<Desc/Clms Page number 1>
BOUGIE VOOR ONTPLOFFINGSMOTOREN.
-De uitvinding heeft betrekking op een bougie voor ontploffingsmo- toren bevattende een leidende electrode, een aan de massa verbonden electrode en minstens één tussenelectrode.
Bij dergelijke bougies komt het nadeel veelvuldig voor dat de af- stand tussen de electroden moeilijk of helemaal niet geregeld kan worden. Dit geldt zowel voor de regeling van de vonk in de vonkspleet tussen de leidende electrode en de tusenelectrode als tussen deze laatste en de electrode aan de massa verbonden.
De uitvinding heeft tot doel deze nadelen te verhelpen.
Te dien einde vertonen de uiteinden van de leidende en van de aan de massa verbonden electrode een draadvormige en buigbare naar de tussen- electrode gerichte kop.
Volgens een voordelige verwezenlijkingsvorm worden de leidende en de tussenelectroden door minstens één staafje gevormd, in een isolerende massa bevestigd.
Volgens dezelfde verwezenlijkingsvorm is hogervernoemd staafje, waarvan het uiteinde de leidende electrode vormt., in het lichaam van de bou- gie nagenoeg volgens de hartlijn van deze laatste aangebrachte
De uitvinding heeft tekens betrekking op een bougie voor ontplof - fingsmotoren bevattende een leidende electrode die met de hartlijn van de bougie samenvalt, een aan de massa van de bougie verbonden electrode en min- stens één tussenelectrode.
Het doel van de uitvinding is hierbij een constructie voor te schrijven waardoor dezelfde voordelen kunnen bekomen worden bij toepassing van
<Desc/Clms Page number 2>
hetzelfde principe op bougies van zeer kleine afmetingen!
Tot dit doel is de tussenelectrode haaks op de hartlijn van de bou- gie aangebracht en tussen twee gevoelig diametraal tegenoverelkaar gelegen pun- ten van het cylindrisch hol lichaam van de bougie bevestigd, terwijl het uitein- de van de aan de massa verbonden electrode een omgeplooide, naar de leidende electrode gerichte, haakvormige kop vertoont.
Volgens een voordelige verwezenlijkingsvorm is hogervernoemde tus- senelectrode door middel van een isolerende stof in het cylindrisch hol 'Lichaam bevestigd.
Andere details en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hiernavolgende beschrijving van een bougie voor ontploffingsmotoren volgens de uitvinding. Deze beschrijving wordt enkel als voorbeeld gegeven en beperkt de uitvinding niet. De referentietekens hebben betrekking op de hieraantoege- voegde figuren.
Figuur 1 is een gedeeltelijke doorsnede van een bougie volgens de uitvinding.
Figuur 2 is, op een andere schaal, eveneens gedeeltelijk in door- snede, een zicht op een variante van de uitvinding.
In deze figuren verwijzen dezelfde referentietekens naar elementen die gelijkaardige functies vervullen.
De bougie door figuur 1 voorgesteld vertoont een lichaam 1 uit een electrisch isolerende stof, waarin gevoelig volgens de hartlijn van dit cylin- drisch lichaam een leidende electrode 2 is bevestigd. Deze electrode 2 wijkt lichtjes van de hartlijn af naargelang zij nader bij haar uiteinde komt, om dan eindelijk een haakvormige kop 3 te vormen.
Op het metalen lichaam.4, dat in contact staat met de cylinder, dus met de motor zelf, is de électrode 5 (de massa-electrode) bevestigd.
Een staafje 6, uit metaal, is in de isolérende stof bevestigd.
De massa-electrode 5 vertoont, zoals de leidende electrode, een haakje dat met zijn punt naar de tussenelectrode gericht is.
Om de vonkspleet groter of kleiner te nemen, hoeft men dus eenvou- dig de buigbare haakvormige koppen van de leidende en de massa-electrode van elkaar te trekken of naar elkaar te duwen? @
De variante afgebeeld door figuur 2 is eigenlijk een bougie van kleine afmetingen, waarvan de door figuur 1 voorgestelde constructie bij ge- brek aan plaats niet zou kunnen uitgevoerd worden. Deze laatste bougie ver- toont eveneens een lichaam 1, maar het cylindrisch lichaam 4 loopt hier ver- der dan dit isolerend lichaam; in dit metalen lichaam 4 zijn twee gaatjes 7 en 8 diametraal tegenoverelkaar geboord en met isolatie gevuld om er de tussenelectrode 9 te dragen.
