BE1030564B1 - CLIMATE CONTROL SYSTEM FOR A BUILDING - Google Patents

CLIMATE CONTROL SYSTEM FOR A BUILDING Download PDF

Info

Publication number
BE1030564B1
BE1030564B1 BE20225408A BE202205408A BE1030564B1 BE 1030564 B1 BE1030564 B1 BE 1030564B1 BE 20225408 A BE20225408 A BE 20225408A BE 202205408 A BE202205408 A BE 202205408A BE 1030564 B1 BE1030564 B1 BE 1030564B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
heat
panel
building
emitter
solar
Prior art date
Application number
BE20225408A
Other languages
Dutch (nl)
Other versions
BE1030564A1 (en
Inventor
Patrick Brants
Original Assignee
Patrick Brants
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Patrick Brants filed Critical Patrick Brants
Priority to BE20225408A priority Critical patent/BE1030564B1/en
Priority to PCT/EP2023/063974 priority patent/WO2023227687A1/en
Publication of BE1030564A1 publication Critical patent/BE1030564A1/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1030564B1 publication Critical patent/BE1030564B1/en

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F5/00Air-conditioning systems or apparatus not covered by F24F1/00 or F24F3/00, e.g. using solar heat or combined with household units such as an oven or water heater
    • F24F5/0046Air-conditioning systems or apparatus not covered by F24F1/00 or F24F3/00, e.g. using solar heat or combined with household units such as an oven or water heater using natural energy, e.g. solar energy, energy from the ground
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24SSOLAR HEAT COLLECTORS; SOLAR HEAT SYSTEMS
    • F24S30/00Arrangements for moving or orienting solar heat collector modules
    • F24S30/40Arrangements for moving or orienting solar heat collector modules for rotary movement
    • F24S30/42Arrangements for moving or orienting solar heat collector modules for rotary movement with only one rotation axis
    • F24S30/425Horizontal axis
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F5/00Air-conditioning systems or apparatus not covered by F24F1/00 or F24F3/00, e.g. using solar heat or combined with household units such as an oven or water heater
    • F24F5/0046Air-conditioning systems or apparatus not covered by F24F1/00 or F24F3/00, e.g. using solar heat or combined with household units such as an oven or water heater using natural energy, e.g. solar energy, energy from the ground
    • F24F2005/0064Air-conditioning systems or apparatus not covered by F24F1/00 or F24F3/00, e.g. using solar heat or combined with household units such as an oven or water heater using natural energy, e.g. solar energy, energy from the ground using solar energy
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24SSOLAR HEAT COLLECTORS; SOLAR HEAT SYSTEMS
    • F24S30/00Arrangements for moving or orienting solar heat collector modules
    • F24S2030/10Special components
    • F24S2030/11Driving means
    • F24S2030/115Linear actuators, e.g. pneumatic cylinders
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24SSOLAR HEAT COLLECTORS; SOLAR HEAT SYSTEMS
    • F24S40/00Safety or protection arrangements of solar heat collectors; Preventing malfunction of solar heat collectors
    • F24S40/10Protective covers or shrouds; Closure members, e.g. lids

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Sustainable Energy (AREA)
  • Sustainable Development (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Thermal Sciences (AREA)
  • Building Environments (AREA)
  • Central Heating Systems (AREA)

Abstract

De huidige bekendmaking betreft een systeem voor het reguleren van een binnenklimaat van een gebouw. Het systeem omvat een zonnewarmtecollectorpaneel (1) dat in thermische warmtewisseling verkeert met ten minste één verwarmingsbuffer voor het accumuleren van warmte uit zonnestraling en voor het afgeven van ten minste deel van de geaccumuleerde warmte binnen het gebouw. Het systeem omvat voorts een warmte-emitterpaneel (2) dat in thermische warmtewisseling verkeert met een koelingsbuffer (25) en één of meer warmtewisselaars voor het onttrekken van warmte van binnen het gebouw en het afvoeren van onttrokken warmte naar de omgeving. Het zonnewarmtecollectorpaneel en het warmte-emitterpaneel zijn oriënteerbaar ten opzichte van elkaar en ten opzichte van het zenit, zodanig dat, in een afvoermodus, een gedeelte van een stralingscomponent van warmte afgevoerd van het warmte- emitterpaneel gericht is richting de hemel via reflectie op het zonnewarmtecollectorpaneel.The current announcement concerns a system for regulating the indoor climate of a building. The system comprises a solar heat collector panel (1) that is in thermal heat exchange with at least one heating buffer for accumulating heat from solar radiation and for releasing at least part of the accumulated heat within the building. The system further comprises a heat emitter panel (2) that is in thermal heat exchange with a cooling buffer (25) and one or more heat exchangers for extracting heat from within the building and dissipating extracted heat to the environment. The solar heat collector panel and the heat emitter panel are orientable relative to each other and relative to the zenith such that, in a dissipation mode, a portion of a radiant component of heat discharged from the heat emitter panel is directed towards the sky via reflection on the solar heat collector panel .

Description

1 BE2022/54081 BE2022/5408

KLIMAATREGULERINGSSYSTEEM VOOR EEN GEBOUWCLIMATE CONTROL SYSTEM FOR A BUILDING

TECHNISCH DOMEIN EN ACHTERGRONDTECHNICAL DOMAIN AND BACKGROUND

De huidige bekendmaking heeft betrekking op een systeem voor het reguleren van een binnenklimaat van een gebouw, een werkwijze voor het laten werken van een dergelijk systeem, een gebouw omvattende een dergelijk systeem en een werkwijze voor het vernieuwen van een gebouw voor het reguleren van een binnenklimaat van het gebouw.The current disclosure relates to a system for regulating an indoor climate of a building, a method for operating such a system, a building comprising such a system and a method for renewing a building for regulating an indoor climate. off the building.

In zowel residentiële als commerciële gebouwen zijn energetische eigenschappen van groot belang geworden wegens een verhoogde bewustwording betreffende het verspillen van energie en zijn effecten op het milieu, zowel als financiële aspecten. Dit heeft geresulteerd in veel technische evoluties zowel in het verbeteren van energetische eigenschappen van bestaande gebouwen als het ontwerpen van geoptimaliseerde systemen voor energieverdeling in nieuwe gebouwen.In both residential and commercial buildings, energetic properties have become of great importance due to increased awareness of energy waste and its effects on the environment, as well as financial aspects. This has resulted in many technical evolutions, both in improving the energetic properties of existing buildings and in the design of optimized systems for energy distribution in new buildings.

De energetische eigenschappen van een gebouw worden beduidend bepaald door verwarmings-, ventilatie- en airconditioningsystemen binnen het gebouw.The energetic properties of a building are significantly determined by heating, ventilation and air conditioning systems within the building.

Door gebruik te maken van fotovoltaïsche cellen, zonnewarmtecollectoren, windturbines en andere hernieuwbare energietechnologieën, kan elektriciteit opgewekt worden en kan warmte opgevangen worden zonder afhankelijk te zijn van het net. Voorts vermindert het een afhankelijkheid van niet-hernieuwbare energiebronnen, bv. afkomstig van een steenkoolcentrale, die vaak negatieve impact hebben op het milieu. Bijgevolg zijn hernieuwbare energiebronnen een standaard geworden in het ontwerp van energiesystemen binnen gebouwen.By using photovoltaic cells, solar heat collectors, wind turbines and other renewable energy technologies, electricity can be generated and heat captured without being dependent on the grid. Furthermore, it reduces dependence on non-renewable energy sources, e.g. from a coal-fired power station, which often have a negative impact on the environment. Consequently, renewable energy sources have become a standard in the design of energy systems within buildings.

Voorts werden vele schema's en inrichtingen bedacht om de warmteverdeling binnen gebouwen te verbeteren om zo warmteverspilling te minimaliseren. Bijvoorbeeld, EP2917650A1 maakt een passief ventilatiesysteem bekend dat een zonnecollector omvat.Furthermore, many schemes and devices have been devised to improve heat distribution within buildings to minimize heat waste. For example, EP2917650A1 discloses a passive ventilation system that includes a solar collector.

9 BE2022/54089 BE2022/5408

SAMENVATTINGRESUME

De uitvinding doelt erop een klimaatreguleringssysteem te voorzien, omvattende verwarming en koeling, dat energieaspecten optimaliseert binnen een gebouw en tegelijk hernieuwbare energiebronnen, zoals zonnecollectoren, opneemt in het systeem. Zoals hieronder uitgelegd zal worden kan het systeem op voordelige wijze voldoen aan zowel verwarmings- als koelingsbehoeften van verscheidene ontvangers binnen het gebouw. Koelingsbehoeften zowel als warmtebehoeften kunnen gebaseerd zijn op een automatische detectie van het aantal personen aanwezig in het gebouw. Op voordelige wijze laat het systeem toe om aan deze behoeften te voldoen door adequate opvanging, emissie en opslag van warmte van hernieuwbare bronnen. Aldus reduceert of elimineert het systeem hoofdzakelijk een algemene afhankelijkheid van niet-hernieuwbare energiebronnen (zoals gas of elektriciteit van een stadsenergienet) voor het reguleren van een binnenklimaat van het gebouw.The invention aims to provide a climate regulation system, including heating and cooling, that optimizes energy aspects within a building and at the same time incorporates renewable energy sources, such as solar collectors, into the system. As will be explained below, the system can cost-effectively meet both heating and cooling needs of various receivers within the building. Cooling needs as well as heating needs can be based on automatic detection of the number of people present in the building. Advantageously, the system allows these needs to be met through adequate capture, emission and storage of heat from renewable sources. Thus, the system essentially reduces or eliminates a general dependence on non-renewable energy sources (such as gas or electricity from a city energy grid) for regulating an indoor climate of the building.

Aspecten van de huidige bekendmaking hebben betrekking op een systeem voor het reguleren van een binnenklimaat van een gebouw, een gebouw omvattende een systeem voor het reguleren van een binnenklimaat van een gebouw, een werkwijze voor het laten werken van een systeem voor het reguleren van een binnenklimaat van een gebouw en een werkwijze voor het vernieuwen van een gebouw voor het reguleren van een binnenklimaat van een gebouw.Aspects of the present disclosure relate to a system for regulating an indoor climate of a building, a building comprising a system for regulating an indoor climate of a building, a method for operating a system for regulating an indoor climate of a building and a method for renovating a building for regulating the indoor climate of a building.

De uitvinding voorziet een systeem voor het reguleren van een binnenklimaat van een gebouw. Het systeem omvat ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel en ten minste één warmte-emitterpaneel gepositioneerd langs een dak van het gebouw. Voorts omvat het systeem een verwarmingssysteem dat ten minste een verwarmingsbuffer omvat die in thermische warmtewisseling verkeert met het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel voor het accumuleren van warmte uit zonnestraling invallend op het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel,The invention provides a system for regulating an indoor climate of a building. The system includes at least one solar heat collector panel and at least one heat emitter panel positioned along a roof of the building. The system further comprises a heating system that comprises at least a heating buffer that is in thermal heat exchange with the at least one solar heat collector panel for accumulating heat from solar radiation incident on the at least one solar heat collector panel,

3 BE2022/5408 bv. overdag. De verwarmingsbuffer verkeert ook in thermische warmtewisseling met één of meer radiator opgesteld binnen het gebouw voor het afgeven van ten minste deel van de geaccumuleerde warmte binnen het gebouw, bv. gedurende de nacht of een koude periode, voor het opwarmen van ruimten binnen het gebouw om te voldoen aan warmtebehoeften van ontvangers binnen het gebouw. Het systeem omvat ook een koelingssysteem dat ten minste een koelingsbuffer omvat voor het onttrekken van warmte van binnen het gebouw (bv. door één of meer warmtewisselaars) en die in thermische warmtewisseling verkeert met het ten minste één warmte-emitterpaneel voor het afvoeren van ten minste deel van de onttrokken warmte naar de omgeving. Het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel en het ten minste één warmte-emitterpaneel zijn oriënteerbaar ten opzichte van elkaar en ten opzichte van het zenit, zodanig dat, in een afvoermodus, ten minste een gedeelte van een stralingscomponent van warmte afgevoerd van het ten minste één warmte- emitterpaneel wordt gericht richting de hemel of het zenit via reflectie op het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel door een reflectief effect op het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel.3 BE2022/5408 e.g. during the day. The heating buffer also undergoes thermal heat exchange with one or more radiators located within the building to release at least part of the accumulated heat within the building, e.g. during the night or a cold period, to heat up spaces within the building to to meet heating needs of recipients within the building. The system also includes a cooling system that includes at least a cooling buffer for extracting heat from within the building (e.g. through one or more heat exchangers) and that is in thermal heat exchange with the at least one heat emitter panel for removing at least part of the extracted heat to the environment. The at least one solar heat collector panel and the at least one heat emitter panel are orientable relative to each other and relative to the zenith such that, in a dissipation mode, at least a portion of a radiant component of heat is removed from the at least one heat source. emitter panel is directed towards the sky or the zenith via reflection on the at least one solar heat collector panel by a reflective effect on the at least one solar heat collector panel.

