NL1006996C2

NL1006996C2 - Device for mooring a vessel.

Info

Publication number: NL1006996C2
Application number: NL1006996A
Authority: NL
Inventors: Johannes Peterus Mar Schijndel; Marten Haak
Original assignee: Schijndel & De Hoog V O F Van
Priority date: 1997-09-10
Filing date: 1997-09-10
Publication date: 1999-03-11
Also published as: EP0902127A1

Description

INRICHTING VOOR HET AFMEREN VAN EEN VAARTUIGDEVICE FOR MOORING A VESSEL

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het afmeren van een vaartuig. Het afmeren van vaartuigen gaat vaak met problemen gepaard, als gevolg van de relatief beperkte manoeuvreerbaarheid van de 5 meeste vaartuigen.The invention relates to a device for mooring a vessel. Mooring vessels is often problematic, due to the relatively limited maneuverability of most vessels.

Met name wanneer een vaartuig dwars op een kade of steiger afgemeerd moet worden, zoals vaak het geval is in havens waar grote aantallen pleziervaartuigen een ligplaats moeten vinden, doen zich deze problemen gelden. 10 Het vaartuig moet dan namelijk tussen twee meerpalen door naar de kade of steiger gevaren worden, waarbij gelijktijdig meerlijnen met deze palen verbonden moeten worden om de van de kade of steiger afgekeerde zijde van het vaartuig te fixeren. Vervolgens moet de naar de kade of 15 steiger gekeerde zijde van het vaartuig, in het algemeen de voorsteven, eveneens gefixeerd worden door het aanbrengen van ten minste één meerlijn. Vooral wanneer de wind evenwijdig aan de kade of steiger, en dus dwars op het vaartuig gericht is leidt deze wijze van afmeren tot 20 chaotische taferelen en veelal tot krassen of andere lichte beschadigingen van het vaartuig.These problems arise especially when a vessel has to be moored transverse to a quay or jetty, as is often the case in ports where large numbers of pleasure craft have to berth. The vessel must then in fact be sailed between two mooring posts to the quay or jetty, while mooring lines must simultaneously be connected to these posts to fix the side of the vessel facing away from the quay or jetty. Then, the side of the vessel, generally the prow, facing the quay or jetty must also be fixed by applying at least one mooring line. Especially when the wind is parallel to the quay or jetty, and thus directed transversely to the vessel, this manner of mooring leads to chaotic scenes and often to scratches or other minor damage to the vessel.

De uitvinding beoogt derhalve een systeem te verschaffen waarmee een vaartuig op eenvoudige en veilige wijze kan worden afgemeerd, zonder grote inspanningen van 25 de opvarenden. De uitvinding verschaft daartoe een inrichting welke is voorzien van met het vaartuig samenwerkende middelen voor het geleiden daarvan, en aandrijvend met het vaartuig te verbinden middelen voor het langs de geleidingsmiddelen tot een meerplaats verplaat-30 sen van het vaartuig. Hierdoor behoeft het vaartuig na het verbinden daarvan met de verplaatsingsmiddelen niet langer zelfstandig gemanoeuvreerd te worden, maar wordt dit eenvoudig naar de meerplaats getrokken, waarbij de J 0 0 69 9 6’ 2 juiste positie gewaarborgd wordt door de geleidingsmid-delen.The object of the invention is therefore to provide a system with which a vessel can be moored in a simple and safe manner, without great efforts by the persons on board. The invention provides for this purpose a device which is provided with means co-operating with the vessel for guiding it, and means which can be connected to the vessel for driving, for moving the vessel along the guide means to a mooring place. As a result, after connecting the vessel to the displacement means, the vessel no longer has to be maneuvered independently, but this is simply pulled to the mooring place, the correct position being guaranteed by the guiding means.

