NL1019564C2 - Inrichting voor beveiliging van een persoon. - Google Patents

Description

INRICHTING VOOR BEVEILIGING VAN EEN PERSOON

Onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het beveiligen van een persoon tegen gezondheidsbedreigende invloeden van buitenaf.

De moderne mens is zich steeds bewuster geword-5 en van de gevaren waaraan hij binnenshuis en buitenshuis is blootgesteld. Als gevolg hiervan zijn talloze pogingen ondernomen om de veiligheid van de mens te vergroten. In een personenauto zijn speciale veiligheidsvoorzieningen getroffen, bijvoorbeeld in de vorm van veiligheidsgor-10 dels, airbags en dergelijke, om ervoor zorgen dat bij een eventuele botsing de persoon in de auto beschermd wordt. Ook getroost de overheid zich veel moeite om bij het bouwen van woningen, kantoren, winkels etc. steeds zwaardere veiligheidsvoorzieningen te eisen teneinde de mens 15 tegen gevaren zoals brand en de daarbij behorende rookontwikkeling, instorting en soortgelijke gevaren te beschermen.

Ondanks de bovengenoemde door de mens getroffen veiligheidsmaatregelen komt het toch nog vaak voor dat 20 als gevolg van brand mensen onnodig gewond raken of zelfs om het leven komen. Zo hebben recente ongelukken in tunnels de kwetsbaarheid van de mens aangetoond wanneer deze zich in een afgesloten of althans moeilijk te verlaten ruimte bevindt waarin zich een calamiteit heeft 25 voorgedaan. Gebleken is dat niet alleen een groot aantal mensen verongelukt door directe gevolgen van de brand, zoals verbranding, gebrek aan zuurstof etc., maar dat een nog groter deel van de mensen om het leven komt of althans gewond raakt als indirect gevolg van de brand, 30 bijvoorbeeld door de rookontwikkeling. Door een extreme rookontwikkeling gebeurt het namelijk vaak dat personen geen voordeel hebben van de in de betreffende ruimte aanwezige veiligheidsvoorzieningen, zoals nooddeuren, •t f~\ <. « 2 noodverlichting, brandblussers etc. omdat het zicht te beperkt is. Bovendien nemen de krachten van een persoon snel af wanneer als gevolg van de rookontwikkeling de ademhaling bemoeilijkt wordt. Dit wordt versterkt door 5 het feit dat mensen in paniek raken wanneer het zicht en/of de ademhaling belemmerd wordt.

Het is een doel van de onderhavige uitvinding een inrichting voor het beveiligen van een persoon tegen dergelijke schadelijke invloeden van buitenaf te ver-10 schaffen waarin bovengenoemde bezwaren zijn ondervangen. De uitvinding verschaft daartoe een inrichting voor het beveiligen van een persoon, omvattende een compacte houder voorzien van draagmiddelen voor het door de persoon laten dragen van de houder alsmede in de houder aan 15 te brengen veiligheidsmiddelen voor het beveiligen van de dragende persoon tegen invloeden van buitenaf waaronder rook en hitte, waarbij de veiligheidsmiddelen omvatten: - middelen voor het beveiligen van de persoon tegen rook, omvattende een gelaatsstuk en of meer verwis- 20 selbare filters voor het, in gemonteerde toestand, filteren van de door de persoon in te ademen lucht,- en - een hittedeken waarmee de persoon althans gedeeltelijk te omgeven is voor het beveiligen van de persoon tegen de hitte.

25 Doordat de veiligheidsmiddelen in de compacte houder zijn aangebracht en tevens draagmiddelen zijn voorzien voor het laten dragen van de compacte houder door de persoon, kan deze de inrichting te allen tijde bij zich houden. Dat wil zeggen dat de veiligheidsmidde-30 len altijd beschikbaar zijn, ook wanneer men overnacht in een hotel zonder of althans met slecht aangegeven"vluchtwegen, wanneer gereden wordt door een tunnel met onvoldoende veiligheidsvoorzieningen, enz. In de houder liggen de meest belangrijke veiligheidsmiddelen direct voor het 35 grijpen, te weten de middelen voor het beveiligen van een persoon tegen rook voor het tegengaan van de indirecte gevolgen van de brand en een hittedeken voor het tegengaan van de directe gevolgen van een brand.

3

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de rookbeveilingsmiddelen een halfgelaatmasker en een afzonderlijke veiligheidsbril. Het halfgelaatmasker bedekt tenminste de neus en de mond van de persoon waar-5 door deze via de filters de lucht kan inademen. Door een halfgelaatmasker en een afzonderlijke veiligheidsbril te gebruiken kunnen deze middelen in een zeer compacte houder worden aangebracht. Bovendien heeft de combinatie van veiligheidsbril en halfgelaatmasker een zeer laag 10 gewicht, bij voorkeur minder dan 250 gram. In een andere voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de rookbeveiligingsmid-delen echter een volgelaatmasker met vizier. Alhoewel dit volgelaatmasker meer ruimte in beslag neemt, is deze sneller op te zetten, hetgeen in sommige speciale situa-15 ties van belang kan zijn.

