NL1007930C1

NL1007930C1 - Traffic information system for users of motorway network

Info

Publication number: NL1007930C1
Application number: NL1007930A
Authority: NL
Inventors: Johan Richard Schmidt
Original assignee: Nederland Ptt
Priority date: 1997-12-30
Filing date: 1997-12-30
Publication date: 1998-02-12

Abstract

The system communicates the traffic information to vehicles (2) travelling on the motorway (1) and each carrying a radio pager receiver. Radio messages from a central computer head quarters (3) are transmitted to low power repeaters at intervals by the roadside. The continuous transmissions from the headquarters repeat the messages, each message prefixed by an identification code for the relevant repeaters. The repeaters re-transmit only those messages which are relevant to their local area.

Description

Informatiesysteem voor wegverkeer ACHTERGROND VAN DE UITVINDINGBACKGROUND OF THE INVENTION

De uitvinding heeft betrekking op een informatiesysteem voor een verkeersnet, waarbij voor reizigers van belang zijnde informatie door een zenderstelsel wordt uitgezonden naar data-ontvangers in van het 5 verkeersnet gebruik makende voertuigen.The invention relates to an information system for a traffic network, in which information of interest to travelers is transmitted by a transmitter system to data receivers in vehicles using the traffic network.

Een dergelijk systeem is bekend uit W090/05969, waarin de verkeersintensiteit van weggedeelten wordt gemeten door middel van infrarood-detectors en die informatie, na te zijn bewerkt, wordt verzonden aan pagers die zich in voertuigen bevinden. Op die pagers 10 wordt dan de verkeersintensiteit van regio getoond door middel van een grafisch display waarop het regionale wegennet wordt getoond en de verkeersintensiteit op de verschillende wegen. Hoewel het bekende systeem een goede aanzet geeft tot het informeren van weggebruikers, strekt het systeem zich niet uit tot buiten een bepaalde regio.Such a system is known from WO90 / 05969, in which the traffic intensity of road sections is measured by means of infrared detectors and that information, after being processed, is sent to pagers that are located in vehicles. On those pagers 10 the traffic intensity of the region is then shown by means of a graphic display showing the regional road network and the traffic intensity on the different roads. Although the known system provides a good impulse for informing road users, the system does not extend beyond a certain region.

15 Weliswaar kan natuurlijk de "regio" groot gekozen worden, echter wordt dan de informatie, daar deze betrekking heeft op een groot gebied, waardoor de totale informatie minder specifiek wordt voor elke weggebruiker.Although the "region" can of course be chosen large, the information then becomes, since it concerns a large area, so that the total information becomes less specific for each road user.

20 SAMENVATTING VAN DE UITVINDING20 SUMMARY OF THE INVENTION

De uitvinding voorziet in een systeem als in het voorgaande aangeduid, waarin echter de informatie specifieker naar elke weggebruiker kan worden overgedragen, terwijl het systeem toch over een groot gebied (nationaal, Europees) bruikbaar is.The invention provides a system as indicated above, in which, however, the information can be transferred more specifically to each road user, while the system can still be used over a large area (national, European).

