<Desc/Clms Page number 1>
BESCHRIJVING behorende bij een UITVINDINGSOCTROOIAANVRAGE' ten name van
Transtec Operating Limited Company voor : "Inrichting voor het aanvoeren, verdelen en kompakteren van los gestorte stoffen in een opslaghouder, voertuig of vaartuig."
<Desc/Clms Page number 2>
Aanvrager : Transtec Operating. Limited Company.
Geregistreerd in Jersey onder nr. 26759
17 Seatonplace
St. Heller-Jersey.
Korte aanduiding : Inrichting voor het aanvoeren, verdelen en kompakteren van los gestorte stoffen in een opslaghouder, voertuig of vaartuig.
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het aanvoeren, verdelen en in sommige gevallen, afhankelijk van de materiaaleigenschappen, kompakteren van losgestorte goederen in houders zoals tanks, silo's, chemische reaktoren, transportvoertuigen, schepen, kontainers en dergelijke.
De uitvinding is in het bijzonder bedoeld voor het vullen van houders met materiaal dat een aanmerkelijke hoek van inwendige wrijving heeft, d. w. z., dat zich niet uit zichzelf verdeeld over de gehele dwarsdoorsnede van de houder wanneer het op een punt wordt aangevoerd, doch dat onder een helling blijft staan en zieh onder de aanvoerplaats ophoopt.
In verband hiermede is de inrichting speciaal geschikt voor het vullen van eerder genoemde houders waarbij gebruik gemaakt wordt van de reeds in het aangevoerde materiaal aanwezige kinetische energie, welke aan het materiaal is toegevoegd door vrije val of op een
EMI2.1
r--o-r TT *'Tfvhssssd ''atisch-of
<Desc/Clms Page number 3>
n'*eEr zijn voor het verdelen van losgestorte goederen in houders inrichtingen bekend welke het produkt via roterende schotels of propellers verdelen.
Deze roter ende inrichtingen kunnen zowel aangedreven zijn door een externe bron zoals een elektro- of luchtmotor alswel door de materiaalstroom zelf, Bij externe aandrijving is een goede verspreiding mogelijk evenwel is het energieverbruik aanmerkelijk en de konstrukties gekompliceerd en kostbaar waarbij tenminste een gedeelte van de aandrijfelementen zieh in de produktstroom bevindt waardoor de konstruktie opzich kwetsbaar is.
Deze zich in de produktstroom bevindende bewegende delen behoeven meestal smering ; bij in de praktijk optredende ondichtheden geraakt vaak smeermiddel in het produkt en beinvloedt dit daardoor op negatieve wijze.
Verder veroorzaken deze externe aangedreven verdeelinrichtingen vaak produktbeschadiging.
Van de door de produktstroom aangedreven verdeelinrichting kan gezegd worden dat het effect van spreiding minder is terwijl de bovenaangehaalde nadelen van bewegende delen in de materiaalstroom ook hier van toepassing zijn.
De uitvinding beoogt door een verbeterd en nieuw ontwerp van een inrichting voor het aanvoeren en verdelen van materiaal in een opslaghouder de bovengenoemde gebreken op te heffen en voegt daar nog een nieuw element aan toe, namelijk dat door de speciale wijze van verdelen bepaalde goederen een grotere dichtheid verkrijgen in de opslaghouder, welk verschijnsel tot nog toe nog niet theoretisch zijn verklaard maar wel in de praktijk zijn gebleken.
Daartoe is de inrichting, volgens de uitvinding, uitgerust met een of meer tweedemensionaal of driedemensionaal gebogen werpbladen, welke geplaatst worden aan de uitloop van een silo, laadtoestel, pneumatische of hydraulische transportpijp of dergelijke. Met deze inrichting kan een goede verdeling van de aangevoerde materialen worden verkregen terwijl de materialen voorzichtig worden behandeld om produkt beschadiging te beperken. Het te verdelen materiaal dat reeds een aanvangssnelheid heeft wordt in de werpbladen gedwongen en van richting veranderd.
<Desc/Clms Page number 4>
De inrichting volgens de uitvinding kan zodanig worden uitgevoerd dat het materiaal in een richting danwel in meerdere richtingen zelfs in alle richtingen tegelijkertijd wordt verspreid.
