NL1002853C2 - Methode voor het herkennen van een door een persoon waargenomen pagina of object, voor het vastleggen van de tijdsduur en de plaatsen van de pagina of het object die hij opmerkt of bekijkt, alsmede middelen voor toepassing bij de methode. - Google Patents

Description

Methode voor het herkennen van een door een persoon waargenomen pagina of object, voor het vastleggen van de tijdsduur en de plaatsen van de pagina of het object die hij opmerkt of bekijkt, alsmede middelen voor toepassing bij de methode.

5 De uitvinding heeft betrekking op een methode alsmede een inrichting voor het meten van de gerichte hoeveelheid visuele aandacht die personen schenken aan alle of enkele pagina's van aan hen voorgelegde tijdschriften en/of bladen dan wel aan één of meer objecten of delen daarvan.

10 Hoewel in het nu volgende in het bijzonder zal worden gesproken over tijdschriften en pagina's kan de uitvinding ook betrekking hebben op voorwerpen die in het gezichtsveld van een persoon komen dan wel worden gebracht.

Voor een adverteerder is het van veel belang te weten 15 welke mate van aandacht aan zijn advertentie wordt geschonken. Hierbij wordt in het bijzonder gedacht aan de, bijvoorbeeld in een wachtkamer bij de dokter, bij de kapper en dergelijke, aanwezig zijnde tijdschriften waaruit een persoon er een zal kiezen.

20 Momenteel kan alleen door middel van observatie, uitge voerd door een gekwalificeerde onderzoeker, worden vastgesteld op welke wijze een persoon in een geïllustreerd blad kijkt. Hij kan van voren naar achteren bladeren of juist van achteren naar voren. Hij zal bepaalde pagina's niet of heel 25 kort bekijken en andere langer. Verder zal hij bepaalde tijdschriften uit een stapel kiezen.

Wanneer een dergelijk onderzoek representatief zou moeten zijn voor bijvoorbeeld de Nederlandse bevolking zou het bijzonder kostbaar worden en nagenoeg onmogelijk uit te voe-30 ren. In het algemeen wordt dan ook getracht door het ondervragen van bepaalde personen de respons van een advertentie vast te stellen. Gebleken is echter dat de uitkomsten van dergelijke onderzoeken zeer verschillend kunnen zijn.

De uitvinding beoogt nu deze bezwaren op te heffen en 35 voorziet er daartoe in, dat met behulp van ten minste één kenmerken registrerende unit alle pagina's van één of meer tijdschriften worden opgenomen, de opnames gedigitaliseerd of op soortgelijke wijze worden verwerkt en met behulp van 1002853 2 image bewerking in een computer worden geïdentificeerd en in een geheugen opgeslagen en dat, ter plaatse waar het tijdschrift of de tijdschriften zijn neergelegd, ten minste één kenmerken registrerende unit is opgesteld voor het waarnemen 5 van de pagina die op een bepaald tijdstip door een persoon wordt bekeken door het opnemen van ten minste een deel van de pagina, het digitaliseren of op soortgelijke wijze bewerken daarvan en het door middel van een computer vergelijken ervan met de in het hiervoor genoemde ge-heugen opgeslagen 10 pagina's voor het vaststellen en registreren van de door de persoon bekeken pagina, waarbij tevens de tijd gedurende welke naar de betreffende pagina wordt gekeken wordt vastgesteld en geregistreerd.

Het zal duidelijk zijn, dat uit de geregistreerde gege-15 vens tevens kan worden bepaald in welke volgorde de persoon bepaalde pagina's heeft bekeken dus of hij van voren naar achteren heeft gebladerd of omgekeerd. Door de herkenning van de pagina's ligt ook vast welk tijdschrift of wel tijdschriften de persoon heeft bekeken.

20 De privacy van de persoon komt hierbij niet in gevaar omdat de door de kenmerken registrerende unit waargenomen beelden slechts worden geregistreerd na vergelijking ervan met de in het geheugen opgeslagen gegevens betreffende de pagina's van de diverse tijdschriften. Andere beelden worden 25 dus niet geregistreerd.

Volgens een verdere uitwerking van de uitvinding kunnen bij het opnemen van de pagina's en het digitaliseren of op soortgelijke wijze bewerken ervan verschillende bewerkingen worden toegepast zoals door middel van het gebruik van in-30 frarood licht en dergelijke voor het vaststellen van de helderheid, de glans, de kleuren, de indeling en dergelijke factoren van de op een pagina voorkomende afbeelding dan wel afbeeldingen.

