NL1012037C2 - Hydro turbine. - Google Patents
Hydro turbine. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1012037C2 NL1012037C2 NL1012037A NL1012037A NL1012037C2 NL 1012037 C2 NL1012037 C2 NL 1012037C2 NL 1012037 A NL1012037 A NL 1012037A NL 1012037 A NL1012037 A NL 1012037A NL 1012037 C2 NL1012037 C2 NL 1012037C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- turbine
- turbine element
- hydro
- water
- hydro turbine
- Prior art date
Links
Classifications
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F03—MACHINES OR ENGINES FOR LIQUIDS; WIND, SPRING, OR WEIGHT MOTORS; PRODUCING MECHANICAL POWER OR A REACTIVE PROPULSIVE THRUST, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
- F03B—MACHINES OR ENGINES FOR LIQUIDS
- F03B17/00—Other machines or engines
- F03B17/06—Other machines or engines using liquid flow with predominantly kinetic energy conversion, e.g. of swinging-flap type, "run-of-river", "ultra-low head"
- F03B17/062—Other machines or engines using liquid flow with predominantly kinetic energy conversion, e.g. of swinging-flap type, "run-of-river", "ultra-low head" with rotation axis substantially at right angle to flow direction
- F03B17/065—Other machines or engines using liquid flow with predominantly kinetic energy conversion, e.g. of swinging-flap type, "run-of-river", "ultra-low head" with rotation axis substantially at right angle to flow direction the flow engaging parts having a cyclic movement relative to the rotor during its rotation
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F05—INDEXING SCHEMES RELATING TO ENGINES OR PUMPS IN VARIOUS SUBCLASSES OF CLASSES F01-F04
- F05B—INDEXING SCHEME RELATING TO WIND, SPRING, WEIGHT, INERTIA OR LIKE MOTORS, TO MACHINES OR ENGINES FOR LIQUIDS COVERED BY SUBCLASSES F03B, F03D AND F03G
- F05B2240/00—Components
- F05B2240/90—Mounting on supporting structures or systems
- F05B2240/91—Mounting on supporting structures or systems on a stationary structure
- F05B2240/915—Mounting on supporting structures or systems on a stationary structure which is vertically adjustable
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y02—TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
- Y02E—REDUCTION OF GREENHOUSE GAS [GHG] EMISSIONS, RELATED TO ENERGY GENERATION, TRANSMISSION OR DISTRIBUTION
- Y02E10/00—Energy generation through renewable energy sources
- Y02E10/20—Hydro energy
Description
Titel: Hydroturbine.Title: Hydro turbine.
De uitvinding heeft betrekking op een hydroturbine, omvattende tenminste één onder water opstelbaar, door waterstroming aandrijfbaar turbine-element en verbindingsmiddelen voor het met een waterbedding verbinden 5 van het turbine-element.The invention relates to a hydro turbine, comprising at least one underwater turbine element which can be placed under water and can be driven by water flow and connecting means for connecting the turbine element to a water bed.
Een dergelijke hydroturbine is bekend uit het Belgische octrooischrift 2060204 ten name van Louis Worms.Such a hydro turbine is known from the Belgian patent 2060204 in the name of Louis Worms.
De bekende hydroturbine is met name bedoeld om in ontwikkelingslanden op plaatsen waar stromend water 10 aanwezig is te worden toegepast voor het opwekken van elektriciteit, het ontzilten van zeewater en het verpompen van sproeiwater.The known hydro turbine is in particular intended to be used in developing countries in places where running water is present for generating electricity, desalinating sea water and pumping spray water.