Ook kan de inrichting, indien zij bijvoorbeeld is uitgevoerd met een of meerdere werpbladen, worden voorzien van een verstelinrichting of van een aandrijving welke het mogelijk maakt de werpinrichting te verdraaien zodat op deze wijze een willekeurig gebied kan worden bestreken.
De werpbladen kunnen zo worden uitgevoerd dat door verstelling hiervan de hoek van werpen kan worden gewijzigd en daarmede de afstand.
Bij het gebruik van de inrichting wordt het materiaal bij voorkeur via een laadtoestel of via een valpijp aangevoerd. Het is evenwel ook mogelijk om het materiaal aan te voeren via een mechanische, pneumatische of hydraulische transportinrichting, welke aan het materiaal een zekere snelheid meegeeft, welke snelheid wordt benut om het materiaal via de werpbladen in de gewenste richting te stuwen. Door variatie van deze snelheid kan ook het werpeffekt naar wens worden beinvloed.
De werpbladen kunnen worden voorzien op de zieh in de materiaalstroom bevindende ribben of profielaringen, welke tot doel hebben de zijdelingse loodrecht op de materiaalstroom plaatsvindende spreiding onder kontrole te brengen waar dit nodig is. Het verdient aanbeveling de werpbladen van de inrichting verstelbaar te maken zodat deze kunnen worden aangepast aan het te verdelen produkt en aan werpafstand.
Ter verduidelijking van de uitvinding zullen, onder verwijzing naar de tekeningen, enkele uitvoeringsvoorbeelden van de inrichting worden beschreven.
Fig. 1 toont het eerste uitvoeringsvoorbeeld, geplaatst onder een laadtoestel voor het vullen van wagons.
Fig. 2 is een doorsnede in de lijn H-n van fig. 2.
Fig. 3 toont een detail van een werpblad zoals gebruikt in Fig. 1.
<Desc/Clms Page number 5>
Volgens Fig. 1 bevindt zieh onder een silo een doseerschuif 1 en intrekbaar beladingstoestel 2 dat aan de onderzijde is voorzien van de inrichting volgens de uitvinding 3. De inrichting is voorzien van werpbladen 4, welke het materiaal in langsrichting van de te laden wagon 6 verspreiden en van werpbladen 5 welke het materiaal in dwarsrichting van de wagon 6 verspreiden. De bladen 4 en 5 zijn verschillend van vorm en aangepast aan de afstand waarover het materiaal geworpen moet worden. Tussen de werpbladen 4 en 5 bevindt zieh een opening 8 waardoor een zeker hoeveelheid materiaal rechtstandig beneden valt aangezien niet al het materiaal verspreid moet worden om een zo vlak mogelijke vulling te verkrijgen.
Het materiaal nu valt vanuit de silo 1 via geleidebuis 7 door het laadtoestel 2 en komt met een valsnelheid in de inrichting 3 alwaar het materiaal in de werpbladen wordt gedwongen en ove r de gewenste afstand wordt weggeworpen. Het materiaal verlaat de werpbladen in een dichte stroom, welke tijdens de vlucht divergeert waardoor het materiaal ook verspreid neerkomt.
Het laadtoestel 2 is voorzien van een niveauihdikator 9 die een kommando geeft aan de lier 10 van het laadapparaat wanneer het reeds geladen produkt deze niveauindikator raakt, zodat de onderkant van het laadapparaat met daarin de inrichting 3 telkens wordt opgetrokken en het niveau van het geladen materiaal in opwaartse richting op een bepaalde afstand volgt. Door deze werkwijze wordt de wagon vanaf de bodem tot de top gelijkmatig en horizontaal geladen, zodat een optimale vulling wordt verkregen.
Fig. 3 toont een tweede uitvoeringsvoorbeeld waarbij het materiaal uit een buis in één richting wordt geworpen en verspreid.
Het materiaal komt uit een buis 10, heeft een snelheid welke hetzij veroorzaakt wordt door vrije val, hetzij op gedwongen wijze door pneumatisch, hydraulisch of mechanisch transport en wordt door de gebogen werpplaat 11 gedwongen om van richting te veranderen.
De werpplaat 11 is over het gedeelte 17 gebogenen kan ter verbetering over het laatste gedeelte 16 recht worden uitgevoerd, dit om te bereiken dat het materiaal het werpblad verlaat in de helling van dit laatste stuk van het werpblad. Als het blad namelijk eindigt met een gebogen gedeelte, dan kan het produkt door de middelpuntvliegende kracht afwijken van de helling waarin het laatste deel van het werpblad is uitgevoerd.