Vervolgens kunnen deze eigenschappen van een pagina 35 door middel van een computer worden vergeleken met de gegevens betreffende de door een persoon aan de betreffende pagina geschonken aandacht.

Daaruit kan weer worden afgeleid welke factoren van een afbeelding op een pagina wellicht bij kunnen dragen aan het 10?' ‘ - o 3 trekken van de aandacht van een persoon.

Verder kan het van belang zijn nauwkeuriger te weten welk deel van een pagina in het bijzonder de aandacht van een persoon heeft getrokken.

5 Volgens de uitvinding kan er daartoe in worden voorzien dat de stand van het hoofd en daarmee van de ogen van de persoon ten opzichte van de pagina wordt vastgelegd en gerelateerd aan de plaats waar wordt gekeken.

Hiertoe zal het in het algemeen noodzakelijk zijn het 10 hoofd van de persoon te voorzien van energie uitzendende dan wel reflecterende middelen.

Bij energie uitzendende middelen kan in het bijzonder worden gedacht aan een bril met een daaraan bevestigde lichtbron, die een gerichte bundel van al dan niet zichtbaar 15 licht uitzendt zodanig dat de bundel nagenoeg terecht zal komen op de plaats waar de persoon naar kijkt.

De plaats waar de lichtbundel op de pagina valt kan wel met de kenmerken registrerende unit worden waargenomen zodat het aandachttrekkend vermogen van een bepaald deel van een 20 pagina nauwkeurig kan worden geregistreerd.

Bij reflecterende middelen kan worden gedacht aan het toepassen van één of meer spiegels die op het hoofd van een persoon worden bevestigd. Bevestiging kan zowel direct door middel van plakband als indirect door middel van een band om 25 het hoofd plaats vinden. Bij het bekijken van een pagina zal het hoofd over een zekere hoek worden gedraaid zowel om de verticale als de horizontale as.

In dit geval kan gebruik worden gemaakt van een vast opgestelde bron van al dan niet zichtbaar licht en zal er 30 voor worden gezorgd dat de plaats waar de gereflecteerde lichtbundel terecht komt door een kenmerken registrerende unit kan worden waargenomen en vastgelegd.

Daarbij kan er vanuit worden gegaan, dat in de meeste gevallen de plaatsen waar de weerkaatste lichtbundel is 35 terecht gekomen nagenoeg worden begrensd door een rechthoek, die correspondeert met de begrenzing van de totale afbeelding op de betreffende pagina. De dichtheid van het aantal waargenomen plaatsen zal dan een maat zijn voor de aandacht die een bepaalde afbeelding op de betreffende pagina heeft 1 0 Λ 1 ft 5 3 4 getrokken.

De inrichting voor toepassing van de boven beschreven methode zal allereerst een kenmerken registrerende unit omvatten, middelen voor het digitaliseren of op soortgelijke 5 wijze bewerken van de door de unit waargenomen opeenvolgende pagina's, en een geheugen voor het opslaan van de gedigitaliseerde of op soortgelijke wijze bewerkte gegevens van de pagina's.

Verder zal op de plaats waar zich een waar te nemen 10 persoon kan bevinden een kenmerken registrerende unit aanwezig zijn voor het waarnemen van de door de persoon bekeken pagina's, terwijl verder gebruik zal worden gemaakt van middelen voor het digitaliseren of op soortgelijke wijze bewerken van de door de unit opgenomen beelden, van middelen voor 15 het vergelijken van de laatst genoemde gedigitaliseerde of op soortgelijke wijze bewerkte beelden met de in het geheugen opgeslagen gegevens en voor het aangeven van de plaats waarnaar werd gekeken.

Voor het nauwkeuriger vaststellen van de plaats van een 20 pagina waar een persoon naar kijkt, kan worden voorzien in een lichtbron voor het uitzenden van een gerichte bundel van al dan niet zichtbaar licht, welke lichtbron al dan niet kan worden verbonden met een bril, dan wel deel daarvan kan uitmaken .

25 Ook kan gebruik worden gemaakt van een vast opgestelde lichtbron en kan het hoofd van de waar te nemen persoon worden voorzien van reflecterende middelen en kan door middel van een kenmerken registrerende unit de plaats worden waargenomen waar de gereflecteerde lichtbundel terecht komt en 30 kan deze plaats in een geheugen worden vastgelegd.

