BE903861A - Dempingselement. - Google Patents
Dempingselement. Download PDFInfo
- Publication number
- BE903861A BE903861A BE0/216010A BE216010A BE903861A BE 903861 A BE903861 A BE 903861A BE 0/216010 A BE0/216010 A BE 0/216010A BE 216010 A BE216010 A BE 216010A BE 903861 A BE903861 A BE 903861A
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- parts
- damping element
- compressive force
- element according
- damping
- Prior art date
Links
Classifications
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16F—SPRINGS; SHOCK-ABSORBERS; MEANS FOR DAMPING VIBRATION
- F16F1/00—Springs
- F16F1/36—Springs made of rubber or other material having high internal friction, e.g. thermoplastic elastomers
- F16F1/42—Springs made of rubber or other material having high internal friction, e.g. thermoplastic elastomers characterised by the mode of stressing
- F16F1/44—Springs made of rubber or other material having high internal friction, e.g. thermoplastic elastomers characterised by the mode of stressing loaded mainly in compression
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E01—CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
- E01B—PERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
- E01B9/00—Fastening rails on sleepers, or the like
- E01B9/68—Pads or the like, e.g. of wood, rubber, placed under the rail, tie-plate, or chair
- E01B9/681—Pads or the like, e.g. of wood, rubber, placed under the rail, tie-plate, or chair characterised by the material
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E01—CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
- E01B—PERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
- E01B9/00—Fastening rails on sleepers, or the like
- E01B9/68—Pads or the like, e.g. of wood, rubber, placed under the rail, tie-plate, or chair
- E01B9/685—Pads or the like, e.g. of wood, rubber, placed under the rail, tie-plate, or chair characterised by their shape
- E01B9/686—Pads or the like, e.g. of wood, rubber, placed under the rail, tie-plate, or chair characterised by their shape with textured surface
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16F—SPRINGS; SHOCK-ABSORBERS; MEANS FOR DAMPING VIBRATION
- F16F2236/00—Mode of stressing of basic spring or damper elements or devices incorporating such elements
- F16F2236/04—Compression
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Architecture (AREA)
- Civil Engineering (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- Health & Medical Sciences (AREA)
- Child & Adolescent Psychology (AREA)
- Vibration Prevention Devices (AREA)
Abstract
Dempingselement 1 dat aan minstens één van de zijden 2 twee elastisch vervormbare delen 3 en 4 omvat, welke nagenoeg onafhankelijk van elkaar vervormd kunnen worden onder invloed van een op deze zijde uitgeoefende drukkracht 6, warbij vanaf een bepaalde samendrukking van één van de delen 3 minstens 50 % van deze drukkracht overgedragen wordt op het ander deel 4, terwijl beneden deze bepaalde samendrukking de op dit ander deel 4 overgedragen drukkracht kleiner blijft dan 20 %. Dit dempingselement is bijzonder geschikt voor het opvangen van trillingen veroorzaakt door tijdelijke lasten, en voertuigen die zich op een spoorweg verplaatsen.
