"Windschoepenrad" Deze uitvinding heeft betrekking op een windschoepenrad, met andere woorden een rad gevormd door schoepen, dat bedoeld is om door windkracht aangedreven te worden.
Meer speciaal nog heeft de uitvinding betrekking op zulk windschoepenrad dat bedoeld is om via de windkracht een zo groot mogelijk vermogen op een door het rad aangedreven as te verkrijgen met bijvoorbeeld de bedoeling aldus een alternator of dergelijke aan te drijven om elektriciteit op te wekken.
Het is duidelijk dat met zulk windschoepenrad volgens de uitvinding echter eveneens een gereedschap of dergelijke zou kunnen aangedreven worden.
Deze uitvinding heeft meer speciaal betrekking op de vorm van zulk schoepenrad waardoor men verkrijgt dat niet alleen door de plaatsing van het windschoepenrad ten opzichte van de windrichting doch ook tevens en vooral door de schikking en afmetingen van de schoepen, het rendement op de as, waarop het windschoepenrad is bevestigd, maximaal wordt.
Zulke toestand wordt volgens de uitvinder verkregen door tegelijkertijd te voldoen aan drie voorwaarden, namelijk, een schoep te verwezenlijken met driehoekige of nagenoeg driehoekige vorm die in een tophoek met de aan te drijven as is bevestigd; door deze schoep zodanig te verwezenlijken dat de breedte ervan groter is dan de lengte, met andere woorden, dat de basis van de driehoekige of nagenoeg driehoekige schoep groter is dan de hoogte ervan; en door deze schoep onder een hoek van 45[deg.] ten opzichte van de lengterichting van de aangedreven as aan te brengen.
Volgens de uitvinder verkrijgt men hierdoor inderdaad, wanneer het schoepenrad zodanig is geplaatst dat de aangedreven as ervan in de windrichting is geplaatst, dat het draaimoment uitgeoefend op de voornoemde as maximaal wordt.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven van een windschoepenrad volgens de uitvinding met verwijzing naar de bijgaande tekeningen waarin :
figuur 1 een zijaanzicht weergeeft van een windschoepenrad volgens de uitvinding in de meest elementaire vorm; figuur 2 een zicht is volgens pijl F2 in figuur 1; figuur 3 een zicht is volgens pijl F3 in figuur 1, meer speciaal met betrekking tot de juiste vorm van een schoep; figuur 4 een zicht is gelijkaardig aan dit van figuur 1, doch voor een praktische uitvoeringsvorm; figuur 5 een zicht is volgens pijl F5 in figuur 4; figuur 6 een zicht is volgens pijl F6 in figuur 4, meer speciaal met betrekking tot de juiste vorm van de schoep;
figuur 7 een zicht is gelijkaardig aan dit van figuur 4, doch voor een uitvoeringsvorm met zes schoepen; figuur 8 een zicht is volgens pijl F8 in figuur 7; figuur 9 een zicht is volgens pijl F9 in figuur 7, meer speciaal voor wat betreft de juiste vorm van een schoep.
Zoals weergegeven in de figuren 1 tot 3 bestaat het windschoepenrad volgens de uitvinding, in zijn meest elementaire vorm, uit twee of meer, in dit geval vier schoepen 1 die op geschikte wijze, bijvoorbeeld door lassen, bevestigd
<EMI ID=1.1>
nagenoeg 45[deg.].
Deze schoepen vertonen een driehoekige vorm en de afmetingen van deze schoepen zijn zodanig dat de breedte b ervan groter is dan de hoogte h, met andere woorden de basis van de driehoekige schoep 1 is steeds groter dan de hoogte ervan.
De uitvinder heeft inderdaad vastgesteld dat, door het gebruik van zulke driehoekige schoep, waarvan de breedte groter is dan de hoogte, enerzijds, en het onder 45[deg.] of
<EMI ID=2.1>
anderzijds, het grootst mogelijk rendement van het windschoepenrad wordt verkregen, met andere woorden door aldus tewerk
<EMI ID=3.1>
ment voor een bepaalde raddiameter en radbreedte wordt verkregen.
Alhoewel in deze figuren een windschoepenrad met vier schoepen 1 is weergegeven, is het duidelijk dat zulk windschoepenrad ook met twee, drie of meer dan vier schoepen kan verwezenlijkt worden zonder buiten het kader der uitvinding te treden.
