NL1003509C2

NL1003509C2 - Stemprothese met gedeelde klep.

Info

Publication number: NL1003509C2
Application number: NL1003509A
Authority: NL
Inventors: Serge Piranda; Lucas Cornelis Hoogstraten
Original assignee: Entermed B V
Priority date: 1996-07-04
Filing date: 1996-07-04
Publication date: 1998-01-07

Description

Stemprothese met gedeelde klep

De uitvinding betreft een stemprothese, bestemd om geplaatst te worden in een luchtpijpstoma dat zich bevindt tussen de slokdarm en de 5 luchtpijp van een gelaryngectomeerde, omvattende een buisvormig lichaam dat aan beide einden verbredingen bezit die bestemd zijn om aan te liggen tegen de wand van de slokdarm respectievelijk de luchtpijp rondom het stoma, alsmede een kleplichaam van soepel materiaal voor het afsluiten van de doorgang in het buisvormige 10 lichaam.

Een dergelijke stemprothese is bekend uit EP-A-507832. Het buisvormige lichaam van deze bekende stemprothese heeft een in een geheel aangespoten kleplichaam bestaande uit een plaatje dat via een relatief klein elastisch scharnier is opgehangen. Het nadeel van dit 15 bekende kleplichaam is dat de ophanging daarvan, gezien de geringe afmeting, kwetsbaar is. Bovendien kan deze ophanging nauwelijks de gewenste voorspankracht leveren voor het in rust in gesloten stand houden van het kleplichaam.

Doel van de uitvinding is een stemprothese te verschaffen die 20 deze nadelen mist. Dat doel wordt bereikt doordat het kleplichaam uit tenminste twee klepdelen bestaat die aan hun omtrek zijn bevestigd aan het buisvormige lichaam, welke klepdelen in gesloten toestand met hun naar elkaar gekeerde randen tegen elkaar liggen.

De klepdelen van het kleplichaam zijn stevig aan het buisvormige 25 lichaam verbonden, zodanig dat losraken betrouwbaar wordt vermeden. Aangezien elk klepdeel slechts over een deel van de omtrek van de doorgaande opening is verbonden aan het buisvormige lichaam, is de ophanging nog steeds zo soepel dat de klepdelen gemakkelijk kunnen worden geopend onder invloed van de luchtdruk in de luchtpijp.

30 De voorkeur gaat uit naar een uitvoeringsvorm waarbij het kleplichaam drie klepdelen bezit die in gesloten toestand twee aan twee tegen elkaar aan liggen. Deze uitvoeringsvorm verschaft een optimale combinatie van een soepel gedrag en een voldoend grote doortocht door het geopende kleplichaam.

35 Teneinde te verzekeren dat het kleplichaam slechts doorgang verleent in de richting naar de slokdarm, en niet in de andere richting, liggen de klepdelen in gesloten toestand schuin tegen elkaar 1003509.

2 aan onder vorming van een convex oppervlak aan de zijde waar zich de in de slokdarm plaatsbare flens bevindt.

Elk klepdeel kan, in doorsnede evenwijdig aan de langsrichting van het buisvormige lichaam, een doorsnede vorm hebben die toeneemt 5 vanaf zijn omtrek tot een maximum, en vervolgens afneemt naar zijn afdichtrand die in gesloten toestand aanligt tegen de overeenkomstige afdichtrand van een aangrenzend klepdeel. De aldus uitgevoerde klepdelen bezitten voldoende stevigheid en zijn toch soepel schamierbaar opgehangen, terwijl de relatief dunne afdichtranden een 10 betrouwbare afdichting garanderen.

Ter bescherming van het kleplichaam, dat gewoonlijk buiten de in de slokdarm plaatsbare flens reikt, is het buisvormige lichaam voortgezet tot in wezen langs het kleplichaam.

Bij voorkeur vormen het buisvormige lichaam, de flenzen en het 15 kleplichaam een geheel uit soepele kunststof.

Tevens kan het buisvormige lichaam een verstijvingsring of -huls omvatten waaromheen zich een bekleding van soepele kunststof bevindt.

Vervolgens zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.

20 Figuur 1 toont een langsdoorsnede door de stemprothese volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont een bovenaanzicht op de stemprothese.

De in figuur 1 en 2 weergegeven stemprothese omvat een buisvormig lichaam 1, dat aan beide einde is begrensd door flenzen 2, 3· Deze 25 stemprothese is op bekende wijze plaatsbaar in een luchtpijpstorna, met flens 2 in de slokdarm, en flens 3 in de luchtpijp.