Een eenvoudige manier om het vaartuig te richten bestaat erin dat op het vaartuig een van de meer-5 plaats afgerichte kracht uitgeoefend wordt door de gelei-dingsmiddelen, en het vaartuig door de verplaatsingsmid-delen tegen de kracht van de geleidingsmiddelen in verplaatsen naar de meerplaats getrokken wordt. Daartoe omvatten bij voorkeur de geleidingsmiddelen ten minste 10 één op afstand van de meerplaats aangebracht, veerkrachtig vervormbaar spanelement terwijl de verplaatsings-middelen gevormd worden door ten minste één het vaartuig met de meerplaats verbindend, door een lier in te halen trekelement.A simple way of aiming the vessel consists in that a force directed away from the mooring place is exerted on the vessel by the guiding means, and the vessel is moved by the displacing means against the force of the guiding means to the mooring place is pulled. To that end, preferably the guiding means comprise at least one resiliently deformable tensioning element arranged at a distance from the mooring place, while the displacing means are formed by at least one pulling element connecting the vessel to the mooring place, to be retrieved by a winch.

15 Wanneer het spanelement tussen een tweetal een invaart naar de meerplaats definiërende meerpalen opgehangen is, en in hoofdzaak halverwege de meerpalen middelen vertoont voor het verbinden van het vaartuig en het trekelement, kan het vaartuig eenvoudig naar het 20 spanelement gevaren worden, met zijn steven tot ongeveer halverwege het spanelement getrokken worden en vervolgens met het trekelement worden verbonden, waarna het trekelement met daaraan het vaartuig kan worden ingehaald, waarbij dan het spanelement geleidelijk uitgerekt of 25 uitgerold wordt.When the tensioning element is suspended between two mooring posts defining an entrance to the mooring place, and substantially halfway along the mooring posts has means for connecting the vessel and the pulling element, the vessel can easily be sailed to the tensioning element, with its bow up to about halfway through the tensioning element and subsequently being connected to the tensioning element, after which the tensioning element with the vessel attached can be overtaken, whereby the tensioning element is then gradually stretched or rolled out.

De uitvinding wordt nu toegelicht aan de hand van een voorbeeld, waarbij verwezen wordt naar de bij-gevoegde tekening, waarin: figuur 1 een schematisch bovenaanzicht is van 30 de verschillende stappen van het afmeren van een vaartuig met de inrichting volgens de uitvinding, en figuur 2 een schematisch perspectivisch aanzicht is van de bevestiging van het spanelement van de afmeerinrichting aan een meerpaal.The invention will now be elucidated on the basis of an example, with reference being made to the appended drawing, in which: figure 1 is a schematic top view of the various steps of mooring a vessel with the device according to the invention, and figure 2 is a schematic perspective view of the attachment of the tensioning element of the mooring device to a mooring post.

35 Een inrichting 1 voor het afmeren van een vaartuig 2 met zijn voorsteven 3 of achtersteven 4 aan een kade of steiger 5 omvat geleidingsmiddelen 6 en verplaatsingsmiddelen 7. De geleidingsmiddelen 6 omvatten 1006996 3 een veerkrachtig rekbaar of verlengbaar spanelement 8, bijvoorbeeld in de vorm van een bungee-elastiek of een spanband die op een veerbelaste voorraadtrommel 9 gewikkeld is. Dit spanelement 8 is tussen twee meerpalen 10 5 gespannen, die tezamen de invaart naar de meerplaats bepalen. Het spanelement 8 kan daarbij bevestigd zijn op met de palen 10 verbonden drijvers 11, zodat dit altijd boven het wateroppervlak hangt en goed bereikbaar is.A device 1 for mooring a vessel 2 with its stem 3 or stern 4 on a quay or jetty 5 comprises guide means 6 and displacement means 7. The guide means 6 comprise 1006996 3 a resiliently stretchable or extendable tensioning element 8, for instance in the form of a bungee elastic or a lashing strap wound on a spring-loaded storage drum 9. This tensioning element 8 is tensioned between two mooring posts 10, which together determine the entrance to the mooring place. The tensioning element 8 can be attached to floats 11 connected to the posts 10, so that it always hangs above the water surface and is easily accessible.

De verplaatsingsmiddelen 7 omvatten een trek-10 element 12, in het algemeen een meerlijn, die verbonden is met een electrisch of anderszins aangedreven, op afstand bedienbare lier 13 op de kade of steiger 5. Het vrije uiteinde 14 van de meerlijn 12 kan verbonden zijn met de spanband 8.The displacement means 7 comprise a pulling element 12, generally a mooring line, which is connected to an electrically or otherwise driven, remote-controlled winch 13 on the quay or jetty 5. The free end 14 of the mooring line 12 can be connected with the strap 8.

