BE1023089B1 - Systeem en werkwijze voor het bedienen van een functie van een apparaat - Google Patents

Abstract

De uitvinding heeft betrekking op een systeem voor het aanpassen van een bedieningsparameter van een apparaat, omvattende: een weergavescherm om een GUI element weer te geven; een menselijke interface-inrichting om gebruikersinteractie met het GUI element te ontvangen; en middelen om de bedieningsparameter over te brengen naar het apparaat als reactie op de interactie. Het systeem laat het GUI element in een eerste toestand werken met een eerste voorstelling en een tweede toestand met een tweede voorstelling, waarbij de eerste voorstelling een kleiner gebied inneemt van het weergavescherm. De eerste voorstelling omvat een pictogram dat grafisch de bestuurde functie aangeeft en de waarde van de bedieningsparameter. De eerste toestand reageert op een eerste vooraf bepaalde invoer van de menselijke interface­ inrichting om over te gaan naar de tweede toestand. De tweede voorstelling omvat middelen om de waarde van de bedieningsparameter te selecteren; en de tweede toestand reageert op een tweede vooraf bepaalde invoer van de menselijke interface­ inrichting om over te gaan naar de eerste toestand.

Description

Systeem en werkwijze voor het bedienen van een functie van een apparaat

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op het domein van gebruikersinterfaces, in het bijzonder gebruikersinterfaces voor het bedienen van een functie door middel van minstens één bedieningsparameter waarvan de waarde varieert over een set of bereik van waarden.

Het is bekend functies te bedienen van een apparaat in de fysieke wereld door middel van een parameter waarvan de waarde varieert over een set of bereik van waarden. Voorbeelden van zulke functies zijn de regeling van het geluidsvolume van audioapparatuur, de helderheid van een licht uitgerust met een dimfunctie, de motorsnelheid of graad van sluiting van bijvoorbeeld poorten en luiken en dergelijke. In de fysieke wereld bevatten typische bedieningen die gebruikt worden voor het veranderen van de scalaire parameter schakelaars, knoppen, keuzeschijven en schuifregelaars. Het is een voordeel van gebruikelijke bedieningen dat ze een manier om gebruikersinvoer te ontvangen (de gewenste verandering van de waarde van de bedieningsparameter) combineren met een manier om toestandsinformatie mede te delen aan de gebruiker (de positie waarin de schakelaar, knop, keuzeschijf, of schuifregelaar blijft op het eind van de hantering geeft de huidige toestand van de bedieningsparameter weer).

Naarmate de bediening van functies van apparaten in de fysieke wereld zoals huishoudelijke apparaten in toenemende mate wordt uitgevoerd door programmeerbare inrichtingen zoals laptopcomputers, tablets, smartphones, smartwatches, en dergelijke, worden virtuele tegenhangers van de bedieningen van de fysieke wereld gebruikt als onderdeel van een grafische gebruikersinterface (GUI), waarbij de genoemde tegenhangers GUI widgets bevatten zoals virtuele schakelaars, knoppen, keuzeschijven, schuifregelaars, en kringvelden. Net als hun voorgangers uit de fysieke wereld, combineren deze GUI widgets een manier om gebruikersinvoer te ontvangen met een manier om statusinformatie mede te delen aan de gebruiker. Echter, om gemakkelijk hanteerbaar te zijn door middel van aanwijsinrichtingen zoals een muis, een stift, of door middel van een vinger van de gebruiker (op aanraakschermen), moeten deze weergegeven GUI widgets voldoende groot zijn. Dit beperkt het aantal van zulke GUI widgets die tegelijkertijd weergegeven kunnen worden op een gegeven weergavegebied.

Het is een doel van uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding om dit nadeel minstens gedeeltelijk te overwinnen.

