NL1007765C2 - Stekkerverbinding. - Google Patents

Stekkerverbinding. Download PDF

Info

Publication number
NL1007765C2
NL1007765C2 NL1007765A NL1007765A NL1007765C2 NL 1007765 C2 NL1007765 C2 NL 1007765C2 NL 1007765 A NL1007765 A NL 1007765A NL 1007765 A NL1007765 A NL 1007765A NL 1007765 C2 NL1007765 C2 NL 1007765C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
plug
socket
connecting element
wall
spring
Prior art date
Application number
NL1007765A
Other languages
English (en)
Inventor
Jan Ringenier
Paul Warminger
Original Assignee
Ascom Tateco Ab
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Ascom Tateco Ab filed Critical Ascom Tateco Ab
Priority to NL1007765A priority Critical patent/NL1007765C2/nl
Priority to EP98204188A priority patent/EP0923166A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1007765C2 publication Critical patent/NL1007765C2/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01RELECTRICALLY-CONDUCTIVE CONNECTIONS; STRUCTURAL ASSOCIATIONS OF A PLURALITY OF MUTUALLY-INSULATED ELECTRICAL CONNECTING ELEMENTS; COUPLING DEVICES; CURRENT COLLECTORS
    • H01R13/00Details of coupling devices of the kinds covered by groups H01R12/70 or H01R24/00 - H01R33/00
    • H01R13/62Means for facilitating engagement or disengagement of coupling parts or for holding them in engagement
    • H01R13/629Additional means for facilitating engagement or disengagement of coupling parts, e.g. aligning or guiding means, levers, gas pressure electrical locking indicators, manufacturing tolerances
    • H01R13/633Additional means for facilitating engagement or disengagement of coupling parts, e.g. aligning or guiding means, levers, gas pressure electrical locking indicators, manufacturing tolerances for disengagement only
    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01RELECTRICALLY-CONDUCTIVE CONNECTIONS; STRUCTURAL ASSOCIATIONS OF A PLURALITY OF MUTUALLY-INSULATED ELECTRICAL CONNECTING ELEMENTS; COUPLING DEVICES; CURRENT COLLECTORS
    • H01R13/00Details of coupling devices of the kinds covered by groups H01R12/70 or H01R24/00 - H01R33/00
    • H01R13/62Means for facilitating engagement or disengagement of coupling parts or for holding them in engagement
    • H01R13/627Snap or like fastening
    • H01R13/6275Latching arms not integral with the housing

Landscapes

  • Details Of Connecting Devices For Male And Female Coupling (AREA)

