<Desc/Clms Page number 1>
Closetspoeler. Deze uitvinding heeft betrekking op een closetspoeler van het type met een waterreservoir dat na gebruik de closetpot met water schoon spoelt.
Een klassieke closetspoeler bestaat in hoofdzaak uit een dergelijk waterreservoir, een watertoevoerleiding die in het reservoir uitmondt via een klep die door een vlotter in het reservoir bediend wordt, en een spoelleiding die op de onderzijde van het reservoir aansluit en normaal door een afsluiter in de vorm van een in het reservoir gelegen klok afgesloten is.
Het waterreservoir is een door een los deksel afgesloten bak waarin de atmosferische druk heerst. Dit waterreservoir wordt bij open klep in de watertoevoerleiding met water gevuld tot bij een bepaald niveau de vlotter de klep sluit.
Bij het doorspoelen van het closet, wordt de klok op de spoelleiding opgelicht en stroomt het water onder invloed van de zwaartekracht uit het reservoir in de closetpot.
Hierbij is een relatief groot volume water vereist om een goede doorspoeling te verkrijgen, dit is om alle fecaliën weg te spoelen en ook een zekere reiniging van de closetpot te verkrijgen.
Door een bestudeerde uitmonding van de spoelleiding in de closetpot en een bijzondere vorm van deze closetpot werd reeds gepoogd dit waterverbruik te verminderen, maar hierin werd slechts in beperkte mate geslaagd.
Andere middelen om het waterverbruik te beperken bestaan in een closetspoeler die een reservoir met dubbel
<Desc/Clms Page number 2>
vlottersysteem bevat, om naargelang het geval veel of minder water voor het spoelen te gebruiken, maar een dergelijke closetspoeler is relatief duur.
Het reservoir moet bij deze bekende closetspoelers ook in de onmiddellijke omgeving van de closetpot opgesteld zijn en is meestal op deze closetpot zelf gemonteerd, hetgeen niet altijd esthetisch is, of is in de muur boven de closetpot ingebouwd, waardoor de bereikbaarheid van de binnenkant van het reservoir moeilijk is.
Daarenboven gaat de afsluiter door kalkafzetting op de bodem van het reservoir gemakkelijk lekken en ook de door de vlotter bediende klep op de watertoeverleiding is gevoelig voor lekken.
De uitvinding heeft een closetspoeler als doel die deze en andere nadelen uitsluit en die met een minimum aan waterverbruik een goede spoeling toelaat.
Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt door een closetspoeler die een reservoir bevat, een toevoerleiding voor water onder druk die op dit reservoir aansluit, een spoelleiding die eveneens op dit reservoir aansluit en een afsluiter die op deze spoelleiding aangebracht is, waarbij het reservoir een luchtdicht gesloten drukvat is.
Bij het vullen van het drukvat met water wordt lucht of een ander gas boven het water samengeperst.
In het drukvat heerst bijgevolg een overdruk, waardoor relatief weinig water voor het doorspoelen vereist is.
De afsluiter en vooral het drukvat kunnen op afstand van de closetpot, bijvoorbeeld in een andere ruimte, zijn gelegen.
<Desc/Clms Page number 3>
Het drukvat kan constructief gelijkaardig zijn aan een expansievat en kan dus een membraan bevatten dat het water scheidt van het erboven gelegen gas.
De overdruk in het drukvat kan verkregen worden door het te voeden met water van het leidingennet waardoor in het drukvat een overdruk heerst van 1 tot 7 bar. Het water kan ook door een pomp, eventueel op een nog hogere druk, in het vat worden gepompt.
Bij voorkeur is de afsluiter in de spoelleiding een elektrisch bestuurde afsluiter is met een stuurelement dat in een elektrisch circuit is geschakeld waarin ook een bedieningselement voor het besturen van dit circuit is geschakeld.
Het bedieningselement, bijvoorbeeld een schakelaar met drukknop, wordt uiteraard in de onmiddellijke omgeving van de closetpot gemonteerd.