<Desc/Clms Page number 6>
Dit tweeuitvoeringsvoorbeeld kan worden uitgevoerd met een roterende verstelinrichting 14 eventueel aangedreven door een motor 15. Door via de verstelinrichting het werpblad te verdraaien kan het materiaal over een hoek van 3600 worden verspreid.
Fig. 4 toont een aanzicht volgens pijl m van figuur 3.
In deze fig. 4 is aangegeven hoe de dichte materiaalstroom 12 divergeert tot de waaiervormige platte materiaalstroom 13.
Fig. 5 toont eenzelfde uitvoeringsvoorbeeld als fig. 3, evenwel zijn hier meerdere werpbladen, 20 en 21, voorzien om de grotere materiaalstroom op te delen in meerdere kleinere om een beter effekt te verkrijgen. De uitlaatbuis 18 kan weer voorzien worden van een verstelinrichting 19.
Fig. 6 toont een derde uitvoeringsvoorbeeld waarbij de inrichting van de uitvinding, door tussenkomst van een vertikaal draaibare verstelinrichting 23, aan een beladingsteleskoop voor schepen is aangebracht. Door deze verstelinrichting 23 te verdraaien wordt aan de uitwerphoek 24 een andere waarde gegeven waardoor de werpafstand wordt beinvloed.
Fig. 7 toont de inrichting van de uitvinding onder een gewijzigde hoek, geplaatst zoals bij fig. 6 is beschreven.
Fig. 8 toont een vierde uitvoeringsvoorbeeld, waarbij een driedemensionaal gebogen werpblad in feite een omwentelingslichaam waarvan de halve doorsnede het profiel vertoont van het onder fig. 3 besproken werpblad, hierna te noemen''werpcylinder''28, geplaatst in de uitlaat van een beladingstoestel 25 voor tankauto's 26, wagons, kontainers en dergelijke. De materiaalstroom 27 wordt gedeeltelijk afgebogen en verspreid door de werpschotel 28 en valt gedeeltelijk rechtstandig omlaag door de opening 29 waardoor een horizontale vulling wordt verkregen.
Fig. 9 toont een vijfde uitvoeringsvoorbeeld eveneens voor de vulling van voertuigen en dergelijke zoals bij fig. 8 is beschreven, evenwel zijn nu twee concentrische werpcylinders 29 en 30 voorzien.
Fig. 10 geeft een zesde uitvoeringsvoorbeeld waarbij in de uitlaat van een laadtoestel als bij figuur 8 beschreven een omwenteling- lichaam 31 is geplaatst waarvan de halve doorsnede overeenkomt met het werpblad van fig. 3.
Fig. 11 geeft een perspectivische voorstelling van de werpcylinder zoals in fig. 8 beschreven.
<Desc/Clms Page number 7>
Fig. 12 toont een zevende uitvoeringsvoorbeeld waarbij de werpbladen 32 inklapbaar zijn uitgevoerd in de uitloop van een laadtoestel 33 voor vrachtauto's.
Fig. 13 toont de geopende toestand. De uitlaat wordt geopend doordat de aansluitkonus 34 door het mangat 35 omhoog wordt gedrukt ten opzichte van het draagkruis 36 waaraan de werpbladen 32 scharnierend bij punt 37 zijn bevestigd. De dwangrollen of dwangnokken, 38 dwingen de werpbladen 32 naar buiten in de werkstand. De buiten omtrek 39 is nu groter dan de diameter van de vulopening 35. Bij het omhoog hijsen van het laadtoestel 33 doormiddelvan de hijskabels 40 zakt de aansluitkonus tenopzichte van de werpbladen 32, welke daardoor weer in hun gesloten uitgangspositie komen. In de uitloop kan zieh een sluitkegel 41 bevinden welke een niveauindikator 42 kan bevatten die signaal geeft als een zeker niveau in de opslaghouder in bereikt.
Fig. 14 toont een doorsnede IV - IV van fig. 13, in welke doorsnede de wepbladen in werkstand getekend zijn, tussen de werpbladen 32 kunnen zieh in de werkstand openingen 43 bevinden welke het materiaal doorlaten zodat niet al het materiaal gespreid wordt hetgeen voor een goede vulling gewenst kan zijn.
Fig. 15 toont een achtste uitvoeringsvoorbeeld waarbij de werpkegel 44 aan de uitmonding van een transportleiding 45 is aangebracht.