Verder moet in aanmerking worden genomen, dat een persoon, om iets goed te bekijken, niet alleen zijn blik er op moet richten maar ook zijn gehele gezichtsveld. Daartoe zullen hoofdbewegingen noodzakelijk zijn, die groter zijn 35 naarmate enerzijds de objecten die de persoon bekijkt verder van elkaar af zijn geplaatst en anderzijds het gelijktijdige bereik, dus de omvang van het gezichtsveld, kleiner is.

Nu blijkt de horizontale omvang van het gezichtsveld kleiner te zijn dan de verticale omvang, waardoor er grotere 1 o υ _; rj 3 5 horizontale dan verticale hoofdbewegingen plaats vinden. Dit kan bijvoorbeeld worden geconstateerd bij het bekijken van een krant.

Hierdoor kunnen de horizontale hoofdbewegingen voldoen-5 de zijn on op de hiervoor beschreven wijze, zoals door middel van een lichtbundel, vast te stellen waarnaar in horizontale richting wordt gekeken. De verticale hoofdbewegingen kunnen echter onvoldoende zijn om ook vast te stellen naar welke plaats in verticale richting wordt gekeken.

10 In verband hiermee kan nu worden voorzien in middelen waardoor de verticale omvang van het gezichtsveld wordt verkleind.

Deze middelen kunnen bijvoorbeeld worden gevormd door een bril of voorzetinstrument met lenzen die slechts over 15 een beperkte, centraal gelegen horizontale strook een volledig onvervormde blik toestaan terwijl door de daar boven en daar onder gelegen delen van de lenzen een optische beeld-verandering wordt veroorzaakt.

De persoon die dus de betreffende bril of het voorzet-20 instrument draagt zal gedwongen worden om grotere verticale hoofdbewegingen uit te voeren wanneer hij iets goed wil bekijken.

In de bijgaande tekening zijn schematisch in de figuren 1 en 2 de hiervoor beschreven mogelijkheden aangegeven.

25 Zoals aangegeven in fig. 1 is boven de persoon 1 op niet nader aangegeven wijze een kenmerken registrerende unit 2 aangebracht zodanig dat deze op een tijdschrift 3 zal zijn gericht dat door de persoon in de hand wordt ge-houden.

De persoon 1 draagt een bril 4 voorzien van een licht-30 bron 5, die er voor zorgt dat op de pagina 6 van het tijdschrift 3 een lichtvlek 7 ontstaat. De lichtvlek 7 zal door de unit 2 worden waargenomen en worden geregistreerd.

Een andere mogelijkheid is het hoofd van de persoon 1 te voorzien van een reflector 8, terwijl een lichtbron 9 35 vast is bevestigd aan de wand 10. Het door de reflector 8 weerkaatste licht komt terecht op de wand 10 en de plaats 11 wordt opgenomen met de kenmerken registrerende unit 12 en vastgelegd in een niet nader aangeduid geheugen. Daarbij zal de unit 2 slechts dienen voor het vaststellen en in het 1 0 fi " r- >; 6 geheugen vastleggen van de pagina waarnaar de persoon 1 kijkt.

Om er voor te zorgen dat de persoon ook in verticale richting voldoend grote hoofdbewegingen uitvoert, kan ge-5 bruik worden gemaakt van een bril 4 dan wel een voorzetin-strument, waarvan de lenzen 13, overeenkomstig fig. 2, zijn voorzien van een centrale horizontale strook 14 die een volledig onvervormde blik toestaat terwijl de boven en de onder de strook 14 gelegen delen 15 een optische beeldverandering 10 veroorzaken.

Het zal duidelijk zijn dat slechts enkele mogelijke uitvoeringsvormen van de methode volgens de uitvinding en van de daarbij toegepaste middelen zijn beschreven en toegelicht aan de hand van de tekening en dat vele wijzigingen 15 kunnen worden aangebracht zonder buiten de uitvindings-ge-dachte te vallen.

conclusies 10 0'

Claims (10)

