BE1030760A1

BE1030760A1 - TWO TYPES OF FIBER TUFFED INTO AN ARTIFICIAL GRASS MAT

Info

Publication number: BE1030760A1
Application number: BE20225619A
Authority: BE
Inventors: John Penninck
Original assignee: Sports And Leisure Group Nv
Priority date: 2022-08-09
Filing date: 2022-08-09
Publication date: 2024-03-04
Also published as: EP4321685A1; BE1030760B1

Abstract

De huidige uitvinding heeft betrekking op een omvattend: een primair gronddoek, met een bovenoppervlak en een onderoppervlak; een veelvoud van vezels, dewelke zich boven het bovenoppervlak uitstrekken en getuft zijn op het primaire gronddoek; en een primaire coating op het onderoppervlak van het primaire gronddoek, geconfigureerd om de getufte vezels te fixeren, waarbij het veelvoud van vezels een eerste type vezels en een tweede type vezels omvat, waarbij het eerste type gekroesde vezels zijn en het tweede type vezels substantieel rechte of spiraalvormige vezels zijn en waarbij ten minste de helft van de vezels van het tweede type zich boven de vezels van het eerste type uitstrekken. De uitvinding heeft eveneens betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een kunstgrasmat.The present invention relates to comprising: a primary ground cloth, having an upper surface and a lower surface; a plurality of fibers extending above the top surface and tufted onto the primary ground cloth; and a primary coating on the bottom surface of the primary ground cloth configured to secure the tufted fibers, the plurality of fibers comprising a first type of fibers and a second type of fibers, the first type being crimped fibers and the second type of fibers being substantially straight or spiral fibers and at least half of the fibers of the second type extend above the fibers of the first type. The invention also relates to a method for manufacturing an artificial grass mat.

Description

1 BE2022/56191 BE2022/5619

TWEE TYPES VEZELS GETUFT IN EEN KUNSTGRASMATTWO TYPES OF FIBER TUFFED INTO AN ARTIFICIAL GRASS MAT

TECHNISCH DOMEINTECHNICAL DOMAIN

De uitvinding heeft in een eerste aspect betrekking op een kunstgrasmat.In a first aspect, the invention relates to an artificial grass mat.

De uitvinding heeft in een tweede aspect betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een kunstgrasmat.In a second aspect, the invention relates to a method for manufacturing an artificial grass mat.

In een derde aspect heeft de uitvinding betrekking op een kunstgrasmat verkregen volgens de werkwijze volgens het tweede aspect.In a third aspect, the invention relates to an artificial grass mat obtained according to the method according to the second aspect.

STAND DER TECHNIEKSTATE OF THE TECHNOLOGY

Kunstgrasinrichtingen of synthetische grasmatten staan bekend als grasachtige kunstmatige oppervlakken vervaardigd uit synthetische materialen zoals onder meer polyethyleen, polypropyleen, polyamide. Dergelijke kunstgrasinrichtingen worden doorgaans gebruikt voor sporten die oorspronkelijk of normaliter op natuurlijk gras worden gespeeld. Een kunstgrasinrichting wordt tevens ook gebruikt op gazons en in landschapsarchitectuur.Artificial grass devices or synthetic turf are known as grass-like artificial surfaces made from synthetic materials such as polyethylene, polypropylene, polyamide, among others. Such artificial turf devices are generally used for sports that are originally or normally played on natural grass. An artificial grass design is also used on lawns and in landscaping.

De eerste kunstgrasinrichtingen voor sportbeoefening die in de vroege jaren 60 van de 20ste eeuw werden ontwikkeld en geïnstalleerd, hadden een veel harder oppervlak dan natuurlijk gras. Bijgevolg werd al snel bekend dat dergelijke kunstgrasinrichtingen meer blessures veroorzaakten bij het beoefenen van sporten. In het begin van de 21ste eeuw werden kunstgrasinrichtingen met een zand- en/of rubberinvulling ontwikkeld. Dergelijke kunstgrasinrichtingen zijn vaak van een afstand niet te onderscheiden van natuurlijk gras en worden algemeen beschouwd als veel veiliger om op te spelen dan de eerste generatie kunstgrasinrichtingen.The first artificial grass sports equipment developed and installed in the early 1960s had a much harder surface than natural grass. As a result, it soon became known that such artificial turf devices caused more injuries when practicing sports. At the beginning of the 21st century, artificial grass facilities with a sand and/or rubber infill were developed. Such artificial grass installations are often indistinguishable from natural grass from a distance and are generally regarded as much safer to play on than the first generation of artificial grass installations.

Algemeen bestaat een kunstgrasinrichting uit ten minste één type kunstgrashalmen of tuften, een tuftdoek, een coating om de getufte kunstgrashalmen op hun plaats te houden en indien van toepassing een invulmateriaal en/of een schokdempende laag. Het meest gebruikelijke type kunstgrasinrichting maakt gebruik van synthetische grashalmen, bijvoorbeeld van polyethyleen, polypropyleen of polyamide. Deze synthetische grashalmen hebben doorgaans een lengte tussen 10 en 65mm en worden getuft in een tuftdoek. De achterzijde van deze tuftdoek wordt gecoat met een polyurethaan of latex of polyolefine medium om de getufte synthetische grashalmen op hun plaats te fixeren.In general, an artificial grass design consists of at least one type of artificial grass blades or tufts, a tuft cloth, a coating to keep the tufted artificial grass blades in place and, if applicable, an infill material and/or a shock-absorbing layer. The most common type of artificial grass design uses synthetic grass blades, for example polyethylene, polypropylene or polyamide. These synthetic grass blades usually have a length between 10 and 65 mm and are tufted in a tuft cloth. The back of this tuft cloth is coated with a polyurethane or latex or polyolefin medium to fix the tufted synthetic grass blades in place.

De getufte kunstgrashalmen van de getufte en gecoate doek worden vervolgens opgevuld met een invulmateriaal bestaande uit een zand en/of performance infill granulaat (vb. rubber, kurk, etc.). Hierdoor blijven de kunstgrashalmen rechtop staan en wordt de schokabsorptie en vervormbaarheid van de kunstgrasinrichting verbeterd. Het invulmateriaal vormt doorgaansThe tufted artificial grass blades of the tufted and coated cloth are then filled with an infill material consisting of sand and/or performance infill granules (e.g. rubber, cork, etc.). This keeps the artificial grass blades upright and improves the shock absorption and deformability of the artificial grass design. The fill material usually forms

2 BE2022/5619 een laag met een dikte van ongeveer 15 tot 30 mm. De meerderheid van de fabrikanten van door de FIFA goedgekeurde kunstgrasinrichtingen gebruiken de hierboven beschreven technologie.2 BE2022/5619 a layer with a thickness of approximately 15 to 30 mm. The majority of manufacturers of FIFA-approved artificial turf fixtures use the technology described above.

EP 2 771 513 beschrijft een schokdempende laag bestaande uit een driedimensionale verstrengelde mat van geëxtrudeerde filamenten gemaakt van een thermoplastisch elastomeer polymeer, in het bijzonder een thermoplastisch elastomeer polyester polymeer of een thermoplastisch elastomeer polyurethaan polymeer.EP 2 771 513 describes a shock-absorbing layer consisting of a three-dimensional intertwined mat of extruded filaments made of a thermoplastic elastomeric polymer, in particular a thermoplastic elastomeric polyester polymer or a thermoplastic elastomeric polyurethane polymer.

EP 3 354 794 beschrijft een steunlaag voor het ondersteunen van een kunstgrasinrichting, waarbij de steunlaag is gevormd uit een polymeerschuim, bij voorkeur met een dichtheid tussen 20 en 70 gram per liter, zoals een polyolefine schuim.EP 3 354 794 describes a support layer for supporting an artificial grass device, wherein the support layer is formed from a polymer foam, preferably with a density between 20 and 70 grams per liter, such as a polyolefin foam.

EP 3 126 573 beschrijft een mat voor het vormen van een kunstgrasinrichting bestaande uit een dempende laag; en kunstmatige vezels; bovengenoemde kunstmatige vezels worden bevestigd aan bovengenoemde dempende laag door middel van tuft technieken.EP 3 126 573 describes a mat for forming an artificial grass device consisting of a damping layer; and artificial fibers; the above-mentioned artificial fibers are attached to the above-mentioned damping layer by means of tufting techniques.

Niettegenstaande de bovengenoemde vooruitgang in kunstgrasvelden, blijft er behoefte aan een sport- en recreatieoppervlak en -ondergrond, die stabiel is, het beschikbare vocht beheert zonder degradatie door water, gemakkelijk af te voeren, gemakkelijk en goedkoop te vervaardigen, en hard genoeg om weerstand te bieden, maar toch veerkrachtig genoeg is.Notwithstanding the above-mentioned advances in artificial turf fields, there remains a need for a sports and recreational surface and surface that is stable, manages available moisture without degradation by water, is easy to drain, is easy and inexpensive to manufacture, and is hard enough to resist resistance. offer, but is still resilient enough.

Bovendien zijn gekende schokdempende lagen nadelig door een beperkt vermogen om vloeistoffen, zoals water, af te voeren van de kunstgrasinrichting. Het toevoegen van zand of andere infill verhoogt de kans op blessures. De huidige uitvinding beoogt minstens een oplossing te vinden voor enkele van bovenvermelde problemen of nadelen.Moreover, known shock-absorbing layers are disadvantageous due to a limited ability to drain liquids, such as water, from the artificial grass device. Adding sand or other infill increases the risk of injuries. The present invention aims to find at least a solution for some of the above-mentioned problems or disadvantages.

