NL1017933C2 - Inrichting voor het afgeven van kleefband. - Google Patents

Description

Titel: Inrichting voor het afgeven van kleefband.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het afgeven van kleefband. Dergelijke inrichtingen zijn uit de praktijk bekend.

Een bekende inrichting voor het afgeven van kleefband is een dozensluiter. Deze inrichting omvat een frame met daarop een nok waarop 5 een rol plakband kan worden geschoven. Op hetzelfde frame is, aan de tijdens gebruik naar de doos gekeerde zijde een drukrol voorzien waarlangs tape wordt geleid, waarbij een veer het tape tegen de drukrol houdt. Boven de drukrol is een mes voorzien met een gekartelde snijrand. Het frame wordt gedragen door een handvat. Tijdens gebruik wordt een rol plakband 10 op de stomp vastgezet, zodanig dat het plakband langs de drukrol wordt geleid met de klevende zijde van de drukrol en het mes afgekeerd. Het plakband wordt met het vrije einde tegen een doos gedrukt, waarna de inrichting van het vrije einde wordt wegbewogen. Door de kleefkracht van het plakband wordt de rol afgerold, waarbij het afgerolde deel van het 15 plakband tegen de doos kan worden gedrukt met een nabij de drukrol opgestelde lip. Wanneer voldoende plakband is afgerold wordt het strakgetrokken en wordt de inrichting verzwenkt, zodanig dat het plakband door het mes wordt afgesneden en het vrije einde tegen het mes wordt vastgehouden. Bij verder gebruik is dan steeds een nieuw stuk plakband 20 gereed voor hechting aan een nieuwe doos.

Deze bekende inrichting heeft als voordeel dat eenvoudig en met weinig handelingen kleefband kan worden aangebracht. Een belangrijk nadeel hiervan is evenwel dat het mes steeds bereikbaar is. Dit levert gevaar voor gebruikers en voor de omgeving op, terwijl bovendien eenvoudig 25 beschadigingen kunnen optreden van het oppervlak waarop het kleefband dient te worden of is aangebracht. Immers, het mes kan onbedoeld met dat oppervlak in contact komen. Ook wanneer de inrichting niet in gebruik is levert dit mes gevaar op.

1 0179 33 2

De uitvinding beoogt een inrichting voor het afgeven van kleefband, waarbij de in de inleiding genoemde nadelen van de bekende inrichting zijn verhinderd, met behoud van de voordelen daarvan. Daartoe wordt een inrichting volgens de uitvinding gekenmerkt door de maatregelen 5 volgens conclusie 1.

Een inrichting volgens de uitvinding is voorzien van een behuizing waarin tijdens gebruik de snijmiddelen althans in hoofdzaak zijn opgenomen, zodanig dat de snijmiddelen naar de omgeving zijn afgeschermd, ten minste wanneer deze niet worden gebruikt.

10 Bedieningsmiddelen zijn daarbij voorzien voor het actief tussen een teruggetrokken stand en een gebruiksstand bewegen van de snijmiddelen, waarbij de snijmiddelen slechts in of nabij de gebruiksstand het kleefband kunnen afsnijden of afscheuren. Hierdoor is zorggedragen voor een veilige inrichting voor het afgeven van kleefband, welke bovendien eenvoudig is in 15 gebruik. Beschadigingen en verwondingen worden eenvoudig verhinderd, terwijl bovendien op bijzonder eenvoudige en doeltreffende wijze de snijmiddelen worden beschermd, met name ook wanneer de inrichting niet wordt gebruikt.

In deze dient behuizing zodanig te worden opgevat dat ten minste 20 de snijmiddelen daardoor zijn afgeschermd van de omgeving, ten minste in een teruggetrokken stand en bij voorkeur ook in hoofdzaak tijdens snijden van het tape. Bovendien verdient het voorkeur dat de snijmiddelen binnen de behuizing zijn teruggetrokken wanneer nieuwe tape dient te worden ingelegd. De tape zelf kan doch behoeft niet binnen de behuizing te zijn 25 opgenomen.

In een voordelige uitvoeringsvorm is een inrichting volgens de uitvinding voorts gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 4.

Bij een dergelijke uitvoeringsvorm wordt met behulp van de blokkeermiddelen zorggedragen voor een veilige positie van de snijmiddelen 30 wanneer de behuizing wordt geopend, althans wanneer nieuwe tape wordt 1 Π * -7 Λ o

J - - O JO

3 ingelegd. Deze blokkeermiddelen worden bij voorkeur bediend door een klep van de behuizing. In het bijzonder voordelig is wanneer de bedieningsmiddelen voor de snijmiddelen worden geblokkeerd bij het openen van de klep, waarbij de blokkeermiddelen zijn ingericht voor het 5 verhinderen van het openen van de klep voordat de snijmiddelen in de eerste stand zijn gebracht.

In een nadere uitvoeringsvorm wordt een inrichting volgens de uitvinding voorts gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 8.

Met een dergelijke inrichting kan op bijzonder eenvoudige wijze 10 kleefband in de richting van en door de afgifte-opening worden bewogen voor aangrijping, bijvoorbeeld door een product of een persoon.

