NL1015150C1

NL1015150C1 - Alternately opaque and luminescent bar-code elements, with or without secondary illumination, increase contrast and hence reading distance by passive scanner

Info

Publication number: NL1015150C1
Application number: NL1015150A
Authority: NL
Inventors: Marcel David Van As
Original assignee: Scangineers B V
Priority date: 2000-04-27
Filing date: 2000-05-10
Publication date: 2001-10-30

Abstract

Opaque (6) and light-emitting (5) bars are laid on a translucent base. A light source (8), consisting of one or more e.g. filament lamps or LEDs, projects a beam (11). Part (12) strikes the light emitter; part (13) strikes opacity. Alternatively, fluorescent or electro-luminescent emitters are laid on a neutral base and activated by ambient light.

Description

Titel: Code-orgaan.Title: Code body.

De onderhavige uitvinding heeft in zijn algemeenheid betrekking op een barcode in de vorm van een strepenpatroon van onderling naast elkaar opgestelde evenwijdige, in hoofdzaak langwerpige patroondelen, waarbij steeds twee aan 5 elkaar grenzende patroondelen met elkaar contrasteren.The present invention generally relates to a barcode in the form of a stripe pattern of parallel, substantially elongated pattern parts arranged next to one another, in which two adjacent pattern parts always contrast with each other.

Dergelijke code-organen zijn in de praktijk bekend. Het strepenpatroon dat in gecodeerde vorm informatie representeert, wordt ook aangeduid als barcode.Such code bodies are known in practice. The stripe pattern that represents information in coded form is also referred to as barcode.

Barcodes vinden onder meer toepassing op consumenten-10 artikelen, waarbij de barcode informatie bevat betreffende het artikel. In hoofdzaak bestaan bekende barcodes uit een op een oppervlak aangebracht gebied, dat is onderverdeeld in meerdere opeenvolgende stroken met onderling verschillende reflectie-coëfficiënt, waarbij de reflectiecoëfficiënt is gedefinieerd 15 als de verhouding tussen de invallende en gereflecteerde hoeveelheid licht.Barcodes apply to consumer articles, among other things, where the barcode contains information about the article. Basically, known barcodes consist of an area applied to a surface, which is divided into several successive strips with mutually different reflection coefficients, the reflection coefficient being defined as the ratio between the incident and reflected amount of light.

In de praktijk is doorgaans, op een lichte achtergrond een strepen- of lijnenpatroon aangebracht, waarbij het strepen- of lijnenpatroon donker afsteekt tegen de lichte achtergrond. Om 20 de in de barcode opgeslagen informatie af te lezen, kan de barcode worden afgetast door middel van een scanner. In de praktijk zijn twee typen scanners bekend voor het aflezen van de in de barcode opgeslagen informatie. Een eerste type wordt aangeduid als actieve scanner, en omvat doorgaans een 25 lichtbron, bijvoorbeeld een laser met laag vermogen, die een smalle lichtbundel uitzendt, waarbij de richting van de bundel wordt gevarieerd en waarbij door de barcode gereflecteerd licht wordt gedetecteerd door een detector. Een tweede type wordt aangeduid als passieve scanner, en omvat een 30 beeldvormende inrichting zoals bijvoorbeeld een ladingsgekoppelde inrichting, hierna te noemen CCD-scanner.In practice, a stripe or line pattern is usually applied to a light background, wherein the stripe or line pattern contrasts darkly with the light background. To read the information stored in the barcode, the barcode can be scanned by means of a scanner. In practice, two types of scanners are known for reading the information stored in the barcode. A first type is referred to as an active scanner, and typically includes a light source, for example a low power laser, which emits a narrow beam of light, the direction of the beam is varied and the barcode reflected light is detected by a detector. A second type is referred to as a passive scanner, and comprises an image-forming device such as, for example, a charge-coupled device, hereinafter referred to as CCD scanner.