SAMENVATTING VAN DE UITVINDINGSUMMARY OF THE INVENTION

In een eerste aspect betreft de huidige uitvinding een kunstgrasmat volgens conclusie 1. De kunstgrasmat omvat een veelvoud aan gekroesde vezels die fungeren als een schokabsorberende/schokdempende laag. Deze vezels laten het water, bij regenval, doorlopen naar het primaire gronddoek. De kunstgrasmat is in staat overtollig water gemakkelijk af te voeren en. De vele gekroesde vezels zorgen ervoor dat de kunstgrasmat hard genoeg is om weerstand te bieden, maar toch veerkrachtig genoeg is voor een optimale spelbeleving. De kunstgrasmat omvat een veelvoud aan rechte of spiraalvormige vezels die een bovenste laag vormen. De bovenste laag zorgt bijvoorbeeld voor een goede balrol en natuurlijk uitzicht. De kunstgrasmat heeft geen infill nodig om te voldoen aan de eisen volgens EN 15330. Op die manier is er geen kans op verspreiding van microplastic infill, is er minder nood aan onderhoud en zal er minder slijtage zijn aan de vezel door afwezigheid van abrasieve zand. Een ander voordeel van de uitvinding is dat de schokdempende laag een verbeterde schokabsorptie omvat in vergelijking met bestaande kunstgrasmatten In het bijzonder zorgt de veelheid aanIn a first aspect, the present invention concerns an artificial grass mat according to claim 1. The artificial grass mat comprises a plurality of crimped fibers that function as a shock-absorbing/shock-absorbing layer. These fibers allow water to flow through to the primary ground cloth when it rains. The artificial grass mat is able to drain excess water easily and. The many crimped fibers ensure that the artificial grass mat is hard enough to resist, but still resilient enough for an optimal playing experience. The artificial grass mat comprises a multitude of straight or spiral fibers that form an upper layer. For example, the top layer ensures a good ball roll and a natural appearance. The artificial grass mat does not require infill to meet the requirements of EN 15330. This means there is no chance of microplastic infill spreading, there is less need for maintenance and there will be less wear on the fiber due to the absence of abrasive sand. Another advantage of the invention is that the shock-absorbing layer has improved shock absorption compared to existing artificial grass mats. In particular, the multitude of

3 BE2022/5619 gekroesde vezels voor een finaal stevige schokdempende laag die bovendien tevens elastisch is. Voorkeursvormen van de inrichting worden weergegeven in de conclusies 2 tot en met 9.3 BE2022/5619 crimped fibers for a finally strong shock-absorbing layer that is also elastic. Preferred forms of the device are shown in claims 2 to 9.

In een tweede aspect betreft de huidige uitvinding een werkwijze volgens conclusie 10. Deze werkwijze heeft onder meer als voordeel dat al dusdanig eenvoudig de twee types vezels homogeen aan het primair gronddoek vastgemaakt kan worden. Bovendien wordt een optimale verdeling en hoeveelheid van elk type vezels bekomen. Voorkeursvormen van de werkwijze worden beschreven in de volgconclusies 11 tot en met 14.In a second aspect, the present invention concerns a method according to claim 10. This method has, among other things, the advantage that the two types of fibers can be attached homogeneously to the primary ground cloth in such a simple manner. In addition, an optimal distribution and quantity of each type of fiber is achieved. Preferred forms of the method are described in subclaims 11 to 14.

In een derde aspect betreft de huidige uitvinding een kunstgrasmat volgens conclusie 15. Deze kunstgrasmat omvat twee types vezels en heeft optimale speeleigenschappen qua verticale deformatie, wateropname frictie en watervasthoudendheid.In a third aspect, the present invention concerns an artificial grass mat according to claim 15. This artificial grass mat comprises two types of fibers and has optimal playing properties in terms of vertical deformation, water absorption friction and water retention.

BESCHRIJVING VAN DE FIGURENDESCRIPTION OF THE FIGURES

Figuur 1 toont een schematische voorstelling van een methode van het tuften van het primair gronddoek met 2 types vezels volgens een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding.Figure 1 shows a schematic representation of a method of tufting the primary ground cloth with 2 types of fibers according to an embodiment of the present invention.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVINGDETAILED DESCRIPTION

Tenzij anders gedefinieerd hebben alle termen die gebruikt worden in de beschrijving van de uitvinding, ook technische en wetenschappelijke termen, de betekenis zoals ze algemeen begrepen worden door de vakman in het technisch veld van de uitvinding. Voor een betere beoordeling van de beschrijving van de uitvinding, worden de volgende termen expliciet uitgelegd. “Een”, “de” en “het” refereren in dit document aan zowel het enkelvoud als het meervoud tenzij de context duidelijk anders veronderstelt. Bijvoorbeeld, “een segment” betekent een of meer dan een segment.Unless otherwise defined, all terms used in the description of the invention, including technical and scientific terms, have the meanings commonly understood by those skilled in the art of the invention. For a better appreciation of the description of the invention, the following terms are explicitly explained. “A”, “the” and “het” in this document refer to both the singular and the plural unless the context clearly suggests otherwise. For example, “a segment” means one or more than one segment.

Het citeren van numerieke intervallen door de eindpunten omvat alle gehele getallen, breuken en/of reële getallen tussen de eindpunten, deze eindpunten inbegrepen.Quoting numerical intervals through the endpoints includes all integers, fractions, and/or real numbers between the endpoints, including these endpoints.

De term “polymeer” verwijst naar een verbinding bestaand uit minstens twee of meer monomeren.The term “polymer” refers to a compound consisting of at least two or more monomers.

In een eerste aspect betreft de uitvinding een kunstgrasmat omvattend: een primair gronddoek, met een bovenoppervlak en een onderoppervlak; een veelvoud van vezels, dewelke zich boven het bovenoppervlak uitstrekken en getuft zijn op het primaire gronddoek; en een primaire coating op het onderoppervlak van het primaire gronddoek, geconfigureerd om de getufte vezels te fixeren, waarbij het veelvoud van vezels een eerste type vezels en eenIn a first aspect, the invention concerns an artificial grass mat comprising: a primary ground cloth, with an upper surface and a lower surface; a plurality of fibers extending above the top surface and tufted onto the primary ground cloth; and a primary coating on the bottom surface of the primary ground cloth configured to secure the tufted fibers, the plurality of fibers being a first type of fibers and a

4 BE2022/5619 tweede type vezels omvat, waarbij het eerste type gekroesde vezels zijn en het tweede type vezels substantieel rechte of spiraalvormige vezels zijn.4 BE2022/5619 comprises a second type of fibres, where the first type is crimped fibers and the second type of fibers is substantially straight or spiral fibres.

Met substantieel rechte vezels worden vezels bedoeld die vervaardigd zijn uit recht garen. Met spiraalvormige vezels worden vezels verstaan die vervaardigd zijn uit garen dat om zijn as is gewikkeld. Met gekroesde vezels worden vezels verstaan die minstens 1 keer per cm om hun as draaien en in rechte toestand minstens 20% langer zijn. Bij rechte of spiraalvormige vezels is de lengte in rechte toestand maximaal 5% langer. Rechte of spiraalvormige vezels verschillen dus van gekroesde vezels. Met rechte toestand wordt een toestand bedoeld waarbij de vezel maximaal rechtgetrokken wordt maar niet elastisch wordt uitgerokken.Substantially straight fibers refer to fibers made from straight yarn. Spiral fibers refer to fibers made from yarn wound around its axis. Crimped fibers are defined as fibers that rotate around their axis at least once per cm and are at least 20% longer in a straight state. With straight or spiral fibers, the length in the straight state is a maximum of 5% longer. Straight or spiral fibers therefore differ from crimped fibers. By straight condition is meant a condition in which the fiber is maximally straightened but not elastically stretched.

Doordat de kunstgrasmat een veelvoud aan gekroesde vezels omvat, fungeren deze vezels als een schokabsorberende laag. Deze vezels laten het water, bij regenval, doorlopen naar het primaire gronddoek. De kunstgrasmat is in staat overtollig water gemakkelijk af te voeren.Because the artificial grass mat contains a multitude of crimped fibers, these fibers act as a shock-absorbing layer. These fibers allow water to flow through to the primary ground cloth when it rains. The artificial grass mat is able to drain excess water easily.

Het veelvoud aan gekroesde vezels zorgt ervoor dat de kunstgrasmat hard genoeg is om weerstand te bieden, maar toch veerkrachtig genoeg is voor een optimale spelbeleving.The multitude of crimped fibers ensures that the artificial grass mat is hard enough to resist, yet resilient enough for an optimal playing experience.

De kroezing kan op diverse manieren worden aangebracht in de vezel, bijv. door breien- ontbreien. De aangebrachte kroezing is zodanig dat de lengte van de vezel met 20-60% wordt verminderd, bij voorkeur 20-40%. Doordat er gekroesde vezels gebruikt worden ontstaat er een dense, schokdempende laag. Hierdoor is een vulling met rubber of zand niet nodig. Zand heeft bovendien een schurende werking. Het kunstgrasveld zal bijgevolg minder wonden bij de spelers teweegbrengen en zorgt ook voor minder slijtage aan de vezels.The crimp can be introduced into the fiber in various ways, e.g. by knitting-unknitting. The crimp applied is such that the length of the fiber is reduced by 20-60%, preferably 20-40%. Because crimped fibers are used, a dense, shock-absorbing layer is created. This means that a filling with rubber or sand is not necessary. Sand also has an abrasive effect. The artificial grass field will therefore cause fewer wounds to the players and also causes less wear and tear on the fibers.

Volgens een uitvoeringsvorm, strekken ten minste de helft van de vezels van het tweede type zich boven de vezels van het eerste type uit. Doordat ten minste de helft van de vezels van het tweede type zich boven de vezels van het eerste type uitstrekken, worden twee lagen gevormd: een dense onderste laag, met vooral de vezels van het eerste type, die fungeert als schokdempende laag; en een meer open bovenste laag, met vooral vezels van het tweede type, die zorgt voor gewenste speeleigenschappen zoals bijvoorbeeld een optimale balrol.According to an embodiment, at least half of the fibers of the second type extend above the fibers of the first type. Because at least half of the fibers of the second type extend above the fibers of the first type, two layers are formed: a dense lower layer, mainly containing the fibers of the first type, which functions as a shock-absorbing layer; and a more open top layer, with mainly fibers of the second type, which ensures desired playing properties such as optimal ball roll.

Volgens een uitvoeringsvorm, strekken ten minste de 70% van de vezels van het tweede type zich boven de vezels van het eerste type uit, bij voorkeur 95%.According to an embodiment, at least 70% of the fibers of the second type extend above the fibers of the first type, preferably 95%.