Het buisvormige lichaam 1, dat een doorgang 4 bepaalt, vormt samen met de flenzen 2, 3 en het kleplichaam 5 een geheel uit siliconen materiaal. Het buisvormige lichaam is verstevigd door middel 30 van de metalen huls 6 die aan een eind een metalen kraag 7 heeft die is opgenomen in de overeenkomstig gevormde sleuf 8.

Volgens de uitvinding bestaat het kleplichaam 5 uit drie klepdelen 9. die zich elk over 120 graden van de inwendig omtrek van het buisvormige lichaam 1 uitstrekken. Elk klepdeel 9 is door middel 35 van een een elastisch scharnier vormend, relatief dun gebied 10 verbonden met het buisvormige lichaam 1. Aan hun radiaal lopende afdichtranden liggen de klepdelen afdichtend tegen elkaar.

1003509 3

Zoals te zien is in de langsdoorsnede van figuur 1, heeft elk klepdeel 9· een verdikt midden gebied 12 dat stevigheid tegen doorbuigen verschaft.

Dankzij de schuine stand van de klepdelen 9 kan het kleplichaam 5 wel openen bij een stroming in de richting naar de slokdarm, maar is de stroming in de andere richting geblokkeerd.

Ter bescherming van het kleplichaam 5 is daar omheen een beschermingsrand 13 aangebracht, die een voortzetting in een geheel vormt van het buisvormige lichaam 1.

10 Aan de flens 3 is een uitsteeksel lty aangevormd, dat een op zich bekende steel 15 draagt voor het hanteren van de stemprothese.

1003509.

Claims

1. Stemprothese, bestemd om geplaatst te worden in een luchtpijpstoma dat zich bevindt tussen de slokdarm en de luchtpijp van 5 een gelaryngectomeerde, omvattende een buisvormig lichaam (1) dat aan beide einden verbredingen (2, 3) bezit die bestemd zijn om aan te liggen tegen de wand van de slokdarm repectievelijk de luchtpijp rondom het stoma, alsmede een kleplichaam (5) van soepel materiaal voor het afsluiten van de doorgang (4) in het buisvormige lichaam (1), 10 met het kenmerk dat het kleplichaam (1) uit tenminste twee klepdelen (9) bestaat die aan hun omtrek zijn bevestigd aan het buisvormige lichaam (1), welke klepdelen (9) in gesloten toestand met hun naar elkaar gekeerde randen (11) tegen elkaar liggen.

2. Stemprothese volgens conclusie 1, waarbij het kleplichaam (5) drie klepdelen (9) bezit die in gesloten toestand twee aan twee tegen elkaar aan liggen.

3· Stemprothese volgens conclusie 1 of 2, waarbij de klepdelen 20 (9) in gesloten toestand schuin tegen elkaar aan liggen onder vorming van een convex oppervlak aan de zijde waar zich de in de slokdarm plaatsbare flens (2) bevindt.

4. Stemprothese volgens conclusie 4, waarbij elk klepdeel (9) 25 twee elkaar snijdende en radiaal lopende afdichtranden (11) heeft.

5. Stemprothese volgens conclusie 4, waarbij elk klepdeel (9) in doorsnede evenwijdig aan de langsrichting van het buisvormige lichaam (1) een doorsnede vorm heeft die toeneemt vanaf zijn omtrek tot een 30 maximum, en vervolgens afneemt naar zijn afdichtrand (11) die in gesloten toestand aanligt tegen de overeenkomstige afdichtrand (11) van een aangrenzend klepdeel (9)·

6. Stemprothese volgens conclusie een der voorgaande conclusies, 35 waarbij het kleplichaam (5) buiten de in de slokdarm plaatsbare flens (2) reikt, en het buisvormige lichaam (1) is voortgezet tot in wezen langs het kleplichaam (5) 1003509.

7· Stemprothese volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het buisvormige lichaam (1) , de flenzen (2, 3) en het kleplichaam (5) een geheel uit soepele kunststof vormen.

8. Stemprothese volgens conclusie 7, waarbij het buisvormige lichaam (1) een verstijvingsring of -huls (6) omvat waaromheen zich een bekleding van soepele kunststof bevindt.

9. Stemprothese volgens conclusie 8, waarbij de verstijvingsring 10 of -huls (6) een naar buiten wijzende kraag (7) heeft die grijpt in een groef (8) in de soepele kunststof bekleding.

1 0 0 3 5 0 9 .