NL1024640C2

NL1024640C2 - Assembly comprises suspension structure and pleated curtain, each pleat of which is divided into two reciprocally pivotable panels

Info

Publication number: NL1024640C2
Application number: NL1024640A
Authority: NL
Inventors: Frederik Johan Wil Loewensteyn
Original assignee: Toko Architects & Products
Priority date: 2003-10-28
Filing date: 2003-10-28
Publication date: 2005-05-02

Abstract

The assembly comprises a suspension structure and a pleated curtain (1), each pleat (2) of which is divided into two reciprocally pivotable panels (3). Connected with the suspension structure are hooks (5) connected with the curtain coupling components for suspension purposes. The panels in a top section are each provided with an eyelet (4) for receiving the hook-shaped component for suspension of the curtain. Between one eyelet and the next there are three curtain panels. This means that there are only five hook arrangements necessary for suspending a curtain.

Description

> I> I

Samenstel van een ophangstructuur en een geplisseerd gordijn, geplisseerd gordijn en ophangstructuurAssembly of a suspension structure and a pleated curtain, pleated curtain and suspension structure

De uitvinding heeft betrekking op een samenstel, omvattende: een ophangstructuur, ten 5 minste één geplisseerd gordijn, waarbij elke plooi van het gordijn is opgedeeld in twee onderling zwenkbare panelen, en meerdere, met de ophangstructuur geleidend verbonden sledes, welke sledes tevens zijn verbonden met in het gordijn aangebrachte koppelorganen voor ophanging van het gordijn aan de ophangstructuur. De uitvinding heeft tevens betrekking op een geplisseerd gordijn ten gebruike in een dergelijk 10 samenstel. De uitvinding heeft voorts betrekking op een ophangstructuur ten gebruike in een dergelijk samenstel.The invention relates to an assembly comprising: a suspension structure, at least one pleated curtain, wherein each pleat of the curtain is divided into two mutually pivotable panels, and a plurality of slides connected to the suspension structure, which slides are also connected to Couplers arranged in the curtain for suspending the curtain from the suspension structure. The invention also relates to a pleated curtain for use in such an assembly. The invention further relates to a suspension structure for use in such an assembly.

Geplisseerde gordijnen zijn reeds sedert enkele decennia bekend. Geplisseerde gordijnen zijn gordijnen die tijdens het (machinaal) plisseren zijn voorzien van 15 meerdere, doorgaans regelmatig aangebrachte, plooien of vouwen. De plooien worden daarbij opgedeeld in twee, zich in de lengterichting van de plooien uitstrekkende, panelen, waardoor een geplisseerd gordijn met een harmonicastructuur wordt verkregen. Een voorbeeld van een dergelijk geplisseerd gordijn is beschreven in het Amerikaanse octrooischrift US 3,369,589. Elke plooi van het in dit octrooischrift beschreven 20 geplisseerde gordijn is in een topsectie voorzien van een zoom waarin een juk voorzien van een knoop is aangebracht voor ophanging van het gordijn aan een geleiding. De knopen zijn daarbij onderling verbonden door een flexibele band voor beperking van de maximale uitrekking van het gordijn. Bovendien is een bodemsecde van elke plooi voorzien van een zoom waarin een relatief starre massa in aangebracht voor het strak 25 laten hangen van de betreffende plooi. Het bekende plisségordijn heeft meerdere nadelen. Een belangrijk nadeel van het bekende gordijn is dat een door het gordijn in een ingevouwen toestand gevormde kolom relatief breed is. Derhalve is het veelal niet mogelijk om een conventioneel plisségordijn toe te passen bij draairamen en/of kantelramen die zijn voorzien van relatief smalle kozijnen. Het conventionele 30 plisségordijn zal alsdan doorgaans een belemmering vormen voor het (kunnen) openen van het betreffende raam. Dergelijke draai- en/of kiepramen worden nochtans doorgaans veelvuldig toegepast in bedrijfspanden en woningen.Pleated curtains have been known for several decades. Pleated curtains are curtains that are provided with multiple, usually regularly applied, pleats or folds during (mechanical) pleating. The pleats are then divided into two panels extending in the longitudinal direction of the pleats, whereby a pleated curtain with a harmonica structure is obtained. An example of such a pleated curtain is described in U.S. Pat. No. 3,369,589. Each pleat of the pleated curtain described in this patent specification is provided in a top section with a hem in which a yoke provided with a knot is arranged for suspending the curtain on a guide. The nodes are interconnected by a flexible band for limiting the maximum elongation of the curtain. Moreover, a bottom second of each pleat is provided with a hem in which a relatively rigid mass is arranged for allowing the relevant pleat to hang tightly. The well-known pleated blind has several disadvantages. A major drawback of the known curtain is that a column formed by the curtain in a folded state is relatively wide. Therefore, it is often not possible to use a conventional pleated curtain with turn windows and / or tilt windows that are provided with relatively narrow frames. The conventional pleated blind will then generally form an obstacle to opening the relevant window. Such revolving and / or tilting windows are, however, generally used frequently in business premises and homes.

10246401024640

* I* I

22

De uitvinding heeft tot doel het verschaffen van een verbeterd samenstel, waarbij een door het gordijn in een ingevouwen toestand ingenomen ruimte wordt gereduceerd.The invention has for its object to provide an improved assembly in which a space occupied by the curtain in a folded condition is reduced.