Door gebruik te maken van zonnewarmtecollectoren verhoogt het systeem onafhankelijkheid van externe energiebronnen, bv. via het net, en van niet-hernieuwbare energiebronnen.By using solar heat collectors, the system increases independence from external energy sources, e.g. via the grid, and from non-renewable energy sources.

Door warmte-emitters te voorzien kan het koelen van het gebouw meer efficiënt uitgevoerd worden en kan het klimaat binnen het gebouw gereguleerd worden met minder variaties, bv. temperatuurvariaties.By providing heat emitters, cooling of the building can be carried out more efficiently and the climate within the building can be regulated with fewer variations, e.g. temperature variations.

Het splitsen van het systeem in twee systemen, namelijk een verwarmingssysteem en een koelingssysteem, resulteert in een flexibeler systeem dat snel kan reageren op veranderende buitenklimaat- omstandigheden en ontvangerbehoeften. De twee systemen bevinden zich op een verschillende temperatuur, waarvan tijdens gebruik de temperatuurSplitting the system into two systems, namely a heating system and a cooling system, results in a more flexible system that can quickly respond to changing outdoor climate conditions and receiver needs. The two systems are at different temperatures, including the temperature during use

4 BE2022/5408 van het verwarmingssysteem over het algemeen hoger is dan de temperatuur van het koelingssysteem.4 BE2022/5408 of the heating system is generally higher than the temperature of the cooling system.

Door een verwarmingsbuffer en een koelingsbuffer te voorzien is het systeem in staat om temperatuurveranderingen beter te beheren en voorts bij te dragen aan de flexibiliteit en efficiëntie van het systeem. Het verwarmingssysteem kan worden ingericht als een centraal georganiseerd verwarmingssysteem omvattende een relatief grote verwarmingsbuffer bij zijn kern om een betrouwbaar verwarmingssysteem te voorzien.By providing a heating buffer and a cooling buffer, the system is able to better manage temperature changes and furthermore contribute to the flexibility and efficiency of the system. The heating system can be arranged as a centrally organized heating system comprising a relatively large heating buffer at its core to provide a reliable heating system.

Door zonnewarmtecollectorpanelen en warmte-emitterpanelen te voorzien die oriënteerbaar zijn ten opzichte van elkaar en ten opzichte van het zenit, kan de efficiëntie van het systeem worden verhoogd, tijdens gebruik, door de panelen op een optimale wijze te oriënteren, bv. afhankelijk van weers- en/of seizoensgebonden variaties of noden van ontvangers binnen het gebouw. Bijvoorbeeld tijdens een afvoermodus, waarbij warmte afgevoerd moet worden van het gebouw. De afvoermodus kan zich tijdens de nacht of een warme periode voordoen, over het algemeen in warme klimaatzones of tijdens andere momenten wanneer koeling vereist kan zijn.By providing solar heat collector panels and heat emitter panels that are orientable relative to each other and relative to the zenith, the efficiency of the system can be increased during use by orientating the panels in an optimal manner, e.g. depending on weather conditions. and/or seasonal variations or needs of recipients within the building. For example during a discharge mode, where heat must be removed from the building. The drain mode may occur during the night or a warm period, generally in warm climate zones or during other times when cooling may be required.

Uitvinders hebben gevonden dat door een warmte-emitterpaneel en een warmtecollectorpaneel naar elkaar te oriënteren onder een hoek zodanig dat ten minste een gedeelte van een stralingscomponent van warmte afgevoerd van het warmte-emitterpaneel wordt gericht richting de hemel via reflectie op het zonnewarmtecollectorpaneel, meer warmte kan worden afgevoerd van het warmte-emitterpaneel dan indien het rechtstreeks ingericht zou zijn richting het zenit. Er werd gevonden dat de opwaartse inrichting van de emitterpanelen een convectiecomponent van warmteafvoer te verbetert. Door gebruik te maken van de warmtecollectorpanelen via reflectie, wordt de totale stralingscomponent van warmteafvoer van de warmte-emitterpanelen richting de hemel verhoogd. Het positioneren van het emitterpaneel en collectorpaneel tegenover elkaar onder een hoek <180° maakt het voor het emitterpaneel effectief mogelijk om meer warmte richting de hemel (zenit) te emitteren.Inventors have found that by orienting a heat emitter panel and a heat collector panel toward each other at an angle such that at least a portion of a radiant component of heat dissipated from the heat emitter panel is directed toward the sky via reflection on the solar heat collector panel, more heat can be are discharged from the heat emitter panel than if it were arranged directly towards the zenith. It was found that the upward arrangement of the emitter panels enhances a convective component of heat dissipation. By using the heat collector panels via reflection, the total radiant component of heat dissipation from the heat emitter panels towards the sky is increased. Positioning the emitter panel and collector panel opposite each other at an angle <180° effectively allows the emitter panel to emit more heat towards the sky (zenith).

Indien het emitterpaneel gepositioneerd zou zijn onder een hoek zonder een collectorpaneel daartegenover, dan zou warmte afgevoerd in een zijwaartse richting resulteren in een minder effectieve emissie. Tijdens een 5 warmteopvangmodus kan het emitterpaneel op voordelige wijze buiten een directe baan tussen zon en zonnecollector geplaatst zijn, bv. kan het emitterpaneel horizontaal ingericht zijn, plat op het dak. Aldus werken de warmtecollectorpanelen en emitterpanelen in synergie om optimaal warmte op te vangen en af te voeren, waarbij de warmtecollectorpanelen op voordelige wijze een duale functionaliteit voorzien die, naast het opvangen van warmte, het voorzien van een reflectief oppervlak omvat voor het omleiden van warmte afgevoerd van een nabij warmte-emitterpaneel naar de hemel om zo de totale warmteafvoer van de warmte-emitterpanelen van het systeem te verhogen. Als zodanig worden de warmteafvoermogelijkheden van het systeem in zijn geheel verbeterd en wordt de algemene efficiëntie van het systeem verhoogd. Verhoogde systeemefficiëntie kan bijzonder voordelig zijn voor het reguleren van binnenklimaat van gebouwen in relatief warme regio’s (bv. de subtropen) of voor gebouwen die een relatief klein hemel-gericht buitenoppervlak, bv. dak, hebben, in verhouding tot een binnenvolume (bv. in hoogbouw).If the emitter panel were positioned at an angle without a collector panel opposite, heat dissipated in a sideways direction would result in less effective emission. During a heat collection mode, the emitter panel can be advantageously placed outside a direct path between the sun and the solar collector, for example the emitter panel can be arranged horizontally, flat on the roof. Thus, the heat collector panels and emitter panels work in synergy to optimally capture and dissipate heat, with the heat collector panels advantageously providing a dual functionality that, in addition to capturing heat, includes providing a reflective surface for redirecting dissipated heat. from a nearby heat emitter panel to the sky to increase the overall heat dissipation of the system's heat emitter panels. As such, the heat dissipation capabilities of the system as a whole are improved and the overall efficiency of the system is increased. Increased system efficiency can be particularly beneficial for regulating indoor climates of buildings in relatively warm regions (e.g. the subtropics) or for buildings that have a relatively small sky-facing exterior surface, e.g. roof, relative to an interior volume (e.g. high-rise buildings).

Om de warmteafvoer verder te verbeteren kunnen de emitterpanelen voorzien worden van een coating, bv. een zwarte coating voorzien door anodisering, hebbende een grote emissiviteit, bv. bij voorkeur groter dan 0,95, zoveel mogelijk lijkend op een zwarte straler.To further improve heat dissipation, the emitter panels can be provided with a coating, e.g. a black coating provided by anodization, having a high emissivity, e.g. preferably greater than 0.95, resembling a black radiator as much as possible.

Gebouwen, in het bijzonder hoogbouw zoals een wolkenkrabber, zijn gekend een voornamelijk centraal en verticaal ingerichte schacht, een ventilatieschacht, te omvatten, waarbij ventilatie plaatsvindt gebaseerd op trek (of het schoorsteeneffect). Trek kan worden beschreven als de luchtverplaatsing in en uit openingen van een gebouw, gestuwd door verschillen in luchteigenschappen, bv. luchttemperatuur ofBuildings, in particular high-rise buildings such as a skyscraper, are known to comprise a mainly centrally and vertically arranged shaft, a ventilation shaft, where ventilation takes place based on draft (or the chimney effect). Draft can be described as the movement of air into and out of openings in a building, driven by differences in air properties, e.g. air temperature or

6 BE2022/5408 luchtvochtigheid, binnen en buiten het gebouw. Over het algemeen zijn één of meer ventilatie-inlaten aanwezig, bv. bij een onderste deel van een het gebouw (bv. op beganegrondniveau), waaruit frisse lucht (omgevingslucht) de ventilatieschacht kan binnenkomen, en één of meer uitlaten, bij voorkeur bij een bovenste deel van het gebouw (bv. bij het dak) waaruit lucht binnen het gebouw vanuit de schacht naar buiten wordt geleid.6 BE2022/5408 humidity, inside and outside the building. Generally, one or more ventilation inlets are provided, e.g. at a lower part of the building (e.g. at ground floor level), from which fresh air (ambient air) can enter the ventilation shaft, and one or more outlets, preferably at a upper part of the building (e.g. near the roof) from which air within the building is led outside from the shaft.

De één of meer radiator van het klimaatreguleringssysteem volgens de uitvinding omvat bij voorkeur één of meer radiator die is gepositioneerd langs de ventilatieschacht, bv. een zij- of onderwand daarvan. Bij grootste voorkeur zijn de radiators voorzien bij een onderste deel van een ventilatieschacht binnen het gebouw om hun bijdrage aan de convectie langs de ventilatieschacht te maximaliseren zoals hieronder uitgelegd.The one or more radiators of the climate control system according to the invention preferably comprise one or more radiators that are positioned along the ventilation shaft, for example a side or bottom wall thereof. Most preferably, the radiators are located at a lower part of a ventilation shaft within the building to maximize their contribution to the convection along the ventilation shaft as explained below.

Het voorzien van een radiator aan de ventilatieschacht, bij voorkeur bij een onderste deel, draagt op voordelige wijze bij tot het genereren, verhogen, of bewaren van een opwaartse luchtstroming binnen de schacht in overeenstemming met de hierboven uitgelegde trek door toenemend aangedreven convectie wegens de geleverde toegevoegde warmte afkomstig van de radiator. Als zodanig wordt een passieve luchtstroom binnen de schacht gecreëerd door bijkomende warmte te voorzien bij een onderste deel van de schacht, en wordt een nood aan energieverbruikende ventilators beperkt. Daarnaast kan restwarmte gerecupereerd worden, waarmee de efficiëntie van het systeem verder verhoogd wordt. Uitvinders hebben gevonden dat het leveren van bijkomende warmte aan de ventilatieschacht zoals beschreven onverwachts meer efficiënte koeling voorziet. De verhoogde convectie draagt in zodanige mate bij tot de luchtstroming binnen de schacht dat meer warmte van binnen het gebouw (bv. leef- of kantoorruimtes bij tussenvloeren) buiten het gebouw gebracht kan worden door de ventilatieschacht dan de warmte wordt toegevoegd aan het gebouw door de ten minste één radiator. De warmte van de radiatorProviding a radiator to the ventilation shaft, preferably at a lower part, advantageously contributes to generating, increasing, or maintaining an upward airflow within the shaft in accordance with the draft explained above by increasing driven convection due to the supplied added heat from the radiator. As such, passive airflow within the shaft is created by providing additional heat at a lower part of the shaft, and the need for energy-consuming fans is reduced. In addition, residual heat can be recovered, further increasing the efficiency of the system. Inventors have found that providing additional heat to the ventilation shaft as described unexpectedly provides more efficient cooling. The increased convection contributes to the air flow within the shaft to such an extent that more heat from inside the building (e.g. living or office spaces at mezzanine floors) can be brought outside the building through the ventilation shaft than the heat is added to the building through the ventilation shaft. at least one radiator. The heat from the radiator

7 BE2022/5408 verhoogt de convectiestroom binnen de schacht die warmte naar buiten het gebouw transporteert.7 BE2022/5408 increases the convection current within the shaft that transports heat outside the building.

Het systeem kan voorts een warmterecuperatie-element omvatten. Het element 1s bij voorkeur voorzien bij een bovenste deel van de ventilatieschacht, bv. net stroomafwaarts van een uitlaat. Het warmterecuperatie-element verkeert in thermische warmtewisseling met de verwarmingsbuffer om ten minste deel van de warmte gedragen door de luchtstroming te recupereren voor opslag in de verwarmingsbuffer. Het positioneren van het warmterecuperatie-element nabij het boveneinde van de schacht, bv. meteen stroomafwaarts van een uitlaat, heeft de voorkeur omdat de luchttemperatuur over het algemeen verhoogd is richting het boveneinde van de schacht.The system may further comprise a heat recovery element. The element 1s is preferably provided at an upper part of the ventilation shaft, e.g. just downstream of an outlet. The heat recovery element is in thermal heat exchange with the heating buffer to recover at least part of the heat carried by the air flow for storage in the heating buffer. Positioning the heat recovery element near the top end of the shaft, e.g. immediately downstream of an exhaust, is preferred because the air temperature is generally increased towards the top end of the shaft.