Bij voorkeur is de hittedeken voorzien van een of meer handgrepen waaraan deze door de persoon eenvoudig hanteerbaar blijft. Een dergelijke hittedeken of branddeken is bij voorkeur vervaardigd van een tweezijdig gecoa-20 te glasvezeldoek. Een dergelijk doek verschaft uitstekende brandwerende eigenschappen.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de veiligheidsmiddelen tevens middelen voor het inslaan van een ruit, bij voorkeur een glashamer. Wanneer 25 de persoon in kwestie opgesloten is in een beperkte ruimte zoals een voertuigcabine, een hotelkamer, of een kantoorruimte, kan de persoon zich een uitweg naar buiten verschaffen door de ruit die de beperkte ruimte afsluit, in te slaan. In een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm 30 omvatten de veiligheidsmiddelen tevens een mes voor het doorsnijden van veiligheidsgordels.

In een andere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de inrichting verlichtingsmiddelen voor het verlichten van de omgeving van de persoon, bij voorkeur een lantaarn of 35 een toorts. Hierdoor kan de persoon het zicht, dat door de rookontwikkeling beperkt kan zijn, sterk te vergroten.

In een andere voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding is de houder aan zijn buitenoppervlak voorzien 4 van een of meer lichtgevende markeringen. Deze markeringen kunnen batterijgevoede lichtbronnen omvatten. Ook zijn markeringen te voorzien die zijn opgebouwd uit fluorescerend materiaal. Dit heeft als voordeel boven de 5 batterijgevoede markeringen dat er minder onderhoud (vervanging van batterijen) vereist is.

Volgens een andere voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding is de houder aan zijn buitenoppervlak voorzien van een of meer lichtreflecterende markeringen. 10 In een andere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de inrichting bevestigingsmiddelen voor het bevestigen van de houder aan een oppervlak in de nabijheid van de te beveiligen persoon, in het bijzonder voor het bevestigen van de houder aan voertuigbekleding van voertuig waarin 15 de persoon te transporteren is. Dit betekent dat de veiligheidsinrichting altijd onder handbereik is, hetgeen van belang is om de overlevingskansen van de persoon bij een calamiteit zo groot mogelijk te maken.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm zijn 20 filters voorzien voor het uit de in te ademen lucht verwijderen van schadelijke stoffen, in het bijzonder voor het daaruit verwijderen van rookgassen, welke filters bij voorkeur van het verwisselbare type zijn, aangezien de filters om de zoveel tijd vervangen moeten worden 25 om een goede werking te garanderen. Bovendien kan de beveiligingsinrichting hierdoor eenvoudig geschikt worden gemaakt voor speciale toepassingen, zoals wanneer een persoon zich begeeft in gebieden met een buitengewoon risico. Wanneer de persoon zich bijvoorbeeld begeeft in 30 de nabijheid van een chemische fabriek, dan kan de keuze van de toe te passen filters afhankelijk zijn van'de in de fabriek bij een calamiteit vrij te komen gassen.

Verdere voordelen, kenmerken en details van de onderhavige uitvinding zullen worden verduidelijkt aan de 35 hand van een beschrijving van een voorkeursuitvoeringsvorm daarvan. In de beschrijving wordt verwezen naar de figuren waarin een persoon getoond wordt, welke een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding bij zich draagt.

5

Figuur 1 toont een persoon P welke een veilig-heidsinrichting 1 draagt. De veiligheidsinrichting 1 omvat een tas 2 dat met een van een flap 4 voorzien deksel 3 afsluitbaar is. De flap 4 is aan zijn binnenzij-5 de (niet weergegeven) voorzien van klitteband. Op een corresponderende positie is de tas 2 voorzien van klitteband om een eenvoudige en makkelijk los te maken afsluiting van de tas mogelijk te maken.

In de weergegeven uitvoering is de tas 2 met 10 behulp van een draagriem 5 over de schouder van de persoon te dragen. In andere, niet weergegeven uitvoeringsvormen kan de tas 2 ook voorzien zijn van een heupriem of zijn voorzien van middelen voor bevestiging van de tas aan de broekriem van de persoon P of aan de pols van de 15 persoon, al naar gelang de wensen op het gebied van gebruiksgemak van de persoon P.