Volgens een uitvoeringsvorm, is de poolhoogte van ten minste 90% van de vezels van het tweede type 20-150% hoger dan de poolhoogte dan de vezels van het eerste type. Hiermee wordt bedoeld dat de poolhoogte van de vezels van het eerste type met een factor tussen 1,2 en 2,5 vermenigvuldigd dient te worden om de poolhoogte van minstens 90% van de vezels van het tweede type te bekomen. Doordat de poolhoogte van ten minste 90% van de vezels van het tweede type 20-150% hoger is dan de poolhoogte dan de vezels van het eerste type, ontstaat een onderste dense laag met kroezelige vezels en een bovenste laag met vezels van het tweede type. De poolhoogte wordt gemeten van de bovenkant van het primair gronddoek tot het uiteinde van de vezel. Tijdens deze meting wordt de vezel niet uitgerokken. Volgens een uitvoeringsvorm, is de poolhoogte van ten minste 95% van de vezels van het tweede type 70-150% hoger dan de poolhoogte dan de vezels van het eerste type.According to an embodiment, the pile height of at least 90% of the fibers of the second type is 20-150% higher than the pile height of the fibers of the first type. This means that the pile height of the fibers of the first type must be multiplied by a factor between 1.2 and 2.5 to obtain the pile height of at least 90% of the fibers of the second type. Because the pile height of at least 90% of the fibers of the second type is 20-150% higher than the pile height of the fibers of the first type, a lower dense layer is created with frizzy fibers and an upper layer with fibers of the second type . The pile height is measured from the top of the primary ground cloth to the end of the fiber. The fiber is not stretched during this measurement. According to an embodiment, the pile height of at least 95% of the fibers of the second type is 70-150% higher than the pile height of the fibers of the first type.

Volgens een uitvoeringsvorm, is de kroezing zodanig dat door het aanbrengen van kroezing 5 de vezel 20-60% in lengte wordt verminderd, bij voorkeur 20-40%. Doordat de kroezing zodanig is, dat door het aanbrengen van kroezing de vezel 20-60% in lengte wordt verminderd, ontstaat een dense onderlaag die fungeert als schokdempende laag. Deze dense laag met kroezelige vezels verbetert de speeleigenschappen en zorgt ervoor dat minder tot geen infill nodig is.According to one embodiment, the crimp is such that by applying crimp 5 the fiber is reduced in length by 20-60%, preferably 20-40%. Because the crimp is such that applying crimp reduces the length of the fiber by 20-60%, a dense underlayer is created that functions as a shock-absorbing layer. This dense layer with frizzy fibers improves the playing properties and ensures that less or no infill is required.

Volgens een uitvoeringsvorm, bedraagt de gestrekte poollengte van de vezels van het eerste type 10-40 mm en de poolhoogte van de vezels van het tweede type 20-60 mm. Volgens een uitvoeringsvorm, bedraagt de gestrekte poollengte van de vezels van het eerste type 20-30 mm en de poolhoogte van de vezels van het tweede type 25-40 mm. Doordat de gestrekte poollengte van de vezels van het eerste type 20-30 mm bedraagt en de poolhoogte van de vezels van het tweede type 25-40 mm bedraagt, worden twee lagen gevormd: een dense onderste laag, met vooral de vezels van het eerste type, die fungeert als schokdempende laag; en een meer open bovenste laag, met vooral vezels van het tweede type, die zorgt voor gewenste speeleigenschappen zoals bijvoorbeeld een optimale balrol. Volgens een uitvoeringsvorm, bedraagt de gestrekte poollengte van minstens de helft van de vezels van het eerste type 20-30 mm en de poolhoogte van minstens de helft van de vezels van het tweede type 25-40 mm. Volgens een uitvoeringsvorm, bedraagt de gestrekte poollengte van minstens de 95% van de vezels van het eerste type 20-30 mm en de poolhoogte van minstens 95% van de vezels van het tweede type 25-40 mm.According to an embodiment, the stretched pile length of the fibers of the first type is 10-40 mm and the pile height of the fibers of the second type is 20-60 mm. According to an embodiment, the stretched pile length of the fibers of the first type is 20-30 mm and the pile height of the fibers of the second type is 25-40 mm. Because the stretched pile length of the fibers of the first type is 20-30 mm and the pile height of the fibers of the second type is 25-40 mm, two layers are formed: a dense lower layer, with mainly the fibers of the first type , which acts as a shock-absorbing layer; and a more open top layer, with mainly fibers of the second type, which ensures desired playing properties such as optimal ball roll. According to an embodiment, the stretched pile length of at least half of the fibers of the first type is 20-30 mm and the pile height of at least half of the fibers of the second type is 25-40 mm. According to an embodiment, the stretched pile length of at least 95% of the fibers of the first type is 20-30 mm and the pile height of at least 95% of the fibers of the second type is 25-40 mm.

Volgens een uitvoeringsvorm is de ratio van de lineaire massadichtheid van de vezels van het eerste type over de lineaire massadichtheid van de vezels van het tweede type gelegen tussen 1:10 en 1:1, bij voorkeur tussen 1:5 en 1:1 en meer bij voorkeur tussen 1:3 en 2:3. De lineaire massadichtheid wordt uitgedrukt in dtex. Dtex is een maat voor lineaire massadichtheid van vezels en wordt gedefinieerd als het gewicht in gram per 10 000 meter. Deze ratio van de lineaire massadichtheid van de vezels van het eerste type over de lineaire massadichtheid van de vezels van het tweede type is optimaal voor het bekomen van een kunstgrasmat met gewenste speeleigenschappen.According to an embodiment, the ratio of the linear mass density of the fibers of the first type over the linear mass density of the fibers of the second type is between 1:10 and 1:1, preferably between 1:5 and 1:1 and more preferably between 1:3 and 2:3. The linear mass density is expressed in dtex. Dtex is a measure of linear mass density of fibers and is defined as the weight in grams per 10,000 meters. This ratio of the linear mass density of the fibers of the first type over the linear mass density of the fibers of the second type is optimal for obtaining an artificial grass mat with desired playing properties.

Volgens een uitvoeringsvorm, hebben de vezels van het eerste type en de vezels van het tweede type een garennummer van tussen 1000 en 30 000 dtex. Dtex is een maat voor lineaire massadichtheid van vezels en wordt gedefinieerd als het gewicht in gram per 10 000 meter.According to an embodiment, the fibers of the first type and the fibers of the second type have a yarn count of between 1000 and 30 000 dtex. Dtex is a measure of linear mass density of fibers and is defined as the weight in grams per 10,000 meters.

Volgens een uitvoeringsvorm is het gewicht van de getufte vezels gelegen tussen 1000 en 20 000 dtex.According to one embodiment, the weight of the tufted fibers is between 1000 and 20 000 dtex.

Volgens een uitvoeringsvorm, zijn de vezels van het eerste type geëxtrudeerde monofilamenten met een dtex van 5000-9000 en een dikte van 150-250 um. Doordat de vezels van het eerste type geëxtrudeerde monofilamenten zijn met een dtex van 5000-9000 en eenAccording to an embodiment, the fibers of the first type are extruded monofilaments with a dtex of 5000-9000 and a thickness of 150-250 µm. Because the fibers of the first type are extruded monofilaments with a dtex of 5000-9000 and a

6 BE2022/5619 dikte van 150-250 um zijn de vezels van het eerste type voldoende sterk om een dense onderlaag te vormen maar voldoende flexibel om schokdempend en veerkrachtig te zijn, doch niet te hard. Volgens een uitvoeringsvorm, zijn de vezels van het eerste type geëxtrudeerde monofilamenten met een dtex van 6000-8000. Volgens een uitvoeringsvorm, zijn de vezels van het eerste type geëxtrudeerde monofilamenten met een dikte van 120-230 um, bij voorkeur van 160-200 um. Volgens een uitvoeringsvorm is de ratio van de dikte van de vezels van het eerste type over de dikte van de vezels van het tweede type gelegen tussen 1:10 en 1:1, bij voorkeur tussen 1:5 en 1:1 en meer bij voorkeur tussen 1:3 en 2:3.6 BE2022/5619 thickness of 150-250 um, the fibers of the first type are sufficiently strong to form a dense underlayer but sufficiently flexible to be shock-absorbing and resilient, but not too hard. According to an embodiment, the fibers of the first type are extruded monofilaments with a dtex of 6000-8000. According to an embodiment, the fibers of the first type are extruded monofilaments with a thickness of 120-230 µm, preferably of 160-200 µm. According to an embodiment, the ratio of the thickness of the fibers of the first type to the thickness of the fibers of the second type is between 1:10 and 1:1, preferably between 1:5 and 1:1 and more preferably between 1:3 and 2:3.

Volgens een uitvoeringsvorm, omvatten de vezels van het eerste type en de vezels van het tweede type polyethyleen of polypropyleen en bij voorkeur betreffen de vezels van het eerste type en de vezels van het tweede type polyethyleen (PE) of polypropyleen (PP). Doordat de vezels van het eerste type en de vezels van het tweede type polyethyleen of polypropyleen omvatten en bij voorkeur betreffen, kunnen de vezels eenvoudig gerecycleerd worden.According to an embodiment, the fibers of the first type and the fibers of the second type comprise polyethylene or polypropylene and preferably the fibers of the first type and the fibers of the second type comprise polyethylene (PE) or polypropylene (PP). Because the fibers of the first type and the fibers of the second type include and preferably involve polyethylene or polypropylene, the fibers can be easily recycled.

Bovendien kan het PP of PE hergebruikt worden in dezelfde of een andere toepassing. Een ander doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een kunstgras dat een hoge duurzaamheid bezit en uit commercieel beschikbare materialen kan worden samengesteld.Moreover, the PP or PE can be reused in the same or another application. Another object of the present invention is to provide an artificial grass that has a high durability and can be composed of commercially available materials.

Volgens een uitvoeringsvorm zijn de vezels van het eerste type in hoofdzaak vervaardigd zijn uit ten minste één elastisch polymeer.According to an embodiment, the fibers of the first type are essentially made of at least one elastic polymer.