Een probleem van de bekende hydroturbine is de bevestiging aan de waterbedding. Met name moet het turbine-15 element voldoende stevig en op een uit stromingsoogpunt gunstige afstand aan de waterbedding worden verankerd. Voorgesteld is reeds om het turbine-element met behulp van kabels met een vaste tussenafstand aan de waterbedding te verankeren. In de praktijk is echter gebleken dat deze 20 oplossing niet voldoet. De door het water op het turbine- element uitgeoefende krachten doen de kabels knappen, zelfs wanneer deze zeer zwaar zijn uitgevoerd. In het bijzonder blijken de krachten op de kabels sterk toe te nemen bij toenemende waterstand. Voorts zijn de door de waterstroming 25 direct op het turbine-element uitgeoefende krachten op zichzelf reeds zeer groot. In dit verband wordt gewezen op het feit dat de bekende hydroturbine bedoeld is om te functioneren bij een waterstroming van 2-2,5 m/s, en dat een dergelijke waterstroming voor wat betreft het 30 krachtenspel vergelijkbaar is met een luchtstroom met een kracht van circa 9,8 op de schaal van Beaufort.A problem of the known hydro turbine is the attachment to the water bed. In particular, the turbine element must be anchored to the water bed sufficiently firmly and at a favorable distance from a flow point of view. It has already been proposed to anchor the turbine element to the water bed using cables with a fixed spacing. However, it has been found in practice that this solution is not sufficient. The forces exerted on the turbine element by the water cause the cables to snap, even when they are very heavy. In particular, the forces on the cables appear to increase strongly with increasing water level. Furthermore, the forces exerted directly on the turbine element by the water flow 25 are in themselves already very great. In this connection, it is pointed out that the known hydro turbine is intended to function at a water flow of 2-2.5 m / s, and that such a water flow in terms of the play of forces is comparable to an air flow with a force of approximately 9.8 on the Beaufort scale.
Voorgesteld is eveneens om het turbine-element met behulp van een caisson afzinkbaar op de bedding te plaatsen. Nadelig van deze oplossing is dat het realiseren 1 ’ '\'ίΊ ··· ·.· . / 2 van een voldoende zware caisson-constructie zeer kostbaar is. Voorts is het met een dergelijke constructie zeer moeilijk om het turbine-element op grotere afstand van de waterbedding te plaatsen.It is also proposed to place the turbine element on the bed using a caisson. A disadvantage of this solution is that realizing 1 ’'\' ίΊ ··· ·. / 2 of a sufficiently heavy caisson construction is very expensive. Furthermore, with such a construction it is very difficult to place the turbine element at a greater distance from the water bed.
5 Een verder nadeel van de bekende hydroturbine is dat deze een relatief complexe constructie heeft. Met name vanwege de hoge eisen die bij een dergelijke turbine worden gesteld aan de levensduur, de bedrijfszekerheid en onderhoudsvriendelijkheid is het van groot belang de 10 constructie zo eenvoudig en zo robuust mogelijk uit te voeren.A further drawback of the known hydro turbine is that it has a relatively complex construction. Particularly because of the high demands placed on such a turbine for the service life, the operational reliability and the ease of maintenance, it is of great importance to design the construction as simply and as robust as possible.
De uitvinding beoogt een hydroturbine van de in de aanhef genoemde soort waarbij bovengenoemde nadelen worden vermeden. Daartoe heeft een hydroturbine volgens de 15 uitvinding het kenmerk dat de verbindingsmiddelen een geleiding omvatten waarlangs het tenminste ene turbine-element verplaatsbaar is opgesteld, zodanig dat de afstand tussen het turbine-element en de bedding geleid instelbaar is. Hierdoor wordt bereikt dat het turbine-element op 20 relatief eenvoudige wijze voldoende stevig aan de waterbedding kan worden verankerd en dat de afstand tussen het turbine-element en de waterbedding kan worden ingesteld teneinde toe- of afname van door het water op het turbine-element uitgeoefende op- of neerwaartse krachten door 25 verplaatsing te compenseren.The object of the invention is a hydro turbine of the type mentioned in the opening paragraph, wherein the above-mentioned drawbacks are avoided. To this end, a hydro turbine according to the invention is characterized in that the connecting means comprise a guide along which the at least one turbine element is arranged in a movable manner, such that the distance between the turbine element and the bed is adjustable. This achieves that the turbine element can be anchored sufficiently firmly to the water bed in a relatively simple manner and that the distance between the turbine element and the water bed can be adjusted in order to increase or decrease the water on the turbine element. upward or downward forces exerted by compensating displacement.
Voorts kan de afstand tussen het turbine-element en de waterbedding worden aangepast teneinde een uit stromingsoogpunt gewenste positie te kiezen. Het instellen van de afstand kan daarbij zowel actief, dat wil zeggen 30 door beïnvloeding van het drijfvermogen of met behulp van aandrijfmiddelen, als passief, dat wil zeggen met behulp van de door het water uitgeoefende kracht worden uitgevoerd.Furthermore, the distance between the turbine element and the water bed can be adjusted to choose a position desired from a flow point of view. The adjustment of the distance can herein be effected both actively, that is to say by influencing buoyancy or with the aid of driving means, as well as passively, that is to say by means of the force exerted by the water.
