NL1026690C2 - Elektronisch detectiesysteem voor het detecteren van antidiefstal- en/of identificatielabels. - Google Patents

Elektronisch detectiesysteem voor het detecteren van antidiefstal- en/of identificatielabels. Download PDF

Info

Publication number
NL1026690C2
NL1026690C2 NL1026690A NL1026690A NL1026690C2 NL 1026690 C2 NL1026690 C2 NL 1026690C2 NL 1026690 A NL1026690 A NL 1026690A NL 1026690 A NL1026690 A NL 1026690A NL 1026690 C2 NL1026690 C2 NL 1026690C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
label
deactivation
detection system
electronic detection
factor
Prior art date
Application number
NL1026690A
Other languages
English (en)
Inventor
Willem Badenhop
Everhardus Johannes Ausems
Original Assignee
Nedap Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Nedap Nv filed Critical Nedap Nv
Priority to NL1026690A priority Critical patent/NL1026690C2/nl
Priority to EP05076653A priority patent/EP1619639A3/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1026690C2 publication Critical patent/NL1026690C2/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G08SIGNALLING
    • G08BSIGNALLING OR CALLING SYSTEMS; ORDER TELEGRAPHS; ALARM SYSTEMS
    • G08B13/00Burglar, theft or intruder alarms
    • G08B13/22Electrical actuation
    • G08B13/24Electrical actuation by interference with electromagnetic field distribution
    • G08B13/2402Electronic Article Surveillance [EAS], i.e. systems using tags for detecting removal of a tagged item from a secure area, e.g. tags for detecting shoplifting
    • G08B13/2405Electronic Article Surveillance [EAS], i.e. systems using tags for detecting removal of a tagged item from a secure area, e.g. tags for detecting shoplifting characterised by the tag technology used
    • G08B13/2414Electronic Article Surveillance [EAS], i.e. systems using tags for detecting removal of a tagged item from a secure area, e.g. tags for detecting shoplifting characterised by the tag technology used using inductive tags

Landscapes

  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Automation & Control Theory (AREA)
  • Computer Security & Cryptography (AREA)
  • Electromagnetism (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Burglar Alarm Systems (AREA)
  • Radar Systems Or Details Thereof (AREA)

