NL1029135C2 - Turnbank. - Google Patents

Description

! I

i ι

Titel: Tumbank

De uitvinding heeft betrekking op een bank, in het bijzonder een tumbank, omvattende een langwerpig bovendeel, dat een bovenzijde en een onderzijde heeft, 5 alsmede meerdere poten, die elk zijn bevestigd aan de onderzijde van het bovendeel.

Een dergelijke bank is bekend uit GB2168901. Deze bank is bestemd voor toepassing in een gymzaal. Het bovendeel van deze bank is gevormd door een massief houten plank. De poten zijn gemaakt van staal. Tussen de poten is een evenwichtsbalk aangebracht. Als de bank met de poten daarvan op een ondergrond rust, bevindt de 10 bank zich in de rechtopstaande stand. Daarbij vormt de bovenzijde van het bovendeel een zitvlak, een loopvlak of een oefeningvlak, waarop personen, zoals leerlingen tijdens gymlessen, kunnen zitten of lichamelijke oefeningen kunnen uitvoeren. Door het omkeren van de bank komt de bovenzijde van het bovendeel op de ondergrond te liggen. De poten wijzen dan omhoog. In deze omgekeerde stand van de bank kunnen 15 evenwichtsoefeningen en andere turn- en gymoefeningen op de evenwichtsbalk worden uitgevoerd.

Een dergelijke bank is in Nederland bekend als “Zweedse bank”. Deze banken zijn in bijna elke gymzaal aanwezig. Tijdens gymlessen op scholen moeten deze banken veelvuldig worden opgetild, bijvoorbeeld voor het omkeren van de bank of het 20 verplaatsen van de bank. Als gevolg van de massief houten uitvoering van het bovendeel en de stalen poten, heeft de bank een aanzienlijke massa. Het bovendeel kan bestaan uit een enkele massief houten plank of meerdere massief houten planken naast elkaar. Die plank of planken bezitten vaak een dikte van 5 cm of meer. Een “Zweedse ! bank” weegt daardoor vaak meer dan 35 kg. Het manipuleren van een dergelijk object 25 kan aanleiding geven tot rugklachten. Door het veelvuldige gebruik op scholen worden deze zware banken in de praktijk bovendien vaak versleept door kinderen. In Nederland is het optillen van een last die groter is dan 25 kg in strijd met arbeidsvoorschriften, zoals ARBO-wetgeving.

Een doel van de uitvinding is een bank voor toepassing in een gymzaal te 30 verschaffen, waarvan het gewicht is gereduceerd.

Dit doel is volgens de uitvinding bereikt doordat het bovendeel aluminium omvat.

Volgens de uitvinding is het massief houten bovendeel vervangen door een bovendeel, dat in hoofdzaak is gemaakt van aluminium. Het aluminium bovendeel volgens de 1029135- 2 uitvinding kan verdere onderdelen omvatten, die niet zijn gemaakt van aluminium.

Bijvoorbeeld is de bovenzijde van het aluminium bovendeel bekleed met een kunststof bekleding. Door een dergelijke uitvoering van het bovendeel is de totale massa van de tumbank volgens de uitvinding aanzienlijk kleiner dan die van de bekende “Zweedse 5 bank”.

Volgens de uitvinding verdient het de voorkeur, dat het bovendeel is voorzien j van een aluminium plaatdeel, alsmede ten minste een aluminium verstijvingsprofiel dat | met het plaatdeel is verbonden. Het aluminium plaatdeel vormt het bovenvlak van het i i bovendeel, terwijl die een of meer aluminium verstij vingsprofielen het bovendeel 10 voldoende sterkte en stijfheid verschaffen, d.w.z. de dragende functie van het bovenvlak van de bank volgens de uitvinding is overeenkomstig de bekende “Zweedse bank”. Daarentegen is het gewicht van de bank volgens de uitvinding aanzienlijk gereduceerd als gevolg van de dunwandige lichtgewicht constructie van het aluminium j bovendeel.