25 De onderhavige uitvinding stelt een systeem voor waarmee die regionle distributie van informatie kan worden uitgevoerd zodanig dat per gebruiker de relevante informatie als het ware met hem meereist. Daartoe voorziet de uitvinding in middelen waardoor de pager die de reiziger gebruikt voor (ondermeer) het ontvangen van 30 verkeersinformatie, automatisch wordt overgeschakeld van de ene naar de andere "informatieregio". Het verkeersnet is volgens de uitvinding verdeeld in informatieregio1s met elk een regionale (pager-)identificatiecode (RIC), en middelen om pagers (in een vooertuig) bij het binnenkomen van een nieuwe regio te voorzien van de in die nieuwe 35 regio geldige RIC. Uiteraard moet daarbij gebruik worden gemaakt van (moderne) pagers de geschikt voor het door een extern codesignaal instellen van de RIC. Dit soort pagers is in staat om berichten te ontvangen en weer te geven die geadresseerd zijn aan de (een) 1007930 2 individuele pager-ID, maar ook berichten die geadresseerd zijn aan een collectieve ID, waardoor aan verschillende pagers gelijktijdig hetzelfde bericht kan worden doorgegeven. Pagers waarbij die collectieve ID van buiten kan worden ingesteld, kunnen in het systeem 5 volgens de uitvinding worden gebruikt. De collectieve ID wordt bij voorkeur ingesteld door middel van bakenzenders.The present invention proposes a system with which said regional distribution of information can be carried out such that the relevant information, as it were, travels with him per user. To this end, the invention provides means by which the pager that the traveler uses for (inter alia) receiving traffic information is automatically switched from one "information region" to another. According to the invention, the traffic network is divided into information regions, each with a regional (pager) identification code (RIC), and means for providing pagers (in a vehicle) upon entering a new region with the RIC valid in that new region. Naturally, use must be made of (modern) pagers that are suitable for setting the RIC by means of an external code signal. This type of pager is able to receive and display messages addressed to the 1007930 2 individual pager ID, as well as messages addressed to a collective ID, allowing the same message to be passed to several pagers simultaneously . Pagers where that collective ID can be set from outside can be used in the system 5 according to the invention. The collective ID is preferably set by means of beacon transmitters.

UITVOERINGSVOORBEELDIMPLEMENTATION EXAMPLE

Figuur 1 toont schematisch een uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding. 10 Over een autoweg 1 rijden auto's 2, voorzien van pagers, waarvan in de figuur slechts de antennes zichtbaar zijn. Informatie kan via een zenderstelsel 3 (waarvan één zender is getekend) naar de pagers worden overgedragen.Figure 1 schematically shows an exemplary embodiment of the invention. 10 Cars 2 drive along a motorway 1, provided with pagers, of which only the antennas are visible in the figure. Information can be transferred to the pagers via a transmitter system 3 (of which one transmitter is shown).

De pagers hebben elk een individuele ID code waarop slechts die ene 15 pager reageert, maar ook tenminste één ID code, een collectieve ID code, die niet uniek is en waarop dus verscheidene pagers kunnen reageren. Pagers die ingesteld zijn voor het ontvangen van een dergelijke collectieve code, kunnen, nadat ze die collectieve ID code gedetecteerd hebben, een daarop volgend bericht ontvangen en op een 20 display weergeven. Moderne pagers hebben bovendien de mogelijkheid om via een speciaal "systeemkanaal" dat door middel van een speciale ID code benaderd kan worden, één of meer andere (collectieve) ID codes te ontvangen. Ook zijn er pagers waarbij ID codes kunnen worden ingesteld via een apart systeemkanaal, buiten de informatie-ontvanger om, 25 bijvoorbeeld gebruik makend van "RF tagging" technieken, transponders etc.. Van dit soort moderne pagers maakt de uitvinding gebruik.The pagers each have an individual ID code to which only that one pager responds, but also at least one ID code, a collective ID code, which is not unique and to which several pagers can respond. Pagers set up to receive such a collective code can, after detecting that collective ID code, receive a subsequent message and display it on a display. Modern pagers also have the option of receiving one or more other (collective) ID codes via a special "system channel" that can be accessed by means of a special ID code. There are also pagers in which ID codes can be set via a separate system channel, outside the information receiver, for example using "RF tagging" techniques, transponders, etc. The invention makes use of this type of modern pager.