Verdere voordelige uitvoeringsvormen van de 35 uitvinding zijn beschreven in de volgconclusies.Further advantageous embodiments of the invention are described in the subclaims.
0 '! 2 0 3 7 v>* 30 '! 2 0 3 7 v> * 3
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld dat in een tekening is weergegeven. In de tekening toont: fig. 1 een schematisch vooraanzicht van de 5 hydroturbine; fig. 2 een bovenaanzicht langs de lijn I-I in figuur 1; fig. 3 een bovenaanzicht langs de lijn II-II in f iguu,r 1; en 10 fig. 4 een detail van een schoep van de hydroturbine van figuur 1.The invention will be further elucidated on the basis of an exemplary embodiment which is shown in a drawing. In the drawing: Fig. 1 shows a schematic front view of the hydro turbine; fig. 2 shows a top view along the line I-I in figure 1; Fig. 3 shows a top view along the line II-II in figure 1; and FIG. 4 is a detail of a blade of the hydro turbine of FIG. 1.
Opgemerkt wordt dat de figuren slechts schematische weergaven zijn van voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding. In de figuren zijn gelijke of overeenkomstige 15 onderdelen met corresponderende verwijzingscijfers aangegeven.It is noted that the figures are only schematic representations of preferred embodiments of the invention. In the figures, identical or corresponding parts are indicated with corresponding reference numbers.
Figuur 1 toont een hydroturbine 1 met een onder het wateroppervlak 2 opstelbaar turbine-element 3 dat twee schoepenwielen 4A, 4B omvat. De schoepenwielen 4A en 4B 20 zijn gekoppeld en zijn roteerbaar opgesteld ten opzichte van een zich in hoofdzaak in verticale richting uitstrekkende rotatie-as A. De schoepenwielen 4A en 4B zijn verbonden met een uitgaande as 5 die met behulp van lagers 6 roteerbaar is gelagerd ten opzichte van respectievelijk 25 een droge tank 7 en een ballasttank 8 van het turbine-element 3. De schoepenwielen 4A en 4B van het turbine-element 3 zijn aandrijfbaar door de met de pijl 9 aangegeven waterstroming, zoals hierna nog zal worden toegelicht.Figure 1 shows a hydro turbine 1 with a turbine element 3 which can be positioned below the water surface 2 and which comprises two impeller wheels 4A, 4B. The impeller wheels 4A and 4B 20 are coupled and are rotatably arranged with respect to a rotation axis A extending substantially in the vertical direction. The impeller wheels 4A and 4B are connected to an output shaft 5 which is rotatably supported by bearings 6. with respect to a dry tank 7 and a ballast tank 8 of the turbine element 3, respectively. The impeller wheels 4A and 4B of the turbine element 3 are drivable by the water flow indicated by the arrow 9, as will be explained hereinafter.
30 Het turbine-element 3 is via steunen 10 met een door rails 11 gevormde starre geleiding met de waterbedding 12 verbonden. De steunen 10 zijn daarbij voorzien van rolelementen 13, zodanig dat het turbine-element 3 als een lift in een liftkoker beweegbaar langs de door de rails 11 35 gevormde geleiding is opgesteld en dat de afstand tussen het turbine-element 3 en de waterbedding instelbaar is. De 1 0 1 0 3 7 4 rails 11 zijn nabij hun onderzijde in de waterbedding 12 verankerd, bijvoorbeeld met behulp van betonblokken 20.The turbine element 3 is connected to the water bed 12 via supports 10 with a rigid guide formed by rails 11. The supports 10 are herein provided with rolling elements 13, such that the turbine element 3 is arranged as an elevator in an elevator shaft along the guide formed by the rails 11 and that the distance between the turbine element 3 and the water bed is adjustable . The 1 0 1 0 3 7 4 rails 11 are anchored near their underside in the water bed 12, for example with the aid of concrete blocks 20.