15 Het vaartuig 2 kan nu eenvoudig naar de meer plaats gemanoeuvreerd worden door dit met bijvoorbeeld de voorsteven 3 tot tegen het spanelement 8 te varen, en vervolgens het vrije uiteinde van de treklijn 12 aan het vaartuig 2 te bevestigen. Hiertoe kan dit vrije uiteinde 20 12 bijvoorbeeld voorzien zijn van een karabijnhaak, waardoor dit eenvoudig aan het de voorsteven 3 gekoppeld kan worden. Door nu de lier 13 met behulp van de afstandsbediening in te schakelen, wordt de treklijn 12 en daarmee het vaartuig 2 tegen de spankracht van de het 25 spanelement 8 in naar de kade of steiger 5 getrokken.The vessel 2 can now easily be maneuvered to the more place by sailing it with, for example, the prow 3, against the tensioning element 8, and then attaching the free end of the pulling line 12 to the vessel 2. For this purpose, this free end 20 12 can for instance be provided with a carabiner, so that it can easily be coupled to the prow 3. By now switching on the winch 13 with the aid of the remote control, the pulling line 12 and thus the vessel 2 is pulled against the tensioning force of the tensioning element 8 towards the quay or jetty 5.

Door de spankracht van het spanelement 8 wordt het vaartuig 2 daarbij automatisch gecentreerd, zodat de bemanning op geen enkele wijze hoeft in te grijpen. Doordat de lier 13 de lijn 12 zeer geleidelijk inhaalt, bestaat er 30 geen risico dat het vaartuig 2 met grote snelheid de kade of steiger 5 raakt, waardoor beschadiging van het vaartuig 2 en/of de kade of steiger 5 vermeden wordt. Indien gewenst kan de lier 13 automatisch afslaan wanneer het eind van de lijn 12 wordt gedetecteerd.The clamping force of the tensioning element 8 automatically centers the vessel 2, so that the crew does not have to intervene in any way. Because the winch 13 overtakes the line 12 very gradually, there is no risk of the vessel 2 hitting the quay or jetty 5 at great speed, thereby avoiding damage to the vessel 2 and / or the quay or jetty 5. If desired, the winch 13 can automatically turn off when the end of the line 12 is detected.

35 Hoewel de uitvinding hier beschreven is aan de hand van een voorbeeld, zal het duidelijk zijn dat deze daartoe niet beperkt is. Zo zou gebruik gemaakt kunnen worden van een vast aan de kade of steiger 5 bevestigde 1006996 4 treklijn 12, die door een lier op het vaartuig 2 zelf ingehaald zou kunnen worden. Ook zouden in plaats van meerpalen 10 andere in hoofdzaak plaatsvaste elementen zoals meerboeien of zelfs kademuren gebruikt kunnen 5 worden voor het bevestigen van het spanelement. De omvang van de uitvinding wordt derhalve uitsluitend bepaald door de bijgevoegde conclusies.Although the invention has been described here by way of example, it will be understood that it is not limited thereto. For example, use could be made of a pulling line 12 fixed to the quay or jetty 5, which could be overtaken by a winch on the vessel 2 itself. Also, instead of mooring posts 10, other substantially stationary elements such as mooring buoys or even quay walls could be used for fixing the tensioning element. The scope of the invention is therefore determined solely by the appended claims.

10069961006996

Claims

1. Device for mooring a vessel, provided with means co-operating with the vessel for guiding it, and means to be connected to the vessel for driving, for moving the vessel along the guiding means to a mooring place.

2. Mooring device according to claim 1, characterized in that the guide means are adapted to exert a force directed away from the mooring place on the vessel, and the displacement means are adapted to displace the force against the force of the guide means. vessel.

3. Mooring device according to claim 2, characterized in that the guide means comprise at least one resiliently deformable tensioning element arranged at a distance from the mooring place and the displacing means are formed by connecting at least one vessel to the mooring place by means of a winch. get pulling element.

4. Mooring device according to claim 3, characterized in that the tensioning element is suspended between two mooring posts defining an entrance to the mooring place, and has means for connecting the vessel and the pulling element substantially halfway along the mooring posts.

Mooring device according to claim 4, characterized in that the tensioning element is suspended floating between the mooring posts. 10069 9 6