Om automobilisten in staat te stellen via hun pagers informatie te kunnen ontvangen die relevant is voor het weggedeelte waarop ze rijden, zijn langs de wegen lokale bakenzenders 4 opgesteld. Die 30 bakenzenders 4 (waarvan er slechts één getekend is, maar waarvan er over het hele weggennet een groot aantal zijn) dragen, via het systeemkanaal, aan de pagers van passerende automobilisten de ID code over die gebruikt wordt voor de distrubutie van informatie over het weggedeelte in de nabijheid van die bakenzender 4. De bakenzenders 4 35 zelf kunnen "stand alone" werken en hoeven zelf niet met een informatienetwerk te zijn verbonden: ze behoeven alleen maar een of twee codes uit te zenden, de ID-code die geldig is voor het weggedeelte waar de bakenzender staat en eventueel de systeemkanaal- 1007930 3 ID-code. De bakenzenders kunnen gevoed worden uit het openbare electriciteitsnet of met behulp van zonnecellen.To enable motorists to receive information through their pagers that is relevant to the section of road they are driving on, local beacon transmitters 4 have been installed along the roads. Those 30 beacon transmitters 4 (of which only one is drawn, but of which there are a large number over the entire road network) transmit, via the system channel, to the pagers of passing motorists the ID code that is used for the distribution of information about the road section in the vicinity of that beacon transmitter 4. The beacon transmitters 4 35 themselves can operate stand-alone and do not need to be connected to an information network themselves: they only have to transmit one or two codes, the ID code which is valid for the road section where the beacon transmitter is located and possibly the system channel- 1007930 3 ID code. The beacon transmitters can be powered from the public electricity grid or using solar cells.

Voor het systeem van bakenzenders zijn verschillende opties. Het gebied waarop een bakenzender betrekking heeft wordt helemaal door die 5 bakenzender gedekt; de bakenzender staat midden in de regio. Alle pagers in de regio ontvangen van de bakenzender de ID code voor die regio. Deze optie wordt in figuur 3 geïllustreerd. Een andere optie is dat elke bakenzender maar een zeer beperkt vermogen heeft en aan de grens van de regio staat. Dit wordt geïllustreerd in de figuren 5 en 7 10 die, met de figuren 6 en 8, nog nader zullen worden besproken.There are several options for the beacon transmitter system. The area covered by a beacon transmitter is covered entirely by that 5 beacon transmitter; the beacon transmitter is in the middle of the region. All pagers in the region receive the ID code for that region from the beacon transmitter. This option is illustrated in Figure 3. Another option is that each beacon transmitter has a very limited power and is at the border of the region. This is illustrated in Figures 5 and 7 which will be discussed in more detail with Figures 6 and 8.

De eigenlijke informatie wordt uitgezonden door de zenders 3. Ook van dergelijke zenders 3 staan er verscheidene, echter veel minder dan het aantal bakenzenders 4. De zenders 3 zenden dus informatie uit over de verschillende weggedeelten via verschillende "informatiekanalen", elk 15 met zijn eigen ID code; er is dus een koppeling: wegdeel gebonden ID code - wegdeel gebonden informatie.The actual information is broadcast by the channels 3. Also from such channels 3 there are several, but much less than the number of beacon channels 4. The channels 3 thus transmit information about the different road sections via different "information channels", each with its own ID code; so there is a link: road section bound ID code - road section bound information.

Stel, een automobilist passeert bakenzender 4. Die zendt de ID code van het systeemkanaal uit en de ID code die geldig is voor die bakenzender en het weggedeelte waarin die staat. Na ontvangst van de 20 ID code van het systeemkanaal, ontvangt de pager van de bakenzender de ID code die bij het weggedeelte hoort en stelt zichzelf in op ontvangst van informatie via die ID code. Zodra de zender 3 dan ook informatie uitzendt onder gebruikmaking van die wegdeel-ID, geeft de pager die informatie door aan de automobilist. De informatie die de 25 zender 3 uitzendt over andere weggedeelten, laat de pager aan zich voorbijgaan daar die immers via kanalen met andere, voor andere wegdelen relevante, ID-codes uitgezonden wordt.Suppose a motorist passes beacon transmitter 4. It transmits the ID code of the system channel and the ID code that is valid for that beacon transmitter and the road section in which it is located. After receiving the system channel ID code, the beacon transmitter pager receives the ID code associated with the road section and sets itself to receive information through that ID code. Therefore, as soon as the transmitter 3 transmits information using that road section ID, the pager passes that information to the motorist. The information that the transmitter 3 transmits about other road sections is ignored by the pager, since it is after all transmitted via channels with other ID codes relevant for other road sections.

