NL1016925C2 - Afgeefinrichting voor een vloeistof. - Google Patents

Afgeefinrichting voor een vloeistof. Download PDF

Info

Publication number
NL1016925C2
NL1016925C2 NL1016925A NL1016925A NL1016925C2 NL 1016925 C2 NL1016925 C2 NL 1016925C2 NL 1016925 A NL1016925 A NL 1016925A NL 1016925 A NL1016925 A NL 1016925A NL 1016925 C2 NL1016925 C2 NL 1016925C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
dispensing device
spout
dispensing
container
outflow opening
Prior art date
Application number
NL1016925A
Other languages
English (en)
Inventor
Cornelis Van Buuren
Original Assignee
Cornelis Van Buuren
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Cornelis Van Buuren filed Critical Cornelis Van Buuren
Priority to NL1016925A priority Critical patent/NL1016925C2/nl
Priority to PCT/NL2001/000264 priority patent/WO2001076408A1/en
Priority to AU46942/01A priority patent/AU4694201A/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1016925C2 publication Critical patent/NL1016925C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A45HAND OR TRAVELLING ARTICLES
    • A45DHAIRDRESSING OR SHAVING EQUIPMENT; EQUIPMENT FOR COSMETICS OR COSMETIC TREATMENTS, e.g. FOR MANICURING OR PEDICURING
    • A45D34/00Containers or accessories specially adapted for handling liquid toiletry or cosmetic substances, e.g. perfumes
    • A45D34/04Appliances specially adapted for applying liquid, e.g. using roller or ball
    • A45D34/042Appliances specially adapted for applying liquid, e.g. using roller or ball using a brush or the like

Landscapes

  • Coating Apparatus (AREA)
  • Closures For Containers (AREA)
  • Containers And Packaging Bodies Having A Special Means To Remove Contents (AREA)

