 (nl) Inrichting voor losmaakbare montage van een krat op een steunvlak.
US4884936A (en) Lift for moving a container with castors
US6247710B1 (en) Hand truck having detachable carrier for bottled water container and methods of its construction and operation
US20090014979A1 (en) Hand truck apparatus
CN1658785A (zh) 具有带推动手柄的绞干装置的清洁装置
US2472670A (en) Hand truck
NL2013830B1 (nl) Tweewielerstandaard met vulbaar basiselement en werkwijze.
US6027152A (en) Ergonomic carrying device
EP4289675A1 (en) Foldable bike carrier, in particular roof bike carrier
US5350182A (en) Shopping cart having undercarriage tray with integral basket
US20180319521A1 (en) Applicator for can carriers
TWM573715U (zh) trolley
US3419281A (en) Hand truck with push plate
US1194342A (en) Assigstob to j
WO2022136883A1 (en) A load restraint bar
JP3011482U (ja) 運搬用台車のフリー荷台
FI115454B (fi) Trukilla tai vastaavalla tyhjennettävä astia
JP3132707U (ja) 手押し運搬車
TWI659877B (zh) 手推車
CN210047496U (zh) 一种可调距的工装车
GB2496629A (en) Wheelbarrow
IES84969Y1 (en) An attachment for a vehicle

Legal Events

Date Code Title Description
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20090601