BE1012581A3

BE1012581A3 - Inrichting voor de compactie van afval in vuilniszakken.

Info

Publication number: BE1012581A3
Application number: BE9900231A
Authority: BE
Original assignee: Lieben Marcel; Jacobs Dany
Priority date: 1999-04-01
Filing date: 1999-04-01
Publication date: 2000-12-05

Abstract

De huidige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor de compactie van afval in vuilniszakken die bestaat uit een hulpelement (1) met een buisvormige structuur en met twee tegenoverliggende open uiteinden, rondom dewelke een vuilniszak (2) kan worden aangebracht en eventueel bevestigd, zodanig dat één open uiteinde van het hulpelement (1) tegenover de bodem van de vuilniszak (2) komt te liggen en terwijl het tweede open uiteinde in de nabijheid is gelegen van de opening van de vuilniszak (2) en in dit hulpelement (1), een aandrukelement (3).

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  Inrichting voor de compactie van afval in vuilniszakken. 



  Deze uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor de compactie van afval in vuilniszakken. 



  Het doel van de uitvinding is de compactie van afval zonder dat de vuilniszak extreem wordt belast,   m. a. w.   zonder dat zulke vuilniszak scheurt. 



  Dit doel wordt bereikt door middel van een inrichting voor de compactie van afval in vuilniszakken bestaande uit een hulpmiddel met buisvormige structuur en met twee tegenover elkaar liggende open uiteinden, waarbij rond deze structuur een vuilniszak kan worden aangebracht zodanig dat een open uiteinde van de structuur tegenover de bodem van de vuilniszak komt te liggen, terwijl het andere open uiteinde de ingang vormt van de structuur in de nabijheid van de opening tot de vuilniszak en waarbij in deze buisvormige structuur een aandrukelement is voorzien. 



  Voor een efficiënte werking van het hulpelement stemmen de uitwendige vorm en de afmetingen van dit hulpelement nagenoeg overeen met de inwendige vorm en de afmetingen van de vuilniszak. 



  Bij voorkeur vertoont de buisvormige structuur minstens een conische binnenwand waarvan de afmetingen geleidelijk verminderen naar de opening van de vuilniszak. Bij voorkeur vertoont het hulpelement eveneens een met de conische binnenwand evenwijdig lopende conische buitenwand. 



  Het hulpelement kan uiteraard uitgerust zijn met bijkomende accessoires, zoals bijvoorbeeld handvatten. 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 Tevens kunnen versterkingsmiddelen, bijvoorbeeld in de vorm van ten minste   een   inwendig tussenschot, in de buisvormige structuur van het hulpelement voorzien zijn. 



  In combinatie met het voornoemde hulpelement wordt volgens de huidige uitvinding een aandrukelement voorzien voor, de compactie van afval. 



  Een doeltreffende uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding bestaat erin dat het aandrukelement in het deksel van een vuilnisemmer of vuilnisbak geïntegreerd is. 



  In deze laatste uitvoeringsmogelijkheid onderscheidt men meer bijzonder de combinatie van een vuilnisemmer met een deksel ; een doorheen het deksel heen en weer beweegbaar gemonteerde steel en een eigenlijk aandrukelement dat op voornoemde steel is bevestigd. 



  In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van de uitvinding is de inrichting uitgerust met vergrendelingsmiddelen die samenwerken met het aandrukelement teneinde dit in zijn bovenste stand te kunnen vergrendelen o. a. tijdens het aanbrengen van bijkomend afval in de vuilnisbak. 



  Als het hulpelement verstevigd wordt door middel van een tussenschot, is er een gleuf over de volledige doorsnede en over een groot gedeelte van de lengte van het aandrukelement voorzien. 



  De inrichting volgens de uitvinding die de voornoemde en andere kenmerken vertoont, bestaat tot dit doel uit een hulpelement met een buisvormige structuur en met twee tegenoverliggende open uiteinden, rondom dewelke een 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 vuilniszak kan worden aangebracht en eventueel bevestigd, zodanig dat één open uiteinde van het hulpelement tegenover de bodem van de vuilniszak komt te liggen en terwijl het tweede open uiteinde in de nabijheid is gelegen van de opening van de vuilniszak en in dit hulpelement, een aandrukelement. 



  De voornoemde en andere kenmerkende eigenschappen van een inrichting volgens de uitvinding zijn verder bepaald in de hierbijgevoegde conclusies. 
 EMI3.1 
 



  J Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter een tweetal voorkeurdragende uitvoeringen beschreven met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : 
Figuur 1 een verticale doorsnede weergeeft van de inrichting volgens de uitvinding in haar meest eenvoudige uitvoeringsvorm ; figuur 2 een perspectiefzicht weergeeft van een hulpelement volgens de uitvinding ; figuur 3 een zicht is gelijkaardig aan dit van figuur   1,   doch voor een meer praktische   uitvoering ;    figuur 4 een zicht is gelijkaardig aan dit van figuur 3, doch met de inrichting in geopende stand ; figuur 5 een zicht is gelijkaardig aan dit van de figuren 3 en 4, doch tijdens het verwijderen van het hulpelement ;

   figuur 6 een perspectiefzicht weergeeft van een uitvoeringsvariante van een hulpelement. 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 Figuur 1 heeft betrekking op een principiële uitvoering van de uitvinding. 