Volgens een uitvoeringsvorm, zijn de vezels van het tweede type monofilamenten met een dtex van 10 000-15 000 en een dikte van 250-400 um. Doordat de vezels van het tweede type monofilamenten zijn met een dtex van 10 000-15 000 en een dikte van 250-400 um, zijn deze vezels voldoende sterk rechtop te staan en voor de gewenste speeleigenschappen te zorgen.According to an embodiment, the fibers of the second type are monofilaments with a dtex of 10 000-15 000 and a thickness of 250-400 µm. Because the fibers of the second type are monofilaments with a dtex of 10,000-15,000 and a thickness of 250-400 um, these fibers are sufficiently strong to stand upright and provide the desired playing properties.

Bijvoorbeeld het rollen van de bal wordt beïnvloed door de dikte van de vezels van het tweede type. Volgens een uitvoeringsvorm, zijn de vezels van het tweede type monofilamenten zijn met een dtex van 10 000-12 000. Volgens een uitvoeringsvorm, hebben de vezels van het tweede type een dikte van 270-400 um. Volgens een uitvoeringsvorm, zijn de vezels van het tweede type geëxtrudeerde monofilamenten.For example, the rolling of the ball is influenced by the thickness of the fibers of the second type. According to one embodiment, the fibers of the second type are monofilaments with a dtex of 10,000-12,000. According to one embodiment, the fibers of the second type have a thickness of 270-400 µm. According to one embodiment, the fibers of the second type are extruded monofilaments.

De vezels van het eerste en tweede type zijn bij voorkeur groen en lijken op de grassprieten.The fibers of the first and second types are preferably green and resemble the blades of grass.

Volgens een uitvoeringsvorm zijn de vezels van het tweede type geschikt om normale, vaak gebruikte kunstgrassprieten uit te bekomen, die door de vakman gekend zijn. Volgens een vakman zijn de vezels van het tweede type geschikt om klassieke turfvezels of tuften te bekomen die uit het primaire gronddoek steken. De functie van de vezels van het eerste type is voornamelijk om te zorgen voor schokdemping en grip gewenste eigenschappen voor het spelen van sporten op het kunstgrasveld kunnen worden bekomen. Een doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een bijzonder type kunstgras dat de gunstige eigenschappen van natuurgras, in het bijzonder op het gebied van veerkracht en sliding, zoveel mogelijk imiteert.According to an embodiment, the fibers of the second type are suitable for obtaining normal, frequently used blades of artificial grass, which are known to the skilled person. According to a professional, the fibers of the second type are suitable for obtaining classic peat fibers or tufts that protrude from the primary ground cloth. The function of the fibers of the first type is mainly to provide shock absorption and grip. The desired properties for playing sports on the artificial grass field can be obtained. An aim of the present invention is to provide a special type of artificial grass that imitates as much as possible the favorable properties of natural grass, in particular in the field of resilience and sliding.

7 BE2022/56197 BE2022/5619

Volgens een uitvoeringsvorm zijn minimaal 10% van de getufte vezels van het eerste type, bij voorkeur minstens 30%, meer bij voorkeur minstens 50%, nog meer bij voorkeur minstens 70% en meest bij voorkeur minstens 90%. Volgens een uitvoeringsvorm zijn 5-50% van de getufte vezels van het tweede type, bij voorkeur 5-30, meer bij voorkeur 5-20 en meest bij voorkeur 10-15%. Volgens een uitvoeringsvorm zijn 50-99,9% van de getufte vezels van het eerste type en 0,1-50% van de getufte vezels van het tweede type. Volgens een uitvoeringsvorm zijn 70-95% van de getufte vezels van het eerste type en 5-30% van de getufte vezels van het tweede type. Volgens een uitvoeringsvorm zijn 95-99,9% van de getufte vezels van het eerste type en 0,1-5% van de getufte vezels van het tweede type. Volgens een uitvoeringsvorm zijn 80-90% van de getufte vezels van het eerste type en 10-20% van de getufte vezels van het tweede type.According to an embodiment, at least 10% of the tufted fibers are of the first type, preferably at least 30%, more preferably at least 50%, even more preferably at least 70% and most preferably at least 90%. According to an embodiment, 5-50% of the tufted fibers are of the second type, preferably 5-30, more preferably 5-20 and most preferably 10-15%. According to one embodiment, 50-99.9% of the tufted fibers are of the first type and 0.1-50% of the tufted fibers are of the second type. According to one embodiment, 70-95% of the tufted fibers are of the first type and 5-30% of the tufted fibers are of the second type. According to one embodiment, 95-99.9% of the tufted fibers are of the first type and 0.1-5% of the tufted fibers are of the second type. According to one embodiment, 80-90% of the tufted fibers are of the first type and 10-20% of the tufted fibers are of the second type.

Volgens een uitvoeringsvorm, omvatten de vezels van het eerste en het tweede type een ethylvinylacetaat, polyamide, polystyreen, polyvinylideenfluoride, high density polyetheen, medium density polyetheen, low density polyetheen, linear low density polyetheen, anhydride gemodificeerde polyetheen, polypropyleen (PP), polyethyleen (PE), polyester of een combinatie hiervan, bij voorkeur bestaan ze hieruit. Volgens een uitvoeringsvorm omvatten deze vezels polyethyleen, bij voorkeur bestaan ze hieruit.According to an embodiment, the fibers of the first and second types include ethyl vinyl acetate, polyamide, polystyrene, polyvinylidene fluoride, high density polyethylene, medium density polyethylene, low density polyethylene, linear low density polyethylene, anhydride modified polyethylene, polypropylene (PP), polyethylene (PE), polyester or a combination of these, preferably they consist of this. According to an embodiment, these fibers comprise polyethylene, preferably they consist of polyethylene.

Volgens een uitvoeringsvorm, omvatten de vezels van het tweede type een super absorberend polymeer. Volgens een uitvoeringsvorm, omvat het primaire gronddoek een toplaag, waarbij de toplaag een super absorberend polymeer omvat, bij voorkeur is de toplaag een vlies met een dikte van maximaal 0,1 cm. Volgens een uitvoeringsvorm, omvat de kunstgrasmat een derde type vezels, waarbij het derde type vezels, vezels zijn die een super absorberend polymeer omvatten. Volgens een uitvoeringsvorm omvatten de SAP-omvattende vezels een acrylaat en een polyester, polypropyleen of polyethyleen, bij voorkeur een combinatie van acrylaat en polyester. Volgens een uitvoeringsvorm, worden de SAP-omvattende vezels vervaardigd door PP, PE of polyester te coëxtruderen met SAP. Doordat het SAP en PP, PE of polyester samen geëxtrudeerd zijn, is het SAP sterk gebonden aan het PP, PE of polyester. Er is geen nood aan een complex productieproces met bijvoorbeeld een membraan. Volgens een andere uitvoeringsvorm, omvatten de SAP-omvattende vezels een combinatie van een eerste polymeer gekozen uit: ethylvinylacetaat, polyamide, polystyreen, polyvinylideenfluoride, high density polyetheen, medium density polyetheen, low density polyetheen, linear low density polyetheen, anhydride gemodificeerde polyetheen, polypropyleen (PP), polyethyleen (PE), polyester of een combinatie hiervan; en een SAP. Volgens een uitvoeringsvorm, omvatten deAccording to an embodiment, the fibers of the second type comprise a super absorbent polymer. According to an embodiment, the primary ground cloth comprises a top layer, wherein the top layer comprises a super absorbent polymer, preferably the top layer is a fleece with a thickness of maximum 0.1 cm. According to an embodiment, the artificial grass mat comprises a third type of fibres, wherein the third type of fibers are fibers that comprise a super absorbent polymer. According to an embodiment, the SAP-comprising fibers comprise an acrylate and a polyester, polypropylene or polyethylene, preferably a combination of acrylate and polyester. According to one embodiment, the SAP-comprising fibers are manufactured by coextruding PP, PE or polyester with SAP. Because the SAP and PP, PE or polyester are extruded together, the SAP is strongly bonded to the PP, PE or polyester. There is no need for a complex production process with, for example, a membrane. According to another embodiment, the SAP-comprising fibers comprise a combination of a first polymer selected from: ethyl vinyl acetate, polyamide, polystyrene, polyvinylidene fluoride, high density polyethylene, medium density polyethylene, low density polyethylene, linear low density polyethylene, anhydride modified polyethylene, polypropylene (PP), polyethylene (PE), polyester or a combination of these; and a SAP. According to one embodiment, the

SAP-omvattende vezels een polypropyleen (PP), polyethyleen (PE) of polyester vezel die gecoat is met SAP. Volgens een uitvoeringsvorm, omvatten de SAP-omvattende vezels een PP,SAP-comprising fibers are a polypropylene (PP), polyethylene (PE) or polyester fiber that has been coated with SAP. According to one embodiment, the SAP-comprising fibers comprise a PP,

PE of polyester vezel waarop SAP is aangebracht door te vernevelen, spuiten of drukken.PE or polyester fiber to which SAP has been applied by atomizing, spraying or pressing.

