<Desc/Clms Page number 1>
De uitvinding heeft betrekking op een kruispunt voor voertuigen en voetgangers, bevattende een eerste hoofdbaan voor het verkeer in beide richtingen en een analoge tweede hoofdbaan die onder de eerste is aangebracht en deze kruist.
Het doel van de uitvinding is een kruispunt voor te schrijven dat vol- ledig aan de gestelde eisen van een vlug en veilig verkeer beantwoordt.
Te dien einde zijn naast elke hoofdbaan zijrijbanen aangelegd die tel- kens vóór het middelpunt van het kruispunt, in de bewegingsrichting van de voer- .tuigen, naar rechts zijn afgebogen zodat zij telkens overgaan in een zijrijbaan van de andere hoofdbaan, waarbij lateraal met de tweede hoofdbaan tussen deze baan en de zijrijbanen hiervan een rijvlak is aangelegd en wel zodanig dat het zich na- genoeg op de hoogte van het laagste gedeelte van de tweede rijbaan bevindt, ter- wijl onder het hoogst gelegen gedeelte van deze tweede hoofdbaan een verbinding is voorzien tussen de laterale stroken van genoemd rijvlak.
Voordelig geschiedt de afbuiging van de zijrijbanen onder het vlak, ge- beurlijk aan het plaatselijk verkeer voorbehouden in de hoekstrook tussen twee hoofdbanen.
Een bijzonderheid van de uitvinding bestaat hierin dat het rijvlak dat zich lateraal met de tweede hoofdbaan uitstrekt en onder het hoogste gedeelte hiervan doorloopt, zodanig ten opzichte van de zijrijbanen van de tweede hoofdbaan is aangelegd dat vanaf de laterale strook van dit rijvlak dat aan het verkeer in de richting van het middelpunt van het kruispunt is voorbehouden kan overgegaan worden na de aansluitende hogerbedoelde afbuiging in een zijrijbaan van de eerste hoofdbaan.
Andere details en bijzonderheden van de uitvinding zullen blijken uit de hierna volgende beschrijving van een kruispunt volgens de uitvinding ; dezebé- schrijving wordt enkel als voorbeeld gegeven en beperkt geenszins de uitvinding; de verwijzingscijfers hebben betrekking op de hieraan toegevoegde tekeningen.
Figuur 1 is een algemeen bovenaanzicht op het kruispunt volgens de uitvinding.
Figuur 2 is een planzioht, na weglating van het vlak waarin zich de bovenste hoofdbaan en de strook voor plaatselijk verkeer bevinden.
Figuur 3 is een doorsnede door het vlak III-III uit figuur 1.
Figuur 4 is een doorsnede door het vlak IV-IV uit figuur 1.
Figuur 5 vertoont, op een groter schaal, een bijzondere uitvoerings- vorm.
In deze figuren hebben dezelfde referenties betrekking op identische elementen.
Het kruispunt door de figuren 1-4 voorgesteld bestaat uit een eerste hoofdbaan 1 en een tweede hoofdbaan 2.
Elke hoofdbaan bevat zijrijbanen, respectievelijk 3,4, 5 en 6 enerzijds,
7, 8, 9 en 10 anderzijds. Zijrijbanen 3, 7, 6 en 10 gaan over in zijrijbanen, res- pectievelijk 8, 5, 9 en 4. De bewegingsrichting wordt op figuur 1 met pijltjes aangeduid. Logischerwijze moet men aannemen dat dit als voorbeeld wordt aangegeven met betrekking tot de landen waar rechts van de baan wordt gereden.
Hoewel in het aangehaald voorbeeld de hoofdbaan 1 horizontaal is, kan zich deze, zo nodig, boven het horizontaal vlak verheffen zodat de overgangen 17 en 18 dan minder diep moeten aangebracht worden. In ieder geval is het voordelig de afbuiging van de zijrijbanen 3 tot 10 onder het vlak van de strook aan het plaatselijk verkeer voorbehouden te kunnen aanleggen. De radius van deze afbuigin- gen hangt van plaatselijke omstandigheden af. In figuur 1 is de afbuiging in stip- pellijn, in figuur 2 in volle trek zichtbaar. In het plaatselijk verkeer moet ook het voetgangersverkeer worden begrepen. De stroken voor dit verkeer worden met 11,
<Desc/Clms Page number 2>
12, 13 en 14 aangeduid. De overgangen 15 en 16 voor voetgangers verbinden dus res- pectievelijk 11 met 12 en 13 met 14, over de hoofdweg 2 heen.
Twee andere over- gangen 17 en 18 zijn zodanig geconstrueerd dat zij onder de hoofdweg 1, respectie- velijk strook 12 met 13 en 14 met 11 verbinden.