  Deze bestaat hoofdzakelijk uit een hulpelement 1 met een buisvormige structuur rondom dewelke een vuilniszak 2 kan worden aangebracht, en eventueel bevestigd, zodat bij het aandrukken, door middel van een aandrukelement 3, de zijdelingse krachten die hierdoor ontstaan door het hulpelement 1 worden opgevangen. 



  Het hulpelement 1 vertoont bij voorkeur minstens een conische binnenwand 4, zodanig dat bij het verwijderen van dit hulpelement 1 uit een vuilniszak 2 met daarin compact afval 5, het hulpelement 1 bij een kleine verticale beweging reeds loskomt van het compact afval    5. I   Bij voorkeur vertoont het hulpelement 1 eveneens een met de conische binnenwand 4 evenwijdig lopende conische buitenwand 6. 



  Voor een efficiënte bediening kan het hulpelement 1 uitgerust worden met handvatten 7. 



  De figuren 3 tot 5 hebben betrekking op een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van de uitvinding, waarbij het geheel in een vuilnisemmer 8 is aangebracht en waarbij het aandrukelement 3 met zijn steel 9 door een opening 10 in het deksel 11 van de vuilnisemmer 8 heen en weer beweegbaar is aangebracht. 
 EMI4.1 
 t De steel 9 is aan een uiteinde uitgerust met het eigenlijke aandrukelement 3 in de vorm van een schijf 12 en is aan zijn tegenovergestelde uiteinde voorzien van een bedieningsknop 13. 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 



  Vlakbij de schijf 12, is bij voorkeur een omtreksrib 14 voorzien die met de in de opening 10 gevormde vergrendelingsmiddelen 15 kan samenwerken. 



  Aldus kan het aandrukelement 3 in de omhoog geplaatste stand van het deksel 11 vergrendeld worden, waardoor gemakkelijk bijkomend afval in de vuilnisemmer 8 kan worden geworpen. 



  Figuur 6 toont tenslotte dat het hulpelement 1 kan worden verstevigd door middel van een tussenschot 16, waarbij in dat geval het aandrukelement 3, zoals weergegeven in figuur 3, over de volledige doorsnede en over de hoogte van het hulpelement 1 zal voorzien zijn van een gleuf 17. 



  Het is duidelijk dat de huidige uitvinding geenszins beperkt is tot de hiervoor beschreven en in de tekeningen weergegeven uitvoeringen doch in allerlei vormen en afmetingen kan worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims

Conclusies. 1. - Inrichting voor de compactie van afval in vuilniszakken, daardoor gekenmerkt dat zij bestaat uit een hulpelement (1) met een buisvormige structuur en met twee tgenoverliggende open uiteinden, rondom dewelke een vuilniszak (2) kan worden aangebracht en eventueel bevestigd, zodanig dat een open uiteinde van het hulpelement (1) tegenover de bodem van de vuilniszak (2) komt te liggen en terwijl het tweede open uiteinde in de nabijheid is gelegen van de opening van de vuilniszak (2) en in dit hulpelement (1), een aandrukelement (3).

2.-Inrichting volgens conclusie 1 en/of 2, daardoor gekenmerkt dat de uitwendige vorm en de afmetingen van het hulpelement (1) nagenoeg overeenstemmen met de inwendige vorm en afmetingen van de vuilniszak (2).

3.-Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat minstens de binnenwand (4) van het hulpelement (1) conisch is uitgevoerd.

4.-Inrichting volgens conclusie 3, daardoor gekenmerkt dat de doorsnede van de conische binnenwand (4) geleidelijk in de richting van de opening van de vuilniszak (2) vermindert.

5.-Inrichting volgens conclusies 3 en 4, daardoor gekenmerkt dat evenwijdig met de conische binnenwand (4) het hulpelement (1) een evenwijdig lopende buitenwand (6) bezit. <Desc/Clms Page number 7> 6.-Inrichting volgens één der conclusies 1 tot 5, daardoor gekenmerkt dat het hulpelement (1) minstens één handvat (7) bezit.

7.-Inrichting volgens één der conclusies 1 tot 6, daardoor gekenmerkt dat het hulpelement (1) versterkingsmiddelen (16) bezit.

8.-Hulpelement volgens conclusie 7, daardoor gekenmerkt EMI7.1 dat de versterkingsmiddelen bestaan uit een inwendig gelegen tussenschot (16). t 9.-Inrichting volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de steel (9) van het aandrukelement (3) beweegbaar in het deksel (11) van een vuilnisemmer (8) is voorzien.

10.-Inrichting volgens conclusie 9, daardoor gekenmerkt dat zij vergrendelingsmiddelen (15) bezit die kunnen samenwerken met het aandrukelement (3) teneinde dit laatste in de omhoog geplaatste stand aan het deksel (11) te kunnen vergrendelen t. o. v. dit deksel (11).

11.-Inrichting volgens conclusies 7, 9 of 10, daardoor gekenmerkt dat in het aandrukelement (3) over de volledige doorsnede en over de hoogte van het hulpelement (1), een gleuf (17) is aangebracht.