Zodra de automobilist een volgende bakenzender passeert, detecteert de pager weer de systeemkanaal-ID en een nieuwe ID-code. De pager stelt 30 zichzelf dan in op ontvangst van het kanaal dat bij die ID code behoort, waardoor de automobilist vanuit de zender(s) 7 de informatie ontvangt die relevant is het wegdeel waarop deze zich dan bevindt. Figuur 2 illustreert de uitzending, door een zender 3 van het informatiezenderstelsel, van een serie informatiemodules 5. Elk 35 daarvan omvat een header met een identificatiecode (ID1, ID2, ID3, etc.) en een dataveld (datal, data2, data3, etc.). De data omvat informatie over verschillende informatieregio's, zoals in figuur 3 aangegeven met 6a, 6b, 6c, etc. Figuur 3 toont behalve de 1007930 4 informatieregio's 6, tevens het verloop van een paar autowegen 1. De informatie over de verkeerssituatie op de weggedeelten die de informatieregio's doorsnijden wordt uitgezonden door het zenderstelsel 3. Teneinde te bereiken dat de pagers (data-ontvangers) in de auto's 5 alleen de informatie doorgeven die relevant is voor de regio waar de auto zich in bevindt, wordt de data-ontvanger "afgestemd" op berichten die worden voorafgegaan door een ID-code (ID1 of ID2 of ID3 etc.) die geldig is voor die regio. Bijvoorbeeld is in het zenderstelsel (of informatiecentrum dat van het zenderstelsel gebruik maakt) vastgelegd 10 dat berichten die relevant zijn voor regio 6a, worden voorafgeaan door ID1, berichten voor regio 6b door ID2, berichten voor 6c door ID3, etc. De data-ontvangers in passerende auto’s worden door middel van de bakenzenders 4a...g ingesteld op doorgifte van slechts die berichten die worden voorafgegaan door de ID code van de regio waarvan de 15 bakenzender het middelpunt vormt. Zo stelt bakenzender 4a de pagers van auto's die de regio 6a binnenrijden in voor ontvangst van berichten die worden voorafgegaan door ID1. Zodra een auto regio 6b binnenrijdt en zijn pager binnen de invloedssfeer van bakenzender 4b komt (d.w.z. als de veldsterkte van het van 4b ontvangen signaal 20 groter is dan die van 4a) wordt de pager omgeschakeld van ontvangst van berichten met IDl/datal naar de ontvangst van berichten met ID2/data2.As soon as the motorist passes another beacon transmitter, the pager detects the system channel ID and a new ID code again. The pager then sets itself to receive the channel associated with that ID code, whereby the motorist receives from the transmitter (s) 7 the information relevant to the road section on which it is then located. Figure 2 illustrates the transmission, by a transmitter 3 of the information transmitter system, of a series of information modules 5. Each 35 thereof comprises a header with an identification code (ID1, ID2, ID3, etc.) and a data field (datal, data2, data3, etc. .). The data includes information about different information regions, as indicated in figure 3 by 6a, 6b, 6c, etc. Figure 3 shows, in addition to the 1007930 4 information regions 6, also the course of a few motorways 1. The information about the traffic situation on the road sections that intersecting the information regions is broadcast by the transmitter system 3. In order to ensure that the pagers (data receivers) in the cars 5 only transmit the information relevant to the region in which the car is located, the data receiver is "tuned" on messages preceded by an ID code (ID1 or ID2 or ID3 etc.) valid for that region. For example, in the transmitter system (or information center using the transmitter system) 10 it is recorded that messages relevant to region 6a are prefixed by ID1, messages for region 6b by ID2, messages for 6c by ID3, etc. The data receivers in passing cars, the beacon transmitters 4a ... g are set to transmit only those messages preceded by the ID code of the region of which the beacon transmitter is the center point. For example, beacon transmitter 4a sets up the pagers of cars entering the region 6a to receive messages preceded by ID1. As soon as a car enters region 6b and its pager comes within the sphere of influence of beacon transmitter 4b (ie if the field strength of the signal 20 received from 4b is greater than that of 4a), the pager is switched from receiving messages with ID1 / datal to receiving of messages with ID2 / data2.