In het elektrische circuit kan eventueel een tijdschakelaar zijn gemonteerd waardoor de tijd waarbij water via de spoelleiding uitstroomt mede of zelfs uitsluitend door de ingestelde tijd van de tijdschakelaar kan worden bepaald. - Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen zijn hierna, als voorbeeld zonder beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen van een closetspoeler- volgens de uitvinding weergegeven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur 1 schematisch een closetspoeler volgens de uitvinding, aangesloten op een closetpot, weergeeft ; figuren 2 en 3 varianten weergeven van het elektrische schema van de closetspoeler van figuur 1.
<Desc/Clms Page number 4>
Zoals weergegeven in figuur 1 bestaat een closetspoeler volgens de uitvinding in hoofdzaak uit een luchtdicht gesloten drukvat 1 waarop, enerzijds, een watertoevoerleiding 2 aansluit en, anderzijds, onderaan een spoelleiding 3 aansluit die uitgeeft op de te spoelen closetpot 4 en waarin een elektrisch bediende afsluiter 5 aangebracht is.
Bij voorkeur bevat het drukvat een membraan 6 dat het drukvat 1 indeelt in een onderste ruimte 7 die gevuld is met water en een bovenste ruimte 8 die gevuld is met een samendrukbaar gas, bijvoorbeeld lucht of stikstof.
De spoelleiding 3 moet voldoende doorsnede bezitten om, bij de druk heersend in het drukvat 1, een voldoend debiet aan de closetpot 4 te kunnen leveren om een goede spoeling te veroorzaken. De spoelleiding 3 is bijvoorbeeld een een leiding van 2, 54 cm (een duim). Door de aanwezigheid van het drukvat 1, dat een grote hoeveeheid water kan bevatten, kan de watertoevoerleiding 2 een kleinere doorsnede bezitten.
De closetpot 4 kan van een gebruikelijk type zijn, evenwel zonder opgebouwd reservoir. De spoelleiding 3 sluit op dezelfde manier op de closetpot 4 aan als een spoelleiding van een klassiek reservoir.
Voornoemd drukvat 1 en de elektrisch bestuurde afsluiter 5 zijn in een ruimte 9 opgesteld die door een muur 10 afgescheiden is van de ruimte 11 waarin de closetpot 4 zieh bevindt.
De elektrisch bestuurde afsluiter 5 kan van een bekend type zijn en bestaat uit een afsluitgedeelte 12 dat in de spoelleiding 3 opgesteld is en een stuurelement 13,
<Desc/Clms Page number 5>
bijvoorbeeld een relais, dat geschakeld is in een door een bedieningselement 14, bijvoorbeeld een elektrische schakelaar met een drukknop, een draaiknop of een hefboom, bestuurbaar elektrisch circuit 15 dat aangesloten is op een spanningsbron, bijvoorbeeld het openbare elektriciteitsnet 16.
Het bedieningselement 14 is in de ruimte 11, in de onmiddellijke omgeving van de closetpot 4 gelegen en bijvoorbeeld boven de closetpot 4 op de muur 10 aangebracht.
De werking van de closetspoeler is eenvoudig en als volgt.
Normaal is de afsluiter 5 gesloten. Het drukvat 1 is gedeeltelijk gevuld met water dat via de watertoevoerleiding 2 werd aangevoerd.
In het drukvat 1 heerst een overdruk doordat de onderste ruimte 7 via de watertoevoerleiding 2 met het openbaar waternet in verbinding staat en het toegevoerde water een overdruk tot 7 bar bezit.
Wanneer de closetpot 4 moet doorgespoeld worden, wordt het bedieningselement 14 van stand veranderd of geactiveerd, bijvoorbeeld door het indrukken van zijn drukknop, het wentelen van zijn draaiknop of het kantelen van zijn hefboom, waardoor het circuit 15 zodanig van toestand verandert, bijvoorbeeld geopend wordt, dat het stuurelement 13 het afsluitgedeelte 12 opent.
