NL1020039C1

NL1020039C1 - Boat, has steering controls which can be moved in hull length direction

Info

Publication number: NL1020039C1
Application number: NL1020039A
Authority: NL
Inventors: Theodorus Albertus Wajer
Original assignee: Wajer Watersport B V
Priority date: 2002-02-22
Filing date: 2002-02-22
Publication date: 2003-08-25

Abstract

The steering system for the boat comprises an operating device located close to a position chosen by the person steering the boat. The operating device is mechanically adjustable relative to the hull in order to adopt two or more steering positions. Independent claims are also included for the following: (1) Method for steering a boat; and (2) Steering system for a boat, comprising an operating device, a steering device (e.g. rudder) and a hydraulic mechanism connected to a steering wheel.

Description

VAARTUIG EN WERKWIJZE VOOR HET BESTUREN DAARVANVESSEL AND METHOD FOR DRIVING THEM

De onderhavige uitvinding betreft een vaartuig, een werkwijze voor het besturen van een vaartuig en middelen voor het besturen van een vaartuig.The present invention relates to a vessel, a method for controlling a vessel and means for controlling a vessel.

Uit de stand der techniek zijn reeds vele 5 stuurinrichtingen en werkwijzen voor het besturen van een vaartuig bekend, zoals de helmstok wat een lange stok is die direct verbonden is met een achteraan het vaartuig aangebracht roer voor het draaien daarvan om de boot te besturen. Alhoewel deze besturingsmethode nog steeds 10 toegepast wordt en vooral voor zeilboten een blijvende populariteit geniet wordt voor het besturen van een gemotoriseerd vaartuig veelal de voorkeur gegeven aan een stuurinrichting met een stuurwiel dat met stangen, kettingen of hydraulisch verbonden is met een aan de achterzijde van 15 het vaartuig bevestigd roer. Door het gemak waarmee de stuurinrichting met een stuurwiel bediend kan worden kan een vaartuig zodoende door een bijna ongeoefende bestuurder op betrouwbare en zekere wijze op koers gehouden worden.Many steering devices and methods for steering a vessel are already known from the prior art, such as the tiller which is a long stick which is directly connected to a rudder arranged at the rear of the vessel for turning it to control the boat. Although this control method is still being used and is continuing to gain popularity, especially for sailing boats, steering of a motorized vessel is often favored by a steering device with a steering wheel which is connected with rods, chains or hydraulically to a rear of 15 the vessel attached rudder. Due to the ease with which the steering device can be operated with a steering wheel, a vessel can thus be kept on course by an almost untrained driver in a reliable and secure manner.

De stuurinrichting met een roer en de werkwijze voor 20 het besturen van een vaartuig met deze stuurinrichting hebben echter ook een nadeel met betrekking tot de positie die een bestuurder moet innemen voor het bedienen van de stuurinrichting. Zo is er achter of in ieder geval rondom de stuurinrichting veelal een bank of in ieder geval één of 25 meerdere zitplaatsen aangebracht waarop een bestuurder comfortabel plaats kan nemen en onderwijl het vaartuig besturen. De bestuurder zal indien deze zich een comfortabele zitpositie aangemeten heeft de rug tegen een eveneens aanwezige rugleuning geplaatst hebben. Om in deze positie het 30 vaartuig toch eenvoudig bestuurbaar te houden zal de stuurinrichting dichtbij de zitplaats van de bestuurder 102 00-.:?; 2 aangebracht zijn. Het kan echter eveneens voorkomen dat een bestuurder het vaartuig staande wil besturen, waarbij deze zich op enige afstand van de beschikbare zitplaatsen bevind en waarbij de stuurinrichting zich voor het op comfortabele 5 wijze bedienen daarvan eveneens op enige afstand van diezelfde zitplaatsen behoort te bevinden. Het probleem dat zich zo openbaart is de plaatsing van het stuurwiel in vaartuigen volgens de stand van de techniek, waarbij deze stuurwielen ofwel in zittende ofwel in staande positie 10 comfortabel en ergonomisch verantwoord door een bestuurder te bedienen zijn.However, the steering device with a rudder and the method for controlling a vessel with this steering device also have a disadvantage with regard to the position that a driver must take for operating the steering device. Thus, behind or in any case around the steering device there is often a bench or at least one or more seats on which a driver can comfortably take a seat and in the meantime steer the vessel. If the driver has assumed a comfortable sitting position, the driver will have placed his back against a similarly present backrest. In order to keep the vessel easily steerable in this position, the steering device will be close to the driver's seat. 2 are fitted. It can, however, also occur that a driver wishes to steer the vessel standing up, wherein it is situated at some distance from the available seats and wherein the steering device for comfortably operating it should also be situated at some distance from those same seats. The problem thus manifested is the placement of the steering wheel in vessels according to the state of the art, wherein these steering wheels can be operated comfortably and ergonomically by a driver either in sitting or standing position.