Volgens een aspect van de onderhavige uitvinding, wordt een systeem verschaft voor het aanpassen van een bedieningsparameter van een functie van een apparaat, waarbij het systeem omvat: een weergavescherm aangepast om minstens één grafisch gebruikersinterface-element weer te geven; een menselijke interface-inrichting aangepast om gebruikersinteractie te ontvangen met het minstens één grafisch gebruikersinterface-element; en interface-middelen aangepast om een bedieningssignaal dat kenmerkend is voor een geselecteerde waarde van de bedieningsparameter over te dragen naar het apparaat als reactie op de gebruikersinteractie; waarbij het systeem aangepast is om het minstens één grafisch gebruikersinterface-element te laten werken in minstens een eerste toestand met een eerste voorstelling en een tweede toestand met een tweede voorstelling, waarbij de eerste voorstelling een kleiner gebied van het weergavescherm inneemt dan de tweede voorstelling; waarbij de eerste voorstelling een pictogram omvat dat kenmerkend is voor de functie en/of het apparaat, en een grafische voorstelling van een huidige geselecteerde waarde van de bedieningsparameter; waarbij de eerste toestand reageert op een eerste vooraf bepaalde invoer van de menselijke interface-inrichting om over te gaan naar de tweede toestand; waarbij de tweede voorstelling virtuele bedieningsmiddelen omvat die in staat zijn om bediend te worden door middel van de menselijke interface-inrichting om de waarde van de bedieningsparameter te selecteren; en waarbij de tweede toestand reageert op een tweede vooraf bepaalde invoer van de menselijke interface-inrichting om over te gaan naar de eerste toestand.

Het is een voordeel van de uitvinding dat een groot aantal grafische gebruikersinterface-elementen (widgets) die gebruik worden om regeling te bieden van functionele parameters van apparaten in de fysieke wereld, naast elkaar kunnen weergegeven worden op een weergavescherm wanneer deze in hun passieve toestand zijn, terwijl ze herkenbaar blijven als pictogrammen en nog steeds de mogelijkheid behouden om terugkoppeling te geven aan de gebruiker over de huidige waarde van de relevante parameter. Aangezien deze elementen ook een tweede, geactiveerde toestand hebben, die een grotere hoeveelheid van de schermruimte mag innemen, worden ze gemakkelijk hanteerbaar door middel van een menselijke interface-inrichting zoals een muis, stift, of aanraakscherm.

In een uitvoeringsvorm van het systeem volgens de onderhavige uitvinding, is de bedieningsparameter een binaire parameter.

Het is een voordeel van deze uitvoeringsvorm dat hij gebruikt kan worden om eender welke functie van een apparaat of een reeks apparaten aan te sturen die adequaat kan weergegeven worden door een !aan" toestand en een !uit" toestand, zoals een hoofdschakelaar van licht, een dempfunctie van audio-apparatuur, een "nachtmodus" schakelaar van een domoticasysteem en dergelijke. In deze uitvoeringsvorm kunnen de virtuele bedieningsmiddelen bijvoorbeeld de vorm aannemen van een virtuele schakelaar of drukknop.

In een uitvoeringsvorm van het systeem volgens de onderhavige uitvinding, is de bedieningsparameter een scalaire parameter.

Het is een voordeel van deze uitvoeringsvorm dat hij gebruikt kan worden om een functie van een apparaat aan te sturen, die gespecificeerd wordt door één enkele waarde, zoals het uitgangsvolume van een geluidsversterker, de helderheid van een lamp met een dimfunctie, de positie van een zonnescherm of vensterluik, de snelheid van een ventilator, de temperatuur van een thermostaat, een vertraging of een duur van een timer, en dergelijke. In deze uitvoeringsvorm kunnen de virtuele bedieningsmiddelen bijvoorbeeld de vorm aannemen van een virtuele knop, keuzeschijf of schuifregelaar.

In een uitvoeringsvorm van het systeem volgens de onderhavige uitvinding, is de bedieningsparameter een samengestelde parameter.

Het is een voordeel van deze uitvoeringsvorm dat hij gebruikt kan worden om een functie van een apparaat aan te sturen, die gespecificeerd wordt door meervoudige waarden, zoals de tint van een veelkleurig verlichtingstoestel, de ruimtelijke verdeling van geluid in een surround-geluidsysteem, en dergelijke. In deze uitvoeringsvorm, kunnen de virtuele bedieningsmiddelen bijvoorbeeld de vorm aannemen van een twee-dimensionaal veld waarin een wijzer kan verplaatst worden naar een positie die kenmerkend is voor een gewenste waarde van de parameter.

Volgens een aspect van de onderhavige uitvinding, wordt een domoticasysteem verschaft dat het systeem omvat zoals hierboven beschreven.

Het systeem van de onderhavige uitvinding is bijzonder bruikbaar in een bedieningsscherm voor verscheidene functies van een complex systeem zoals een domoticasysteem, waarbij de apparaten de verschillende inrichtingen en toestellen zijn die aangestuurd kunnen worden doorheen het huis. Meerdere tegelijkertijd weergegeven grafische gebruikersinterface-elementen zoals hierboven beschreven kunnen aldus een !dashboard" (instrumentenpaneel) van het domoticasysteem vormen.