Description

Titel: Elektronisch detectiesysteem voor het detecteren van antidiefstal- en/of identifïcatielabels
De uitvinding heeft betrekking op een elektronisch detectiesysteem voor het detecteren van antidiefstal- en/of identificatielabels en/of voor het deactiveren van dergelijke labels, omvattende tenminste een dergelijk label die aan een te beveiligen of te registreren product kan worden bevestigd of 5 door een te registreren en/of identificeren persoon of dier kan worden gedragen waarbij het label is voorzien van een resonant circuit, waarbij het systeem verder is voorzien van zend- en ontvangmiddelen voor het genereren van een elektromagnetisch ondervraagveld in een detectiezone en voor het detecteren van het label wanneer het resonant circuit van het label 10 reageert wanneer deze zich in het ondervraagveld bevindt en/of een deactivatie-eenheid voor het genereren van een elektromagnetisch deactivatieveld in een deactivatiezone voor het deactiveren van het label.
Een dergelijk systeem wordt bijvoorbeeld toegepast in winkels en bibliotheken om diefstal tegen te gaan en is bijvoorbeeld bekend uit de 15 Europese octrooiaanvrage EP 0 736 850 Al.
De uitvinding beoogt het systeem dusdanig te verbeteren dat het systeem extra gebruiksmogelijkheden voor een gebruiker kan bieden die in het kader van het gebruik van antidiefstal- en/of identificatielabels van belang kan zijn.
20 Het systeem volgens de uitvinding wordt hiertoe gekenmerkt in dat het systeem verder is voorzien van meetmiddelen voor het meten van een Q-factor en/of een resonantiefrequentie.
De meetmiddelen van het systeem bieden diverse verrassende mogelijkheden die van belang kunnen zijn voor een gebruiker van het 25 systeem.
Zo kan thans met het systeem een kwaliteitscontrole van de antidiefstal- en/of identificatielabels worden uitgevoerd door met de 1026690 2 meetmiddelen de Q-factor en/of de resonantiefrequentie van het label te bepalen. Dit laatste kan gewenst zijn indien een gebruiker van het systeem een beeld wil krijgen van een kwaliteitsverdeling van de antidiefstal- en/of identificatielabels. De Q-factor en de resonantiefrequentie van de labels 5 geven in hoge mate de kwaliteit weer van de labels en zijn bekend uit het vakgebied. Bij voorkeur geldt dat de meetmiddelen zijn ingericht voor het meten van de Q-factor en/of de resonantiefrequentie van het label in de deactivatiezone. Door de genoemde meting in de deactivatiezone uit te voeren kan een goed beeld van de kwaliteitsverdeling worden verkregen van 10 antidiefstallabels aangezien de meeste antidiefstallabels deze zone passeren alvorens te worden gedeactiveerd.
In het bijzonder geldt dat de meetmiddelen gebruik maken van het elektromagnetisch deactivatieveld van de deactivatie-eenheid. Tevens geldt bij voorkeur dat de meetmiddelen tenminste voor een deel gebruik maken 15 van de deactivatie-eenheid. In het bijzonder geldt dat de deactivatie-eenheid is ingericht voor het uitzenden van een eerste elektromagnetisch deactivatieveld met een relatief laag vermogen voor het laten reageren van het label wanneer deze zich in het eerste deactivatieveld bevindt, voor het detecteren van het label wanneer deze reageert in het eerste 20 elektromagnetisch deactivatieveld en voor het uitzenden van een tweede elektromagnetisch deactivatieveld met een relatief hoog vermogen wanneer het label is gedetecteerd met het eerste elektromagnetisch deactivatieveld zodat het label wordt gedeactiveerd. Hierbij geldt bij voorkeur dat de meetmiddelen de Q-factor en/of de resonantiefrequentie van het label 25 bepaalt wanneer de deactivatie-eenheid het label heeft gedetecteerd en alvorens de deactivatie-eenheid het label heeft gedeactiveerd.
In geval van antidiefstal kan, zoals hierboven aangegeven, de meting met voordeel in de detectiezone worden uitgevoerd. Het is echter ook mogelijk dat de meetmiddelen zijn ingericht voor het meten van de Q-30 factor en/of de resonantiefrequentie van het label in de detectiezone. Dit kan 1026690 3 van belang zijn wanneer het label een identificatie label betreft dat geen deactivatiezone passeert.
Ook kan volgens een bijzondere nadere uitwerking van het systeem volgens de uitvinding thans met behulp van het systeem rekening worden 5 gehouden met de invloed van een omgeving van het systeem op de werking van het systeem door de Q-factor en/of de resonantiefrequentie van een omgeving van het systeem te bepalen. Op basis van deze gegevens zou het systeem, eventueel op automatisch wijze, kunnen worden bijgeregeld. Bij voorkeur geldt dat de meetmiddelen zijn ingericht voor het meten van de Q-10 factor en/of de resonantiefrequentie van een omgeving van de detectiezone. In het bijzonder geldt dat het systeem is ingericht om op basis van een gemeten Q-factor en/of resonantiefrequentie van de omgeving van de detectiezone een karakteristiek van een filter van de ontvangmiddelen bij te regelen. Als uit de gemeten Q-factor en/of resonantiefrequentie van de 15 omgeving bepaalde resonantiefrequenties naar voren komen, kunnen signalen van de omgeving op deze, bij metingen mogelijk storende frequenties, door middel van het filter worden onderdrukt.
Een bijzondere uitvoeringsvorm van het systeem volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de meetmiddelen tenminste voor een deel 20 gebruik maken van het elektromagnetisch ondervraagveld. Dit heeft als voordeel dat er geen apart veld hoeft te worden opgewekt voor het uitvoeren van de metingen. Het systeem wordt eenvoudig te fabriceren en dus goedkoop.