Een inrichting volgens de uitvinding kan bijzonder voordelig worden gebruikt voor het afgeven van tape voor medische toepassingen, in het bijzonder voor of nabij de huid. Juist bij een der gelijke toepassing is het 15 van bijzonder belang dat de snijmiddelen niet in aanraking kunnen komen met de handen of andere lichaamsdelen van een gebruiker noch van een patiënt. Bij een dergelijke uitvoeringsvorm verdient het bovendien de voorkeur dat de inrichting autoclaveer of op andere wijze steriliseerbaar is, bij voorkeur in zijn geheel. Hiermee wordt de hygiëne gewaarborgd.

20 In een verdere uitvoeringsvorm kan een inrichting volgens de uitvinding in het bijzonder geschikt worden uitgevoerd voor het afgeven van plakband voor het sluiten van dozen en degelijke, gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 14.

Bij een dergelijke uitvoeringsvorm kan een relatief compact bouw 25 worden verkregen waarbij de voorraadrol voor plakband en de geleidemiddelen in hoofdzaak in de behuizing kunnen worden opgenomen, tezamen met de snijmiddelen, terwijl een handvat is voorzien waarmee de inrichting eenvoudig kan worden bediend.

De opneemmiddelen voor de voorraadrol zijn bij voorkeur bevestigd 30 op een grondplaat, welke beweegbaar is ten opzichte van de behuizing, I ^ '"· pr.

4 waarbij een drukrol is verbonden met de grondplaat voor het aandrukken van zich langs genoemde drukrol uitstrekkende kleefband. De drukrol is daarbij ingericht voor het door de afgifteopening drukken van de kleefband. Hiermee wordt er op bijzonder eenvoudige wijze voor zorggedragen dat 5 steeds kleefband vanaf buiten de behuizing benaderbaar is. Bij voorkeur zijn beweging van grondplaat en snijmiddelen gekoppeld, zodanig dat wanneer de drukrol naar of in de afgifteopening wordt bewogen de snijmiddelen worden teruggetrokken en vice versa.

In een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm wordt een inrichting 10 volgens de uitvinding voorts gekenmerkt door de maatregelen volgens conclusie 17.

Bij een dergelijke uitvoeringsvorm wordt er voor zorggedragen dat een voorraadrol kleefband slechts in één positie in of op de opneemmiddelen kan worden geplaatst zodat steeds wordt verzekerd dat de kleefband met de 15 klevende zijde in de juiste richting wordt geplaatst. Bovendien kan daarmee worden zorggedragen dat steeds de juiste rol kleefband wordt geplaatst.

In de volgconclusies zijn verdere voordelige uitvoeringsvormen getoond van inrichting volgens onderhavige uitvinding.

Ter verduidelijking van de uitvinding zullen 20 uitvoeringsvoorbeelden van een inrichting volgens de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van de tekening. Daarin toont:

Figuur 1-3 in zij-, onder- en vooraanzicht een inrichting volgens de uitvinding in een eerste uitvoeringsvorm; figuur 4 in opengewerkt zijaanzicht schematisch een achtereinde 25 van een inrichting volgens figuur 1; figuur 5 in opengewerkt zijaanzicht schematisch een voorste einde van een inrichting volgens figuur; figuur 6 in zijaanzicht een eerste alternatieve uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding; 1 0 1 73 33 5 figuur 7 in opengewerkt zijaanzicht een inrichting volgens figuur 6; figuur 8 in gedeeltelijk opengewerkt zijaanzicht een afgifteinrichting volgens de uitvinding in een derde uitvoeringsvorm, in het bijzonder geschikt voor gebruik voor sluiten van dozen; 5 figuur 9 in gedeeltelijk doorgesneden aanzicht een rol kleefband in een inrichting volgens de uitvinding; en figuur 10 in gedeeltelijk doorgesneden bovenaanzicht een verdere alternatieve uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding.

In deze beschrijving hebben gelijke of corresponderende delen 10 gelijke of corresponderende verwijzingscijfers.

Figuur 1 toont in zijaanzicht een inrichting voor het afgeven van kleefband, verder te noemen een tapedispenser 1. Figuren 2 en 3 tonen respectievelijk een onderaanzicht en een vooraanzicht van deze tapedispenser. In figuren 4 en 5 is in opengewerkt zijaanzicht uitvergroot 15 een tapedispenser 1 volgens figuren 1-3 weergegeven. De tapedispenser 1 omvat een behuizing 2 waarin een rol tape 3, bijvoorbeeld medisch tape is opgenomen, alsmede een afgifteinrichting 4, welke bedienbaar is met een handle 5, op nog nader te beschrijven wijze. In de behuizing 2 is aan een voorzijde een afgifteopening 6 voorzien, waardoorheen kleefband (tape) 7 20 vanaf de rol 3 kan worden afgegeven. Binnen de behuizing 2 is een snijmiddel in de vorm van een mes 8 opgenomen dat bedienbaar is met behulp van een bedieningsknop 32, tussen een eerste stand, zoals getoond in figuur 5, waarbij het mes 8 omhoog is bewogen, tot binnen de behuizing weg van de opening 6, en een tweede, snijdende stand waarbij het mes omlaag is 25 bewogen tot achter de opening, door zich door de opening 6 uitstrekkend tape 7. Hiermee kan de tape 7 op veilige wijze worden afgesneden. Het mes 8 komt niet buiten de behuizing 2 en is daarmee afgeschermd van de omgeving, in het bijzonder van vingers en dergelijke van een gebruiker, alsmede van het oppervlak waarop de tape 7 dient te worden aangebracht, 30 bijvoorbeeld een menselijk lichaam.