Description

Afgeefinrichting voor een vloeistof
De uitvinding heeft betrekking op een afgeefinrichting voor een vloeistof van een bepaalde viscositeit, in het bijzonder een cosmetische vloeistof, zoals nagellak-remover of nagellak, omvattend een houder voor de vloei-5 stof, welke houder voorzien is van een eerste uitstroom-opening, en doseermiddelen voor het gedoseerd af geven van een gewenste hoeveelheid vloeistof uit de houder, welke doseermiddelen een tuitvormig orgaan en verdeelmiddelen bevatten, welk tuitvormig orgaan met behulp van bevesti-10 gingsmiddelen is bevestigd op de houder en voorzien is van een holle ruimte en een een afgifte-eind met een tweede uitstroomopening, welke holle ruimte in verbinding staat met de eerste uitstroomopening van de houder, en waarbij de verdeelmiddelen een haarhouderlichaam en een aantal 15 haren omvatten en zich bevinden in de holle ruimte, waarbij het binnenoppervlak van het afgifte-eind en het buitenoppervlak van het houderlichaam vormgegeven zijn om tussen zich vloeistofkanalen te vormen van de holle ruimte naar de tweede uitstroomopening.
20 Een dergelijke afgeefinrichting is bekend uit de
Australische octrooiaanvrage AU-A-58.599. In deze afgeef inrichting is het houderlichaam in de holle ruimte beweegbaar tussen een eerste positie en een tweede positie in welke tweede positie het houderlichaam de 25 uitstroomopening van het tuitvormige orgaan in hoofdzaak 10 ï 6 ύ 2 5”» 2 afsluit. Verder hebben het houderlichaam en de binnenwand van het tuitvormige orgaan een niet overeenstemmende doorsnede, zodat in de tweede positie van de houder er doorstroomopeningen ontstaan. Een bezwaar van deze bekende 5 af geef inrichting is dat deze niet geschikt is te maken voor het gedoseerd afgeven van vloeistoffen van uiteenlopende viscositeiten. Bovendien dienen extra maatregelen genomen te worden om in de eerste positie van het houder-lichaam, waarin het houderlichaam de uitstroomopening van 10 het tuitvormige orgaan niet afsluit, bovenmatige verdamping van de vloeistof in de houder te voorkomen.
Het is een doel van de uitvinding een af geef inrichting te verschaffen die geschikt is voor het gedoseerd afgeven van vloeistoffen van uiteenlopende viscositeit, en 15 waarmee bovenmatige verdamping van de vloeistof voorkomen wordt.
Hiertoe wordt een afgeefinrichting van de bovenbeschreven soort volgens de uitvinding gekenmerkt doordat het haarhouderlichaam over een voorafbepaalde afstand 20 klemmend in het afgifte-eind gedrukt is, welke kanalen in doorsnede afgestemd zijn op de viscositeit van de betreffende vloeistof.
Door de klemming van het haarhouderlichaam in het afgifte-eind ligt de doorstroomdoorsnede van de kanalen 25 vast tijdens het gebruik van de afgeefinrichting, en ook daarna. Het haarhouderlichaam bevindt deze zich steeds in één positie, in welke positie de uitstroomopening van het tuitvormige orgaan op de kanalen na afgesloten is. Aldus is de mate van verdamping van de vloeistof door de uit-30 stroomopening sterk gereduceerd.
Bij voorkeur kan het haarhouderlichaam geklemd worden op een van een langsreeks mogelijke klemplaatsen. De werkzame doorsnede van de kanalen kan door het houderlichaam bij assemblage selectief ver of minder ver in 35 de uitstroomopening te drukken gevarieerd worden en op eenvoudige wijze aangepast worden aan de viscositeit van het te verpakken product. Vooraf kan proefondervindelijk _· 3 bepaald worden op welke plaats de klemming moet plaatsvinden. Aldus is het mogelijk bijvoorbeeld een kosmetisch product zoals nagellak, lippenstift, ogenschaduw, of een andere dunne vloeistof zoals een tinctuur of andere stof-5 fen op waterbasis, alcoholbasis enz., alsmede visceuzere vloeistoffen zoals lijmen op waterbasis door één en dezelfde afgeefinrichting gedoseerd te laten afgeven.