15 In een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding zijn het plaatdeel en het verstijvingsprofiel of de verstijvingsprofielen geïntegreerd in een aluminium profiel, m.a.w. het bovendeel is in hoofdzaak gevormd door het aluminium profiel. De profielvorm is daarbij zodanig, dat het bovendeel voldoende sterkte en stijfheid bezit.

Het verdient volgens de uitvinding de voorkeur, dat het aluminium profiel door 20 extruderen is gevormd. Het aluminium profiel is dan een extrusieprofiel. Het extruderen van het aluminium bovendeel van de tumbank is een goedkope en eenvoudige productiemethode. De verstijvingsprofielen kunnen daarbij zijn meegevormd met het geëxtmdeerde aluminium profiel.

Als alternatief of ter verdere verstijving van het bovendeel kunnen een of meer 25 verstijvingsprofielen aan de onderzijde van het bovendeel zijn bevestigd, bijvoorbeeld door verlijmen. Het plaatdeel en die verstijvingsprofielen zijn in dit geval afzonderlijke onderdelen.

In een uitvoeringsvorm van de uitvinding strekken de verstijvingsprofielen zich uit aan de onderzijde van het bovendeel. Doordat de verstijvingsprofielen zich aan de 30 onderzijde van het bovendeel bevinden, is de bovenzijde van het bovendeel in hoofdzaak glad. Die bovenzijde kan dan fungeren als zitvlak of sportvlak voor het uitvoeren van gymoefeningen. De verstijvingsprofielen aan de onderzijde van het 1029135- 3 bovendeel vergroten de stijfheid van het bovendeel. Die stijfheid is afhankelijk van het aantal en de soort verstijvingsprofielen.

Het verdient volgens de uitvinding de voorkeur, dat de verstijvingsprofielen twee zijdelingse kokerprofielen omvatten, die zich elk in langsrichting van het langwerpige 5 bovendeel uitstrekken. De kokerprofielen zijn bij voorkeur gevuld met schuim, zoals PUR-schuim. Deze kokerprofielen verschaffen verstijfde langsranden van het bovendeel. De kokerprofielen vormen tevens stootranden die een zijdelingse stootbelasting op het bovendeel van de bank kunnen opvangen.

In een uitvoeringsvorm van de uitvinding omvatten de kokerprofielen elk aan de 10 buitenzijde daarvan een anti-sliplaag. Deze anti-sliplaag is bijvoorbeeld gevormd door ribbels in het aluminium buitenoppervlak van de kokerprofielen. Het verplaatsen van de bank volgens de uitvinding is eenvoudig doordat de anti-sliplaag stevig met de hand kan worden vastgegrepen.

Ter verdere verstijving van het bovendeel kan volgens de uitvinding ten minste 15 een verstijvingsprofiel zijn bevestigd tussen de kokerprofielen aan de onderzijde van het aluminium profieldeel. Het verstijvingsprofiel is bijvoorbeeld in dwarsdoorsnede hoedvormig of U-vormig.

Vrijwel elke tumbank omvat een evenwichtsbalk, die zich uitstrekt in langsrichting van het bovendeel op afstand van de onderzijde van het bovendeel. De 20 dwarsafmeting van de evenwichtsbalk is kleiner dan de dwarsafmeting van het bovendeel. De dwarsafmeting van de evenwichtsbalk is ongeveer 5-15 cm. Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding omvat die evenwichtsbalk een aluminium profiel, m.a.w. de evenwichtsbalk is in hoofdzaak gevormd door het aluminium profiel. Doordat de evenwichtsbalk is uitgevoerd in aluminium is het gewicht van de tumbank 25 verder gereduceerd.

Volgens de uitvinding is het mogelijk, dat het aluminium profiel van de evenwichtsbalk door extruderen is gevormd. Door het extruderen van de evenwichtsbalk blijven de productiekosten van de tumbank laag.