Volgens een uitvoeringsvorm, worden de SAP-omvattende vezels vervaardigd door een vezel uit PP, PE of polyester te omwikkelen met een vezel die SAP omvat. Volgens een uitvoeringsvorm wordt SAP opgelost in een solvent en wordt vervolgens een PP- of PE-vezel in het solvent met SAP ondergedompeld. Na drogen blijft SAP aan het oppervlak van de vezelAccording to one embodiment, the SAP-comprising fibers are manufactured by wrapping a fiber of PP, PE or polyester with a fiber that includes SAP. According to one embodiment, SAP is dissolved in a solvent and a PP or PE fiber is then immersed in the solvent with SAP. After drying, SAP remains on the surface of the fiber

8 BE2022/5619 hangen. Een “SAP” of “superabsorberend polymeer” omvat een hydrofiel netwerk dat grote hoeveelheden waterige vloeistof kan vasthouden in verhouding tot het gewicht van het polymeerdeeltje (bijvoorbeeld in droge toestand absorbeert het superabsorberende polymeer een gewichtshoeveelheid water gelijk aan of groter dan zijn eigen gewicht). Het polymeer kan een verscheidenheid aan organische polymeren omvatten die kunnen reageren met of absorberen van water en kunnen zwellen wanneer ze in contact komen met een waterige vloeistof. Volgens een uitvoeringsvorm omvatten de SAP-omvattende vezels een natrium polyacrylaat, polyacrylamidecopolymeer, ethyleenmaleïnezuuranhydride-copolymeer, carboxymethylcellulose, polyvinylalcohol-copolymeer, polyethyleenoxide, met zetmeel geënt copolymeer van polyacrylonitril, kalium polyacrylaat een polysacharide, poly(alkyl(meth)acrylaat), poly(hydroxy-alkyl(meth)acrylaat), zoals (2-hydroxyethylacrylaat), poly(meth)acrylamide), poly(vinylpyrrolidine), poly(vinylacetaat), copolymeren van (meth)acrylamide met maleïnezuuranhydride, vinylacetaat, ethyleenoxide, ethyleenglycol of acrylonitril, of een combinatie van de voorgaande. Er kan een combinatie van verschillende polymeren worden gebruikt. Volgens een uitvoeringsvorm omvatten de SAP-omvattende vezels een acrylaat en een polyester, polypropyleen of polyethyleen.8 BE2022/5619 hanging. A “SAP” or “superabsorbent polymer” comprises a hydrophilic network capable of retaining large amounts of aqueous fluid relative to the weight of the polymer particle (e.g., in the dry state, the superabsorbent polymer absorbs a weight of water equal to or greater than its own weight). The polymer may include a variety of organic polymers that can react with or absorb water and swell when in contact with an aqueous liquid. In one embodiment, the SAP-comprising fibers include a sodium polyacrylate, polyacrylamide copolymer, ethylene maleic anhydride copolymer, carboxymethyl cellulose, polyvinyl alcohol copolymer, polyethylene oxide, starch grafted copolymer of polyacrylonitrile, potassium polyacrylate a polysaccharide, poly(alkyl(meth)acrylate), poly( hydroxyalkyl (meth)acrylate), such as (2-hydroxyethyl acrylate), poly(meth)acrylamide), poly(vinylpyrrolidine), poly(vinyl acetate), copolymers of (meth)acrylamide with maleic anhydride, vinyl acetate, ethylene oxide, ethylene glycol or acrylonitrile, or a combination of the foregoing. A combination of different polymers can be used. According to one embodiment, the SAP-comprising fibers comprise an acrylate and a polyester, polypropylene or polyethylene.

Volgens een uitvoeringsvorm omvat het primaire gronddoek één tot drie lagen geweven of niet-geweven stoffen. Deze stoffen kunnen gemaakt zijn van polypropyleen, polyester of andere synthetische materialen. In sommige uitvoeringsvormen kan het primaire gronddoek een tweelaagse structuur hebben. In sommige uitvoeringen kan het primaire gronddoek een drielaagse structuur hebben, waarbij de buitenlagen een geweven en vliesachtig materiaal omvatten en de middenlaag een dimensioneel stabiliserend geweven of niet-geweven materiaal omvat. Het primaire gronddoek kan een polymere bekleding omvatten, die kan worden gevormd door een vloeibaar polymeer op het primaire gronddoek aan te brengen. De polymere bekleding kan bijvoorbeeld latex of urethaan of polyolefine omvatten. Volgens een uitvoeringsvorm is het primaire gronddoek een doek geschikt om de vezels in te tuften. Het primaire gronddoek kan gemaakt zijn uit jute, koord, katoen, gewoven of non-woven synthetische materialen. In een uitvoeringsvorm, omvat het primaire gronddoek bijvoorbeeld een geweven polypropyleenlaag en een glasvezelnetwerk door middel van het hechtmateriaal aan de polypropyleenlaag vastgemaakt.According to one embodiment, the primary ground cloth comprises one to three layers of woven or non-woven fabrics. These fabrics can be made of polypropylene, polyester or other synthetic materials. In some embodiments, the primary ground cloth may have a two-layer structure. In some embodiments, the primary ground cloth may have a three-layer structure, wherein the outer layers comprise a woven and fleece-like material and the middle layer comprises a dimensionally stabilizing woven or non-woven material. The primary base cloth may include a polymeric coating, which may be formed by applying a liquid polymer to the primary base cloth. The polymeric coating may, for example, comprise latex or urethane or polyolefin. According to one embodiment, the primary ground cloth is a cloth suitable for tufting the fibres. The primary ground cloth can be made of jute, cord, cotton, woven or non-woven synthetic materials. In one embodiment, the primary ground cloth comprises, for example, a woven polypropylene layer and a glass fiber network attached to the polypropylene layer by means of the adhesive material.

Volgens een uitvoeringsvorm ligt de rotationele weerstand tussen 25 en 50 Nm, gemeten volgens EN 15301-1. Hierdoor biedt de kunstgrasmat voldoende grip. Dit is ideaal voor de gebruikers en voorkomt wegglijden en bijgevolg blessures. Om deze eigenschap op een gewenst niveau te houden, is het van belang om voldoende gekroesde vezels per m? aan te brengen.According to one embodiment, the rotational resistance is between 25 and 50 Nm, measured according to EN 15301-1. This means that the artificial grass mat offers sufficient grip. This is ideal for users and prevents slipping and therefore injuries. To keep this property at a desired level, it is important to have sufficient crimped fibers per m? to apply.

Volgens een uitvoeringsvorm bedraagt de verticale deformatie 4-9 mm, gemeten volgens EN 14809.According to one embodiment, the vertical deformation is 4-9 mm, measured according to EN 14809.

Doordat de verticale deformatie 4-9 mm bedraagt, gemeten volgens EN 14809, is de kunstgrasmat hard genoeg om weerstand te bieden, maar toch veerkrachtig genoeg. Dit isBecause the vertical deformation is 4-9 mm, measured according to EN 14809, the artificial grass mat is hard enough to resist, but still resilient enough. This is

9 BE2022/5619 ideaal voor de gebruikers en voorkomt blessures. Om deze eigenschap gedurende een volledige wedstrijd op een gewenst niveau te houden is het nodig om voldoende gekroesde vezels aan te brengen, geschikt om voor voldoende demping te zorgen.9 BE2022/5619 ideal for users and prevents injuries. To maintain this property at a desired level throughout a full match, it is necessary to provide sufficient crimped fibers, suitable to provide sufficient cushioning.

Volgens een uitvoeringsvorm, is het primair gronddoek een geweven polyolefine doek met eventuele glasvezelversterking. Volgens een uitvoeringsvorm heeft het primair gronddoek een gewicht tussen 250-350 g/m2.According to one embodiment, the primary ground cloth is a woven polyolefin cloth with optional glass fiber reinforcement. According to one embodiment, the primary ground cloth has a weight between 250-350 g/m2.

Volgens een uitvoeringsvorm zijn de vezels aan het primair gronddoek bevestigd met een secondaire coating, waarbij de secundaire coating bij voorkeur een polyolefine omvat en bij voorkeur uit bestaat. De secundaire coating heeft een gewicht van 500-1000 g/m2. Dit levert een uitstekende binding van de vezels. Volgens een uitvoeringsvorm zijn de vezels aan het primair gronddoek bevestigd met een secondaire coating, waarbij de secundaire coating een latex of polyurethaan omvat.According to one embodiment, the fibers are attached to the primary ground cloth with a secondary coating, wherein the secondary coating preferably comprises and preferably consists of a polyolefin. The secondary coating has a weight of 500-1000 g/m2. This provides excellent binding of the fibers. According to one embodiment, the fibers are attached to the primary ground cloth with a secondary coating, wherein the secondary coating comprises a latex or polyurethane.

Volgens een uitvoeringsvorm ligt de balrol tussen 4 en 10 m, zoals vereist volgens EN 15330- 1. Doordat deze tussen 4 en 10 m ligt, wordt een goede balrol bekomen.According to one embodiment, the ball roll is between 4 and 10 m, as required by EN 15330-1. Because it is between 4 and 10 m, a good ball roll is obtained.

Volgens een uitvoeringsvorm omvat de kunstgrasmat vezels van een vierde type, waarbij de vezels van het vierde type een lineaire densiteit van 6000-8000 dtex hebben en een dikte tussen 80-150 um. Bij voorkeur is de vezel van het vierde type een KDK vezel.According to an embodiment, the artificial grass mat comprises fibers of a fourth type, wherein the fibers of the fourth type have a linear density of 6000-8000 dtex and a thickness between 80-150 µm. Preferably the fiber of the fourth type is a KDK fiber.

Volgens een uitvoeringsvorm omvat de kunstgrasmat een schokdempende laag voor een kunstgrasinrichting, omvattende een gronddoek met een bovenoppervlak en een onderoppervlak, een veelheid aan tuften en een coating geschikt voor het fixeren van de tuften, waarbij de veelheid aan tuften bevestigd zijn aan de gronddoek, waarbij de veelheid aan tuften in hoofdzaak vervaardigd zijn uit ten minste één elastisch polymeer. Een verbeterde schokabsorptie is bijgevolg bijzonder voordelig voor het vermijden van blessures bij sporters die sport beoefenen op een kunstgrasinrichting welke een schokdempende laag volgens huidige uitvinding omvat. Volgens een verdere uitvoeringsvorm, omvat de schokdempende laag tevens een veelheid aan perforaties. Dergelijke uitvoeringsvorm heeft als voordeel dat het vermogen om vloeistoffen, zoals water, af te voeren sterk verhoogd wordt. Volgens een verdere uitvoeringsvorm omvat het elastisch polymeer een veerkrachtig polymeer zoals bijvoorbeeld een thermoplastisch polymeer. Met een veerkrachtig polymeer wordt verstaan een materiaal dat met name veerkrachtige eigenschappen heeft en bijgevolg na samendrukken in de oorspronkelijke vorm of positie kan terugkeren. Dergelijke polymeren kunnen vervaardigd zijn uit polyvinylchloride (PVC), polyetheen (PE), polypropeen (PP), polyamide (PA), ethyleen-propyleen-dieen-monomeer (EPDM ) of elk ander geschikt polymeer. In een verdere uitvoeringsvorm omvat het elastisch polymeer een gerecycleerd elastisch polymeer.According to an embodiment, the artificial grass mat comprises a shock-absorbing layer for an artificial grass device, comprising a ground cloth with an upper surface and a bottom surface, a plurality of tufts and a coating suitable for fixing the tufts, wherein the plurality of tufts are attached to the ground cloth, wherein the plurality of tufts are mainly made of at least one elastic polymer. Improved shock absorption is therefore particularly advantageous for avoiding injuries in athletes who practice sports on an artificial grass device which comprises a shock-absorbing layer according to the present invention. According to a further embodiment, the shock-absorbing layer also comprises a plurality of perforations. Such an embodiment has the advantage that the ability to drain liquids, such as water, is greatly increased. According to a further embodiment, the elastic polymer comprises a resilient polymer such as, for example, a thermoplastic polymer. A resilient polymer is defined as a material that has particularly resilient properties and can therefore return to its original shape or position after compression. Such polymers can be made from polyvinyl chloride (PVC), polyethylene (PE), polypropylene (PP), polyamide (PA), ethylene-propylene-diene monomer (EPDM) or any other suitable polymer. In a further embodiment the elastic polymer comprises a recycled elastic polymer.