10 1 51 5 0”! 210 1 51 5 0 ”! 2

Bij toepassing van een laserscanner wordt een gedeelte van het uitgezonden licht, onder behoud van het patroon van de barcode, door het code-orgaan gereflecteerd en door de scanner opgevangen. In de scanner wordt een ontvangen lichtsignaal 5 omgezet in een elektrisch signaal, waarvan de sterkte overeenkomt met de ontvangen hoeveelheid licht. Aldus ontstaat er een elektrisch signaal met wisselende sterkte, in overeenstemming met het patroon van de barcode.When a laser scanner is used, part of the emitted light is reflected by the code member, while retaining the barcode pattern, and is collected by the scanner. In the scanner, a received light signal 5 is converted into an electrical signal, the strength of which corresponds to the amount of light received. Thus, an electric signal of varying strength is produced, in accordance with the pattern of the barcode.

Bij toepassing van een CCD-scanner wordt van de barcode 10 een afbeelding gemaakt, uit welke afbeelding door beeldverwerking de benodigde informatie wordt herleid. Hierbij is het niet nodig dat de scanner zelf als lichtbron fungeert, maar dat het contrast van de barcode samen met het omgevingslicht volstaat om de barcode af te lezen. In het 15 bijzonder benut een CCD-scanner bij de stand van de techniek omgevingslicht dat door de barcode wordt gereflecteerd, om een afbeelding van de barcode te maken.When using a CCD scanner, an image is made of the barcode 10, from which image the necessary information is derived by image processing. It is not necessary that the scanner itself functions as a light source, but that the contrast of the barcode together with the ambient light is sufficient to read the barcode. In particular, a prior art CCD scanner uses ambient light reflected from the barcode to create an image of the barcode.

Voor elk van de beide typen scanners is van belang dat er voldoende contrast bestaat tussen de lichte en donkere delen 20 van het code-orgaan, om een correct 'scannen7 van de barcode te garanderen.It is important for each of the two types of scanners that there is sufficient contrast between the light and dark parts 20 of the code member, in order to guarantee a correct scanning of the barcode.

Gebleken is echter, dat de mate van reflectie van conventionele code-organen met barcodes zeer gering is. Het contrast tussen bijvoorbeeld zwarte strepen en een witte 25 achtergrond is optisch weliswaar vrij groot, maar de sterkte van het door de scanner ontvangen licht is zeer gering, en neemt daarenboven exponentieel af met toenemende afstand tussen de scanner en het code-orgaan. Een oorzaak hiervan is gelegen in het feit, dat de gebruikte materialen voor de 30 drager van de barcode, veelal bedrukt papier, een reflectie-karakteristiek hebben die deels spiegelend en deels diffuus is. De hoeveelheid licht die wordt gereflecteerd in de richting van de scanner, is slechts een zeer geringe fractie (< 10"6) van het op het code-orgaan invallende omgevingslicht. 35 Een en ander resulteert in een leesafstand van ongeveer dertig centimeter. Voorbij deze afstand zal de hoeveelheid gereflecteerd licht dat de scanner bereikt, dusdanig gering 3 zijn, dat het moeilijk of onmogelijk wordt de barcode met zekerheid correct af te lezen. Vooral bij toepassing van barcodes in een industriële en/of elektrisch vervuilde omgeving, waarbij veelal afstanden moeten worden overbrugd die 5 de leesafstand van de conventionele barcodes overtreffen, zullen deze barcodes slecht voldoen.However, it has been found that the reflectivity of conventional barcode code members is very low. Although the contrast between, for example, black stripes and a white background is optically quite great, the strength of the light received by the scanner is very small, and moreover decreases exponentially with increasing distance between the scanner and the code element. One reason for this lies in the fact that the materials used for the carrier of the barcode, usually printed paper, have a reflection characteristic which is partly specular and partly diffuse. The amount of light reflected in the direction of the scanner is only a very small fraction (<10 "6) of the ambient light entering the coder. 35 This results in a reading distance of about thirty centimeters. distance, the amount of reflected light reaching the scanner will be so small that it becomes difficult or impossible to read the barcode with certainty, especially when using barcodes in an industrial and / or electrically polluted environment, where distances often have to be which exceed the reading distance of the conventional bar codes, these bar codes will be insufficient.