Volgens een aspect van de onderhavige uitvinding, wordt een werkwijze verschaft om regeling te bieden van een bedieningsparameter van een functie van een apparaat door middel van een grafisch gebruikersinterface-element, waarbij de werkwijze omvat: in een eerste toestand: het weergeven van het grafisch gebruikersinterface-element in een eerste voorstelling op een weergavescherm, waarbij de eerste voorstelling een pictogram omvat dat kenmerkend is voor de functie en/of het apparaat, en een visuele voorstelling van een huidige geselecteerde waarde van de bedieningsparameter; en het overgaan naar een tweede toestand als reactie op een eerste vooraf bepaalde invoer van een menselijke interface-inrichting; in de tweede toestand: het weergeven van het grafisch gebruikersinterface-element in een tweede voorstelling op het weergavescherm, waarbij de tweede voorstelling virtuele bedieningsmiddelen omvat; het ontvangen van gebruikersinteractie met de virtuele bedieningsmiddelen via een menselijke interface-inrichting teneinde een gebruiker toe te laten een waarde van de bedieningsparameter te selecteren; en het overgaan naar de eerste toestand als reactie op een tweede vooraf bepaalde invoer van de menselijke interface-inrichting; en het overbrengen van een bedieningssignaal dat kenmerkend is voor de bedieningsparameter naar het apparaat als reactie op de gebruikersinteractie; waarbij de eerste voorstelling een kleiner gebied van het weergavescherm inneemt dan de tweede voorstelling.

In een uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding, is de bedieningsparameter een binaire parameter.

In een uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding, is de bedieningsparameter een scalaire parameter.

In een uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding, is de bedieningsparameter een samengestelde parameter.

Volgens een aspect van de onderhavige uitvinding, wordt een computerprogrammaproduct verschaft om regeling te bieden van een bedieningsparameter van een functie van een apparaat door middel van een grafisch gebruikersinterface-element, waarbij het computerprogrammaproduct codeermiddelen omvat geconfigureerd om: in een eerste toestand: het grafisch gebruikersinterface-element weer te geven in een eerste voorstelling op een weergavescherm, waarbij de eerste voorstelling een pictogram omvat dat kenmerkend is voor de functie en/of het apparaat, en een visuele voorstelling van een huidige geselecteerde waarde van de bedieningsparameter; en het overgaan naar een tweede toestand als reactie op een eerste vooraf bepaalde invoer van een menselijke interface-inrichting; in de tweede toestand: het weergeven van het grafisch gebruikersinterface-element in een tweede voorstelling op het weergavescherm, waarbij de tweede voorstelling virtuele bedieningsmiddelen omvat; het ontvangen van gebruikersinteractie met de virtuele bedieningsmiddelen via een menselijke interface-inrichting teneinde een gebruiker toe te laten een waarde van de bedieningsparameter te selecteren; en het overgaan naar de eerste toestand als reactie op een tweede vooraf bepaalde invoer van de menselijke interface-inrichting; en het overbrengen van een bedieningssignaal dat kenmerkend is voor de bedieningsparameter naar het apparaat als reactie op de gebruikersinteractie; waarbij de eerste voorstelling een kleiner gebied van het weergavescherm inneemt dan de tweede voorstelling.

In een uitvoeringsvorm van het computerprogrammaproduct volgens de onderhavige uitvinding, is de bedieningsparameter een binaire parameter.

In een uitvoeringsvorm van het computerprogrammaproduct volgens de onderhavige uitvinding, is de bedieningsparameter een scalaire parameter.

In een uitvoeringsvorm van het computerprogrammaproduct volgens de onderhavige uitvinding, is de bedieningsparameter een samengestelde parameter.

De technische effecten en voordelen van uitvoeringsvormen van de werkwijze en het computerprogrammaproduct volgens de onderhavige uitvinding komen overeen, mutatis mutandis, met die van de overeenkomstige uitvoeringsvormen van het systeem volgens de onderhavige uitvinding.