In het aangehaald voorbeeld werden trappen gebezigd, maar in feite kunnen hellende vlakken ook uitgevoerd worden. Zowel de trappen als het hellend vlak kunnen zich, indien de nodige ruimte voorzien is, ook uitstrekken volgens een rechte die evenwijdig zou zijn met de hartlijn van hoofdbaan 2.
Zoals o.m. blijkt uit figuur 1, kunnen zowel voertuigen als voetganger: in alle richtingen en in volledige veiligheid, het kruispunt oversteken.
In de uitvoeringsvorm volgens figuur 5 is de constructie zodanig uit- gedacht dat ook het zwenken naar links (steeds volgens de bewegingsrichting van de voertuigen) mogelijk wordt gemaakt. Inderdaad worden door deze constructie bijko- mende rijstroken 19, 20, 21 en 22 lateraal met de tweede hoofdbaan 2 voorzien, waarbij half-cirkelvomige doorgangen 23 en 24 onder het hoogst gelegen gedeelte van deze hoofdbaan 2 zijn uitgedacht. Op deze wijze wordt rijstrook 19 met 20, doorheen 23, verbonden terwijl op analoge wijze rijstrook 21 in verbinding gesteld wordt met 22 via 24.
De rijstrook 19 is zowel te bereiken vanaf 3 als vanaf 10, terwijl de rijstrook 21 eveneens kan bereikt worden vanaf twee zijrijbanen, namelijk 6 en 7.
Daarenboven kunnen deze rijstroken 19 en 21 bereikt worden vanaf de middenstrook van de hoofdbaan 2.
Komende van zijrijbaan 3 (hoofdbaan 1) kan, om nadien naar links af te zwenken, een voertuig rijstrook 19 kiezen om dan doorgang 23, strook 20 en zij- rijbaan 9 of het middenvlak van hoofdbaan 2 te volgen.
Om links af te zwenken, zal een voertuig komende van zijrijbaan 10 (links op figuur 5) onder de eerste hoofdbaan 1 rijden, de rijstrook 19 inslaan, doorgang 23, rijstrook 20 en zijrijbaan 5 volgen (boven op figuur 5).
De pijltjes die op figuur 5 voorkomen tonen duidelijk aan hoe van uit elke positie op een der twee hoofdbanen 1 en 2 gelijk naar welke richting kan af- gezwenkt worden.
Het is logisch dat de afmetingen en, in hoofdzaak, de radius van de verschillende afbuigingen of doorgangen aan de plaatselijke omstandigheden kunnen aangepast worden. Dit geldt eveneens voor de hoek gevormd door de helling van de verschillende rijbanen.
Wel te verstaan is de uitvinding niet beperkt tot de hierboven aange- haalde uitvoeringsvorm en kunnen aan de uitvinding vele veranderingen worden aan- gebracht o. m. wat betreft de vorm, de schikking, de ligging en het aantal van de onderdelen die voor de verwezenlijking in aanmerking komen.
EISEN
1. Kruispunt voor voertuigen en voetgangers, bevattende een eerste hoofdbaan voor het verkeer in beide richtingen en een analoge tweede hoofdbaan die onder de eerste is aangebracht en deze kruist, met het kenmerk dat naast elke hoofdbaan zijrijbanen zijn aangelegd die telkens voor het middelpunt van het krui punt, in de bewegingsrichting van de voertuigen, naar rechts zijn afgebogen zodat zij telkens overgaan in een zijrijbaan van de andre hoofdbaan, waarbij lateraal met de tweede hoofdbaan tussen deze baan en de zijrijbanen hiervan een rijvlak is aangelegd en wel zodanig dat het zich nagenoeg op de hoogte van het laagste gedeelte van de tweede rijbaan bevindt, terwijl onder het hoogst gelegen gedeelte van deze tweede hoofdbaan een verbinding is voorzien tussen de laterale stroken van genoemd rijvlak. **WAARSCHUWING** Einde van DESC veld kan begin van CLMS veld bevatten **.
<Desc / Clms Page number 1>
The invention relates to an intersection for vehicles and pedestrians, comprising a first main road for traffic in both directions and an analogous second main road arranged underneath and crossing the first.
The object of the invention is to prescribe an intersection that fully meets the set requirements for fast and safe traffic.
To this end, side lanes have been constructed next to each main lane, each of which is curved to the right in front of the center of the intersection, in the direction of movement of the vehicles, so that they always merge into a side lane of the other main lane, with the second main lane between this lane and its side lanes a road surface has been laid, in such a way that it is situated close to the height of the lowest part of the second lane, while there is a connection under the highest part of this second main lane provided between the lateral strips of said road surface.