Bij voorkeur loopt het binnenoppervlak van het afgifte-eind op gekromde wijze toe naar de tweede uit-10 stroomopening, waardoor de vloeistof op vloeiende wijze gericht wordt naar de haren. De tweede uitstroomopening is daarbij bij voorkeur kleiner in doorsnede dan het haarhou-derlichaam om een veiligheidsdrempel tegen onbedoelde en geforceerde verplaatsing van het haarhouderlichaam te 15 vormen.
Bij voorkeur bezitten het binnenoppervlak van het afgifte-eind en het buitenoppervlak van het haarhouderlichaam een in hoofdzaak gelijkvormige dwarsdoorsnede. Met andere woorden hebben zij een bij elkaar passende dwars-2 0 doorsnede.
Bij voorkeur is het haarhouderlichaam recht-cilin-dervormig.
Bij voorkeur bezitten het binnenoppervlak van het afgifte-eind en het buitenoppervlak van het haarhouderli-25 chaam een cirkelvormige dwarsdoorsnede, waardoor fabricage vergemakkelijkt is en vloeistofstroming bevorderd wordt.
In een voordelige verdere ontwikkeling van de afgee-finrichting volgens de uitvinding is het buitenoppervlak van het haarhouderlichaam glad en zijn de kanalen gevormd 30 in het binnenoppervlak van het afgifte-eind. Het haarhouderlichaam is dan zeer eenvoudig te maken. Bij voorkeur zijn daarbij langsribben gevormd aan het binnenoppervlak van het afgifte-eind, welke langsribben een gebogen loop bezitten.
35 Wanneer het houderlichaam en/of de binnenwand van het tuitvormige orgaan van indrukbaar materiaal vervaardigd is, kan door het uitoefenen van slechts geringe 'i i ; ; ,‘i '/ rv J ‘ijs- ? .· ' ft* *=·· 4 kracht het houderlichaam in de uitstroomopening gedrukt worden voor het instellen van de werkzame doorsnede van de kanalen. Het heeft daarvan de voorkeur dat het haarhouder-lichaam van indrukbaar materiaal vervaardigd is, zoals 5 bijvoorbeeld polyetheen. Daqn kan dit gemakkelijk en zeer beheerst in de gewenste klemmende positie worden gedrukt. Dit wordt nog bevorderd indien het tuitvormig orgaan vervaardigd is van een relatief hard materiaal, zoals bijvoorbeeld polypropeen.
10 Bij voorkeur is een deksel plaatsbaar op het tuit vormig orgaan voor het afdekken van de uitstroomopening van het tuitvormig orgaan.
Wanneer de houder vervaardigd is uit een dunne metaalfolie, bij voorkeur van aluminium, dan blijkt de mate 15 van diffusie van de vloeistof uit de houder, welke bij de bekende afgeefinrichting van kunststof is, zeer sterk gereduceerd te worden.
Enige uitvoeringen van een afgeefinrichting volgens de uitvinding zullen aan de hand van de tekening besch-20 reven worden. Hierin toont:
Fig. 1 een aanzicht van een afgeef inrichting volgens de uitvinding;
Fig. 2 vergroot een longitudinale doorsnede van een deel van de afgeefinrichting volgens figuur 25 1;
Fig. 3 vergroot in dwarsdoorsnede de uitstroomopening volgens de lijn III-III uit figuur 2;
Fig. 4 in longitudinale doorsnede de uitstroomopening zoals weergegeven in figuur 2, zonder 30 verdeelmiddelen.
Fig. 5 een aanzicht in uiteengenomen toestand van een zeer voordelige uitvoering van een afgeef inrichting volgens de uitvinding;
Fig. 6 een langsdoorsnede in geassembleerde toe-35 stand daarvan; en
Fig. 7 een dwarsdoorsnede volgens lijn VII-VII van figuur 6.
· M
5
Figuur 1 toont een afgeefinrichting volgens de uitvinding. Een uiteinde 2 van de afgeefinrichting is afgesloten. Het andere uiteinde 3 is voorzien van doseermidde-len 4 die op het open uiteinde van de afgeefinrichting 5 zijn bevestigd. De afgeefinrichting met de doseermiddelen 4 zijn afsluitbaar door een deksel of kap 5.
Figuur 2 toont een langsdoorsnede van een deel van de afgeefinrichting volgens figuur 1. De afgeefinrichting heeft een uitstroomopening 6 waarop de doseermiddelen 4 10 zijn aangebracht. Hierbij bevatten de doseermiddelen 4 onder meer een tuitvormig orgaan of een tuitje 7 met een afgeef-eind 19.