Het is derhalve een doel van de onderhavige uitvinding een code-orgaan, in het bijzonder een barcode, te verschaffen, welke barcode een hoog contrast heeft en in een daarmee 10 samenhangende, vergrote leesafstand resulteert, waarbij de nieuwe barcode kan worden toegepast in combinatie met de reeds bestaande CCD-apparatuur.It is therefore an object of the present invention to provide a code member, in particular a barcode, which barcode has a high contrast and results in an associated increased reading distance, the new barcode being applicable in combination with the already existing CCD equipment.

De onderhavige uitvinding is gebaseerd op het inzicht, dat. een beter contrast en derhalve een betere detecteer-15 baarheid van de barcode kan worden bereikt indien de hoeveelheid licht die de CCD-scanner bereikt, wordt vergroot, althans voor wat betreft de. heldere stroken en dat dit bij een gelijkblijvende sterkte van het omgevingslicht mogelijk is door het code-orgaan zelf actief in hoofdzaak in de richting 20 van de CCD-scanner licht te laten uitzenden.The present invention is based on the understanding that. better contrast and therefore better detectability of the barcode can be achieved if the amount of light reaching the CCD scanner is increased, at least as far as the. bright strips and that this is possible with the same intensity of the ambient light by actively having the code member itself emit light substantially in the direction of the CCD scanner.

Voor het bereiken van bovengenoemd doel is een code-orgaan volgens de uitvinding derhalve daardoor gekenmerkt, dat het code-orgaan licht-emitterende patroondelen omvat.To achieve the above-mentioned purpose, a code member according to the invention is therefore characterized in that the code member comprises light-emitting pattern parts.

In een voordelige uitvoeringsvorm van de uitvinding 25 omvatten de licht-emitterende patroondelen een in hoofdzaak licht-doorlatend materiaal, waarbij aan de achterliggende zijde daarvan een lichtbron is voorzien, zodat een eenvoudig te vervaardigen en zeer effectief code-orgaan wordt verschaft.In an advantageous embodiment of the invention, the light-emitting pattern parts comprise a substantially light-transmitting material, a light source being provided on the rear side thereof, so that an easily manufactured and highly effective code element is provided.

Deze en andere aspecten, kenmerken en voordelen van de 30 onderhavige uitvinding zullen nader worden verduidelijkt aan de hand van de hiernavolgende beschrijving van een voorkeursuitvoeringsvorm van een code-orgaan volgens de uitvinding onder verwijzing naar de tekening, en waarin: 35 figuur 1 schematisch in bovenaanzicht een code-orgaan volgens de uitvinding toont met een drager en een daarop aangebrachte barcode; 4 figuur 2 schematisch in dwarsdoorsnede een uitvoeringsvorm van het code-orgaan van figuur 1 toont; figuur 3 schematisch in dwarsdoorsnede een code-orgaan volgens de uitvinding toont in een eerste alternatieve 5 uitvoeringsvorm.These and other aspects, features and advantages of the present invention will be further elucidated on the basis of the following description of a preferred embodiment of a code element according to the invention with reference to the drawing, and in which: figure 1 shows schematically in top view shows a code member according to the invention with a carrier and a barcode mounted thereon; Figure 2 schematically shows in cross section an embodiment of the code member of figure 1; figure 3 shows schematically in cross-section a code element according to the invention in a first alternative embodiment.

figuur 4 schematisch in dwarsdoorsnede een code-orgaan volgens de uitvinding toont in een tweede alternatieve uitvoeringsvorm, figuur 5 schematisch in perspectief een code-orgaan 10 volgens de uitvinding toont in een derde alternatieve uitvoeringsvorm;figure 4 shows schematically in cross-section a code member according to the invention in a second alternative embodiment; figure 5 shows schematically in perspective a code member 10 according to the invention in a third alternative embodiment;