ίο:?:.:: 6

De behuizing 2 is bijvoorbeeld vervaardigd uit kunststof of metaal, zoals aluminium of roestvast staal, en omvat een schaaldeel 9 en een daartegen sluitbaar, bijvoorbeeld scharnierend deksel 10. In figuur 9 is in dwarsdoorsnede een achterste deel van de behuizing 2 getoond, met daarin 5 de rol 3. De rol 3 is voorzien van een kern 11 waarmee de rol over vingers 12 kan worden gedrukt, zodanig dat de kern 11 binnen de behuizing 2 wordt vastgehouden. De kern 11 is in hoofdzaak cilindrisch uitgevoerd en is aan een eerste zijde voorzien van een rondlopende groef 13 waarmee deze over een op staande rand 14 in het schaaldeel 9 kan vallen, welke rand zich 10 cirkelvormig rond de vingers 12 uitstrekt. Aan de tegenovergelegen zijde is de kern 11 voorzien van een cilindrische uitsparing 15 waarin de koppen 16 van de klem vingers 12 kunnen reiken voor het vasthouden van de kern 11 en daarmee de rol 3. De kern 11 heeft een zodanige breedte dat deze passend kan worden opgenomen tussen de bodem 17 van het schaaldeel 9 en 15 het deksel in gesloten stand. Aangezien de kern 11 asymmetrisch is ten opzichte van een middenlangsvlak L kan de rol 3 slechts op één manier op de vingers 12 worden geschoven, waardoor er voor wordt zorggedragen dat de klevende zijde zich steeds aan de juiste kant van het afgegeven tape 7 bevindt.

20 In figuur 9 is in onderbroken lijnen tape 7 weergegeven op de rol 3, hetwelk een breedte Si heeft die ongeveer overeenkomt met de afstand tussen de bodem 17 en het deksel 10, terwijl in streep-stippellijnen in figuur 9 aan de bovenzijde een tweede breedte tape 7A is weergegeven, hetwelk een breedte S2 heeft. Hiermee is aangegeven dat kernen 11 met 25 verschillende breedten tape 7 kunnen worden gewikkeld, voor afgifte met de afgifteinrichting 4. Het zal overigens duidelijk zijn dat ook kernen met een kleinere breedte dan de breedte Si kunnen worden toegepast, zolang deze kunnen worden opgesloten met behulp van de vingers 12. Ook kunnen andere vastzetmiddelen worden toegepast.

;! ’ 7

De afgifteinrichting 4 omvat een eerste, aangedreven wiel 18, een tweede aangedreven wiel 19 en een rol 20. De aangedreven wielen 18, 19 en de rol 20 zijn gemonteerd op assen 21, 22 en 23, welke assen zich ongeveer evenwijdig aan elkaar uitstrekken, haaks op de bodem 17 van het 5 schaaldeel 9 en haaks op de lengterichting van de tape 7. Het tweede aangedreven wiel 19 en de rol 20 zijn onderling verbonden door een daaromheen geslagen band 24. Met een breedte die ongeveer overeenkomt met die van de af te geven tape, bijvoorbeeld een breedte S2. De band 24 kan in het buitenvlak zijn voorzien van langs· of dwarsgroeven, waardoor het 10 hechtende oppervlak daarvan wordt verkleind. De handle 5 is gelagerd op een zwenkas 25, welke zich ongeveer evenwijdig aan de as 21 uitstrekt en omvat een plaatdeel 26 dat aan de van de zwenkas 25 af gekeerde zijde van het eerste aangedreven wiel 18 is voorzien van een gebogen tandkrans 27 met een buigstraal die gelijk is aan de afstand van de zwenkas 25 tot 15 genoemde tandkrans 27. De tandkrans 27 is zodanig gepositioneerd dat deze zich langs de tape 7 kan bewegen. De tandkrans 27 is in aangrijping met een tandwiel 28 dat vast verbonden is met een zijde van het aangedreven wiel 18. Een deel 29 van de handle 5 reikt buiten de behuizing 2, zodanig dat dit kan worden aangegrepen. Wordt de handle 5 vanuit de in 20 figuur 5 getoonde stand, waarbij het aangrijpdeel 29 buiten de behuizing reikt in de richting van de behuizing bewogen, zodanig dat genoemd aangrijpdeel 29 in de behuizing wordt gedwongen dan zal het plaatdeel 26 en daarmee de tandkrans 27 in figuur 5 omhoog bewegen, waardoor het aangedreven wiel 18 zal roteren rond de as 21, in figuur 5 gezien met de 25 klok mee, als aangegeven door de pijl Pi. De tweede aangedreven rol 19 is met de as 22 gelagerd in een zwenkplaat 30, welke kan roteren rond een vast met de behuizing verbonden as 31. Met behulp van een torsie veer (niet getoond) wordt de zwenkplaat 30 in de richting van het eerste aangedreven wiel 18 gedwongen, waardoor het tweede aangedreven wiel 19 met het 30 loopvlak van de band 24 tegen het buitenoppervlak van het eerste - 1 01 73 33 8 aangedreven wiel 18 wordt gedrukt. Dit betekent dat bij rotatie van het eerste aangedreven wiel 18 in de richting van de pijl Pi het tweede aangedreven wiel 19 in tegengestelde richting zal roteren, als aangegeven door de pijl P2. Tussen de eerste aangedreven rol 18 en de band 24 5 opgesloten tape 7 zal daardoor in en door de afgifteopening 6 worden gedwongen, zodat dit vanaf de buitenzijde van de behuizing kan worden aangegrepen. Bij indrukken van de bedieningsknop 32 wordt het mes 8 door de tape 7 gedrukt, waardoor de tape 7 wordt afgesneden. Bij voorkeur wordt daarbij de tape 7 gespannen door de inrichting 1 enigszins achterwaarts 10 weg te trekken. Het resterende deel van de tape 7, tussen het mes en de aangedreven rollen 18, 19 zal daarbij op het oppervlak van de band 24 kunnen rusten, zodat dit bij hernieuwd gebruik weer eenvoudig door de uitgifteopening 6 kan worden afgegeven.