De afgeefinrichting heeft een flexibele houder 1 waarbij de flexibiliteit in het weergegeven voorbeeld 15 gerealiseerd wordt door een flexibele wand 8 van een dunne metaalfolie, bij voorkeur aluminium, waarop een cilindervormige uitstroomorgaan 9 is bevestigd. De uitstroomopening 6 van de afgeefinrichting is verkleind met behulp van een schijfvormig plaatje 10 met een opening 15.
20 Het tuitje 7 is op de houder 1 bevestigd, bijvoor beeld door klemmen of met behulp van schroefdraad, of alternatief of aanvullend gelijmd met behulp van een twee componenten lijm, opdat er tussen de houder 1 en tuitje 7 geen vloeistof naar buiten kan lekken. Eventueel kan 25 voorzien zijn in een af dicht ingsring (niet weergegeven) .
In het tuitje 7 is een holle ruimte 11 voorzien, waarin een houderlichaam 13 met haren 14 is opgenomen. Opdat de inhoud van de houder 1 niet zal verdampen of diffunderen en om te verhinderen, dat de vloeistof, die na 30 gebruik nog in de haren aanwezig is, verdampt, is het deksel 5 bijvoorbeeld klemmend met behulp van klemmiddelen 16 op het tuitje 7 aangebracht.
De diameter van het houderlichaam 13 is bij voorkeur slechts iets maar wel voldoende kleiner dan de diameter 35 van de holle ruimte 11, om ervoor te zorgen dat vloeistof langs het houderlichaam 13 kan worden gedrukt.
In het afgeef-eind 19, in het bij zonde nabij en in 6 het uiteinde 19a daarvan, zijn een aantal kleine kanalen 18 in de binnenwand van het tuitje 7 aangebracht, welke kanalen eveneens in figuur 3 zijn weergegeven. Hierbij toont figuur 3 een dwarsdoorsnede volgens de lijnen III-5 III uit figuur 2.
Figuur 4 komt overeen met de dwarsdoorsnede zoals weergegeven in figuur 2 echter zonder het houderlichaam en het deksel.
Opdat de inhoud van de houder 1 gedoseerd uit de 10 houder kan worden gedrukt, is het houderlichaam 13 over een bepaalde afstand in de uitstroomopening 17 van de holle ruimte 11 gedrukt, zodat de uitstroomopening 17 op de kanalen na afgesloten is. Hierbij is de afstand zodanig dat er een werkzame doorsnede van de kanalen 18 wordt 15 verkregen waardoor de vloeistof optimaal door de kanalen 18 stroomt.
Hierbij wordt opgemerkt dat het zeer eenvoudig is om door experimenten de mate van indrukking van het houderlichaam in de uitstroomopening te bepalen, die voor een 20 vloeistof met een bepaalde viscositeit optimaal of anderszins gewenst is. Wordt het houderlichaam minder ver klemmend in de uitstroomopening gedrukt, dan bezitten de kanalen 18 een grotere werkzame doorsnede geschikt voor vis-ceuzere vloeistoffen, dan wanneer het houderlichaam verder 25 in de uitstroomopening wordt gedrukt.
Een extra voordeel van deze kanalen in de wand van het afgeef-eind 19 van het tuitje 7 is dat de vloeistof direct in de basis van de haren 14 wordt geperst, waardoor de haren 14 door de vloeistof wordt bevochtigd en niet de 30 druppel langs het buitenoppervlak van de haren 14 zal lopen. Bovendien kan in de stand van de afgeefinrichting waarin de haren omlaag gericht zijn, geen grote hoeveelheid vloeistof door de kanalen stromen.
Een reproduceerbare en nauwkeurige indrukking van 35 het houderlichaam in de uitstroomopening wordt verkregen wanneer het afgeef-eind 19 van het tuitvormig orgaan 7 conisch toeloopt.
7
Wanneer het houderlichaam 13 en/of de binnenwand van het tuitvormige orgaan 7 van indrukbaar materiaal, bijvoorbeeld kunststof, vervaardigd is, behoeven geen grote krachten uitgeoefend te worden om het houderlichaam klem-5 mend in de uitstroomopening te drukken.
In de uitvoering van de figuren 5-7 van een afgee-finrichting volgens de uitvinding zijn vergelijkbare onderdelen aangegeven met dezelfde verwijzingscijfers, vermeerderd met 100. Er is hier sprake van een tube 140, 10 met een gesloten bodem 102 en een tubetuit 103. Op de tubetuit 103 wordt een O-ring 110 geplaatst. De andere onderdelen worden in dit voorbeeld enkel gevormd door de tuit 107, het kwastje 113, de O-ring 120 en de dop 123.