Figuur 1 toont een code-orgaan 1 met een uit het oogpunt van illustratieve eenvoud zeer schematisch weergegeven vlakke 15 drager 2 met een op een eerste zijde 7 (zie figuur 2) daarvan aangebrachte barcode 3. De barcode 3 is op de drager 2 aangebracht in de vorm van een strepenpatroon 4. Het strepenpatroon 4 bestaat uit onderling naast elkaar opgestelde en in hoofdzaak evenwijdige eerste patroondelen 5 en tweede 20 patroondelen 6, waarbij steeds twee aan elkaar grenzende patroondelen 5, 6 met elkaar contrasteren. De eerste patroondelen 5 zijn licht-emitterend en de tweede patroondelen 6 zijn niet-licht-emitterend. In het kader van de onderhavige uitvinding wordt met de uitdrukking "licht-emitteren" bedoeld, 25 dat een materiaal meer licht uitzendt dan louter gereflecteerd omgevingslicht. Voorts zullen in het hiernavolgende alle optische materiaaleigenschappen zoals doorlaatbaarheid en emissie geacht worden betrekking te hebben op dat deel van het frequentiespectrum dat correspondeert met het 30 gevoeligheidsbereik van een voor waarneming van het code-orgaan gebruikelijke camera.Figure 1 shows a code member 1 with a flat carrier 2, very schematically represented from the viewpoint of illustrative simplicity, with a barcode 3 arranged on a first side 7 (see Figure 2) thereof. The barcode 3 is arranged on the carrier 2 in the form of a stripe pattern 4. The stripe pattern 4 consists of mutually juxtaposed and substantially parallel first pattern parts 5 and second pattern parts 6, wherein two adjacent pattern parts 5, 6 always contrast with each other. The first pattern parts 5 are light-emitting and the second pattern parts 6 are non-light-emitting. In the context of the present invention, the term "light-emitting" means that a material emits more light than merely reflected ambient light. Furthermore, hereinafter all optical material properties such as transmittance and emission will be considered to relate to that part of the frequency spectrum that corresponds to the sensitivity range of a camera customary for sighting the coder.

Figuur 2 toont een gedeelte van het code-orgaan 1 schematisch in dwarsdoorsnede. De licht-emitterende patroondelen 5 en de niet-licht-emitterende patroondelen 6 35 zijn aangebracht op de drager 2, waarbij de drager 2 neutrale eigenschappen kan hebben, wat in het kader van de onderhavige uitvinding inhoudt dat de drager 2 geen licht emitteert. De 5 licht-emitterende patroondelen 5 bevatten een in hoofdzaak actief licht genererend materiaal, zoals bijvoorbeeld een fluorescerend of een electro-luminiscerend materiaal. Het is ook mogelijk dat de licht-emitterende patroondelen 5 zijn 5 voorzien van licht-emitterende dioden (LED), die bijvoorbeeld zijn ingebed in het materiaal van de licht-emitterende patroondelen 5 of deze zelfs geheel vormen. De licht-emitterende patroondelen 5 kunnen ook met tussenruimten op de drager 2 zijn aangebracht, waarbij de in de tussenruimten 10 blootliggende oppervlakte-delen van de drager 2 de niet-licht-emitterende patroondelen 6 definiëren. Dit is niet nader getoond.Figure 2 shows a part of the code member 1 schematically in cross section. The light-emitting pattern parts 5 and the non-light-emitting pattern parts 6 are provided on the carrier 2, the carrier 2 being able to have neutral properties, which in the context of the present invention means that the carrier 2 does not emit light. The light-emitting pattern parts 5 contain a substantially active light-generating material, such as, for example, a fluorescent or an electroluminescent material. It is also possible that the light-emitting pattern parts 5 are provided with light-emitting diodes (LED), which are, for example, embedded in the material of the light-emitting pattern parts 5 or even form them entirely. The light-emitting pattern parts 5 can also be provided at intervals on the carrier 2, the surface parts of the carrier 2 exposed in the spaces 10 defining the non-light-emitting pattern parts 6. This is not shown in more detail.

In een variant van het code-orgaan 1 volgens de uitvinding omvatten de licht-emitterende patroondelen 5 een 15 passief licht-emitterend materiaal, wat inhoudt dat de patroondelen 5 niet zelf actief licht uitstralen. In het bijzonder omvatten de patroondelen 5 een lichtdoorlatend materiaal, waarbij aan de achterliggende zijde daarvan een lichtbron 8 is aangebracht. Dit is getoond in figuur 3.In a variant of the code element 1 according to the invention, the light-emitting pattern parts 5 comprise a passive light-emitting material, which means that the pattern parts 5 do not emit active light themselves. In particular, the pattern parts 5 comprise a light-transmitting material, a light source 8 being arranged on the rear side thereof. This is shown in figure 3.