Fig. 16 toont hetzelfde als fig. 15 met dit verschil dat nu de werpkegel 16 voorzien is van een opening in het midden waardoor materiaal kan passeren zonder dat dit van richting verandert.
Fig. 17 toont een negende uitvoeringvoorbeeld. Het materiaal wordt via een transportleiding 47 aangevoerd in ombuigpot 49 van richting omgekeerd en via werpschotel 49 verspreid.
Fig. 18 toont een tiende uitvoeringsvoorbeeld waarbij het materiaal door leiding 50 wordt aangevoerd en via werpkegel 18 wordt verspreid.
Fig. 19 toont een elfde uitvoeringsvoorbeeld waarbij op het werpblad 52 profielen 53 zijn aangebracht om het spreiden van de materiaalstroom 54 tegen te gaan.
Fig. 20 toont een twaalfde uitvoeringsvoorbeeld waarbij het materiaal, afkomstig uit pijp 55, via een mechanische transporteur 56 wordt versneld en via werpblad 57 wordt verspreid.
<Desc/Clms Page number 8>
Fig. 21 toont een dertiende uitvoeringsvoorbeeld. E en chemische reaktor 58 wordt beladen via een laadtoestel 59 aan het einde waarvan de verspreidinrichting 60 het materiaal in dit geval katalisator, gelijkmatig verdeeld. Het is gebleken dat als een reaktor op deze wijze wordt gevuld, waarbij de afstand 61 tussen onderkant van de verspreidinrichting 60, volgens de uitvinding en het materiaalbed 62 door middel van niveaudetektie op een bepaalde afstand gehouden wordt, het materiaal een tot 20±po grotere dichtheid verkrijgt.
Hoe groot de mate van verdichting is hangt af van de materiaal- eigenschappen.
Fig. 22 toont een veertiende uitvoeringsvoorbeeld zijnde een opstelling waarbij de vallende materiaalstroom, alvorens in de werpbladen te belanden wordt opgevangen in een taps toelopende trechter met ronde of rechthoekige doorsnede of waarvan alleen maar twee tegenover elkaar staande wanden bestaan.
De werking van deze trechter bestaat ten eerste hierin dat de stroom van het materiaal de trechter en daarmede de verspreider centreert in het midden van de stroom.
Het is namelijk gebleken dat een spreidinrichting zoals bijvoorbeeld fig. 1 toont in bepaalde gevallen instabiel kan zijn in horizontale richting, met andere woorden, dat de spreidinrichting indien deze vrij is opgehangen, heen en weer slingert of aan een kant van de vallende materiaalstroom kan blijven hangen.
De twee-werking van deze trechter bestaat daarin dat de materiaalstroom stromingstechnisch beter in de werpbladen wordt gedwongen waardoor een beter werpeffekt wordt verkregen.
De derde werking van de trechter bestaat daarin dat de valsnelheid van het materiaal verminderd kan worden indien dit gewenst is bij bepaalde breekbare materialen welke slechts met beperkte snelheid bij de werpbladen mogen aankomen.
Bij grotere valhoogtes kunnen een of meerdere trechters worden bd ; geplaatst zoals fig. 23 toont.
Indien een ongelijke verdeling van de materiaalstroom echter gewenst is kan dit bereikt worden door de werpbladen in horizontale richting door de opvangtrechter te verplaatsen.
<Desc/Clms Page number 9>
Een vijftiende uitvoeringsvoorbeeld toont fig. 24, een opstelling waarbij de werpbladen om een as draaibaar zijn opgesteld zodat een schommelende beweging wordt verkregen waarvan dewerking tweevoudig is, met name wordt een excentrische positie in de materiaalstroom gekorrigeerd en verder wordt het materiaal dat uit de spreiderbladen komt gelijkmatiger uitgespreid.
EMI9.1
..
Een toont fig. 25 waarbij de werpbladen zestiende uitvoeringsvoorbeelddraaibaar schroefvorm g zijn geplaatst rond een as zodat de vallende materiaalstroom de aldus ontstane roterende spreider aandrijft waardoor een secundair spreideffect wordt verkregen De roterende aandrijving kan ook via een motor worden bewerkstelligd.
Een en zeve : 1tiende uitvoerl ngsvoorbeeld toont fig. 26 waarbij de spreider
EMI9.2
in de top van een silo is geplaatst en al naar gelang x > schappen en silo-afmetingen van openingen is voorzien om een gelijk- m ? tiger spreidingspatroon te verkrijgen.