Description
<Desc/Clms Page number 1> De uitvinding heeft betrekking op een dempingselement dat in het bijzonder geschikt is voor het opvangen van trillingen die veroorzaakt worden door tijdelijke lasten, zoals voertuigen die zieh verplaatsen op een spoorweg. De uitvinding heeft tot doel een dergelijk dempingselement voor te stellen van zeer eenvoudige comtrurtle rnet een zeer efficiënte dempingsfactor en waarvan vooral ae levensduer zeer groot 15. Een ander belangrijk kenmerk val iet desbetreffend dempingselement IS dat het snel en op een zeer eenvoudlge mjnler gepldatst kan worden zonder dat het nodig is gebruik te maken van gespecialiseerde werkkrachten. EMI1.1 Tot dit doel omvat het dempii-igselement 'ttens inding unstens van z1jr. zijden r < nstcfi' < ee \er\ormbare van elkaar venorme rdcn onder Inloed an een op deze zijde uitgeoefende drukkirhi. aarbtj < inaf van de delen minstens 50 % van deze drukkrarht rgedragen ") op het andere deel, terwijl beneden deze brtmjt de op dit de uiibhjft dan 20 ö. In een @@zondere uitvoeringsvorm van de uitvinding springen aan minstens één van de zljden van het dempingselement de twee elastisch vervormabare delen ten opzichte van elkaar vooruit en kunnen deze delen nagenoeg onafhankelijk van elkaar vervormd worden onder EMI1.2 ingoed een op reenvolens op con van dczo rl <Desc/Clms Page number 2> sainIn een meer ijzondere uitvoeringsvorra van de uitvinding zijn middelen voorzien om minstens aan de ztjde van de delen, tegenover deze waarop de drukkracht uitgeoefend wordt. de uitzetting van deze delen te beperken volgens een richting dwars ten opzichte van deze volgens dewelke de drukkracht uitgeoefend wordt. In een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding bestaan de elastisch vervormbare delen minstens gedee ! telijk uit visco-elastisch mattriaal, zoals rubber, kurk, elastomeer en dergelijke. Andere bijzonderheden en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hierna volgende beschrtjving van enkele bijzondere uitvoeringsvormen van de uttvipding ; deze beschrijving wordt enkel als voorbeeld gegeven en beperkt de draagwijdte van de gevorderde bescherming niet ; in de hieraan toegevoegde figuren hebben dezelfde verwijzingscijfers betrekking op dezelfde of analoge element. Figuur 1 is een schematische voorstelling van een bovenaanzlcht van een eerste uitvoeringsvorm van het dempingselement volgens de uitvinding. Figuur 2 is een dwarsdoorsnede volgens de li) n 11-11 van figuur 1, Figuur 3 is een schematisch bovenaanzicht van een tweede ultvoermgsvorm van het dempingselement volgens de uitvinding. Figuur 4 15 cen dwarsdoorsnede volgens de hin IV-IV van flguur 3. Figuur 5 is een schematische voorstelling van een zijaanzicht van een dempingselement volgens een derde uitvoeringsvorm van de uitvinding. Figuur 6 15 een schematische voorstelling, met EMI2.1 gedeelteli) van een vlerde ultvoermg'orrn van een ke dodempingselementvolgensdeuitvinding. Figuur 7 is een schematische voorstelling van een mathematisch model van de dempingsverschijselen. Figuur 8 is een grafische voorstcthng van de EMI2.2 overebrachtc or een bepaald+ kracht in an oppekte cnuc. <Desc/Clms Page number 3> EMI3.1 Figuur 9 ts een perspektief een deel van een'. is met dempingselementen de krj < ht uitvinding. Figuur 10 is t i voorsteihng op grotere schaal, van een gedeeltelijke doorsnede volgens liin X-X van figuur @ Figuur 11 is een grafische voorstelling van de toegepaste kracht in functie van de samendrukking van een dempingselement