Door te voorzien in zijsteunen 21 en ankerkettingen 22 kan de verankering verder worden verstevigd. In figuur 1 zijn 5 de in de figuren 2 en 3 weergegeven voorste en achterste rails 11 omwille van de overzichtelijkheid niet weergegeven.The anchoring can be further strengthened by providing side supports 21 and anchor chains 22. In figure 1 the front and rear rails 11 shown in figures 2 and 3 are not shown for the sake of clarity.
De rails 11 zijn zodanig lang uitgevoerd dat de geleiding zich tot boven het wateroppervlak 2 uitstrekt.The rails 11 are so long that the guide extends above the water surface 2.
10 Boven het wateroppervlak 2 is tussen de rails 11 een plateau 14 aangebracht dat een als tandwielkast uitgevoerde overbrenging 15 draagt. De overbrenging 15 is met behulp van een schuifkoppeling verbonden met de uitgaande as 5 van het turbine-element 3, zodanig dat bij verplaatsing van het 15 turbine-element 3 langs de rails 11, de uitgaande as 5 ten opzichte van de overbrenging 15 kan verschuiven. De overbrenging 15 is op zijn beurt gekoppeld met een generator 16 voor het opwekken van elektriciteit die is voorzien van niet weergegeven regelmiddelen. De generator 20 16 kan zijn verbonden met een eveneens niet weergegeven stroomkabel voor het afvoeren van door de generator opgewekte elektriciteit en/of met accumulatoren voor het daarin opslaan van opgewekte electriciteit.Above the water surface 2, a platform 14 is arranged between the rails 11, which carries a transmission 15 designed as a gearbox. The transmission 15 is connected to the output shaft 5 of the turbine element 3 by means of a sliding coupling, such that when the turbine element 3 is moved along the rails 11, the output shaft 5 can shift relative to the transmission 15 . The transmission 15, in turn, is coupled to a generator 16 for generating electricity which is provided with control means (not shown). The generator 20 16 may be connected to a power cable (also not shown) for discharging electricity generated by the generator and / or with accumulators for storing generated electricity therein.
Door water in of uit de ballasttank te pompen kan 25 het drijfvermogen van het turbine-element 3 worden beïnvloed en kan het turbine-element 3 actief langs de geleiding worden bewogen teneinde de afstand tussen het turbine-element 3 en de waterbedding 12 in te stellen. Op deze wijze kan het turbine-element 3 op een uit 30 stromingsoogpunt gewenste afstand ten opzichte van de waterbedding 12 worden geplaatst. Daarnaast kan het turbine-element 3 eveneens tot aan het wateroppervlak 2 omhoog worden bewogen, bijvoorbeeld voor het uitvoeren van inspectie- of réparatiewerkzaamheden. Voorts kan, uitgaande 35 van een evenwichtsstand, bij toenemende hoogte van het wateroppervlak 2 het turbine-element 3 langs de geleiding 1 r. ' · n r ? u .< ƒ 5 omhoog bewegen tot een nieuwe evenwichtstoestand is bereikt. Ook kunnen eventuele door de waterstroming 9 op het turbine-element 9 uitgeoefende krachten worden opgevangen doordat het turbine-element 3 in verticale 5 richting langs de geleiding kan worden weggedrukt. Bij laatstgenoemde twee mogelijkheden wordt het turbine-element passief langs de geleiding verplaatst.By pumping water into or out of the ballast tank, the buoyancy of the turbine element 3 can be influenced and the turbine element 3 can be actively moved along the guide in order to set the distance between the turbine element 3 and the water bed 12 . In this way, the turbine element 3 can be placed at a desired distance from the flow point of view relative to the water bed 12. In addition, the turbine element 3 can also be moved up to the water surface 2, for example for carrying out inspection or repair work. Furthermore, assuming an equilibrium position, with increasing height of the water surface 2, the turbine element 3 can move along the guide 1 r. 'N r? u. <ƒ 5 move upwards until a new equilibrium state is reached. Also, any forces exerted on the turbine element 9 by the water flow 9 can be absorbed by the fact that the turbine element 3 can be pushed away vertically along the guide. In the latter two options, the turbine element is moved passively along the guide.