Een achtiende uitvoeringsvoorbeeld toont figuur 27 waarbij de spreider in de in de top van een silo is aangebracht en bestaat uit een of meerdere werpbladen of werpgoten welke in de helling van het dak kunnen meelopen en welke vanuit het midden uit stervormig zijn gegroepeerd en welke een of meerdere al dan niet instelbare openingen kunnen bezitten welke de materiaalstroom op zijn weg gedeeltelijk aftappen om zodoende een gelijkmatiger speidingspatroon en ook een betere kompaktering te verkrijgen.
Figuur 28 toont een doorsnede van de in figuur 27 getekende werpbladen of werpgoten waarbij op diverse plaatsen gaten zijn aangebracht om een bett : re te verkrijgen.
De werpgoot is hier in dit uitvoeringsvoorbeeld bevestigd aan het dak van de silo en maakt daar als het ware onderdeel van uit.
<Desc / Clms Page number 1>
DESCRIPTION Associated with an Invention Patent Application in the name of
Transtec Operating Limited Company for: "Device for supplying, distributing and packing loose bulk materials into a storage container, vehicle or vessel."
<Desc / Clms Page number 2>
Applicant: Transtec Operating. Limited Company.
Registered in Jersey under No. 26759
17 Seatonplace
St. Heller-Jersey.
Short designation: Device for supplying, distributing and comparing bulk materials in a storage container, vehicle or vessel.
The invention relates to a device for supplying, distributing and, in some cases, depending on the material properties, features of bulk goods in containers such as tanks, silos, chemical reactors, transport vehicles, ships, containers and the like.
The invention is particularly intended for filling containers with material which has a considerable angle of internal friction, d. w. z., that it does not self-spread over the entire cross-section of the container when it is supplied at a point, but that it remains under a slope and accumulates under the supply location.
In this connection, the device is especially suitable for filling the aforementioned containers using the kinetic energy already present in the material supplied, which has been added to the material by free fall or on a
EMI2.1
r - o-r TT * 'Tfvhssssd' 'atic -or
<Desc / Clms Page number 3>
There are known devices for distributing bulk goods in container devices which distribute the product via rotating plates or propellers.
These rotary devices can be driven either by an external source such as an electric or air motor or by the material flow itself. With external drive, a good distribution is possible, however the energy consumption is considerable and the construction is complicated and expensive, with at least a part of the drive elements is in the product stream, making the construction vulnerable in itself.
These moving parts in the product flow usually require lubrication; in case of leaks occurring in practice, lubricant often gets into the product and thereby adversely affects it.
Furthermore, these external powered distributors often cause product damage.
It can be said of the distribution device driven by the product flow that the effect of spreading is less, while the drawbacks of moving parts in the material flow mentioned above also apply here.
The object of the invention is to eliminate the above-mentioned defects by an improved and new design of a device for supplying and distributing material in a storage container, and adds a new element to this, namely that due to the special manner of distribution, certain goods have a greater obtaining density in the storage container, which phenomenon has not yet been explained theoretically, but has been found in practice.
To this end, the device according to the invention is equipped with one or more two-dimensional or three-dimensionally curved throwing blades, which are placed at the outlet of a silo, loading device, pneumatic or hydraulic transport pipe or the like. With this device, a good distribution of the supplied materials can be obtained while the materials are treated with care to limit product damage. The material to be distributed that already has an initial speed is forced into the throwing blades and changed direction.
<Desc / Clms Page number 4>
The device according to the invention can be designed in such a way that the material is spread in one direction or in several directions even in all directions simultaneously.
The device can also be provided, for instance with one or more throwing blades, with an adjusting device or with a drive which makes it possible to rotate the throwing device so that an arbitrary area can be covered in this way.
The throwing blades can be designed in such a way that by adjusting them the angle of throwing can be changed and thus the distance.
When the device is used, the material is preferably supplied via a loading device or via a fall pipe. However, it is also possible to supply the material via a mechanical, pneumatic or hydraulic transport device, which imparts a certain speed to the material, which speed is used to propel the material through the throwing blades in the desired direction. The throwing effect can also be influenced as desired by varying this speed.
The throwing blades can be provided on the ribs or profile rings located in the material flow, the purpose of which is to control the lateral spread perpendicular to the material flow where necessary. It is recommended that the throwing blades of the device be adjustable so that they can be adapted to the product to be distributed and to the throwing distance.