volgensdeuitvinding. Algemeen kan gesteld worden dat de uitvinding betrekking heeft op een bijzondere conceptie van een dempingselement dat geschikt is voor alle trillingsdempende toepassingen waar een dynamische last meestal zeer belangriJk is ten opzlchte van een statische last en/of waar de dynamIsche last slechts zeer tijdelijk aanwezig is. Een dergelijk toepassingsdomemin is in het bijzonder de trJlingsderr : pende Isolatle van spoorwegen, zowel voor trelnen, altrams. enz... EMI3.2 In principe bestaat het dc'n) sctcmer' ens de uitvindirig uit mtnstens nagenoeg onafhankhjk worden onder een op deze delen ultgeoeferlde dus bestaat ui. een dynamlbche kracht en een statische kracht, waarbij vanaf een bepaalde samendrukking \an jt'een van deze delen minstens 50 % van de drukkracht overgedragen wordt op het ander decl, terwljl beneden deze bepaalde sarrfendrukktng de op dit ander deel overgedragen drukkracht kletter blijft dan 20 %. Meer konkreet kan gesteld worden djc deze bepaalde sartiondrukking ontstaat op het ogenblik dat naabt de statische kracht eveneen, de dynamische kracht inwerkt op het dempingselement, terwijl beneden deze bepaalde samendrukt ring nagenoeg enkel de statische krachi op het dempingselement inwerkt. In de meeste gevallen steit men vast dat goede EMI3.3 resultaten worden wanneer rmnstens 80 % van overgcdragen'Aordt op het ander deel vanaf arriendrukktr) een van de dt r < ander deel o-fffdrcn 'r ). <Desc/Clms Page number 4> Figuren 1 en 2 hebben betrekking op een dempingselement i met een vierkante horizontale doorsnede. Het betreft hier een element dat bestaat uit een visco-elastisch materiaal, zoals rubber, kurk, elastomeren of dergehjke. In deze uitvoeringsvorm zijn twee elastisch vervormbare delen 2 en 3 voorzien die ten opzichte van elkaar vooruitspringen en nagenoeg onafhankelijk van elkaar kunnen vervormd worden onder inv ! oed van een uitgeoefende drukkracht, welke eerst op het meest vooruitspnngend deel 3 en vervolgens op dit deel 3 en deel 4 tegelijkertijd inwerkt. Deze delen 3 er. 4 zijn aan de zijde 5 ervan tegenever deze waarop de drukkracht uitgeoefend wordt onderling met elkaar verbonden. In deze specifieke uitvoeringsvorm vormen deze delen 3 en 4 samen een enkele blok. Verder zijn middelen voorzien om minstens aman de ijde 5 de uitzetting van deze delen tr beperken volgens een richting dwars'en opzirhte van deze volgens dewelke de drukkracht uftgeoetend wordt. In tlguur 2 wordt de rlchtlng van de drukkracht aangeduid door pijl 6, zodanlg dus dat deze mlddelen de kiitzetting vdn de delen beperkt volgens een richting loodrecht op deze volgens pijl 6. In deze uitvoeringsvorm van het dempingselement volgens de uitvinding worden deze middelen gevormd door een nagcnoeg met uitrebbare bewapening 7 welke een geheel vormt met de zijde 5 van de deien 3 en 4. Deze bewapening bestaat bij voorkeur utt een stijf weefsel. bijvoorbeeldkoolstofvezels, polyestervezels,aramidevezelsendergelijkewelke een belangrijke weerstand tegen verlenging vertonen en verzonken ts In deze zijde ) Steeds in deze specifieke uitvoeringsvorm. zijn EMI4.1 de 3 en 4 coaxiaal volgens de r' < "hting de uttgeoc'cndc Deze delen schelden de zijde 2 ervan door een tcu 3 uitstrekt. Tenelnde /ofgen 'belde nüc r worden. jn rnt < .'r gte an ' 4. Ir, 'u ''nnsvo''fn '."n-. t-r.) ihdr'h <Desc/Clms Page number 5> elahtlol sh servorrntedre d lenmeest voorultsprngend deel 3 centrait en is het bovencppervjjk ervan, waarop de drukkracht toegepast wordt, merkehjk kleiner dan dat van het andere deel 