Opgemerkt wordt dat de bakenzenders 6 stand-alone kunnen werken. In de in figuur 3 getoonde optie, waarbij de bakenzenders het middelpunt 25 vormen van een regio, moet het zendvermogen relatief groot zijn. Ook moet voorkomen worden, door middel van een juiste frequentietoewijzing, dat geen interferentie, onderling of met andere systemen (bijvoorbeeld GSM) kan plaatsvinden. Wel kunnen in deze optie de bakenzenders worden gecombineerd met bijvoorbeeld GSM 30 basisstations.It is noted that the beacon transmitters 6 can operate stand-alone. In the option shown in Figure 3, where the beacon transmitters form the center of a region, the transmission power must be relatively large. It must also be prevented, by means of a correct frequency assignment, that no interference can occur, mutually or with other systems (for example GSM). In this option, the beacon transmitters can be combined with, for example, GSM 30 base stations.

Voorts wordt opgemerkt dat bij gebruik van één van de normale pager-kanalen als systeemkanaal, er wel in voorzien moet worden dat de (stand-alone) bakenzenders de ID codes gesynchroniseerd uitzenden. Daartoe dient de bakenzender te worden voorzien van een ontvanger, die 35 aan de hand van de door de zenders 3 uitgezonden informatiepakketten, de bakenzender daarmee synchroniseert.It should also be noted that when using one of the normal pager channels as the system channel, provision must be made for the (stand-alone) beacon transmitters to transmit the ID codes in synchronization. To this end, the beacon transmitter must be provided with a receiver, which synchronizes the beacon transmitter therewith on the basis of the information packets transmitted by the transmitters 3.

Figuur 4 toont schematisch een pager die in het bovenstaande systeem kan worden gebruikt. De pager, die zich in een auto 2 bevindt, 1007930 5 ontvangt van de zender 3 verschillende ID codes met bijhorende data (IDrec;data) en vergelijkt die met in de pager opgeslagen ID codes: IDsys - de ID code van het kanaal waarmee in de pager ID codes kunnen worden ingesteld waardoor de pager geactiveerd wordt; 5 IDshared - een collectieve ID code waardoor de pager geactiveerd wordt (er kunnen meer van die codes zijn: IDsharedl, IDshared2, etc.); IDprivate - een individuele ID code waardoor de pager geactiveerd wordt (ook daarvan kunnen er meer zijn: IDprivatel, IDprivate2, etc.). De ontvangen ID codes en data worden normaliter van de zender(s) 3 10 ontvangen. In het systeem volgens de uitvinding echter ontvangt de pager in de auto's 2 ook een ID code en "data" van de bakenzender 4. Door die bakenzender(s) 4 wordt de IDsys code uitgezonden, met als "data" de waarde van de ID code die nodig is voor ontvangst van data over het wegtraject in de nabijheid van de bakenzender. Zodra een auto 15 in de nabijheid van de bakenzender 4 komt, ontvangt de pager dus IDsys als toegangscode en in het dataveld de waarde voor de collectieve (shared) ID code (IDshared) waarmee de pager nadien geactiveerd kan worden voor het ontvangen van data die betrekking heeft op het weggedeelte waarvoor de bakenzender verantwoordelijk is. Die 20 weggedeelte-specifieke data wordt overigens door de zender 3 uitgezonden en is afkomstig van bijvoorbeeld een landelijke verkeerscentrale. Daar worden de lokale omstandigheden op de verschillende weggedeelten gemonitord en via weggedeelte-specifieke IDshared codes uitgezonden, zodat alle weggebruikers die op hetzelfde 25 weggedeelte rijden, voorzover ze zijn uitgerust met een pager zoals hier beschreven, van informatie (data) over dat weggedeelte worden voorzien.Figure 4 schematically shows a pager that can be used in the above system. The pager, which is located in a car 2, receives 1007930 5 from the transmitter 3 different ID codes with associated data (IDrec; data) and compares them with ID codes stored in the pager: IDsys - the ID code of the channel with which the pager ID codes can be set to activate the pager; 5 IDshared - a collective ID code that activates the pager (there may be more of those codes: IDsharedl, IDshared2, etc.); IDprivate - an individual ID code that activates the pager (there may also be more: IDprivatel, IDprivate2, etc.). The received ID codes and data are normally received from the transmitter (s) 3 10. In the system according to the invention, however, the pager in cars 2 also receives an ID code and "data" from the beacon transmitter 4. The beacon transmitter (s) 4 transmits the IDsys code, with the value of the ID as "data". code required to receive road section data in the vicinity of the beacon transmitter. As soon as a car 15 comes in the vicinity of the beacon transmitter 4, the pager therefore receives IDsys as an access code and in the data field the value for the collective (shared) ID code (IDshared) with which the pager can subsequently be activated to receive data that relates to the road section for which the beacon transmitter is responsible. Incidentally, said road section-specific data is broadcast by the transmitter 3 and comes from, for example, a national traffic center. There the local conditions on the different road sections are monitored and broadcast via road section-specific IDshared codes, so that all road users driving on the same road section, provided they are equipped with a pager as described here, are provided with information (data) about that road section. .