20 Figuur 3 toont de drager 2, welke is vervaardigd van een licht-doorlatend materiaal, bijvoorbeeld (mat-)glas of een doorschijnend plastic. De patroondelen 5, 6 zijn op de eerste zijde 7 van de drager 2 aangebracht als onderling evenwijdige dunne lagen die ten minste een gedeelte van het oppervlak van 25 de drager 2 bedekken.Figure 3 shows the carrier 2, which is made of a translucent material, for instance (frosted) glass or a transparent plastic. The pattern parts 5, 6 are arranged on the first side 7 of the carrier 2 as mutually parallel thin layers covering at least a part of the surface of the carrier 2.

Het is ook mogelijk om de drager 2 van het code-orgaan 1 enkel te voorzien van de niet-licht-emitterende patroondelen 6, die met tussenruimten op de eerste zijde 7 van de drager 2 zijn aangebracht. De tussenruimten corresponderen derhalve met 30 de licht-emitterende patroondelen 5. Dit is getoond in figuur 4.It is also possible to provide the carrier 2 of the code member 1 only with the non-light-emitting pattern parts 6, which are arranged at intervals on the first side 7 of the carrier 2. The gaps therefore correspond to the light-emitting pattern parts 5. This is shown in figure 4.

De lichtbron 8, die bijvoorbeeld één of meerdere gloeilampen, en/of TL-lampen, en/of licht-emitterende diodes (LED) kan omvatten, is zodanig aangebracht aan een tweede 35 zijde 9 van de drager 2, dat, wanneer het code-orgaan 1 door een waarnemer wordt bekeken vanuit een richting die is aangeduid door pijl 10, de lichtbron 8 zich voor deze [ Π i ~ 6 waarnemer achter of onder de barcode 3 bevindt. In het geval dat de lichtbron een LED is, kan de lichtbron 8 bijvoorbeeld zijn ingebed in het dragermateriaal, zodat een zeer compact en actief licht-emitterend code-orgaan wordt verschaft.The light source 8, which may comprise, for example, one or more incandescent lamps, and / or fluorescent lamps, and / or light-emitting diodes (LED), is arranged on a second side 9 of the carrier 2 such that, when the code member 1 is viewed by an observer from a direction indicated by arrow 10, the light source 8 is in front of this [Π i ~ 6 observer behind or below the barcode 3. For example, in case the light source is an LED, the light source 8 may be embedded in the carrier material to provide a very compact and active light-emitting code member.

5 De lichtbron 8 zendt een, door middel van onderbroken lijnen weergegeven, lichtbundel 11 uit, met een eerste bundeldeel 12 en een tweede bundeldeel 13. Het eerste bundeldeel 12 treft het eerste, licht-emitterende patroondeel 5 en het tweede bundeldeel 13 treft het tweede, niet-licht-10 emitterende patroondeel 6. De eerste patroondelen 5 hebben een grotere mate van licht-doorlaatbaarheid dan de tweede patroondelen 6. Idealiter zijn de tweede patroondelen 6 volledig niet-doorlatend voor licht, zodat zij het daarop invallende licht 13 volledig tegenhouden. In het kader van de 15 onderhavige uitvinding wordt met de uitdrukking "mate van licht-doorlaatbaarheid" bedoeld de hoeveelheid licht die door een materiaal wordt doorgelaten ten opzichte van de hoeveelheid op dat materiaal invallend licht. Hoe groter de mate van licht-doorlaatbaarheid van het betreffende materiaal, 20 hoe meer daarop invallend licht wordt doorgelaten. Derhalve laten de eerste patroondelen 5 meer licht door dan de tweede patroondelen 6. In het kader van de onderhavige uitvinding zal het doorlaten van licht worden aangeduid met de uitdrukking "passief licht emitteren", omdat een waarnemer de indruk 25 krijgt dat de eerste patroondelen 5 licht emitteren.The light source 8 emits a light beam 11, shown by broken lines, with a first beam part 12 and a second beam part 13. The first beam part 12 strikes the first light-emitting pattern part 5 and the second beam part 13 strikes the second , non-light-emitting pattern part 6. The first pattern parts 5 have a greater degree of light transmission than the second pattern parts 6. Ideally, the second pattern parts 6 are completely impermeable to light, so that they completely block the incident light 13 . For the purposes of the present invention, the term "degree of light transmittance" is intended to mean the amount of light transmitted through a material relative to the amount of light incident on that material. The greater the degree of light transmission of the material in question, the more light incident on it is transmitted. Therefore, the first pattern pieces 5 transmit more light than the second pattern pieces 6. In the context of the present invention, the transmission of light will be indicated by the term "passive light emitting", because an observer gets the impression that the first pattern pieces 5 emit light.