In een uitvoeringsvorm van de uitvinding omvat de evenwichtsbalk aan de 30 buitenzijde daarvan een anti-sliplaag. Deze anti-sliplaag is bijvoorbeeld gevormd door ribbels in het aluminium buitenoppervlak van de evenwichtsbalk. Tijdens het uitvoeren van oefeningen op de evenwichtsbalk verschaft de anti-sliplaag een verhoogde wrijving, waardoor het risico van afglijden van de evenwichtsbalk is verkleind.

1029135- 4

Het verdient volgens de uitvinding de voorkeur, dat de bank ten minste een verstijvingsplaat omvat, die is verbonden tussen het bovendeel en de evenwichtsbalk. De verstijvingsplaat of verstijvingsplaten vormen een verbinding tussen het bovendeel en de evenwichtsbalk. Aangezien de dwarsafmeting van de evenwichtsbalk kleiner is 5 dan de dwarsafmeting van het bovendeel, verlopen die verstijvingsplaten schuin ten opzichte van het bovendeel. Als de bank met de poten daarvan op een ondergrond rust, bevinden de verstijvingsplaten zich onder een hoek ten opzichte van de verticaal. De verstijvingsplaten bezitten dan schoorwerking, hetgeen de bankconstructie verder verstijft en versterkt.

10 Daarbij kan elke verstijvingsplaat twee dunwandige aluminium platen omvatten, waartussen een honingraatstructuur is opgenomen. De honingraatstructuur is bij voorkeur gemaakt van aluminium. Ook kan de verstijvingsplaat zijn gevormd door een aluminium plaat of een extrusieprofïel.

In een uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn twee verstijvingsplaten voorzien, 15 waarbij elk kokerprofiel is verbonden met de evenwichtsbalk door telkens een verstijvingsplaat. Daarbij kan elk kokerprofiel aan de naar de evenwichtsbalk toegekeerde zijde zijn voorzien van een opneemsleuf, en waarbij de evenwichtsbalk aan de naar het bovendeel toegekeerde zijde is voorzien van twee opneemgroeven, en waarbij de verstijvingsplaten elk zijn opgenomen in telkens een opneemsleuf en een 20 opneemgroef en door verlijmen daarmee verbonden. De verstijvingsplaten zijn dan elk dwars op de langsrichting vormgesloten opgenomen tussen het bovendeel en de evenwichtsbalk, terwijl de lijmverbinding het verschuiven van de verstijvingsplaten in langsrichting door de groeven en sleuven verhindert. Deze uitvoeringsvorm van de uitvinding is bijzonder licht en stijf.

25 Volgens de uitvinding kunnen de poten zijn voorzien van buisvormige pootelementen, die elk aluminium omvatten. De poten zijn volgens deze uitvoeringsvorm lichter dan de stalen poten van de bekende tumbank.

De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van een in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.

30 Figuur la toont een zijaanzicht van de bank volgens de uitvinding.

Figuur lb toont een bovenaanzicht van de in figuur la getoonde bank.

Figuur lc toont een vooraanzicht van de in figuur la getoonde bank.

1029135- 5

Figuur 2 toont een aanzicht in dwarsdoorsnede van twee op elkaar gestapelde banken volgens figuur la-c.

De bank of tumbank volgens de uitvinding is in figuur la-c in zijn geheel aangeduid met 1. De bank 1 is bijvoorbeeld bestemd voor toepassing in een gymzaal of 5 ' een klaslokaal. Een dergelijke bank is in Nederland bekend als “Zweedse bank”. De bank 1 omvat een langwerpig bovendeel 3, dat twee langsranden 5 en twee dwarsranden 6 heeft. Het bovendeel 3 heeft een bovenzijde 2 en een onderzijde 4. Aan i de onderzijde 4 van het bovendeel 3 zijn nabij de kopeinden van de bank 1 poten 14 bevestigd. De poten 14 bevinden zich aan de langsranden 5 van het bovendeel 3.