Tape 7 kan eenvoudig worden ingelegd door openen van het deksel, 15 waarna het tweede aangedreven wiel 19 met behulp van de zwenkplaat 30 van de eerste aangedreven rol 18 wordt weggeduwd en tape 7 tussen de eerst aangedreven rol 18 en de band 24 kan worden gelegd, waarna de zwenkplaat 30 wordt losgelaten en de tape 7 tussen de rollen 18, 19 wordt geklemd. In de eerste aangedreven rol 18 is een ratelmechanisme 20 opgenomen, waardoor wordt verhinderd dat de eerste aangedreven rol 18 in tegengestelde richting, dat wil zeggen in figuur 5 in de richting tegen de wijzers van de klok in kan roteren. Hiermee wordt ervoor zorggedragen dat wordt verhinderd dat wanneer de handle 5 vanuit een ingedrukte stand terugbeweegt naar de stand als getoond in figuur 5, de aangedreven rollen 25 18, 19 in de verkeerde richting roteren. Het zal duidelijk zijn dat dit ook op andere wijze kan worden bewerkstelligd, bijvoorbeeld door geschikte blokkeernokken, door specifiek gekozen vertanding of door ervoor zorg te dragen dat bij de teruggaande beweging de tandkrans 27 buiten aangrijping komt van het tandwiel 28.

1 ; I i

*<*·;. v,· v O

9

De beweging van het mes 8 is in de getoonde uitvoeringsvorm althans in hoofdzaak rechtlijnig, ongeveer evenwijdig aan het vlak van de opening 6. Hierdoor wordt een voordelige snijrichting verkregen met bijzonder eenvoudige middelen. Het mes 8 is daartoe opgenomen in een 5 houder 33, geleid binnen de behuizing 2, bijvoorbeeld met behulp van geschikt aangebrachte geleidepennen en sleuven (niet getoond). Het mes kan daarbij voordelig uitlopen in een punt of een hellend snijvlak hebben. Hierdoor zal het eenvoudiger door de tape snijden. De houder 33 wordt gedragen op een zwenkarm 34, welke zwenkarm op afstand van de 10 afgifteopening 6 wordt gedragen door een zwenkas 35. Een stop 36 is voorzien voor het beperken van de slag van het mes 8, doordat de zwenkarm 34 tegen de stop 36 zal bewegen. Tussen de zwenkas 35 en de bedieningsknop 32 is, aan de van de bedieningsknop 32 af gekeerde zijde van de zwenkarm 34 een nok 37 voorzien, aan de onderzijde voorzien van 15 een uitstulping 38. In het plaatdeel 26 van de handle 5 is een uitsparing 39 aangebracht waarin een gedeelte van de uitstulping 38 kan worden op genomen wanneer de handle 5 nagenoeg geheel tot binnen de behuizing 2 is bewogen. Alleen dan kan de bedieningsknop 32 worden ingedrukt en het mes 8 door de tape 7 worden bewogen. Hiermee wordt verhinderd dat het 20 mes 8 kan worden bediend zonder dat de handle 5 geheel naar binnen is bewogen. Onbedoelde bediening van het mes 8 wordt hierdoor nog eenvoudiger verhinderd. Een veer 40 is tegen de zwenkarm 34 aangebracht en steunt af tegen de behuizing 2, zodanig dat de zwenkarm 34 in de in figuur 5 getoonde eerste stand is voorgespannen, zodat het mes 8 steeds bij 25 loslaten van de bedieningsknop 32 naar de eerste stand wordt terugbewogen.