Description

4103
STEKKERVERBINDING
5 De uitvinding heeft betrekking op een stekkerverbinding met twee verbindingselementen, zijnde een stekker en een stopcontact waarin de stekker kan worden gestoken om een elektrische verbinding tot stand te brengen.
10 Een dergelijke stekkerverbinding kan voorzien zijn van een wandcontactdoos waarin het stopcontact is aangebracht, welke wandcontactdoos op een wand kan worden bevestigd of in een wand kan worden ingebouwd. De stekker kan dan in het stopcontact van de 15 wandcontactdoos worden gestoken teneinde een elektrische verbinding tot stand te brengen, bijvoorbeeld voor het verbinden van een elektrische stroomvoorziening met een apparaat dat daarmee gevoed moet worden. Dergelijke stekkerverbindingen worden ook gebruikt voor 20 bijvoorbeeld het verbinden van een luidspreker met een versterker of voor het doorvoeren van andere elektrische signalen.
De elektrische verbinding kan tot stand komen doordat 25 elektriciteitsgeleidende elementen tegen elkaar worden gedrukt of doordat elektriciteitsgeleidende uitsteeksels in overeenkomende uitsparingen worden gestoken, of op andere overigens bekende wijzen.
30 Wanneer in deze beschrijving wordt gesproken over het steken van een stekker in een stopcontact wordt daaronder verstaan elke totstandbrenging van een elektrische verbinding waarbij een stekker wordt bewogen in de richting van een al dan niet vastgemonteerd 35 stopcontact teneinde elektriciteitsgeleidende elementen van beiden met elkaar in contact te brengen. Daarbij kan ook de stekker voorzien zijn van uitsparingen waarin geleidende uitsteeksels van het stopcontact reiken.
100776 2
Uit veiligheidsoverwegingen kan het van belang zijn om de mechanische spanning op een elektriciteitsdraad beneden een bepaalde waarde te houden, waartoe het 5 bekend is een dergelijke draad te voorzien van een breekkoppeling die in twee delen uiteenvalt wanneer de trekkracht in de draad boven een bepaalde waarde komt.
De twee delen van de breekverbinding worden daarbij door middel van een magnetische kracht met elkaar verbonden 10 totdat de magnetische kracht onvoldoende is om de trekkracht te weerstaan. Een dergelijke breekkoppeling kan worden toegepast om te voorkomen dat de elektrische geleidingsdraad beschadigd wordt door een grote trekkracht. De beveiliging kan ook gericht zijn op 15 andere voorwerpen of zelfs lichaamsdelen die beschadigd kunnen worden door een te grote trekkracht op de geleidingsdraad. Daarbij kan gedacht worden aan iemand met een koptelefoon, waarbij de geleidingsdraad naar de koptelefoon om de hals van die persoon is geslagen.
20
De uitvinding beoogt een stekkerverbinding die losgetrokken wordt wanneer de trekkracht een vooraf bepaalde waarde overschrijdt, die eenvoudig van constructie is en die betrouwbaar en reproduceerbaar 25 werkt.
Hiertoe is het eerste verbindingselement voorzien van veermiddelen die het tweede verbindingselement aangrijpen wanneer de stekker in het stopcontact is 30 gestoken, zodat de stekker uit het stopcontact zal ! worden getrokken bij het overschrijden van een vooraf bepaalde trekkracht. Bij voorkeur is het eerste verbindingselement het stopcontact en is het tweede verbindingselement de stekker, die door de veermiddelen 35 van het stopcontact wordt aangegrepen. Door het toepassen van mechanische veermiddelen kan op eenvoudige wijze vrijwel elke lostrekkracht worden gekozen door de ^ ^007765« 3 voorspanning van de veermiddelen overeenkomstig in te stellen.