In een tweede aspect betreft de uitvinding een werkwijze voor het vervaardigen van een kunstgrasmat omvattende:In a second aspect, the invention concerns a method for manufacturing an artificial grass mat comprising:

10 BE2022/5619 het tuften van een veelvoud vezels in een primair gronddoek met een bovenoppervlak en een onderoppervlak; het bekomen van getufte vezels, dewelke zich boven het bovenoppervlak uitstrekken en bevestigd zijn aan het primaire gronddoek; het aanbrengen van een primaire coating op het onderoppervlak van het primaire gronddoek, geschikt om de getufte vezels te fixeren; waarbij de getufte vezels een eerste type vezels en een tweede type vezels omvatten, waarbij het eerste type gekroesde vezels zijn en het tweede type vezels substantieel rechte of spiraalvormige vezels zijn.10 BE2022/5619 the tufting of a plurality of fibers in a primary ground cloth with an upper surface and a lower surface; obtaining tufted fibers, which extend above the top surface and are attached to the primary ground cloth; applying a primary coating to the bottom surface of the primary ground cloth, suitable for fixing the tufted fibers; wherein the tufted fibers include a first type of fibers and a second type of fibers, the first type being crimped fibers and the second type of fibers being substantially straight or spiral fibers.

Met substantieel rechte vezels worden vezels bedoeld die vervaardigd zijn uit recht garen. Met spiraalvormige vezels worden vezels verstaan die vervaardigd zijn uit garen dat om zijn as is gewikkeld. Met gekroesde vezels worden vezels verstaan die minstens 1 keer per cm om hun as draaien en in uitgerokken toestand minstens 20% langer zijn.Substantially straight fibers refer to fibers made from straight yarn. Spiral fibers refer to fibers made from yarn wound around its axis. Crimped fibers are defined as fibers that rotate around their axis at least once per cm and are at least 20% longer when stretched.

Doordat de kunstgrasmat een veelvoud aan gekroesde vezels omvat, fungeren deze vezels als een schokabsorberende laag. Deze vezels laten het water, bij regenval, doorlopen naar het primaire gronddoek. Het veelvoud aan gekroesde vezels zorgt ervoor dat de kunstgrasmat hard genoeg is om weerstand te bieden, maar toch veerkrachtig genoeg is voor een optimale spelbeleving.Because the artificial grass mat contains a multitude of crimped fibers, these fibers act as a shock-absorbing layer. These fibers allow water to flow through to the primary ground cloth when it rains. The multitude of crimped fibers ensures that the artificial grass mat is hard enough to resist, yet resilient enough for an optimal playing experience.

Volgens een uitvoeringsvorm worden de vezels van het eerste type in rijen in het primair gronddoek aangebracht en de vezels van het tweede type in rijen substantieel evenwijdig of samenvallend met de rijen vezels van het eerste type aangebracht worden. Doordat de vezels van het eerste type in rijen in het primair gronddoek aangebracht worden en waarbij de vezels van het tweede type in rijen substantieel evenwijdig of samenvallend met de rijen vezels van het eerste type aangebracht worden, kan de kunstgrasmat eenvoudig vervaardigd worden.According to an embodiment, the fibers of the first type are arranged in rows in the primary ground cloth and the fibers of the second type are arranged in rows substantially parallel or coinciding with the rows of fibers of the first type. Because the fibers of the first type are arranged in rows in the primary ground cloth and the fibers of the second type are arranged in rows substantially parallel or coinciding with the rows of fibers of the first type, the artificial grass mat can be easily manufactured.

Volgens een uitvoeringsvorm worden de vezels van het eerste type en de vezels van het tweede type met een substantieel gelijke snelheid in het primair gronddoek aangebracht.According to an embodiment, the fibers of the first type and the fibers of the second type are applied to the primary ground cloth at a substantially equal speed.

Volgens een uitvoeringsvorm worden de vezels van het eerste type en de vezels van het tweede type gelijktijdig in het primair gronddoek getuft. Doordat de vezels van het eerste type in rijen in het primair gronddoek aangebracht worden en waarbij de vezels van het tweede type in rijen substantieel evenwijdig of samenvallend met de rijen vezels van het eerste type aangebracht worden, zijn de vezels over het volledige gronddoek goed verspreid. Bovendien kunnen de vezels simultaan aangebracht worden. Volgens deze werkwijze is het eenvoudig om de vezels homogeen aan het primair gronddoek vast te maken. Volgens een uitvoeringsvorm wordt eerst de onderlaag getuft, vervolgens wordt de bovenlaag door het primaire gronddoek en de onderste laag getuft.According to an embodiment, the fibers of the first type and the fibers of the second type are tufted simultaneously into the primary ground cloth. Because the fibers of the first type are arranged in rows in the primary ground cloth and the fibers of the second type are arranged in rows substantially parallel or coinciding with the rows of fibers of the first type, the fibers are well distributed over the entire ground cloth. Moreover, the fibers can be applied simultaneously. This method makes it easy to attach the fibers homogeneously to the primary ground cloth. According to one embodiment, the bottom layer is tufted first, then the top layer is tufted through the primary ground cloth and the bottom layer.

Doordat de vezels in evenwijdige rijen gepositioneerd staan, is het eenvoudig om een bepaalde ratio tussen de vezel van het eerste type en de vezel van het tweede type aan te houden over het primair gronddoek. Volgens een uitvoeringsvorm staan er gemiddeld per rij vezels van hetBecause the fibers are positioned in parallel rows, it is easy to maintain a certain ratio between the fiber of the first type and the fiber of the second type over the primary ground cloth. According to an embodiment, there are on average fibers per row

11 BE2022/5619 tweede type 0,1 tot 5 rijen vezels van het eerste type, bij voorkeur 0,4 tot 1,2 rijen in het primair gronddoek gepositioneerd. Doordat er gemiddeld per rij vezels van het tweede type 0,1 tot 5 rijen vezels van het eerste type staan, wordt de gewenste schokdemping en waterdoorlaatbaarheid bekomen voor goede speeleigenschappen van de kunstgrasmat.11 BE2022/5619 second type 0.1 to 5 rows of fibers of the first type, preferably 0.4 to 1.2 rows positioned in the primary ground cloth. Because there are on average 0.1 to 5 rows of fibers of the first type per row of fibers of the second type, the desired shock absorption and water permeability are achieved for good playing properties of the artificial grass mat.

Volgens een uitvoeringsvorm staan er op het primair gronddoek evenveel rijen vezels van het eerste type als rijen vezels van het tweede type + 3%. Volgens een uitvoeringsvorm staan er op het primair gronddoek dubbel zoveel rijen vezels van het tweede type als rijen vezels van het eerste type = 3%.According to an embodiment, the primary ground cloth contains as many rows of fibers of the first type as rows of fibers of the second type + 3%. According to an embodiment, there are twice as many rows of fibers of the second type on the primary ground cloth as rows of fibers of the first type = 3%.

Bij voorkeur zijn genoemde vezels getuft in een primair gronddoek in de achterlaag. Volgens één uitvoeringsvorm is de gauge van de tuftingmachine 3/16” (4,67 mm) en het aantal steken per rij 15 tot 50 per 10 cm. De gauge van de tuftingmachine is een maat voor de afstand tussen de tuftnaalden. In één uitvoeringsvorm is de dikte van de tuftingmachine 5/32 " (3,97 mm) en het aantal steken per rij 15 tot 50 per 10 cm. In één uitvoeringsvorm is de gauge van de tuftingmachine 5/16” (7,9 mm) en het aantal steken per rij van 10 tot 50 per 10 cm. In één uitvoeringsvorm is de gauge van de tuftingmachine is 5/8” (15,8 mm) en het aantal steken per rij van 10 tot 50 per 10 cm. In één uitvoeringsvorm is de gauge van de tuftingmachine 3/8" (9,53 mm) en het aantal steken per rij van 10 tot 50 per 10 cm. In één uitvoeringsvorm is de gauge van de tuftingmachine is 3/4" (19,6 mm) en het aantal steken per rij van 10 tot 50 per 10 cm. De gauge van de tuftingmachine verwijst naar het aantal naalden per inch en overeenkomt met het aantal steken per inch in een richting loodrecht op rijen. Het aantal steken per rij wordt beïnvloed door de grootte van de naalden in de doornaaimachine en de dikte van het garen. In één uitvoeringsvorm worden de poolgarens geweven en de afstand tussen opeenvolgende poolgarens op rij is 1 tot 10 mm en de afstand tussen aangrenzende rijen 1 tot 10 mm. In één uitvoeringsvorm worden de poolgarens gehecht door middel vanPreferably, said fibers are tufted into a primary ground cloth in the backing layer. In one embodiment, the gauge of the tufting machine is 3/16” (4.67 mm) and the number of stitches per row is 15 to 50 per 10 cm. The gauge of the tufting machine is a measure of the distance between the tufting needles. In one embodiment, the thickness of the tufting machine is 5/32" (3.97 mm) and the number of stitches per row is 15 to 50 per 10 cm. In one embodiment, the gauge of the tufting machine is 5/16” (7.9 mm). ) and the number of stitches per row from 10 to 50 per 10 cm. In one embodiment, the gauge of the tufting machine is 5/8” (15.8 mm) and the number of stitches per row from 10 to 50 per 10 cm. In one embodiment is the gauge of the tufting machine 3/8" (9.53 mm) and the number of stitches per row from 10 to 50 per 10 cm. In one embodiment, the gauge of the tufting machine is 3/4" (19.6 mm) and the number of stitches per row is from 10 to 50 per 10 cm. The gauge of the tufting machine refers to the number of needles per inch and corresponds to the number of stitches per inch in a direction perpendicular to rows. The number of stitches per row is affected by the size of the needles in the topstitching machine and the thickness of the yarn. In one embodiment, the pile yarns are woven and the distance between consecutive pile yarns in a row is 1 to 10 mm and the distance between adjacent rows 1 to 10 mm. In one embodiment, the pile yarns are bonded by means of