Aan de onderzijde van de afgifteopening 6 is de behuizing 12 enigszins naar binnen toe afgebogen, zodanig dat de onderste langsrand 41 van de afgifteopening 6 op korte afstand van de band 24 ligt, waardoor 30 wordt verhinderd dat tape met behulp van de band 24 terug binnen de - 1017::3 10 behuizing kan worden bewogen. Onder de onderste langsrand 41 is aan de buitenzijde van de behuizing 2 een zacht neusdeel 42 voorzien, waardoor beschadiging of verwonding van het oppervlak waarop tape wordt aangebracht nog beter wordt verhinderd.

5 Het verdient de voorkeur dat het deksel 10 slechts kan worden geopend, voor vervanging van de rol 3, wanneer de handle 5 in de in figuur 5 getoonde stand is gefixeerd, bijvoorbeeld doordat bij sluiten van het deksel 10 een blokkeernok 43 voor de handle 5 wordt weggedrukt, welke blokkeernok 43 bij geopend deksel 10 de handle 5 fixeert. Alsdan wordt 10 verhinderd dat bij vervangen van de rol 3, althans inleggen van de tape 7 tussen de rollen 18, 19, het mes 8 kan worden bewogen.

Wanneer een inrichting 1 volgens de uitvinding wordt toegepast in bijvoorbeeld de medische sector of de voedingssector, verdient het de voorkeur dat alle onderdelen daarvan zijn vervaardigd uit steriliseerbaar, 15 bijvoorbeeld autoclaveerbaar materiaal. In het bijzonder geschikt is daarvoor bijvoorbeeld roestvast staal.

In figuren 6 en 7 is een alternatieve uitvoeringsvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding getoond, waarbij wederom een behuizing 2 is voorzien waarbinnen een rol 3, tape 7 opsluitbaar is. Bij deze 20 uitvoeringsvorm is de band 24 met de rol 20 als getoond in figuur 5 weggelaten. Het tweede aangedreven wiel 19 wordt hierbij gedragen op een zwenkplaat 30 welke is gelagerd op een zwenkas 31 die nabij de opening 6 is aangebracht. De handle 5 is hierbij zwenkbaar gelagerd op een zwenkas 25, welke relatief hoog binnen de behuizing 2 is gelegen, nabij de kern 11 van 25 de rol 3. De handle 5 is aan de van de zwenkas 25 afgekeerde zijde van de eerste aandrijfrol 18 wederom voorzien van een tandheugel of tandkrans 27, welke in aangrijping is met een tandwiel 28 dat vast verbonden is met het eerste aangedreven wiel 18. Blokkeringen 44 zijn voorzien tegen het eerste en tweede aangedreven wiel 18, 19 voor de vorming van een 30 ratelmechanisme waardoor de aangedreven wielen 18, 19 slechts in één *1 .7 ] “7 r·· f3^ ^ ' 11 richting kunnen roteren, zodanig dat daarmee tape 7 vanaf de rol 3 door de afgiffceopening 6 kan worden geleid. Het eerste aangedreven wiel 18 draait daarbij in figuur 7 in de richting van de wijzers van de klok, het tweede aangedreven wiel 19 in tegengestelde richting.

5 Bij deze uitvoeringsvorm ligt het mes 8 opgesloten in een gehoekte houder 33, waarin een sleuf 45 is voorzien, waardoorheen een schroef 46 in de behuizing 2 is vastgezet, als lineaire geleiding. Op het zich haaks op de bewegingsrichting van het mes 8 uitstrekkend been 47 is de bedieningsknop 32 aangebracht, waarbij een veer 48 tussen de bedieningsknop 32 en de 10 behuizing 2 is aangebracht voor het in de in figuur 7 getoonde eerste stand voorspannen van het mes 8. Een blokkering 36 beperkt wederom de slag van het mes 8 zodanig dat het mes in hoofdzaak niet door de uitgifteopening 6 kan reiken. Een veer 40 is tussen de handle 5 en de behuizing 2 aangebracht, zodat de handle 5 door de veer 40 in de in figuur 7 getoonde, 15 buiten de behuizing 2 reikende stand wordt voorgespannen.

In figuur 8 is een verdere alternatieve uitvoeringsvorm van een tapedispenser 1 volgens de uitvinding getoond, welke in het bijzonder geschikt is voor het afgeven van kleefband, zoals geschikt voor het sluiten van dozen of dergelijke. Met name is een dergelijke inrichting bijzonder 20 geschikt voor relatief breed tape.

Bij deze uitvoeringsvorm omvat de inrichting 1 een behuizing 2 met een enigszins rechthoekig zijaanzicht met een vlakke bodem 50. In de bodem 50 is een afgifteopening 6 voorzien, nabij een voorzijde 51. Aan de achterzijde van de behuizing 2 is een handvat 52 voorzien waarmee de 25 inrichting 1 kan worden vastgehouden en bediend. Een handle 5 is onder het handvat 52 voorzien voor bediening van de inrichting, zoals nog nader zal worden beschreven.

Binnen de behuizing 2 is een grondplaat 53 aangebracht, verzwenkbaar rond een zwenkas 54. De zwenkas 54 ligt op relatief grote 30 afstand van de opening 6. De handle 5 is in dezelfde zwenkas 54 gelagerd.