De uitvinding verschaft daartoe een geplisseerd gordijn van het in aanhef genoemde 5 type, met hét kenmerk, dat het samenstel zodanig is ingericht dat minder sledes in lijn zijn gelegen dan het aantal sledes dat in lijn is gelegen bij toepassing van een gelijksoortig geplisseerd gordijn waarvan elk paneel, of althans elke plooi, van het gordijn is gekoppeld aan een slede. Door het aantal in lijn gelegen sledes te minimaliseren, of althans te reduceren, kan de door het gordijn in een ingevouwen 10 toestand ingenomen ruimte tevens worden geminimaliseerd, of althans worden gereduceerd. De door het gordijn in ingevouwen toestand ingenomen ruimte wordt immers met name bepaald door het aantal met de koppelorganen koppelbare sledes voor ophanging van het gordijn aan een ophangstructuur. Door het aantal sledes, althans het aantal in lijn gelegen sledes, te reduceren kan de kolombreedte van het gordijn in een 15 ingevouwen toestand eveneens worden gereduceerd, waardoor het geplisseerde gordijn op een bredere, en aldus meer flexibele wijze, kan worden toegepast. Alzo is het bijvoorbeeld mogelijk om het samenstel en het plisségordijn overeenkomstig de uitvinding toe te passen bij bestaande draairamen en kiepramen, zonder dat de gordijn een belemmering vórmt voor het openen van het betreffende raam. Derhalve kan het 20 esthetisch aantrekkelijke en modem ogende plisségordijn overeenkomstig de uitvinding - in tegenstelling tot het conventionele plisségordijn - in legio situaties worden toegepast. Reductie van het aantal in lijn gelegen sledes kan op meerdere wijzen worden bereikt. Bij voorkeur wordt een plisségordijn toegepast, waarbij een deel van het aantal panelen elk is voorzien van een koppelorgaan voor ophanging van het gordijn, waarbij 25 tussen een koppelorgaan en een opvolgend koppelorgaan ten minste twee panelen zijn gelegen. Door ten minste twee panelen over te slaan alvorens een paneel wordt voorzien van een opvolgend koppelorgaan, wordt de facto telkens ten minste één volledige plooi overgeslagen. De overgeslagen panelen hebben aldus met name een afschermende werking en zijn niet direct ingericht voor koppeling aan een ophangstructuur. De twee 30 (of meerdere) overgeslagen panelen kunnen afkomstig zijn uit één plooi, doch het is tevens denkbaar dat de overgeslagen panelen deel uitmaken van meerdere naastgelegen plooien. Opgemerkt zij dat de plooien en de panelen zich, na ophanging van het gordijn, bij voorkeur in verticale richting uitstrekken, waarbij de lengte van de plooien onderling kan variëren. Het is echter eveneens denkbaar om 4e plooien, en aldus de panelen, zich 1024640‘ 3 in horizontale richting te laten uitstrekken, waarbij de ophangstructuur zich verticaal uitstrekt. Doorgaans zal in een dergelijke configuratie een dubbele ophangstructuur worden toegepast, waarbij het plisségordijn aan weerszijden wordt omgeven door een ophangstructuur. Het moge duidelijk zijn dat het plisségordijn alsdan tweezijdig is 5 gekoppeld met meerdere sledes. Het door het plisségordijn overeenkomstig de uitvinding ingenomen volume kan verder worden gereduceerd door tussen twee opvolgende koppelorganen meer dan twee panelen te laten liggen. Bij nadere voorkeur worden drie, vier, vijf of zes panelen overgeslagen alvorens een paneel wordt ingericht voor koppeling aan een ophangstructuur, en dus wordt voorzien van een koppelorgaan.To this end the invention provides a pleated curtain of the type mentioned in the preamble, characterized in that the assembly is arranged such that fewer slides are in line than the number of slides that are in line when applying a similarly pleated curtain, each of which panel, or at least any pleat, of the curtain is coupled to a carriage. By minimizing or at least reducing the number of slides located in line, the space occupied by the curtain in a collapsed state can also be minimized, or at least reduced. After all, the space occupied by the curtain in the folded state is determined in particular by the number of slides which can be coupled to the coupling members for suspending the curtain from a suspension structure. By reducing the number of slides, or at least the number of slides located in line, the column width of the curtain in a folded-in state can also be reduced, whereby the pleated curtain can be used in a broader, and thus more flexible, manner. It is thus possible, for example, to use the assembly and the pleated curtain according to the invention with existing hinged windows and tilt windows, without the curtain being an obstacle to opening the window in question. Therefore, the aesthetically pleasing and modem-looking pleated blind according to the invention can - in contrast to the conventional pleated blind - be used in countless situations. Reduction in the number of slides located in line can be achieved in several ways. Preferably a pleated curtain is used, wherein a part of the number of panels is each provided with a coupling member for suspending the curtain, wherein at least two panels are situated between a coupling member and a subsequent coupling member. By skipping at least two panels before a panel is provided with a subsequent coupling member, at least one complete fold is de facto skipped. The skipped panels thus in particular have a shielding effect and are not directly adapted for coupling to a suspension structure. The two (or more) skipped panels can originate from one fold, but it is also conceivable that the skipped panels form part of a plurality of adjacent folds. It is to be noted that, after the curtain has been suspended, the pleats and the panels preferably extend in the vertical direction, wherein the length of the pleats can vary between themselves. However, it is also conceivable to allow 4th folds, and thus the panels, to extend in the horizontal direction 1024640 "3, the suspension structure extending vertically. In such a configuration, a double suspension structure will generally be used, wherein the pleated curtain is surrounded on either side by a suspension structure. It will be clear that the pleated curtain is then two-sided coupled with several slides. The volume occupied by the pleated curtain according to the invention can be further reduced by leaving more than two panels between two successive coupling members. More preferably, three, four, five or six panels are skipped before a panel is arranged for coupling to a suspension structure, and thus is provided with a coupling member.

1010

In een andere voorkeursuitvoering is het aantal toegepaste sledes kleiner dan het aantal in het gordijn aangebrachte koppelorganen. Conventionele plisségordijnen zijn namelijk voorzien van koppelorganen, waarbij elk koppelorgaan is aangebracht in een separaat paneel, of althans een separate plooi. Door het aantal sledes te verminderen en aldus de 15 facto telkens ten minste twee panelen over te slaan alvorens een opvolgende slede wordt bevestigd aan het gordijn, kan eveneens éen beoogde reductie van de kolombreedte van het plisségordijn in een ingeschoven toestand worden bereikt.In another preferred embodiment the number of slides used is smaller than the number of coupling members arranged in the curtain. Conventional pleated blinds are in fact provided with coupling members, wherein each coupling member is arranged in a separate panel, or at least a separate pleat. By reducing the number of slides and thus skipping at least two panels in each case before a subsequent slide is attached to the curtain, an intended reduction of the column width of the pleated curtain can also be achieved in a retracted state.