Deze en andere kenmerken en voordelen van uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding zullen nu in meer detail beschreven worden met verwijzing naar de bijhorende figuren, waarin: - Figuur 1 toont schematisch een systeem volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding; - Figuur 2 toont voorbeeldmatige pictogrammen die kunnen dienen als !eerste voorstellingen" in uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding; - Figuur 3 toont voorbeeldige overgangen tussen een set van !eerste voorstellingen" en een geselecteerde !tweede voorstelling" in een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding; - Figuur 4 toont voorbeeldige overgangen tussen een set van !eerste voorstellingen" en een geselecteerde !tweede voorstelling" in een andere uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding; en - Figuur 5 toont een stroomschema van een uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding.

Figuur 1 toont schematisch een systeem 100 volgens een voorbeeldmatige uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding. Het systeem 100 is ingericht om minstens één bedieningsparameter van een functie van een apparaat 199 aan te sturen, waarmee het verbonden is door middel van eender welke geschikte interface 130. De verbinding tussen de interface 130 en het apparaat 199 kan gerealiseerd zijn via een netwerk, zoals een persoonlijk of een lokaal netwerk 150. Indien bediening vanop afstand gewenst is, kan het netwerk het internet zijn of een virtueel privé netwerk opgericht over het internet. De term "interface" verwijst naar de hardware en/of software die vereist is om communicatie met apparaat 199 mogelijk te maken op de relevante niveaus van de protocolstack; bij voorkeur werkt de interface in overeenstemming met gestandaardiseerde protocollen zoals de IEEE 802.3 "Ethernet" standaard of de IEEE 802.11 "WiFi" standaard voor de fysieke laag en de datalinklaag, en de TCP/IP protocolstack voor hogere lagen.

In het bijzonder, kan het systeem volgens de onderhavige uitvinding deel uitmaken van een domoticasysteem, en kan het aan te sturen apparaat betrekking hebben op gebruikelijke domoticafuncties zoals verwarming, ventilatie, airconditioning, verlichting, audio en video, zonneschermen, deurvergrendeling, en dergelij ke.

Het systeem 100 omvat een weergavescherm 110 aangepast om minstens één grafisch gebruikersinterface-element 120 weer te geven en een menselijke interface-inrichting 130 aangepast om gebruikersinteractie te ontvangen met het minstens één grafisch gebruikersinterface-element 120. Zonder verlies aan algemeenheid werd de menselijke interface-inrichting 130 getoond als een aanwijsinrichting (in het bijzonder een muis), apart van het weergavescherm 110. Het zal duidelijk zijn voor de vakman dat de menselijke interface-inrichting 130 geïntegreerd kan zijn met het weergavescherm 110, zoals het geval is voor een aanraakscherm dat bediend wordt door de vinger(s) van de gebruiker of door een stift. Interface-middelen 130 worden verschaft om een bedieningssignaal dat kenmerkend is voor een geselecteerde waarde van de bedieningsparameter over te brengen naar het apparaat 199 als reactie op de gebruikersinteractie met het grafisch gebruikersinterface-element 120, teneinde de functie van het apparaat 199 daadwerkelijk aan te sturen.

Volgens de uitvinding, is het systeem 100 aangepast om het grafisch gebruikersinterface-element 120 in twee verschillende toestanden te laten werken.

In de eerste toestand, heeft het grafisch gebruikersinterface-element 120 een eerste voorstelling 120a, dat een pictogram omvat dat kenmerkend is voor de functie en/of het apparaat voor hetwelk het toegang geeft tot de bediening ervan. Figuur 2 verschaft 4 voorbeeldmatige sets van pictogrammen die gebruikt kunnen worden als eerste voorstellingen voor de grafische gebruikersinterface-elementen die toegang kunnen geven tot de bediening van een licht met een dimfunctie (eerste rij), een audiovolume (tweede rij), een sluitniveau van een zonnescherm (derde rij), en een ventilatorsnelheid (vierde rij). Terwijl de eerste voorstelling 120a van het grafisch gebruikersinterface-element 120 opzettelijk klein is, teneinde de gelijktijdige voorstelling van meerdere van dergelijke elementen op een weergavescherm met beperkte afmeting mogelijk te maken, zoals het scherm van een smartwatch, een smartphone of tablet, biedt het nog steeds herkenbaarheid en toestandsterugkoppeling in de vorm van een grafische voorstelling van een momenteel geselecteerde waarde van de bedieningsparameter. Een grafische voorstelling van de waarde is over het algemeen beter geschikt voor weergave in een zeer klein formaat dan een alfanumerieke voorstelling, waardoor verder wordt bijgedragen tot een optimale benutting van het schermoppervlak.