Voorts heeft een uitvoeringsvorm van het systeem volgens de 25 uitvinding het kenmerk, dat de meetmiddelen tenminste voor een deel gebruik maken van de zend- en ontvangmiddelen. Dit heeft als voordeel dat de meetmiddelen niet hoeven te zijn voorzien van eigen zend- en/of ontvangmiddelen voor het opwekken en volgen van een elektromagnetisch veld voor het meten van een Q-factor en/of een resonantiefrequentie van een 1026690 4 van de labels en/of voor het meten van een Q-factor en/of resonantie-frequentie van een omgeving van de detectiezone.
Voorts is een bijzondere uitvoeringsvorm van het systeem volgens de uitvinding gekenmerkt in, dat het systeem verder is voorzien van 5 gegevens-opslagmiddelen voor het opslaan van gegevens over de van labels bepaalde Q-factoren en/of resonantiefrequenties. Dergelijk gebruik van opslagmiddelen in het systeem biedt het voordeel dat de meetgegevens met elkaar vergeleken kunnen worden. Hierdoor wordt het bijvoorbeeld mogelijk om een signaal af te geven indien recentelijk gemeten Q-factoren en/of 10 resonantiefrequenties al te zeer afwijken van eerder gemeten Q-factoren en/of resonantiefrequenties. Een defect aan de meetmiddelen en/of het betreffende label kan hiermee sneller worden ontdekt en verholpen.
Tevens heeft een bijzondere uitvoeringsvorm van het systeem volgens de uitvinding als kenmerk, dat het systeem verder is voorzien van 15 gegevensverwerkende middelen voor het, bijvoorbeeld statistisch, bewerken van gegevens over de van labels bepaalde Q-factoren en/of resonantiefrequenties. Door het bewerken van gegevens is het bijvoorbeeld mogelijk te bepalen of er een bepaald percentage van de labels is welk percentage van de labels niet aan vooraf bepaalde kwaliteitseisen voldoet.
20 Bovengenoemde en andere uitvoeringsvormen van de uitvinding zullen thans aan de hand van de figuren meer in detail worden beschreven.
Hierin toont: figuur 1 schematisch een eerste uitvoeringsvorm van het systeem volgens de uitvinding; 25 figuur 2 schematisch een tweede uitvoeringsvorm van het systeem volgens de uitvinding; figuur 3a schematisch een eerste deel van een derde uitvoeringsvorm van het systeem volgens de uitvinding; figuur 3b schematisch een eerste uitvoeringsvorm van een tweede 30 deel van het systeem volgens figuur 3a; en 1028690 5 figuur 3c schematisch een tweede uitvoeringsvorm van een tweede deel van het systeem volgens figuur 3a
Figuur 1 toont een schematisch overzicht van een eerste uitvoeringsvorm van een elektronisch detectiesysteem 1 voor het detecteren 5 van antidiefstal- en/of identificatielabels omvattende tenminste een dergelijk label 2 die aan een te beveiligen of te registreren product 4 kan worden bevestigd of door een te registreren en/of te identificeren persoon of dier 4 kan worden gedragen. Het label 2 is een op zich bekend label dat is voorzien van een resonant circuit. Het systeem 1 is verder voorzien van 10 zend- en ontvangmiddelen 6 voor het genereren van een elektromagnetisch ondervraagveld in een detectiezone 8 en voor het detecteren van het label 2 wanneer het resonant circuit van het label reageert wanneer deze zich in het ondervraagveld bevindt.
De detectiezone 8 kan zich in geval van antidiefstallabels 15 bijvoorbeeld bij een uitgang van een winkel bevinden. In geval van identificatielabels voor personen kan de zone zich bijvoorbeeld bij een kantooringang bevinden en in geval van identificatielabels voor dieren kan de zone 8 zich op vooraf bepaalde posities in bijvoorbeeld een boerderij bevinden.
20 In dit voorbeeld zijn de zend- en ontvangmiddelen 6 voorzien van zendmiddelen 10 en ontvangmiddelen 12. De zendmiddelen 10 zijn voorzien van een eerste zender 14 en een zendantenne 16 die met de eerste zender 14 is verbonden. De zender 14 omvat een filter 18 die mede de frequentie c.q. bandbreedte van het ondervraagveld bepaalt. In de buurt van 25 de detectiezone 8 bevinden zich tevens de ontvangmiddelen 12, voorzien van een eerste ontvanger 20 en een ontvangantenne 22 die met elkaar zijn verbonden. De ontvanger 20 is voorzien van een filter 24 die mede een ontvangfrequentie en een ontvangbandbreedte bepaalt. De zender 14 en de ontvanger 20 zijn elk met een besturingseenheid 26 van het systeem 1 30 verbonden.
1026690 6
Het systeem 1 is verder voorzien van meetmiddelen 27 voor het meten van een Q-factor Q en/of resonantiefrequentie fo. De meetmiddelen 27 omvatten een tweede zender 28 en een tweede ontvanger 30. Verder zijn de meetmiddelen 27 voorzien van signaalverwerkings-5 middelen 32 die zijn verbonden met de tweede zender 28 en de tweede ontvanger 30. De tweede zender 28 en de tweede ontvanger 30 zijn voorts verbonden met respectievelijk de zendantenne 16 en de ontvangantenne 22 die aldus, althans elk tenminste voor een deel, tot de meetmiddelen 27 behoren. Voorts is het systeem verder voorzien van gegevensopslagmiddelen 10 en gegevensverwerkende middelen 34 die met de signaalverwerkings-middelen 32 zijn verbonden. Deze gegevensopslagmiddelen en gegevensverwerkende middelen 34 worden in dit voorbeeld gevormd door een computer 34.
Indien het label 2 zich in de detectiezone 8 bevindt zal het resonant 15 circuit van het label reageren door te gaan resoneren. Deze reactie wordt op zich bekende wijze ontvangen met behulp van de ontvangmiddelen 12. De ontvangmiddelen 12 geven deze gedetecteerde reactie door aan de besturingseenheid 26. De besturingseenheid detecteert bijvoorbeeld een door het label 2 uitgezonden identificatiecode wanneer de label 2 een 20 identificatielabel betreft. Indien het gaat om de detectie van een antidiefstallabel 2 kan de besturingseenheid een (audio en/of visueel) alarmsignaal genereren.
De signaalverwerkingsmiddelen 32 bewerkstelligen vervolgens dat met behulp van de twee zender 28 en de zendantenne 16 een 25 elektromagnetisch signaal wordt uitgezonden voor het op zich bekende wijze bepalen van een kwaliteitsfactor Q en/of resonantiefrequentie fo van het label 2. Juist indien het gaat om een identificatielabel is het zinvol dat de meetmiddelen 27 zijn ingericht voor het meten van de Q-factor en/of de resonantiefrequentie van het label in de detectiezone. Dit is immers een 30 positie waar de labels zich met regelmaat zullen bevinden.