Eén of meer zijpanelen kunnen worden voorzien die zijn ingericht om lateraal een volume te begrenzen tussen de zonnewarmtecollector en de warmte-emitter wanneer georiënteerd in de afvoermodus. Deze zijpane(e)l(en) voorzien een ‘kuip’, of half-omsloten volume, tussen het emitter- en collectorpaneel die wegstromen van koude lucht vermindert en de lucht langs een neerwaartse richting langs het emitterpaneel leidt, en aldus de convectiecomponent van de warmteafvoer verbetert in vergelijking met een vrijstaand paneel. Uitvinders hebben ontdekt dat het insluiten van de lucht kan resulteren in een effectieve daling van luchttemperatuur bij een emitterpaneel van ongeveer 8°C in vergelijking met een open configuratie. In warme klimaten kan het bijzonder voordelig zijn om een dergelijke ‘kup’ te voorzien om een afvoercomponent van warmteafvoer te verhogen.One or more side panels can be provided that are adapted to laterally define a volume between the solar heat collector and the heat emitter when oriented in the discharge mode. These side panel(s) provide a 'fairing', or semi-enclosed volume, between the emitter and collector panels that reduces cold air flow and directs the air in a downward direction past the emitter panel, thus eliminating the convective component of heat dissipation improves compared to a free-standing panel. Inventors have discovered that trapping the air can result in an effective drop in air temperature at an emitter panel of approximately 8°C compared to an open configuration. In warm climates it can be particularly beneficial to provide such a 'cup' to increase a dissipation component of heat dissipation.

Afhankelijk van de klimaatzone kunnen de warmtecollectorpanelen en warmte-emitterpanelen verder of dichter bij elkaar opgesteld worden. In warmere klimaatzones, waarbij koelen van het gebouw een grotere zorg 1s dan warmte voorzien aan het gebouw, kan het voordelig zijn om een warmte-emitterpaneel dichter bij hetDepending on the climate zone, the heat collector panels and heat emitter panels can be placed further or closer together. In warmer climate zones, where cooling the building is a greater concern than providing heat to the building, it may be advantageous to place a heat emitter panel closer to the building.

8 BE2022/5408 warmtecollectorpaneel op te stellen, zodanig dat warmte-emissie wordt verhoogd door meer reflectie op het warmtecollectorpaneel. In koudere klimaatzones kunnen de collector- en emitterpanelen daarentegen verder weg van elkaar opgesteld worden om de warmtecollectorpanelen toe te laten om minder gehinderd te worden tijdens warmteaccumulatie van de zonnewarmte en/of om vrijmaking toe te laten voor additionele elementen, zoals zonnewarmtecollectorpanelen, en/of fotovoltaïsche panelen.8 BE2022/5408 heat collector panel in such a way that heat emission is increased by more reflection on the heat collector panel. In colder climate zones, on the other hand, the collector and emitter panels can be positioned further away from each other to allow the heat collector panels to be less hindered during heat accumulation from the sun's heat and/or to allow release for additional elements, such as solar heat collector panels, and/or photovoltaic panels.

Als alternatief, of als aanvulling, kan het koelingssysteem een veelheid van de verwarmings- en/of de koelingsbuffers omvatten. Bij voorkeur worden de buffers cascaderend opgesteld vanaf de warmte- en/of koelingsbuffer richting steeds lagere verdiepingen van het gebouw. In een voorkeursuitvoeringsvorm verlaagt de temperatuur (en/of warmtecapaciteit) van koelingsbuffers en verlaagt temperatuur (en/of warmtecapaciteit) van verwarmingsbuffers in een richting richting de bovenzijde van het gebouw.Alternatively, or in addition, the cooling system may include a plurality of heating and/or cooling buffers. The buffers are preferably arranged in a cascading manner from the heating and/or cooling buffer towards lower and lower floors of the building. In a preferred embodiment, the temperature (and/or heat capacity) of cooling buffers decreases and the temperature (and/or heat capacity) of heating buffers decreases in a direction towards the top of the building.

Wegens het stijgen van warmte binnen gebouwen is er een toenemend grotere nood aan koelen bij hogere verdiepingen en lagere nood aan warmte bij hogere verdiepingen. Door de veelheid van buffers cascaderend te voorzien richting lagere verdiepingen wordt de efficiëntie van het systeem verder verhoogd aangezien deze configuratie de natuurlijke nood aan koeling/verwarming binnen een gebouw aanvult.Due to the increase in heat within buildings, there is an increasingly greater need for cooling at higher floors and a lower need for heating at higher floors. By cascading the multitude of buffers towards lower floors, the efficiency of the system is further increased as this configuration supplements the natural need for cooling/heating within a building.

In een voorkeursuitvoeringsvorm is één of meer van de koelingsbuffer ingericht voor het houden van een medium, bv. water, op een temperatuur die een vast-vloeistof faseovergang omvat van voornoemd medium, bv. ijswater. Wegens de faseovergang kan een hoge warmteopslag capaciteit worden bereikt voor de buffertanks.In a preferred embodiment, one or more of the cooling buffers are designed to maintain a medium, e.g. water, at a temperature that includes a solid-liquid phase transition of said medium, e.g. ice water. Due to the phase transition, a high heat storage capacity can be achieved for the buffer tanks.

Op voordelige wijze kan een emitterend oppervlak van het ten minste één warmte-emitterpaneel een veelheid van eerste en tweede oppervlakken omvatten die zijn ingericht in een trapconfiguratie. De eerste en tweede oppervlakken kunnen zodanig worden opgesteld dat ze naar verschillende richtingen gericht zijn. Door de veelheid van eerste en tweedeAdvantageously, an emissive surface of the at least one heat emitter panel may comprise a plurality of first and second surfaces arranged in a stair configuration. The first and second surfaces can be arranged to face different directions. By the multitude of first and second

9 BE2022/5408 oppervlakken ingericht in een trapconfiguratie op te stellen wordt het koelingsoppervlak vergroot, waarmee de efficiëntie van het systeem verder wordt verhoogd. De eerste oppervlakken kunnen verticaal worden opgesteld om te emitteren richting (een) nabije zonnewarmtecollector(en) om gebruik te maken van het reflectieve effect om op meer efficiënte wijze warmte te emitteren zoals hierboven besproken. De tweede oppervlakken kunnen horizontaal worden ingericht om te emitteren richting de hemel (zenit).9 BE2022/5408 surfaces arranged in a staircase configuration increases the cooling surface, which further increases the efficiency of the system. The first surfaces can be arranged vertically to emit toward a nearby solar heat collector(s) to take advantage of the reflective effect to more efficiently emit heat as discussed above. The second surfaces can be arranged horizontally to emit towards the sky (zenith).

Voorts kan ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel worden voorzien van een oppervlakteafwerking hebbende een emissiviteit <0,2, bij voorkeur een emissiviteit <0,1, ten minste onder de stralingshoek van opstelling, om een hoge warmteabsorptie te bereiken voor het opvangen van zoveel mogelijk warmte door de warmtecollectorpanelen.Furthermore, at least one solar heat collector panel can be provided with a surface finish having an emissivity <0.2, preferably an emissivity <0.1, at least under the radiation angle of installation, to achieve high heat absorption to capture as much heat as possible by the heat collector panels.

Ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel kan op voordelige wijze worden voorzien van een intrekbare reflecterende afdekking, bv. een glasplaat of een rolluik, die uitgestrekt kan worden over het zonnewarmtecollectorpane(e)l(en) tijdens de warmteafvoermodus. Als zodanig kan de reflectie van de warmte van het ten minste één warmte- emitterpaneel op het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel worden verhoogd, waarmee verder wordt bijgedragen aan de efficiëntie van het systeem.At least one solar heat collector panel can advantageously be provided with a retractable reflective cover, e.g. a glass plate or a roller shutter, which can be extended over the solar heat collector panel(s) during heat dissipation mode. As such, the reflection of heat from the at least one heat emitter panel onto the at least one solar heat collector panel can be increased, further contributing to the efficiency of the system.

Het systeem kan voorts ten minste één warmte-emitterpaneel van een tweede type omvatten dat in thermische warmtewisseling verkeert met de koelingsbuffer die is ingericht langs een gevel van het gebouw, waarbij de ten minste één warmte-emitter van het tweede type oriënteerbaar is ten opzichte van de gevel en het zenit. Door warmte-emitterpanelen van het tweede type te voorzien langs een zijbuitenwand van het gebouw kan meer warmte worden geëmitteerd, wat bijdraagt tot de efficiëntie en flexibiliteit van het systeem. Het ten minste één warmte-emitterpaneel van het tweede type kan roteerbaar rond een vast punt bij de gevel worden ingericht, zodanig dat het ten minste één warmte-emitterpaneel van het tweede typeThe system may further comprise at least one heat emitter panel of a second type that is in thermal heat exchange with the cooling buffer arranged along a facade of the building, wherein the at least one heat emitter of the second type is orientable with respect to the facade and the zenith. By providing heat emitter panels of the second type along an outer side wall of the building, more heat can be emitted, which contributes to the efficiency and flexibility of the system. The at least one heat emitter panel of the second type can be arranged rotatably around a fixed point on the facade, such that the at least one heat emitter panel of the second type

10 BE2022/5408 kan worden gepositioneerd variërend tussen een ingetrokken positie, waarbij het warmte-emitterpaneel van het tweede type wordt uitgelijnd met de gevel van het gebouw, en een uitgestrekte positie, waarbij het warmte- emitterpaneel van het tweede type een hoek >0° met de gevel van het gebouw omsluit. In de ingetrokken positie kunnen onderhoud en reiniging worden uitgevoerd aan de panelen. De warmte-emitterpanelen van het tweede type kunnen ook automatisch ingesteld worden in de ingetrokken positie in geval van extreme weersomstandigheden, bv. tijdens een storm.10 BE2022/5408 can be positioned varying between a retracted position, where the heat emitter panel of the second type is aligned with the facade of the building, and an extended position, where the heat emitter panel of the second type is at an angle >0° with the facade of the building. In the retracted position, maintenance and cleaning can be carried out on the panels. The heat emitter panels of the second type can also be automatically set to the retracted position in case of extreme weather conditions, e.g. during a storm.

Een emitterend oppervlak van het ten minste één warmte- emitterpaneel van het tweede type kan een veelheid van eerste en tweede oppervlakken omvatten ingericht in een trapconfiguratie, gelijkaardig aan de warmte-emitterpanelen hierboven beschreven.An emitting surface of the at least one heat emitter panel of the second type may include a plurality of first and second surfaces arranged in a stair configuration, similar to the heat emitter panels described above.

Als aanvulling kan een achterzijde van de warmte-emitterpanelen van het tweede type, die gericht is naar het gebouw, worden voorzien van een geluiddempend element, bv. een akoestisch isolerende mat, zoalsIn addition, a rear of the heat emitter panels of the second type, which faces the building, can be provided with a sound-absorbing element, e.g. an acoustic insulating mat, such as

Acusticab, om geluidsabsorptie en ruisdemping te voorzien om stillere ruimte te voorzien binnen het gebouw. Dit kenmerk kan bv. bijzonder interessant zijn indien het gebouw één of meer windturbines omvat, bv. ook ingericht langs de gevel of bij een bovenste gedeelte van het gebouw, om de akoestische ruis van de windturbine te verminderen.Acusticab, to provide sound absorption and noise reduction to provide quieter space within the building. This feature can, for example, be particularly interesting if the building contains one or more wind turbines, e.g. also arranged along the facade or at an upper part of the building, to reduce the acoustic noise of the wind turbine.

Het 1s ook mogelijk om voorts een zonnewarmtecollectorpaneel van een tweede type te voorzien dat in thermische warmtewisseling verkeert met de verwarmingsbuffer die is ingericht langs een gevel van het gebouw, bv. een zuidelijk georiënteerde gevel van het gebouw, waarbij de ten minste één zonnewarmtecollector van het tweede type oriënteerbaar kan zijn ten opzichte van de gevel en het zenit, en optioneel ingericht kan zijn om de zon te volgen tijdens de dag, bv. ingericht in overeenstemming met een zon-volgende baan.It is also possible to further provide a solar heat collector panel of a second type that is in thermal heat exchange with the heating buffer that is arranged along a facade of the building, e.g. a south-oriented facade of the building, whereby the at least one solar heat collector of the building second type can be oriented with respect to the facade and the zenith, and can optionally be arranged to follow the sun during the day, e.g. arranged in accordance with a sun-following orbit.

11 BE2022/540811 BE2022/5408

Op voordelige wijze kan het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel oriënteerbaar zijn, tijdens een accumulatiemodus, in overeenstemming met een zon-volgende baan.Advantageously, the at least one solar heat collector panel can be orientable, during an accumulation mode, in accordance with a sun-tracking path.