In weer een andere voorkeursuitvoering is de.ophangstructuur voorzien van meerdere 20 ten minste in hoofdzaak evenwijdig aan elkaar georiënteerde geleidingen, waarbij elke geleiding is ingericht voor geleidende koppeling van een deel van de koppelorganen.De dikte van de sledes bepaalt - zoals reeds opgemerkt - namelijk de door het gordijn in een ingevouwen toestand ingenomen ruimte, en aldus de kolombreedte van het gordijn in deze toestand. De onderhavige voorkeursuitvoering is alsdan bijzonder voordelig 25 daar de opvolgende sledes alsdan niet allemaal in (een enkele) rij zijn gelegen, waardoor een relatief dikke gordijnkolom zou ontstaan, maar deels naast elkaar in een ingevouwen toestand van het gordijn. Op deze wijze kan de kolombreedte van het gordijn aldus tevens worden gereduceerd, hetgeen de toepasbaarheid van het gordijn doorgaans aanzienlijk verbetert. In een bijzondere voorkeursuitvoering zijn de elkaar 30 opvolgende koppelorganen verspringend gekoppeld aan de naast elkaar gelegen geleidingen. Op deze wijze kan aldus tevens een reductie van het aantal in lijn gelegen sledes, en aldus het doel van de uitvinding, id est reductie van de door het gordijn in ingeschoven toestand ingenomen ruimte, worden bereikt Door de elkaar opvolgende sledes verspringend te koppelen aan de naast elkaar gelegen geleidingen kan het aantal 1024640 4 in lijn gelegen sledes worden gereduceerd, en veelal worden gehalveerd. Alsdan zal elk koppelorgaan naast - en niet achter, althans niet volledig achter - een opvolgend koppelorgaan zijn gelegen in een ingevouwen toestand van het gordijn.In yet another preferred embodiment, the suspension structure is provided with a plurality of guides oriented at least substantially parallel to each other, each guide being adapted for conductive coupling of a part of the coupling members. The thickness of the slides determines - as already noted - namely the space occupied by the curtain in a collapsed state, and thus the column width of the curtain in this state. The present preferred embodiment is then particularly advantageous since the subsequent slides are then not all located in (a single) row, as a result of which a relatively thick curtain column would arise, but partly side by side in a folded-in condition of the curtain. In this way the column width of the curtain can thus also be reduced, which generally improves the applicability of the curtain considerably. In a particularly preferred embodiment the successive coupling members are staggeredly coupled to the adjacent guides. In this way, a reduction of the number of slides located in line, and thus the object of the invention, which is a reduction of the space occupied by the curtain in the retracted state, can thus also be achieved by staggerly coupling the successive slides to the adjacent guides, the number of slides 1024640 4 can be reduced, and often halved. In that case, each coupling member will be located next to - and not behind, or at least not completely behind - a subsequent coupling member in a folded state of the curtain.

5 Uit het voorgaande moge duidelijk zijn dat een reductie van het aantal in lijn gelegen sledes op verschillende wijzen kan worden bereikt. Daarbij zij opgemerkt dat het in lijn liggen niet identiek dient te worden gesteld aan een lineaire onderlinge oriëntatie van de betreffende. Ingeval bijvoorbeeld een gekromde geleiding wordt toegepast kunnen verschillende sledes volgens een kromme lijn eveneens in lijn zijn gelegen. De 1Ö geleiding kan aldus op zeer diverse wijze zijn geconstrueerd en zijn vormgegeven. De slede kan tevens zeer divers zijn vormgegeven en zal doorgaans worden gevormd door een conventionele slede.It will be clear from the foregoing that a reduction in the number of in-line slides can be achieved in various ways. It should be noted that the alignment should not be set identical to a linear mutual orientation of the relevant one. For example, in case a curved guide is used, different slides along a curved line may also be in line. The 1Ö guide can thus be constructed and designed in very diverse ways. The carriage can also be very diverse in design and will generally be formed by a conventional carriage.

De ophangstructuur is bij voorkeur voorzien van een opneemruimte voor een met het 15 gordijn verbonden koord voor verplaatsing van ten minste een deel van het gordijn. Het koord kan aldus worden gebruikt om het plisségoidijn in te schuiven respectievelijk uit te schuiven. Het koord is daarbij bij voorkeur verbonden aan een aan een rand van het gordijn gelegen paneel, terwijl een aan een overliggende rand van het gordijn gelegen paneel bij voorkeur gefixeerd gekoppeld is met de ophangstructuur. Het koord kan 20 daarbij zowel manueel worden aangedreven alsook motorisch. Het is echter eveneens denkbaar om een uiterst paneel te koppelen aan een handvat voor het manueel kunnen verschuiven van het gordijn. Het handvat wordt daarbij doorgaans vervaardigd uit een enigszins veerkrachtige staaf. De staaf kan daarvoor bijvoorbeeld zijn vervaardigd uit titanium, magnesium of glasvezel.The suspension structure is preferably provided with a receiving space for a cord connected to the curtain for displacing at least a part of the curtain. The cord can thus be used to slide in or slide out the pleated blind line. The cord is herein preferably connected to a panel located at an edge of the curtain, while a panel located at an opposite edge of the curtain is preferably fixedly coupled to the suspension structure. The cord can be driven manually as well as motorically. However, it is also conceivable to connect an extreme panel to a handle for manually moving the curtain. The handle is thereby generally made from a somewhat resilient rod. The rod may therefore be manufactured from, for example, titanium, magnesium or glass fiber.

2525

Teneinde de esthetica van het samenstel te verbeteren is de ophangstructuur bij voorkeur voorzien van ten minste één afschermelement voor afscherming van de kóppelorganen van het gordijn. Het afschermelement schermt daarbij naast de koppelorganen tevens de geleiding en eventueel de sledes af. Alzo zullen (in hoofdzaak) 30 sléchts het afschermelement, gordijn, en eventueel het koord zichtbaar zijn.In order to improve the aesthetics of the assembly, the suspension structure is preferably provided with at least one shielding element for shielding the tilting members of the curtain. In addition to the coupling members, the shielding element also shields the guide and possibly the slides. Thus, (substantially) only the screening element, curtain, and possibly the cord will be visible.

Bij voorkeur is de slede voorzien van een haakvormig of ringvormig orgaan voor samenwerking met het koppelorgaan van het gordijn, en een van het haakvormig of ringvormig orgaan afgekeerd verdikt uiteinde voor glijdende ophanging van het gordijn 1024640 5 aan de geleiding van de ophangstructuur. Het verdikt uiteinde kan bijvoorbeeld worden gevormd door een zich lateraal uitstrekkend schijf. De slede kan echter tevens zijn voorzien van roteerbare wielen voor het verplaatsen (rollen) van de slede langs de geleiding. De slede wordt doorgaans tevens aangeduid als roller of glijder.The slide is preferably provided with a hook-shaped or annular member for cooperation with the coupling member of the curtain, and a thickened end remote from the hook-shaped or annular member for sliding suspension of the curtain 1024640 to the guide of the suspension structure. The thickened end can for instance be formed by a laterally extending disc. However, the carriage can also be provided with rotatable wheels for moving (rolling) the carriage along the guide. The carriage is also generally referred to as a roller or glider.