4, zodanig dat de stijfheid van dit laatste eveneens merkelijk EMI5.1 hoger is dan deze van het deel 3. De genoemde bepaalde samendrukking of met andere woorden het hoogteverschil tussen de beide delen 3 en 4 stemt nagenoeg overeen met een drukkracht die ten hoogste gelijk is aan deze die ontstaat bij de minimum voorziene belasting van het dempingselement, t. i. z. blJ de statische last. Zoais duidelijk blijkt uit figuur 2 vertoont de EMI5.2 gleuf S een zeker' breedte dat de koppen 9 van de delen 3 en 4 die zich aan de van het dempingselement bevinden, onder een drtikkracht 6, vrij kunnen zodanigdward is op deze van de drukkracht. In de figuren 3 en 4 wordt ver, tweede uitvoeringssorm voorgesteld van een dempingselement volgens de uitvinding. Deze uitvoeringsvorm onderscheldt zi (hazan de hierboven eerste beschreven uitvoeringsvorm door het fel dat de horizontale doorsnede cirkelvormig is en de rnlddelen om de uitzetting van de delen 3 en 4 ajn hun ondprztjde 5 te beperken volgens een richting dwars ten opzichte EMI5.3 van de r 6 van de bestaat uit een metalen schotel : rhtingopstaande randen 7', welke de onderzijde 2 zijdelings omslutten. In dit geval is het dus niet noodzakelijk gebruik te mdkcn'an de bewapening, zoals voorgesteld werd in figurr 2. EMI5.4 De in de figuur 5 voorgestelde or. rschefdt de twee vorige door het fett dat deze bestaat uit dite elastlsch ultvoerlnt urnlvervorrnd kunnen worden onder invloed van een op de Zijdc 2 uttgeoefeflde drukkrarht volgens pijl 6. Zoals vastgesteld kan worden neemt de hoogte ervdn ji vanaf het centrurn naar de buttenrand van het dempingselement. Het centrall gelegen deel 3 wordt in feite omringd door twee concentrische rmgvormtge delen 4 en 4' met afnementde hoogten. <Desc/Clms Page number 6> EMI6.1 c Een dergelijke uitvoeringsvorm kan bijvoorbeeld nuttig zijn wanneer ce-n van de componenten van de toegepaste drukkracht retat) Tenslotte stelt 6 een vierde uitvoeringsvorm voor van bljvoorbeeld een in een machine ingebouwd dempingselement volgens de uiivmdtng. Het betreft hier een uitvoeringsvorm waarvan twee tegenover clkaar liggende ziiden van uitstekende delen 3 en 4, waarbil bovendien het laagste 4 het centrale vormt. Dit element rtitnder aarin ce 12 werkzaam zijn en de d sbetreffende op het demptngselement volgens de d5 van de ( wordt door de pijlen 6. In de ultvoeringsvormen volgens de t ren '1 5 van het element 1 bevesttgd op een stilt u'ur door Itjmenofvuhfnatie. ai andere in dit steunviak een passende uiparlng te \v. het element vastgezet wordt. Ir, een : t'rhcilJk de bewapening'7, deze bu jt'\c'cr) svorm. met opstaande randen 7', zoah -, eede "1 op deze wljze ordt ens serllndttd 5 van het element zijdelings zou uttzetten orlder 6. steunvlak 10 kan bijvoorbeeld vormd worden 'lodem of vloerplaat waarop het etemen rust. litas) tans kan het zijn dat het, eunvlak . '-op C wordt zieh aan de bovenzijde bevindt. In dit g at zijde 5 onderaan een dergeljk s ) bc\'l) d Hierna worden op-en t-. cbrLik an n'ptngselement de utivinding. Het betreft hier meer id [ rs . 