1 0 1 73 33 12

Op de grondplaat 53 is op een rol 3 tape 7 aangebracht, bijvoorbeeld op een wijze als getoond in figuur 9. De tape 7 wordt vanaf de rol 3 langs een nabij de onderste langsrand van de grondplaat 53 opgestelde rol 55 geleid en vervolgens door de afgifteopening 6. Onder de onderste langsrand van de 5 grondplaat 53 is een drukrol 57 aangebracht, welke bij verzwenking van de grondplaat 53 rond de as 54 in de richting van en bij voorkeur tot in de afgifteopening 6 kan worden bewogen, teneinde tape 7 daarin te bewegen.

Binnen de behuizing is tegen de bodem 50 een in hoofdzaak L-vormige houder 33 aangebracht, welke met een eerste been 58 aanligt tegen 10 de bodem 50 en met een tweede been 59 zich ongeveer haaks daarop uitstrekt. In het eerste been 58 is aan de naar de voorzijde 51 gekeerde zijde een mes 8 vastgezet dat beweegbaar is langs de bodem en langs de opening 6. In de in figuur 8 getoonde eerste stand ligt de snijkant van het mes 8 aan de naar de voorzijde 51 gekeerde zijde van de opening 6. In het eerste been 15 58 is een sleuf 45 voorzien waarin een bout 46 reikt, die in de behuizing is vastgezet. Hierdoor is een lineaire geleiding van het mes 8 verkregen. Een geleidenok 60 kan bovendien nog tegen de bovenzijde van het eerste been 58 rusten, voor een nog betere opsluiting. In het tweede been 59 is een tweede geleidesleuf 61 voorzien, waarin een pen 62 reikt die is bevestigd aan een 20 uiteinde van de handle 5, op afstand van de zwenkas 54. Wordt de handle 5 tegen het handvat 52 getrokken, dan wordt de pen 52 omlaag bewogen door de sleuf 61, welke als gevolg van de cirkelbeweging van de pen 62 rond de zwenkas 54 tegelijkertijd het mes 8 achterwaarts, in de van de voorzijde 51 af gekeerde richting zal wegtrekken, weg boven de opening 6. Tegelijkertijd 25 wordt de rol 3 omlaag bewogen waardoor de drukrol 57 de tape 7 door de afgifteopening zal leiden, waardoor dit buiten de behuizing 2 kan worden aangegrepen en kan worden gekleefd op bijvoorbeeld een doos of ander voorwerp. Door vervolgens de inrichting 1 in de van de voorzijde 51 afgekeerde richting weg te trekken kan tape worden afgegeven van de rol 3, 30 bijvoorbeeld voor het dichtplakken van een doos. Wordt de handle 5 vanuit 'vs i zi C- o 13 deze stand terugbewogen naar de in figuur 8 getoonde stand dan wordt de grondplaat 53 wederom in de uitgangsstand terugbewogen en wordt tegelijkertijd het mes 8 in de richting van de voorzijde 51 gedrukt, door het zich door de opening 6 uitstrekkende tape 7, waardoor dit wordt afgesneden.

5 Het verdient daarbij de voorkeur dat veermiddelen zijn voorzien voor het in de in figuur 8 getoonde stand voorspannen van de grondplaat 53, bijvoorbeeld door aanbrengen van een veer tussen de nok 60 en de meshouder 33 of door aanbrengen van een veer tussen de handle 5 en de behuizing 2.

10 Bij deze uitvoeringsvorm is in het handvat 52 een blokkeernok 65 voorzien die bedienbaar is door een deksel 10. Slechts wanneer de handle 5 tegen het handvat 52 is getrokken, waarbij de nok 65 wordt weggedrukt, zal het deksel 10 kunnen worden geopend. Het handvat 5 wordt daarbij door de nok 65 in de tegen het handvat 52 getrokken stand vastgehouden, waardoor 15 het mes 8 in de teruggetrokken stand is opgesloten. Alsdan kan eenvoudig de rol 3 worden vervangen zonder dat gevaar bestaat dat de gebruiker zich zal verwonden aan het mes 8. Met name ook doordat het mes 8 alsdan tussen de bodem 50 en de nok 60 is opgesloten. Wordt het deksel 10 wederom gesloten dan wordt de nok 65 weggedrukt en de bedieningshandle 20 5 vrijgegeven waardoor de inrichting wederom kan worden gebruikt op eerder beschreven wijze. Het is uiteraard ook mogelijk de nok zodanig uit te voeren dat het deksel slechts geopend kan worden bij het mes in de in figuur 8 getoonde stand. Hierbij wordt het gevaar op onbedoeld terugschieten van het mes verhinderd.