Water stroomt nu met grote druk uit het drukvat 1. Door de grote hoeveelheid beschikbaar water onder druk in dit drukvat 1 zal de druk van het water praktisch gelijk blijven.
<Desc/Clms Page number 6>
Het doorspoelen houdt op wanneer het bedieningselement 14 en bijgevolg het circuit 15 terug naar hun beginstand worden gebracht en de afsluiter 5 terug de spoelleiding 3 afsluit. Het drukvat 1 wordt onmiddellijk daarna bijgevuld.
Het is mogelijk het doorspoelen niet enkel met water uit het drukvat 1 maar ook voor een gedeelte met water dat rechtstreeks via de watertoevoerleiding 2 aangevoerd wordt, in welk geval de watertoevoerleiding 2 en de spoelleiding 3 rechtstreeks op elkaar kunnen aansluiten en bijvoorbeeld samen met een gemeenschappelijk deel op het drukvat 1 kunnen aansluiten.
In een variante kan in de watertoevoerleiding 2 een pomp aangebracht zijn voor de watertoevoer, zelfs indien de watertoevoerleiding 2 op het openbare waternet aansluit, waardoor een nog hogere druk dan de druk van het openbare net in het drukvat 1 kan heersen.
In nog andere varianten van de dlosetspoeler is het circuit 15 complexer en bevat het onder meer een tijdschakelaar waardoor de tijd dat de afsluiter 5 de spoelleiding 3 opent niet meer uitsluitend afhankelijk is van de duur tijdens dewelke het bedieningselement 14 van stand veranderd of geactiveerd is.
Een dergelijk circuit 15 is in figuur 2 weergegeven.
Dit circuit 15 bevat in parallel met het stuurelement 13 een relais 16 waarvan het schakelgedeelte 17 het bedieningselement 14 overbrugt, en een tijdschakelaar 18, waarvan het schakelgedeelte 19 tussen het schakelgedeelte 17 en het stuurelement 13 in het circuit is gelegen.
<Desc/Clms Page number 7>
Zodra het bedieningselement 14 eventjes geactiveerd wordt, worden niet enkel het stuurelement 13, maar ook het relais 16 en de tijdschakelaar 18 bekrachtigd. Hierdoor zal het schakelgedeelte 17 in gesloten stand kantelen en zal het circuit 15 gesloten blijven ook wanneer het bedieningselement 14 terug naar zijn beginstand keert.
De tijdschakelaar 18 zal na een ingestelde tijd met zijn schakelgedeelte 19 het circuit 15 openen. Daardoor houdt de bekrachting van het relais 16 en de tijdschakelaar 18 op zodanig dat de schakelgedeelten 17 en 19 terug naar hun beginstand keren en de beschreven cyclus opnieuw kan beginnen.
In deze variante zal de afsluiter 5 telkens het bedieningselement 14 even van stand veranderd wordt, de spoelleiding 3 gedurende de ingestelde tijd van de tijdschakelaar 18 geopend worden en zal dus gedurende deze tijd de closetpot 4 gespoeld worden.
In de variante weergegeven in figuur 3 is het stuurelement 13 samen met het schakelgedeelte 19 van de tijdschakelaar 18 in een circuitgedeelte 20 geschakeld dat het bedieningselement 14 en de tijdschakelaar 18 samen overbrugt.
In deze variante wordt de tijdschakelaar 18 bekrachtigd zodra het bedieningselement 14 geactiveerd wordt. Hierdoor sluit het schakelgedeelte 19. het circuitgedeelte 20, zodat het stuurelement 13 bekrachtigd wordt. Wanneer het bedieningselement 14 terug naar zijn beginstand keert, houdt de bekrachtiging van de tijdschakelaar 18 op. Het schakelgedeelte 19 wordt evenwel door de tijdschakelaar 18 slechts met een ingestelde vertraging geopend, zodat het stuurelement 13 nog een tijd bekrachtigd blijft. De
<Desc/Clms Page number 8>
afsluiter 5 is bijgevolg open zolang het bedieningselement 14 geactiveerd is, plus een tijd bepaald door de tijdschakelaar 18.
