NL1012358C2

NL1012358C2 - Shielded connector assembly with contact elements for use in the assembly using a female connector housing to enclose rows of contact elements

Info

Publication number: NL1012358C2
Application number: NL1012358A
Authority: NL
Inventors: Niranjan Kumar Mitra
Original assignee: Berg Electronics Mfg
Priority date: 1999-06-16
Filing date: 1999-06-16
Publication date: 2000-12-19

Abstract

A female connector (1) with a shielding plate (2) has contact elements (4) on printed circuit boards (7) arranged in rows and columns in a housing (3) comprising two modules (6) stacked in a column direction. The second surface of the PCB has a conducting ground plane connected to a pattern of ground tracks on the other surfacce, while the PCBs of one module are connected through an intermediate insulating section (19). The rows of contact elements receive the male contact elements when the male connector is inserted into the receiving space of the female connector. An Independent claim is included for a contact element.

Description

Contactelement.Contact element.

De uitvinding heeft betrekking op een contactelement, met een vlak verbindingsuiteinde en een contactgedeelte om contact te maken met een contrastekkercontact en met een distaai insteekuiteinde, waarbij het vlakke verbindingsuiteinde en het 5 distale insteekuiteinde een centraal vlak van het contactelement bepalen, terwijl het contactgedeelte is voorzien van twee contactplaten die aan beide uiteinden onderling verbonden zijn en daartussen van elkaar zijn gescheiden en welke contactplaten in tegengestelde richtingen ten opzichte van het centrale vlak 10 van het contactelement versprongen zijn.The invention relates to a contact element, with a flat connection end and a contact part for contacting a mating contact and with a distal insertion end, the flat connection end and the distal insertion end defining a central plane of the contact element, while the contact part is provided of two contact plates which are interconnected at both ends and separated therebetween and which contact plates are offset in opposite directions to the central plane 10 of the contact element.

Contactelementen zijn in diverse uitvoeringsvormen bekend, en bijvoorbeeld beschreven in het US-A-5.277.624. In het algemeen zijn de bekende contactelementen voorzien van een of twee contactoppervlakken voor samenwerking met een bijpas-15 send contactelement. Met toenemende miniaturisatie worden de contactoppervlakken van een contactelement eveneens geminiatu-riseerd, zodat het telkens belangrijker wordt om een accurate en efficiënte verbinding tussen samengevoegde contactelementen te garanderen.Contact elements are known in various embodiments, and are described, for example, in US-A-5,277,624. In general, the known contact elements are provided with one or two contact surfaces for cooperation with a matching contact element. With increasing miniaturization, the contact surfaces of a contact element are also miniaturized, so that it becomes increasingly important to ensure an accurate and efficient connection between joined contact elements.

20 Een contactelement van het in de aanhef genoemde type is reeds beschreven in het DE-U-29613738, terwijl ook het US-A-2.183.067 een dergelijk contactelement toont. Bij deze bekende contactelementen sluiten de projecties van de twee contactplaten in het centrale vlak op elkaar aan, zodat een vervormbaar-25 heid in dit centrale vlak niet of nauwelijks mogelijk is.A contact element of the type mentioned in the opening paragraph has already been described in DE-U-29613738, while US-A-2,183,067 also shows such a contact element. With these known contact elements, the projections of the two contact plates in the central plane connect to each other, so that deformability in this central plane is not or hardly possible.

De uitvinding beoogt een verbeterd contactelement van het bovengenoemde type te verschaffen dat aan deze vereiste voldoet.The object of the invention is to provide an improved contact element of the above type that meets this requirement.

lala

Hiertoe bezit het contactelement volgens de uitvinding het kenmerk, dat de twee contactplaten tussen hun beide uiteinden in van elkaar worden gescheiden door een sleuf.For this purpose, the contact element according to the invention is characterized in that the two contact plates are separated from each other by a slot between their two ends.

Op deze wijze wordt een contactelement verkregen, 5 waarbij elke contactplaat flexibel is in twee onderling loodrechte richtingen, zodat elke contactplaat twee contactoppervlakken verschaft die kunnen samenwerken met een geschikt bij 2 passend contactelement van het contrastekkertype. Derhalve verschaft het contactelement volgens de uitvinding vier contactoppervlakken, waardoor een accurate en efficiënte verbinding ten opzichte van onderling loodrechte contactoppervlakken van een 5 geschikt bijpassend contactelement wordt gegarandeerd.In this manner, a contact element is obtained, each contact plate being flexible in two mutually perpendicular directions, so that each contact plate provides two contact surfaces which can cooperate with a suitable mating connector-type contact element. Therefore, the contact element according to the invention provides four contact surfaces, whereby an accurate and efficient connection with mutually perpendicular contact surfaces of a suitable matching contact element is guaranteed.