De warmte-emitterpanelen en/of de warmte-emitterpanelen van het tweede type kunnen op voordelige wijze geïntegreerd worden met een warmtegeleidend element gemaakt met een materiaal dat een hoge warmtegeleiding omvat, bv. koper, dat een warmtegeleiding heeft van ongeveer 400 W/(mK). Koper kan verkieslijk zijn boven materialen die een lagere warmtegeleiding omvatten, bv. staal, dat een warmtegeleiding heeft van ongeveer 40 W/(mK) afhankelijk van welke legering het omvat.The heat emitter panels and/or the heat emitter panels of the second type can be advantageously integrated with a thermally conductive element made with a material that has a high thermal conductivity, e.g. copper, which has a thermal conductivity of approximately 400 W/(mK ). Copper may be preferable to materials that include lower thermal conductivity, e.g. steel, which has a thermal conductivity of about 40 W/(mK) depending on which alloy it includes.

Het ten minste één warmte-emitterpaneel kan op voordelige wijze een laag omvatten van een samenstelling hebbende een warmtegeleidingscoëfficiënt >200 W/m/K, bij voorkeur >300W/m/K bij 20°C en 1 bar. Mogelijke voor de laag te gebruiken materialen kunnen Al (ongeveer 240 W/m/K), Cu (ongeveer 400 W/m/K) en/of Ag (ongeveer 420The at least one heat emitter panel can advantageously comprise a layer of a composition having a thermal conductivity coefficient >200 W/m/K, preferably >300W/m/K at 20°C and 1 bar. Possible materials to be used for the layer can be Al (approximately 240 W/m/K), Cu (approximately 400 W/m/K) and/or Ag (approximately 420

W/m/K) omvatten en of mengelingen omvattende één of meer van deze metalen.W/m/K) and/or mixtures comprising one or more of these metals.

De uitvinding voorziet voorts een werkwijze voor het laten werken van het systeem voor het reguleren van een binnenklimaat van een gebouw.The invention further provides a method for operating the system for regulating an indoor climate of a building.

De werkwijze omvat het oriënteren van het ten minste één warmte- emitterpaneel zodanig dat een normaalvector van het ten minste één warmte-emitterpaneel een horizontale component heeft die georiënteerd is richting het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel en een verticale component heeft die georiënteerd is richting het zenit voorafgaand aan en/of tijdens een warmteafvoercyclus. De werkwijze omvat ook het oriënteren van het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel zodanig dat een normaalvector van het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel een horizontale component heeft die georiënteerd 1s richting de ten minste één warmte-emitterpaneelcomponent, en een verticale component heeft dieThe method includes orienting the at least one heat emitter panel such that a normal vector of the at least one heat emitter panel has a horizontal component oriented toward the at least one solar heat collector panel and a vertical component oriented toward the zenith preceding on and/or during a heat dissipation cycle. The method also includes orienting the at least one solar heat collector panel such that a normal vector of the at least one solar heat collector panel has a horizontal component oriented 1s towards the at least one heat emitter panel component, and a vertical component oriented

12 BE2022/5408 georiënteerd is richting het zenit voorafgaand aan en/of tijdens een warmteafvoercyclus.12 BE2022/5408 is oriented towards the zenith prior to and/or during a heat dissipation cycle.

Voorts omvat de werkwijze het oriënteren van ten minste één warmte-emitterpaneel richting het zenit en het oriënteren van ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel richting de zon voorafgaand aan en/of tijdens een warmteaccumulatiemodus.The method further comprises orienting at least one heat emitter panel towards the zenith and orienting at least one solar heat collector panel towards the sun prior to and/or during a heat accumulation mode.

De uitvinding verschaft voorts een werkwijze voor het vernieuwen van een gebouw voor het reguleren van een binnenklimaat van het gebouw, waarbij de werkwijze het installeren van het systeem omvat voor het reguleren van een binnenklimaat van een gebouw zoals hierin bekendgemaakt.The invention further provides a method for renovating a building for regulating an indoor climate of the building, wherein the method comprises installing the system for regulating an indoor climate of a building as disclosed herein.

KORTE BESCHRIJVING VAN TEKENINGENBRIEF DESCRIPTION OF DRAWINGS

Deze en andere kenmerken, aspecten en voordelen van de inrichting, systemen en werkwijzen van de hudige bekendmaking zullen beter begrepen worden uit de volgende beschrijving, bijgevoegde conclusies, en bijhorende tekeningen waarbij:These and other features, aspects and advantages of the apparatus, systems and methods of the present disclosure will be better understood from the following description, appended claims, and accompanying drawings wherein:

Fig. 1A een schematisch dwarsdoorsnede-zijaanzicht voorziet van een warmtecollectorpaneel en een warmte-emitterpaneel gepositioneerd langs een dak van een gebouw;Fig. 1A provides a schematic cross-sectional side view of a heat collector panel and a heat emitter panel positioned along a roof of a building;

Fig. 1B een perspectiefaanzicht voorziet van warmtecollectorpanelen en warmte-emitterpanelen;Fig. 1B provides a perspective view of heat collector panels and heat emitter panels;

Fig. 2 een gemodelleerd aanzicht voorziet van een hoogbouw omvattende een klimaatreguleringssysteem;Fig. 2 provides a modeled view of a high-rise building comprising a climate control system;

Fig. 3 een schematisch dwarsdoorsnedeaanzicht voorziet van een wolkenkrabber omvattende een klimaatreguleringssysteem;Fig. 3 provides a schematic cross-sectional view of a skyscraper including a climate control system;

Fig. 4 een schematisch dwarsdoorsnedeaanzicht voorziet van een bovenste deel van een wolkenkrabber omvattende een klimaatreguleringssysteem;Fig. 4 provides a schematic cross-sectional view of an upper part of a skyscraper including a climate control system;

13 BE2022/540813 BE2022/5408

Fig. 5 een schematisch dwarsdoorsnedeaanzicht voorziet van een onderste deel van een wolkenkrabber omvattende een klimaatreguleringssysteem;Fig. 5 provides a schematic cross-sectional view of a lower part of a skyscraper including a climate control system;

Fig. GA een schematisch dwarsdoorsnedeaanzicht voorziet van een warmtecollectorpaneel;Fig. GA provides a schematic cross-sectional view of a heat collector panel;

Fig. GB een schematisch dwarsdoorsnedeaanzicht voorziet van een warmte-emitterpaneel;Fig. GB provides a schematic cross-sectional view of a heat emitter panel;

Fig. 6C een schematisch dwarsdoorsnedeaanzicht voorziet van een warmte-emitterpaneel omvattende een veelheid van eerste en tweede oppervlakken ingericht in een trapconfiguratie;Fig. 6C provides a schematic cross-sectional view of a heat emitter panel including a plurality of first and second surfaces arranged in a stair configuration;

Fig. 6D een schematisch dwarsdoorsnedeaanzicht voorziet van een warmte-emitterpaneel van een tweede type.Fig. 6D provides a schematic cross-sectional view of a heat emitter panel of a second type.

BESCHRIJVING VAN UITVOERINGSVORMENDESCRIPTION OF EMBODIMENTS

Terminologie gebruikt voor het beschrijven van bepaalde uitvoeringsvormen is niet bedoeld de uitvinding te imiteren. Zoals hierin gebruikt zijn de enkelvoudige vormen "een", "de" en "het" bedoeld om de meervoudige vormen ook te omvatten, tenzij de context duidelijk anderszins aangeeft. De term "en/of" omvat eender welke en alle combinaties van één of meer van de geassocieerde vermelde items. Het zal begrepen worden dat de termen "omvat" en/of "omvattende" de aanwezigheid specifiëren van vermelde kenmerken maar niet de aanwezigheid of toevoeging van één of meer andere kenmerken uitsluiten. Het zal voorts begrepen worden dat wanneer verwezen wordt naar een bepaalde stap van een werkwijze als opeenvolgend op een andere stap, hij die voornoemde andere stap rechtstreeks kan volgen of één of meer tussenstappen uitgevoerd kunnen worden vooraleer de bepaalde stap uit te voeren, tenzij anderszins gespecifieerd. Eveneens zal het begrepen worden dat wanneer een verbinding tussen structuren of componenten wordt beschreven, dezeTerminology used to describe particular embodiments is not intended to imitate the invention. As used herein, the singular forms "a", "the" and "the" are intended to include the plural forms unless the context clearly indicates otherwise. The term "and/or" includes any and all combinations of one or more of the associated listed items. It will be understood that the terms "comprises" and/or "comprising" specify the presence of stated features but do not exclude the presence or addition of one or more other features. It will further be understood that when referring to a particular step of a method as sequential to another step, it may follow said other step directly or one or more intermediate steps may be performed before performing the particular step, unless otherwise specified. . It will also be understood that when a connection between structures or components is described, this

14 BE2022/5408 verbinding rechtstreeks ingesteld kan worden of door tussenstructuren of - componenten tenzij anderszins gespecifieerd.14 BE2022/5408 connection can be established directly or through intermediate structures or components unless otherwise specified.

Zoals hierin gebruikt kan de term zenit begrepen worden als gerelateerd aan een punt boven een bepaalde locatie (het warmte- emitterpaneel 2), op de denkbeeldige hemelbol. Als zodanig wordt de term zenit gebruikt om de oriëntatie te specifiëren van die specifieke gedeelten in een algemene richting richting de nachthemel.As used herein, the term zenith can be understood as relating to a point above a certain location (the heat emitter panel 2), on the imaginary celestial sphere. As such, the term zenith is used to specify the orientation of those specific portions in a general direction toward the night sky.

De uitvinding wordt hierna meer volledig beschreven met referentie naar de bijhorende tekeningen, waarin uitvoeringsvormen van de uitvinding getoond worden. In de tekeningen kunnen de absolute en relatieve groottes van systemen, componenten, lagen, en gebieden overdreven zijn ter wille van duidelijkheid. Uitvoeringsvormen kunnen worden beschreven met verwijzing naar schematische en/of doorsnede- illustraties van mogelijk geïdealiseerde uitvoeringsvormen en tussenstructuren van de uitvinding. In de beschrijving en tekeningen verwijzen gelijkende cijfers steeds naar gelijke elementen. Zowel relatieve termen als afgeleiden daarvan zouden geïnterpreteerd moeten worden om te verwijzen naar de oriëntatie zoals dan beschreven of zoals getoond in de besproken tekening. Deze relatieve termen zijn voor gemak van beschrijving en vereisen niet dat het systeem geconstrueerd of bedreven wordt in een bepaalde oriëntatie tenzij anderszins vermeld.The invention is described more fully below with reference to the accompanying drawings, in which embodiments of the invention are shown. In the drawings, the absolute and relative sizes of systems, components, layers, and areas may be exaggerated for clarity. Embodiments may be described with reference to schematic and/or sectional illustrations of possible idealized embodiments and intermediate structures of the invention. In the description and drawings, similar numbers always refer to similar elements. Both relative terms and derivatives thereof should be interpreted to refer to the orientation as then described or as shown in the drawing discussed. These relative terms are for convenience of description and do not require the system to be constructed or operated in any particular orientation unless otherwise stated.

Fig. 1A toont een schematisch vooraanzicht van een warmtecollectorpaneel 1 en een warmte-emitterpaneel 2 gepositioneerd langs een dak 3 van een gebouw.Fig. 1A shows a schematic front view of a heat collector panel 1 and a heat emitter panel 2 positioned along a roof 3 of a building.

Zoals in meer detail uitgelegd met verwijzing naar Fig GA omvat het warmtecollectorpaneel 1 warmte opvangende elementen voor het opvangen van warmte en kan het een, optioneel intrekbaar, warmtereflectief oppervlak 1f omvatten voor het reflecteren van warmte. De warmte opvangende elementen zijn verbonden met het klimaatreguleringssysteem. Om toe te laten dat het warmtecollectorpaneelAs explained in more detail with reference to Fig GA, the heat collector panel 1 includes heat collecting elements for collecting heat and may include an optionally retractable heat reflective surface 1f for reflecting heat. The heat-collecting elements are connected to the climate regulation system. To allow the heat collector panel

15 BE2022/5408 1 aanpasbaar is, bv. roteerbaar om warmtecollectorhartlijn A, is een warmtecollector positionerend onderdeel, bv. een zuiger 13, ingericht voor het aansturen van een beweging van het warmtecollectorpaneel 1. In de uitvoeringsvorm getoond in Fig. 1A, laat het warmtecollector positionerende onderdeel 13 een rotatiebeweging toe van het warmtecollectorpaneel 1, gekenmerkt door de hartlijn A en een warmtecollectorpaneelhoek 62. Het warmtecollectorpaneel 1 kan zijn ingericht tussen een vlakke positie, bv. waarbij de warmtecollectorpaneelhoek 62 0 graden is of parallel aan het montageoppervlak (bv. dak 2) en een meer opstaande positie, bv. waarbij de warmtecollectorpaneelhoek 02 meer rechtop is, bv. ongeveer 45 graden.BE2022/5408 1 is adaptable, e.g. rotatable about heat collector axis A, a heat collector positioning part, e.g. a piston 13, is adapted to control a movement of the heat collector panel 1. In the embodiment shown in Fig. 1A, the heat collector positioning member 13 allows a rotational movement of the heat collector panel 1, characterized by the center axis A and a heat collector panel angle 62. The heat collector panel 1 may be arranged between a flat position, e.g. where the heat collector panel angle 62 is 0 degrees or parallel to the mounting surface (e.g. roof 2) and a more upright position, e.g. where the heat collector panel angle 02 is more upright, e.g. approximately 45 degrees.