10 Een “Zweedse bank” heeft in Nederland vaak dezelfde afmetingen. De bank 1 volgens de uitvinding heeft meestal een lengte van 3 m of meer en een breedte van 25 cm of meer. Het bovendeel 3 heeft bijvoorbeeld een lengteafmeting van 3600 mm en een breedteafineting van 270 mm. Andere afmetingen zijn volgens de uitvinding echter eveneens mogelijk.

15 Het bovendeel 3 omvat volgens de uitvinding een aluminium extrusieprofiel 8 (zie figuur 2). De afmetingen van het aluminium profiel 8 komen in hoofdzaak overeen met de afmetingen van het bovendeel 3. Het bovendeel 3 is dus in hoofdzaak gevormd door het aluminium profiel 8.

Het extrusieprofiel 8 heeft een vlak plaatdeel 9, dat aan de onderzijde 4 van het 20 bovendeel 3 is voorzien van verstijvingsprofielen 11,12,13. De verstijvingsprofielen 11 zijn aangebracht in het centrale gebied van het bovendeel 3, terwijl de verstijvingsprofielen 12 zijn gevormd door kokerprofielen, die zich aan weerszijden van het bovendeel 3 in langsrichting daarvan uitstrekken. De kokerprofielen 12 verlopen langs de langsranden 5 van het bovendeel 3. Eventueel is het inwendige van 25 elk kokerprofiel gevuld met een vulmiddel, zoals PUR-schuim. Het vulmiddel vergroot de stijfheid van het bovendeel 3.

Het plaatdeel 9 en de verstijvingsprofielen 11,12 zijn gevormd door een integraal onderdeel. Het verstij vingsprofiel 13 is daarentegen een afzonderlijk onderdeel, dat bijvoorbeeld is verlijmd met de onderzijde van het plaatdeel 9. Het verstijvingsprofiel 30 13 is in dit uitvoeringsvoorbeeld in hoofdzaak hoedvormig.

De poten 14 van de bank 1 omvatten volgens de uitvinding buisvormige aluminium pootelementen 16. De pootelementen 16 zijn met de einden daarvan bevestigd aan de kokerprofielen 12 van het bovendeel 3. Zoals getoond is in figuur la 1029135- 6 zijn de pootelementen 16 gekromd. De kromming van de pootelementen 16 aan een kopeind van de bank 1 is complementair met de kromming van de pootelementen 16 aan het tegenoverliggende kopeind van de bank 1. Twee banken 1 volgens de uitvinding zijn op elkaar stapelbaar, zoals weergegeven in figuur 2. Hiervoor moeten 5 overeenkomstige kopeinden van de gestapelde banken 1 van elkaar afgekeerd zijn, d.w.z. de te stapelen bank 1 is 180° gedraaid ten opzichte van de verticaal. De pootelementen 16 van het ene kopeind (in figuur la rechts) worden dan opgenomen in de pootelementen 16 van het andere kopeind (in figuur la links).

De poten 14 van de bank 1 bezitten verder elk een kunststof voet 17 voor het 10 afsteunen op de ondergrond. Aan een kopeind van de bank 1 omvatten de poten 14 tevens elk een wiel 18. Door het optillen van de bank 1 aan het tegenoverliggende kopeind kantelen de voeten 17 los van de ondergrond, waarna de bank 1 over de wielen 18 verrijdbaar is.

Tussen de poten 14 van de bank 1 en onder de onderzijde 4 van het bovendeel 3 15 is een evenwichtsbalk 20 aangebracht. De evenwichtsbalk 20 is smaller dan het bovendeel 3 - de dwarse afmeting van de evenwichtsbalk 20 is bijvoorbeeld 70 mm.