Advantageously, the deflection of the side lanes takes place below the plane, although reserved for local traffic in the corner strip between two main lanes.
A special feature of the invention consists in that the road surface which extends laterally with the second main road and continues under the highest part thereof is arranged in such a way with respect to the side lanes of the second main road that from the lateral lane of this road surface it meets the traffic. in the direction of the center of the intersection, a transition can be made after the subsequent aforementioned deflection in a side carriageway of the first main lane.
Other details and particularities of the invention will become apparent from the following description of an intersection point according to the invention; this description is given by way of example only and in no way limits the invention; the reference numbers relate to the attached drawings.
Figure 1 is a general top view of the intersection of the invention.
Figure 2 is a plan, after omitting the plane containing the upper main lane and the local traffic lane.
Figure 3 is a section through the plane III-III of Figure 1.
Figure 4 is a section through the plane IV-IV of Figure 1.
Figure 5 shows, on a larger scale, a particular embodiment.
In these figures, the same references refer to identical elements.
The intersection point represented by Figures 1-4 consists of a first main road 1 and a second main road 2.
Each main lane contains side lanes, respectively 3,4, 5 and 6 on the one hand,
7, 8, 9 and 10 on the other. Side lanes 3, 7, 6 and 10 change into side lanes, 8, 5, 9 and 4 respectively. The direction of movement is indicated by arrows in figure 1. Logically, it must be assumed that this is given as an example with regard to the countries where the road is driven off to the right.
Although in the cited example the main track 1 is horizontal, it can, if necessary, rise above the horizontal plane, so that the transitions 17 and 18 must then be made less deep. In any case, it is advantageous to be able to create the deflection of the side lanes 3 to 10 below the plane of the strip reserved for local traffic. The radius of these deflections depends on local conditions. In figure 1 the deflection is shown in dotted line, in figure 2 in full pull. In local traffic, pedestrian traffic must also be understood. The lanes for this traffic will be 11,
<Desc / Clms Page number 2>
12, 13 and 14. The pedestrian transitions 15 and 16 thus connect 11 with 12 and 13 with 14, respectively, across the main road 2.
Two other transitions 17 and 18 are constructed to connect under the main road 1, strip 12 to 13 and 14 to 11, respectively.
In the example cited, stairs were used, but in fact inclined surfaces can also be constructed. Both the stairs and the inclined plane can, if the necessary space is provided, also extend along a straight line that would be parallel to the center line of main track 2.
As shown in figure 1, both vehicles and pedestrians can cross the intersection in all directions and in complete safety.
In the embodiment according to Figure 5, the construction is designed in such a way that pivoting to the left (always according to the direction of movement of the vehicles) is also possible. Indeed, by this construction additional lanes 19, 20, 21 and 22 are provided laterally with the second main lane 2, with semicircular passages 23 and 24 under the uppermost portion of this main lane 2 being designed. In this way lane 19 is connected with 20, through 23, while in an analogous way lane 21 is connected with 22 via 24.
The lane 19 can be reached from 3 as well as from 10, while the lane 21 can also be reached from two side lanes, namely 6 and 7.
In addition, these lanes 19 and 21 can be reached from the middle lane of the main lane 2.
Coming from side lane 3 (main lane 1), in order to then turn left, a vehicle can choose lane 19 and then follow passage 23, lane 20 and side lane 9 or the center plane of main lane 2.
To turn left, a vehicle coming from side lane 10 (left in figure 5) will drive under the first main lane 1, turn into lane 19, follow passage 23, lane 20 and side lane 5 (on top of figure 5).
The arrows appearing in figure 5 clearly indicate how it is possible to swing in which direction from any position on one of the two main tracks 1 and 2.
It is logical that the dimensions and, in general, the radius of the various deflections or passages can be adapted to the local conditions. This also applies to the angle formed by the slope of the various carriageways.
It is to be understood that the invention is not limited to the above-referenced embodiment and many changes can be made to the invention in respect of the shape, arrangement, location and number of parts contemplated for implementation. .
REQUIREMENTS
1. Intersection for vehicles and pedestrians, comprising a first main lane for traffic in both directions and an analogous second main lane arranged underneath and crossing the first, characterized in that side lanes are constructed next to each main lane, each time in front of the center of the road intersection point, in the direction of movement of the vehicles, are curved to the right so that they each time merge into a side lane of the other main lane, a road surface being created laterally with the second main lane between this lane and its side lanes, in such a way that it almost extends is at the height of the lowest part of the second roadway, while under the highest part of this second main road a connection is provided between the lateral strips of said road surface. ** WARNING ** End of DESC field may contain beginning of CLMS field **.