Met verwijzing naar de voorbeeldmatige elementen getoond in Figuur 2, genomen van boven naar beneden, kunnen de bedieningsparameters als volgt weergegeven worden: - de toestand van de dimmer kan weergegeven worden door een splitsing in de achtergrondkleur van het pictogram, waarvan de verticale positie verandert met variërende helderheidsniveaus van licht; - de toestand van het audiovolume kan weergegeven worden door het benadrukken van een cirkelsector die evenredig is met het geselecteerde geluidsniveau binnen een cirkelvormig gebied dat de pictogramruimte definieert; als alternatief kan de afspeelpositie binnen een geluidsspoor op deze manier gevisualiseerd worden; - de toestand van het vensterluik kan voorgesteld worden door een splitsing in de achtergrondkleur van het pictogram, waarvan de verticale positie varieert met de positie van het luik; - de toestand van de ventilator kan voorgesteld worden door variaties van een gestileerd ventilatorsymbool met een wisselend aantal ventilatorbladen.

De eerste toestand reageert op een eerste vooraf bepaalde invoer van de menselijke interface-inrichting 130, zoals wanneer er geklikt wordt op het grafisch gebruikersinterface-element 120, gedubbelklikt, getikt, of op een gelijke manier geactiveerd, afhankelijk van het gebruikte type van menselijke interface-inrichting 130, om over te gaan naar de tweede toestand. In de tweede toestand, heeft het grafisch gebruikersinterface-element 120 een tweede voorstelling 120b, dat een groter gebied van het weergavescherm 110 inneemt dan de eerste voorstelling 120a, teneinde een uitgebreidere interactie door de gebruiker te vergemakkelijken. De tweede voorstelling 120b kan een gedeelte van of de ganse beschikbare schermruimte omhullen, afhankelijk van de afmeting van het weergavescherm 110; het kan overlappen met de ruimte die anders ingenomen wordt door eerste voorstellingen van andere grafische gebruikersinterface-elementen. Afhankelijk van de toepassing en de beschikbare schermafmeting, kan de eerste voorstelling 120a geheel of gedeeltelijk zichtbaar blijven in de tweede toestand. In dat geval kan de zichtbare eerste voorstelling 120a of een deel daarvan wel of niet in staat zijn om gebruikersinteractie te ontvangen. Bij voorbeeld, nadat het grafisch gebruikersinterface-element 120 is overgegaan van de eerste voorstelling 120a naar de tweede voorstelling 120b, kan het terug overgaan naar de eerste voorstelling 120a door eenvoudig opnieuw te klikken, te dubbelklikken, te tikken of op een soortgelijke wijze deactiveren van het grafisch gebruikersinterface-element 120. Volgens andere uitvoeringsvormen, kan het terugkeren van de tweede voorstelling 120b naar de eerste voorstelling 120a automatisch gebeuren na de waarde van de bedieningsparameter (zie hieronder) geselecteerd te hebben of door te klikken, te dubbelklikken of te tikken op een kruisje dat zich bv. in een rechterbovenhoek (zie verder) bevindt of elke andere geschikte lokatie, in het dropdown-venster (zie verder).

De tweede voorstelling 120b omvat virtuele bedieningsmiddelen die in staat zijn om bediend te worden door middel van de menselijke interface-inrichting 130 om de waarde van de bedieningsparameter te selecteren. Voorbeeldmatige uitvoeringsvormen van de virtuele bedieningsmiddelen kunnen schuifbalken en keuzeschijven omvatten. De tweede toestand reageert op een tweede vooraf bepaalde invoer van de menselijke interface-inrichting 130, in het bijzonder een actie die kenmerkend is voor de voltooiing van de selectie van de waarde van de bedieningsparameter, om over te gaan naar de eerste toestand.

Figuur 3 toont voorbeeldmatige overgangen tussen een set van !eerste voorstellingen" en een geselecteerde !tweede voorstelling" in een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding.

Zonder verlies aan algemeenheid, wordt een scherm van een smartphone getoond met vier grafische gebruikersinterface-elementen, die overeenkomen met eerste voorstellingen voor de functies voorgesteld in Figuur 2. In de meest linkse figuur, worden alle vier de elementen getoond in hun eerste voorstelling. Een gebruiker interageert met het !audio" element (pictogram rechtsboven op de smartphone), getoond in zijn eerste voorstelling 120a, door te tikken op het overeenkomstig pictogram. Dit element schakelt naar zijn tweede voorstelling 120b, dat in het huidig voorbeeld, bijkomend is ten opzichte van de eerste voorstelling 120a dat gedeeltelijk zichtbaar kan blijven,een dropdown-venster waarin de mogelijkheden voor het aansturen van een functie achter het pictogram getoond worden. In het huidig voorbeeld van het audio-element, kan dit de mogelijkheid zijn om te beginnen met afspelen, te stoppen met afspelen of te pauzeren en terugspoelen of vooruitspoelen van een welbepaald liedje (middelste figuur).