Refererend aan de figuren 2, 3 en 4 zal de werking van de hydroturbine 1 worden verduidelijkt. De 10 schoepenwielen 4A en 4B zijn opgebouwd uit in parallelle vlakken gelegen plateaus 17. Tussen de plateaus 17 zijn schoepen 18 aangebracht die in figuur 1 omwille van de overzichtelijkheid niet zijn weergegeven. De schoepen 18 zijn zwenkbaar gekoppeld met assen 19 die tussen de 15 plateaus zijn aangebracht. Tengevolge van de waterstroming 9 kunnen de schoepen 18 verzwenken tussen een "open stand" waarin zij met onderlinge afstand parallel in stromingsrichting verlopen (boven aangegeven in figuur 2) en een "gesloten stand" waarin de schoepen 18 aanliggen en 20 zich in hoofdzaak dwars op de waterstroming 9 uitstrekken (onder aangegeven in figuur 2). Met behulp van de zich in gesloten stand bevindende schoepen 28, welke een hoge stromingsweerstand hebben, kan de waterstroom 9 het schóepenwiel 4A stroomafwaarts aandrijven. Hierdoor roteert 25 het schóepenwiel 4A in figuur 2 tegen de richting van de klok in en worden de zich in open stand bevindende schoepen 18, welke slechts een lage stromingsweerstand hebben, stroomopwaarts geroteerd. Door het in figuur 3 getoonde schóepenwiel 4B om de as A ten opzichte van het 30 schóepenwiel 4A onder een hoek te plaatsen, kan een gelijkmatige beweging van de uitgaande as 5 worden opgewekt. Voor een meer gedetailleerde beschrijving van het werkingsprincipe van de schoepenwielen wordt verwezen naar het Belgische octrooischrift 20 60 204 ten name van Louis 35 Worms.Referring to Figures 2, 3 and 4, the operation of the hydro turbine 1 will be explained. The vane wheels 4A and 4B are built up of plateaus 17 located in parallel planes. Vanes 18 are arranged between the plateaus 17, which are not shown in figure 1 for the sake of clarity. The blades 18 are pivotally coupled to shafts 19 arranged between the 15 plateaus. As a result of the water flow 9, the blades 18 can pivot between an "open position" in which they run parallel in the flow direction with mutual distance (indicated above in figure 2) and a "closed position" in which the blades 18 lie and are substantially transverse to extend the water flow 9 (indicated below in figure 2). With the aid of the blades 28 in closed position, which have a high flow resistance, the water flow 9 can drive the impeller 4A downstream. As a result, the blade wheel 4A in Figure 2 rotates counterclockwise and the blades 18 in the open position, which have only a low flow resistance, are rotated upstream. By placing the impeller wheel 4B shown in figure 3 around the shaft A at an angle to the impeller wheel 4A, a uniform movement of the output shaft 5 can be generated. For a more detailed description of the operating principle of the impeller wheels, reference is made to the Belgian patent 20 60 204 in the name of Louis 35 Worms.
' - 0 $ 7 60 $ 7 6
Door de schoepen 18 te vervaardigen uit star materiaal wordt bereikt dat op eenvoudige wijze in gesloten stand een betrouwbare afsluiting kan worden bewerkstelligd. Opgemerkt wordt dat wanneer de schoepen 18 in de gesloten 5 stand aankomen door het tussenliggende water wordt voorkomen dat de starre schoepen elkaar te hard raken. Bij voorkeur worden de schoepen 18 vervaardigd uit kunststof materiaal, in het bijzonder polyetheen. Dergelijke kunststof schoepen 18 bezitten onder water een relatief 10 gering traagheidsmoment en kunnen voorts het turbine- element 3 drijfvermogen verschaffen. Daarnaast is kunststof materiaal in hoge mate bestand tegen slijtage en vervuilende invloeden.By making the blades 18 of rigid material it is achieved that a reliable closure can be effected in a simple manner in closed position. It is noted that when the blades 18 arrive in the closed position, the intermediate water prevents the rigid blades from hitting each other too hard. Preferably, the blades 18 are made of plastic material, in particular polyethylene. Such plastic blades 18 have a relatively low moment of inertia under water and can further provide buoyancy for the turbine element 3. In addition, plastic material is highly resistant to wear and polluting influences.
