NL1019927C2 - Slotconstructie voor een shovel. - Google Patents

Description

Slotconstructie voor een shovel.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een shovel omvattende een voorste deel en een achterste deel welke scharnierend met elkaar verbonden zijn, en 5 waarbij het achterste deel omvat een aandrijfmotor, besturingscabine en achteras en het voorste deel omvat hydraulische vijzels voor een bak of dergelijke alsmede de vooras, waarbij middelen aanwezig zijn om de schamierverbinding tussen het voorste deel en achterste deel te blokkeren, welke middelen omvatten een scharnierend met het voorste of achterste deel verbonden blokkeerarm, welke aan het vrije uiteinde voorzien is van 10 een opening, alsmede een aan het achterste of voorste deel aangebrachte lip voorzien van een opening, waarbij die openingen in lijn gebracht kunnen worden voor het ontvangen van een blokkeerorgaan.

Een dergelijke shovel is in de stand der techniek algemeen bekend. Daarbij is een blokkeerarm aanwezig die scharnierend aan het voorste of achterste deel bevestigd is.

15 Voor transport wordt de opening in het vrije uiteinde van de blokkeerarm gebracht boven een opening in een lip in het andere deel van de shovel en daardoorheen een pen gebracht. Een dergelijke blokkering vindt plaats nadat de shovel op bijvoorbeeld een dieplader of dergelijke gereden is. Uit US-A-4 116 495 is het blokkeren van een dergelijke scharnierende verbinding bekend.

20 Een probleem is dat shovels in toenemende mate gestolen worden of tijdelijk misbruikt worden bijvoorbeeld voor het uitvoeren van zogenaamde "ramkraken". Echter, zijn de kosten van het transporteren van een shovel naar een veilige plaats met behulp van een dieplader hoog. Daarom worden shovels vaak 's nachts en ook in het weekend op de bouwplaats achtergelaten.

25 Het is het doel van de onderhavige uitvinding in een simpel en robuust slot te voorzien voor een shovel dat niet op eenvoudige wijze ongedaan gemaakt kan worden.

Dit doel wordt bij een hierboven shovel verwezenlijkt doordat dat blokkeerorgaan slotmiddelen omvat voor het vastleggen van dat blokkeerorgaan.

Volgens de uitvinding wordt de bestaande constructie voor het blokkeren van het 30 voorste en achterste deel gebruikt om ontvreemding van de shovel te voorkomen.

Immers, bij blokkering van het voorste en achterste deel is de shovel niet meer ergens heen te rijden. Door te voorkomen dat de pen niet uit de blokkeringarm en bijbehorende 1019927 2 lip verwijderd kan worden, kan op eenvoudige wijze in een diefstalbeveiliging voorzien worden.

De slotmiddelen en het blokkeerorgaan kunnen op enige in de stand der techniek voorstelbare wijze samenwerken.

5 Volgens een voorkeursuitvoering is de pen nabij het einde dat niet van de kop voorzien is, voorzien van een zich dwars op de langshartlijn uitstrekkende opening. Daardoor heen kan de pen van bijvoorbeeld een beugelslot aangebracht worden. Het is vanzelfsprekend eveneens mogelijk een zwaar beugelslot in de plaats van de pen toe te passen.

10 Volgens een verdere van voordeel zijnde uitvoering is het mogelijk het van de kop afgelegen einde van de pen van een (gedeeltelijke) omtreksgroef te voorzien waarin een opname van een slot gestoken kan worden. Met de onderhavige uitvinding is het mogelijk de slotmiddelen zeer strak aanliggend tegen overige delen van de constructie van de shovel te plaatsen.

15 Daardoor is het niet op eenvoudige wijze mogelijk bij kwetsbare delen van de slotmiddelen te komen. De blokkeerarm is zo degelijk uitgevoerd dat het niet eenvoudige is deze door te zagen en/of te slijpen.

De uitvinding zal hieronder nader aan de hand van een in de tekening afgebeeld uitvoeringsvoorbeeld verduidelijkt worden.

20 Daarbij tonen: fig. 1 in perspectivisch aanzicht een shovel; fig. 2 een detail van de schamierverbinding tussen voorste en achterste deel van de shovel volgens fig. 1; fig. 3 toepassing van de onderhavige uitvinding bij die schamierverbinding; en 25 fig. 4 in aanzicht een variant van de uitvinding.

In fig. 1 is met 1 een shovel aangegeven. Deze bestaat uit een voorste deel 2 en een achterste deel 3. Het achterste deel is voorzien van een cabine 4 en motor 5. Op het voorste deel zijn vijzels 6 aangebracht (slechts enkele afgebeeld) en een bak 7. Het voorste en achterste deel zijn via een scharnier 8 met elkaar verbonden. Niet afgebeelde 30 vijzels zijn aanwezig om het voorste deel ten opzichte van het achterste deel te kunnen draaien en zo in sturing te voorzien. Het scharnier 8 bestaat uit een onderplaat 10 in voorste deel 2 en een bovenplaat 11 in achterste deel 3 zoals in fig. 2 afgebeeld. Daardoor is een zware schamierpen 12 aangebracht.