Een waarnemer die vanuit de richting 10 naar het code-orgaan 1 kijkt, in het bijzonder een CCD-scanner, neemt hierdoor een contrast waar tussen de licht-emitterende patroondelen 5 en de niet-licht-emitterende patroondelen 6.An observer looking at the code element 1 from the direction 10, in particular a CCD scanner, thereby observes a contrast between the light-emitting pattern parts 5 and the non-light-emitting pattern parts 6.

30 Het optredende contrast tussen de patroondelen 5, 6 is daarbij aanzienlijk groter dan het contrast dat optreedt indien enkel omgevingslicht ter beschikking zou staan. Het code-orgaan 1, in het bijzonder de barcode 3, heeft hierdoor een grotere detecteerbaarheid dan de gebruikelijke barcodes.The contrast occurring between the pattern parts 5, 6 is thereby considerably greater than the contrast that occurs if only ambient light is available. The code member 1, in particular the barcode 3, hereby has a greater detectability than the usual barcodes.

35 De niet-licht-emitterende patroondelen 6 kunnen bijvoorbeeld worden gevormd door een dunne laag inkt of verf, die op de drager 2 kan worden aangebracht door middel van een 7 op zich bekende druktechniek zoals zeefdruk, offset, stempelen, inkjet of vergelijkbaar, of een ander voor hetzelfde doel geschikt materiaal. Afhankelijk van de toepassing van het code-orgaan 1 volgens de uitvinding kunnen 5 de niet-licht-emitterende patroondelen 6 een in hoofdzaak een in hoofdzaak spiegel-reflecterend materiaal bevatten, en kunnen de licht-emitterende patroondelen 5 een in hoofdzaak retro-reflecterend materiaal bevatten, zodat een zo hoog mogelijk contrast in de richting van een waarnemer kan worden 10 bereikt.The non-light-emitting pattern parts 6 can for instance be formed by a thin layer of ink or paint, which can be applied to the carrier 2 by means of a printing technique known per se, such as screen printing, offset, stamping, inkjet or the like, or another material suitable for the same purpose. Depending on the application of the coding element 1 according to the invention, the non-light-emitting pattern parts 6 may comprise a substantially a substantially mirror-reflecting material, and the light-emitting pattern parts 5 may be a substantially retro-reflecting material. so that the highest possible contrast towards an observer can be achieved.

Figuur 5 toont het code-orgaan 1 volgens de uitvinding, waarin het code-orgaan 1 is opgebouwd uit eerste langwerpige stroken 14 en tweede langwerpige stroken 15. De eerste stroken 14 respectievelijk de tweede stroken 15 corresponderen met de 15 eerste patroondelen 5 respectievelijk de tweede patroondelen 6. De eerste stroken 14 zijn licht-emitterend en de tweede stroken zijn 15 derhalve niet-licht-emitterend, waarbij het licht-emitterend zijn van de eerste stroken 14 kan worden bereikt op een van de bovenstaand beschreven mogelijkheden.Figure 5 shows the code member 1 according to the invention, in which the code member 1 is composed of first elongated strips 14 and second elongated strips 15. The first strips 14 and the second strips 15 respectively correspond to the first pattern parts 5 and the second, respectively. pattern parts 6. The first strips 14 are light-emitting and the second strips 15 are therefore non-light-emitting, whereby the light-emitting of the first strips 14 can be achieved in one of the possibilities described above.