'tr jjrf) .' crs ' '''''.'ptngsetprnenten oorbeeld cf"--.".'fi '-"t.'rj'- r . %, orgestel, o, 4. <Desc/Clms Page number 7> Deze toepassing wordt geïllustreerd door figuren 9 tot 11. Om een efficiente trillingsdempende isolatie te bekomen, dient de eigen frekwentie van het triliingsdempend systeem (resonantiefrekwentte) zo laag mogelijk te zijn. Inderdaad. de kracht die overgebracht wordt naar de bodem voor een bepaalde opwekkingskracht in functie van de opwekkmgsfrekwenue wordt gegeven in figuur S. Men stelt vast dat de overgebrachte krachten sterk gedempt werden voor frekwenties boven fo V2, waarln fo de resonantiefrekwentie is. Beneden de resonantiefrekwenue is het systeem niet efficënt of kan zelfs de overgebrachte kracht versterkt worden. Figuren 7 en 8 zljn in principe enkel geldig voor een systeem met één vrijheidsgraad (en één resonantiefrekwentie). De redenering is eveneens geldig voor een systeem met meerdere resonantiefrekwenties. In dit geval diet-t men de laagste resonantlefrekwentle te beschouwen. De resonanticfrekwentie voor een systeem met eenvrnheidsgraadwordtgegevendoorvolgendevergelijking : EMI7.1 1 :dynamischestijfherd t : masba van hft systeem EMI7.2 Voor een Y5teer. de fnjssa vjrjeren infun < de in acht genomen voorwaarden 15 het dus on ke ctrieert of slechts wemnig Dit is btivoorbeeld het geal begonnen d op rubberen steunen met een vorrn waarop spoor\pgratls tn. orfn steunen et fun de te drigtn massa. De rnasa ! of niet. 1) tt'wurden t- van de 1ft'I dur trihnger) orzda 'n "is getouden , de d.'tjn ' tk'n <Desc/Clms Page number 8> EMI8.1 mjken waarvan de st)) is lasten. Ott kan niet bekomen met steunen waarvan de samendrukkingskurve lineair is, t. met een ùnstantc daar hoog wordt, hetgeen vermoeienis problemen van de matertalen Thans werd vastgesteld dat aan deze problemen verholpen wordt door gebrulk te maken als steun voor een betonnen dwarsligget of plaat van het demptnsetement volgens de beschreven werden. Inderdaad, door de spertficke deDtngselement men een plotse stiling van < 1 tufheld bepaalde last, t. het ogenbhk ton'. uttsiekende het demplngselement ", andere deel ervan. De last \anat dc"e-, st)e j. de sujtheldswaarden de ktc c zarteren sen ke grenzen door het aanpassen van. rni dcmpmgselement. De uttvtndm'. t de eerstc de figuren 1 en 2. dat toegepast wordt b) . utt\ocrtngsvoorbee De compresse karaktertsitck cbkIe dcmpingseiement rahsche voorstelhng van de uegepahte drukkrj F in {urn :. De stllfheld in deel '-et ''t"meni -. n h < - ''j rrl evii in , iet '" st'k'fcrn cord'.'. n ) 'n n. <Desc/Clms Page number 9> EMI9.1 In dit specifiek voorbeeld \\orf) cbrutk gemaakt van rubber. Het hoogteverschil tussen de delen 'n mm. Zoals duidelijk bitjkt u'ir i betonnen dwarsligger 14 op drie dempingselementen L De berekening van de massa < ." < < 'htc. oii Beton X 1, X 0, m X 2500 Rails X 0, X 50 kg/m = 75 kg. Dit vormt 91, kg per dempingselement. De resonantiefrekwenue van an sv'm df'. t bedraagt dus EMI9.2 EMI9.3 waarin de stijjthejd , de sj skur\e ormt en m. massa voorsteit) (zorider De massa welke op de zo meneer een treiri. op het spoor % an hc-t tn'-tet b"''n < l'r. treinstel wordt van 24, meter wordt de massa per EMI9.4 EMI9.5 In het geval waar i. \\. ) dient echter een andere te worden en dergeitjk dnwezlg De ', ' f ! der d aan'.'. ''rj'.. ) t EMI9.6 <Desc/Clms Page number 10> EMI10.1 Zonder deze samendrukkmg blijft een theoretische speling van-0, mm tussen de betonnen dwarshggpr 14 en de bovenzijde het deel 4 van het dempmgselement. In dus enkel rekening gehouden te worden met de stijfheld van het deel 3 van het dempingselement. Wanneer een treinstel aanwezlg de supplementaire samendrukktng gelijk zijn aan L h2 + A 0, mm en de samendrukking voorstelt van het deel op de hoogte van deel 4 dat dan in aanraking komt met de betonnen dwarsligger 14. betreft hier dus de hierboven reeds aangehaalde"bepaatde A h3 stelt de samendrukkmg voor van de delen 3 er. 4 onder de overblijvende en wordt EMI10.2 . 