Het tuitje 107 bezit een verbreed, enigszins diabo-15 lovormig lichaam 121 waarop meegevormd is een afgifte-eind 119, dat voorzien is van uitstroomopening 117 en aan de buitenzijde voorzien is van een schroefdraad 122. Het tuitje 107 bezit een holle ruimte of doorgaande, cilindervormige boring 111. Zoals te zien is in figuur 6 loopt de 2 0 boring 111 aan het afgifte-eind 119 bij de opening 117 vloeiend gekromd toe (uiteinde 119a) , en zijn in het binnenoppervlak van de boring 111 drie ribben 118 aangevormd, die bij voorkeur tot in het gekromde gebied doorlopen.
25 De kwast 113 omvat een staafje 112 en haren 114 en kan in de boring of holle ruimte 111 van de tuit 107 opgenomen worden.
Verder onderdeel van de afgeefinrichting 101 van figuur 5 is een O-ring 120, en een dop 123, die voorzien 30 is van een inwendige schroefdraad voor samenwerking met schroefdraad 122. Bij plaatsing van de dop 123 wordt de O-ring 120 tegen het vooreindvlak van het verbrede gedeelte 121 geklemd.
De diameter van de kwast 113, in het bijzonder het 35 cirkelcilindervormig staafje 112 daarvan, is groter dan de ingeschreven cirkel van het uiteinde van de ribben 118. Hierdoor kan het staafje 112 stevig geklemd op zijn plaats ;·: iJ' * ·.·· ,-j 8 gehouden worden in het tuitje 107.
Bij het assembleren kan men als volgt te werk gaan. Men voert de kwastjes 113. met de haren 114 vooruit in het achtereind van de boring 111 in. Hierbij wordt nog geen 5 klemkracht uitgeoefend. Vervolgens neemt men een plaat met daarop een uitsteeksel, welk uitsteeksel in de boring 111 kan reiken met de plaat aanliggend tegen het achtereind van het verbrede gedeelte 121 van het tuitje 107. Het uitsteeksel drukt tegen het achtereind van het staafje 10 112, en duwt dit in de boring 111, waarbij klemmende aan-grijping plaatsvindt tussen het buitenoppervlak van het staafje 112 en de ribben 118. De hoogte van het uitsteeksel bepaalt de afstand waarover het staafje in de richting A ingedrukt wordt in de boring lil·.
15 De hoogte van het uitsteeksel is vooraf bepaald, en wel proefondervindelijk met betrekking tot de vloeistof waarvoor de afgeef inrichting bestemd is. Zo kan men voor elke vloeistof een bepaalde hoogte van het uitsteeksel vaststellen, en daarmee tijdens montage de mate waarin het 20 staafje 112 in de boring 111 ingevoerd wordt. Hoe verder het staafje 112 ingevoerd wordt, hoe meer werstand de vloeistof ondervindt. Dit is het geval bij een cirkelci- · lindervormig staafje en evenwijdig aan elkaar lopende ribben 118, waardoor de mate van indrukkign van het staaf-25 je de lengte van de kanalen wordt bepaald en ook de afstand van het haaruiteinde van het staafje tot de opening 117. In het geval van een conisch eind ter plaatse van de opening 117 en daarin aanwezige ribben zal de mate van indrukking bovendien bepalend zijn voor de doorsnede van 30 de kanalen die gevormd zijn tussen het binnenoppervlak van de boring 111, de ribben 118 en het buitenoppervlak van het staafje 112.
Er is hierbij sprake van een soort van perspassing tussen het staafje 112 en daarmee het kwastje 113 en het 35 tuitje 107. In het weergegeven voorbeeld kan het staafje 112 van relatief zacht materiaal, zoals polyetheen, vervaardigd zijn. Voor nauwkeurige klemstand is het hierbij VI '"N „· .1 ! '· 9 bijzonder voordelig indien althans de ribben 118 vervaardigd zijn van relatief hard materiaal, zoals pol-ypropeen.
Door de uitvinding is het mogelijk om één samenstel van afgeefinrichting, dus een en hetzelfde pakket aan 5 onderdelen, te gebruiken voor het gedoseerd afgeven van vloeistoffen met uiteenlopende viscositeiten.
, * *