De evenwichtsbalk 20 is gevormd door een aluminium extrusieprofiel 21. Het extrusieprofiel 21 is via buisvormige dwarsstangen 23 bevestigd aan de pootelementen 16. Bij voorkeur omvatten de dwarsstangen 23 aluminium. Als de bank 1 met de poten 20 14 op de ondergrond rust, bevindt de evenwichtsbalk 20 zich op een afstand boven de ondergrond. Aangezien de evenwichtsbalk 20 boven de wielen 18 is bevestigd, raakt de evenwichtsbalk 20 de ondergrond niet tijdens het verrijden van de bank 1.

Het extrusieprofiel 21 is in hoofdzaak U-vormig. De buitenzijde van de bodem van het U-vormige extrusieprofiel 21 verschaft het loopoppervlak van de 25 evenwichtsbalk 20. Voor het uitvoeren van evenwichtsoefeningen op de evenwichtsbalk 20 van de bank 1 moet de bank 1 180° om de langshartlijn daarvan worden gedraaid. Het bovendeel 3 komt dan op de ondergrond te rusten, zodat de buitenzijde van de bodem van het U-vormige extrusieprofiel 21 naar boven wijst.

Deze buitenzijde van de bodem van het U-vormige extrusieprofiel 21 is voorzien 30 van een anti-sliplaag 27. De anti-sliplaag 27 vergroot de grip tijdens het uitvoeren van oefeningen op de evenwichtsbalk 20.

Het bovendeel 3 bezit aan de bovenzijde 2 daarvan een kunststof bekleding 25, bijvoorbeeld van polyurethaan. De kunststof bekleding 25 heeft geen dragende functie.

1029135- 7

De kunststof bekleding 25 voelt wanner aan dan het daaronder liggende aluminium plaatdeel 9. Bovendien verhoogt de kunststof bekleding 25 de stroefheid van de bovenzijde 2 van het bovendeel 3. Hierdoor is het risico van uitglijden tijdens het uitvoeren van oefeningen op de bovenzijde 2 van het bovendeel 3 verminderd.

5 De kokerprofielen 12 bezitten elk aan de buitenzijde daarvan een anti-sliplaag 15, | die bijvoorbeeld rillen of ribbels heeft. Elke anti-sliplaag 15 heeft een zijdelings gedeelte dat zich uitstrekt langs de naar buiten gekeerde zijoppervlakken van de kokerprofielen 12. De anti-sliplaag 15 omvat tevens een bovenstrook, die is aangebracht aan het bovenoppervlak van de kokerprofielen 12. Als de bank met zijn 10 bovenzijde 2 op de ondergrond ligt, d.w.z. de bank 1 is omgekeerd, verhindert de verhoogde wrijving tussen de anti-slip bovenstroken van de kokerprofielen 12 en de ondergrond dat de bank tijdens het uitvoeren van oefeningen op de evenwichtsbalk kan verschuiven.

Overigens is het mogelijk, dat de anti-slip bovenstroken niet aanwezig zijn (niet-15 weergegeven). In dat geval voorkomt de verhoogde wrijving tussen de kunststof bekleding en de ondergrond het verschuiven van de bank.

De evenwichtsbalk 20 heeft aan de van de bodem afgekeerde einden van het U-vormige extrusieprofiel 21 telkens een opneemgroef 30. Verder bezit elk kokerprofiel 12 een naar de evenwichtsbalk 20 toegekeerde opneemsleuf 32. Tussen de 20 opneemsleuven 32 en de opneemgroeven 30 zijn twee respectievelijke verstijvingsplaten 34 opgenomen. De verstijvingsplaten 34 omvatten aluminium. Zoals weergegeven in figuur 2 verlopen de verstijvingsplaten 34 onder een hoek ten opzichte van de hartlijn loodrecht op het bovendeel 3. De verstijvingsplaten 34 verschaffen de constructie van de bank 1 volgens de uitvinding de vereiste sterkte en stijfheid voor het 25 gebruik van de bank in gymzalen.