Deze electrode staat haaks op de hartlijn van de bougie waarmede overigens de leidende electrode samenvalt. In het verleng- de van deze electrode staat de punt van de haakvormige kop van de aan de massa verbonden electrode 11.
Dopr het min of meer naar binnen plooien van de massa-electrode 11, wordt hier ook de breedte van de vonkspleet tussen haar en de tussenelee- trode geregeld, terwijl de leidende electrode volgens haar as kan worden ver- plaatst op een in de bekende wijze. Het voordeel van een dergelijke tussen- electrode berust vooral in het verlengen en versterken van de vonk.
Beide bougies vertonen verder, volgens hieraantoegevoegde figuren, zekere onderdelen die in verband' met de uitvinding weinig of geen rol spe-
<Desc/Clms Page number 3>
len. Bij deze onderdelen hpren de regelbare klem 12 voor de aankoppeling met een electrische geleider)) dichtingsringen 13 en een sluitring 14.
Men begrijpe dat de uitvinding niet beperkt is tot de hierboven beschreven uitvoeringsvorm en dat menige verandering eraan zou kunnen aange- bracht worden o.m. wat betreft de vorm, de samenstelling, de schikking en het aantal der onderdelen die in haar verwezenlijking voorkomen.
Eisen.!/..
1. Bougie voor ontploffingsmotoren bevattende een leidende elec- trode een aan de massa verbonden electrode en minstens één tussenelectrode, m e t h e t k e n m e r k dat de uiteinden van de leidende en van de aan de massa verbonden electrode een draadvormige en buigbare, naar de tussen- electrode gerichte kop vertonen
2. Bougie volgens vorige eis, m e t h e t k e n m e r k dat de leidende en de tussenelectrode door minstens één staafje gevormd worden in een isolerende massa bevestigd.
3. Bougie volgens vorige eis, m e t h e t kenmerk dat' hogervernoemd staafje waarvan het uiteinde de leidende electrode vort in het lichaam van de bougie nagenoeg volgens de hartlijn, van deze laatste is aangebracht.
4. Bougie Toot ontploffingsmotoren bevattende een leidende elec- trode die met de hartlijn van de bougie samenvalt, een aan de massa van de bougie verbonden electrode en minstens één tussenelectrode., m e t h e t kenmerk dat de tussenelectrode haaks op de hartlijn van de bougie aan- gebracht is en tussen twee gevoelig diametraal tegenoverelkaar gelegen punten van het cylindrisch hol lichaam van de bougie is bevestigd, terwijl het uit- einde van de aan de massa verbonden electrode een omgeplooide., naar de leiden- de electrode gerichte, haakvormige kop vertoont.
5. Bougie volgens vorige eis, m e t h e t k e n m e r k dat hogervernoemde tussenelectrode door middel van een isolerende stof in het cylindrisch hol lichaam bevestigd is. **WAARSCHUWING** Einde van DESC veld kan begin van CLMS veld bevatten **.
<Desc / Clms Page number 1>
SPARK PLUG FOR EXPLOSION ENGINES.
The invention relates to a spark plug for detonation engines comprising a lead electrode, an electrode connected to ground and at least one intermediate electrode.
With such spark plugs, the disadvantage often occurs that the distance between the electrodes is difficult or not at all adjustable. This applies both to the control of the spark in the spark gap between the lead electrode and the intermediate electrode and between the latter and the electrode connected to ground.
The object of the invention is to overcome these drawbacks.
To this end, the ends of the lead and ground-bonded electrodes have a wire-like and bendable head facing the intermediate electrode.
According to an advantageous embodiment, the lead and the intermediate electrodes are formed by at least one rod, fixed in an insulating mass.
According to the same embodiment, the aforementioned rod, the end of which forms the lead electrode, is disposed in the body of the spark plug substantially along the axis of the latter.
