"Dubbel zakje voor foto's en soortgelijke voorwerpen".
De uitvinding betreft een dubbel zakje voor foto's
en soortgelijke voorwerpen.
In de bekende dubbel zakjes van deze soort is elk
van de individuele zakjes begrensd door twee hoofdwanden die volgens drie ribben rechtstreeks bij elkaar aansluiten.
De mogelijke dikte van de vulling is dus voor de
twee individuele zakjes op dezelfde wijze begrensd.
Deze gelijke begrenzing van de dikte van de vulling van de twee zakjes is ongewenst, vooral indien het
dubbel zakje voor foto's wordt gebruikt.
Een van de individuele zakjes is dan bestemd voor de negatieven waarvan de gezamenlijke dikte kleiner is dan de gezamenlijke dikt�an de afdrukken waarvoor het andere individuele zakje bestemd is.
De uitvinding heeft tot doel een dubbel zakje te verschaffen dat het hierboven genoemde nadeel verhelpt en waarvan een van de zakjes bestemd is om een dikkere inhoud te verpakken.
<EMI ID=1.1>
In een voordelige uitvoeringsvorm van de uitvinding komt het zakje dat een balg bezit voor tegen eenpand dat de rug van het geheel vormt.
In een doelmatige uitvoeringsvorm van de uitvinding
<EMI ID=2.1>
volgens een buiglijn bij elkaar aansluiten en uit twee tegen de randen van de twee panden die loodrecht staan op de buiglijn aansluitende stroken,welke.stroken tot tegen de panden omgeplooid zijn en volgens de buiglijn in twee helften gevouwen zijn, waarbij de helften van een zelfde strook telkens tegen elkaar gekleefd zijn.
Andere bijzonderheden en voordelen van de uitviüing zullen blijken uit de hier volgende beschrijving van een dubbel zakje voor foto's en dergelijke voorwerpen volgens de uitvinding; deze beschrij�g wordt enkel als voorbeeld gegeven en beperkt de uitvinding niet; de verwijzingscijfers hebben betrekking op de hieraan toegevoegde tekeningen.
Figuur 1 stelt een uitgekapt blad voor overeenstemmend met een ontwikkeling van een dubbel zakje voor foto's en soortgelijke voorwerpen volgens de uitvinding. Figuur 2 stelt het blad volgens figuur 1 voor nadat het gedeeltelijk gevouwen is ter vorming van het dubbel zakje. Figuur 3 is een perspectivische voorstelling van het <EMI ID=3.1>
Het in figuur 1 voorgestelde blad papier strekt zich in hoofdzaak uit in de richting aangeduid met pijl 1. Loodrecht op de richting van pijl 1 worden op het blad drie buiglijnen 2, 3 en 4 aangebracht. Het blad is aldus onderverdeeld in vier panden 5, 6, 7 en 8 die door de buiglijnen
<EMI ID=4.1>
blad volgens de buiglijn 3 geperforeerd. Zoals uit figuur 1 blijkt bezit het blad aan weerszijden van de panden 5 en 6 stroken 13 en 14 en aan weerszijden van het pand 7 stroken
15 en 16.
De stroken 13 en 14 grenzen aan de panden 5 en 6 volgens de buiglijnen 9 en 10 en de stroken 15 en 16 grenzen aan het pand 7 volgens de buiglijnen 11 en 12. De buiglijnen 9, 10, 11 en 12 zijn evenwijdig aan pijl 1. Buiglijn 11 ligt in het verlengde van buiglijn 9 en buiglijn 12 ligt in het verlengde van buiglijn 10.
Ter vorming van het dubbel zakje vouwt men, volgens de buiglijnen 9 en 10, de stroken 13 en 14 naar elkaar toe tot zij aansluiten tegen de panden 5 en 6. Men vouwt tevens de stroken 15 en 16 naar elkaar toe tot zij aansluiten tegen het pand 7. De van de panden 5, 6 en 7 afgekeerde zijden van de stroken 13, 14, 15 en 16 bestrijkt men vervolgens met een kleefmiddel in de zones 17, 18, 19 en 20. De zones 17
en 18 van de stroken 13 en 14 die met kleefmiddel worden ingestreken sluiten niet aan bij de buiglijnen 9 en 10. De zones 19 en 20 daarentegen van de stroken 15 en 16 die wel met kleefmiddel worden ingestreken sluiten aan bij de buiglijnen 11 en 12.