Het dropdown-venster neemt een deel van het scherm in dat groter is dan de ruimte die ingenomen wordt door het pictogram. Dankzij zijn groter formaat, in vergelijking met de pictogrammen die als eerste voorstellingen worden gebruikt, laat de tweede voorstelling 120b van het "audio" element eenvoudige hantering toe. In het gegeven voorbeeld, kan de gebruiker bij voorbeeld het afspelen van een liedje starten door te tikken op de afspeelknop of het liedje pauzeren door op de pauzeknop te tikken (doorgaans wordt de afspeelknop en de pauzeknop afwisselend getoond afhankelijk of een liedje op dat moment wordt afgespeeld). Daarna of wanneer de gebruiker op een andere geschikte knop tikt,zoals bijvoorbeeld het pictogram zelf, gaat het element terug over naar zijn eerste toestand, waar het opnieuw enkel voorgesteld wordt door zijn eerste voorstelling 120a, die adequaat bijgewerkt is om op grafische wijze informatie over de nieuwe toestand van het audiosysteem aan de gebruiker mede te delen (meest rechtse figuur). In het gegeven voorbeeld, is de nieuwe toestand van het audiosysteem variabel, aangezien het blijft veranderen omdat het toont hoe lang een liedje aan het afspelen is.

Een ander voorbeeld wordt voorgesteld in Figuur 4. In de meest linkse figuur, worden grafische gebruikersinterface-elementen, die overeenkomen met eerste voorstellingen voor de functies voorgesteld in Figuur 2, op het scherm van een smartwatch getoond. De eerste voorstellingen kunnen op een zodanige manier getoond worden dat een gebruiker door deze voorstellingen kan scrollen om die functie te kiezen die hij wil aansturen. De gebruiker interageert met het gekozen element, in het gegeven voorbeeld het !dim"-element, getoond in zijn eerste voorstelling 120a, door te tikken op het overeenkomstig pictogram. Als reactie op deze activatie van het !dim"-element, schakelt dit element naar zijn tweede voorstelling 120b (middelste figuur), dat in dit voorbeeld het volledig scherm van het toestel inneemt. Dankzij zijn groter formaat, in vergelijking met de pictogrammen die als eerste voorstellingen worden gebruikt, laat de tweede voorstelling 120b van het "dim"-element eenvoudige hantering toe. In het getoonde geval (middelste figuur), kan de gebruiker een virtuele knop in uurwijzerszin slepen om het dimniveau te verhogen, of in tegenuurwijzerszin slepen om het dimniveau te verlagen, wat een intuïtief virtueel equivalent is van een dimknop in de fysieke wereld. Bij beëindiging van de sleepbeweging, en optioneel na een korte vertraging om verdere aanpassingen van het dimmen toe te laten, gaat het "dim"-element terug over naar zijn eerste toestand, waar het opnieuw voorgesteld wordt door zijn eerste voorstelling 120a, die adequaat bijgewerkt werd om op grafische wijze informatie over de nieuwe toestand van de dimmer aan de gebruiker mede te delen (meest rechtse figuur). Hetzelfde proces kan naar believen herhaald worden voor elk van de elementen. Afhankelijk van het gebruikte type van inrichting en de afmeting van het weergavescherm 110, kan de tweede voorstelling een groter deel van het scherm innemen dan de pictogrammen of kan het volledig scherm innemen.

Figuur 5 toont een stroomschema van een uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding. De werkwijze biedt regeling van een bedieningsparameter van een functie van een apparaat door middel van een grafisch gebruikersinterface-element. Details hierboven beschreven in de context van uitvoeringsvormen van het systeem volgens de onderhavige uitvinding zijn evenzeer toepasselijk op de hier beschreven uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvinding, en zullen niet herhaald worden. Waar identieke of gelijkwaardige elementen aan die van het beschreven systeem volgens de onderhavige uitvinding worden vermeld, zullen referentienummers gebruikt worden die refereren naar Figuur 1.