De verstijvingsplaten 34 zijn bij voorkeur opgebouwd uit twee dunwandige i aluminium platen, waartussen een honingraatstructuur is geplaatst (niet weergegeven). De honingraatstructuur is bij voorkeur eveneens gemaakt van aluminium. De verstijvingsplaten 34 bezitten derhalve elk een sandwichconstructie. Voor het 30 bevestigen van de verstijvingsplaten 34 is bij voorkeur een lijm aangebracht in de opneemsleuven 32 en opneemgroeven 34. De verstijvingsplaten 34 kunnen dan niet uit de opneemsleuven 32 en opneemgroeven 34 losraken.

1029135- 8

Hoewel de verstijvingsplaten 34 in dit uitvoeringsvoorbeeld door middel van opneemgroeven en opneemsleuven met lijm zijn bevestigd tussen de kokerprofielen en de evenwichtsbalk, is elke bevestiging tussen het bovendeel 3 en de evenwichtsbalk 20 mogelijk. Bijvoorbeeld door het verlijmen van verstijvingsplaten met omgezette 5 flenzen aan het bovendeel 3 en de evenwichtsbalk 20 kan ook voldoende sterkte en stijfheid van de bankconstructie worden bereikt.

Aan elk kopeind van de bank 1 is verder een kopplaat aangebracht, die de kopse randen van de verstijvingsplaten 34 en het extrusieprofiel van de evenwichtsbalk 20 afdekt. De door de verstijvingsplaten 34 en het extrusieprofiel van de evenwichtsbalk 10 20 gevormde holle aluminium buis met “scherpe” randen is dan afgeschermd. De kopplaten zijn bijvoorbeeld gemaakt van aluminium of kunststof, zoals een i thermoplast.

Voor het op elkaar stapelen van twee banken 1 volgens de uitvinding zijn kunststof stapelblokken 40 aangebracht aan de dwarsstangen 23. De stapelblokken 40 ι 15 vormen afstandhouders voor de op elkaar gestapelde banken 1. Ook bezit de bank 1 aan | de kopeinden daarvan telkens een haakorgaan 42 (zie figuur la). Het haakorgaan 42 kan aangrijpen op de stijlen van een wandrek in een gymzaal. Hierdoor is het mogelijk i de bank 1 aan een kopeind daarvan aan het wandrek te hangen, zodat het bovendeel 3 een schuin oefeningoppervlak vormt.

20 De bank 1 volgens de uitvinding kan zoals elke “Zweedse bank” veelzijdig worden gebruikt. Niet alleen kunnen personen op het bovendeel 3 van de bank 1 zitten, maar ook zijn verschillende lichamelijke oefeningen mogelijk op het bovendeel 3 danwel de evenwichtsbalk 20 van de bank 1. Op scholen en in buurtgebouwen zijn meestal een of meer van dergelijke banken aanwezig. Vanwege het veelzijdige gebruik 25 moet de bank 1 veelvuldig worden opgetild, bijvoorbeeld voor het omkeren van de bank, het ophangen van de bank in een wandrek of het verplaatsen van de bank.

De bekende bank met houten bovendeel en stalen poten weegt meer dan 35 kg.

Het optillen en anderszins manipuleren van een dergelijk zwaar object is in strijd met de ARBO-wetgeving. Voor de gymleraar kan dit aanleiding geven tot rugklachten. Het 30 verslepen of verrijden van de zware bank is verder in het bijzonder voor leerlingen van jongere leeftijd lastig. De bank 1 volgens de uitvinding is echter grotendeels gemaakt | van aluminium. Het bovendeel 3 van het in de tekening getoonde uitvoeringsvoorbeeld heeft een dragende constructie, die in hoofdzaak volledig is opgebouwd uit aluminium.

*029135- v 9

Hierdoor is de massa van de bank 1 volgens de uitvinding kleiner dan 25 kg, hetgeen voldoet aan de ARBO-voorschriften.

Vanzelfsprekend is de uitvinding niet beperkt tot het in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld, maar kan de vakman vele aanpassingen aan het ontwerp van de 5 bank 1 volgens de uitvinding aanbrengen.