55

De uitvinding heeft tevens betrekking op een geplisseerd gordijn ten gebruike in een dergelijk samenstel. De plooien van het geplisseerd gordijn zijn daarbij opgedeeld in twee onderling zwenkbare panelen, waarbij een deel van de panelen elk is voorzien van een koppelorgaan voor ophanging van het gordijn, en waarbij bij voorkeur tussen een 10 koppelorgaan en een opvolgend koppelorgaan ten minste twee panelen zijn gelegen.The invention also relates to a pleated curtain for use in such an assembly. The pleats of the pleated curtain are then divided into two mutually pivotable panels, wherein a part of the panels is each provided with a coupling member for suspending the curtain, and wherein at least two panels are preferably between a coupling member and a subsequent coupling member. located.

In een voorkeursuitvoering is elk koppelorgaan in een topsectie van het betreffende paneel aangebracht. Op deze wijze kan het paneel op de meest efficiënte wijze worden opgehangen aan een draagstructuur.In a preferred embodiment, each coupling member is arranged in a top section of the relevant panel. In this way the panel can be suspended from a support structure in the most efficient manner.

1515

In een andere voorkeursuitvoering is een bodemsectie van een deel van de panelen verzwaard uitgevoerd. Een dergelijke verzwaring kan worden gerealiseerd door een aanbrengen van een massa in de bodemsectie van een paneel. De massa kan daarbij bijvoorbeeld zijn opgenomen in een zoom van de bodemsectie van het paneel. De massa 20 dient met name om het plisségordijn op correcte en gelijkmatige wijze te kunnen invouwen respectievelijk te kunnen uitvouwen. De massa fungeert - in tegenstelling tot de massa van het conventionele plisségordijn - doorgaans niet, of althans nagenoeg niet, om de betreffende plooien strak te laten hangen, daar het gordijn per sé doorgaans op voorhand reeds voldoende stijf is gemaakt, waardoor verdere strakking van de .In another preferred embodiment, a bottom section of a part of the panels is made weighted. Such a weighting can be realized by applying a mass in the bottom section of a panel. The mass can for instance be included in a hem of the bottom section of the panel. The mass 20 in particular serves to enable the pleated curtain to be folded in and out in a correct and uniform manner. The mass, in contrast to the mass of the conventional pleated curtain, generally does not, or at least practically does not, function to cause the relevant pleats to hang tightly, since the curtain is generally made sufficiently stiff in advance, as a result of which further tightening of the .

25 plooien niet noodzakelijk, en veelal niet mogelijk, is. Het gordijn ondergaat daarvoor doorgaans een thermofixerende behandeling, waardoor de gladheid en stijfheid van het gordijn behouden blijven. Zoals reeds opgemerkt fungeert de massa aldus slechts voor gelijkmatige in- en uitvouwing van het plisségordijn overeenkomstig de uitvinding. Derhalve wordt bij voorkeur het aantal toe te passen verzwaarde bodemsecties 30 geminimaliseerd. Uit onderzoeksresultaten is gebleken dat het plisségordijn correct en gelijkmatig kan worden verschoven ingeval tussen twee opvolgende verzwaarde bodemsecties ten minste twee, doch bij voorkeur zeven, plooien zijn gelegen. Het is doorgaans tevens van belang het aantal massa's in een gordijn te minimaliseren teneinde de door het gordijn in een inschoven toestand ingenomen ruimte te 1024840 r , 6 minimaliseren. Immers, ingeval een massa wordt toegepast in elke plooi of om de plooi zal waaiervorming optreden in het gordijn na invouwing van het gordijn, hetgeen minimalisatie van de door het gordijn in die toestand ingenomen kolombreedte tegenwerkt.25 folds are not necessary, and often not possible. The curtain usually undergoes a thermofixing treatment for this, whereby the smoothness and stiffness of the curtain are retained. As already noted, the mass thus functions only for the uniform folding and unfolding of the pleated blind according to the invention. Therefore, the number of weighted bottom sections 30 to be used is preferably minimized. Research results have shown that the pleated blind can be correctly and evenly shifted if there are at least two, but preferably seven, folds between two successive weighted bottom sections. It is also generally important to minimize the number of masses in a curtain in order to minimize the space occupied by the curtain in a retracted state. After all, if a mass is applied in each pleat or around the pleat, fan formation will occur in the curtain after folding of the curtain, which counteracts minimization of the column width occupied by the curtain in that condition.

55

Een bodemsectie van in hoofdzaak elk paneel is bij voorkeur voorzien van een magnetisch element, of althans magnetiseerbaar element, waarbij de magnetische elementen onderling in lijn zijn gelegen in een ingeschoven toestand van het gordijn.A bottom section of substantially each panel is preferably provided with a magnetic element, or at least magnetizable element, wherein the magnetic elements are mutually aligned in a retracted state of the curtain.

Op deze wijze zullen de panelen elkaar onderling aantrekken in een ingeschoven 10 toestand van het gordijn, waardoor waaiervorming eveneens kan worden voorkomen.In this way the panels will mutually attract each other in a retracted state of the curtain, whereby fan formation can also be prevented.

De aantrekkingskracht van de magneten dient daarbij zodanig te zijn dat de magnetische elementen op elkaar zullen aangrijpen na inschuiving van het gordijn, doch tevens relatief eenvoudig weer loskoppelbaar zijn tijdens het uitschuiven van het gordijn. Ingeval magnetiseerbare elementen worden toegepast kan bijvoorbeeld op een het 15 gordijn omgevend kozijn een permanente magneet of elektromagneet zijn aangebracht ter hoogte van de magnetiseerbare elementen. Eventueel is het tevens mogelijk om een combinatie van magnetische en magnetiseerbare elementen toe te passen in het gordijn. In bepaalde situatie behoeft niet elk paneel, maar elke plooi te worden voorzien van een magnetisch element, of althans magnetiseerbaar element.The attraction of the magnets should be such that the magnetic elements will engage on each other after the curtain has been slid in, but can also be releasably releasable again during the sliding of the curtain. If magnetizable elements are used, a permanent magnet or electromagnet may be provided on the frame surrounding the curtain, for example, at the level of the magnetizable elements. Optionally, it is also possible to use a combination of magnetic and magnetizable elements in the curtain. In certain situations, not every panel, but every fold need be provided with a magnetic element, or at least magnetizable element.