De uitvinding zal nader worden toegelicht onder verwijzing naar de tekeningen, waarin een uitvoeringsvorm van de connector volgens de uitvinding is getoond.The invention will be explained in more detail with reference to the drawings, in which an embodiment of the connector according to the invention is shown.

Figuur 1 toont een perspectivisch aanzicht van een 10 uitvoeringsvorm van de connector volgens de uitvinding met een buitenste afschermingsplaat afzonderlijk weergegeven.Figure 1 shows a perspective view of an embodiment of the connector according to the invention with an outer shielding plate shown separately.

Figuur 2 toont schematisch een dwarsdoorsnede van de connector volgens figuur 1.Figure 2 schematically shows a cross-section of the connector according to Figure 1.

Figuur 3 toont schematisch een explosieaanzicht in 15 dwarsdoorsnede van de printkaarten van de connector volgens figuur 1.Figure 3 schematically shows an exploded cross-sectional view of the printed circuit boards of the connector of Figure 1.

Figuur 4 is een explosieaanzicht van een der modules van de connector volgens figuur 1.Figure 4 is an exploded view of one of the modules of the connector of Figure 1.

Figuren 5A tot 5C tonen een bovenaanzicht, zijaan-20 zicht resp. vooraanzicht van het massacontactelement van de connector volgens figuur 1.Figures 5A to 5C show a top view, side view, respectively. front view of the ground contact element of the connector according to figure 1.

Figuur 6 toont een perspectivisch aanzicht van een huisdeel van een mannelijke connector die samen met de vrouwelijke connector volgens figuur 1 een connectorsamenstel vormt. 25 Figuur 7 toont een perspectivisch aanzicht van het huisdeel volgens figuur 6, waarbij de contactelementen zijn bevestigd in het huisdeel.Figure 6 shows a perspective view of a housing portion of a male connector which, together with the female connector of Figure 1, forms a connector assembly. Figure 7 shows a perspective view of the housing part according to Figure 6, wherein the contact elements are fixed in the housing part.

Figuur 8 is een schematische dwarsdoorsnede van het huisdeel volgens figuur 7.Figure 8 is a schematic cross section of the housing part according to Figure 7.

30 Figuren 9A en 9B tonen een bovenaanzicht resp. een zijaanzicht van het massacontactelement van het huisdeel volgens figuur 6.Figures 9A and 9B show a top view, respectively. a side view of the ground contact element of the housing part according to figure 6.

Figuren 10A en 10B tonen de mannelijke en vrouwelijke connectors die een connectorsamenstel verschaffen in de niet 35 samengevoegde resp. samengevoegde positie.Figures 10A and 10B show the male and female connectors that provide a connector assembly in the non-assembled, respectively. merged position.

De in de onderhavige aanvrage beschreven vrouwelijke en mannelijke connectors zijn van het type dat is beschreven in 1012358 3 de eveneens ingediende octrooiaanvragen van dezelfde aanvrager. In de onderhavige aanvrage worden de kenmerken die de onderhavige connectors onderscheiden van de connectors die zijn beschreven in de eveneens ingediende aanvragen in detail beschre-5 ven. Voor extra details met betrekking tot de constructie van de connectors en de componenten daarvan wordt verwezen naar deze eveneens ingediende aanvragen die hierin door verwijzing geacht worden te zijn opgenomen.The female and male connectors described in the present application are of the type described in 1012358 3, which are also filed from the same applicant. In the present application, the features that distinguish the present connectors from the connectors described in the also filed applications are described in detail. For additional details regarding the construction of the connectors and their components, reference is made to these also filed applications which are hereby incorporated by reference.

Onder verwijzing naar de figuren 1 en 2 is een vrou-10 welijke connector 1 getoond met een buitenste afschermingsplaat 2 en een huis 3 met een aantal vrouwelijke contactelementen 4 die zijn gerangschikt in rijen en kolommen. Zoals zichtbaar is in de dwarsdoorsnede volgens figuur 2 is de vrouwelijke connector 1 een zogenaamde haakse connector en kan deze worden beves-15 tigd op een printkaart 5. De buitenste afschermingsplaat 2 bedekt de boven- en achterzijde van het huis 3.Referring to Figures 1 and 2, a female connector 1 is shown having an outer shield plate 2 and a housing 3 with a number of female contact elements 4 arranged in rows and columns. As can be seen in the cross-section according to figure 2, the female connector 1 is a so-called right-angle connector and can be mounted on a printed circuit board 5. The outer shielding plate 2 covers the top and rear of the housing 3.