30 mm X 500 N/mm) /n=----------------- $OON/rnm EMI10.3 = 0. mm De totale < .-. wanneer het treinstel voorbil komt is als volgt & h = A h 1 + Zbh2 +dCih3 Ah =Ahl-. h2 h3 : hterbt) bevindt men ..r deei van de rompresstekurve van flguur 11. De resonanucfrckwcftc'. r''n dit geval weergegeven door \olgende EMI10.4 EMI10.5 waann k2 de van het demptngselement weergeeft onder en m-d < 'massa de aanwezigheid Van t EMI10.6 EMI10.7 ueze tlst . T gebru n selernent ld ' vi rnoc'it)) kt sdrTwnd j".. re t lfi , r <Desc/Clms Page number 11> EMI11.1 hggen. Bovendien zijn deze frekwenties laag zonder dat de doorzakku dn de trein belangnjk wordt. Dergelijke resultaten kunn'n bekomen worden met een systeem waarvan de kornpressle karakienstfek lineair is. Dankzij de speciale vorm van het dempingselerren volgens de worden de vermoeiingsproblemen \an invloed de wisselende drukkrachten zeer sterk gereduccerd. Een belangrijk kenmerk van de herboren beschreven uttvoenngsvormen van het dempingselement. vo'gens nd'n bestaat erin dat, enerzijds, de koppen 9 van de zijdellngs uitzetten en, anderzijds, de basis an dergetijke niet kan ondergaan onder invloed . Voor de zijde 5 heeit dit o. m. ats e\oi i i beveMtssingsrmddel, de ljjmlaag die deze zijde 5 \astn < l'chi . draagiak voorbeeld de onderzijde of het steunvlak 10, waarop de dwarsliggers door dernpinsetementet') en. De uitvinding JS geens hicrbo\en en geord < 'rde croen 'jrd'f. o. vorm en dempingselenlem. Aldus kunnen elk van de d-tt'n 3 en de'np) sc-ieln < . ck'' 3 cn 4 kan deel n ejtornereerd 1eel volledige \uti\jni'- < . gepolynieribet-r n stap ut u'rnc-rdor tjp '. waarbi) van een of 'rdc.-c-crs rjmaterialen, De ' n'.-. demptng', 'n t') ct-'. fd < '''. samenvoeg'.' en ebeuren door < '' ". eikaar '-sch. ". insot - ..'''n elk, , L) riderdelefi door <Desc/Clms Page number 12> t waabevestigingsmiddelen. De niet uitrekbare zijde 5 van het element kan bijvoorbeeld eveneens bekomen worden door gebruik te maken van een stiive plaat die tegen deze zjde gekleefd wordt. Ook kunnen in sommige gevallen beide delen 3 en 4 van het dempirigselement nagenoeg dezelfde hoogte vertonen. Dit zou bijvoorbeeld het geval zijn indien, in de uitvoeringsvorm volgers figuur 1 en 2, op de kop 9 van deel 4 een iaag aangebracht wordt van een matertaat met zeer geringe stijfheid, zoals een soepel schuim waarvan de dikte gelijk is aan EMI12.1 het dikteverschtt tussen de delen 4, volgens deze 0
Claims (1)
- 3 enCONCLUSIES 1. Dempingselement, met het kenmerk dat het aan minstens een van zijn zijden minstens twee elastisch vervormbare delen omvat, welke nagenoeg afhankelijk van elkaar vervormd kunnen worden onder invloed van een op deze zijde uitgeoefende drukkracht, waarblj vanaf een bepaalde samendrukking van cen van de delen minstens 50 % van deze drdkkracht overgedragen wordt op het ander deel, terwijl beneden deze bepaalde samendrukking de op dit ander deel overgedragen drukkracht kleiner blijft dan 20 %.2. Dempingselement volgens conclusie 1, met het kenmerk dat vanaf een bepaalde samendrukking van éen van de delen minstens 80 % van genoemde drukkract : t overgedragen wordt cp het. ander deel, terwijl beneden deze bepaalde samendrukking de op d) t ander deel overgedragen drukkracht kleiner blijkt dan 5 %.3. Dempingselement volgens één V an de conclusies 1 of 2, met het kenmerk dat aan minstens van van zelden de EMI13.1 : cp ten opzichte van ei. r. van elkaar kunnen vervormd . . een op deze zijde ultgeoefende drukkracht, welke achtereen\oh' p van deze delen en op beide delen inwerkt.4. Dempingselement \olgn n c concluslcs. dat genoemde delen aan de zi) te-genover deze waarop de drukkracht ccefer. et verbonden ztjn.5. Dempingselement volgens één \an corluses, met het kenmerk dat mddelen om gunste' de z11de van de delen tegenov'r waarop de drukkracht ungeoetend de uitzetting van deze delen te beperken op71chte van deze volgens dewelke de drukkracht oetcid ordt.6. Demptngsefetncnt volgens e ('onriustes. h orrnbarc ' gc'deelteh) taan . ."'