Andere waarden voor de warmtecollectorpaneelhoek 62 in beide posities kunnen mogelijk zijn. Het warmtecollectorpaneel 1 kan worden ingericht om de positie aan te passen in overeenstemming met een zon-volgende functionaliteit, waarbij de warmtecollectorpaneelhoek 02 kan variëren met de positie van de zon tijdens de dag. In andere uitvoeringsvormen worden ook andere rotatiehartlijnen voorgenomen. Translatiebewegingen of een combinatie van een rotatie- en een translatiebeweging zijn ook mogelijk. Het warmtecollectorpaneel positionerende element 13 kan een hydraulische zuiger omvatten, of kan een ander type van actuator zijn. Het warmtecollectorpaneel positionerende element 13 kan een gemotoriseerd positionerend element zijn.Other values for the heat collector panel angle 62 in both positions may be possible. The heat collector panel 1 can be arranged to adjust its position in accordance with a sun-tracking functionality, whereby the heat collector panel angle 02 can vary with the position of the sun during the day. In other embodiments, other axes of rotation are also contemplated. Translational movements or a combination of a rotational and a translational movement are also possible. The heat collector panel positioning element 13 may comprise a hydraulic piston, or may be another type of actuator. The heat collector panel positioning element 13 can be a motorized positioning element.

Het warmte-emitterpaneel 2 omvat warmte emitterende elementen 21 voor het emitteren van warmte met een warmte emitterend oppervlak 22 voor het naar buiten emitteren van warmte. In een voorkeursuitvoeringsvorm, bv. zoals getoond, omvat het warmte emitterende oppervlak 22 een veelheid van eerste 22-1 en tweede oppervlakken 22-2 ingericht in een trapconfiguratie. De warmte emitterende elementen 21 zijn verbonden met het klimaatreguleringssysteem. De trapconfiguratie is bij voorkeur ingericht zodanig dat een normaalvector (v) van het warmte-emitterpaneel 2 eenThe heat emitter panel 2 includes heat emitting elements 21 for emitting heat with a heat emitting surface 22 for emitting heat outward. In a preferred embodiment, e.g. as shown, the heat emitting surface 22 includes a plurality of first 22-1 and second surfaces 22-2 arranged in a stair configuration. The heat-emitting elements 21 are connected to the climate regulation system. The stair configuration is preferably arranged such that a normal vector (v) of the heat emitter panel 2 is a

16 BE2022/5408 horizontale component omvat (langs hvz) en een verticale component (langs hv1) in een staande positie. Zoals aangegeven zal warmtestraling (hv1, hv2 ) stralend van het warmte-emitterpaneel (2) langs een normaalrichting gestraald worden van een vlak (1f) van het zonnewarmtecollectorpaneel (1) richting het zenit (richting z in tekening).16 BE2022/5408 includes a horizontal component (along hvz) and a vertical component (along hv1) in a standing position. As indicated, heat radiation (hv1, hv2 ) radiating from the heat emitter panel (2) will be radiated along a normal direction from a plane (1f) of the solar heat collector panel (1) towards the zenith (direction z in drawing).

Om het warmte-emitterpaneel 2 toe te laten om aanpasbaar te zijn, bv. zwenkbaar om warmte-emitterhartlijn B, is een warmte-emitter positionerend onderdeel, bv. warmte-emitterpaneelzuiger 23, ingericht voor het aansturen van een positie (oriëntatie) van het warmte-emitterpaneel 2.To allow the heat emitter panel 2 to be adaptable, e.g. pivotable about heat emitter axis B, a heat emitter positioning part, e.g. heat emitter panel piston 23, is arranged to control a position (orientation) of the heat emitter panel 2.

In de uitvoeringsvorm getoond in Fig. 1A laat het warmte-emitter positionerende onderdeel 23 een rotatiebeweging toe van het warmte- emitterpaneel 2, gekenmerkt door de hartlijn B en de warmte- emitterpaneelhoek 91. Het warmte-emitterpaneel 2 kan ingericht zijn in een vlakke positie, bv. waarbij de warmte-emitterpaneelhoek 61 0 graden is, en een staande positie, bv. waarbij de warmte-emitterpaneelhoek 601 meer rechtop 1s, bv. ongeveer 45 graden. Andere waarden van de warmte- emitterpaneelhoek 61 in beide posities kunnen mogelijk zijn, (bv. in overeenstemming met een helling van het dak. In andere uitvoeringsvormen worden ook andere rotatiehartlijnen voorgenomen. Translatiebewegingen of een combinatie van een rotatie- en een translatiebeweging zijn ook mogelijk.In the embodiment shown in Fig. 1A, the heat emitter positioning member 23 allows rotational movement of the heat emitter panel 2, characterized by the axis B and the heat emitter panel angle 91. The heat emitter panel 2 may be arranged in a flat position, e.g. emitter panel angle 61 is 0 degrees, and a standing position, e.g. where the heat emitter panel angle 601 is more upright 1s, e.g. about 45 degrees. Other values of the heat emitter panel angle 61 in both positions may be possible, (e.g. in accordance with a slope of the roof. In other embodiments, other axes of rotation are also envisaged. Translational movements or a combination of a rotational and a translational movement are also possible .

Het warmtecollectorpaneel positionerende element 13 kan een hydraulische zuiger omvatten, of kan een ander type van actuator zijn. Het warmtecollectorpaneel positionerende element 13 kan een gemotoriseerd positionerend element zijn.The heat collector panel positioning element 13 may comprise a hydraulic piston, or may be another type of actuator. The heat collector panel positioning element 13 can be a motorized positioning element.

In een warmteaccumulatiemodus kan het warmte-emitterpaneel 2 buiten gezichtslijn gepositioneerd zijn (bv. vlak langs het dak) tussen het zonnewarmtecollectorpaneel 1 en de zon. Verdere details betreffende het zonnewarmtecollectorpaneel 1 en 2 zullen hieronder uitgelegd worden.In a heat accumulation mode, the heat emitter panel 2 can be positioned out of sight (e.g. close to the roof) between the solar heat collector panel 1 and the sun. Further details regarding the solar heat collector panel 1 and 2 will be explained below.

17 BE2022/540817 BE2022/5408

Het zal begrepen worden dat de helling (kantelhoek) en/of hellingsbereiken van de panelen op toepasselijke wijze aangepast kunnen worden voor gebouwen hebbende schuine/gehelde daken.It will be understood that the slope (tilt angle) and/or inclination ranges of the panels can be suitably adjusted for buildings having sloping/pitched roofs.

Door het aanpassen van de hoeken 6; en 02 kan een hoek 63 tussen het warmtecollectorpaneel 1 en het warmte-emitterpaneel 2 aangepast worden. Zodanig dat in een warmte-emittermodus (zoals getoond) het warmte-emitterpaneel 2 richting zenit kan emitteren en tegelijkertijd in een rechtoppositie is om op voordelige wijze voordeel te halen uit een verhoogde convectiewarmteafvoer-component. Uitvinders hebben verrassenderwijze gevonden dat het rechtop positioneren van het warmte-emitterpaneel 2 (> ongeveer 30°, bv. 30-60°) een temperatuur van een warmtedrager na doorgang door het paneel kan reduceren met zoveel als 8°C vergeleken met een conventionele horizontaal georiënteerde warmte-emitter. Zonder gebonden te wensen te zijn tot deze theorie vinden uitvinders dat dit voordeel gerelateerd is met het verhogen van een convectiewarmteverlies- component van het paneel (bv. door overdracht naar buitenlucht) terwijl een vergelijkbare of essentieel gelijke stralingsverliescomponent (zwartestralerstraling) richting de hemel wordt behouden. Merk op dat de emitters hebbende de trapconfiguratie zoals hierin bekendgemaakt effectief warmteverliesgebieden vergroten (bv. verdubbelen) vergeleken met conventionele emitters. Als aanvulling wordt overwogen dat de gehelde opstelling (bv. bij 45°) een snelheid van warmteoverdracht (door convectie) verbetert binnen het paneel van de warmtedrager richting de stralingswarmte-emissie. Dat de buffers cascaderend worden gehouden (bv. met drie temperatuurniveaus) laat voorts het afvoeren van warmte toe van een buffer met de hoogste temperatuur.By adjusting the corners 6; and 02, an angle 63 between the heat collector panel 1 and the heat emitter panel 2 can be adjusted. Such that in a heat emitter mode (as shown) the heat emitter panel 2 can emit towards the zenith and at the same time is in an upright position to advantageously take advantage of an increased convective heat dissipation component. Inventors have surprisingly found that positioning the heat emitter panel 2 upright (> about 30°, e.g. 30-60°) can reduce a temperature of a heat carrier after passage through the panel by as much as 8°C compared to a conventional horizontal oriented heat emitter. Without wishing to be bound by this theory, inventors find that this advantage is related to increasing a convective heat loss component from the panel (e.g. by transfer to outside air) while maintaining a comparable or essentially equal radiation loss component (blackbody radiation) towards the sky . Note that the emitters having the stage configuration disclosed herein effectively increase (e.g., double) heat loss areas compared to conventional emitters. In addition, it is considered that the inclined arrangement (e.g. at 45°) improves a rate of heat transfer (by convection) within the heat carrier panel towards the radiant heat emission. The fact that the buffers are kept cascading (e.g. with three temperature levels) also allows heat to be removed from a buffer with the highest temperature.

Fig. 1B toont een perspectiefaanzicht van een dak omvattende een veelheid van warmtecollectorpanelen 1,1-n en warmte-emitterpanelen 2,2-n.Fig. 1B shows a perspective view of a roof comprising a plurality of heat collector panels 1,1-n and heat emitter panels 2,2-n.

De panelen zijn opgesteld in een veelheid van rijen omvattende tegenoverstaande emitter- en collectorpanelen, bv. zoals getoond in Fig. 1A.The panels are arranged in a plurality of rows comprising opposing emitter and collector panels, e.g. as shown in Fig. 1A.

18 BE2022/540818 BE2022/5408

In sommige uitvoeringsvormen, bv. zoals aangegeven in Fig 2b, omvat het systeem voorts één of meer zijpanelen 31 (slechts één getoond omwille van duidelijkheid). Het zijpaneel 31 is lateraal gepositioneerd langs het zonnewarmtecollectorpaneel en het warmte-emitterpaneel om een volume te begrenzen tussen de zonnewarmtecollector en de warmte-emitter wanneer georiënteerd in de afvoermodus. Het paneel voorziet aldus een volume dat koude lucht vasthoudt wat gevonden werd convectiecomponenten van warmteafvoer verder te verhogen.In some embodiments, e.g. as shown in Fig 2b, the system further comprises one or more side panels 31 (only one shown for clarity). The side panel 31 is positioned laterally along the solar heat collector panel and the heat emitter panel to define a volume between the solar heat collector and the heat emitter when oriented in the exhaust mode. The panel thus provides a volume that retains cold air which was found to further increase heat dissipation by convective components.

Fig. 2 toont een 3D aanzicht van een hoogbouw gebouw 100, bv. een wolkenkrabber, omvattende het klimaatreguleringssysteem. Fig. 3 toont een schematisch doorsnedeaanzicht van de wolkenkrabber van Fig. 2. Een bovenste deel van de wolkenkrabber is in verder detail geïllustreerd in Fig. 4. Een onderste deel van de wolkenkrabber is in verder detail geïllustreerd in Fig. 5.Fig. 2 shows a 3D view of a high-rise building 100, e.g. a skyscraper, including the climate control system. Fig. 3 shows a schematic cross-sectional view of the skyscraper of Fig. 2. An upper part of the skyscraper is illustrated in further detail in Fig. 4. A lower part of the skyscraper is illustrated in further detail in Fig. 5.

Het klimaatreguleringssysteem, bv. zoals getoond in Fig. 1-5, kan worden voorzien tijdens of als deel van gebouwconstructie. Als alternatief kan een gebouw geretrofit worden met het systeem zoals hierin bekendgemaakt, waarnaar ook verwezen wordt als een vernieuwing.The climate regulation system, e.g. as shown in Fig. 1-5, can be provided during or as part of building construction. Alternatively, a building may be retrofitted with the system disclosed herein, also referred to as a renewal.