25 In figuur 10 is in bovenaanzicht een verdere alternatieve uitvoeringsvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding getoond, waarbij binnen de behuizing 2 evenwel een viertal rollen tape 3A-3D is opgenomen. Met deze inrichting 1 kunnen vier soorten tape 7, bijvoorbeeld in vier verschillende kleuren worden afgegeven, bijvoorbeeld rood R, groen G, 30 blauw B en wit W. Binnen de behuizing 2 is een viertal afgifteinrichtingen 4 1 01 79 33 14 aangebracht, zoals bijvoorbeeld beschreven aan de hand van de figuren 1-7, waarbij voor elke rol 3A-3D tape 7 snijmiddelen met bedieningsmiddelen 32A-32D zijn voorzien. Bovendien zijn bedienbare blokkeermiddelen 66A-66D voorzien waarmee de bedieningshandles 5 voor de verschillende 5 afgifteinrichtingen 4 naar believe kunnen worden geblokkeerd of kunnen worden vrijgegeven. Zo kan bijvoorbeeld met de knop 66A (R) het eerste aandrijvende wiel 18 van de betreffende afgifteinrichting 4 worden vrijgegeven, terwijl tegelijkertijd de eerste aandrijvende wielen 18 van de overige drie afgifteinrichtingen 4 worden geblokkeerd, zodat slechts rood 10 tape 7 zal worden afgegeven. Door indrukken van de tweede knop 66B (G) zal alsdan groen tape 7 kunnen worden afgegeven, door indrukken van de knop 66C (B) blauw tape en door indrukken van de vierde knop 66D (W) wit tape. De blokkeermiddelen 66 kunnen eenvoudig zodanig worden uitgevoerd dat slechts één soort tape 7 tegelijkertijd kan worden afgegeven of zodanig 15 dat tegelijkertijd ook verschillende kleuren tape 7 kunnen worden afgegeven. Een dergelijke afgifteinrichting is bijvoorbeeld bijzonder geschikt voor afgeven van installatietape gebruikt door bijvoorbeeld elektromonteurs, constructeurs of dergelijke. Uiteraard kunnen ook andere aantallen rollen 3 worden voorzien met bijbehorende afgifteinrichtingen en 20 snijmiddelen.

Wanneer bij een inrichting 1 volgens figuur 10 de snijmiddelen nagenoeg tegen elkaar aanliggen, kan een dergelijke inrichting ook eenvoudig worden gebruikt voor het afgeven van relatief breed tape.

Immers, alsdan kan bijvoorbeeld een rol tape 3 worden geplaatst, welke de 25 breedte heeft van twee, drie of vier rollen als getoond in figuur 10, waarbij bewegingen van de bijbehorende, naast elkaar gelegen afgifteinrichtingen kunnen worden gekoppeld, evenals die van de snijmiddelen. Hiermee wordt een nog grotere toepasbaarheid van een dergelijke inrichting verkregen.

i n i ^ λ * ö , ;· ^ ' : Λ 15

De uitvinding is geenszins beperkt tot de in de beschrijving en de tekeningen getoonde uitvoeringsvoorbeelden. Vele variaties daarop zijn mogelijk binnen het door de conclusies geschetste raam van de uitvinding.

Zo kunnen allerlei andere bedieningsmiddelen worden gebruikt 5 voor het roteren van de rollen tape en het in de richting van de afgifteopening 6 transporteren van tape, waarbij met nadruk combinaties van behuizingen en afgifteinrichtingen als getoond in de verschillende figuren kunnen worden gecombineerd en behuizingen ook gedeeltelijk kunnen zijn, met name ter plaatse van de rollen 3. In de getoonde 10 uitvoeringsvoorbeelden liggen de assen van de aangedreven wielen 18 en de rotatieas van de rol 3 steeds evenwijdig aan elkaar. Het zal evenwel duidelijk zijn dat ook eenvoudig deze assen onder een hoek ten opzichte van elkaar kunnen worden gelegd, bijvoorbeeld door de tape daartussen langs een verder geleidemechanisme, bijvoorbeeld een onder een hoek opgestelde 15 geleiderol te leiden. Hiermee kan bijvoorbeeld worden bereikt dat met een afgifteinrichting volgens bijvoorbeeld figuur 1 tape kan worden afgegeven in een vlak evenwijdig aan de tekening waarbij de rol 3 in de beschreven stand blijft liggen. Uiteraard wordt daartoe de afgifteinrichting 4 over 90° gedraaid. Voorts kunnen binnen een behuizing rollen 3 boven elkaar worden 20 op gesteld in plaats van naast elkaar, waardoor meerdere rollen in een smallere behuizing kunnen worden opgenomen. Door de in hoofdzaak lineaire beweging van de snijmiddelen wordt relatief eenvoudig verhinderd dat af te geven tape onbedoeld terug in de behuizing wordt geleid.

Bovendien kan een mes daardoor relatief dicht langs een afgifteopening 25 worden bewogen, welke afgifteopening nagenoeg vlak kan worden uitgevoerd. Doordat de snijmiddelen steeds nagenoeg volledig binnen de behuizing opgesloten zijn, wordt verwonding of beschadiging van de omgeving verhinderd.

Bij de in de figuren getoonde uitvoeringsvoorbeelden wordt tape 30 door beweging van de handle in en door de afgifteopening bewogen. Het zal 10179 S3 16 evenwel ook duidelijk zijn dat een dergelijke inrichting kan worden uitgevoerd zodanig dat tape handmatig door de afgifteopening kan worden getrokken.