1. Methode voor het meten van de gerichte hoeveelheid visuele aandacht die personen (1) schenken aan alle of enkele pagina's (6) van aan hen voorgelegde tijdschriften en/of 5 bladen dan wel aan één of meer objecten of delen daarvan, met het kenmerk, dat met behulp van ten minste één kenmerken registrerende unit alle pagina's (6) van één of meer tijdschriften (3) worden opgenomen, de opnames worden gedigitaliseerd of op soortgelijke wijze bewerkt en met behulp van 10 image bewerking in een computer worden geïdentificeerd en in een geheugen opgeslagen en dat, ter plaatse waar het tijdschrift of de tijdschriften (3) zijn neergelegd, ten minste één kenmerken registrerende unit (2) is opgesteld voor het waarnemen van de pagina (6) die op een bepaald tijdstip door 15 een persoon (1) wordt be-keken door het opnemen van ten minste een deel van de pagi-na (6), het digitaliseren of op soortgelijke wijze bewerken daarvan en het door middel van een computer vergelijken er-van met de in het hiervoor genoemde geheugen opgeslagen pagina's voor het vaststellen en 20 registreren van de door de persoon beke-ken pagina, waarbij tevens de tijd gedurende welke naar de betreffende pagina (6) wordt gekeken wordt vastgesteld en geregistreerd.

2. Methode volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat bij het opnemen van de pagina's (6) en het digitaliseren of op 25 soortgelijke wijze bewerken ervan verschillende bewerkingen worden toegepast zoals door middel van het gebruik van infrarood licht en dergelijke voor het vaststellen van de helderheid, de glans, de kleuren, de indeling en dergelijke factoren van de op een pagina (6) voorkomende afbeelding dan 30 wel afbeeldingen.

3. Methode volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de eigenschappen van een pagina (6) door middel van een computer worden vergeleken met de gegevens betreffende de door een persoon (1) aan de betreffende pagina (6) geschonken 35 aandacht. 10 0 2 8 * *

4. Methode volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de stand van het hoofd en daarmee van de ogen van de persoon (1) ten opzichte van de door hem bekeken pagina (6) wordt vastgelegd en gerelateerd aan de plaats 5 waar wordt gekeken.

5. Methode volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het hoofd van de persoon (1) wordt voorzien van energie uitzendende (5) dan wel reflecterende middelen.

6. Inrichting voor toepassing van de methode volgens een 10 of meer der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat deze een kenmerken registrerende unit omvat, middelen voor het digitaliseren of op soortgelijke wijze bewerken van de door de kenmerken registrerende unit waargenomen opeenvolgende pagina's (6), en een geheugen voor het opslaan van de gedi-15 gitaliseerde of op soortgelijke wijze bewerkte gegevens van de pagina's (6).

7. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmark, dat op de plaats waar zich een waar te nemen persoon (1) kan bevinden een kenmerken registrerende unit (2) aanwezig is voor 20 het waarnemen van de door de persoon bekeken pagina's (6), waarbij gebruik wordt gemaakt van middelen voor het digitaliseren of op soortgelijke wijze bewerken van de door de unit (2) opgenomen beelden en van middelen voor het vergelijken van de laatst genoemde gedigitaliseerde of op soort-25 gelijke wijze bewerkte beelden met de in het geheugen opgeslagen gegevens.

8. Inrichting volgens een der conclusies 6 of 7, met het kenmerk, dat voor het vaststellen van de plaats van een pagina (6) waar een persoon (1) naar kijkt, kan worden 30 voorzien in een lichtbron (5) voor het uitzenden van een gerichte bundel van al dan niet zichtbaar licht, welke lichtbron kan worden verbonden met een bril (4), dan wel deel daarvan kan uitmaken. 10 ' ^ 0 J v*

9. Inrichting volgens een der conclusies 6 of 7, met het kenmerk, dat een vast opgestelde energie bron (9), zoals voor al dan niet zichtbaar licht, aanwezig is en het hoofd van de persoon (1) een reflector (8) draagt, terwijl verder 5 een video camera (12) aanwezig is voor het waarnemen van de plaats waar de gereflecteerde lichtbundel terecht komt, welke plaats wordt vastgelegd in een geheugen.

10. Inrichting volgens een der conclusies 6-8, met het kenmerk, dat deze wordt gevormd door een bril (4) of voor- 10 zetinstrument waarvan de lenzen (13) slechts over een beperkte, centraal gelegen horizontale strook (14) een volledig onvervormde blik toestaan terwijl door de daar boven en daar onder gelegen delen (15) van de lenzen (13) een optische beeldverandering wordt veroorzaakt. 15 ---------------- 10 0 2 0:. ·