Het systeem omvat een verwarmingssysteem 14 dat ten minste een verwarmingsbuffer 15 omvat die in thermische warmtewisseling verkeert met het warmtecollectorpaneel 1 voor het accumuleren van warmte uit zonnestraling invallend op het warmtecollectorpaneel 1 en met één of meer radiator binnen het gebouw voor het afgeven van ten minste deel van de geaccumuleerde warmte binnen het gebouw. Bijvoorbeeld kan de radiator één of meer een ruimteverwarmingssysteem omvatten (bv. een vloerverwarming, wandverwarming, en/of ruimteverwarming zoals ventilatiesysteem) om respectieve verdiepingen van het gebouw te verwarmen. Het klimaatreguleringssysteem omvat ook een koelingssysteem 14 omvattende ten minste een koelingsbuffer 25 die voor het onttrekken van warmte van binnen het gebouw is. Het klimaatreguleringssysteem omvatThe system comprises a heating system 14 that comprises at least a heating buffer 15 that is in thermal heat exchange with the heat collector panel 1 for accumulating heat from solar radiation incident on the heat collector panel 1 and with one or more radiator within the building for releasing at least part of it. of the accumulated heat within the building. For example, the radiator may include one or more space heating systems (e.g. underfloor heating, wall heating, and/or space heating such as ventilation systems) to heat respective floors of the building. The climate control system also includes a cooling system 14 comprising at least a cooling buffer 25 for extracting heat from within the building. The climate regulation system includes

19 BE2022/5408 typisch één of meer warmtewisselaars. Bijvoorbeeld kan de warmtewisselaar één of meer een ruimtekoeler omvatten (bv. een vloerkoeler, wandkoeler, en/of ruimtekoeler zoals een ventilatiesysteem) om respectieve verdiepingen van het gebouw te koelen.19 BE2022/5408 typically one or more heat exchangers. For example, the heat exchanger may include one or more space coolers (e.g., a floor cooler, wall cooler, and/or space cooler such as a ventilation system) to cool respective floors of the building.

Het zal begrepen worden dat het verwarmings- en koelingssysteem over het algemeen elk een verdere componenten omvatten zoals gekend in het vakgebied. Dit omvat circuits, pomp(en), en/of warmtewisselaars, om warmteoverdrachtsmedia (bv. koelings- of verwarmingsmedium) te circuleren en/of warmte over te brengen tussen verscheidene elementen van het systeem.It will be understood that the heating and cooling system generally each comprises further components as known in the art. This includes circuits, pump(s), and/or heat exchangers, to circulate heat transfer media (e.g. cooling or heating medium) and/or transfer heat between various elements of the system.

De verwarmingsbuffers 16, 16-1,16-n en de koelingsbuffers 25,25- 1,25-n zijn bij voorkeur verticaal verdeeld over het gebouw. Zoals gekend kunnen de respectieve buffers onderling verbonden zijn door één of meer hydraulische circulatiecircuits 14c, 20c. De buffers kunnen op voordelige wijze warmte/koeling leveren bij een temperatuur dicht bij een behoefte op een respectieve verdieping. Bijvoorbeeld, in één uitvoeringsvorm kan een temperatuur van de warmtedrager in de koelingsbuffers (25) dalen van ongeveer 23°C op de begane grond tot ongeveer 13°C bij een bovenste niveau (bv. allerhoogste bezette niveau). Op voordelige wijze kan de warmtedrager gekoeld water zijn. Verdere behoefte naar koelingsopslag kan worden voorzien door één of meer strategisch gepositioneerde buffertanks. In één uitvoeringsvorm, bv. zoals getoond, omvatten de systeemkoelingsbuffers een buffertank 26-1 werkend bij een temperatuur <0°C (bv. ijswater).The heating buffers 16, 16-1,16-n and the cooling buffers 25,25-1,25-n are preferably distributed vertically over the building. As is known, the respective buffers can be mutually connected by one or more hydraulic circulation circuits 14c, 20c. The buffers can advantageously provide heat/cooling at a temperature close to a need on a respective floor. For example, in one embodiment, a temperature of the heat carrier in the cooling buffers (25) can drop from approximately 23°C at the ground floor to approximately 13°C at an upper level (e.g. very highest occupied level). Advantageously, the heat carrier can be cooled water. Further need for cooling storage can be met by one or more strategically positioned buffer tanks. In one embodiment, e.g. as shown, the system cooling buffers include a buffer tank 26-1 operating at a temperature <0°C (e.g. ice water).

Verbindend leidingwerk is niet getoond omwille van duidelijkheid. Op voordelige wijze kan het systeem één of meer verdere koelingsbuffertanks 26-2,26-3,26-4 omvatten. In sommige uitvoeringsvormen kunnen één of meer van deze buffers zich in een onderste gedeelte van het gebouw bevinden bv. bij de kelder. De temperatuur van deze verdere koelingsbuffertanks kan op verscheidene relevante niveaus gehouden worden, typisch tussen ongeveer 7°C en 18°C. Bijvoorbeeld, tijdens eenConnecting pipework is not shown for the sake of clarity. The system can advantageously comprise one or more further cooling buffer tanks 26-2,26-3,26-4. In some embodiments, one or more of these buffers may be located in a lower part of the building, for example near the basement. The temperature of these further cooling buffer tanks can be maintained at various relevant levels, typically between approximately 7°C and 18°C. For example, during a

20 BE2022/5408 koude periode (bv. een heldere nacht) kan bijkomende warmte verwijderd worden van één of meer van de buffers voor daaropvolgend gebruik om het gebouw te koelen.20 BE2022/5408 cold period (e.g. a clear night), additional heat can be removed from one or more of the buffers for subsequent use to cool the building.

Compressoren en/of warmtepompen kunnen voorzien zijn om de temperatuur van de respectieve buffers verder te behouden/aan te sturen/te reguleren. In sommige uitvoeringsvormen, bv. zoals aangegeven in Fig 3 en 4, omvat het systeem één of meer van een lucht-vloeistof (bv. lucht/water) operationele warmtepomp 18-1, een vloeistof/vloeistof (bv. water/water) operationele warmtepomp 18-2, en een compressor 19. Bij voorkeur bevinden deze elementen zich bij of nabij een bovenste deel van het gebouw.Compressors and/or heat pumps may be provided to further maintain/control/regulate the temperature of the respective buffers. In some embodiments, e.g. as shown in Figs 3 and 4, the system includes one or more of an air-liquid (e.g. air/water) operational heat pump 18-1, a liquid/liquid (e.g. water/water) operational heat pump 18-2, and a compressor 19. These elements are preferably located at or near an upper part of the building.

In sommige uitvoeringsvormen omvat het systeem op voordelige wijze één of meer windmolens 71 of FV-panelen. De windmolens en/of FV-panelen kunnen één of meer van de componenten van het systeem voeden, bv. elektrisch. In een voorkeursuitvoeringsvorm omvat het systeem één of meer persluchtopslagen 72 en of elektromotoren 73 werkend op perslucht om de verscheidene componenten te voeden.In some embodiments, the system advantageously comprises one or more wind turbines 71 or PV panels. The wind turbines and/or PV panels can power one or more of the components of the system, e.g. electrically. In a preferred embodiment, the system comprises one or more compressed air stores 72 and/or electric motors 73 operating on compressed air to supply the various components.

In een voorkeursuitvoeringsvorm omvat het gebouw 100 één of meer ventilatieschachten 50a, 50b, bv. een centrale ventilatieschacht zoals getoond. De schacht strekt zich typisch uit van een onderste deel bij een onderste gedeelte van het gebouw (bv. begane grond of bij de kelder) richting een bovenste deel bij een bovenste gedeelte van het gebouw (bv. dak of een onderhoudsniveau). De schacht 50 omvat typisch één of meer inlaat/inlaten 51, bij voorkeur bij het onderste deel en één of meer uitlaat/uitlaten bij het bovenste deel. Zoals gekend, kan de ventilatieschacht luchtcirculatie voorzien om de binnenkant van het gebouw te koelen, bv. door warme lucht aan te zuigen van kanalen die zich over de respectieve verdiepingen uitstrekken. In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm, bv. zoals getoond, omvat het systeem één of meer radiator 17 die is gepositioneerd bij een onderste deel, bv. langs een zijwand, van de ventilatieschacht 50. De radiator(en) 17, onttrekken warmte van hetIn a preferred embodiment, the building 100 comprises one or more ventilation shafts 50a, 50b, e.g. a central ventilation shaft as shown. The shaft typically extends from a lower part at a lower part of the building (e.g. ground floor or at the basement) towards an upper part at an upper part of the building (e.g. roof or a maintenance level). The shaft 50 typically includes one or more inlet(s) 51, preferably at the lower portion and one or more outlet(s) at the upper portion. As is known, the ventilation shaft can provide air circulation to cool the inside of the building, e.g. by drawing warm air from ducts extending across the respective floors. In a further preferred embodiment, e.g. as shown, the system comprises one or more radiator 17 positioned at a lower part, e.g. along a side wall, of the ventilation shaft 50. The radiator(s) 17 extract heat from the

91 BE2022/5408 verwarmingssysteem 14, bv. van één van de cascaderend opgestelde warmtebuffers. De onttrokken warmte ondersteunt een opwaartse stroming van lucht binnen de schacht.91 BE2022/5408 heating system 14, e.g. of one of the cascading heat buffers. The extracted heat supports an upward flow of air within the shaft.

In de uitvoeringsvormen zoals getoond trekt een opwaartse luchtstroming in schacht 50a (ook naar verwezen als uitlaatschacht) warme lucht uit de respectieve stromen richting uitlaat 52. Frisse lucht van inlaten 51 wordt verdeeld naar de respectieve verdiepingen via schacht 50b (inlaatschacht). Afhankelijk van een actuele warmtebehoefte kan de frisse lucht additioneel gekoeld of verwarmd worden door het verwarmings- /koelingssysteem in overeenstemming met een vooraf bepaalde comfort instelling (bv. door warmte uit te wisselen met één of meer van de buffers omvat in de cascade van verwarmings-/koelingsbuffers). De opwaartse stroming kan lucht trekken uit een respectieve verdieping, wat optioneel kan worden ondersteund door één of meer waaiers (niet aangeduid). In één utvoeringsvorm, bv. zoals getoond, wordt een warmterecuperatie-element 60 voorzien om warmte te recupereren van de opwaartse luchtstroom binnen de schacht. De warmterecuperatie verkeert in thermische warmtewisseling met het verwarmingssysteem 14 omvattende buffer 16 om gerecupereerde warmte op te slaan. Het warmterecuperatie-element 60 is bij voorkeur voorzien net stroomopwaarts van uitlaat 52.In the embodiments shown, an upward airflow in shaft 50a (also referred to as exhaust shaft) draws warm air from the respective streams towards outlet 52. Fresh air from inlets 51 is distributed to the respective floors via shaft 50b (inlet shaft). Depending on a current heat requirement, the fresh air can be additionally cooled or heated by the heating/cooling system in accordance with a predetermined comfort setting (e.g. by exchanging heat with one or more of the buffers included in the heating cascade). /cooling buffers). The upward flow can draw air from a respective floor, which can optionally be supported by one or more impellers (not shown). In one embodiment, e.g. as shown, a heat recovery element 60 is provided to recover heat from the upward airflow within the shaft. The heat recovery involves thermal heat exchange with the heating system 14 comprising buffer 16 to store recovered heat. The heat recovery element 60 is preferably provided just upstream of outlet 52.

In een andere of verdere uitvoeringsvorm, bv. zoals aangeduid inIn another or further embodiment, e.g. as indicated in

Fig 5, 1s een warmterecuperatie-element 61 voorzien om warmte te recupereren van een ventilatiestroom getrokken in de schacht 50.Fig 5, 1s provides a heat recovery element 61 to recover heat from a ventilation flow drawn into the shaft 50.

Warmterecuperatie-element 61 is bij voorkeur net stroomafwaarts van de inlaat 51 voorzien, bv. bij een onderste gedeelte van de ventilatieschacht 50.Heat recovery element 61 is preferably provided just downstream of the inlet 51, e.g. at a lower part of the ventilation shaft 50.

In andere of verdere voorkeursuitvoeringsvormen, bv. zoals aangeduid in Fig 5, omvat het systeem een bevochtiger 63 om lucht te bevochtigen die in de ventilatieschacht 50 wordt binnengelaten. Op voordelige wijze kan de bevochtiger operationeel verbonden zijn met een warmwateropslag, bv. via warmtewisselaar 64. Als alternatief, of alsIn other or further preferred embodiments, e.g. as indicated in Fig 5, the system comprises a humidifier 63 to humidify air admitted into the ventilation shaft 50. Advantageously, the humidifier can be operationally connected to a hot water storage, e.g. via heat exchanger 64. Alternatively, or as

29 BE2022/5408 aanvulling, kan de bevochtiger aangedreven worden door perslucht (bv. van opslag 72).29 BE2022/5408 addition, the humidifier can be driven by compressed air (e.g. from storage 72).

In een andere of verdere uitvoeringsvorm, bv. zoals aangeduid inIn another or further embodiment, e.g. as indicated in

Fig 3 en 4, omvat het systeem voorts één of meer warmte-emitterpanelen van een tweede type 40 (ook naar verwezen als wand-gemonteerd paneel).Figs. 3 and 4, the system further includes one or more heat emitter panels of a second type 40 (also referred to as wall-mounted panel).