De onderhavige uitvinding tracht het bovengenoemde probleem te ondervangen en verschaft daarvoor een vaartuig, omvattende een romp, middelen voor het voortbewegen van het 15 vaartuig en middelen voor het tijdens het voortbewegen sturen van het vaartuig die op een vaste positie in het vaartuig zijn aangebracht, waarbij de middelen voor het sturen een bedieningsorgaan omvatten nabij een gewenste stuurpositie voor een bestuurder, en waarbij het bedieningsorgaan over een 20 aanzienlijke afstand mechanisch verstelbaar is ten opzichte van de romp teneinde twee of meer gewenste stuurposities te verkrijgen.The present invention seeks to obviate the above-mentioned problem and for that purpose provides a vessel, comprising a hull, means for propelling the vessel and means for steering the vessel during propulsion which are arranged at a fixed position in the vessel, wherein the means for steering comprise an operating member near a desired steering position for a driver, and wherein the operating member is mechanically adjustable over a considerable distance relative to the hull in order to obtain two or more desired steering positions.

Een vaartuig volgens de onderhavige uitvinding is door een bestuurder in meer dan één houding comfortabel en 25 ergonomisch te bedienen, aangezien de stuurinrichting van het vaartuig volgens de uitvinding verstelbaar is zodat het vaartuig door een bestuurder in zowel in zittende als een staande houding comfortabel en ergonomisch bediend kan worden.A vessel according to the present invention can be comfortably and ergonomically operated by a driver in more than one position, since the steering device of the vessel according to the invention is adjustable so that the vessel can be comfortably and ergonomically operated by a driver in both sitting and standing positions. can be operated.

30 In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm verschaft de onderhavige uitvinding een vaartuig, waarbij het bedieningsorgaan hoofdzakelijk verticaal blijft in iedere stand waarin het bedieningsorgaan gesteld wordt.In a further preferred embodiment, the present invention provides a vessel, wherein the operating member remains substantially vertical in any position in which the operating member is positioned.

33

De verstelling van de stuurinrichting is zodoende niet beperkt tot de eerste en de tweede uiterste stand daarvan, toch kan eveneens in alle tussenliggende standen gesteld worden indien dit voor een bestuurder comfortabel is.The adjustment of the steering device is therefore not limited to the first and the second extreme position thereof, yet it can also be set in all intermediate positions if this is comfortable for a driver.

5 In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de middelen voor het sturen een hoofdzakelijk bovenste gedeelte en een onderste gedeelte, waarbij het bovenste gedeelte draaibaar verstelbaar is ten opzichte van het onderste gedeelte. De middelen nemen zodoende minder ruimte in beslag 10 waarbij toch een goede verstelbaarheid verkregen wordt.In a further preferred embodiment, the means for steering comprise a substantially upper part and a lower part, the upper part being rotatably adjustable relative to the lower part. The means thus take up less space, while still achieving good adjustability.

Volgens een verder aspect verschaft de onderhavige uitvinding een werkwijze voor het besturen van een vaartuig, het vaartuig omvattende een romp, middelen voor het voortbewegen van het vaartuig en middelen voor het tijdens 15 het voortbewegen sturen, waarbij de middelen voor het sturen een bedieningsorgaan omvatten waarbij het bedieningsorgaan over een aanzienlijke afstand verstelbaar is ten opzichte van de romp teneinde twee of meer gewenste stuurposities te verkrijgen.According to a further aspect the present invention provides a method for controlling a vessel, the vessel comprising a hull, means for propelling the vessel and means for steering during propulsion, the means for steering comprising an operating member wherein the control member is adjustable over a considerable distance relative to the hull in order to obtain two or more desired control positions.