'029135-

Claims (18)

1. Bank (1), in het bijzonder een tumbank, omvattende een langwerpig bovendeel (3), dat een bovenzijde (2) en een onderzijde (4) heeft, alsmede meerdere poten (14), 5 die elk zijn bevestigd aan de onderzijde (4) van het bovendeel (3), met het kenmerk, dat het bovendeel (3) aluminium omvat.

2. Bank volgens conclusie 1, waarbij het bovendeel (3) is voorzien van een aluminium plaatdeel (9), alsmede ten minste een aluminium verstijvingsprofiel (11,12, 10 13) dat met het plaatdeel (9) is verbonden.

3. Bank volgens conclusie 2, waarbij het plaatdeel (9) en het verstij vingsprofiel (11, 12,13) zijn geïntegreerd in een aluminium profiel (8).

4. Bank volgens conclusie 3, waarbij het aluminium profiel (8) door extruderen is gevormd.

5. Bank volgens een van de conclusies 2-4, waarbij elk verstij vingsprofiel (11,12, 13. zich uitstrekt aan de onderzijde (4) van het bovendeel (3). 20

6. Bank volgens conclusie 5, waarbij de verstijvingsprofielen twee zijdelingse kokerprofielen (12) omvatten, die zich elk in langsrichting van het langwerpige bovendeel (3) uitstrekken.

7. Bank volgens conclusie 6, waarbij de kokerprofielen (12) elk aan de buitenzijde daarvan een anti-slip laag (15) omvatten.

8. Bank volgens conclusie 6 of 7, waarbij ten minste een verstijvingsprofiel (13) is bevestigd tussen de kokerprofielen (12) aan de onderzijde (4) van het aluminium 30 profiel (8). 1029135- * j

9. Bank volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de bank (1) een evenwichtsbalk (20) omvat, die zich uitstrekt in langsrichting van het bovendeel (3) op afstand van de onderzijde (4) van het bovendeel (3).

10. Bank volgens conclusie 9, waarbij de evenwichtsbalk (20) een aluminium profiel (21) omvat.

11. Bank volgens conclusie 10, waarbij het aluminium profiel (21) van de evenwichtsbalk (20) door extruderen is gevormd. 10

12. Bank volgens een van de conclusies 9-11, waarbij de evenwichtsbalk (20) aan de buitenzijde daarvan een anti-slip laag (27) omvat.

13. Bank volgens een van de conclusies 9-12, waarbij de bank (1) ten minste een 15 verstij vingsplaat (34) omvat, die is verbonden tussen het bovendeel (3) en de evenwichtsbalk (20).

14. Bank volgens conclusie 13, waarbij de verstij vingsplaat (34) twee dunwandige aluminium platen omvat, waartussen een honingraatstructuur is opgenomen. 20

15. Bank volgens conclusie 13, waarbij de verstijvingsplaat (34) is gevormd door een aluminium plaat of een extrusieprofiel.

16. Bank volgens een van de conclusies 13-15, waarbij twee verstij vingsplaten (34) 25 zijn voorzien, en waarbij elk kokerprofiel (12) is verbonden met de evenwichtsbalk (20) door telkens een verstijvingsplaat (34).

17. Bank volgens conclusie 16, waarbij elk kokerprofiel (12) aan de naar de evenwichtsbalk (20) toegekeerde zijde is voorzien van een opneemsleuf (32), en 30 waarbij de evenwichtsbalk (20) aan de naar het bovendeel (3) toegekeerde zijde is voorzien van twee opneemgroeven (30), en waarbij de verstijvingsplaten (34) elk zijn opgenomen in telkens een opneemsleuf (32) en een opneemgroef (30) en door verlijmen daarmee verbonden. 1029135- « %

18. Bank volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de poten (14) zijn voorzien van buisvormige pootelementen (16), die elk aluminium omvatten. *029135-