De ontvangen ID codes en data worden, zoals figuur 4 illustreert, ontvangen door een ontvanger 10, verwerkt in een besturingsmodule 11. 30 Als de besturingsmodule detecteert dat de ontvangen ID code (IDrec) gelijk is aan de systeem ID code (IDsys) --waavan de waarde in de besturingsmodule 11 is ingeprogrammeerd--, dan wordt de bijhorende data-waarde geïnterpreteerd als nieuwe ID code (IDshared) waarop de pager relevante weggedeelte-informatie kan ontvangen ("If IDrec-IDsys 35 then IDshared=data"). Als (vervolgens) een ontvangen ID code gelijk is aan hetzij die IDshared code, hetzij de (ingeprogrammeerde, unieke) IDprivate code, dan wordt de bijhorende data doorgezonden naar een display module 12, waarop de data in (bijvoorbeeld) alfanumerieke vorm 1007930 6 wordt weergegeven: "if IDrec=IDshare then display data (or) if IDres=IDprivate then display data".The received ID codes and data, as illustrated in Figure 4, are received by a receiver 10 processed in a control module 11. 30 If the control module detects that the received ID code (IDrec) is equal to the system ID code (IDsys) - where the value is programmed into the control module 11 - the associated data value is interpreted as a new ID code (IDshared) on which the pager can receive relevant road section information ("If IDrec-IDsys 35 then IDshared = data"). If (subsequently) a received ID code is equal to either that IDshared code or the (programmed, unique) IDprivate code, the associated data is forwarded to a display module 12, on which the data is (for example) alphanumeric form 1007930 6 showing "if IDrec = IDshare then display data (or) if IDres = IDprivate then display data".