Het op de hierboven beschreven wijze gedeeltelijk gevouwen en met kleefmiddel bewerkte blad heeft dan de in figuur 2 voorgestelde toestand.
Door het pand 8 te vouwen om de buiglijn 4 tot het aansluit tegen het pand 7 en de zich daarboven bevindende stroken 15 en 16 bekomt men een eerste zakje zonder balg. Het pand 8 wordt immers aldus gehecht tegen de met kleefmiddel bestreken zones 19 en 20 van die zijden van de stroken 15 en 16 die afgekeerd zijn van het pand 7.
Door de panden 5 en 6 en de volgens de buiglijnen 9
en 10 erop neergeslagen stroken 13 en 14 naar elkaar toe te vouwen volgens de buiglijn 2 bekomt men een tweede zakje, dat voorzien is van een balg. De van de panden 5 en 6 afgekeerde zijden van de stroken 13 en 14 zullen aan elkaar k leven volgens de zones 17 en 18. Een helft van de zone 17 wordt aldus verenigd met een andere helft van dezelfde zone
17 en een helft van de zone 18 wordt eveneens aldus verenigd met de andere helft van dezelfde zone 18.
Het geheel van de twee zakjes wordt tot een geheel dat een dubbel zakje vormt gevouwen volgens de buiglijn 3, die bij voorkeur geperforeerd is. Bij de hierboven beschreven vouwbewerkingen heeft men de panden 8 en 7 zodanig gevouwen volgens de buiglijn 4 dat de oppervlakken die in figuur 2 zichtbaar zijn tegen elkaar aansluiten. Op dezelfde wijze leeft men de panden 5 en 6 om de buiglijn 2 gevouwen, zodat ook de in figuur 2 van deze panden zichtbare oppervlakken tegen elkaar aansluiten. Bij de vouwbewerking om buiglijn 3 daarentegen zijn het de in de figuren 1 en 2 niet zichtbare oppervlakken die tegen elkaar aansluiten.
Zoals vooral uit figuur 3 blijkt bestaat het dubbel zakje uit een individueel zakje 21 in hoofdzaak b egrensd door de panden 5 en 6 en voorzien van een balg 23 en uit een individueel zakje 22 in hoofdzaak begrensd door de panden
7 en 8 en niet voorzien van een balg.
Bij gebruik in de fotografie is het zakje 22 in hoofd-
<EMI ID=5.1>
vooral geschikt om de afdrukken te bevatten. Het pak afdrukken heeft inderdaad een grotere dikte dan het pakje negatieven.
Het zakje 21 met balg komt voor tegen pand 5 dat de
rug vormt van het geheel gevormd door het dubbel zakje.
Het pand 5 kan nadat de afdrukken in het zakje 21 aangebracht zijn en nadat de negatieven in het zakje 22 aangebracht zijn gevouwen worden volgens een lijn die evenwijdig
is met de buiglijnen 2, 3 en 4,tot over de afdrukken en tot over het zakje 22 met de negatieven. De buiglijn voor het dichtmaken van het dubbel zakje kan bij de vervaardiging
in pand 5 aangebracht zijn.
De uitvinding is geenszins beperkt tot de hiervoor beschreven uitvoeringsvorm en binnen het raam van de octrooiaanvrage kunnen aan de beschreven uitvoering vele veranderingen worden aangebracht, onder meer wat betreft de vorm, de samenstelling, de schikking en het aantal van de onderdelen
<EMI ID=6.1>
Het dubbel zakje kan bij voorbeeld ook uitgevoerd zijn met twee individuele'zakjes die elk een balg bezitten. Van het zakje zonder balg kunnen de twee panden rechtstreeks bij elkaar aansluiten zonder dat een van de panden moet voorzien zijn van zijstroken. Het kleefmiddel wordt dan rechtstreeks op bij elkaar aansluitende gedeelten van de panden aangebracht.