20 Door de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding kan een vaartuig comfortabel en ergonomisch bediend worden door een bestuurder die zich in zowel een zittende als een staande houding kan bevinden, waardoor een vergroot gebruiksgemak verkregen wordt.The method according to the present invention allows a vessel to be comfortably and ergonomically operated by a driver who can be in both a sitting and standing position, whereby an increased ease of use is obtained.

25 Verdere voordelen en kenmerken van de onderhavige uitvinding zullen worden verduidelijkt aan de hand van bij gevoegde figuren, waarin tonen: - figuur 1: een perspectivisch zijaanzicht van een vaartuig volgens de onderhavige uitvinding in een eerste 30 voorkeursuitvoeringsvorm; - figuur 2: een zijaanzicht van een stuurinrichting volgens de onderhavige uitvinding in een eerste 10? : a 4 voorkeursuitvoeringsvorm die zich in een eerste gebruikstoestand bevindt; - figuur 3: een zijaanzicht van een stuurinrichting volgens de onderhavige uitvinding in een tweede 5 gebruikstoestand; en - figuur 4: een gedeeltelijk weggebroken perspectivisch aanzicht van een stuurinrichting volgens de onderhavige uitvinding in een eerste voorkeursuitvoeringsvorm en in een tweede gebruikstoestand.Further advantages and features of the present invention will be elucidated with reference to the annexed figures, in which: figure 1 shows a perspective side view of a vessel according to the present invention in a first preferred embodiment; figure 2: a side view of a control device according to the present invention in a first 10? a preferred embodiment which is in a first state of use; figure 3: a side view of a control device according to the present invention in a second position of use; and - figure 4: a partly broken away perspective view of a control device according to the present invention in a first preferred embodiment and in a second position of use.

10 Een vaartuig 1, bijvoorbeeld een sloep zoals deze geleverd wordt door aanvraagster, volgens de onderhavige uitvinding (fig. 1) wordt gebruikt voor het daarmee varen op het water 2 van bijvoorbeeld een meer, rivier of zee. Een vaartuig 1 volgens de onderhavige uitvinding omvat bij 15 voorkeur een romp 4 van bijvoorbeeld kunststof en/of hout, welke een voldoende drijvend vermogen verschaft voor het vaartuig om te drijven en te varen op het water 2. Een dergelijk vaartuig kan voortbewogen worden door bijvoorbeeld de wind of door een daarin of daaraan aangebrachte motor, 20 welke verder niet getoond is. De in figuur 1 getoonde voorkeursuitvoeringsvorm van een vaartuig 1 betreft een motorisch aangedreven vaartuig, waarbij een stuurwiel 6 van een stuurinrichting 8 gebruikt wordt om stuurbewegingen voor het kiezen van een gewenste koers en richting van het 25 vaartuig door te geven aan een verder niet getoond roer dat aan de achterzijde 10 van het vaartuig is aangebracht. Het roer is aangebracht om gewenste stuurbewegingen over te brengen op het water 2 zodat het vaartuig in de gewenste richting zal voortbewegen. Verder is in het vaartuig 30 tenminste één bank 12 aangebracht welke zich hoofdzakelijk nabij de achterzijde 10 van het vaartuig 1 bevindt, waarop één of meer inzittenden van het vaartuig op comfortabele wijze kunnen plaatsnemen. Eén van deze inzittenden, de i' L: · 5 bestuurder kan daarbij het stuurwiel 6 bedienen voor het kiezen van de gewenste koers waarbij de bestuurder zich zowel in een zittende positie op de bank 12 kan bevinden als in staande positie tijdens het besturen van het vaartuig.A vessel 1, for example a sloop as supplied by the applicant, according to the present invention (Fig. 1) is used for sailing it on water 2 of, for example, a lake, river or sea. A vessel 1 according to the present invention preferably comprises a hull 4 of, for example, plastic and / or wood, which provides a sufficient buoyancy for the vessel to float and sail on the water 2. Such a vessel can be propelled by, for example, the wind or by a motor mounted therein or thereto, which is not further shown. The preferred embodiment of a vessel 1 shown in Figure 1 relates to a motor-driven vessel, wherein a steering wheel 6 of a steering device 8 is used to transmit steering movements for choosing a desired course and direction of the vessel to a rudder (not further shown) which is arranged at the rear 10 of the vessel. The rudder is arranged to transmit desired steering movements to the water 2 so that the vessel will move in the desired direction. Furthermore, at least one bank 12 is arranged in the vessel 30, which bank is situated substantially near the rear side 10 of the vessel 1, on which one or more occupants of the vessel can comfortably take a seat. One of these passengers, the i'L: driver can thereby operate the steering wheel 6 to choose the desired course in which the driver can be both in a sitting position on the bench 12 and in a standing position while driving the vessel.