De getoonde werkwijze bevat een eerste toestand 210, waarin een grafisch gebruikersinterface-element 120 wordt weergegeven in een eerste voorstelling 120a, dat een pictogram omvat kenmerkend voor de functie en/of het aan te sturen apparaat, en een visuele voorstelling van een huidige geselecteerde waarde van de bedieningsparameter. De eerste toestand 210 is geconfigureerd om te reageren op een eerste vooraf bepaalde invoer van de menselijke interface-inrichting 130, in het bijzonder een activering van het relevant gebruikersinterface-element 120, door over te gaan naar een tweede toestand. In de tweede toestand 220, wordt het grafisch gebruikersinterface-element 120 weergegeven in een tweede voorstelling 120b, die virtuele bedieningsmiddelen omvat. Afhankelijk van de toepassing en de beschikbare schermafmeting, kan de eerste voorstelling 120a geheel of gedeeltelijk zichtbaar blijven in de tweede toestand 220. De tweede toestand 220 is geconfigureerd om gebruikersinteractie te ontvangen met de virtuele bedieningsmiddelen van de tweede voorstelling 120b via de menselijke interface-inrichting 130 teneinde de gebruiker toe te laten een waarde van de bedieningsparameter te selecteren, en om over te gaan naar de eerste toestand als reactie op een tweede vooraf bepaalde invoer van de genoemde menselijke interface-inrichting 130. De werkwijze omvat verder het overbrengen van een bedieningssignaal 230 dat kenmerkend is voor de bedieningsparameter naar het apparaat 199 als reactie op de gebruikersinteractie. De eerste voorstelling 120a neemt een kleiner gebied van het weergavescherm 110 in dan de tweede voorstelling 120b.

Het zal duidelijk zijn voor de vakman dat de hierboven beschreven werkwijze kan geïmplementeerd worden in software. De onderhavige uitvinding heeft ook betrekking op een programma dat codeermiddelen omvat geconfigureerd om ervoor te zorgen dat een processor de stappen uitvoert van de werkwijze van de onderhavige uitvinding. Het programma kan verschaft worden als een computerprogrammaproduct, dat beschikbaar kan gesteld worden op een computer-leesbaar medium zoals een magneetschij f, een optische schijf, of een halfgeleidergeheugen, of via een computernetwerk.

Hoewel de uitvinding hierboven beschreven werd met verwijzing naar specifieke uitvoeringsvormen, werd dit gedaan om de uitvinding te verduidelijken en niet om de uitvinding te beperken. De reikwijdte van de uitvinding is gedefinieerd door de bijgevoegde conclusies.

Claims (14)