20 De aan elkaar grenzende stroken 14, 15 zijn via hun naar elkaar toegerichte zijden met elkaar verbonden, zodat het code-orgaan 1 geheel zelfdragend is. De stroken 14, 15 kunnen bijvoorbeeld met elkaar zijn verbonden door middel van een lijmverbinding, een klikverbinding of een andere geschikte 25 wijze van verbinden. Het is ook mogelijk de stroken 14, 15 te vatten in een raamwerk, waarbij de stroken 14, 15 via hun uiteinden in het raamwerk zijn gevat, of waarbij enkel de tweede stroken 15 met onderlinge tussenruimten in het raamwerk zijn gevat. De tussenruimten corresponderen daarbij met de 30 eerste stroken 14. Dit is niet nader getoond.The adjoining strips 14, 15 are connected to each other via their mutually facing sides, so that the code member 1 is completely self-supporting. The strips 14, 15 can for instance be connected to each other by means of an adhesive connection, a click connection or another suitable manner of connection. It is also possible to mount the strips 14, 15 in a frame, wherein the strips 14, 15 are mounted in the frame via their ends, or in which only the second strips 15 are inserted in the frame at mutual intervals. The gaps correspond to the first 30 strips 14. This is not shown in more detail.

Het code-orgaan volgens de uitvinding is niet beperkt tot de in de figuren getoonde uitvoeringsvormen, maar kan elke willekeurige vorm hebben, bijvoorbeeld 3-dimensionaal waarbij de barcode als verhoogde stroken materiaal op een drager is 35 aangebracht. Tevens zijn de afmetingen van het code-orgaan niet van belang; dit kan elke gewenste grootte hebben.The code member according to the invention is not limited to the embodiments shown in the figures, but can have any arbitrary shape, for instance 3-dimensional, in which the barcode is applied as raised strips of material on a support. The dimensions of the code organ are also not important; this can be any size.

ΊΊ

Claims

Code element, comprising a barcode in the form of a stripe pattern of parallel, substantially elongated pattern parts arranged next to each other, two contiguous pattern parts always contrasting with each other, characterized in that the code element (1 ) comprises light-emitting pattern parts (5).

Code member according to claim 1, characterized in that the stripe pattern (4) alternately comprises light-emitting pattern parts 10 (5) and non-light-emitting pattern parts (6).

Code member according to claim 1 or 2, characterized in that the light-emitting pattern parts (5) contain a substantially active light-generating material. 15

Code member according to claim 3, characterized in that the light-emitting pattern parts (5) comprise light-emitting diodes (LED).

Code member according to claim 3, characterized in that the light-emitting pattern parts (5) contain a substantially fluorescent material.

Code element according to claim 3, characterized in that the light-emitting pattern parts (5) contain a substantially electroluminescent material.

Code member according to one of claims 1 to 6, characterized in that the light-emitting pattern parts (5) contain a passive light-emitting material.

Code member according to claim 7, characterized in that the light-emitting pattern parts (5) have a substantially light if; / · · J · »· transmissive material, at the rear side (9) of which at least one light source (8) is provided.

9. Code element according to claim 8, characterized in that the light-transmitting material is substantially diffuse-light-transmitting.

Code element according to claim 8, characterized in that the light-transmitting material is substantially clear-light-transmitting.

Code element according to one of claims 2 to 10, characterized in that the light-emitting pattern parts (5) contain a substantially retro-reflective material. 15

Code member according to one of the preceding claims, characterized in that the code member (1) comprises elongated strips (14, 15) arranged side by side, respectively, light-emitting or non-light-emitting material. 20

Code member according to claim 12, characterized in that the strips (14, 15) are mutually attached to each other and form a self-supporting code member (1).

Code member according to claim 13, characterized in that the adjacent strips (14, 15) are connected to each other via their mutually facing sides.

Code member according to any one of claims 12-14, characterized in that the strips (14, 15) are mounted in a frame via their ends.

Code member according to any one of claims 12-15, characterized in that the strips (14, 15) are arranged on a carrier (2).

Code member according to claim 16, characterized in that the support (2) contains neutral, non-light-emitting material.

Code element according to claim 17, characterized in that the light-emitting strips (14) are arranged at intervals on the carrier (2), the spaces acting as the non-light-emitting pattern parts (6).

Code element according to claim 16, characterized in that the carrier (2) contains a light-emitting material.

Code member according to claim 19, characterized in that the non-light-emitting strips (15) are arranged with spaces on the support (2), the spaces acting as the light-emitting pattern parts (5).