... tK eii <Desc/Clms Page number 14> 7. Dempingselement volgens conclusit 6, met het kenmerk dat de genoemde middeten voor het beperken var. de zijdelingse EMI14.1 ultzettlrlg van de elastisch vervormbare delen een weinig uitrekbare hewapentng omvatten welke een geheel vormt met de zijde van de delen die zieh bevindt tegenover deze waarop de drukkracht toegepast wordt.8. Dempingseiernent volgens de vorige conclusie, met het kenrrerk dat de bewapening gevormd is uit een stijf weefsel dat verzonken is in de zijde van de delen die zich bevindt tegenover deze waarop de drukkracht toegepast wordt.9. Dempingselement volgens conclusie 5, met het kenmerk dat genoemde middelen voor het beperken van de zijdelingse uitzetting van de elastisch vervormbare delen een stijve rand vertonen welke de zijde van deze delen, die zich bevindt tegenover deze waarop de drukkracht toegepast wordt, minstens zijdelings omslun.10. Dempingselement volgens één van de sorge conclusies, met het kenmerk dat de zijde van de delen, die zich bevindt teger. over deze waarop de drukkracht toegepast wordt, bevengd is ap een stijfsteunvlak.11. Dempingselement volgens één van de vorige conelusles, met het kenmerk dat de elastisch vervormbare delen. nagenoeg ccaxiaal zion volgens de richting van de uttgeoetenae drukkracht.12. Dempingselement volgens één van de conclusies 6 tot 11, met het kenmerk dat de minstens gedeeeli-zlij, un vlsco-eiastlsch matertaal bestaande delen mmstens aan hun zijde watrop de drukker' uttgeoefend wordt van elkaar gescheiden zijn door een gleuf.13. Demptngselement volgens de vorige EMI14.2 conclusie, met l1\'t kenmerk dat de diepte van de gleuf grcter n dan 70 06 van de hoogte van het deel, dat vanaf een bepaalde samendrukking van het drder . de drukkracht opvangt. op he deze bepaa amendrukkmg 14. Dempingselernent volgens de vorice ronrtutes, kenmerk dat L-mde same'tdrukkln ndcrgjjt e warop 'bcpa. oergedrjn'' r <Desc/Clms Page number 15> deel munstens 50 % v15. Dempingselement volgens één van de vorige conclusies, met het kenmerk dat genoemde bepaalde samendrukking overeenstemt met een drukkracht die ten hoogste geitjk ts aan deze die ontstaat bij de minimum voorziene belasting van het dempingselement.16. Dempingselement volgens één van de vonge conclusies, met het kenmerk dat genoemde elastisch vervormbare delen een verschillende stijfheid bij samendrukking ten opzichte van elkaar vertonen. EMI15.1 i van de vorige 7. Oemp : ngseienr) ent votgens eenconciusies, met he' kenmerk dat de elastisch vervormbare delen samen één enkele blok vormen.18. Dempingselement volgens een van de vorige conclusies, met het kenmerk dat de zijden van de elastisch vervormbare delen waarop de drukkracht uitgeoefend wordt zich op een bepaalde afstand van elkaar bev. nden. opdat deze zijden, onder inwerking van deze drukkra ht, EMI15.2 , zouden Hunnen uttzetten ars rildrukkrarhi.19. Dempingselement, zoals htervoor beschreven EMI15.3 of In bt) c 20. Spoorweg met dwarsliggers \\arop bevestlgc ; rs dempJngsciemenien, of in bllgevoegde voorgesid erd.