Opgemerkt wordt dat de uitvinding niet beperkt is 15 tot het hier besproken uitvoeringsvoorbeeld. Zo kan het turbine-element eveneens met behulp van glij-elementen of tandwielen langs de geleiding beweegbaar zijn, en kan ten behoeve van het bewegen van het turbine-element langs de geleiding zijn voorzien in aandrijfmiddelen, bijvoorbeeld 20 een op het plateau 14 geplaatste lier die via een kabel is verbonden met het turbine-element. Voorts kan de geleiding eveneens met een groter of een kleiner aantal rails worden uitgevoerd en kan de geleiding bovendien anders worden uitgevoerd, bijvoorbeeld als één of meer geleidingskabels 25 waarlangs het turbine-element beweegbaar is. Ook kan de geleiding zich tot onder het wateroppervlak uitstrekken. Tevens kan het turbine-element op andere wijze worden uitgevoerd dan als het hier besproken schoepenwiel en kan het turbine-element een onder een andere hoek geplaatste 30 rotatie-as omvatten, bijvoorbeeld een horizontale rotatie-as. Verder kan de overbrenging anders worden uitgevoerd, bijvoorbeeld als een vloeistofkoppeling en kan het turbine-element eventueel direct gekoppeld zijn met de generator. Daarnaast kan de uitgaande as worden toegepast om een 35 andersoortige inrichting aan te drijven dan een generator, bijvoorbeeld een pomp.It is noted that the invention is not limited to the exemplary embodiment discussed here. For example, the turbine element can also be movable along the guide with the aid of sliding elements or gears, and propulsion means can be provided for moving the turbine element along the guide, for instance a winch placed on the platform 14 which is connected by cable to the turbine element. Furthermore, the guide can also be designed with a greater or less number of rails and the guide can moreover be designed differently, for instance as one or more guide cables along which the turbine element is movable. The guide may also extend below the surface of the water. The turbine element can also be designed in a manner other than as the impeller discussed here and the turbine element can comprise a rotation axis placed at a different angle, for instance a horizontal rotation axis. Furthermore, the transmission can be designed differently, for example as a fluid coupling and the turbine element can optionally be directly coupled to the generator. In addition, the output shaft can be used to drive a device other than a generator, for example a pump.
• : >: 0 3 7 7•:>: 0 3 7 7
Dergelijke varianten zullen de vakman duidelijk zijn en worden geacht te liggen binnen het bereik van de uitvinding zoals verwoord in de hierna volgende conclusies.Such variants will be apparent to those skilled in the art and are understood to be within the scope of the invention as set forth in the following claims.
.· 0 7 ' w \.J f0 7 'w \ .J f
Claims (10)
Priority Applications (3)
| Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
|---|---|---|---|
| NL1012037A NL1012037C2 (en) | 1999-05-11 | 1999-05-11 | Hydro turbine. |
| PCT/NL2000/000315 WO2000068567A1 (en) | 1999-05-11 | 2000-05-11 | Hydroturbine |
| AU46275/00A AU4627500A (en) | 1999-05-11 | 2000-05-11 | Hydroturbine |
Applications Claiming Priority (2)
| Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
|---|---|---|---|
| NL1012037 | 1999-05-11 | ||
| NL1012037A NL1012037C2 (en) | 1999-05-11 | 1999-05-11 | Hydro turbine. |
Publications (1)
| Publication Number | Publication Date |
|---|---|
| NL1012037C2 true NL1012037C2 (en) | 2000-11-14 |
Family
ID=19769177
Family Applications (1)
| Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
|---|---|---|---|
| NL1012037A NL1012037C2 (en) | 1999-05-11 | 1999-05-11 | Hydro turbine. |
Country Status (3)
| Country | Link |
|---|---|
| AU (1) | AU4627500A (en) |
| NL (1) | NL1012037C2 (en) |
| WO (1) | WO2000068567A1 (en) |
Families Citing this family (4)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| GB0308794D0 (en) * | 2003-04-16 | 2003-05-21 | Morse Anthony T | Subsea energy generation |