1 n9.fifi90____ 7
Voor het meten van de Q-factor en/of de resonantiefrequentie kan bijvoorbeeld met behulp van de tweede zender 28 een in frequentie gezwaaid elektromagnetisch signaal of een gepulst signaal worden uitgezonden. De reactie op dit signaal van het label 2 wordt met behulp van de tweede 5 ontvanger 30 en de tweede ontvangantenne 22 ontvangen en doorgegeven aan de signaalverwerkingsmiddelen 32. De signaalverwerkingsmiddelen bepalen vervolgens op op zich bekende wijze de kwaliteitsfactor Q en/of resonantiefrequentie fo van het label 2.
In dit voorbeeld zijn de meetmiddelen dus ingericht voor het meten 10 van de Q-factor en/of de resonantiefrequentie van het label in de detectiezone.
Deze meting met behulp van de meetmiddelen 27 is in dit voorbeeld mede mogelijk gemaakt door de positie van de door de tweede zender 28 en de tweede ontvanger 30 gebruikte antennes 16 en 22.
15 Voorts is het mogelijk dat de computer 34 is ingericht voor het, bijvoorbeeld statistisch, bewerken van gegevens over de van labels bepaalde Q-factoren en/of resonantiefrequenties. Door het op dergelijke wijze bewerken van gegevens is het bijvoorbeeld mogelijk te bepalen of er een bepaald percentage van de labels is dat niet aan bepaalde kwaliteitseisen 20 voldoet. Ook kunnen deze gegevens worden opgeslagen in de computer 34.
Het is voorts, geheel analoog zoals hiervoor omschreven, mogelijk om met de meetmiddelen 27 de Q-factor en/of de resonantiefrequentie van een omgeving van de detectiezone te meten. Dit is in dit voorbeeld mede mogelijk gemaakt door de positie van de door de tweede zender 28 en de 25 tweede ontvanger 30 gebruikte antennes 16 en 22.
In gebruik kunnen de meetmiddelen 27, de Q-factor en/of de resonantiefrequentie fo van de omgeving van de detectiezone 8 bepalen wanneer bijvoorbeeld geen label 2 wordt gedetecteerd door de besturingseenheid 26. De besturingseenheid geeft dit door aan de 30 signaalverwerkinsgmiddelen 32. Deze middelen 'weten' dan dat er geen __ 1026690_ 8 label aanwezig is en dat er dus met behulp van de meetmiddelen een Q-factor en/of resonantiefrequentie van een omgeving van de detectiezone wordt gedetecteerd (aangenomen dat de zone zelf leeg is). De signaalverwerkingsmiddelen 32 activeren vervolgens de tweede zender 28 5 zoals hiervoor besproken.
Het meetsignaal kan bijvoorbeeld weer een pulssignaal of een frequentiezwaai omvatten en kan zijn gesuperponeerd op het ondervraagveld. Ook kan het ondervraagveld tijdens het uitzenden van het meetsignaal worden uitgeschakeld. Met behulp van de ontvangantenne 22 10 geeft de tweede ontvanger 30 ontvangsignalen af aan de signaalverwerkingsmiddelen 32. De signaalverwerkingsmiddelen 32 bepalen aan de hand van de van de ontvanger 30 afkomstige ontvangsignalen op op zich op bekende wijze de Q-factor en/of de resonantiefrequentie fo van de omgeving. De gemeten Q-factor en/of 15 resonantiefrequentie fo kunnen/kan worden doorgegeven aan de computer 34. Uiteraard zijn er situaties denkbaar waarin een omgeving van de detectiezone toevallig vergelijkbaar reageert als een detectielabel. In dat geval kan geen onderscheid worden gemaakt tussen omgeving en label doch zal wel, althans schijnbaar, voortdurend een label worden gedetecteerd. Dit 20 zal opvallen bij een gebruiker die dan passende maatregelen kan nemen.
Voorts staat in dit voorbeeld de computer 34 in verbinding met de besturingseenheid 26. De filters 18 en 24 van respectievelijk de zendmiddelen 2 en de ontvangmiddelen 8 staan ook in verbinding met de besturingseenheid 26 voor het bijregelen van de frequentiekarakteristiek 25 van de filters 7 en 13.
Indien de gemeten Q-factor en/of resonantiefrequentie fo van de omgeving storend kunnen/kan werken voor de beveiliging van het goed, kunnen dientengevolge de zendmiddelen 10 en/of de ontvangmiddelen 12, bijvoorbeeld door het aanpassen van een karakteristiek van het filter 18 of 30 het filter 24 van de zendmiddelen 2 en/of de ontvangmiddelen 8, worden 1026690 9 bij geregeld door de besturingseenheid 26 op basis van de van de signaalverwerkingsmiddelen 32 ontvangen informatie over de Q-factor en/of de resonantiefrequentie fo van de omgeving van de detectiezone 8. Behalve de filters kunnen ook andere instellingen van de zend- en ontvangmiddelen 5 worden bijgeregeld zoals het vermogen van de zendmiddelen, de gevoeligheid van de ontvangmiddelen etc.
Het is mogelijk de eerste en tweede zender 14, 28 te integreren in één zender 36 die zowel de functie van de eerste zender 14 als de functie van de tweede zender 28 uitvoert. Tevens is het mogelijk de eerste en tweede 10 ontvanger 20, 30 te integreren in één ontvanger 38 die zowel de functie van de eerste ontvanger 20 als de functie van de tweede ontvanger 30 uitvoert. Bij gebruik van de geïntegreerde zender 36 kan, in deze uitvoeringsvorm van het systeem volgens de uitvinding, voor bepaling van de Q-factor en/of de resonantiefrequentie fo van het label 1 of van de omgeving gebruik 15 worden gemaakt van het door de geïntegreerde zender 36 opgewekte elektromagnetisch ondervraagveld. Dit veld kan dan bijvoorbeeld voor het bepalen van de Q-factor en/of resonantiefrequentie gepulst of in frequent-gezwaai zijn uitgevoerd. Het ondervraagveld en het meetsignaal zijn dan ook geïntegreerd. Met andere woorden, de meetmiddelen maken gebruik 20 van het ondervraagveld. Verder kunnen bijvoorbeeld de besturingseenheid 26, de signaalverwerkingsmiddelen 32 en de computer 34 worden geïntegreerd, in figuur 1 aangegeven met het gestippelde kader 40. De geïntegreerde computer 40 kan dan bijvoorbeeld de Q-factor en/of de resonantiefrequentie fo bepalen en opslaan. Ook kan de geïntegreerde 25 computer 40 een groot aantal meetsignalen van de omgeving of van een label verzamelen voor het op basis van deze meetsignalen bepalen van de Q-factor en/of de resonantiefrequentie fo van de omgeving of van een label. Figuur 2 toont een schematisch een tweede uitvoeringsvorm van een systeem 1 volgens de uitvinding. Hierbij zijn in figuur 1 en figuur 2 met 30 elkaar overeenkomende onderdelen van zelfde referentiesymbolen voorzien.