Wanneer de stekker in het stopcontact is gestoken 5 grijpen daarbij de veermiddelen het tweede verbindingselement bij voorkeur zodanig aan dat de verbindingselementen ten opzichte van elkaar op vooraf bepaalde posities worden gehouden. In een andere voorkeursuitvoering drukken de veermiddelen de stekker 10 en het stopcontact naar elkaar toe, zodat zij tegen elkaar aan liggen. In beide gevallen worden de stekker en het stopcontact steeds in hun optimale onderlinge positie gehouden, totdat de stekkerverbinding wordt verbroken door het uitoefenen van een te grote 15 trekkracht op de stekker.
Bij voorkeur zijn de veermiddelen voorzien van ten minste één veerorgaan dat onder veerkracht kan verplaatsen in een richting die in hoofdzaak loodrecht 20 staat op de insteekrichting, welk verend orgaan kan aanliggen tegen een schuin ten opzichte van de insteekrichting staand oppervlak van het tweede verbindingselement. Daarbij kan het tweede verbindingselement voorzien zijn van een in 25 dwarsrichting ten opzichte van de insteekrichting opstaande rand waar achter de veermiddelen kunnen grijpen. De veermiddelen omvatten bij voorkeur een bladveer, welke bladveer ten minste twee veerorganen kan hebben die het tweede verbindingselement kunnen 30 aangrijpen op verschillende plaatsen, bij voorkeur aan weerszijden van de stekker.
Wanneer een bladveer van het stopcontact de stekker op verschillende plaatsen aangrijpt, bij voorkeur aan 35 weerszijden van de stekker, kan de stekker zodanig gevormd zijn dat steeds een in hoofdzaak gelijke trekkracht nodig is om de stekker los te trekken, ook 1007785¾ 4 wanneer de trekkracht in een andere richting dan de insteekrichting wordt uitgeoefend. Wanneer bij het schuin gericht trekken een veerorgaan minder weerstand biedt, zal automatisch het andere veerorgaan meer 5 weerstand bieden, zodat de weerstand tegen lostrekken van de veermiddelen in hoofdzaak gelijk blijft.
In een voorkeursuitvoering heeft de stekker loodrecht op de insteekrichting een in hoofdzaak rechthoekige 10 dwarsdoorsnede en grijpen de veermiddelen het tweede verbindingselement aan ter plaatse van het midden van althans een van de rechthoekszijden, bij voorkeur ter plaatse van de middens van twee tegenover elkaar gelegen rechthoekszijden. Een stekker met een rechthoekige 15 dwarsdoorsnede heeft vaak de voorkeur boven een stekker met een ronde dwarsdoorsnede, omdat bij een rechthoekige dwarsdoorsnede de stekker gemakkelijker in de juiste positie in het stopcontact wordt gestoken. De rechthoekige dwarsdoorsnede biedt de mogelijkheid om de 20 veermiddelen te laten aangrijpen aan de rechte gedeelten van de rand van de stekker. Met name wanneer een bladveer wordt toegepast kan daardoor een effectieve aangrijping worden bewerkstelligd.
25 Wanneer het stopcontact is ondergebracht in een wandcontactdoos, of op een andere wijze aan een wand bevestigbaar is, kan het stopcontact zodanig worden uitgevoerd dat de insteekrichting in hoofdzaak evenwijdig is aan de wand waartegen het stopcontact is 30 bevestigd.
i
Een voordeel hiervan is dat de stekker, in ingestoken toestand, dichter tegen de wand ligt en het snoer waaraan de stekker is bevestigd vanaf het stopcontact 35 langs de wand kan worden aangebracht. Bij een dergelijke stekker en stopcontact zal de kracht waarmee de stekker uit het stopcontact wordt getrokken vaak een relatief : 1007765·* 5 grote hoek met de wand maken, zodat de stekker schuin, van de wand af gericht, uit het stopcontact wordt getrokken.
5 Bij een dergelijk stopcontact tegen een wand, is bij voorkeur een veerorgaan van de veermiddelen aanwezig aan de naar de wand gekeerde zijde van de stekker, zodat de stekker aan die zijde wordt aangegrepen. Bij het in schuine richting lostrekken van de stekker is dat de 10 zijde van de stekker die het eerst loskomt uit het stopcontact.