In de getoonde uitvoeringsvorm bezit het huis 3 twee in de kolomrichting gestapelde modules 6, waarbij elke module 6 twee huisdelen 7 omvat die in dit geval elk een langwerpige, in 20 hoofdzaak rechthoekige vlakke printkaart (zie figuren 3 en 4) bezitten. Elke printkaart 7 draagt een rij contactelementen 4 op een eerste oppervlak 8. Het tegenover gelegen tweede oppervlak van de printkaart 7 is voorzien van een geleidend massa-vlak 9 dat het volledige oppervlak van de printkaart bedekt.In the embodiment shown, the housing 3 has two modules 6 stacked in the column direction, each module 6 comprising two housing parts 7, which in this case each have an elongated, substantially rectangular flat printed circuit board (see Figures 3 and 4). Each print card 7 carries a row of contact elements 4 on a first surface 8. The opposite second surface of the print card 7 is provided with a conductive ground plane 9 covering the entire surface of the print card.

25 De constructie van de modules 6 en printkaarten 7 is gedetailleerder weergegeven in de figuren 3 en 4. Zoals getoond, zijn de printkaarten 7 van een module 6 met hun eerste oppervlakken 8 naar elkaar toe gekeerd bevestigd ter bepaling van een opneemruimte 10 voor het opnemen van een huisdeel van 30 een mannelijke connector die moet worden samengevoegd met de vrouwelijke connector 1, zoals hierna wordt beschreven. De contactelementen 4 zijn L-vormig met een eerste sectie 11 die zich evenwijdig aan de printkaarten 7 uitstrekt en een tweede sectie 12 die zich loodrecht op de printkaarten 7 uitstrekt. Elke 35 printkaart 7 van een module 6 is voorzien van in dit geval vier rijen gaten 13, waarbij successievelijke rijen gaten 13 de tweede secties 12 van successievelijke rijen contactelementen 4 opnemen. Het eerste oppervlak 9 van elke printkaart 7 is voor- 1012358 4 zien van een patroon 14 van massabanen die, bijvoorbeeld, via gaten zijn verbonden met het massavlak. Dit patroon 14 omvat eerste banen 15 aan elke zijde van de contactelementen 4 die worden gedragen op het eerste oppervlak 8. De eerste banen 15 5 zijn onderling verbonden ter plaatse van beide langsranden van de printkaart 7 door tweede banen 16. Op deze wijze verschaft het massabaanpatroon 14 een afscherming tussen de contactelementen 4. Het eerste oppervlak 8 van de printkaart 7 is verder voorzien van contactbanen 17, waarbij de eerste secties 11 van 10 de contactelementen 4 zijn bevestigd aan deze contactbanen 17, bijvoorbeeld door solderen.The construction of the modules 6 and printed circuit boards 7 is shown in more detail in Figures 3 and 4. As shown, the printed circuit boards 7 of a module 6 with their first surfaces 8 are facing each other to define a recording space 10 for recording of a housing portion of 30 a male connector to be assembled with the female connector 1 as described below. The contact elements 4 are L-shaped with a first section 11 extending parallel to the printed circuit boards 7 and a second section 12 extending perpendicular to the printed circuit boards 7. Each printed circuit board 7 of a module 6 is provided in this case with four rows of holes 13, successive rows of holes 13 receiving the second sections 12 of successive rows of contact elements 4. The first surface 9 of each print card 7 is provided with a pattern 14 of ground paths connected, for example, through holes to the ground plane. This pattern 14 includes first webs 15 on each side of the contact elements 4 supported on the first surface 8. The first webs 15 are interconnected at both longitudinal edges of the printed circuit board 7 by second webs 16. In this way, the ground path pattern 14 a shield between the contact elements 4. The first surface 8 of the printed circuit board 7 is further provided with contact paths 17, wherein the first sections 11 of 10 the contact elements 4 are attached to these contact paths 17, for example by soldering.

Aan de voorzijde is elke printkaart 7 voorzien van een huissectie 18 uit isolerend materiaal. Elke huissectie 18 bezit een rij sleuven 18a die de frontale uiteinden van de eer-15 ste secties 11 van de contactelementen 4 opnemen, welke frontale uiteinden fungeren als een veer, zoals beschreven in de bovengenoemde eveneens ingediende aanvragen. De huissecties zijn voorzien van een aantal uitstekende pennen 18'. Deze pennen 18' zijn geforceerd in gaten 7' van de printkaart 7 teneinde de 20 huissectie 18 daarop vast te maken.At the front, each printed circuit board 7 is provided with a housing section 18 of insulating material. Each housing section 18 has a row of slots 18a which receive the frontal ends of the first sections 11 of the contact elements 4, which frontal ends function as a spring, as described in the above filed applications as well. The housing sections are provided with a number of projecting pins 18 '. These pins 18 'are forced into holes 7' of the printed circuit board 7 to secure the housing section 18 thereon.