1026690 10
Bij het systeem 1 volgens figuur 2 zijn de meetmiddelen 27 voorzien van een separate zendantenne 40 en een separate ontvangantenne 42 die voor het bepalen van de Q-factor en/of de resonantie frequentie fo de functie van de antennes 16 en 22 overnemen en hiertoe respectievelijk met de tweede 5 zender 28 en de tweede ontvanger 30 zijn verbonden. In dit voorbeeld zijn de antennes 40, 42 vrij opstelbaar van de zend- en ontvangantenne 6, 12. Wel zijn de antennes 40,42 dusdanig opgesteld dat de meetmiddelen zijn ingericht voor het meten van de Q-factor en/of de resonantiefrequentie van een omgeving van de detectiezone en voor het meten van de Q-factor en/of 10 de resonantiefrequentie van het label in de detectiezone.
De werking van deze uitvoeringsvorm komt verder overeen met de werking van het systeem volgens figuur 1. Voordeel van het systeem volgens figuur 2 is dat de meetmiddelen 27 eenvoudig als een add-on kit kan worden toegevoegd aan een bestaand systeem voor het detecteren van antidiefstal-15 en/of identificatielabels.
Figuur 3a en 3b tonen een derde uitvoeringsvorm van een detectiesysteem 1 volgens de uitvinding. Hierbij toont figuur 3a een eerste deel 1.1 van het systeem voor het detecteren van antidiefstallabels en figuur 3b een tweede deel 1.2 van het systeem voor het deactiveren van 20 antidiefstallabels. In de figuren 1, 3a en 3b zijn met elkaar overeenkomende onderdelen van zelfde referentiesymbolen voorzien. Figuur 3a toont aldus de zendmiddelen 10, voorzien van de eerste zender 14 en de zendantenne 16 die met de eerste zender 14 is verbonden. Voorts toont figuur 3a de ontvangmiddelen 12, voorzien van de eerste ontvanger 20 en de 25 ontvangantenne 22 die met elkaar zijn verbonden. Voorts omvat de eerste zender 14 het filter 18 en de tweede ontvanger 20 het filter 24. Bij toepassing in een winkel kunnen de in figuur 3a getoonde onderdelen staan opgesteld bij bijvoorbeeld de uitgang van een winkel of nabij een doorgang van één afdeling naar een andere afdeling van de winkel.
1026690 11
Figuur 3b toont schematisch het tweede deel 1.2 van het systeem dat een op zich bekende deactivatie-eenheid 50 omvat. Bij toepassing van het detectiesysteem in een winkel bevindt een dergelijke deactivatie-eenheid 50 zich doorgaans nabij een kassa. De deactivatie-eenheid 50 is ingericht 5 voor het genereren van een deactivatieveld in een deactivatie zone 52 voor het deactiveren van het label 2. Na deactiveren zal het label niet langer kunnen worden gedetecteerd met behulp van het eerste deel 1.1 van het systeem in de detectiezone 8 als zijnde een actief label. De deactivatie-eenheid 50 is voorzien van een zend- en ontvangantenne 54, een 10 deactivatiezender 56 en een deactivatie-ontvanger 58 waarbij de deactivatiezender 56 en de deactivatie-ontvanger 58 elk met de zend-en ontvangantenne zijn verbonden. De deactivatiezender 56 en de deactivatie-ontvanger 58 zijn voorts elk verbonden met een besturingsinrichting 60. Het systeem 1 is verder voorzien van de meetmiddelen 27 die in dit voorbeeld 15 zijn voorzien van de tweede zender 28, de tweede ontvanger 30 alsmede een gemeenschappelijke zend- en ontvangantenne 40,42 die met de tweede zender 28 en de tweede ontvanger 30 is verbonden. De tweede zender 28 en de tweede ontvanger 30 zijn elk verbonden met de signaalverwerkingsmiddelen 32 die weer met de besturingsinrichting 60 is 20 verbonden.
De werking van het systeem 1.2 is als volgt. Bijvoorbeeld een medewerker van een winkel die de aan het product 4 bevestigde label 2 wil deactiveren positioneert het product met de label in de deactivatiezone 52. Met behulp van de deactivatiezender 56 en de antenne 54 wordt een eerste 25 elektromagnetisch deactivatieveld uitgezonden met een relatief laag vermogen voor het laten reageren van het label wanneer deze zich in het eerste deactivatieveld bevindt. Het eerste deactivatieveld kan bijvoorbeeld overeenkomen met het hiervoor besproken ondervraagveld. Met behulp van de deactivatie-ontvanger 58 en de antenne 54 wordt een reactie van het 30 label op op zich bekende wijze ontvangen. Een ontvangsignaal van de 1026690 12 deactivatie-ontvanger 58 wordt aan de besturingseenheid 60 toegevoerd. Indien de besturingseenheid 60 detecteert dat een label aanwezig is in de deactivatiezone 52 stuurt deze een confirmatiesignaal naar de signaalverwerkingsmiddelen 32. De signaalverwerkingsmiddelen 32 5 activeren in reactie op het confirmatiesignaal de tweede zender 28 voor het mede met behulp van de antenne 40,42 uitzenden van het eerder genoemde meetsignaal. De tweede ontvanger 30 ontvangt met behulp van de antenne 40, 42 een reactie van het label op het meetsignaal. Het ontvangsignaal van de tweede ontvanger wordt aan de signaalverwerkingmiddelen toegevoerd 10 voor het op grond van dit ontvangsignaal bepalen van de Q-factor en/of de resonantiefrequentie van het label zoals hiervoor besproken. Nadat de Q-factor en/of de resonantiefrequentie van het label aldus is bepaald activeert de besturingsinrichting 60 de deactivatiezender 56 voor het uitzenden van een tweede elektromagnetisch de activatie veld met een in dit voorbeeld 15 relatief hoog vermogen zodat het label wordt gedeactiveerd. In dit voorbeeld geldt dus dat de meetmiddelen de Q-factor en/of de resonantiefrequentie van het label bepaalt wanneer de de activatie-eenheid het label heeft gedetecteerd en alvorens de de activatie-eenheid het label heeft gedeactiveerd.