5 Een zijaanzicht van de stuurinrichting 8 (fig. 2) toont het stuurwiel 6 dat om een as 14 kan draaien voor het besturen van het vaartuig 1. Het stuurwiel 6 aan de as 14 is verbonden met een uitklapbaar gedeelte 16 dat scharnierend verbonden is met een bovenste kolomdeel 18 dat in een eerste 10 gebruikstoestand (fig. 2) hoofdzakelijk verticaal in het vaartuig is aangebracht. Het bovenste kolomdeel 18 is scharnierend verbonden met een onderste kolomdeel 20 van bijvoorbeeld hout of kunststof, welk onderste kolomdeel 20 weer middels bijvoorbeeld een klikverbinding of een 15 klemverbinding aan een motorhuis 22, waarin zich een verder niet getoonde motor bevind, is aangebracht. De kolomdelen 18 en 20 zijn tenminste gedeeltelijk hol uitgevoerd voor het daardoorheen leiden van kabels, draden of bijvoorbeeld slangen voor het doorgeven van stuurbewegingen van het 20 stuurwiel 6 aan een verder doorgeefmechanisme dat wederom verbonden is met het roer van het vaartuig. Dit overbrengingsmechanisme kan bijvoorbeeld op bekende wijze hydraulisch werken of op eveneens bekende wijze mechanisch door middel van stangen, kettingen en/of kabels.A side view of the steering device 8 (Fig. 2) shows the steering wheel 6 which can rotate about a shaft 14 for controlling the vessel 1. The steering wheel 6 on the shaft 14 is connected to a fold-out part 16 which is hingedly connected to an upper column part 18 which, in a first position of use (Fig. 2), is arranged substantially vertically in the vessel. The upper column part 18 is hingedly connected to a lower column part 20 of, for example, wood or plastic, which lower column part 20 is again arranged by means of, for example, a snap connection or a clamp connection to a motor housing 22, in which a motor (not further shown) is located. The column parts 18 and 20 are at least partially hollow for guiding cables, wires or for instance hoses for passing steering movements of the steering wheel 6 to a further relay mechanism which is in turn connected to the rudder of the vessel. This transmission mechanism can, for example, work hydraulically in known manner or mechanically in known manner by means of rods, chains and / or cables.

25 In een eerste gebruikstoestand is de stuurinrichting 8 in de lengterichting van het vaartuig op enige afstand aangebracht van de bank 12, zodanig dat een bestuurder die het stuurwiel 6 zal bedienen zich vrijelijk tussen het stuurwiel en de bank 12 kan bewegen voor het kiezen van een 30 gewenste staande houding waarbij het besturen van het vaartuig 1 comfortabel en ergonomisch kan gebeuren. Door de hoogte van de kolomdelen 18 en 20 op een vooraf bepaalde hoogte te kiezen waarbij de kolomdelen zich in een 10??? 39 6 hoofdzakelijk verticale positie boven elkaar bevinden en in deze positie zijn vastgezet door het draaien van de hendel 24 bevindt het stuurwiel 6 zich op een vooraf bepaalde hoogte die zeer geschikt is voor het staand bedienen daarvan.In a first position of use, the steering device 8 is arranged at some distance in the longitudinal direction of the vessel from the bank 12, such that a driver who will operate the steering wheel 6 can move freely between the steering wheel and the bank 12 to select a The desired standing position whereby steering of the vessel 1 can be carried out comfortably and ergonomically. By choosing the height of the column parts 18 and 20 at a predetermined height, the column parts being in a 10? 6 are substantially vertical above each other and are fixed in this position by turning the handle 24, the steering wheel 6 is at a predetermined height which is very suitable for standing operation thereof.