Bij voorkeur is het stopcontact voorzien van een daarin bevestigde bladveer met drie veerorganen waarvan één de 15 stekker aangrijpt ter plaatse van de naar de wand gekeerde zijde van de stekker en waarvan twee de stekker aangrijpen ter plaatse van de twee zijden die in hoofdzaak loodrecht op de wand zijn gericht. Een dergelijke bladveer met drie veerorganen is relatief 20 eenvoudig. De veermiddelen hoeven de stekker niet aan te grijpen aan de zijde die van de wand af is gekeerd, omdat bij het in schuine richting lostrekken van de stekker deze zijde niet wordt belast met een vanaf het stopcontact gerichte trekkracht op de stekker.
25
De uitvinding heeft voorts betrekking op zowel de stekker als het stopcontact afzonderlijk, en wel uitgevoerd overeenkomstig het eerder beschrevene.
30 Voorts heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het beveiligen van een lostrekbare elektrische stekkerverbinding tegen ongewild lostrekken, waarbij de stekkerverbinding wordt voorzien van veermiddelen, zoals eerder beschreven, die het lostrekken verhinderen zolang 35 de trekkracht beneden een bepaalde waarde blijft.
1007765¾ 6
De uitvinding heeft voorts betrekking op een werkwijze voor het voorkomen van beschadiging en/of letsel veroorzaakt door een elektrische geleidingsdraad, waarbij de geleidingsdraad wordt voorzien van een 5 lostrekbare verbinding zoals eerder beschreven.
Ter verduidelijking van de uitvinding zal, onder verwijzing naar de tekening, een uitvoeringsvoorbeeld van een stekkerverbinding worden beschreven.
10
Figuur 1 is een perspectivisch aanzicht van een stekker in een stopcontact;
Figuren 2-6 zijn aanzichten van een stekker;
Figuur 7 is een perspectivisch aanzicht van een stekker; 15 Figuur 8 is een perspectivisch aanzicht van een wandcontactdoos;
Figuur 9 is een vergrote weergave van een gedeelte van f iguur 8; en
Figuur 10 is een perspectivisch aanzicht van een 20 bladveer.
De figuren zijn slechts schematische weergaven, waarbij overeenkomende onderdelen met gelijke verwijzingscijfers zijn aangegeven.
25
Figuur 1 toont een perspectivisch aanzicht van een | stekker 1 die in het stopcontact van een wandcontactdoos ’ 2 is gestoken. Stekker 1 is voorzien van een flexibel geleidingsdeel 3 waardoorheen een snoer kan lopen waarin 30 elektrische geleidingsdraden aanwezig zijn die geleidend verbonden moeten worden met elektrische geleidingen in het stopcontact van de wandcontactdoos 2.
Wandcontactdoos 2 is met niet-weergegeven middelen 35 bevestigd aan grondplaat 4, welke grondplaat door middel van schroeven aan een wand is bevestigd. Wandcontactdoos 2 kan door middel van een klikverbinding op grondplaat 4 ! 1007785"$ 7 zijn bevestigd, zodat de wandcontactdoos 2 bij het uitoefenen van een voldoende grote kracht van grondplaat 4 kan worden verwijderd.
5 Bij de in figuur 1 weergegeven wandcontactdoos 2 is de insteekrichting van stekker 1 evenwijdig aan de muur. De stekkerverbinding is zodanig uitgevoerd dat de verschillende delen slechts in beperkte mate buiten de wand reiken, waarbij het snoer dat aan stekker 1 is 10 bevestigd vanaf de stekkerverbinding langs de wand kan worden aangebracht.
De stekker 1 is aan één zijde voorzien van een merkteken 17, bijvoorbeeld een rode stip, die nabij het 15 overeenkomende merkteken 18 op de wandcontactdoos 2 moet liggen, als de stekker in de juiste stand in het stopcontact is gestoken. De zijde van de stekker 1 waar merkteken 17 is aangebracht is de zijde die hierna als onderkant van de stekker is weergegeven.
20