20 Het deactiveren kan geschieden doordat het resonantiecircuit wordt beschadigd door het hoge vermogen van het tweede deactivatieveld. Een deel van een spoel van het resonant circuit kan bijvoorbeeld smelten. Het is echter ook mogelijk dat het deactivatieveld een code omvat voor het deactiveren van de label. Hiervoor kan het label bijvoorbeeld zijn voorzien 25 van een met het resonant circuit gekoppelde chip die de code herkent en het label deactiveert.
Na het deactiveren van het label op bovengenoemde wijze kan de klant met het product 4 via de in figuur 3a getoonde detectiezone 8 de winkel verlaten zonder dat het antidiefstalsysteem van figuur 3a reageert 30 op het label 2 dat aan het product 4 is bevestigd.
1026690 13
Het is mogelijk dat de besturingseenheid na verloop van een eerste vaste tijd nadat de aanwezigheid van het label in de zone 52 is gedetecteerd, de meetmiddelen 27 activeren voor het bepalen van de Q-factor en/of resonantiefrequentie van het label 2 en dat de besturingseenheid na verloop 5 van een tweede vaste tijd na afloop van de eerste vaste tijd de deactivatiezender 56 genereert voor het deactiveren van het label.
Opgemerkt wordt dat de meetmiddelen 27 ook continue de Q-factor en/of resonantiefrequentie kunnen bepalen. Het meetsignaal wordt continue uitgezonden. Zodra een label reageert op het meetsignaal wordt dus de Q-10 factor en/of resonantiefrequentie van het label bepaald. Nadat de signaalverwerkingsmiddelen de Q-factor en/of de resonantiefrequentie hebben bepaald, kunnen de signaalverwerkingsmiddelen 32 dit doorgeven aan de besturingsmiddelen 60. De besturingsmiddelen 60 kunnen dan de deactivatiezender 56 activeren voor het deactiveren van het label. De 15 deactivatie-ontvanger 58 kan dan achterwege worden gelaten omdat de tweede ontvanger ook wordt gebruikt voor het detecteren van de aanwezigheid van het label in de deactivatiezone.
Voorts wordt opgemerkt dat de meetmiddelen ook hier weer kunnen zijn uitgevoerd als een add-on kit die wordt toegevoegd aan de op 20 zich bekende deactivatie-eenheid 50. De antenne 40,42 behoeft dan slechts dusdanig te worden gepositioneerd dat van een label dat zich in de deactivatiezone de Q-factor en/of resonantiefrequentie kan worden bepaald met de meetmiddelen 27.
Het is ook mogelijk dat de deactivatie-eenheid en de meetmiddelen 25 geheel of gedeeltelijk met elkaar worden geïntegreerd. Zo kunnen de deactivatiezender 56 en de tweede zender 28 in een zender 62 worden geïntegreerd. Ook kunnen de deactivatie-ontvanger 58 en de tweede ontvanger 30 worden geïntegreerd in een ontvanger 64.
Een en ander is getoond in figuur 3b. In figuur 3c is dit ook getoond 30 waarbij bovendien de antennes 54, 40, 42 zijn geïntegreerd in een antenne.
i | 1026690 14
De werking van de inrichting volgens figuur 3c is geheel analoog zoals besproken aan de hand van figuur 3b. Kort samengevat brengt dit met zich dat de besturingsmiddelen 26 de zender 62 activeert voor het uitzenden van het eerste deactivatieveld. De label 2 dat zich in de deactivatiezone bevindt 5 reageert op dit eerste deactivatieveld. De ontvanger 64 ontvangt de reactie van het label en geeft dit door aan de besturingsinrichting 26. De besturingsinrichting 26 geeft dit door aan de signaalverwerkingsmiddelen 32 die vervolgens de zender 62 activeert voor het uitzenden van het meetsignaal. Het label reageert op het meetsignaal. Deze reactie wordt 10 ontvangen door de ontvanger 64. De signaalverwerkingsmiddelen 32 bepalen aan de hand van de ontvangen reactie van het label 2 op het meetsignaal de Q-factor en/of de resonantiefrequentie fo van het label. Hierna bewerkstelligt de besturingseenheid dat met de zender 62 het tweede deactivatiesignaal wordt uitgezonden voor het deactiveren van het 15 label.
In elk van de hiervoor geschetste uitvoeringsvormen kan het eerste deactivatieveld, bijvoorbeeld wanneer het in frequentie wordt gezwaaid of wanneer het gepulst is uitgevoerd tevens fungeren als meetsignaal. Anders gezegd, het meetsignaal kan ook dienen als eerste deactivatiesignaal. Het 20 label reageert dan op het eerste deactivatieveld/meetsignaal. Op basis van de ontvangst van de reactie van het label op het eerste deactivatieveld/ meetsignaal kan dan de Q-factor en/of de resonantiefrequentie van het label worden bepaald. Tevens kan daarna het tweede deactivatieveld worden uitgezonden voor het deactiveren van het label 2. De besturingseenheid 26 25 bewerkstelligt dan dat nadat een reactie van het label 2 op het eerste deactivatieveld/meetsignaal is ontvangen (op grond van welke reactie de Q-factor en/of resonantiefrequentie van het label 2 kan worden bepaald) dat dan het tweede deactivatieveld wordt uitgezonden voor het deactiveren van het label 2.
1026690 15
In figuur 3b en in figuur 3c kan de computer 34 nog zijn verbonden met de signaalverwerkingsmiddelen 32. De signaalverwerkingsmiddelen 32 kunnen de Q-factor en/of de resonantiefrequentie fo doorgeven aan de computer 34. Na een groot aantal van dergelijke metingen, kan door de 5 computer 34 een statistische verdeling van de gemeten Q-factor en/of de resonantiefrequentie fo in beeld worden gebracht. Ook kunnen voorts de signaalverwerkingsmiddelen 32, de besturingsmiddelen 60 en/of de computer 34 worden geïntegreerd in een eenheid.
Het systeem 1 kan het deelsysteem 1.1 ook niet omvatten en 10 zodoende alleen zijn voorzien van het systeem 1.2 volgens figuur 3a of 3b.
Het labeldetectiesysteem van figuur 1,2 en 3a kan zijn uitgevoerd als het op zich bekende absorptiesysteem maar ook als het op zich bekende transmissiesysteem.
Dergelijke varianten vallen elk binnen het kader van de uitvinding zoals 15 gedefinieerd door de conclusies.
20 1026690