1. Conclusies

   1. Een systeem (100) voor het aanpassen van een bedieningsparameter van een functie van een apparaat (199), waarbij het systeem omvat: - een weergavescherm (110) aangepast om minstens één grafisch gebruikersinterface-element (120) weer te geven; - een menselijke interface-inrichting (130) aangepast om gebruikersinteractie met het minstens één grafisch gebruikersinterface-element (120) te ontvangen; en - interface-middelen (130) aangepast om een bedieningssignaal dat kenmerkend is voor een geselecteerde waarde van de bedieningsparameter over te brengen naar het apparaat (199) als reactie op de gebruikersinteractie; waarbij het systeem (100) aangepast is om het minstens één grafisch gebruikersinterface-element (120) te laten werken in minstens een eerste toestand met een eerste voorstelling (120a) en een tweede toestand met een tweede voorstelling (120b), waarbij de eerste voorstelling een kleiner gebied van het weergavescherm (110) inneemt dan de tweede voorstelling; waarbij de eerste voorstelling (120a) een pictogram omvat dat kenmerkend is voor de functie en/of het apparaat, en een grafische voorstelling van een huidige geselecteerde waarde van de bedieningsparameter; waarbij de eerste toestand reageert op een eerste vooraf bepaalde invoer van de menselijke interface-inrichting om over te gaan naar de tweede toestand; waarbij de tweede voorstelling (120b) virtuele bedieningsmiddelen omvat die in staat zijn om bediend te worden door middel van de menselijke interface-inrichting om de waarde van de bedieningsparameter te selecteren; en waarbij de tweede toestand reageert op een tweede vooraf bepaalde invoer van de menselijke interface-inrichting om over te gaan naar de eerste toestand.
2. 2. Het systeem volgens conclusie 1, waarbij de bedieningsparameter een binaire parameter is.
3. 3. Het systeem volgens conclusie 1, waarbij de bedieningsparameter een scalaire parameter is.
4. 4. Het systeem volgens conclusie 1, waarbij de bedieningsparameter een samengestelde parameter is.
5. 5. Het systeem volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de eerste voorstelling en de tweede voorstelling samen op het weergavescherm (110) verschijnen.
6. 6. Een domoticasysteem dat het systeem omvat volgens één der voorgaande conclusies.
7. 7. Een werkwijze om regeling te bieden van een bedieningsparameter van een functie van een apparaat (199) door middel van een grafisch gebruikersinterface-element (120), waarbij de werkwijze omvat: - in een eerste toestand (210) : o het weergeven van het grafisch gebruikersinterface-element (120) in een eerste voorstelling (120a) op een weergavescherm (110), waarbij de eerste voorstelling (120a) een pictogram omvat dat kenmerkend is voor de functie en/of het apparaat, en een visuele voorstelling van een huidige geselecteerde waarde van de bedieningsparameters; en o het overgaan naar een tweede toestand als reactie op een eerste vooraf bepaalde invoer van de menselijke interface-inrichting; - in de tweede toestand (220) : o het weergeven van het grafisch gebruikersinterface-element (120) in een tweede voorstelling (120b) op het weergavescherm (110), waarbij de tweede voorstelling (120b) virtuele bedieningsmiddelen omvat; o het ontvangen van gebruikersinteractie met de virtuele bedieningsmiddelen via een menselijke interface-inrichting (130) teneinde het een gebruiker mogelijk te maken een waarde van de bedieningsparameter te selecteren; en o het overgaan naar de eerste toestand als reactie op een tweede vooraf bepaalde invoer van de menselijke interface-inrichting; en - het overbrengen (230) van een bedieningssignaal dat kenmerkend is voor de bedieningsparameter naar het apparaat (199) als reactie op de gebruikersinteractie; waarbij de eerste voorstelling een kleiner gebied van het weergavescherm (110) inneemt dan de tweede voorstelling.
8. 8. De werkwijze volgens conclusie 7, waarbij de bedieningsparameter een binaire parameter is.
9. 9. De werkwijze volgens conclusie 7, waarbij de bedieningsparameter een scalaire parameter is.
10. 10. De werkwijze volgens conclusie 7, waarbij de bedieningsparameter een samengestelde parameter is.
11. 11. Een computerprogrammaproduct om regeling te bieden van een bedieningsparameter van een functie van een apparaat (199) door middel van een grafisch gebruikersinterface-element (120), waarbij het computerprogrammaproduct codeermiddelen omvat die geconfigureerd zijn voor: - in een eerste toestand (210) : o het weergeven van het grafisch gebruikersinterface-element (120) in een eerste voorstelling (120a) op een weergavescherm (110), waarbij de eerste voorstelling (120a) een pictogram omvat dat kenmerkend is voor de werking en/of het apparaat, en een visuele voorstelling van een momenteel geselecteerde waarde van de bedieningsparameter; en o het overgaan naar een tweede toestand als reactie op een eerste vooraf bepaalde invoer van de menselijke interface-inrichting; - in de tweede toestand (220) : o het weergeven van het grafisch gebruikersinterface-element (120) in een tweede voorstelling (120b) op het weergavescherm (110), waarbij de tweede voorstelling (120b) virtuele bedieningsmiddelen omvat; o het ontvangen van gebruikersinteractie met de virtuele bedieningsmiddelen via een menselijke interface-inrichting (130) teneinde het de gebruiker mogelijk te maken om een waarde van de bedieningsparameter te selecteren; en o het overgaan naar de eerste toestand als reactie op een tweede vooraf bepaalde invoer van de menselijke interface-inrichting; en - het overbrengen (230) van een bedieningssignaal dat kenmerkend is voor de bedieningsparameter naar het apparaat (199) als reactie op de gebruikersinteractie; waarbij de eerste voorstelling een kleiner gebied van het weergavescherm (110) inneemt dan de tweede voorstelling.
12. 12. Het computerprogrammaproduct volgens conclusie 11, waarbij de bedieningsparameter een binaire parameter is.
13. 13. Het computerprogrammaproduct volgens conclusie 11, waarbij de bedieningsparameter een scalaire parameter is.
14. 14. Het computerprogrammaproduct volgens conclusie 11, waarbij de bedieningsparameter een samengestelde parameter is.