De twee printkaarten 7 van een module 6 zijn onderling verbonden door een tussengelegen huissectie 19 uit isolerend materiaal met in dit geval drie rijen gaten 20 die op één lijn liggen met de eerste drie rijen gaten 13 van de printkaar-25 ten 7, als gezien vanaf de achterzijde. Een metalen frame 21 is ingegoten in het tussengelegen huis 19 en verschaft een reeks vierkante kanalen 22 die elk een gat 20 omhullen. Het metalen frame 21 is een samenstel uit onderling loodrechte metalen stroken 23, 24. Een metalen afschermingsplaat 60 is toegepast 30 aan beide langsuiteinden van een module 6. Elke afschermingsplaat 60 bezit uitstekende uitgangen 21 die aangrijpen in gaten 62 van de huissectie 18 en gaten 63 van de printkaarten 7, zodat een extra onderlinge fixatie van de printkaarten 7 wordt verkregen. De uitgangen 61 verbinden de afschermingsplaat 60 35 met het massabaanpatroon 14. De afschermingsplaten 60 verschaffen verder meer stijfheid aan het voorste deel van de module 6.The two printed circuit boards 7 of a module 6 are interconnected by an intermediate housing section 19 of insulating material with in this case three rows of holes 20 aligned with the first three rows of holes 13 of the printed circuit boards 7, as seen from the backside. A metal frame 21 is molded into the intermediate housing 19 and provides a series of square channels 22 each enclosing a hole 20. The metal frame 21 is an assembly of mutually perpendicular metal strips 23, 24. A metal shielding plate 60 is provided at both longitudinal ends of a module 6. Each shielding plate 60 has protruding exits 21 which engage holes 62 of the housing section 18 and holes 63 of the printed circuit boards 7, so that an additional mutual fixation of the printed circuit boards 7 is obtained. The outputs 61 connect the shielding plate 60 to the ground path pattern 14. The shielding plates 60 further provide more rigidity to the front part of the module 6.

Zoals duidelijk zal blijken uit de figuren 2, 3 en 4 strekken de tweede secties 12 van de contactelementen 4 zich 1Π1 5 uit door de gaten 20 van de tussengelegen huissecties 19 en hierdoor door de kanalen 22 van het metalen frame 21. Op deze wijze wordt een volledige afscherming van de tweede secties 12 van de contactelementen 4 op een zeer efficiënte wijze verkre-'> gen.As will be apparent from Figures 2, 3 and 4, the second sections 12 of the contact elements 4 extend through the holes 20 of the intermediate housing sections 19 and thereby through the channels 22 of the metal frame 21. In this manner obtaining a complete shielding of the second sections 12 of the contact elements 4 in a very efficient manner.

Slechts de tweede secties van de meest achterste rij contactelementen 4 strekken zich door een rij gaten van de tussengelegen huissectie 19 van de corresponderende module 6 uit, terwijl de tweede secties 12 van beide rijen contactelementen 10 van de bovenste module 6 zich uitstrekken door de rijen gaten 20 van de tussengelegen huissectie 19 van de vorige module 6.Only the second sections of the rearmost row of contact elements 4 extend through a row of holes of the intermediate housing section 19 of the corresponding module 6, while the second sections 12 of both rows of contact elements 10 of the upper module 6 extend through the rows of holes 20 of the intermediate housing section 19 of the previous module 6.

In figuur 4 is zichtbaar, dat sommige stroken 24 zijn voorzien van verbindingsuitgangen 25 die uitsteken uit de tussengelegen huissectie 19 ter plaatse van de boven- en onderzij-15 de daarvan. Deze verbindingsuitgangen 25 maken contact met de eerste massabanen 15 van het massabaanpatroon 14 en worden opgenomen in gaten 26 van de printkaarten 7. Op deze wijze is het metalen frame 21 verbonden met het massavlak 9 en het massabaanpatroon 14. Verder zijn sommige stroken 24 voorzien van 20 verbindingsuitgangen 27 die uitsteken uit de tussengelegen huissectie 19 aan de achterzijde daarvan. Deze verbindingsuitgangen 27 zijn opgenomen in sleuven 28 van de buitenste af-schermingsplaat 2 teneinde de buitenste afschermingsplaat 2, het metalen frame 21 en het massavlak 9 en massabaanpatroon 14 25 onderling te verbinden.It can be seen in Figure 4 that some strips 24 are provided with connecting outputs 25 protruding from the intermediate housing section 19 at the top and bottom 15 thereof. These connection outputs 25 contact the first ground paths 15 of the ground path pattern 14 and are received in holes 26 of the printed circuit boards 7. In this manner, the metal frame 21 is connected to the ground plane 9 and the ground path pattern 14. Furthermore, some strips 24 are provided with 20 connecting outputs 27 protruding from the intermediate housing section 19 at the rear thereof. These connection outputs 27 are included in slots 28 of the outer shielding plate 2 to interconnect the outer shielding plate 2, the metal frame 21 and the ground plane 9 and ground path pattern 14.