Zulk paneel is gelijkaardig aan het warmte-emitterpaneel 2 in dat het in thermische warmtewisseling verkeert met het koelingssysteem en koelingsbuffer 25. Deze additionele panelen verhogen voorts een algemene capaciteit om overtollige warmte te stralen. Toevoeging van zijpanelen kan bijzonder voordelig zijn voor gebouwen in relatief warme klimaatzones, en/of voor gebouwen met een relatief kleine fractie van uitwendige dakoppervlakte, zoals wolkenkrabbers. Het paneel van het tweede type is typisch gemonteerd langs een buitenwand of gevel 101 van het gebouw en niet gepositioneerd langs een zonnewarmtecollectorpaneel 1 maar. De oriëntatie van het warmte-emitterpaneel van het tweede type 40 kan worden aangepast ten opzichte van de gevel en het zenit om warmteafvoer te maximaliseren, bv. richting de nachthemel. Zoals in meer detail getoond kan het paneel 40 worden herpositioneerd tussen een emitterende modus (zie inzet) en een positie waarbij het paneel is georiënteerd langs de gevel van het gebouw om zo toegang te voorzien naar gedeelten van de gevel (bv. voor onderhoud en/of reiniging van ramen 70). Herpositioneren is voorzien door een warmtecollector positionerend onderdeel 13b, dat in sommige uitvoeringsvormen (bv. zoals getoond) een katrol- en/of veermechanisme kan omvatten.Such panel is similar to the heat emitter panel 2 in that it is in thermal heat exchange with the cooling system and cooling buffer 25. These additional panels further increase an overall capacity to radiate excess heat. Addition of side panels can be particularly beneficial for buildings in relatively warm climate zones, and/or for buildings with a relatively small fraction of external roof area, such as skyscrapers. The panel of the second type is typically mounted along an exterior wall or facade 101 of the building and not positioned along a solar heat collector panel 1 but. The orientation of the second type 40 heat emitter panel can be adjusted relative to the facade and zenith to maximize heat dissipation, e.g. towards the night sky. As shown in more detail, the panel 40 can be repositioned between an emissive mode (see inset) and a position where the panel is oriented along the facade of the building to provide access to portions of the facade (e.g. for maintenance and/or or cleaning windows 70). Repositioning is provided by a heat collector positioning member 13b, which in some embodiments (e.g. as shown) may include a pulley and/or spring mechanism.

Figs. GA voorziet een schematisch dwarsdoorsnedezijaanzicht van een voorbeeldig warmtecollectorpaneel 1. Het warmtecollectorpaneel 1 omvat een warmtecollectorpaneelbehuizing lc (omkasting). Het zonnewarmtecollectorpaneel 1 omvat één of meer kanalen 1c (bv. warmteleidingen) voor het opvangen van warmte. De omkasting omsluit de warmteleidingen langs onder en/of aan een zijde die naar hetFigs. GA provides a schematic cross-sectional side view of an exemplary heat collector panel 1. The heat collector panel 1 comprises a heat collector panel housing 1c (casing). The solar heat collector panel 1 comprises one or more channels 1c (e.g. heat pipes) for collecting heat. The casing encloses the heat pipes from below and/or on a side that faces the heater

93 BE2022/5408 warmtecollectorpaneel 1 gericht is. De behuizing kan isolerend materiaal omvatten om warmteverlies richting de omgeving te reduceren. De omkasting is bedekt, afgedicht, door een afdekking 1t. De afdekking kan een warmte-reflectief bovenoppervlak 1s omvatten om straling te reflecteren van het warmte-emitterpaneel 2. Daartoe kan de afdekking glas omvatten of voorzien zijn van een glas-gebaseerde oppervlakteafwerking. Tijdens een warmteopvangmodus is het bovenoppervlak (1t) van het paneel gericht richting de zon. Invallend licht dat door de afdekking passeert verwarmt een warmtedrager die door leiding 1p passeert.93 BE2022/5408 heat collector panel 1 is oriented. The housing may include insulating material to reduce heat loss to the environment. The casing is covered, sealed, by a cover 1t. The cover may include a heat-reflective top surface 1s to reflect radiation from the heat emitter panel 2. To this end, the cover may comprise glass or be provided with a glass-based surface finish. During a heat collection mode, the top surface (1t) of the panel faces the sun. Incident light passing through the cover heats a heat carrier passing through pipe 1p.

In een voorkeursuitvoering 1s het zonnewarmtecollectorpaneel voorzien van een intrekbare reflectieve afdekking 11. In sommige uitvoeringsvormen, bv. zoals getoond, omvat de intrekbare reflectieve afdekking 11 een cassette 12 die een intrekbaar reflectief flexibel blad huisvest, bv. een metaal-gecoate plastic folie.In a preferred embodiment, the solar heat collector panel 1s includes a retractable reflective cover 11. In some embodiments, e.g. as shown, the retractable reflective cover 11 includes a cassette 12 housing a retractable reflective flexible sheet, e.g. a metal-coated plastic foil.

Fig. GB toont een schematisch dwarsdoorsnedeaanzicht van een warmte-emitterpaneel 2. Het warmte-emitterpaneel 2 omvat een warmte- emitterpaneelbehuizing 2c, (omkasting). Het warmte-emitterpaneel 2 omvat één of meer kanalen 1c (bv. warmteleidingen) om warmte af te voeren. De omkasting omsluit de warmteleidingen langs onder en/of aan een zijde die naar het warmte-emitterpaneel 2 gericht is. De behuizing kan isolerend materiaal omvatten en/of een reflectieve oppervlakteafwerking om warmte- inname te reduceren. De omkasting 2c is bedekt, afgedicht, door een afdekking 2t. De bovenafdekking definieert het oppervlak 2s van waaruit warmte wordt geëmitteerd. In sommige uitvoeringsvormen, omvat de bovenafdekking een bovenlaag die is ingericht als een metaal, bv. Cu. Een afwerkingslaag kan bij voorkeur zijn ingericht in zwart (bv. geanodiseerd aluminium).Fig. GB shows a schematic cross-sectional view of a heat emitter panel 2. The heat emitter panel 2 includes a heat emitter panel housing 2c, (casing). The heat emitter panel 2 comprises one or more channels 1c (e.g. heat pipes) to dissipate heat. The casing encloses the heat pipes from below and/or on a side that faces the heat emitter panel 2. The housing may include insulating material and/or a reflective surface finish to reduce heat intake. The casing 2c is covered, sealed, by a cover 2t. The top cover defines the surface 2s from which heat is emitted. In some embodiments, the top cover includes a top layer configured as a metal, e.g. Cu. A finishing layer can preferably be decorated in black (e.g. anodized aluminum).

Fig. 6C toont een schematisch dwarsdoorsnedeaanzicht van een warmte-emitterpaneel 2. De uitvoeringsvorm verschilt van de utvoeringsvorm getoond FIG GB in dat de bovenafdekking 2t is ingericht inFig. 6C shows a schematic cross-sectional view of a heat emitter panel 2. The embodiment differs from the embodiment shown in FIG GB in that the top cover 2t is arranged in

24 BE2022/5408 een trapconfiguratie 22 omvattende een veelheid van eerste en tweede oppervlakken 22-1,22-2 (zoals ook aangegeven in Fig. 1). Het zal begrepen worden dat eerste en tweede oppervlakken 22-1,22-2 niet noodzakelijk hoeven te worden voorzien in een regelmatige trapconfiguratie zoals getoond. Bijvoorbeeld, een relatieve lengte van vlakken 22-1 en 22-2 of een hoek omvat tussen vlakken 22-1 en 22-2 kan op gepaste wijze aangepast worden in afhankelijkheid van een beoogde hellingshoek.24 BE2022/5408 shows a stair configuration 22 comprising a plurality of first and second surfaces 22-1,22-2 (as also indicated in Fig. 1). It will be appreciated that first and second surfaces 22-1, 22-2 do not necessarily have to be provided in a regular stair configuration as shown. For example, a relative length of planes 22-1 and 22-2 or an angle included between planes 22-1 and 22-2 can be appropriately adjusted depending on a target angle of inclination.

Fig. 6D toont een schematisch dwarsdoorsnedeaanzicht van een uitvoeringsvorm van een warmte-emitterpaneel van het tweede type 40, bv. voor opstelling langs een zijwand van de wolkenkrabber. Het bovenoppervlak 40t De eerste oppervlakken 22-1 (die georiënteerd dienen te zijn richting het zenit in een uitgestrekte positie) zijn bij voorkeur ingericht in zwart. Gelijkaardig aan panelen voor dakmontage is de afdekking 4t bij voorkeur gevormd of afgewerkt met een metaal-gebaseerde samenstelling.Fig. 6D shows a schematic cross-sectional view of an embodiment of a heat emitter panel of the second type 40, e.g. for installation along a side wall of the skyscraper. The top surface 40t The first surfaces 22-1 (which should be oriented towards the zenith in an extended position) are preferably decorated in black. Similar to roof mounting panels, the 4t cover is preferably formed or finished with a metal-based compound.

Vergeleken met de uitvoeringsvorm getoond in FIG 6C, zijn de tweede oppervlakken 22-2 (die zijn ingericht om ongeveer horizontaal georiënteerd te zijn in een uitgestrekte positie) bij voorkeur ingericht als een warmte- reflectief oppervlak 12, om warmteopvanging van naburige gebouwen te voorkomen.Compared to the embodiment shown in FIG 6C, the second surfaces 22-2 (which are arranged to be oriented approximately horizontally in an extended position) are preferably arranged as a heat-reflective surface 12, to prevent heat collection from neighboring buildings.

Ter wille van duidelijkheid en een beknopte beschrijving zijn kenmerken hierin beschreven als deel van dezelfde of aparte uitvoeringsvormen, echter, het zal begrepen worden dat de reikwijdte van de uitvinding uitvoeringsvormen kan omvatten die combinaties hebben van alle of sommige van de beschreven kenmerken. Uiteraard dient het begrepen te worden dat eender welke van de bovenstaande uitvoeringsvormen of processen gecombineerd kan worden met één of meer andere uitvoeringsvormen of processen om zelfs verdere verbeteringen te voorzien in het vinden en koppelen van ontwerpen en voordelen.For purposes of clarity and concise description, features are described herein as part of the same or separate embodiments, however, it will be understood that the scope of the invention may include embodiments having combinations of all or some of the described features. Of course, it should be understood that any of the above embodiments or processes can be combined with one or more other embodiments or processes to provide even further improvements in finding and linking designs and benefits.

Bij het interpreteren van de bijgevoegde conclusies dient begrepen te worden dat het woord "omvattende" niet de aanwezigheid uitsluit vanIn interpreting the appended claims, it should be understood that the word "comprising" does not exclude the presence of

95 BE2022/5408 andere elementen of acties dan die vermeld in een gegeven conclusie; het woord "een" voorafgaand aan een element sluit niet de aanwezigheid uit van een veelheid van zulke elementen; eender welke referentietekens in de conclusies beperken hun reikwijdte niet; meerdere "middelen" kunnen worden voorgesteld door hetzelfde of verschillende item(s) of geïmplementeerde structuur of functie; eender welke van de bekendgemaakte inrichtingen of gedeelten daarvan kunnen samen gecombineerd worden of verdeeld worden in verdere gedeelten tenzij uitdrukkelijk anderszins vermeld.95 BE2022/5408 other elements or actions than those mentioned in a given conclusion; the word "a" preceding an element does not exclude the presence of a plurality of such elements; any reference marks in the claims do not limit their scope; multiple “resources” may be represented by the same or different item(s) or implemented structure or function; any of the disclosed devices or portions thereof may be combined together or divided into further portions unless expressly stated otherwise.

Wanneer één conclusie naar een andere conclusie verwijst, kan dit synergetisch voordeel aangeven bereikt door de combinatie van hun respectieve kenmerken.When one conclusion points to another conclusion, it may indicate synergistic benefit achieved by the combination of their respective characteristics.

Maar het loutere feit dat bepaalde maatregelen worden vermeld in onderling verschillende conclusies geeft niet aan dat een combinatie van deze maatregelen niet ook tot voordeel kan worden gebruikt.But the mere fact that certain measures are mentioned in mutually different claims does not indicate that a combination of these measures cannot also be used to advantage.

De huidige uitvoeringsvormen kunnen aldus alle werkende combinaties van de conclusies omvatten waarbij elke conclusie in principe naar elke voorgaande conclusie kan verwijzen tenzij duidelijk uitgesloten door context.The present embodiments may thus include all operative combinations of the claims where each claim may in principle refer to any previous claim unless clearly excluded by context.