In de figuren 4 tot 6 is een uitvoering weergegeven waarbij, om praktische bevestigingsredenen, op de as 1 een
<EMI ID=4.1>
lassen, waarbij een geschikte bevestiging wordt verkregen van
<EMI ID=5.1>
te verwijderen tot op een breedte die gelijk is aan de diagonaallengte van de zijden van de voornoemde kubus.
Eveneens zijn in dit geval de basishoeken van de driehoeken weggesneden ten einde aldus de schoep te voorzien
<EMI ID=6.1>
daad vastgesteld dat op deze wijze, steeds voor een bepaalde raddiameter en radbreedte, het vermogen nog wordt opgevoerd ten opzichte van de zuivere driehoeksvorm.
Uiteindelijk is in de figuren 7, 8 en 9 een uitvoering weergegeven met zes schoepen waarbij het voornoemd
<EMI ID=7.1>
element 6 met zeshoekige basis ten einde voor iedere schoep
This invention relates to a wind blade wheel, in other words a wheel formed by blades, which is intended to be driven by wind power.
More particularly, the invention relates to such a wind blade wheel which is intended to obtain, via the wind force, the greatest possible power on a shaft driven by the wheel, for example with the intention of thus driving an alternator or the like to generate electricity.
It is clear, however, that a tool or the like could also be driven with such a wind blade wheel according to the invention.
This invention relates more specifically to the shape of such a paddle wheel, whereby one obtains that not only through the placement of the wind paddle wheel with respect to the wind direction, but also and especially through the arrangement and dimensions of the paddles, the efficiency on the shaft on which the wind vane wheel is attached, becomes maximum.
According to the inventor, such a situation is obtained by simultaneously meeting three conditions, namely, realizing a blade of triangular or nearly triangular shape which is attached at an apex angle to the shaft to be driven; by realizing this blade such that its width is greater than its length, in other words, that the base of the triangular or nearly triangular blade is greater than its height; and by arranging this vane at an angle of 45 [deg.] to the longitudinal direction of the driven shaft.
Indeed, according to the inventor, when the paddle wheel is positioned such that its driven shaft is positioned in the wind direction, this achieves the maximum torque exerted on the aforementioned shaft.
With the insight to better demonstrate the characteristics of the invention, some preferred embodiments of a wind vane wheel according to the invention are described below, by way of example without any limiting character, with reference to the accompanying drawings, in which:
figure 1 shows a side view of a wind blade wheel according to the invention in its most elementary form; figure 2 is a view according to arrow F2 in figure 1; figure 3 is a view according to arrow F3 in figure 1, more particularly with regard to the correct shape of a blade; figure 4 is a view similar to that of figure 1, but for a practical embodiment; figure 5 is a view according to arrow F5 in figure 4; figure 6 is a view according to arrow F6 in figure 4, more especially with regard to the correct shape of the blade;
Figure 7 is a view similar to that of Figure 4, but for an embodiment with six blades; figure 8 is a view according to arrow F8 in figure 7; figure 9 is a view according to arrow F9 in figure 7, more particularly with regard to the correct shape of a blade.
As shown in Figures 1 to 3, the wind vane wheel according to the invention, in its most basic form, consists of two or more, in this case four vanes 1, fixed in a suitable manner, for example by welding.
<EMI ID = 1.1>
nearly 45 [deg.].
These blades have a triangular shape and the dimensions of these blades are such that their width b is greater than the height h, in other words the base of the triangular blade 1 is always greater than its height.
Indeed, the inventor has found that, by using such a triangular blade, the width of which is greater than the height, on the one hand, and it is below 45 [deg.] Or
<EMI ID = 2.1>
on the other hand, the greatest possible efficiency of the wind blade wheel is obtained, in other words by working in this way
<EMI ID = 3.1>
for a given wheel diameter and width is obtained.
Although a wind blade wheel with four blades 1 is shown in these figures, it is clear that such a wind blade wheel can also be realized with two, three or more than four blades without departing from the scope of the invention.
Figures 4 to 6 show an embodiment in which, for practical mounting reasons, a
<EMI ID = 4.1>
welding, obtaining suitable fixing of
<EMI ID = 5.1>
to be removed to a width equal to the diagonal length of the sides of the aforementioned cube.
Also in this case the base angles of the triangles are cut away so as to provide the blade
<EMI ID = 6.1>
act determined that in this way, always for a certain wheel diameter and wheel width, the power is still increased with respect to the pure triangular shape.
Finally, in FIGS. 7, 8 and 9 an embodiment with six blades is shown in which the aforementioned
<EMI ID = 7.1>
element 6 with hexagonal base at the end for each vane