Figuur 2 toont een zijaanzicht van stekker 1 waarbij aan de voorkant (links) een uitstekend gedeelte 5 van de stekker is weergegeven, welk gedeelte 5 in het stopcontact van de wandcontactdoos 2 kan reiken. In dit 25 uitstekende gedeelte 5 van stekker 1 zijn contactorganen aanwezig die in ingestoken toestand van de stekker 1 contact maken met corresponderende contactorganen in het stopcontact van wandcontactdoos 2. De contactorganen zelf zijn in de figuren niet weergegeven. Het zijn 30 bekende onderdelen van een stekkerverbinding die in het algemeen elektrische geleidingen omvatten die onderling in contact kunnen worden gebracht.
De stekker 1 heeft in de insteekrichting een in 35 hoofdzaak rechthoekige dwarsdoorsnede, evenals het uitstekende gedeelte 5 van de stekker. Aan zijn voorzijde is het uitstekende gedeelte 5 voorzien van een 1007765^ 8 rand 6 die zich aan drie rechthoekszijden van het uitstekende gedeelte 5 uitstrekt.
Figuur 3 (bovenaanzicht van stekker 1) toont rand 6 in 5 zijaanzicht zoals deze op de korte rechthoekszijde aanwezig is en toont rand 6 op een van de lange rechthoekszijden in bovenaanzicht.
Figuur 2 (zijaanzicht van stekker 1) toont rand 6 in 10 zijaanzicht aan de bovenkant van het uitstekende gedeelte 5 en toont dat de onderkant van uitstekend gedeelte 5 niet voorzien is van een rand. Figuur 4 toont een onderaanzicht van stekker l.
15 Ook in het vooraanzicht (figuur 5) van stekker 1 is rand 6 aan drie van de vier rechthoekszijden weergegeven. Zoals eerder gezegd toont figuur 5 niet de in de stekker aanwezige contactorganen, doch slechts de ruimte waarin deze contactorganen kunnen worden ondergebracht.
20
Figuur 6 is een achteraanzicht van stekker 1 waarin het gat 7 zichtbaar is waardoorheen het snoer waaraan de stekker is bevestigd kan reiken. De stekker 1 en het geleidingsdeel 3 kunnen uit een stuk kunststof zijn 25 vervaardigd op een overigens bekende wijze.
Figuur 7 toont de stekker 1 in perspectivisch aanzicht.
Figuur 8 toont de wandcontactdoos 2 met zijn open zijde 30 naar boven gericht, welke open zijde in figuur 1 tegen grondplaat 4 is bevestigd. Volgens figuur 8 is de wandcontactdoos 2 voorzien van vier zijwanden 8 en een i voorwand 9. Binnen cirkel 10 is een stopcontact weergegeven dat in één van de zijwanden 8 is 35 aangebracht.
p O .<*% F’-—' [ loO i i o 3a* 3 9
Figuur 9 toont in meer detail hetgeen binnen cirkel 10 van figuur 8 is weergegeven. In zijwand 8 is een in hoofdzaak rechthoekige opening 11 aangebracht waardoorheen het uitstekende gedeelte 5 van stekker 1 5 kan reiken. Nabij deze uitsparing 11 zijn contactorganen aanwezig die contact kunnen maken met corresponderende contactorganen in stekker l. De contactorganen zijn in de figuren niet zijn weergegeven.
10 Figuur 9 toont een bladveer 12 die door middel van niet-weergegeven schroeven is bevestigd op twee steunelementen 13 van de wandcontactdoos 2.
Figuur 10 toont bladveer 12 in meer detail. Bladveer 12 15 is vervaardigd van veerkrachtig metaal en is voorzien van drie veerorganen 14,15. Figuur 10 toont dat deze veerorganen 14,15 zodanig gevormd zijn dat zij achter rand 6 van het uitstekende deel 5 van stekker 1 kunnen grijpen. Daarbij kan veerorgaan 15 achter rand 6 langs 20 de bovenzijde van de uitstekend deel 5 grijpen en kunnen de veerorganen 14 achter de rand 6 aan de korte rechthoekszijde van het uitstekende deel 5 grijpen.
Bladveer 12 is voorts voorzien van twee 25 bevestigingsorganen 16 waarmee de bladveer op steunorganen 13 kan worden vast geschroefd.
Figuur 9 toont hoe bladveer 12 is gepositioneerd in het stopcontact. Daarbij bevinden zich twee veerorganen 14 30 aan weerszijden van opening 11, terwijl aan de lange rechthoekszijde van opening 11 een veerorgaan 15 aanwezig is aan de naar de wand gerichte kant van opening 11.
35 De weergegeven uitvoeringsvorm moet als voorbeeld worden gezien, ook andere uitvoeringen zijn mogelijk.
' ·Ί ^ ^ ie—>