The invention relates to a spark plug for detonation engines comprising a lead electrode coinciding with the centerline of the spark plug, an electrode bonded to the ground of the spark plug, and at least one intermediate electrode.
The object of the invention is to prescribe a construction whereby the same advantages can be obtained when using
<Desc / Clms Page number 2>
same principle on very small spark plugs!
For this purpose, the intermediate electrode is arranged at right angles to the centerline of the spark plug and is attached between two sensitively diametrically opposite points of the cylindrical hollow body of the spark plug, while the end of the electrode connected to the ground is folded over has a hook-shaped head facing the lead electrode.
According to an advantageous embodiment, the above-mentioned intermediate electrode is fixed in the cylindrical hollow body by means of an insulating material.
Other details and advantages of the invention will become apparent from the following description of a spark plug for combustion engines according to the invention. This description is given by way of example only and does not limit the invention. The reference marks refer to the attached figures.
Figure 1 is a partial cross-section of a spark plug according to the invention.
Figure 2 is, on another scale, also partly in section, a view of a variant of the invention.
In these figures, the same reference characters refer to elements that perform similar functions.
The spark plug represented by FIG. 1 has a body 1 of an electrically insulating material, in which a conducting electrode 2 is attached sensitively along the axis of this cylindrical body. This electrode 2 deviates slightly from the center line as it approaches its end, to finally form a hook-shaped head 3.
The electrode 5 (the ground electrode) is attached to the metal body 4, which is in contact with the cylinder, i.e. with the motor itself.
A rod 6, made of metal, is fixed in the insulating material.
The ground electrode 5, like the lead electrode, has a hook which points with its tip towards the intermediate electrode.
So, in order to increase or decrease the spark gap, does one simply have to pull apart or push together the bendable hook-shaped heads of the lead and ground electrode? @
The variant depicted by Figure 2 is actually a small-sized spark plug, of which the construction proposed by Figure 1 could not be implemented in the absence of space. The latter spark plug also has a body 1, but the cylindrical body 4 here extends further than this insulating body; two holes 7 and 8 diametrically opposite each other are drilled in this metal body 4 and filled with insulation to support the intermediate electrode 9.
This electrode is perpendicular to the center line of the spark plug with which, incidentally, the lead electrode coincides. The point of the hook-shaped head of the electrode 11 which is connected to the ground is in line with this electrode.
By folding the ground electrode 11 more or less inwards, the width of the spark gap between it and the intermediate electrode is also controlled here, while the lead electrode can be moved along its axis in a known manner. . The advantage of such an intermediate electrode resides mainly in the lengthening and strengthening of the spark.
Both spark plugs further show, according to the accompanying figures, certain parts which play little or no role in connection with the invention.
<Desc / Clms Page number 3>
len. These parts include the adjustable clamp 12 for connection with an electrical conductor)) sealing rings 13 and a washer 14.
It will be appreciated that the invention is not limited to the embodiment described above and that many changes could be made thereto, including in the shape, composition, arrangement and number of the parts appearing in its implementation.
Requirements.!/..
1. Spark plug for detonation engines comprising a lead electrode, a ground bonded electrode and at least one intermediate electrode, characterized in that the ends of the lead and ground electrode have a filamentary and bendable head facing the intermediate electrode.
2. Spark plug according to the previous requirement, in which the lead and the intermediate electrodes are formed by at least one rod and fixed in an insulating mass.
3. Spark plug according to the previous requirement, characterized in that the aforementioned rod, the end of which the lead electrode forms in the body of the spark plug, is arranged substantially along the center line of the latter.
4. Spark plug Toot detonating engines comprising a lead electrode coinciding with the centerline of the spark plug, an electrode connected to the ground of the spark plug and at least one intermediate electrode, characterized in that the intermediate electrode is disposed at right angles to the centerline of the spark plug. and is fixed between two sensitively diametrically opposed points of the cylindrical hollow body of the spark plug, and the end of the ground-bonded electrode has a crimped hook-shaped head facing the leading electrode.
5. Spark plug according to the previous requirement, characterized in that the above-mentioned intermediate electrode is fixed in the cylindrical hollow body by means of an insulating material. ** WARNING ** End of DESC field may contain beginning of CLMS field **.