Figuur 5 en 6 tonen een voorkeursoptie van de uitvinding, waarbij gebruik wordt gemaakt van bakenzenders met een beperkt vermogen. De 5 bakenzenders staand daarbij aan de randen van de informatieregio. De pager in een passerende auto ontvangt tijdens het passeren de ID code waarop de pager moet worden ingesteld voor ontvangst van informatie (vanuit zenders 3) die relevant is voor de regio (weggedeelte) die wordt binnengegaan. Bij voorkeur wordt in deze optie gebruik gemaakt 10 van pagers die door middel van een aparte bakenontvanger 13 die signalen ontvangt op een andere frequentie (Fpilot) dan die van de draaggolf waarop de zenders 3 hun informatie (data) overbrengen (Fdata). Door het geringe bereik van de bakenzenders 4 kunnen ze alle van dezelfde frequentie gebruik maken zonder kans op interferentie, 15 ook niet met andere draadloze systemen. Elk bakenzender zendt een ID code uit (IDpilot) die gelijk is aan de ID code die door de informatiezenders 3 wordt gebruikt voor het uitzenden van data die relevant voor de regio na de bakenzender, de regio dus die door de passerende auto wordt binnengegaan. Zodra, bij passeren van een 20 bakenzender, het besturingsorgaan 11 een IDpilot die ongelijk is aan de ID code (IDshare) waarop de pager tot dan toe ingesteld stond, stelt het besturingsorgaan 11 de IDshare-waarde in conform die ontvangen ID code (IDpilot): "if IDpilotX'"' andif IDpilotXlDshare ‘then IDshare-IDpilot". Zoals in figuur 5 te zien is, staan bij de 25 overgang van elke regio steeds twee bakenzenders, namelijk een voor de ene rijrichting (regio A naar regio B) en een voor de andere rijrichting (regio B naar regio A), immers van automobilisten die B binnengaan moet de pager, via de ene bakenzender, worden ingesteld op de ID code van regio B, terwijl de pagers van automobilisten die regio 30 A binnengaan, door middel van de andere bakenzender, worden ingesteld op regio A. Het bereik en de opstelling van de bakenzenders moet dus zo zijn dat ze slechts de pagers in één rijrichting kunnen beïnvloeden. Een alternatief wordt geboden door het systeem dat de figuren 7 en 8 bieden.Figures 5 and 6 show a preferred option of the invention using limited power beacon transmitters. The 5 beacon transmitters are positioned at the edges of the information region. The pager in a passing car receives, as it passes, the ID code on which the pager must be set to receive information (from transmitters 3) relevant to the region (road section) being entered. Preferably, this option makes use of pagers which, by means of a separate beacon receiver 13, receive signals at a different frequency (Fpilot) than that of the carrier on which the transmitters 3 transmit their information (data) (Fdata). Due to the limited range of the beacon transmitters 4, they can all use the same frequency without the risk of interference, 15 not even with other wireless systems. Each beacon transmitter transmits an ID code (IDpilot) which is the same as the ID code used by the information transmitters 3 for transmitting data relevant to the region after the beacon transmitter, i.e. the region entered by the passing car. As soon as, when passing a beacon transmitter, the controller 11 has an IDpilot which is not the same as the ID code (IDshare) on which the pager was previously set, the controller 11 sets the IDshare value according to that received ID code (IDpilot) : "if IDpilotX '"' andif IDpilotXlDshare 'then IDshare-IDpilot ". As shown in figure 5, the transition from each region always contains two beacon transmitters, one for one direction of travel (region A to region B) and one for the other direction of travel (region B to region A), for motorists entering B, the pager must be set, via the one beacon transmitter, to the ID code of region B, while the pagers of motorists entering region 30 A must be set by by means of the other beacon transmitter, must be set to region A. The range and arrangement of the beacon transmitters must therefore be such that they can affect only the pagers in one direction of travel An alternative is provided by the system provided in Figures 7 and 8 n.

35 In figuur 7 bevinden zich op elke overgang tussen twee naburige regio's of weggedeelten, slechts één bakenzender 4. Elke bakenzender zendt, op de bakenfrequentie Fpilot, niet één, maar twee ID codes uit: IDpilot(l), gelijk aan de ID code voor de ene regio en IDpilot(2), 1007930 7 gelijk aan de ID code voor de andere, naburige regio. Bij ontvangst van die twee onderzoekt het besturingsorgaan of hetzij IDpilot(l), hetzij IDpilot(2) ongelijk is aan de ID code waarop de pager reeds ingesteld was. Als in twee naburige regio's A en B ID codes IDA en IDB 5 gelden, dan zendt de bakenzender op de scheiding van die regio's IDpilot(l)«IDA en IDpilot(2)-IDB uit. De pager van een voertuig dat in regio A rijdt is ingesteld op IDshare-IDA. Bij passeren van de regiogrens detecteert het besturingsorgaan 11 dat IDpilot(2)XlDA en stelt vervolgens de pager in op IDshare-IDpilot(2)-IDB: "for n=l to 2: 10 if IDpilot(n)X"" andif IDpilot(n)XlDshare then IDshare-IDpilot(n) : next n".35 In figure 7, on each transition between two neighboring regions or road sections, there is only one beacon transmitter 4. Each beacon transmitter transmits, on the beacon frequency Fpilot, not one, but two ID codes: IDpilot (l), equal to the ID code for one region and IDpilot (2), 1007930 7 equal to the ID code for the other neighboring region. Upon receipt of the two, the controller checks whether either IDpilot (1) or IDpilot (2) is not the same as the ID code on which the pager was already set. If in two neighboring regions A and B ID codes apply IDA and IDB 5, the beacon transmitter on the separation of those regions transmits IDpilot (1) IDA and IDpilot (2) IDB. The pager of a vehicle driving in region A is set to IDshare-IDA. Upon crossing the region boundary, the controller 11 detects that IDpilot (2) XlDA and then sets the pager to IDshare-IDpilot (2) -IDB: "for n = l to 2: 10 if IDpilot (n) X" "andif IDpilot (n) XlDshare then IDshare-IDpilot (n): next n ".