Matrix weven en het verschil tussen opeenvolgende poolgaren bundels in de richting van de rijen is 5 tot 20 mm en de tussenruimte tussen aangrenzende poolgaren bundels in de richting loodrecht op rijen is 5 tot 20 mm. In één uitvoeringsvorm worden de poolgarens gehecht door tuften en de afstand tussen opeenvolgende poolgarens per rij is 3 tot 15 mm en de afstand tussen aangrenzende rijen is 3 tot 25 mm. In één uitvoeringsvorm worden de poolgarens gehecht door Matrix tuften en de afstand tussen opeenvolgende poolgarenbundels in de richting van de rijen is 5 tot 15 mm en het interval tussen aangrenzende poolgarenbundels in de richting loodrecht op rijen is 5 tot 20 mm.Matrix weaving and the gap between consecutive pile yarn bundles in the direction of the rows is 5 to 20 mm and the spacing between adjacent pile yarn bundles in the direction perpendicular to rows is 5 to 20 mm. In one embodiment, the pile yarns are bonded by tufting and the distance between consecutive pile yarns per row is 3 to 15 mm and the distance between adjacent rows is 3 to 25 mm. In one embodiment, the pile yarns are bonded by Matrix tufting and the distance between consecutive pile yarn bundles in the direction of the rows is 5 to 15 mm and the interval between adjacent pile yarn bundles in the direction perpendicular to rows is 5 to 20 mm.

Volgens een uitvoeringsvorm is het stekental van de eerste type vezel anderhalve tot drie keer het stekental van de vezel van het tweede type, bij voorkeur het dubbele. Volgens een uitvoeringsvorm worden de vezels van het eerste type getuft met een stekental van 10-50 steken per 0,1 m. Volgens een uitvoeringsvorm worden de vezels van het eerste type getuft met een stekental van 15-30 steken per 0,1 m. Doordat de vezels van het eerste type worden getuft met een stekental van 15-30 steken per 0,1 m, wordt een optimale schokdemping en rotationele weerstand verkregen. Een lager aantal steken per 0,1 m zou een kunstgrasmat met te lage schokdemping en weinig weerstand opleveren. Een hoger aantal steken per 0,1 mAccording to an embodiment, the stitch count of the first type of fiber is one and a half to three times the stitch count of the fiber of the second type, preferably double. According to one embodiment, the fibers of the first type are tufted with a stitch count of 10-50 stitches per 0.1 m. According to an embodiment, the fibers of the first type are tufted with a stitch count of 15-30 stitches per 0.1 m. Because the fibers of the first type are tufted with a stitch count of 15-30 stitches per 0.1 m, optimal shock absorption and rotational resistance are obtained. A lower number of stitches per 0.1 m would result in an artificial grass mat with too little shock absorption and little resistance. A higher number of stitches per 0.1 m

12 BE2022/5619 zou leiden tot een kunstgrasmat met te hoge schokdemping en rotatieweerstand en mogelijks tot productieproblemen leiden.12 BE2022/5619 would lead to an artificial grass mat with excessive shock absorption and rotation resistance and possibly lead to production problems.

Volgens een uitvoeringsvorm, worden de vezels van het tweede type getuft met een stekental van 10-15 steken per 0,1 m. Doordat de vezels van het tweede type worden getuft met een stekental van 10-15 steken per 0,1 m, wordt een kunstgrasmat gevormd met goeie speeleigenschappen. De tweede vezels zijn belangrijk voor een goede balrol en verhogen de gelijkenis met natuurgras.According to an embodiment, the fibers of the second type are tufted with a stitch count of 10-15 stitches per 0.1 m. Because the fibers of the second type are tufted with a stitch count of 10-15 stitches per 0.1 m, an artificial grass mat with good playing properties. The second fibers are important for good ball roll and increase the similarity to natural grass.

Volgens een uitvoeringsvorm worden per m? gronddoek er 2-15 keer meer vezels van het eerste type aangebracht dan vezels van het tweede type. Volgens een uitvoeringsvorm worden per m? gronddoek er 4-10 keer meer vezels van het eerste type aangebracht dan vezels van het tweede type, bij voorkeur 5-8 keer meer. Volgens een uitvoeringsvorm worden per m2 gronddoek er 500 000 tot 1 000 000 vezels van het eerste type aangebracht en per m? gronddoek er 70 000 tot 300 000 vezels van het tweede type. Volgens een uitvoeringsvorm worden per m? gronddoek er 700 000 tot 950 000 vezels van het eerste type aangebracht en per m? gronddoek er 100 000 tot 200 000 vezels van het tweede type. Doordat per m2 gronddoek er 500 000 tot 1 000 000 vezels van het eerste type worden aangebracht en dat er per m? gronddoek er 70 000 tot 300 000 vezels van het tweede type worden aangebracht, ontstaat er een kunstgrasmat die geschikt is om zonder infill te voldoen aan de EN-richtlijnen voor een kunstgrasveld. Dit vereenvoudigt het productieproces, vermindert de benodigde arbeid tijdens de installatie en onderhoud en vermindert het afval en milieubelasting.According to one embodiment, per m? ground cloth, 2-15 times more fibers of the first type are applied than fibers of the second type. According to one embodiment, per m? ground cloth, 4-10 times more fibers of the first type are applied than fibers of the second type, preferably 5-8 times more. According to one embodiment, 500,000 to 1,000,000 fibers of the first type are applied per m2 of ground cloth and per m2 of the first type are applied. ground cloth there are 70,000 to 300,000 fibers of the second type. According to one embodiment, per m? ground cloth, 700,000 to 950,000 fibers of the first type are applied and per m? ground cloth there are 100,000 to 200,000 fibers of the second type. Because 500,000 to 1,000,000 fibers of the first type are applied per m2 of ground cloth and that per m2 ground cloth, 70,000 to 300,000 fibers of the second type are applied, an artificial grass mat is created that is suitable for meeting the EN guidelines for an artificial grass field without infill. This simplifies the production process, reduces labor required during installation and maintenance and reduces waste and environmental impact.

Volgens een uitvoeringsvorm omvat het aanbrengen van een veelvoud vezels in een primair gronddoek met een bovenoppervlak en een onderoppervlak het tuften van het primair gronddoek met vezels. Hierdoor worden getufte vezels bekomen. Deze getufte vezels strekken zich boven het bovenoppervlak uit en zijn bevestigd aan het primaire gronddoek. Ze zitten hier deels in. Volgens een uitvoeringsvorm, omvat de werkwijze uit twee afzonderlijke stappen, het vormen van de lussen of sprieten en het fixeren daarvan om zo de getufte vezels te creëren. Het fixeren geschiedt in een lange latexeer- of coatingstraat. Daar wordt de drager met latex of polyolefine dispersie bestreken. Vervolgens laat men de latex uitharden waarna de kunstgras op rollen wordt gedraaid. Voor het fixeren van de kunststofvezels aan de drager zijn ook andere technieken bekend, zoals bijvoorbeeld fixering van de vezels aan het gronddoek met polyurethaan. Zo kunnen de kunststofvezels aan de drager versmolten worden.According to an embodiment, arranging a plurality of fibers in a primary ground cloth with an upper surface and a lower surface involves tufting the primary ground cloth with fibers. This results in tufted fibers. These tufted fibers extend above the top surface and are attached to the primary ground cloth. They are partly in this. According to one embodiment, the method comprises two separate steps, forming the loops or sprits and fixing them to create the tufted fibers. Fixing takes place in a long latexing or coating line. There the carrier is coated with latex or polyolefin dispersion. The latex is then allowed to harden after which the artificial grass is rolled onto rollers. Other techniques are also known for fixing the synthetic fibers to the carrier, such as fixing the fibers to the ground cloth with polyurethane. In this way, the plastic fibers can be fused to the carrier.

Hierbij worden drukrollen gebruikt die warmte overdragen op de drager. Een primaire coating langs het onderoppervlak van het primair gronddoek fixeert de getufte vezels beter in het primair gronddoek. Teneinde het fixeren te verbeteren of te versnellen kan een hulplaag worden aangebracht aan de onderzijde van de drager. Deze laag kan bijvoorbeeld de hechting van de lijm of smeltlijm aan de drager verbeteren. Een andere toepassing kan bijvoorbeeld zijn dat deze laag snel opwarmt tijdens het ultrasoon lassen of de infrarode bestraling.Pressure rollers are used to transfer heat to the carrier. A primary coating along the bottom surface of the primary ground cloth fixes the tufted fibers better in the primary ground cloth. In order to improve or accelerate fixing, an auxiliary layer can be applied to the underside of the carrier. This layer can, for example, improve the adhesion of the glue or hot melt adhesive to the carrier. Another application could be that this layer heats up quickly during ultrasonic welding or infrared irradiation.

Alhoewel de laag veelal voor het fixeren wordt aangebracht zijn toepassingen mogelijk waarbijAlthough the layer is often applied before fixing, applications are possible

13 BE2022/5619 de laag na het eigenlijke fixeren wordt aangebracht om bijvoorbeeld de uithardtijd van een lijm te verminderen.13 BE2022/5619 the layer is applied after the actual fixation, for example to reduce the curing time of an adhesive.