2020

In een voorkeursuitvoering is het gordijn ten minste gedeeltelijk vervaardigd uit kunststof. Kunststof heeft doorgaans een lage soortelijke massa, is goedkoop, en heeft een relatief makkelijke handling zowel tijdens vervaardiging als tijdens gebruik van het plisségordijn. Bovendien is kunststof doorgaans an sich voldoende stijf om de plooien 25 strak te laten hangen, waardoor additionele gewichten niet langer .noodzakelijk zijn. Bij voorkeur wordt het kunststof gevormd door een polyester, waarbij het polyester bij nadere voorkeur als (fijn) filamentgaren in het gordijn is opgenomen. Een voorbeeld van een mogelijk toe te passen uit kunststofvezels opgebouwd weefsel is Trevira GS®. Tevens kan andersoortige synthetische garens, zoals bijvoorbeeld nylon, garen worden 30 toegepast.In a preferred embodiment, the curtain is at least partially made of plastic. Plastic generally has a low specific gravity, is inexpensive, and has relatively easy handling both during manufacture and during use of the pleated curtain. Moreover, plastic is generally sufficiently rigid to allow the folds to hang tightly, as a result of which additional weights are no longer necessary. The plastic is preferably formed by a polyester, the polyester being more preferably included as (fine) filament yarn in the curtain. An example of a possible fabric to be used made from synthetic fibers is Trevira GS®. Other types of synthetic yarns, such as for example nylon, yarn can also be used.

In een andere voorkeursuitvoering is ten minste een van deel het gordijn voorzien van een verstevigende materiaallaag. Deze stijfheidgenererende materiaallaag kan geïntegreerd in het gordijn zijn opgenomen, doch kan tevens als separate materiaallaag 1024640 I , 7 op het gordijn zijn aangebracht. Een dergelijke verstevigingslaag kan bijvoorbeeld worden gevormd door vliseline. De verstevigende materiaallaag wordt bij voorkeur aangebracht in of althans nabij de topsectie, teneinde de tussenliggende - niet van een koppelorgaan voorziene - panelen een zeker draagvermogen te verschaffen, waardoor 5 uitzakking van dergelijke panelen kan worden voorkomen, of althans kan worden . tegengegaan. In plaats van vliseline kunnen bijvoorbeeld tevens verstevigende stroken worden aangëbracht op de panelen. De stroken zijn daarbij bij voorkeur vervaardigd uit nylon. Ingeval de strookbreedte van een strook de paneelbreedte van een bijbehorend paneel overschrijdt is de strook bij voorkeur voorzien van een vouwlijn voor het 10 faciliëren van het onderling zwenken van de panelen.In another preferred embodiment, at least one of the parts of the curtain is provided with a reinforcing material layer. This layer of stiffness-generating material can be integrated in the curtain, but can also be arranged on the curtain as a separate material layer 1024640 1.7. Such a reinforcement layer can be formed by, for example, vliseline. The reinforcing material layer is preferably applied in or at least near the top section, in order to provide the intermediate panels - not provided with a coupling member - with a certain bearing capacity, whereby sagging of such panels can be prevented, or at least prevented. countered. Instead of vliseline, for example, reinforcing strips can also be applied to the panels. The strips are thereby preferably made from nylon. In case the strip width of a strip exceeds the panel width of an associated panel, the strip is preferably provided with a folding line for facilitating the mutual pivoting of the panels.

Ten minste een deel van het koppelorgaan wordt bij voorkeur gevormd door een in het betreffende paneel aangebracht oog. Het oog kan zeer divers zijn vormgegeven en kan bijvoorbeeld worden gevormd door een knoopsgat, doch het is tevens denkbaar om een 15 voorgevormd, bij voorkeur kunststof of metalen, oog aan te brengen in bepaalde panelen van het gordijn.At least a part of the coupling member is preferably formed by an eye arranged in the relevant panel. The eye can be very diverse in shape and can for instance be formed by a buttonhole, but it is also conceivable to provide a preformed, preferably plastic or metal, eye in certain panels of the curtain.

In een andere voorkeursuitvoering is ten minste een deel van het koppelorgaan gevormd door een juk. Een juk verstevigt tevens, als dwars georientéerde strip, de topsectie van 20 het betreffende paneel. Het juk kan daarbij zijn voorzien van een haakvormig orgaan, doch is bij voorkeur voorzien van een oog voor het Ophangen van het plisségordijn aan de ophangstmctuur. In een bijzondere voorkeursuitvoering is het oog asymmetrisch aangebracht in het juk. Een dergelijke positionering van het oog ten opzichte van het juk maakt het mogelijk om ogen van elkaar opvolgende jukken te laten verspringen ten 25 opzichte van elkaar, waardoor met de ogen gekoppelde (ruimte innemende) sledes deels langs elkaar worden gepositioneerd. Hierdoor kan een verdere reductie van de door het gordijn in een ingevoüwen toestand ingenomen ruimte worden bereikt. Het is echter tevens denkbaar om het oog symmetrisch aan te brengen in het juk.In another preferred embodiment, at least a part of the coupling member is formed by a yoke. A yoke also reinforces, as a transversely oriented strip, the top section of the panel in question. The yoke may in this case be provided with a hook-shaped member, but is preferably provided with an eye for suspending the pleated curtain on the suspension structure. In a particularly preferred embodiment the eye is arranged asymmetrically in the yoke. Such a positioning of the eye relative to the yoke makes it possible for the eyes of successive yokes to stagger relative to each other, so that (space-occupying) slides coupled with the eyes are partially positioned alongside each other. As a result, a further reduction of the space occupied by the curtain in an influenced state can be achieved. However, it is also conceivable to arrange the eye symmetrically in the yoke.

30 De uitvinding heeft voorts betrekking op een ophangstructuur ten gebruike in een dergelijke samenstel. De ophangstructuur is daarbij bij voorkeur voorzien van meerdere geleidingen, teneinde de door het gordijn in een ingevouwen toestand ingenomen kolombreedte verder te reduceren. Verdere voorkeursuitvoeringen en overige voordelen zijn reeds in het voorgaande beschreven.The invention furthermore relates to a suspension structure for use in such an assembly. The suspension structure is herein preferably provided with a plurality of guides, in order to further reduce the column width occupied by the curtain in a folded state. Further preferred embodiments and other advantages have already been described in the foregoing.