Claims (21)

1. Elektronisch systeem voor het detecteren van antidiefstal- en/of identificatielabels en/of voor het deactiveren van dergelijke labels, omvattende tenminste een dergelijk label die aan een te beveiligen of te registreren product kan worden bevestigd of door een te registreren en/of 5 identificeren persoon of dier kan worden gedragen waarbij het label is voorzien van een resonant circuit, waarbij het systeem verder is voorzien van zend- en ontvangmiddelen voor het genereren van een elektromagnetisch ondervraagveld in een detectiezone en voor het detecteren van het label wanneer het resonant circuit van het label 10 reageert wanneer deze zich in het ondervraagveld bevindt en/of een deactivatie-eenheid voor het genereren van een elektromagnetisch deactivatieveld in een deactivatiezone voor het deactiveren van het label, met het kenmerk, dat het systeem verder is voorzien van meetmiddelen voor het meten van een Q-factor en/of een resonantiefrequentie.
2. Elektronisch detectiesysteem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de meetmiddelen zijn ingericht voor het meten van de Q-factor en/of de resonantiefrequentie van het label in de deactivatiezone.
3. Elektronisch detectiesysteem volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de meetmiddelen de Q-factor en/of de resonantiefrequentie 20 van het label in de deactivatiezone bepalen alvorens de deactivatie-eenheid het label deactiveert.
4. Elektronisch detectiesysteem volgens een der voorgaande conclusies 2 of 3, met het kenmerk, dat de meetmiddelen gebruik maken van het elektromagnetisch deactivatieveld van de deactivatie-eenheid.
5. Elektronisch detectiesysteem volgens een der voorgaande conclusies 2-4, met het kenmerk, dat de meetmiddelen tenminste voor een deel gebruik maken van de deactivatie-eenheid. 1026690
6. Elektronisch detectiesysteem volgens een der voorgaande conclusies 2-5, met het kenmerk, dat de meetmiddelen tenminste voor een deel gebruik maken van antennes van de deactivatie-eenheid.
7. Elektronisch detectiesysteem volgens een der voorgaande 5 conclusies 2-6, met het kenmerk, dat het vermogen van het elektromagnetisch deactivatieveld voor het deactiveren van tenminste een van de labels althans tijdelijk dusdanig hoog kan zijn dat, indien het labelbinnen de deactivatiezone wordt gebracht terwijl de deactivatie-eenheid het elektromagnetisch deactivatieveld uitzendt, het label wordt 10 beschadigd en daarmee gedeactiveerd.
8. Elektronisch detectiesysteem volgens een der voorgaande conclusies 2-7, met het kenmerk, dat de deactivatie-eenheid is ingericht voor het uitzenden van een eerste elektromagnetisch deactivatieveld met een relatief laag vermogen voor het laten reageren van het label wanneer deze 15 zich in het eerste deactivatieveld bevindt, voor het detecteren van het label wanneer deze reageert in het eerste elektromagnetisch deactivatieveld en voor het uitzenden van een tweede elektromagnetisch deactivatieveld met een relatief hoog vermogen wanneer het label is gedetecteerd met het eerste elektromagnetisch deactivatieveld zodat het label wordt gedeactiveerd.
9. Elektronisch detectiesysteem volgens conclusie 2-8, met het kenmerk, dat de meetmiddelen de Q-factor en/of de resonantiefrequentie van het label bepaalt wanneer de deactivatie-eenheid het label heeft gedetecteerd en alvorens de deactivatie-eenheid het label heeft gedeactiveerd.
10. Elektronisch detectiesysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het elektromagnetisch deactivatieveld een commando omvat voor het deactiveren van het label.
11. Elektronisch detectiesysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de meetmiddelen zijn ingericht voor het 1026690 meten van de Q-factor en/of de resonantiefrequentie van een omgeving van de detectiezone.
12. Elektronisch detectiesysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de meetmiddelen zijn ingericht voor het 5 meten van de Q-factor en/of de resonantiefrequentie van het label in de detectiezone.
13. Elektronisch detectiesysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de meetmiddelen tenminste voor een deel gebruik maken van het elektromagnetisch ondervraagveld.
14. Elektronisch detectiesysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de meetmiddelen tenminste voor een deel gebruik maken van de zend- en ontvangmiddelen.
15. Elektronisch detectiesysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de meetmiddelen tenminste voor een deel 15 gebruik maken van antennes van de zend- en ontvangmiddelen.
16. Elektronisch detectiesysteem volgens een der voorgaande conclusies 2 of 12, met het kenmerk, dat het systeem verder is voorzien van gegevensopslagmiddelen voor het opslaan van gegevens over de van labels bepaalde Q-factoren en/of resonantiefrequenties.
17. Elektronisch detectiesysteem volgens een der voorgaande conclusies 2 of 12, met het kenmerk, dat het systeem verder is voorzien van gegevensverwerkende middelen voor het, bijvoorbeeld statistisch, bewerken van gegevens over de van labels bepaalde Q-factoren en/of resonantiefrequenties.
18. Elektronisch detectiesysteem volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat het systeem is ingericht voor het bijregelen van de zend- en ontvangmiddelen op basis van een gemeten Q-factor en/of resonantiefrequentie van de omgeving van de detectiezone.
19. Elektronisch detectiesysteem volgens conclusie 18, met het 30 kenmerk, dat het systeem is ingericht om op basis van een gemeten Q-factor 1026690 en/of resonantiefrequentie van de omgeving van de detectiezone een karakteristiek van een filter van de ontvangmiddelen bij te regelen.
20. Elektronisch detectiesysteem volgens een der voorgaande conclusies 18 of 19, met het kenmerk, dat het systeem is ingericht om op 5 basis van een gemeten Q-factor en/of resonantiefrequentie van de omgeving van de detectiezone een karakteristiek van een filter van de zendmiddelen bij te regelen.
21. Elektronisch detectiesysteem volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat tenminste een aantal van de labels is 10 voorzien van een identificatiecode die door deze labels wordt uitgezonden wanneer deze labels zich in het ondervraagveld bevinden. 15 1026690
NL1026690A 2004-07-20 2004-07-20 Elektronisch detectiesysteem voor het detecteren van antidiefstal- en/of identificatielabels. NL1026690C2 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1026690A NL1026690C2 (nl) 2004-07-20 2004-07-20 Elektronisch detectiesysteem voor het detecteren van antidiefstal- en/of identificatielabels.
EP05076653A EP1619639A3 (en) 2004-07-20 2005-07-19 Electronic detection system for detecting antitheft and/or identification labels