Volgens een uitvoeringsvorm, wordt een vulstof of infill aangebracht op het oppervlak van de kunstgrasmat, waarbij de vulstof wordt aangebracht tot op een niveau van 5-50% van de gemiddelde hoogte van de vezels van het eerste type, bij voorkeur tot een niveau van 5-30% van de gemiddelde hoogte, en meer bij voorkeur van 10-30%.According to an embodiment, a filler or infill is applied to the surface of the artificial grass mat, the filler being applied to a level of 5-50% of the average height of the fibers of the first type, preferably to a level of 5 -30% of the average height, and more preferably from 10-30%.

Doordat een vulstof aangebracht wordt op het oppervlak van de kunstgrasmat, blijven de vezels rechtop staan en wordt de schokabsorptie en vervormbaarheid van de kunstgrasmat verbeterd. De vulstof vormt doorgaans een laag met een dikte van ongeveer 5 tot 30 mm.Because a filler is applied to the surface of the artificial grass mat, the fibers remain upright and the shock absorption and deformability of the artificial grass mat is improved. The filler usually forms a layer with a thickness of approximately 5 to 30 mm.

Volgens een uitvoeringsvorm omvat de vulstof een styreenbutadieenrubber (SBR), een thermoplastisch elastomeer (TPE), ethyleenpropyleendieenmonomeerrubber (EPDM), PP, PE, zand, klei, leem of gerecycleerd rubber. Volgens een andere uitvoeringsvorm is er geen vulstof aanwezig. Volgens een uitvoeringsvorm is er geen performance infill aanwezig. Volgens een uitvoeringsvorm, wordt er zand aangebracht op het oppervlak van de kunstgrasmat, waarbij de hoeveelheid zand 5-50% van de normale hoeveelheid zand bedraagt. Volgens een uitvoeringsvorm, wordt er 1-10 kg zand aangebracht per m? kunstgrasmat.According to an embodiment, the filler comprises a styrene butadiene rubber (SBR), a thermoplastic elastomer (TPE), ethylene propylene diene monomer rubber (EPDM), PP, PE, sand, clay, loam or recycled rubber. According to another embodiment, no filler is present. According to one embodiment, no performance infill is present. According to one embodiment, sand is applied to the surface of the artificial grass mat, the amount of sand being 5-50% of the normal amount of sand. According to one embodiment, 1-10 kg of sand is applied per m? artificial grass mat.

Volgens een uitvoeringsvorm omvat de werkwijze het aan elkaar bevestigen van verschillende kunstgrasmatten, het aanbrengen van vulmateriaal, het snijden van kunstgrasstroken om zo een kunstgrasveld te bekomen.According to an embodiment, the method comprises attaching different artificial grass mats to each other, applying filling material, and cutting artificial grass strips in order to obtain an artificial grass field.

In een derde aspect betreft de uitvinding een kunstgrasmat verkregen volgens de werkwijze volgens het tweede aspect. Deze kunstgrasmat omvat twee types vezels en heeft optimale speeleigenschappen qua verticale deformatie, balrol en rotationele weerstand.In a third aspect, the invention concerns an artificial grass mat obtained according to the method according to the second aspect. This artificial grass mat consists of two types of fibers and has optimal playing properties in terms of vertical deformation, ball roll and rotational resistance.

Een vakman geschoold in het technische veld zal inzien dat een kunstgrasmat volgens het eerste aspect bij voorkeur vervaardigd wordt volgens een werkwijze volgens het tweede aspect en dat een werkwijze volgens het tweede aspect bij voorkeur een kunstgrasmat bekomt volgens het eerste aspect. Elk kenmerk, beschreven in dit document, hierboven zowel als hieronder, kan bijgevolg betrekking hebben op elk van de drie aspecten van de huidige uitvinding.A skilled person trained in the technical field will recognize that an artificial grass mat according to the first aspect is preferably manufactured according to a method according to the second aspect and that a method according to the second aspect preferably produces an artificial grass mat according to the first aspect. Each feature described in this document, above as well as below, may therefore relate to any of the three aspects of the present invention.

In wat volgt, wordt de uitvinding beschreven a.d.h.v. niet-limiterende voorbeelden die de uitvinding illustreren, en die niet bedoeld zijn of geïnterpreteerd mogen worden om de omvang van de uitvinding te limiteren.In what follows, the invention is described by means of: non-limiting examples that illustrate the invention and are not intended or should be construed to limit the scope of the invention.

14 BE2022/561914 BE2022/5619

FIGURENFIGURES

Hierbij wordt het primair gronddoek 1 vanaf een rol 16 toegevoerd aan een 5 tuftmachine 2.The primary ground cloth 1 is supplied from a roll 16 to a tufting machine 2.

De vezels van het eerste type 3 en de vezels van het tweede type 3’ worden vanaf rollen 17 en 17', respectievelijk, aangeleverd. Bij het tuften drukt een samenstel van naalden 4 de vezels van het eerste type 3 en de vezels van het tweede type 3’ door het primair gronddoek 1. Zodoende worden lussen 5 gevormd welke in de weergegeven uitvoeringsvorm in een later stadium door een mes 6 open worden gesneden waardoor sprieten worden gevormd. Na het tuften wordt het primair gronddoek 1 verder getransporteerd in de richting van een fixeerstation 7. Dit transport vindt plaats door een geleidingssysteem dat met eenzelfde snelheid worden aangedreven. De weergegeven uitvoeringsvorm kan tevens een hulplaag of een stabilisatielaag aanbrengen. Het verschil tussen de vezels van het eerste type en de vezels van het tweede type is op de figuur niet zichtbaar.The fibers of the first type 3 and the fibers of the second type 3' are supplied from rolls 17 and 17', respectively. During tufting, an assembly of needles 4 pushes the fibers of the first type 3 and the fibers of the second type 3' through the primary ground cloth 1. Loops 5 are thus formed which, in the embodiment shown, are opened at a later stage by a knife 6. are cut to form blades. After tufting, the primary ground cloth 1 is further transported in the direction of a fixing station 7. This transport takes place by a guide system that is driven at the same speed. The embodiment shown can also apply an auxiliary layer or a stabilization layer. The difference between the fibers of the first type and the fibers of the second type is not visible in the figure.

VOORBEELDENEXAMPLES

VOORBEELD 1EXAMPLE 1

Voorbeeld 1 betreft de speeleigenschappen volgens een kunstgrasmat volgens de uitvinding.Example 1 concerns the playing properties of an artificial grass mat according to the invention.

De terugkaatsing van een voetbal is tussen de 0.6m - 1.0m, gemeten volgens EN 12235. Het rollen van de bal, gemeten volgens EN 12234 bedraagt 4,0-10,0 m. De schokabsorptie ligt tussen de 55 en 70%, gemeten volgens EN 14808. Verticale deformatie (mm), gemeten volgens EN 14809, ligt tussen 4 en 9 mm. De rotationele weerstand, gemeten volgens EN 15301-1 bedraagt 25-50 Nm.The rebound of a football is between 0.6m - 1.0m, measured according to EN 12235. The rolling of the ball, measured according to EN 12234, is 4.0-10.0 m. The shock absorption is between 55 and 70%, measured according to EN 14808. Vertical deformation (mm), measured according to EN 14809, is between 4 and 9 mm. The rotational resistance, measured according to EN 15301-1, is 25-50 Nm.

Claims

15 BE2022/5619 CONCLUSIONS

1. An artificial grass mat comprising: a primary ground cloth, with an upper surface and a lower surface; a plurality of fibers extending above the top surface and tufted onto the primary ground cloth; and a primary coating on the bottom surface of the primary ground cloth configured to fix the tufted fibers, characterized in that the plurality of fibers comprises a first type of fibers and a second type of fibers, the first type being crimped fibers and the second type fibers are substantially straight or spiral fibers and at least half of the fibers of the second type extend above the fibers of the first type.

2. Artificial grass mat according to claim 1, characterized in that the pile height of at least 90% of the fibers of the second type is 20-150% higher than the pile height of the fibers of the first type.

3. Artificial grass mat according to claim 1 or 2, characterized in that the crimp is such that by applying crimp the fiber is reduced in length by 20-60%.

4. Artificial grass mat according to any of the preceding claims 1 to 3, characterized in that the stretched pile length of the fibers of the first type is 20-30 mm and the pile height of the fibers of the second type is 25-40 mm.

5. Artificial grass mat according to any of the preceding claims 1 to 4, characterized in that the fibers of the first type are extruded monofilaments with a dtex of 5000-9000 and a thickness of 150-250 µm.

6. Artificial grass mat according to any one of the preceding claims 1 to 5, characterized in that the fibers of the first type and the fibers of the second type include and preferably consist of polyethylene or polypropylene.

7. Artificial grass mat according to any of the preceding claims 1 to 6, characterized in that the fibers are of the second type monofilaments with a dtex of 10,000-15,000 and a thickness of 250-400 µm.

8. Artificial grass mat according to any of the preceding claims 1 to 7, characterized in that the rotational resistance is between 25 and 50 Nm, measured according to EN 15301-1.

9. Artificial grass mat according to any of the preceding claims 1 to 8, characterized in that the vertical deformation is 4-9 mm, measured according to EN 14809.

16 BE2022/5619

10. A method for manufacturing an artificial grass mat comprising: tufting a plurality of fibers into a primary ground cloth having an upper surface and a lower surface; obtaining tufted fibers, which extend above the top surface and are attached to the primary ground cloth; applying a primary coating to the bottom surface of the primary ground cloth, suitable for fixing the tufted fibers; characterized in that the tufted fibers comprise a first type of fibers and a second type of fibers, the first type being crimped fibers and the second type of fibers being substantially straight or spiral fibers.

11. Method according to claim 10, characterized in that the fibers of the first type are arranged in rows in the primary ground cloth and wherein the fibers of the second type are arranged in rows substantially parallel or coinciding with the rows of fibers of the first type. .

Method according to claim 10 or 11, characterized in that the fibers of the first type are tufted with a stitch count of 15-30 stitches per 0.1 m.

13. Method according to claim 10, 11 or 12, characterized in that the fibers of the second type are tufted with a stitch count of 10-15 stitches per 0.1 m.

14. Method according to any of the preceding claims 10 to 13, characterized in that per m? ground cloth, 500,000 to 1,000,000 fibers of the first type are applied and that per m2 of ground cloth, 70,000 to 300,000 fibers of the second type are applied.

15. Artificial grass mat obtained according to the method according to any of the claims 10 to 14.