1024640 ι · 81024640

De uitvinding zal worden verduidelijkt aan de hand van in navolgende figuren weergegeven niet-limitatieve uitvoeringsvoorbeelden. Hierin toont: figuur la een vooraanzicht op een geplisseerd gordijn in uitgevouwen toestand 5 overeenkomstig de uitvinding, figuur lb een bovenaanzicht op het geplisseerd gordijn volgens figuur la in ingevouwen toestand, figuur 1 c een bovenaanzicht op een conventioneel geplisseerd gordijn in ingevouwen toestand, 10 figuur 2a een gedetailleerd vooraanzicht op een ander geplisseerd gordijn in uitgeschoven toestand overeenkomstig de uitvinding, figuur 2b een bovenaanzicht op het gordijn volgens figuur 2a in ingeschoven toestand, figuur 3 een gedetailleerd vooraanzicht op een samenstel van een draagstructuur en het met de draagstructuur verbonden gordijn volgens figuren 2a en 2b in een ingeschoven 15 toestand, figuur 4a een dwarsdoorsnede van een ophangstructuur voor het ophangen van een geplisseerd gordijn overeenkomstig de uitvinding, en figuur 4b een dwarsdoorsnede van een andere ophangstructuur overeenkomstig de uitvinding.The invention will be elucidated on the basis of non-limitative exemplary embodiments shown in the following figures. Herein: figure la shows a front view of a pleated curtain in the unfolded state according to the invention, figure 1b shows a top view of the pleated curtain according to figure la in the folded state, figure 1c shows a top view of a conventional pleated curtain in the folded state, figure Fig. 2a shows a detailed front view of another pleated curtain in the extended state according to the invention, Fig. 2b shows a top view of the curtain according to Fig. 2a in the retracted state, Fig. 3 a detailed front view of an assembly of a supporting structure and the curtain according to Figs. 2a and 2b in a retracted state, Fig. 4a a cross-section of a suspension structure for suspending a pleated curtain according to the invention, and Fig. 4b a cross-section of another suspension structure according to the invention.

2020

Figuur la toont een vooraanzicht op een geplisseerd gordijn 1 in uitgevouwen toestand overeenkomstig de uitvinding. In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld is het geplisseerd gordijn 1 opgebouwd uit negen regelmatig aangebrachte plooien 2. Elke plooi 2 wordt daarbij opgedeeld in twee (in hoofdzaak) identieke panelen 3. Zoals duidelijk moge zijn 25 zijn de plooien 2 en de panelen 3 onderling op harmonica-achtige wijze zwenkbaar met elkaar verbonden, zodat het gordijn 1 kan worden ingevouwen tot een kolom (zie figuur lb). Vijf panelen 2 zijn in een topsectie elk voorzien van een oog 4. Elk oog 4 is ingericht voor het ontvangen van een haakvormig orgaan van een slede 5 voor ophanging van het gordijn 1 aan een ophangstructuur (niet-weergegeven). De relatief 30 brede slede 5 bepaalt daarbij doorgaans de kolomdikte van het gordijn 1 in een ingevouwen toestand. Tussen een oog 4 en een opvolgend oog 4 zijn thans drie panelen 3 gelegen. Derhalve zijn slechts vijf sledes 5 benodigd voor ophanging van het gordijn 1. In een conventioneel plisségordijn, zoals getoond in figuur 1 c, is elk paneel voorzien van een koppelorgaan zoals een oog, en derhalve zijn daarbij achttien sledes benodigd 1024640 9 voor ophanging van het gordijn, hetgeen resulteert in een veel grotere kolomdikte in vergelijking met de relatief geringe kolomdikte van een gordijn 1 overeenkomstig de uitvinding. De kolombreedtereductie die kan worden bereikt met het geplisseerd gordijn 1 overeenkomstig de uitvinding is voldoende om het gordijn 1 te kunnen toepassen voor S een zwenk- of kantelraam zonder daarbij een belemmering te vormen tijdens opening van dat raam. Bij voorkeur is het gordijn 1 vervaardigd uit Trevira®. De topsecties van de panelen 3 zijn thans verstevigd door een separaat aangebrachte vliselinelaag 6, teneinde uitzakking van de tussenliggende, niet van een oog 4 voorziene, panelen 3 te voorkomen. Twee panelen 3 zijn aan een onderzijde voorzien van een massa 7, teneinde 10 het verplaatsen van de panelen 3 tijdens invouwen respectievelijk uitvouwen van het gordijn 1 correct en gelijkmatig te laten verlopen. Vanwege de aangebrachte vliselinelaag 6 zijn de massa’s 7 niet benodigd voor het strak laten hangen van het gordijn 1.Figure la shows a front view of a pleated curtain 1 in the unfolded state according to the invention. In the exemplary embodiment shown, the pleated curtain 1 is made up of nine regularly arranged pleats 2. Each pleat 2 is thereby divided into two (substantially) identical panels 3. As may be clear, the pleats 2 and the panels 3 are mutually harmonious. pivotally connected to each other in such a way that the curtain 1 can be folded into a column (see figure 1b). Five panels 2 are each provided with an eye 4 in a top section. Each eye 4 is adapted to receive a hook-shaped member from a carriage 5 for suspending the curtain 1 from a suspension structure (not shown). The relatively wide slide 5 generally determines the column thickness of the curtain 1 in a folded state. Three panels 3 are now located between an eye 4 and a subsequent eye 4. Therefore, only five slides 5 are required for hanging the curtain 1. In a conventional pleated curtain, as shown in Figure 1c, each panel is provided with a coupling member such as an eye, and therefore eighteen slides are required for hanging the curtain. curtain, which results in a much larger column thickness compared to the relatively small column thickness of a curtain 1 according to the invention. The column width reduction that can be achieved with the pleated curtain 1 according to the invention is sufficient to allow the curtain 1 to be used for a pivoting or tilting window without thereby forming an obstacle during the opening of that window. The curtain 1 is preferably made from Trevira®. The top sections of the panels 3 are now reinforced by a separately applied sheet layer 6, in order to prevent the intermediate, non-eyed, panels 3 from sinking. Two panels 3 are provided on a underside with a mass 7, in order to allow the movement of the panels 3 during folding or unfolding of the curtain 1 to proceed correctly and uniformly. Due to the applied layer 1 layer 6, the masses 7 are not required for the tightening of the curtain 1.