Claims (14)

1. Afgeef inrichting voor een vloeistof van een bepaalde viscositeit, omvattend een houder (1) voor de vloeistof, welke houder (1) voorzien is van een eerste uitstroomopening (6) , en doseermiddelen (4) voor het gedo- 5 seerd afgeven van een gewenste hoeveelheid vloeistof uit de houder (1) , welke doseermiddelen (4) een tuitvormig orgaan (7) en verdeelmiddelen (12) bevatten, welk tuitvormig orgaan (7) met behulp van bevestigingsmiddelen (16) is bevestigd op de houder (1) en voorzien is van een holle 10 ruimte (11) en een een afgifte-eind (19) met een tweede uitstroomopening (17), welke holle ruimte (11) in verbinding staat met de eerste Uitstroomopening (6) van de houder (1) , en waarbij de verdeelmiddelen (12) een haar-houderlichaam (13) en een aantal haren (14) omvatten en 15 zich bevinden in de holle ruimte (11) , waarbij het haar-houderlichaam (13) over een voorafbepaalde afstand klemmend in het afgifte-eind (19) gedrukt is, waarbij het binnenoppervlak van het afgifte-eind en het buitenoppervlak van het haarhouderlichaam vormgegeven zijn om tussen 20 zich vloeistofkanalen te vormen van de holle ruimte naar de tweede uitstroomopening (17), welke kanalen (18) in doorsnede afgestemd zijn op de viscositeit van de betreffende vloeistof.
2. Afgeefinrichting volgens conclusie 1, waarbij het 25 haarhouderlichaam geklemd kan worden op een van een langs- reeks mogelijke klemplaatsen.
3. Afgeef inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij het binnenoppervlak van het afgifte-eind op gekromde wijze toeloopt naar de tweede uitstroomopening (17).
4. Afgeefinrichting volgens conclusie 3, waarbij het haarhouderlichaam (13) recht-cilindervormig is.
5. Afgeefinrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het binnenoppervlak van het afgifte-eind en het buitenoppervlak van het haarhouderlichaam een 35 cirkelvormige dwarsdoorsnede bezitten.
6. Afgeefinrichting volgens conclusie 5, waarbij het buiitenoppervlak van het haarhouderlichaam (13) glad is en de kanalen (18) gevormd zijn in het binnenoppervlak van het afgifte-eind.
7. Afgeefinrichting volgens conclusie 6, waarbij langsribben gevormd zijn aan het binnenoppervlak van het afgifte-eind, welke langsribben een gebogen loop bezitten.
8. Afgeefinrichting volgens conclusie 5, waarbij het binnenoppervlak van het afgifte-eind (19) glad is en de 10 kanalen (18) gevormd zijn in het buitenoppervlak van het haarhouderlichaam (13).
9. Afgeefinrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het haarhouderlichaam (13) van indrukbaar materiaal vervaardigd is, zoals bijvoorbeeld polye- 15 theen.
10. Afgeefinrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het tuitvormig orgaan (7) vervaardigd is van een relatief hard materiaal, zoals bijvoorbeeld polypropeen.
11. Afgeef inrichting volgens een der conclusies 1-9, waarbij de binnenwand van het tuitvormige orgaan (7) van indrukbaar materiaal vervaardigd is.
12. Afgeefinrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de houder (1) is vervaardigd uit een 25 dunne metaalfolie, bij voorkeur aluminium.
13. Afgeefinrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij een deksel (5) plaatsbaar op het tuitvormig orgaan (7) voor het afdekken van de uitstroomopening (17) van het tuitvormig orgaan (7).
14. Af geef inrichting omvattend een of meer van de in de beschrijving omschreven en/of in de tekeningen weergegeven kenmerkende maatregelen. 35 -0-0-0-0-0-0-0- AF/MB
NL1016925A 2000-03-31 2000-12-20 Afgeefinrichting voor een vloeistof. NL1016925C2 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1016925A NL1016925C2 (nl) 2000-03-31 2000-12-20 Afgeefinrichting voor een vloeistof.
PCT/NL2001/000264 WO2001076408A1 (en) 2000-03-31 2001-03-30 Device for dispensing a fluid
AU46942/01A AU4694201A (en) 2000-03-31 2001-03-30 Device for dispensing a fluid