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1026690 2004-07-20
NL1026690A NL1026690C2 (nl) 2004-07-20 2004-07-20 Elektronisch detectiesysteem voor het detecteren van antidiefstal- en/of identificatielabels.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1026690C2 true NL1026690C2 (nl) 2006-01-23

Family

ID=34974379

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1026690A NL1026690C2 (nl) 2004-07-20 2004-07-20 Elektronisch detectiesysteem voor het detecteren van antidiefstal- en/of identificatielabels.

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP1619639A3 (nl)
NL (1) NL1026690C2 (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US7782207B2 (en) 2007-06-12 2010-08-24 Checkpoint Systems, Inc. Comprehensive theft security system

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US6064296A (en) * 1996-10-18 2000-05-16 Esselte Meto International Gmbh Apparatus for the surveillance of an electronic security element in an interrogation zone
US6232878B1 (en) * 1999-05-20 2001-05-15 Checkpoint Systems, Inc. Resonant circuit detection, measurement and deactivation system employing a numerically controlled oscillator
WO2002099765A1 (en) * 2001-06-01 2002-12-12 Joergensen Poul Richter Resonance circuit

Family Cites Families (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4168496A (en) * 1977-10-05 1979-09-18 Lichtblau G J Quasi-stationary noise cancellation system

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US6064296A (en) * 1996-10-18 2000-05-16 Esselte Meto International Gmbh Apparatus for the surveillance of an electronic security element in an interrogation zone
US6232878B1 (en) * 1999-05-20 2001-05-15 Checkpoint Systems, Inc. Resonant circuit detection, measurement and deactivation system employing a numerically controlled oscillator
WO2002099765A1 (en) * 2001-06-01 2002-12-12 Joergensen Poul Richter Resonance circuit

Also Published As

Publication number Publication date
EP1619639A3 (en) 2006-12-27
EP1619639A2 (en) 2006-01-25

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US6028518A (en) System for verifying attachment of an EAS marker to an article after tagging
EP1849144B1 (en) Alarm investigation using rfid
US8587432B2 (en) Electronic article surveillance systems, apparatus, and methods
CA2480628C (en) System and method for optimizing range of an electronic article surveillance system
US4728938A (en) Security tag deactivation system
EP2165317B1 (en) Comprehensive theft security system
US20080061976A1 (en) Radio frequency ID Doppler motion detector
WO2007081348A2 (en) Multiple frequency detection system
MX2007005961A (es) Lector eas que detecta funcion eas procedente de un dispositivo rfid.
US11704986B2 (en) System and method for foil detection using millimeter wave for retail applications
US11676462B2 (en) Validating radio frequency identification (RFID) alarm event tags
NL1026690C2 (nl) Elektronisch detectiesysteem voor het detecteren van antidiefstal- en/of identificatielabels.
US11735019B2 (en) System and method for increased exit interrogation of RFID tags
JP2002529831A (ja) 小売店舗からの商品の窃盗を阻止するためのセキュリティシステム
EP4231264B1 (en) Modification of trigger thresholds of rfid devices in an electronic article surveillance system
EP3355236B1 (en) A method of reading a barcode and deactivating an electronic article surveillance tag
BE1015693A5 (nl) Detectie-en lokalisatiesysteem van objecten, bijvoorbeeld voor het beveiligen van winkels.

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
MK Patent expired because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20240719