De tas 2 is aan de buitenzijde voorzien van een markering 6. In de weergegeven uitvoering heeft de markering 6 de vorm van een gevarendriehoek, die is vervaar-20 digd van lichtreflecterend materiaal zodat de driehoek oplicht wanneer deze door licht beschenen wordt. De markering kan tevens (ten dele) worden uitgevoerd in fluorescerend materiaal, opdat de markering, zonder dat deze wordt aangestraald, licht uitzendt. Dit vergemakke-25 lijkt het vinden van de tas 2 wanneer deze niet door de persoon P gedragen wordt maar vlakbij hem in de buurt is neergelegd. Wanneer bijvoorbeeld de persoon in een hotel overnacht, wordt geadviseerd de veiligheidsinrichting vlak naast het bed neer te zetten. Zelfs indien de bevei-30 ligingsinrichting dichtbij de persoon is geplaatst, kan het toch nodig zijn om de genoemde markeringen op"de tas aan te brengen aangezien het zicht in geval van rookontwikkeling te beperkt kan zijn.

In plaats van of in aanvulling op een markering 35 in de vorm van een gevarendriehoek kan de markering tevens bestaan uit een combinatie van letters en/of cijfers. In een niet-weergegeven uitvoering is de tas 2 6 bijvoorbeeld voorzien van de aanduiding "PSB", hetgeen staat voor Personal Safety Bag.

In de tas 2 is tevens een gasmasker aangebracht. In de weergegeven uitvoeringsvorm (figuur 2) is 5 een halfgelaatmasker 7 getoond welke slechts de mond en de neus van het gezicht bedekt en de ogen vrijlaat. Het halfgelaatmasker is voorzien van een tweetal filters 10 waarmee vaste stofdeeltjes en gassen gefilterd kunnen worden. De filters omvatten een of meer verwisselbare 10 filterpatronen waardoor het systeem ook langdurig te gebruiken is. De filterpatronen kunnen aangepast worden aan de te verwachten gassen waartegen het filter bescherming moet bieden. Wanneer de persoon zich bijvoorbeeld ophoudt in gebieden met een speciaal risico, zoals bijvoorbeeld 15 gebieden waarin ammoniak vrij kan komen, kan een speciaal voor bescherming tegen ammoniak geschikt filterpatroon worden toegepast. In het algemeen volstaat echter een filter waarmee kleine stof- of roetdeeltjes alsmede rookgassen als gevolg van een brand uit de lucht te 20 filteren zijn. Het voordeel van het halfgelaatmasker, al dan niet in combinatie met een veiligheidsbril, is dat deze zeer compact is en bovendien een uitermate laag gewicht heeft. Toepassing van een volgelaatmasker, waarin niet alleen de mond en de neus maar tevens de ogen bedekt 25 worden, is echter eveneens mogelijk. Alhoewel een volgelaatmasker zwaarder en omvangrijker is dan halfgelaats-masker, heeft een volgelaatsmasker het voordeel dat het masker snel en met één beweging op het hoofd van de persoon is aan te brengen waarbij niet alleen de in te 30 ademen lucht gezuiverd wordt, maar tevens de ogen beschermd worden. Bij een halfgelaatsmasker zal e'ëri aparte veiligheidsbril, die afzonderlijk van het masker moet worden opgezet, in veel gevallen noodzakelijk zijn.

Tevens is in de tas 2 een branddeken 8 aange-35 bracht, die in uitgevouwen toestand aan handgrepen 9 kan worden vastgehouden en wel zodanig dat de branddeken 8, nadat de persoon het gasmasker en eventuele veiligheidsbril heeft opgezet, de branddeken 8 om zich heen kan 7 slaan. Hierbij worden met name de hittegevoelige delen van zijn lichaam zoals het hoofd en eventueel ontblote armen bedekt, zodat de persoon enige vorm van bescherming tegen de vlammen of de door de vlammen veroorzaakte hitte 5 verkrijgt.

In een niet weergegeven uitvoeringsvorm is in de tas 2 tevens een hamer aangebracht waarmee de persoon een eventuele autoruit of andere ruit kan inslaan.

Voorts is gebleken dat bij brand veel ongeluk-10 ken gebeuren als gevolg van het feit dat er te weinig licht is, bijvoorbeeld omdat de rookontwikkeling toegang van licht bemoeilijkt of omdat de elektriciteit van de verlichting is uitgevallen. Daarom is in een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding de tas 2 15 voorzien van een zaklantaarn, bij voorkeur in de vorm van een waterdichte, met penlights gevoede zaklantaarn. Als alternatief kunnen echter ook toortsen of andere lichtbronnen worden toegepast.