Claims (15)

26 BE2022/5408 CONCLUSIES26 BE2022/5408 CONCLUSIONS 1. Een systeem voor het reguleren van een binnenklimaat van een gebouw (100), het systeem omvattende: ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel (1) en ten minste één warmte-emitterpaneel (2) gepositioneerd langs een dak (3) van het gebouw; een verwarmingssysteem (14) omvattende ten minste een warmtebuffer (16) die in thermische warmtewisseling verkeert met het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel voor het accumuleren van warmte uit zonnestraling invallend op het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel en met één of meer radiator (17,18) binnen het gebouw voor het afgeven van ten minste deel van de geaccumuleerde warmte binnen het gebouw, een koelingssysteem (20), omvattende ten minste een koelingsbuffer (25), voor het onttrekken van warmte van binnen het gebouw en die in thermische warmtewisseling verkeert met het ten minste één warmte-emitterpaneel (2) voor het afvoeren van ten minste deel van de onttrokken warmte naar de omgeving, waarbij het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel (1) en het ten minste één warmte-emitterpaneel (2) oriënteerbaar zijn ten opzichte van elkaar en ten opzichte van het zenit, zodanig dat, in een afvoermodus, ten minste een gedeelte van een stralingscomponent van warmte afgevoerd van het ten minste één warmte-emitterpaneel gericht is richting de hemel via reflectie op het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel.A system for regulating an indoor climate of a building (100), the system comprising: at least one solar heat collector panel (1) and at least one heat emitter panel (2) positioned along a roof (3) of the building; a heating system (14) comprising at least a heat buffer (16) that is in thermal heat exchange with the at least one solar heat collector panel for accumulating heat from solar radiation incident on the at least one solar heat collector panel and with one or more radiator (17,18) inside the building for releasing at least part of the accumulated heat within the building, a cooling system (20), comprising at least a cooling buffer (25), for extracting heat from within the building and which is in thermal heat exchange with the at least at least one heat emitter panel (2) for dissipating at least part of the extracted heat to the environment, wherein the at least one solar heat collector panel (1) and the at least one heat emitter panel (2) are orientable relative to each other and relative to the zenith such that, in a dissipation mode, at least a portion of a radiant component of heat dissipated from the at least one heat emitter panel is directed towards the sky via reflection on the at least one solar heat collector panel. 2. Het systeem volgens conclusie 2, voorts omvattende een warmterecuperatie-element (60) voorzien bij een bovenste deel van de ventilatieschacht (50), waarbij het warmterecuperatie-element in thermische warmtewisseling verkeert met de verwarmingsbuffer.The system according to claim 2, further comprising a heat recovery element (60) provided at an upper part of the ventilation shaft (50), wherein the heat recovery element is in thermal heat exchange with the heating buffer. 3. Het systeem volgens eender welke van de voorgaande conclusies, voorts omvattende ten minste één of meer zijpanelen (31) gepositioneerd omThe system according to any of the preceding claims, further comprising at least one or more side panels (31) positioned to 27 BE2022/5408 lateraal een volume te begrenzen tussen de zonnewarmtecollector en de warmte-emitter wanneer georiënteerd in de afvoermodus.27 BE2022/5408 laterally define a volume between the solar heat collector and the heat emitter when oriented in discharge mode. 4. Het systeem volgens eender welke van de voorgaande conclusies, waarbij het koelingssysteem een veelheid van buffers omvat die cascaderend zijn opgesteld vanaf de koelingsbuffer richting steeds lagere verdiepingen van het gebouw.4. The system according to any of the preceding claims, wherein the cooling system comprises a plurality of buffers that are arranged in a cascading manner from the cooling buffer towards increasingly lower floors of the building. 5. Het systeem volgens eender welke van de voorgaande conclusies, waarbij de koelingsbuffer is ingericht voor het houden van een medium bij temperatuur die een vast-vloeistof faseovergang van voornoemd medium omvat.The system according to any of the preceding claims, wherein the cooling buffer is designed to maintain a medium at a temperature that includes a solid-liquid phase transition of said medium. 6. Het systeem volgens eender welke van de voorgaande conclusies, waarbij een emitterend oppervlak van het ten minste één warmte- emitterpaneel een veelheid van eerste en tweede oppervlakken (22-1,22-2) omvat die ingericht zijn in een trapconfiguratie.The system of any one of the preceding claims, wherein an emissive surface of the at least one heat emitter panel includes a plurality of first and second surfaces (22-1, 22-2) arranged in a stair configuration. 7. Het systeem volgens eender welke van de voorgaande conclusies, waarbij ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel is voorzien van een oppervlakteafwerking hebbende een emissiviteit <0,2, bij voorkeur een emissiviteit <0,1.The system according to any of the preceding claims, wherein at least one solar heat collector panel is provided with a surface finish having an emissivity <0.2, preferably an emissivity <0.1. 8. Het systeem volgens eender welke van de voorgaande conclusies, waarbij ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel is voorzien van een intrekbare reflecterende afdekking (11).The system according to any of the preceding claims, wherein at least one solar heat collector panel is provided with a retractable reflective cover (11). 9. Het systeem volgens eender welke van de voorgaande conclusies, voorts omvattende een warmte-emitterpaneel van een tweede type (40) dat in thermische warmtewisseling verkeert met de koelingsbuffer die is opgesteld langs een gevel (100f) van het gebouw, waarbij de ten minste één warmte-emitter van het tweede type oriënteerbaar is ten opzichte van de gevel en het zenit.The system according to any of the preceding claims, further comprising a heat emitter panel of a second type (40) that is in thermal heat exchange with the cooling buffer arranged along a facade (100f) of the building, wherein the at least one heat emitter of the second type is orientable relative to the facade and the zenith. 10. Het systeem volgens eender welke van de voorgaande conclusies, waarbij het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel oriënteerbaar is,The system according to any of the preceding claims, wherein the at least one solar heat collector panel is orientable, 98 BE2022/5408 tijdens een accumulatiemodus, in overeenstemming met een zon-volgende baan.98 BE2022/5408 during an accumulation mode, consistent with a sun-following orbit. 11. Het systeem volgens eender welke van de voorgaande conclusies, waarbij het ten minste één warmte-emitterpaneel een laag omvat van een samenstelling hebbende een warmtegeleidingscoëfficiënt >200, bij voorkeur >300W/m/K bij 20°C en 1 bar.The system according to any of the preceding claims, wherein the at least one heat emitter panel comprises a layer of a composition having a thermal conductivity coefficient >200, preferably >300W/m/K at 20°C and 1 bar. 12. Een gebouw omvattende het systeem volgens eender welke van de voorgaande conclusies 1-11.12. A building comprising the system according to any of the preceding claims 1-11. 13. Een werkwijze voor het laten werken van het systeem volgens eender welke van de voorgaande conclusies 1-11, de werkwijze omvattende: het oriënteren van het ten minste één warmte-emitterpaneel zodanig dat een normaalvector van het ten minste één warmte- emitterpaneel een horizontale component heeft die georiënteerd is richting het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel en een verticale component heeft die georiënteerd is richting het zenit, en het oriënteren van het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel zodanig dat een normaalvector van het ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel een horizontale component heeft die georiënteerd is richting het ten minste één warmte- emitterpaneelcomponent, en een verticale component heeft die georiënteerd is richting het zenit.A method of operating the system according to any of the preceding claims 1-11, the method comprising: orienting the at least one heat emitter panel such that a normal vector of the at least one heat emitter panel is a horizontal component oriented toward the at least one solar heat collector panel and having a vertical component oriented toward the zenith, and orienting the at least one solar heat collector panel such that a normal vector of the at least one solar heat collector panel has a horizontal component oriented toward it has at least one heat emitter panel component, and a vertical component oriented toward the zenith. 14. De werkwijze volgens conclusie 13, voorts omvattende het oriënteren van ten minste één warmte-emitterpaneel richting het zenit; en het oriënteren van ten minste één zonnewarmtecollectorpaneel richting de zon.The method of claim 13, further comprising orienting at least one heat emitter panel toward the zenith; and orienting at least one solar heat collector panel towards the sun. 15. Een werkwijze voor het vernieuwen van een gebouw voor het reguleren van een binnenklimaat van het gebouw, de werkwijze omvattende: het installeren van het systeem volgens eender welke van conclusies 1-11.15. A method for renovating a building for regulating an indoor climate of the building, the method comprising: installing the system according to any of claims 1-11.
BE20225408A 2022-05-25 2022-05-25 CLIMATE CONTROL SYSTEM FOR A BUILDING BE1030564B1 (en)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20225408A BE1030564B1 (en) 2022-05-25 2022-05-25 CLIMATE CONTROL SYSTEM FOR A BUILDING
PCT/EP2023/063974 WO2023227687A1 (en) 2022-05-25 2023-05-24 Climate regulation system for a building

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20225408A BE1030564B1 (en) 2022-05-25 2022-05-25 CLIMATE CONTROL SYSTEM FOR A BUILDING

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1030564A1 BE1030564A1 (en) 2023-12-19
BE1030564B1 true BE1030564B1 (en) 2024-01-03

Family

ID=83115631

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20225408A BE1030564B1 (en) 2022-05-25 2022-05-25 CLIMATE CONTROL SYSTEM FOR A BUILDING

Country Status (2)

Country Link
BE (1) BE1030564B1 (en)
WO (1) WO2023227687A1 (en)

Citations (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5086828A (en) * 1991-09-25 1992-02-11 The United States Of America As Represented By The Administrator Of The National Aeronautics And Space Administration Lunar radiator shade
EP1953467A1 (en) * 2007-01-30 2008-08-06 Nederlandse Organisatie voor Toegepast-Natuuurwetenschappelijk Onderzoek TNO Ventilation systems for houses, buildings, etc.
WO2013036112A1 (en) * 2011-09-05 2013-03-14 Wallvision B.V. Outside wall cladding element and an outside wall provided with such an outside wall cladding element
WO2014126472A2 (en) * 2013-02-17 2014-08-21 Solaq B.V. Device for simultaneous harvesting of solar heat and generation of cold by means of emitted radiation
US20170248381A1 (en) * 2016-02-29 2017-08-31 The Regents Of The University Of Colorado, A Body Corporate Radiative cooling structures and systems
CN108425427A (en) * 2018-02-02 2018-08-21 晖保智能科技(上海)有限公司 A kind of high energy-saving type energy storage building
CN108088009B (en) * 2017-12-15 2020-04-17 中国地质大学(北京) Zero-carbon energy-saving underground heat supply-refrigeration system
WO2020250536A1 (en) * 2019-06-12 2020-12-17 株式会社Lixil Cooling device

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
AR056577A1 (en) * 2006-10-10 2007-10-10 Consejo Nac Invest Cient Tec SOLAR ROOF
GB2507266A (en) 2012-10-23 2014-04-30 Ventive Ltd Ventilation system
US20180004171A1 (en) * 2016-06-30 2018-01-04 Johnson Controls Technology Company Hvac system using model predictive control with distributed low-level airside optimization and airside power consumption model

Patent Citations (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5086828A (en) * 1991-09-25 1992-02-11 The United States Of America As Represented By The Administrator Of The National Aeronautics And Space Administration Lunar radiator shade
EP1953467A1 (en) * 2007-01-30 2008-08-06 Nederlandse Organisatie voor Toegepast-Natuuurwetenschappelijk Onderzoek TNO Ventilation systems for houses, buildings, etc.
WO2013036112A1 (en) * 2011-09-05 2013-03-14 Wallvision B.V. Outside wall cladding element and an outside wall provided with such an outside wall cladding element
WO2014126472A2 (en) * 2013-02-17 2014-08-21 Solaq B.V. Device for simultaneous harvesting of solar heat and generation of cold by means of emitted radiation
US20170248381A1 (en) * 2016-02-29 2017-08-31 The Regents Of The University Of Colorado, A Body Corporate Radiative cooling structures and systems
CN108088009B (en) * 2017-12-15 2020-04-17 中国地质大学(北京) Zero-carbon energy-saving underground heat supply-refrigeration system
CN108425427A (en) * 2018-02-02 2018-08-21 晖保智能科技(上海)有限公司 A kind of high energy-saving type energy storage building
WO2020250536A1 (en) * 2019-06-12 2020-12-17 株式会社Lixil Cooling device

Also Published As

Publication number Publication date
WO2023227687A1 (en) 2023-11-30
BE1030564A1 (en) 2023-12-19

Similar Documents

Publication Publication Date Title
Buker et al. Building integrated solar thermal collectors–A review
Oropeza-Perez et al. Active and passive cooling methods for dwellings: A review
US4323054A (en) Solar energy collection system
US6945063B2 (en) Apparatus and method for harvesting atmospheric moisture
US7937955B2 (en) Solar and wind hybrid powered air-conditioning/refrigeration, space-heating, hot water supply and electricity generation system
US11888444B2 (en) Solar panels and harvesting of solar derived energy
CN110278687A (en) A kind of synthesis energy saving control method for lowering temp for building environment
WO2012016544A1 (en) External passive cooling method and device thereof
CN105705873A (en) Solar cooling system
Mahmoud et al. Experimental and theoretical model for water desalination by humidification-dehumidification (HDH)
BE1030564B1 (en) CLIMATE CONTROL SYSTEM FOR A BUILDING
Ogueke et al. Review of Photovoltaic-Thermal Collectors: An Overview of the Potential beyond Experimental Testing
NL2008160C2 (en) ELEMENTS THAT MAKE USE OF AIRFLOW ALONG BUILDINGS TO DRAIN IRRADIATED SUN HEAT THROUGH THE SPOW.
SE432661B (en) ROOM HEATING WITH HEAT PUMP
KR20220129087A (en) Systems and methods for actively conditioned and hydrodynamic isolation of return airflow in an unconstrained environment
US4571952A (en) Solar and convection assisted heat pump system
Papadopoulos Active solar heating and cooling of buildings
RU2749242C2 (en) Transpiration type solar collector
Buker Building integrated solar thermal collectors for heating & cooling applications
Sang Sustainable building
CN205261802U (en) Drive of air sun multiple source is air curtain multiple heat pump air conditioner upwards
US20110139147A1 (en) System for capturing and converting solar insolation into thermal, kinetic and electrical energy
CN218028402U (en) Ventilation and heat insulation structure of southern tropical region large-span roof
JP3052990B2 (en) Outdoor unit for air heat source heat pump
Lakkas et al. Sustainable cooling strategies

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20240103