15 Figuur lb toont een bovenaanzicht op het geplisseerde gordijn 1 volgens figuur la in ingevouwen toestand. Zoals duidelijk is getoond bepaalt de totale dikte van de sledes 5 de kolomdikte A van het gordijn 1. De kolomdiepte B van het gordijn 1 komt normalerwijs in hoofdzaak overeen met de breedte van een enkel paneel 3. Ter vergelijking toont figuur lc een bovenaanzicht op een conventioneel geplisseerd gordijn 20 8 in ingevouwen toestand. Zoals reeds opgemerkt is daarbij elk paneel 9 gekoppeld met een slede 10. Derhalve zijn daarbij achttien sledes 10 benodigd om tot correcte ophanging te komen van het conventionele gordijn 8. De hierdoor bepaalde kolombreedte C is derhalve veel groter dan de relatief geringe kolombreedte A van het gordijn 1 overeenkomstig de uitvinding. Voordelen van een geringe kolombreedte A 25 zijn reeds in het voorgaande uitvoerig beschreven.Figure 1b shows a top view of the pleated curtain 1 according to Figure 1a in the folded state. As is clearly shown, the total thickness of the slides 5 determines the column thickness A of the curtain 1. The column depth B of the curtain 1 normally corresponds substantially to the width of a single panel 3. For comparison, Figure 1c shows a top view of a conventionally pleated curtain 20 when folded. As already noted, each panel 9 is thereby coupled to a slide 10. Therefore, eighteen slides 10 are required for correct suspension of the conventional curtain 8. The column width C determined thereby is therefore much larger than the relatively small column width A of the curtain 1 according to the invention. Advantages of a small column width A have already been described in detail above.

Figuur 2a toont een gedetailleerd vooraanzicht op een ander geplisseerd gordijn 11 in uitgeschoven toestand overeenkomstig de uitvinding. Het gordijn 11 komt constructief in hoofdzaak overeen met het in figuren la en lb getoonde gordijn 1. Het in figuur 2a 30 getoonde geplisseerde gordijn 11 is namelijk eveneens voorzien van meerdere plooien 12, waarbij elke plooi 12 is opgedeeld in twee, zich in de lengterichting uitstrekkende, in hoofdzaak identieke panelen 13. Enkele panelen 13 zijn daarbij in een topsectie voorzien van een juk 14. Tussen een juk 14 en een opvolgende juk 14 zijn telkens twee panelen 13 gelegen, teneinde de kolombreedte D van het gordijn 1 l .in een ingevouwen 1024640 10 toestand te reduceren in vergelijking met de kolombreedte C van een conventioneel plisségordijn (zie figuur lc). Elke juk 14 heeft een breedte die juist kleiner is dan de breedte van het bij het juk 14 behorend paneel 13. De jukken 14 zijn elk voorzien van een oog 15, waarbij het oog 15 asymmetrisch ten opzichte van het juk 14 is geplaatst.Figure 2a shows a detailed front view of another pleated curtain 11 in the extended position according to the invention. The curtain 11 structurally substantially corresponds to the curtain 1 shown in figures 1a and 1b, namely, the pleated curtain 11 shown in figure 2a 30 is also provided with a plurality of pleats 12, each pleat 12 being divided into two longitudinally extending, substantially identical panels 13. Some panels 13 are herein provided with a yoke 14 in a top section. Between a yoke 14 and a successive yoke 14 there are in each case two panels 13, so that the column width D of the curtain 11 in a folded state 1024640 in comparison to the column width C of a conventional pleated blind (see figure 1c). Each yoke 14 has a width that is just smaller than the width of the panel 13 associated with the yoke 14. The yokes 14 are each provided with an eye 15, the eye 15 being positioned asymmetrically with respect to the yoke 14.

5 De ogen 15 zijn ingericht voor opname van een haakdeel 16 van een slede 17 voor ophanging van het gordijn 11. De asymmetrische positionering van elk oog 15 ten opzichte van het bijbehorende juk 14 is bijzonder voordelig bij toepassing van een ophangstructuur voorzien van meerdere geleidingen zoals bijvoorbeeld getoond in figuur 4b. Alsdan komen elkaar opvolgende sledes 17 gedeeltelijk naast elkaar te liggen 10 in een ingevouwen toestand van het gordijn 11 zoals getoond in figuur 2b, hetgeen leidt tot een verdergaande reductie van de kolombreedte D van het gordijn 11.The eyes 15 are adapted to receive a hook part 16 of a slide 17 for suspending the curtain 11. The asymmetrical positioning of each eye 15 relative to the associated yoke 14 is particularly advantageous when using a suspension structure provided with several guides such as for example, shown in Figure 4b. Subsequently, successive slides 17 come to lie partly next to each other 10 in a folded state of the curtain 11 as shown in Figure 2b, which leads to a further reduction of the column width D of the curtain 11.

Figuur 2b toont een bovenaanzicht op het gordijn 11 volgens figuur 2a in ingeschoven toestand. Zoals reeds gemeld zal de kolombreedte D van het gordijn 11 verder worden .15 gereduceerd door toepassing van de asymmetrische jukken 14. Hierdoor ontstaat een onderling relatief dichte pakking van de sledes 17, waarbij de sledes 17 in een dubbele rij zijn georiënteerd. De kolombreedte E zal hierdoor niet worden beïnvloed. Deze breedte blijft in hoofdzaak identiek aan de breedte van een enkel paneel 13.Figure 2b shows a top view of the curtain 11 according to Figure 2a in the retracted state. As already mentioned, the column width D of the curtain 11 will be further reduced by the use of the asymmetrical yokes 14. This results in a mutually relatively tight packing of the slides 17, wherein the slides 17 are oriented in a double row. The column width E will not be affected by this. This width remains substantially identical to the width of a single panel 13.

20 Figuur 3 toont een gedetailleerd vooraanzicht op een samenstel 18 van een draagstructuur 19 en het met de draagstructuur 19 verbonden gordijn 11 volgens figuren 2a en 2b in een ingeschoven toestand. In de getoonde figuur 3 zijn slechts drie volledige sledes 17 zichtbaar. De drie overige sledes 17 zijn niet, of althans nauwelijks, zichtbaar. De draagstructuur 19 is bevestigd boven een kantelraam 20. In de getoonde configuratie 25 bevindt het gordijn 11 zich volledig naast het kantelraam 20, waardoor het kantelraam 20 onbelèmmerd kan worden geopend. De draagstructuur 19 is voorzien van een afschermelement 21 voor afscherming van de sledes 17 en de ogen 15 van de jukken 14.Figure 3 shows a detailed front view of an assembly 18 of a support structure 19 and the curtain 11 connected to the support structure 19 according to figures 2a and 2b in a retracted state. In the shown figure 3 only three complete slides 17 are visible. The three remaining slides 17 are not, or at least hardly, visible. The supporting structure 19 is mounted above a tilting frame 20. In the configuration 25 shown, the curtain 11 is completely adjacent to the tilting frame 20, whereby the tilting frame 20 can be opened without obstruction. The supporting structure 19 is provided with a shielding element 21 for shielding the slides 17 and the eyes 15 of the yokes 14.