Claims (16)

1. Stekkerverbinding met twee verbindingselementen, zijnde een stekker en een stopcontact waarin de 5 stekker kan worden gestoken om een elektrische verbinding tot stand te brengen, waarbij het eerste verbindingselement is voorzien van veermiddelen die het tweede verbindingselement aangrijpen wanneer de stekker in het stopcontact is gestoken, zodat de 10 stekker uit het stopcontact zal worden getrokken bij het overschrijden van een vooraf bepaalde trekkracht.
2. Stekkerverbinding volgens conclusie 1, met het 15 kenmerk, dat het eerste verbindingselement het stopcontact is en het tweede verbindingselement de stekker is.
3. Stekkerverbinding volgens een der voorgaande 20 conclusies, met het kenmerk, dat, wanneer de stekker in het stopcontact is gestoken, de veermiddelen het tweede verbindingselement zodanig aangrijpen dat de verbindingselementen ten opzichte van elkaar op vooraf bepaalde posities worden 25 gehouden. i
4. Stekkerverbinding volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat, wanneer de stekker in het stopcontact is gestoken, de 30 verbindingselementen door de veermiddelen naar elkaar toe worden gedrukt.
5. Stekkerverbinding volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de veermiddelen 35 voorzien zijn van tenminste één veerorgaan dat onder veerkracht kan verplaatsen in een richting die in hoofdzaak loodrecht staat op de ί . if · h;V; insteekrichting, welk verend orgaan kan aanliggen tegen een schuin ten opzichte van de insteekrichting staand oppervlak van het tweede verbindingselement. 5
6. Stekkerverbinding volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het tweede verbindingselement is voorzien van een in dwarsrichting ten opzichte van de insteekrichting 10 opstaande rand waar achter de veermiddelen kunnen grijpen.
7. Stekkerverbinding volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de veermiddelen 15 een bladveer omvatten.
8. Stekkerverbinding volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de bladveer tenminste twee veerorganen heeft die het tweede verbindingselement kunnen 20 aangrijpen op verschillende plaatsen, bij voorkeur aan weerszijden van de stekker.
9. Stekkerverbinding volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de stekker 25 loodrecht op de insteekrichting een in hoofdzaak rechthoekige dwarsdoorsnede heeft en dat de veermiddelen het tweede verbindingselement aangrijpen ter plaatse van het midden van althans een van de rechthoekszijden, bij voorkeur ter 30 plaatse van de middens van twee tegenover elkaar gelegen rechthoekszijden.
10. Stekkerverbinding volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het stopcontact 35 bevestigingsmiddelen heeft om aan een wand te worden bevestigd. 1007765¾
11. Stekkerverbinding volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de insteekrichting van de stekker in hoofdzaak evenwijdig is aan de wand waartegen het stopconctact is bevestigd. 5
12. Stekkerverbinding volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de veermiddelen het tweede verbindingselement aangrijpt ter plaatse van de naar de wand gekeerde zijde van de stekker. 10
13. Stekkerverbinding volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het stopcontact voorzien is van daarin bevestigde bladveer met drie veerorganen waarvan een de stekker aangrijpt ter plaatse van de naar de 15 wand gekeerde zijde van de stekker en waarvan twee de stekker aangrijpen ter plaatse van de twee zijden die in hoofdzaak loodrecht op de wand zijn gericht.
14. Wandcontactdoos voorzien van een stopcontact overeenkomstig het eerste verbindingselement volgens een der voorgaande conclusies.
15. Stekker overeenkomstig het tweede verbindingsorgaan 25 volgens een der conclusies 1-13.
16. Werkwijze voor het beveiligen van een lostrekbare elektrische stekkerverbinding tegen ongewild lostrekken, met het kenmerk, dat de 30 stekkerverbinding wordt voorzien van veermiddelen overeenkomstig een der conclusies 1-13. 1 1007765® Werkwijze voor het voorkomen van beschadiging en/of letsel veroorzaakt door een elektrische 35 geleidingsdraad, met het kenmerk, dat de geleidingsdraad wordt voorzien van een lostrekbare verbinding volgens een der conclusies 1-13.
NL1007765A 1997-12-11 1997-12-11 Stekkerverbinding. NL1007765C2 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1007765A NL1007765C2 (nl) 1997-12-11 1997-12-11 Stekkerverbinding.
EP98204188A EP0923166A1 (en) 1997-12-11 1998-12-11 A plug and socket connection