Opgemerkt wordt, dat de massavlakken 9 van de aangrenzende printkaarten 7 van twee gestapelde modules met elkaar in contact zijn, waarbij ze de afschermingen van de modules onderling verbinden. Verder zal de buitenste afschermingsplaat 2 30 in contact zijn met het massavlak 9 van de bovenste printkaart 7 van het huis 3. Tenslotte is, zoals getoond in figuur 2, een afschermingsplaat 29 bevestigd aan de onderzijde van het huis 3 en deze afschermingsplaat 29 is in contact met het massavlak 9 van de onderste printkaart 7 van het huis.It should be noted that the ground planes 9 of the adjacent circuit boards 7 of two stacked modules are in contact with each other, interconnecting the shields of the modules. Furthermore, the outer shield plate 2 will be in contact with the ground plane 9 of the top circuit board 7 of the housing 3. Finally, as shown in Figure 2, a shield plate 29 is attached to the bottom of the housing 3 and this shield plate 29 is in contact with the ground plane 9 of the bottom circuit board 7 of the housing.

35 Het zal duidelijk zijn, dat een zeer efficiënte af scherming van de contactelementen 4 in de beschreven vrouwelijke connector 1 wordt verkregen. Deze efficiënte afscherming wordt verkregen zonder gebruikmaking van een der contactelemen- 1012358 6 ten 4 als massacontactelementen. Derhalve is de signaaldicht-heid op het door de connector ingenomen oppervlaktegebied relatief hoog. Bovendien verschaft de constructie van de vrouwelijke connector met stapelbare modules 6, waarbij de printkaarten 5 7 van de modules identiek zijn, een flexibel ontwerp, en een goedkope productie, waarbij het aantal contactelementen in een kolom naar wens kan worden gevarieerd en afhankelijk van de bedoelde toepassing van de connector. Opgemerkt wordt, dat wanneer extra modules worden gestapeld op de twee modules van de 10 beschreven connector, het mogelijk is om hetzelfde type printkaarten toe te passen voor alle modules of om printkaarten toe te passen met slechts grotere afmetingen in de extra toe te voegen modules.It will be clear that a very efficient shielding of the contact elements 4 in the described female connector 1 is obtained. This efficient shielding is achieved without using any of the contact elements 1012358 6 to 4 as ground contact elements. Therefore, the signal density on the surface area occupied by the connector is relatively high. In addition, the construction of the female connector with stackable modules 6, the circuit boards 57 of the modules being identical, provides a flexible design, and an inexpensive production, whereby the number of contact elements in a column can be varied as desired and depending on the intended application of the connector. It is noted that when additional modules are stacked on the two modules of the described connector, it is possible to use the same type of printed circuit boards for all modules or to use printed circuit boards of only larger dimensions in the additional modules to be added.

De in figuur 1 getoonde vrouwelijke connector 1 is 15 voorzien van drie massacontactelementen 30 die gedetailleerder zijn getoond in de figuren 5A tot 5C. In de in figuur 1 getoonde uitvoeringsvorm van de vrouwelijke connector 1 zijn de massacontactelementen 30 in spreidstand bevestigd op de voorrand van de aangrenzende printkaarten 7 van de twee gestapelde modu-20 les. De samenwerking van deze massacontactelementen 30 met een afschermingsplaat van de mannelijke connector zal hierna worden beschreven.The female connector 1 shown in Figure 1 is provided with three ground contact elements 30 which are shown in more detail in Figures 5A to 5C. In the embodiment of the female connector 1 shown in Figure 1, the ground contact elements 30 are spread-mounted on the leading edge of the adjacent printed circuit boards 7 of the two stacked modules. The interaction of these ground contact elements 30 with a shielding plate of the male connector will be described below.