To illustrate the invention, some embodiments of the device will be described with reference to the drawings.
Fig. 1 shows the first embodiment, placed under a loading device for filling wagons.
Fig. 2 is a section on line H-n of FIG. 2.
Fig. 3 shows a detail of a throwing blade as used in FIG. 1.
<Desc / Clms Page number 5>
According to fig. 1, underneath a silo, is a metering slide 1 and a retractable loading device 2, which is provided at the bottom with the device according to the invention 3. The device is provided with throwing blades 4, which spread the material in the longitudinal direction of the wagon 6 to be loaded and throwing blades 5 which spread the material in the transverse direction of the wagon 6. The blades 4 and 5 are different in shape and adapted to the distance the material is to be thrown. Between the throwing blades 4 and 5 there is an opening 8 through which a certain amount of material falls vertically downwards, since not all the material has to be spread in order to obtain the flattest possible filling.
The material now falls from the silo 1 via the guide tube 7 through the loading device 2 and enters the device 3 at a falling speed, where the material is forced into the throwing blades and is thrown over the desired distance. The material leaves the throwing blades in a dense stream, which diverges in flight, causing the material to also spread out.
The loading device 2 is provided with a level indicator 9 which gives a command to the winch 10 of the loading device when the already loaded product touches this level indicator, so that the bottom of the loading device containing the device 3 is always raised and the level of the loaded material in an upward direction at a certain distance. By this method the wagon is loaded evenly and horizontally from the bottom to the top, so that an optimal filling is obtained.
Fig. 3 shows a second embodiment in which the material is ejected and distributed from a tube in one direction.
The material comes out of a tube 10, has a velocity which is either caused by free fall or forced by pneumatic, hydraulic or mechanical transport and is forced by the curved throw plate 11 to change direction.
The throwing plate 11 is bent over the section 17 and can be made straight over the last section 16 for improvement, this to ensure that the material leaves the throwing blade in the slope of this last piece of the throwing blade. Namely, if the blade ends with a curved section, the centrifugal force may cause the product to deviate from the slope in which the last part of the throwing blade is made.
<Desc / Clms Page number 6>
This two embodiment can be carried out with a rotary adjusting device 14, optionally driven by a motor 15. By rotating the throwing blade via the adjusting device, the material can be spread over an angle of 3600.
Fig. 4 shows a view according to arrow m of figure 3.
This Fig. 4 shows how the dense material flow 12 diverges into the fan-shaped flat material flow 13.
Fig. 5 shows the same embodiment as FIG. 3, but here several throwing blades, 20 and 21, are provided to divide the larger material flow into several smaller ones in order to obtain a better effect. The exhaust pipe 18 can again be provided with an adjusting device 19.
Fig. 6 shows a third exemplary embodiment in which the device of the invention is arranged, via a vertically rotatable adjusting device 23, on a loading terminal for ships. By turning this adjusting device 23, the ejection angle 24 is given a different value, whereby the throwing distance is influenced.
Fig. 7 shows the device of the invention at an altered angle, as described in FIG. 6.
Fig. 8 shows a fourth exemplary embodiment, in which a three-dimensionally curved throwing blade actually has a body of revolution whose half-section shows the profile of the throwing blade discussed under FIG. 3, hereinafter referred to as "throwing cylinder" 28, placed in the outlet of a loading device for tank trucks 26, wagons, containers and the like. The material stream 27 is partially deflected and distributed by the throwing tray 28 and partially descends upright through the opening 29 to provide a horizontal fill.
Fig. 9 shows a fifth exemplary embodiment also for filling vehicles and the like as described in FIG. 8, however, two concentric throw cylinders 29 and 30 are now provided.
Fig. 10 shows a sixth exemplary embodiment in which a revolving body 31 is placed in the outlet of a loading device as described in figure 8, the half section of which corresponds to the throwing blade of fig. 3.
Fig. 11 is a perspective view of the throwing cylinder as described in FIG.
<Desc / Clms Page number 7>
Fig. 12 shows a seventh embodiment in which the throwing blades 32 are foldable in the outlet of a loading device 33 for trucks.