5 In een tweede gebruikstoestand kan de bestuurder echter een zittende positie prefereren, waarbij de bestuurder gezeten is op de bank 12 met bij voorkeur diens rug tegen de rugleuning van de bank 12 voor een optimaal comfort, waarbij de afstand tussen het stuurwiel 6 en de bank 12 echter 10 verkleind behoort te worden voor het comfortabel bedienen daarvan. Dit gebeurt door het kolomdeel 18 in de richting van de bank 12 te draaien rond een scharnierpunt 26 en in deze stand vast te zetten door het draaien van de hendel 24. Het uitklapbare gedeelte 16 met daaraan de as 14 draait nu om een 15 tweede draaipunt 28, zodanig dat het stuurwiel 6 steeds in hoofdzakelijk verticale stand blijft, onafhankelijk van de, bijvoorbeeld niet-verticale, stand waarin het bovenste kolomdeel 18 zich bevindt. Het onderste kolomdeel 20 is verbonden aan een tussengedeelte 28 dat eveneens gedeeltelijk 20 hol is uitgevoerd. Een bestuurder kan in zittende positie op de bank 12 toch ergonomisch het stuurwiel 6 bedienen, aangezien het stuurwiel 6 in een lagere positie, die tevens dichterbij de bank 12 gelegen is, gedraaid kan worden door het draaien van het bovenste kolomdeel 18.In a second position of use, however, the driver may prefer a sitting position in which the driver is seated on the bench 12, preferably with his back against the backrest of the bench 12 for optimum comfort, the distance between the steering wheel 6 and the bench 12, however, should be reduced for convenient operation thereof. This is done by rotating the column part 18 in the direction of the bank 12 around a pivot point 26 and fixing it in this position by turning the handle 24. The fold-out part 16 with the shaft 14 thereon now rotates about a second pivot point 28, such that the steering wheel 6 always remains in substantially vertical position, independent of the, for example non-vertical, position in which the upper column part 18 is located. The lower column part 20 is connected to an intermediate part 28 which is also partly hollow. A driver can still ergonomically operate the steering wheel 6 in the sitting position on the bench 12, since the steering wheel 6 can be rotated to a lower position, which is also closer to the bench 12, by rotating the upper column part 18.

25 Een gedeeltelijk opengewerkt aanzicht van de stuurinrichting 8 (fig. 4) toont het onderste kolomdeel 20 met schuine ribben 21 die zodanig gevormd zijn dat deze aansluiten op het motorhuis 22 en daarop rusten. Aan de bovenzijde van het onderste kolomdeel 20 is een 30 middengedeelte 28 van bijvoorbeeld hout aangebracht dat eveneens hol is en aan een bovenzijde daarvan rondlopende bovenranden 29 heeft zodat het bovenste kolomdeel 18 daarlangs kan draaien rond het scharnier 26. Het bovenste ίί U ...A partially cut-away view of the control device 8 (Fig. 4) shows the lower column part 20 with oblique ribs 21 which are shaped such that they connect to the motor housing 22 and rest on it. On the upper side of the lower column part 20 there is arranged a middle part 28 of, for example, wood, which is also hollow and has upper edges 29 running around it at the top, so that the upper column part 18 can rotate along it around the hinge 26. The upper ...

7 kolomdeel 18 is hoofdzakelijk vierkant uitgevoerd in een bovenaanzicht met rechtlopende wanden, waarbij in één of twee van deze wanden een klink 24 is aangebracht die met een pin 30 welke in een hoofdzakelijk rondlopende gleuf 32 in het 5 middengedeelte 28 valt voor het daarlangs geleiden van de pin 30. Het bovengedeelte 18 kan vast gezet worden door draaiing van de klink 24 waardoor de pin 30 het bovengedeelte 18 tegen het middengedeelte 28 klemt voor het fixeren daarvan. Een bijvoorbeeld metalen stang 34 welke aan één uiteinde draaiend 10 verbonden is met de pen 38 aan het middengedeelte 28 en aan het andere uiteinde draaiend verbonden is aan de pen 36 die aan het uitklapbare deel 16 aangebracht is zorgt ervoor dat het uitklapbare deel 16 steeds een hoofdzakelijk gelijke stand behoud, onafhankelijk van de draaiing en positie van 15 het bovenste kolomdeel 18. Het stuurwiel 6 dat middels de as 14 aan het uitklapbare deel 16 aangebracht is blijft daardoor net als uitklapdeel 16 steeds in een hoofdzakelijk gelijke, verticale stand.7 column part 18 is substantially square in a top view with straight-running walls, in which one or two of these walls is provided with a latch 24 which with a pin 30 falls into a substantially circular groove 32 in the central portion 28 for guiding along it the pin 30. The upper part 18 can be fixed by turning the latch 24, whereby the pin 30 clamps the upper part 18 against the middle part 28 for fixing thereof. A metal rod 34, for example, which is pivotally connected at one end to the pin 38 at the center portion 28 and pivotally connected at the other end to the pin 36 which is mounted on the fold-out part 16, ensures that the fold-out part 16 is always a Maintain substantially the same position, independent of the rotation and position of the upper column part 18. The steering wheel 6 which is arranged on the fold-out part 16 by means of the shaft 14 therefore, just like the fold-out part 16, always remains in a substantially equal, vertical position.