Elk massacontactelement 30 bezit twee contactplaten 31 die elk een basisgedeelte 32 bezitten, waarbij de contact-25 platen 31 vanuit hun basisgedeeltes vrij uitsteken in een langsvlak. Verder zijn de basisgedeeltes 32 onderling verbonden door een tussengelegen sectie 33 die een hoek insluit met de basisgedeeltes, zodanig dat de basisgedeeltes 32 met hun contactplaten 31 versprongen zijn ten opzichte van een centraal 30 vlak 34 dat zich evenwijdig aan de langsvlakken van de basisgedeeltes 32 en contactplaten 31 uitstrekt. Het centrale vlak 34 strekt zich uit door een contactopnemende spleet 35 voor het opnemen van een afschermingsplaat van de mannelijke connector, zoals hierna wordt beschreven.Each ground contact element 30 has two contact plates 31, each of which has a base portion 32, the contact plates 31 projecting freely from their base portions into a longitudinal plane. Furthermore, the base portions 32 are interconnected by an intermediate section 33 that includes an angle with the base portions such that the base portions 32 with their contact plates 31 are offset from a central plane 34 parallel to the longitudinal surfaces of the base portions 32 and contact plates 31. The central plane 34 extends through a contacting gap 35 to receive a shield plate of the male connector, as described below.

35 Elk basisgedeelte 32 is voorzien van een verbindings- poot 36 die is verbonden met het massabaanpatroon 14 op de eerste oppervlakken van de aangrenzende printkaarten 7. Zoals getoond in figuur 5B zijn de verbindingspoten 36 versprongen ten 1012358 7 opzichte van het langsvlak van het corresponderende basisgedeelte 32 en de contactplaat 31. Als alternatief is het mogelijk om slechts één der verbindingspoten versprongen te plaatsen ten opzichte van het langsvlak, bijvoorbeeld om het contac-5 telement 30 aan te passen voor een in spreidstand bevestigen op slechts één printkaart 7. In dat geval verbindt het massacon-tactelement 30 het massavlak 9 en het massabaanpatroon 14. In de in figuur 1 getoonde uitvoeringsvorm verbinden de massacon-tactelementen 30 de massabaanpatronen 14 van de aangrenzende 10 printkaarten 7.Each base portion 32 includes a connecting leg 36 connected to the ground path pattern 14 on the first surfaces of the adjacent printed circuit boards 7. As shown in Figure 5B, the connecting legs 36 are offset from the longitudinal plane of the corresponding base portion 32 and the contact plate 31. Alternatively, it is possible to place only one of the connecting legs staggered with respect to the longitudinal plane, for example to adjust the contact element 30 for spreading mounting on only one print card 7. In that case The ground contact element 30 connects the ground plane 9 and the ground path pattern 14. In the embodiment shown in Figure 1, the ground contact elements 30 connect the ground path patterns 14 of the adjacent printed circuit boards 7.

In de getoonde uitvoeringsvorm van het contactelement 30 is elke contactplaat in hoofdzaak U-vormig, waarbij een eerste uiteinde 37 is verbonden met het basisgedeelte 32 en een tweede uiteinde 38 een distaai uiteinde van de contactplaat 15 verschaft. In de getoonde uitvoeringsvorm zijn de distale uiteinden 38 in tegengestelde richtingen schuin geplaatst. Het is echter mogelijk om de distale uiteinden 38 in dezelfde richting schuin te plaatsen.In the illustrated embodiment of the contact element 30, each contact plate is substantially U-shaped, with a first end 37 connected to the base portion 32 and a second end 38 providing a distal end of the contact plate 15. In the shown embodiment, the distal ends 38 are inclined in opposite directions. However, it is possible to tilt the distal ends 38 in the same direction.

De verbindingspoten 36 kunnen voorzien zijn van te-20 genover gestelde doorzettingen 39 teneinde het aanvankelijk vastklikken van het contactelement 30 op de rand van de printkaart (en) 7 mogelijk te maken voorafgaande aan de soldeerbewer-king voor het vastmaken van het contactelement 30 aan de printkaart .The connecting legs 36 may be provided with opposed passages 39 to allow the initial snap-in of the contact element 30 onto the edge of the circuit board (s) 7 prior to the soldering operation for attaching the contact element 30 to the circuit board.

25 De figuren 6 tot 8 tonen een huisdeel 40 van een man nelijke connector 41 die in figuur 10 samen met de vrouwelijke connector 1 volgens figuur 1 is getoond. Het huisdeel 40 en de mannelijke connector 41 corresponderen in hoofdzaak met de mannelijke connector die is getoond in de bovengenoemde eveneens 30 ingediende octrooiaanvragen, waarnaar voor extra details wordt verwezen.Figures 6 to 8 show a housing part 40 of a male connector 41 which is shown in figure 10 together with the female connector 1 according to figure 1. The housing portion 40 and the male connector 41 substantially correspond to the male connector shown in the above also filed patent applications, which are referred to for additional details.