1 o 1 ;? 9 2 7 3

Om bij transport van de shovel te voorkomen dat deze los raakt van bijvoorbeeld een dieplader worden het voorste deel 2 en achterste deel 3 ten opzichte van elkaar geblokkeerd. Daartoe is voorste deel 2 voorzien van een lip 14 waaraan via een pen 22 (fig. 3) scharnierend een blokkeerarm 15 bevestigd is. Deze is nabij het vrije uiteinde 5 voorzien van een opening 9. Zoals met stippellijn in fig. 2 aangegeven, kan deze opening 9 gebracht worden boven een opening aangebracht in een lip 13 op het achterste deel 3. Volgens de stand der techniek wordt vervolgens een pen aangebracht (niet getoond) waardoor blokkering perfect is.

Volgens de onderhavige uitvinding wordt eveneens een dergelijke pen 18 10 toegepast zij het dat deze van bijzondere maatregelen voorzien is. Deze pen is in fig. 3 in detail getoond en in het geheel met 18 aangegeven. De kop van deze pen heeft verwijzingscijfer 17. Zoals blijkt uit fig. 3 strekt deze pen zich uit door lip 13 en opening 9 van blokkeerarm 15. Het vrije einde van pen 18 is volgens de uitvinding voorzien van een zich dwars op de langshartlijn daarvan uitstrekkende boring 19. Door 15 deze boring 19 die in aangebrachte toestand van de pen 18 onder de blokkeerarm 15 uitsteekt kan een pen 21 van een slot 20 aangebracht worden. Dit slot 20 is verhoudingsgewijs robuust uitgevoerd en zoals blijkt uit fig. 3 is het niet of nauwelijks mogelijk met gereedschap bij de kwetsbare pen 21 te komen. Daardoor is het voor kwaadwillende personen haast onmogelijk pen 18 op ongewenste wijze te verwijderen. 20 De overige delen van de constructie zijn eveneens bijzonder zwaar uitgevoerd zodat diefstal of ander onbevoegd gebruik niet eenvoudig zal zijn voor kwaadwillende personen.

Om bijvoorbeeld te voorkomen dat pen 22 verwijderd wordt, is deze pen aan de onderzijde voorzien van een borglichaam 23 dat op enigerlei in de stand der techniek 25 bekende wijze onverbreekbaar verbonden is met pen 22.

In fig. 4 is een variant van de onderhavige uitvinding afgebeeld. De uitneembare pen is in het geheel met 25 aangegeven en bij het van de kop verwijderde einde voorzien van een groef 26 die zich over een beperkt deel van de omtrek uitstrekt. Daarin kan de opname van een slot 27 met opening gestoken worden en kan vervolgens 30 blokkering met een pen voor het slot van het slot verkregen worden. Dergelijke sloten zijn algemeen bekend. Een niet nader afgebeelde hulpboring kan bij het vrije einde van pen 25 aanwezig zijn voor het opnemen van borgpen 28 in het geval het slot 27 niet aanwezig is.

1019927 4

Uit fig. 4 blijkt eveneens dat de kop van de pen 25 versterkt uitgevoerd is doordat een plaat 29 aangebracht is onder de kop waardoor losmaken van de pen verder voorkomen wordt.

Uit het bovenstaande blijkt dat talrijke varianten mogelijk zijn om de 5 blokkeerarm 15 zodanig ten opzichte van lip 13 vast te leggen dat onbevoegd gebruik tegengegaan wordt. Verdere varianten van hetgeen hier getoond is, zullen dadelijk opkomen bij degene bekwaam in de stand der techniek en liggen binnen het bereik van de bijgaande conclusies.

Claims (5)

1. Shovel (1) omvattende een voorste deel (2) en een achterste deel (3) welke 5 scharnierend met elkaar verbonden zijn, en waarbij het achterste deel omvat een aandrijfmotor (5), besturingscabine (4) en achteras en het voorste deel (2) omvat hydraulische vijzels (6) voor een bak (7) of dergelijke alsmede de vooras, waarbij middelen (15) aanwezig zijn om de schamierverbinding tussen het voorste deel en achterste deel te blokkeren, welke middelen omvatten een scharnierend met het voorste 10 of achterste deel verbonden blokkeerarm (15), welke aan het vrije uiteinde voorzien is van een opening (9) alsmede een aan het achterste of voorste deel aangebrachte lip (13, 14) voorzien van een opening, waarbij die openingen in lijn gebracht kunnen worden voor het ontvangen van een blokkeerorgaan (18,25) met het kenmerk, dat dat blokkeerorgaan slotmiddelen (20) omvat voor het vastleggen van dat blokkeerorgaan.

2. Shovel volgens conclusie 1, waarbij dat blokkeerorgaan een pen omvat op te nemen in die opening aan een einde voorzien van een kop (18) en aan het andere einde voorzien van een zich loodrecht op de langsas van die pen uitstrekkende dwarsopening (19), waarbij die slotmiddelen een zich door die dwarsopening uitstrekkende pen (21) omvatten. 20

3. Shovel volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij die slotmiddelen een beugelslot omvatten.

4. Shovel volgens een van voorgaande conclusies, waarbij dat blokkeerorgaan een 25 pen omvat op te nemen in die openingen aan een einde voorzien van een kop en aan het andere einde voorzien van een omtreksgroef (26) waarbij die slotmiddelen een opname omvatten voor het opnemen van het van omtreksgroeven voorziene einde van die pen.

5. Shovel volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij die blokkeerarm 30 scharnierend met het voorste of achterste deel verbonden is. 1019927