In een verdere, niet-weergegeven uitvoerings-20 vorm is de tas voorzien van middelen om de persoon vanaf een grote hoogte veilig naar beneden te brengen. Daartoe is in de tas 2 een lange kabel aangebracht, waarvan een einde aan het gebouw, bijvoorbeeld aan een wand, of aan een zwaar object in het gebouw, zoals een bed in een 25 hotelkamer, bevestigd kan worden en waarvan het andere uiteinde door een venster of balkondeur naar buiten kan worden geleid. Nadat vervolgens een uit de bergsport bekende klimgordel aan het touw is bevestigd, kan de persoon zich snel en veilig via het touw naar beneden 30 laten zakken.

Het is denkbaar de tas 2 te voorzien van meer aanvullende veiligheidsmiddelen, een en ander afhankelijk van de risico's die de persoon verwacht te lopen. Een belangrijk aspect van de uitvinding blijft echter dat de 35 veiligheidsinrichting 1 zodanig compact en licht blijft, dat de persoon geneigd is deze altijd bij zich te dragen. Zodra de inrichting te omvangrijk en/of te zwaar wordt, 8 zal de persoon in de verleiding komen om de veiligheids-inrichting niet altijd mee te nemen.

De afmetingen van de compacte houder of tas bedragen maximaal 30 bij 30 bij 10 cm (lengte x breedte x 5 hoogte) en bij voorkeur 25 bij 20 bij 7 cm bedragen. Gebleken is dat bij dergelijke compacte afmetingen een gemiddeld mens nog bereid is de beveiligingsinrichting (nagenoeg) altijd bij zich te dragen.

De onderhavige uitvinding is niet beperkt tot 10 de bovenbeschreven voorkeursuitvoeringsvorm daarvan; de gevraagde rechten worden bepaald door de navolgende conclusies binnen de strekking waarvan.velerlei modificaties denkbaar zijn.

Claims (17)

1. Inrichting voor het beveiligen van een 5 persoon, omvattende een compacte houder voorzien van draagmiddelen voor het door de persoon laten dragen van de houder alsmede in de houder aan te brengen veilig-heidsmiddelen voor het beveiligen van de dragende persoon tegen invloeden van buitenaf waaronder rook en hitte, 10 waarbij de veiligheidsmiddelen omvatten: - middelen voor het beveiligen van de persoon tegen rook, omvattende een gelaatsstuk en of meer verwisselbare filters voor het, in gemonteerde toestand, filteren van de door de persoon in te ademen lucht; en 15 - een hittedeken waarmee de persoon althans gedeeltelijk te omgeven is voor het beveiligen van de persoon tegen de hitte.

2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de rookbeveiligingsmiddelen een halfgelaatmasker en een 20 afzonderlijke veiligheidsbril omvatten.

3. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de rookbeveiligingsmiddelen een volgelaatmasker met vizier omvatten.

4. Inrichting volgens conclusie 1, welke een of 25 meer handgrepen omvat waaraan de hittedeken in een om de persoon heen geslagen toestand vastgrijpbaar is.

5. Inrichting volgens conclusie 4, waarbij de hittedeken is vervaardigd van een tweezijdig gecoate glasvezeldoek.

6. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de veiligheidsmiddelen tevens middelen omvatten voor·-het inslaan van een ruit, bij voorkeur een glashamer.

7. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de veiligheidsmiddelen een mes omvatten voor het doorsnijden 35 van veiligheidsgordels.

8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, verlichtingsmiddelen omvattende voor het ver- lichten van de omgeving van de persoon, bij voorkeur een lantaarn of een toorts.

9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de houder aan zijn buitenoppervlak 5 voorzien is van een of meer lichtgevende markeringen.

10. Inrichting volgens conclusie 9, waarbij de markeringen fluorescerend materiaal omvatten.

11. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de houder aan zijn buitenoppervlak 10 voorzien is van een of meer lichtreflecterende markeringen.

12. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, bevestigingsmiddelen omvattende voor het bevestigen van de houder aan een oppervlak in de nabij- 15 heid van de te beveiligen persoon, in het bijzonder voor het bevestigen van de houder aan voertuigbekleding van voertuig waarin de persoon te transporteren is.

13. Inrichting volgens conclusie 12, waarbij de bevestigingsmiddelen klitteband omvatten.

14. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de draagmiddelen een lusvormig deel omvatten voor door de schouder, de riem en/of de hand van de persoon laten dragen van de houder.

15. Inrichting volgens een der voorgaande 25 conclusies, welke filters omvat voor het uit de in te ademen lucht verwijderen van schadelijke stoffen, in het bijzonder voor het daaruit verwijderen van rookgassen.

16. Inrichting volgens conclusie 15, waarbij de filters in gebruik verwisselbaar zijn.

17. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de afmetingen van de compacte- houder maximaal 30 bij 30 bij 10 cm (lengte x breedte x hoogte) en bij voorkeur 25 bij 20 bij 7 cm bedragen.