Het huisdeel 40 is in staat om te worden ingestoken in de opneemruimte 10 van een module 6 van de vrouwelijke connector 1 tijdens het samenvoegen van de mannelijke en vrouwe-35 lijke connectors 41, 1 (zie figuur 10B). Het huisdeel 40 is voorzien van twee rijen mannelijke contactelementen 42, waarvan slechts één rij zichtbaar is in figuur 7. Het huisdeel 40 bezit een langwerpige, in hoofdzaak rechthoekige vlakke metaalplaat 1012358 8 43 met aan weerszijden een daarover heen gegoten laag 44 uit isolerend materiaal. De constructie van het huisdeel en de werkwijze ter vervaardiging daarvan zijn nader beschreven in een eveneens ingediende aanvrage die onder verwijzing wordt op-5 genomen. Elke isolerende laag 44 bezit een rij sleuven 45 waarin de contactelementen 42 zijn bevestigd. Derhalve verschaft de metaalplaat 43 een afscherming tussen de twee rijen mannelijke contactelementen 42.The housing part 40 is able to be inserted into the receiving space 10 of a module 6 of the female connector 1 while joining the male and female connectors 41, 1 (see figure 10B). The housing part 40 is provided with two rows of male contact elements 42, only one row of which is visible in figure 7. The housing part 40 has an elongated, substantially rectangular flat metal plate 1012358 8 43 with a layer 44 of insulating material cast on top of it on both sides. The construction of the housing part and the method of manufacturing it are further described in a filed application, which is incorporated by reference. Each insulating layer 44 has a row of slots 45 in which the contact elements 42 are mounted. Therefore, the metal plate 43 provides a shield between the two rows of male contact elements 42.

In de getoonde uitvoeringsvorm is de metaalplaat 43 10 aan zijn voorrand voorzien van drie massacontactelementen 46. Deze massacontactelementen 46 zijn in detail getoond in de figuren 9A en 9B. Elk mannelijk massacontactelement 46 bezit een vlak verbindingsuiteinde 47 dat aansluit op de metaalplaat 43 en een contactgedeelte 48 voor het maken van contact met een 15 massacontactopname van de vrouwelijke connector 1, zoals later zal worden beschreven. Het contactgedeelte 48 is voorzien van een afgerond distaai uiteinde 49. Het vlakke verbindingsuiteinde 47 en het distale uiteinde 49 bepalen een centraal vlak 50 van het contactelement 46, welk centraal vlak samenvalt met het 20 centrale vlak van de metaalplaat 43 in de getoonde uitvoeringsvorm. Als alternatief kan het centrale vlak 50 loodrecht staan op het centrale vlak van de metaalplaat 43 of kan het met dit centrale vlak een hoek insluiten.In the embodiment shown, the metal plate 43 is provided at its front edge with three ground contact elements 46. These ground contact elements 46 are shown in detail in Figures 9A and 9B. Each male ground contact element 46 has a flat connection end 47 which connects to the metal plate 43 and a contact portion 48 for making contact with a ground contact of the female connector 1, as will be described later. The contact portion 48 includes a rounded distal end 49. The planar connecting end 47 and the distal end 49 define a central plane 50 of the contact element 46, which central plane coincides with the central plane of the metal sheet 43 in the embodiment shown. Alternatively, the central plane 50 can be perpendicular to the central plane of the metal sheet 43 or it can enclose an angle with this central plane.

Het contactgedeelte 48 is voorzien van twee contact-25 platen 51 die aan beide uiteinden onderling zijn verbonden door het vlakke verbindingsuiteinde 47 resp. het distale uiteinde 49. De contactplaten 51 zijn gescheiden door een sleuf 52. Verder zijn de contactplaten 51 in tegengestelde richtingen in een boogvorm versprongen ten opzichte van het centrale vlak 50 van 30 het contactelement 46. De breedte van het contactgedeelte 48 neemt vanaf het distale insteekuiteinde 49 naar het verbindingsuiteinde 47 toe, waarbij in de getoonde uitvoeringsvorm de sleuf 52 een constante breedte bezit, terwijl de contactplaten 41 elk een breedte bezitten die toeneemt vanaf het distale uit-35 einde 49. Op deze wijze verschaffen de contactplaten 51 con- tactveren met een veerwerking in onderling loodrechte richtingen.The contact portion 48 is provided with two contact plates 51 which are interconnected at both ends by the planar connection end 47, respectively. the distal end 49. The contact plates 51 are separated by a slot 52. Furthermore, the contact plates 51 are offset in an arcuate direction from the central plane 50 of the contact element 46. The width of the contact portion 48 takes from the distal insertion end 49 toward the connection end 47, in the embodiment shown, the slot 52 has a constant width, while the contact plates 41 each have a width that increases from the distal end 49. In this way, the contact plates 51 provide contact springs with a spring action in mutually perpendicular directions.