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE0/216010A BE903861A (nl) | 1985-12-16 | 1985-12-16 | Dempingselement. |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE0/216010A BE903861A (nl) | 1985-12-16 | 1985-12-16 | Dempingselement. |
BE903861 | 1985-12-16 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE903861A true BE903861A (nl) | 1986-04-16 |
Family
ID=25654800
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE0/216010A BE903861A (nl) | 1985-12-16 | 1985-12-16 | Dempingselement. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
BE (1) | BE903861A (nl) |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP2662489A1 (en) * | 2012-05-07 | 2013-11-13 | Cdm N.V. | Elastic pad to be placed between a rail and a sleeper |
-
1985
- 1985-12-16 BE BE0/216010A patent/BE903861A/nl not_active IP Right Cessation
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP2662489A1 (en) * | 2012-05-07 | 2013-11-13 | Cdm N.V. | Elastic pad to be placed between a rail and a sleeper |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
RU2487207C2 (ru) | Железнодорожная шпала | |
DE19509972C2 (de) | Sandwichplatte | |
US4203546A (en) | Oscillation dampening system for a railway track | |
US3844576A (en) | Vibration damped ski | |
CA1040930A (en) | Freight car truck friction stabilizer providing constant friction force from empty condition to approximately one half loaded car condition and variable damping thereafter | |
RU130314U1 (ru) | Подрельсовая опора с амортизатором | |
CA2113170C (en) | Shock absorber component | |
Zacher et al. | Dynamic behaviour of ballast on railway bridges | |
US4235371A (en) | Track arrangement for a railroad | |
US7278588B2 (en) | Elastomeric railway tie pad | |
KR102005490B1 (ko) | 콘크리트 침목 및 고형 차로 | |
CA2031649A1 (en) | Attenuating pad for concrete railway ties | |
US6027034A (en) | Superstructure construction | |
CN100516363C (zh) | 钢轨减震器 | |
CN103088727B (zh) | 一种轨道抗偏摆定距装置 | |
BE903861A (nl) | Dempingselement. | |
CN108425988A (zh) | 一种油罐车发动机减震装置及减震方法 | |
FR2342193A1 (fr) | Lisoir pour vehicule ferroviaire | |
CN107804768A (zh) | 一种建筑材料用升降机轿厢减震装置 | |
CN208578167U (zh) | 一种钢结构隔震支座 | |
DE2701597A1 (de) | Biegsame unterlagsplatte fuer den eisenbahnbau | |
US6325301B1 (en) | Track support system | |
Nordborg | Vertical rail vibrations: Noise and structure-borne sound generation. | |
US3550850A (en) | Device for fixing a composite sleeper on a railway track support without ballast | |
CN213451473U (zh) | 一种用于精密仪器的三维减振装置 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
RE | Patent lapsed |
Owner name: S.A. BERGOUGNAN BENELUX N.V. Effective date: 19941231 |