Het voordeel van deze optie is dat het bereik van de bakenzenders niet kritisch is, dat wil zeggen, er behoeft niet op te worden gelet dat de bakenzenders alleen door pagers in één richting moeten kunnen worden 15 ontvangen. In tegendeel, in deze optie moeten pagers in beide richtingen het bakenzendersignaal ontvangen. Dat kan weer een bezwaar zijn in verband met de energievoorziening van de bakenzenders. Een groter bezwaar lijkt echter te zijn dat aan de bakenzenders geen initiële ID code kan worden ontleend, zodat een initiële ID code 20 bijvoorbeeld handmatig zal moeten worden ingevoerd.The advantage of this option is that the range of the beacon transmitters is not critical, ie there is no need to pay attention that the beacon transmitters should only be received by pagers in one direction. On the contrary, in this option, pagers in both directions must receive the beacon transmitter signal. This may again be an objection in connection with the energy supply of the beacon transmitters. However, a greater drawback seems to be that an initial ID code cannot be derived from the beacon transmitters, so that an initial ID code 20 will have to be entered manually, for example.

1 0079301 007930

Claims

Traffic network information system (1), in which information of interest to travelers is transmitted by a transmitter system (3) to data receivers in vehicles (2) using the traffic network, characterized in that the traffic network is divided into information regions, the transmitter system transmitting information modules (5) each relating to an information region and characterized by a region identification code, the information system comprising means (4) for entering an information region to the data receiver when a vehicle enters in that vehicle transfer the region identification code of that region, wherein the data receiver sets itself by means of that region identification code to receive information characterized by that region information code, broadcast by the transmitter system.

Information system according to claim 1, characterized in that the region identification code in the data receiver is set by means of regional beacon transmitters (4) which transmit the region identification code to vehicle data receivers within the transmission range of said beacon transmitters, wherein the data receiver sets itself to listen to information modules broadcast by the transmitter system (3), which are characterized by the region identification code broadcast by the regional beacon transmitter.

Information system according to claim 1, characterized in that the region identification code in the data receiver is set by means of local beacon transmitters (4) which transmit the region identification code to data receivers of the beacon transmitter, on which the data receiver sets itself to listen to information modules broadcast by the transmitter system (3), which are characterized by the region identification code broadcast by the local beacon transmitter.

Information system according to claim 2 or 3, characterized in that the identification code is transmitted by the beacon transmitter via the same medium (Fdata) as with which the transmitter system (3) transmits the information modules (5).

Information system according to claim 2 or 3, characterized in that the identification code is transmitted by the beacon transmitter 1007930 via a medium (Fpilot) other than the medium (Fdata) through which the transmitter system (3) transmits the information modules.

Information system according to claim 3, characterized in that each local beacon transmitter transmits only the identification code 5 of the region entered by passing vehicles, a controller (11) setting the data receiver in such a vehicle according to the received from the beacon transmitter identification code.

Information system according to claim 3, characterized in that each local beacon transmitter transmits the identification codes of both neighboring regions, i.e. the region being exited and the region being entered, wherein a controller (11) controls the data receiver of a passing vehicle according to the value of the identification code that is not the same as the identification code-15 setting of that data receiver. 1007930