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1014812 2000-03-31
NL1014812 2000-03-31
NL1016925A NL1016925C2 (nl) 2000-03-31 2000-12-20 Afgeefinrichting voor een vloeistof.
NL1016925 2000-12-20

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1016925C2 true NL1016925C2 (nl) 2001-10-02

Family

ID=26643153

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1016925A NL1016925C2 (nl) 2000-03-31 2000-12-20 Afgeefinrichting voor een vloeistof.

Country Status (3)

Country Link
AU (1) AU4694201A (nl)
NL (1) NL1016925C2 (nl)
WO (1) WO2001076408A1 (nl)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2865360B1 (fr) * 2004-01-22 2006-05-26 Oreal Applicateur comportant un element d'application solidaire, lors de l'utilisation, d'un recipient contenant un produit a appliquer
US7465113B2 (en) 2004-02-17 2008-12-16 L'ORéAL S.A. Applicator including a sheath
US7950865B2 (en) 2006-03-21 2011-05-31 L'oreal Packaging and applicator device
FR2898781B1 (fr) * 2006-03-21 2008-09-26 Oreal Dispositif de conditionnement et d'application.
US8985884B2 (en) 2012-07-30 2015-03-24 Sashay Beauty Products, Inc. Pen dispensers with cartridges and interchangeable tip applicators

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
AU5859969A (en) * 1969-07-25 1971-01-28 Fountain brush assemblies
EP0212005A1 (de) * 1985-08-13 1987-03-04 Mehmet Tevfik Nimetullah Mahruki Vorrichtung zum Auftragen von Flüssigkeiten
NL1005227C2 (nl) * 1997-02-10 1998-08-11 Cornelis Van Buuren Houder voor een vloeistof met een doseertuit.

Also Published As

Publication number Publication date
AU4694201A (en) 2001-10-23
WO2001076408A1 (en) 2001-10-18

Similar Documents

Publication Publication Date Title
AU2001268841B2 (en) Pump for dispensing flowable material
US8226319B2 (en) Fluid dispenser assembly
US7435027B2 (en) Multi-reservoir container with applicator tip and method of making the same
EP1279607B1 (fr) Dispositif de pulvérisation d'un produit fluide
EP3237852B1 (en) Dispenser
WO1999029585A1 (en) Package for dispensing flowable cosmetics
US9266135B2 (en) Dispenser for the dosed dispensing of liquid media
CN109476407B (zh) 分配系统、喷嘴和可挤压容器
NL1016925C2 (nl) Afgeefinrichting voor een vloeistof.
US20060289568A1 (en) Collapsible tube for containing and dispensing paste
JPH0655624B2 (ja) 投与量分与装置
US5044525A (en) Dispensing device
US10655998B2 (en) Dispensers and methods for using the same
US4776494A (en) Unit dose dispensing collapsible tube adapted to dispense a viscious liquid therefrom
NL8303936A (nl) Houder voor vloeibare stoffen voor gebruik met een handbediende kleine pomp voor het afgeven van dergelijke stoffen.
EP1491110B1 (fr) Dispositif de conditionnement et de distribution
AU619801B2 (en) Dispensing device
US20230255339A1 (en) Dropper package for dispensing a fluid product
EP2142441B1 (en) Dispenser tip filter assembly
US20140016988A1 (en) Unit dose system
NL1005227C2 (nl) Houder voor een vloeistof met een doseertuit.
EP3380247B1 (en) A dispensing device for dispensing liquids from flexible packaging for liquids
US11731810B2 (en) Inverted dispensing container
EP1711092A1 (de) Spenderhaltevorrichtung und spender
JP2021133947A (ja) 吐出容器

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20050701