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1007765 1997-12-11
NL1007765A NL1007765C2 (nl) 1997-12-11 1997-12-11 Stekkerverbinding.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1007765C2 true NL1007765C2 (nl) 1999-06-14

Family

ID=19766168

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1007765A NL1007765C2 (nl) 1997-12-11 1997-12-11 Stekkerverbinding.

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP0923166A1 (nl)
NL (1) NL1007765C2 (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB9809092D0 (en) * 1998-04-29 1998-06-24 Static Systems Group Plc A plug and a plug and a socket
CN111140888A (zh) * 2020-03-04 2020-05-12 嵊州市浙江工业大学创新研究院 一种便捷式电器置换集成灶

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4008940A (en) * 1975-06-09 1977-02-22 Roanwell Corporation Telephone apparatus including electrical connector
EP0594937A1 (de) * 1992-10-30 1994-05-04 Contact GmbH Elektrische Bauelemente Elektrische Steckverbindung
EP0697754A1 (en) * 1994-08-09 1996-02-21 Molex Incorporated Locking system for an electrical connector assembly
US5558534A (en) * 1994-06-30 1996-09-24 The Whitaker Corporation Self sacrificing latching system
US5695355A (en) * 1995-01-04 1997-12-09 Itt Cannon Gmbh Locking device for a connector

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4008940A (en) * 1975-06-09 1977-02-22 Roanwell Corporation Telephone apparatus including electrical connector
EP0594937A1 (de) * 1992-10-30 1994-05-04 Contact GmbH Elektrische Bauelemente Elektrische Steckverbindung
US5558534A (en) * 1994-06-30 1996-09-24 The Whitaker Corporation Self sacrificing latching system
EP0697754A1 (en) * 1994-08-09 1996-02-21 Molex Incorporated Locking system for an electrical connector assembly
US5695355A (en) * 1995-01-04 1997-12-09 Itt Cannon Gmbh Locking device for a connector

Also Published As

Publication number Publication date
EP0923166A1 (en) 1999-06-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US7794265B2 (en) Battery post electrical terminal assembly
US5425648A (en) Electrical connector
US6943297B2 (en) Low voltage device used as an electrical outlet base plate
JP3690291B2 (ja) インタフェースコネクタ
US5263872A (en) Electrical shorting system
US5167523A (en) Electrical connector
EP0437765B1 (en) Snap-lock electrical connector with quick release
US5110305A (en) Shroud device for electrical conductors
US20020137397A1 (en) Clamshell connector for airbag gas generator
US20050202712A1 (en) Electrical wiring device with multiple types of wire terminations
US4971571A (en) Self-locking pin field connector
US6551129B2 (en) Ground connector
CA1236539A (en) Electrical plug assembly with cable guiding member
US5403201A (en) Electrical connector
JP3092058B2 (ja) 短絡回路装置を有する電気コネクタ装置
US6186805B1 (en) Short circuit electrical connector
NL1007765C2 (nl) Stekkerverbinding.
JP4142298B2 (ja) 歪み解放クランプを有するプラグコネクタ
EP0828321A3 (en) Connector for airbag system
EP0065357A1 (en) Low insertion force connector
EP0401938A1 (en) Electrical connector
US6926550B2 (en) Self-locking electrical receptacle having safety protector
EP0898796A1 (en) Shielded jack socket assembly
US5921813A (en) Electrical connector with latch
JP2590794Y2 (ja) 接続端子

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
MK Patent expired because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20171210