Deze en vele vergelijkbare variaties worden geacht binnen het door 5 de conclusies geschetste raam van de uitvinding te vallen.

Claims (19)

1 O ! ' / C; ^ β « ι *>*r W

1. Inrichting voor het afgeven van kleefband, voorzien van een behuizing en opneemmiddelen voor het opnemen van een voorraadrol kleefband en geleidemiddelen voor het tijdens gebruik naar en door een afgifteopening voeren van een voorliggend einde van kleefband afgewikkeld 5 van de voorraadrol, waarbij snijmiddelen zijn voorzien voor het afsnijden van buiten de afgifteopening gebracht kleefband van de voorraadrol, waarbij bedieningsmiddelen zijn voorzien voor het bewegen van de snijmiddelen tussen een grotendeels in de behuizing teruggetrokken eerste stand en een tweede, snijdende stand, waarbij de snijmiddelen in aanraking 10 kunnen worden gebracht met in en/of door de afgifteopening gevoerd kleefband.

2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de snijmiddelen in de eerste stand zijn voorgespannen.

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij de snijmiddelen zich in 15 zowel de eerste als de tweede stand nagenoeg volledig binnen de behuizing uitstrekken.

4. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de behuizing is voorzien van opsluitmiddelen voor het althans gedeeltelijk binnen de behuizing opsluiten van een voorraadrol, waarbij 20 blokkeermiddelen zijn voorzien voor de snijmiddelen en/of de bedieningsmiddelen daarvoor, welke blokkeermiddelen zodanig zijn uitgevoerd dat de opsluitmiddelen alleen dan geopend en/of weggenomen kunnen worden wanneer de snijmiddelen in de eerste stand zijn gebracht.

5. Inrichting volgens conclusie 4, waarbij de behuizing een klep 25 omvat, waarbij de blokkeermiddelen bedienbaar zijn door de klep. 1 0179 33

6. Inrichting volgens conclusie 4 of 5, waarbij door bediening van de blokkeermiddelen, in het bijzonder door openen van de klep de bedieningsmiddelen voor de snij middelen worden geblokkeerd.

7. Inrichting volgens conclusie 5, waarbij de blokkeermiddelen zijn 5 ingericht voor het verhinderen van openen van de klep voordat de snijmiddelen in de eerste stand zijn gebracht.

8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de geleidemiddelen ten minste één aangedreven rol omvatten waarmee tijdens gebruik kleefband in de richting van en door de afgifteopening kan worden 10 bewogen.

9. Inrichting volgens conclusie 8, waarbij een aandrijfmechanisme is voorzien voor het handmatig aandrijven van genoemde ten minste ene aangedreven rol.

10. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de 15 inrichting is ingericht voor het afgeven van tape voor medische toepassing, in het bijzonder voor op of nabij de huid.

11. Inrichting volgens conclusie 10, waarbij de inrichting autoclaveerbaar of op andere wijze steriliseerbaar is.

12. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de 20 behuizing een handvat en een lijf omvat, waarbij in het handvat de opneemmiddelen voor de voorraadrol zijn voorzien en in het lijf in hoofdzaak de bedieningsmiddelen.

13. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de inrichting in hoofdzaak is vervaardigd uit metalen onderdelen.

14. Inrichting volgens een der conclusies 1 - 9, waarbij de inrichting is ingericht voor het afgeven van plakband voor het sluiten van dozen en dergelijke, waarbij de behuizing een handvat en een lijf omvat, waarbij de opneemmiddelen voor de voorraadrol in hoofdzaak zijn opgenomen in het lijf, tezamen met de geleidemiddelen.

15. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de snijmiddelen een in een in hoofdzaak rechte geleiding opgenomen mes omvatten dat in hoofdzaak lineair beweegbaar is tussen de eerste en de tweede stand.

16. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de opneemmiddelen voor de voorraadrol bevestigd zijn op een grondplaat welke beweegbaar is ten opzichte van de behuizing, waarbij een drukrol is verbonden met de grondplaat voor het aandrukken van zich langs genoemde drukrol uitstrekkend kleefband, welke drukrol is ingericht voor het door de 10 afgifteopening drukken van het kleefband.

17. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies en een voorraadrol kleefband, waarbij de opneemmiddelen eerste opneemelementen omvat en de voorraadrol een kern omvat met tweede opneemelementen, waarbij de eerste en tweede opneemelementen zodanig 15 op elkaar zijn afgestemd dat de voorraadrol slechts in één positie met de kern op de opneemmiddelen kan worden geplaatst.

18. Inrichting volgens conclusie 17, waarbij de opneemmiddelen een stomp omvatten waarop de kern van de voorraadrol schuifbaar is, waarbij de behuizing een deksel omvat dat over de voorraadrol sluitbaar is, welk 20 deksel in gesloten stand op relatief kleine afstand van de kern is gelegen.

19. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij ten minste twee opneemposities voor voorraadrollen tape zijn voorzien, waarbij middelen zijn voorzien voor het tijdens gebruik naar keuze afgeven en afsnijden van tape van ten minste een der voorraadrollen. 25 •Λ * ) · r F ' | .1