Figuur 4a toont een dwarsdoorsnede van een ophangstructuur 22 voor het ophangen van 30 een geplisseerd gordijn overeenkomstig de uitvinding. De ophangstructuur omvat een geleiding (gleuf) 23 waaraan een slede 24 voor ophanging van het gordijn glijdend kan worden gekoppeld. In de huidige figuur is slechts een deel van de slede 24, in het bijzonder een glijder 25 van de slede 24, getoond. De ophangstructuur 22 is tevens voorzien van een doorvoerruimte 26 voor een met het gordijn verbonden koord 27 voor 1024640 π het openen respectievelijk sluiten van het gordijn. Voorts is de ophangstructuur voorzien van een bevestigingslip 28 voor bevestiging van de ophangstructuur 22 aan bijvoorbeeld een kozijn of plafond.Figure 4a shows a cross-section of a suspension structure 22 for suspending a pleated curtain according to the invention. The suspension structure comprises a guide (slot) 23 to which a slide 24 for suspending the curtain can be slidably coupled. In the present figure, only a part of the slide 24, in particular a slider 25 of the slide 24, is shown. The suspension structure 22 is also provided with a passage space 26 for a cord 27 connected to the curtain for opening and closing the curtain. Furthermore, the suspension structure is provided with a fixing lip 28 for fixing the suspension structure 22 to, for example, a frame or ceiling.

5 Figuur 4b toont een dwarsdoorsnede van een andere ophangstructuur 29 . overeenkomstig de uitvinding. De ophangstructuur 29 is voorzien van een dubbel spoor 30 voor geleiding van verschillende sledes 31. De ophangstructuur 29 is tevens voorzien van een doorvoer 32 voor een koord 33 of andersoortige kabel, en is bovendien voorzien van een lip 34 voor bevestiging van de ophangstructuur 29 aan een extern 10 object, zoals bijvoorbeeld een plafond. Middels de dubbele sporen 30 kan de kolombreedte van het plisségordijn overeenkomstig de uitvinding verder worden gereduceerd, zoals tevens is geïllustreerd in figuren 2b en 3.Figure 4b shows a cross-section of another suspension structure 29. according to the invention. The suspension structure 29 is provided with a double track 30 for guiding different slides 31. The suspension structure 29 is also provided with a lead-through 32 for a cord 33 or other type of cable, and is furthermore provided with a lip 34 for attaching the suspension structure 29 to an external object, such as, for example, a ceiling. The column width of the pleated curtain according to the invention can be further reduced by means of the double tracks 30, as is also illustrated in figures 2b and 3.

Het moge duidelijk zijn dat de uitvinding niet beperkt is tot de hier weergegeven en 15 beschreven uitvoeringsvoorbeelden, maar dat binnen het kader van de bijgaande conclusies een groot aantal varianten mogelijk zijn, die voor de vakman op dit gebied \ voor de hand zullen liggen.It will be clear that the invention is not limited to the exemplary embodiments shown and described here, but that a large number of variants are possible within the scope of the appended claims, which variants will be obvious to those skilled in the art.

10246401024640

Claims

An assembly comprising: - a suspension structure, 5. at least one pleated curtain, wherein each pleat of the curtain is divided into two mutually pivotable panels, and - a plurality of slides connected to the suspension structure, which slides are also connected to coupling means arranged on the curtain for suspending the curtain from the suspension structure, characterized in that the assembly is arranged such that fewer slides are in line than the number of slides that are in line when a similarly pleated curtain is used, each panel of which , or at least every fold, of the curtain is coupled to a carriage.

2. Assembly as claimed in claim 1, characterized in that a part of the number of panels is each provided with a coupling member for suspending the curtain, wherein at least two panels are situated between a coupling member and a subsequent coupling member.

An assembly according to claim 1 or 2, characterized in that the number of slides used is smaller than the number of coupling members arranged in the curtain.

4. Assembly as claimed in any of the claims 1-3, characterized in that the suspension structure is provided with a plurality of guides oriented at least substantially parallel to each other, wherein each guide is adapted for conductive coupling of a part of the coupling members;

Assembly according to claim 4, characterized in that the successive slides are staggerly coupled to the adjacent guides. 30

6. Assembly as claimed in any of the claims 1-5, characterized in that the suspension structure is provided with a receiving space for a cord connected to the curtain for displacing at least a part of the curtain. -102 48 40 • *

An assembly according to any one of claims 1-6, characterized in that the suspension structure is provided with at least one shielding element for shielding the coupling members of the curtain.

8. An assembly according to any one of the preceding claims, characterized in that each slide is provided with a hook-shaped member for cooperation with a coupling member, and a thickened end remote from the hook-shaped member for sliding suspension of the curtain to the guide of the suspension structure.

9. Pleated curtain for use in an assembly according to any of claims 1-8, wherein each pleat of the curtain is divided into two mutually pivotable panels, a part of the panels each being provided with a coupling member for suspending the curtain, with characterized in that at least two panels are located between a coupling member and a subsequent coupling member. 15

Curtain according to claim 9, characterized in that more than two panels are located between two successive coupling members.

11. Curtain as claimed in claim 9 or 10, characterized in that the folds and the panels, after suspension of the curtain, extend in the vertical direction.

12. Curtain as claimed in any of the foregoing claims 9-11, characterized in that each coupling member is arranged in a top section of the relevant panel.

A curtain as claimed in any one of the preceding claims 9-12, characterized in that a bottom section of a part of the panels is made heavier.

A curtain according to claim 13, characterized in that at least two pleats are located between two successive weighted bottom sections. 30

A curtain as claimed in any one of claims 9-14, characterized in that a bottom section of substantially each panel is provided with a magnetic element, or at least magnetizable element, wherein the magnetic elements are mutually aligned in a collapsed state of the curtain. 1024640

A curtain according to any one of the preceding claims 9-15, characterized in that the curtain is at least partially made of plastic. 5

A curtain as claimed in any one of the preceding claims 9-16, characterized in that at least one of the parts of the curtain is provided with a reinforcing material layer.

18. Curtain as claimed in any of the foregoing claims 9-17, characterized in that at least a part of the coupling member is formed by an eye arranged in the relevant panel.

19. Curtain as claimed in any of the foregoing claims 9-18, characterized in that at least a part of the coupling member is formed by a yoke. 15

Curtain according to claims 18 and 19, characterized in that the eye is arranged asymmetrically in the yoke.

21. Suspension structure for use in an assembly according to any of claims 1-8, wherein the suspension structure is provided with a plurality of guides oriented at least substantially parallel to each other, each guide being adapted for conductive coupling of a part of the coupling members. 1 0246 40