NL1001857C2

NL1001857C2 - Werkwijze voor het tegen vochtwerking beschermen van een gebouw.

Info

Publication number: NL1001857C2
Application number: NL1001857A
Authority: NL
Inventors: Johannes Hendrik Van Reeven
Original assignee: P Van Der Kooij Transport N V
Priority date: 1995-12-08
Filing date: 1995-12-08
Publication date: 1997-06-10

Description

W JG/GT/1

Werkwijze voor het tegen vochtwerking beschermen van een gebouw

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het tegen vochtwerking beschermen van een gebouw, omvattende het op de aardbodem binnen het gebouw aanbrengen van een laag corpusculair materiaal.

5 De aanwezigheid van vocht in een gebouw kan bij een te hoge vochtigheidsgraad veroorzaken, dat schade ontstaat aan de structuur van het gebouw, te denken valt aan houten delen van het gebouw, zoals vloeren, en aan het interieur in het gebouw, zoals aangetaste vloerbedek-10 king en meubels. Verder kan een te hoge vochtigheid het klimaat zodanig verslechteren, dat de gezondheid van de bewoners of de gebruikers aangetast kan worden.

Nagenoeg alle vochtproblemen in een gebouw kunnen worden toegeschreven aan problemen met de vocht-15 huishouding in de kruipruimte, de ruimte onder de onderste verdiepingsvloer. In het bijzonder wanneer het grondwaterpeil tot boven het niveau van de aardbodem onder het gebouw stijgt, zijn ernstige problemen te verwachten.

Hiernaast doet een door het vocht veroorzaakte 20 stank verder afbreuk aan tenminste het woonklimaat en/of de leefomstandigheden in het gebouw.

Het is bekend de aardbodem binnen het gebouw te bedekken met corpusculair materiaal, zoals grind. In veel gevallen is deze oplossing echter niet permanent en kan 25 na verloop van tijd het vochtprobleem opnieuw optreden.

Uit de Nederlandse octrooiaanvrage nr. 89.01087 is verder bekend om op de aardbodem een laag schelpen aan te brengen als corpusculair materiaal. Hoewel een laag schelpen als corpusculair materiaal op de aardbodem in 30 een aantal gevallen afdoende is problemen met de vochtigheidsgraad ten minste enige tijd afdoende te bestrijden, 1001857 2 is gebleken, dat in het bijzonder stankoverlast veelal terugkeert.

De uitvinding beoogt de bovengenoemde bezwaren op te heffen, en verschaft daartoe een werkwijze, die 5 zich onderscheidt, doordat op de bodem een laag kalkkor-rels omvattend corpusculair materiaal wordt aangebracht.

De werkwijze volgens de onderhavige uitvinding heeft als voordeel, dat de op de aardbodem aan te brengen laag kalkkorrels geschikt is stankoverlast optimaal te 10 bestrijden als gevolg van de neutraliserende werking van kalk met betrekking tot de stank, waaruit de kalkkorrels, en in het bijzonder de oppervlakken van de kalkkorrels, bestaan. Verder vertonen de kalkkorrels naast de vochtwerende eigenschappen tevens een thermische isolatielaag, 15 waardoor wordt bespaard op verwarmingskosten.

In een voorkeursuitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding wordt op de bodem een laag schelpen omvattend corpusculair materiaal aangebracht.

In deze voorkeursuitvoeringsvorm wordt derhalve 20 een mengsel van kalkkorrels en schelpen op de aardbodem in het gebouw aangebracht. Het voordeel hiervan is, dat kalkkorrels, evenals de schelpen, natuurprodukten van maritieme herkomst kunnen zijn, waarbij de schelpen en de kalkkorrels gezamenlijk gewonnen kunnen worden.

25 Aan de hand van de tekening wordt een voor keursuitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding nader toegelicht.

Op een fundering 3 is een buitenmuur 4 van huis 1 opgemetseld. Een onderste verdiepingsvloer 2 strekt 30 zich op een zekere hoogte boven de fundering 3 uit.

Tussen de vloer 2 en de aardbodem 5 is een ruimte aanwezig, die gewoonlijk een zodanige hoogte heeft, dat men zich daarin kruipend kan voortbewegen. In de kruipruimte 6 zijn veelal afvoer- en aanvoerleidingen gelegd.

35 Door de aardbodem 5 kan vrij vocht in de kruip ruimte 6 doordringen. Bijvoorbeeld bij een hoge grondwaterstand kan daardoor de vochtigheid in de kruipruimte 6 zeer hoog worden. Deze vochtigheid verspreidt zich door 1 0 0 1 8 5 7 3 de bovenliggende vertrekken in het huis en tast het woonklimaat aan. Bovendien kan door hoge vochtigheid schimmel ontstaan, die weer stank met zich meebrengt. Wanneer de vloer 2 een houten vloer is, kan door hoge 5 vochtigheid aantasting van deze vloer optreden. Bovendien kunnen de in de kruipruimte 6 gelegde leidingen worden aangetast.

De vochtigheidproblematiek in de kruipruimte 6 wordt met de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding 10 verholpen door op de aardbodem 5 daarin een laag kalkkor-rels 12 aan te brengen. In de hier getoonde uitvoeringsvorm wordt in de vorm van een laag een mengsel 11 van kalkkorrels 12 en schelpen 10 aangebracht. Bij voorkeur wordt het mengsel 11 in een dikte van 20 a 25 cm aange-15 bracht.

De laag mengsel 11 wordt op de aardbodem 5 aangebracht, door deze in de ruimte onder de vloer 2 in te blazen. De laag mengsel 11 wordt bij voorkeur aangevoerd met behulp van een zuig-blaasauto 9, welke is 20 voorzien van een compressor voor het opwekken van een luchtstroom. In deze luchtstroom worden de schelpen door de slang 8 heen getransporteerd. De slang 8 kan bijvoorbeeld door een luik 7 in de vloer 2 worden gestoken, en op deze wijze kan de laag mengsel 11, dat met de lucht 25 uit het uiteinde van de slang 8 naar buiten komt, gericht op de aardbodem 5 worden aangebracht.

Indien de ruimte onder de vloer 2 niet via een luik 7 of een dergelijke toegankelijk is, kan in de buitenmuur 4 een gat worden aangebracht om op deze wijze 30 de laag mengsel 11 toe te voeren.

Vanzelfsprekend kan de werkwijze tevens worden toegepast bij een woning, waarbij de hoogte van de ruimte tussen de onderste verdiepingsvloer 2 en de aardbodem geen "kruiphoogte" heeft, maar aanmerkelijk lager is.

35 Behalve door inblazen kan de laag mengsel 11 tevens op andere wijzen worden aangebracht. Het inblazen vormt echter een doeltreffende methode en verdient daarom de voorkeur.

1001857

Claims

1. Werkwijze voor het tegen vochtwerking beschermen van een gebouw, omvattende het op de aardbodem binnen het gebouw aanbrengen van een laag corpusculair materiaal, gekenmerkt door het op de aardbodem aanbrengen 5 van een laag kalkkorrels omvattend corpusculair materiaal .

2. Werkwijze volgens conclusie 1, gekenmerkt door het op de aardbodem aanbrengen van een laag schelpen omvattend corpusculair materiaal. 1001857