Fig. 13 shows the opened state. The outlet is opened in that the connecting cone 34 is pushed upwards through the manhole 35 with respect to the carrying cross 36 to which the throwing blades 32 are hinged at point 37. The force rollers or force cams 38 force the throwing blades 32 outward into the working position. The outer circumference 39 is now larger than the diameter of the filling opening 35. When the loading device 33 is lifted upwards by means of the hoisting cables 40, the connection cone drops towards the throwing blades 32, which thereby return to their closed starting position. In the outlet, there may be a closing cone 41 which may contain a level indicator 42 which signals when a certain level is reached in the storage container.
Fig. 14 shows a section IV-IV of fig. 13, in which section the wadblades are drawn in working position, between the throwing blades 32 there can be openings 43 in the working position which allow the material to pass so that not all material is spread, which ensures a good filling may be desired.
Fig. 15 shows an eighth exemplary embodiment in which the throwing cone 44 is arranged at the mouth of a transport line 45.
Fig. 16 shows the same as FIG. 15 except that the throwing cone 16 now has an opening in the center through which material can pass without changing direction.
Fig. 17 shows a ninth embodiment. The material is supplied via a transport pipe 47 in bending pot 49 reversed in the direction and distributed via dish 49.
Fig. 18 shows a tenth exemplary embodiment in which the material is supplied through line 50 and is distributed via throwing cone 18.
Fig. 19 shows an eleventh exemplary embodiment in which profiles 53 are arranged on the throwing blade 52 in order to prevent spreading of the material flow 54.
Fig. 20 shows a twelfth embodiment in which the material, originating from pipe 55, is accelerated via a mechanical conveyor 56 and distributed via throwing blade 57.
<Desc / Clms Page number 8>
Fig. 21 shows a thirteenth embodiment. A chemical reactor 58 is charged through a loading device 59 at the end of which the spreader 60 evenly distributes the material in this case, catalyst. It has been found that when a reactor is filled in this manner, the distance 61 between the bottom of the spreading device 60 according to the invention and the material bed 62 being kept at a certain distance by means of level detection, the material is up to 20 ± po larger. density.
The degree of compaction depends on the material properties.
Fig. 22 shows a fourteenth exemplary embodiment, which is an arrangement in which the falling material stream, before ending up in the throwing blades, is collected in a tapered funnel with round or rectangular cross section or of which only two opposing walls exist.
The operation of this funnel consists first of all in that the flow of the material centers the funnel and thereby the spreader in the middle of the flow.
Namely, it has been found that a spreader as shown, for example, in Fig. 1 may in certain cases be unstable in the horizontal direction, in other words, that the spreader, when freely suspended, oscillates back and forth or remains on one side of the falling material stream to hang.
The dual action of this funnel consists in that the material flow is better forced into the throwing blades in terms of flow, so that a better throwing effect is obtained.
The third action of the funnel consists in that the rate of fall of the material can be reduced if this is desired with certain fragile materials which may only reach the throwing blades with limited speed.
At higher drop heights, one or more funnels can be bd; positioned as shown in Fig. 23.
However, if an uneven distribution of material flow is desired, this can be achieved by moving the throwing blades horizontally through the receiving hopper.
<Desc / Clms Page number 9>
A fifteenth exemplary embodiment shows Fig. 24, an arrangement in which the throwing blades are arranged rotatably about an axis so that a oscillating movement is obtained, the action of which is twofold, in particular an eccentric position in the material flow is corrected and furthermore the material coming out of the spreader blades spread more evenly.
EMI9.1
..
One shows Fig. 25 wherein the throwing blades sixteenth embodiment rotatable screw form g are placed around an axis so that the falling material flow drives the rotary spreader thus created, whereby a secondary spreading effect is obtained. The rotary drive can also be effected via a motor.
One and one tenth embodiment example shows Fig. 26 showing the spreader
EMI9.2
is placed in the top of a silo and, depending on the x> shelves and silo dimensions, openings are provided to ensure an equal m? tiger scatter pattern.
An eighteenth exemplary embodiment shows figure 27, in which the spreader is arranged in the top of a silo and consists of one or more throwing blades or throwing troughs which can run along the slope of the roof and which are grouped in a star shape from the center and which may have multiple or non-adjustable orifices which partially bleed the flow of material on its way in order to obtain a more uniform separation pattern and also better compaction.
Figure 28 shows a cross-section of the throwing blades or gutters drawn in Figure 27, with holes provided at various locations to obtain a bett: re.
In this exemplary embodiment, the throwing trough is attached to the roof of the silo and is, as it were, part of it.