1012358 91012358 9

De massacontactelementen 4 6 zijn in staat om samen te werken met massacontactopnames 54 die zijn toegepast in de vrouwelijke connector 1. Zoals zichtbaar is in de figuren 2, 4 en 10 zijn de massacontactopnames 53 gevormd in de tussengele-5 gen huissectie 19, waarin in hoofdzaak vierkante gaten 54 zijn gevormd in de strook 23 die is gelegen aan de voorzijde van de tussengelegen huissectie 19. Elke massacontactopname 53 is voorzien van eerste contactoppervlakken 55 die worden verschaft door lippen die gevormd zijn uit de strook 23. De eerste con-10 tactoppervlakken 55 werken samen met het gekromde oppervlak van de contactplaten 51. Verder zijn de massacontactopnames 53 voorzien van tweede contactoppervlakken 56 die worden gevormd door randen van de gaten 54 in de strook 23, welke tweede contactoppervlakken samenwerken met de zijranden van de contact-15 platen 51. Zoals getoond in figuur 10B worden de gekromde oppervlakken en de zijranden van de contactplaten 51 tegen de eerste en tweede oppervlakken 55, 56 van de massacontactopnames 53 gedrukt wanneer de vrouwelijke en mannelijke connectors 1, 41 worden samengevoegd. Op.deze wijze wordt een betrouwbare on-20 derlinge verbinding van de afscherming van de vrouwelijke en mannelijke connectors 1, 41 gegarandeerd.The ground contact elements 46 are able to interact with ground contact receptacles 54 applied in the female connector 1. As can be seen in Figures 2, 4 and 10, the ground contact receptacles 53 are formed in the intermediate housing section 19, in which substantially square holes 54 are formed in the strip 23 located at the front of the intermediate housing section 19. Each ground contact 53 has first contact surfaces 55 provided by lips formed from the strip 23. The first contact surfaces 55 cooperate with the curved surface of the contact plates 51. Furthermore, the mass contact receptacles 53 are provided with second contact surfaces 56 formed by edges of the holes 54 in the strip 23, which second contact surfaces cooperate with the side edges of the contact plates 51 As shown in Figure 10B, the curved surfaces and side edges of the contact plates 51 become against the first and second surfaces 55, 56 of the mass contacts 53 are pressed when the female and male connectors 1, 41 are joined together. In this way, a reliable mutual connection of the shielding of the female and male connectors 1, 41 is guaranteed.

Een extra onderlinge verbinding van de afschermingen wordt verschaft door middel van de massacontactelementen 30 van de vrouwelijke connector 1. Zoals getoond in figuur 10A omvat 25 de mannelijke connector 41 twee huisdelen 40 die worden gescheiden door een binnenste afschermingsplaat 57. Wanneer de vrouwelijke en mannelijke connectors 1, 41 zoals getoond in figuur 10B worden samengevoegd, wordt de binnenste afschermings-plaat 57 opgenomen in de spleet 35 van de massacontactelementen 30 30, waarbij de ü-vormige contactplaten 31 met hun schuin ge plaatste distale uiteinden 38 een betrouwbare verbinding verschaffen.An additional interconnection of the shields is provided by the ground contact elements 30 of the female connector 1. As shown in Figure 10A, the male connector 41 comprises two housing parts 40 separated by an inner shield plate 57. When the female and male connectors 1, 41 as shown in Figure 10B, the inner shielding plate 57 is received in the gap 35 of the ground contact elements 30, the ü-shaped contact plates 31 with their obliquely disposed distal ends 38 providing a reliable connection.

De uitvinding is niet beperkt tot de in het voorgaande beschreven uitvoeringsvormen die op een aantal manieren bin-35 nen het kader van de bijgevoegde conclusies kunnenworden gevarieerd.The invention is not limited to the embodiments described above, which can be varied in a number of ways within the scope of the appended claims.

10123581012358

Claims

1. Contact element, with a flat connection end and a contact part for contacting a socket with a socket and a distal insert end, the flat connection end and the distal insert end defining a central plane of the contact element, while the contact part is provided with two contact plates which are interconnected at both ends and separated therebetween and which contact plates are offset in opposite directions to the central plane of the contact element, characterized in that the two contact plates are interposed between their two ends are separated by a slot.

1 o

2. Contact element according to claim 1, wherein the contact part has a width which increases from the distal insertion end.

The contact element of claim 2, wherein the slot has a constant width and the contact plates each have a width that increases from the distal insertion end.

Contact element according to claim 1 or 2, wherein the contact plates are curved in opposite directions with respect to the central plane of the contact element.

Contact element according to any one of the preceding claims, wherein the distal end is rounded.