| CA2432458A1 (en) * | 2003-06-16 | 2004-12-16 | Henkenhaf Willi | Water wheel generator pair |
| GB2527311A (en) * | 2014-06-17 | 2015-12-23 | Blue Tidal Energy Ltd | Water turbine |
| BE1027092B1 (en) * | 2019-03-05 | 2020-10-05 | Mataro Holding Bv | Systems and methods for generating energy from a fluid stream |
Citations (8)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| US1406031A (en) * | 1920-11-08 | 1922-02-07 | Kievlan George Michal | Current motor |
| US3922012A (en) * | 1974-02-28 | 1975-11-25 | Harry Herz | Power generator |
| US4086023A (en) * | 1975-10-08 | 1978-04-25 | Concept Development Institute, Inc. | Windmill |
| GB1508796A (en) * | 1975-04-29 | 1978-04-26 | Hill L | Rotary apparatus |
| US4095422A (en) * | 1976-05-28 | 1978-06-20 | Aquatech Co., Ltd. | Vertical-axis composite swinging-blade water wheel |
| CH632807A5 (en) * | 1979-10-11 | 1982-10-29 | Roger Berclaz | Hydraulic drive wheel with vertical axis |
| US5462462A (en) * | 1992-06-04 | 1995-10-31 | Woodley; Frank | Modified propeller blade |
| WO1999002853A1 (en) * | 1997-07-07 | 1999-01-21 | Sinvent As | Stream turbine |
-
1999
- 1999-05-11 NL NL1012037A patent/NL1012037C2/en not_active IP Right Cessation
-
2000
- 2000-05-11 AU AU46275/00A patent/AU4627500A/en not_active Abandoned
- 2000-05-11 WO PCT/NL2000/000315 patent/WO2000068567A1/en active Application Filing
Patent Citations (8)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| US1406031A (en) * | 1920-11-08 | 1922-02-07 | Kievlan George Michal | Current motor |
| US3922012A (en) * | 1974-02-28 | 1975-11-25 | Harry Herz | Power generator |
| GB1508796A (en) * | 1975-04-29 | 1978-04-26 | Hill L | Rotary apparatus |
| US4086023A (en) * | 1975-10-08 | 1978-04-25 | Concept Development Institute, Inc. | Windmill |
| US4095422A (en) * | 1976-05-28 | 1978-06-20 | Aquatech Co., Ltd. | Vertical-axis composite swinging-blade water wheel |
| CH632807A5 (en) * | 1979-10-11 | 1982-10-29 | Roger Berclaz | Hydraulic drive wheel with vertical axis |
| US5462462A (en) * | 1992-06-04 | 1995-10-31 | Woodley; Frank | Modified propeller blade |
| WO1999002853A1 (en) * | 1997-07-07 | 1999-01-21 | Sinvent As | Stream turbine |
Also Published As
| Publication number | Publication date |
|---|---|
| AU4627500A (en) | 2000-11-21 |
| WO2000068567A1 (en) | 2000-11-16 |
Similar Documents
| Publication | Publication Date | Title |
|---|---|---|
| JP4629050B2 (en) | Support device for at least one turbine driven by water | |
| ES2383360T3 (en) | Floating water stream turbine with counter-rotating coaxial rotors | |
| BE1021091B1 (en) | DEVICE FOR GENERATING HYDRO-ELECTRIC ENERGY | |
| KR101769305B1 (en) | Arrangement for extracting energy from flowing liquid | |
| US20090322091A1 (en) | Tidal power apparatus | |
| US4038821A (en) | Fluid current motor | |
| JP2007515588A5 (en) | ||
| US20100181773A1 (en) | Flow utilisation multiplier | |
| NL1012037C2 (en) | Hydro turbine. | |
| WO2007072513A1 (en) | Hydroelectric floating device and hydroelectric power station comprising such a device | |
| KR101433559B1 (en) | Hydroelectric power plant | |
| US20110156398A1 (en) | Apparatus for generating power from a fluid stream | |
| US4292535A (en) | Modular current power apparatus | |
| US9732725B2 (en) | Automatic height adjusting paddle wheel | |
| NL1035400C2 (en) | Device for generating energy. | |
| US2379314A (en) | Current motor | |
| CN109477453B (en) | Marine power turbine | |
| WO1993015315A1 (en) | Power generation, preferably by utilisation of wave energy | |
| US646712A (en) | Water-motor. | |
| RU2388931C1 (en) | Device for take-off of fluid energy | |
| US11098690B2 (en) | Breaking wave power generation | |
| US830917A (en) | Floating wheel-dam. | |
| US848694A (en) | Water-motor. | |
| US1439848A (en) | Wateil motor | |
| EP2016282A2 (en) | Turbine and hydroelectric plant comprising said turbine |
Legal Events
| Date | Code | Title | Description |
|---|---|---|---|
| PD2B | A search report has been drawn up | ||
| VD1 | Lapsed due to non-payment of the annual fee |
Effective date: 20031201 |