Met een vaartuig volgens de onderhavige uitvinding 20 kan dit zowel in een staande als in een zittende houding ergonomisch en comfortabel bestuurd worden, waarbij een daarin aangebrachte stuurinrichting steeds op eenvoudige wijze aangepast kan worden aan de houding van een bestuurder waardoor deze steeds een comfortabele positie kan innemen.With a vessel according to the present invention, this can be ergonomically and comfortably controlled in both a standing and a sitting position, wherein a steering device arranged therein can always be easily adapted to the position of a driver so that he can always have a comfortable position take it.

25 Aangezien een bestuurder comfortabel en ergonomisch de stuurinrichting kan bedienen houdt deze het sturen langer vol, bijvoorbeeld gedurende de gehele dag waarbij rugklachten en dergelijke ongemakken worden voorkomen.Since a driver can operate the steering device comfortably and ergonomically, it maintains steering for longer, for example throughout the day, whereby back problems and the like inconveniences are prevented.

De gezochte bescherming voor de onderhavige 30 uitvinding is niet beperkt tot de bovenbeschreven voorkeursuitvoeringsvorm waarin velerlei modificaties denkbaar zijn; de gezochte bescherming wordt bepaald door de bij gevoegde conclusies.The protection sought for the present invention is not limited to the above-described preferred embodiment in which many modifications are conceivable; the protection sought is determined by the appended claims.

* o - ; 3 9* o -; 3 9

Claims

1. Vessel comprising a hull, means for propelling the vessel and means for propelling the vessel during propulsion, which are arranged at a fixed position in the vessel, the means for steering comprising an operating member near a desired control position for a driver, and wherein the control member is mechanically adjustable over a considerable distance relative to the hull in order to obtain two or more desired control positions.

2. Vessel as claimed in claim 1, wherein the operating member remains substantially vertical in any position in which the operating member is set.

3. Vessel as claimed in claim 1 or 2, wherein the operating member is adjustable over a distance greater than 30 cm in the longitudinal direction of the hull.

4. Vessel according to claim 1, 2 or 3, wherein the vessel comprises a bench which is arranged near the operating member on which, for example, a driver can take a seat.

The vessel of any one of claims 1-4, wherein the means for steering further comprises means for securing it to a desired position.

6. Vessel as claimed in any of the claims 1-5, further comprising steering means, such as a rudder, wherein the operating member is connected to the means for steering mainly via hydraulic means.

7. Vessel as claimed in any of the foregoing claims, wherein the means for steering comprise a substantially upper part and a lower part, the upper part being rotatably adjustable relative to the lower part.

8. Method for steering a vessel, the vessel comprising a hull, means for propelling the vessel and means for steering during propulsion which are arranged at a fixed position in the vessel 5, the means for steering a and wherein the operating member is adjustable over a considerable mechanical distance with respect to the hull in order to obtain two or more desired control positions.

The method of controlling a vessel according to claim 8, wherein the operating member remains substantially in a vertical position in any position in which the operating member is set.

10. Method for controlling a vessel 15 according to claim 8 or 9, wherein the means for steering further comprise a steering member, such as a rudder and hydraulic means, the operating member being connected to the steering member mainly via the hydraulic means.

The method of any one of claims 8-10, wherein the means for controlling comprises a substantially upper portion and a lower portion, the upper portion being pivotally adjustable with respect to the lower portion.

12. Steering means for controlling a vessel, comprising: - an operating member near a desired steering position for a driver; - a steering member, such as a rudder for steering a vessel therewith; hydraulic means connected at one end to the steering wheel for transmitting rotational movements thereof to the steering member, the operating member being adjustable over a considerable distance in order to obtain two or more desired steering positions. 10 2-33