In al deze uitvoeringsvormen is de closetspoeler relatief eenvoudig van constructie en relatief goedkoop. Het waterverbuik is relatief gering.
Doordat het reservoir een luchtdicht gesloten drukvat 1 vormt gebeurt het vullen van het reservoir nagenoeg geruisloos.
De closetspoeler kan gemakkelijk op bestaande closetpotten worden aangesloten.
De closetspoeler kan op verschillende closetpotten 4 tegelijk worden aangesloten. Hij bevat dan een afsluiter 5 per closetpot 4 maar een gemeenschappelijk drukvat 1.
De uitvinding is geenszins beperkt tot de hiervoor beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch dergelijke closetspoeler kan in verschillende varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.
Zo hoeft het drukvat 1 niet noodzakelijk in een afzonderlijke ruimte 9 gelegen te zijn maar kan zieh ook in de ruimte 11 bevinden.
Het bedieningselement 14 moet niet noodzakelijk een schakelaar met drukknop, draaiknop of hefboom zijn. Het kan ook een door een fotocel of dergelijke bediende schakelaar zijn.
<Desc/Clms Page number 9>
De afsluiter 5 moet zelfs niet noodzakelijk elektrisch bestuurd zijn. Hij kan ook een mechanische klep zijn die bijvoorbeeld door een knop of hefboom in de omgeving van de closetpot 4 wordt bediend.
<Desc / Clms Page number 1>
Toilet flush. This invention relates to a toilet flushing device of the type with a water reservoir which rinses the toilet bowl with water after use.
A classic toilet flush mainly consists of such a water reservoir, a water supply pipe that opens into the reservoir via a valve operated by a float in the reservoir, and a flushing pipe that connects to the bottom of the reservoir and normally through a valve in the form of a clock located in the reservoir.
The water reservoir is a container closed by a loose lid in which atmospheric pressure prevails. This water reservoir is filled with water when the valve in the water supply line is open until the float closes the valve at a certain level.
When flushing the toilet, the clock on the flushing pipe is lifted and the water flows from the reservoir into the toilet under the influence of gravity.
A relatively large volume of water is required to obtain a good flush, this is to flush out all faeces and also to obtain a certain cleaning of the toilet bowl.
Attempts have already been made to reduce this water consumption through a studied outlet of the flushing pipe in the toilet bowl and a special shape of this toilet bowl, but this has only been achieved to a limited extent.
Other means of limiting water consumption include a toilet flush that has a double reservoir
<Desc / Clms Page number 2>
float system, to use much or less water for flushing, as appropriate, but such a toilet flush is relatively expensive.
With these known toilet flushers, the reservoir must also be located in the immediate vicinity of the toilet bowl and is usually mounted on this toilet bowl itself, which is not always aesthetic, or it is built into the wall above the toilet bowl, so that the inside of the toilet can be reached. reservoir is difficult.
In addition, the valve will easily leak due to limescale deposits on the bottom of the reservoir and the valve on the water supply valve operated by the float is also prone to leakage.
The object of the invention is a toilet flushing device which excludes these and other disadvantages and which allows a good flushing with a minimum of water consumption.
According to the invention, this object is achieved by a toilet flushing device containing a reservoir, a pressure water supply pipe connecting to this reservoir, a flushing pipe also connecting to this reservoir and a shut-off valve arranged on this flushing pipe, the reservoir being an airtight closed pressure vessel.
When filling the pressure vessel with water, air or another gas is compressed above the water.
As a result, there is an overpressure in the pressure vessel, so that relatively little water is required for flushing.
The valve and especially the pressure vessel can be located at a distance from the toilet bowl, for instance in another room.
<Desc / Clms Page number 3>
The pressure vessel can be structurally similar to an expansion vessel and thus can contain a membrane that separates the water from the gas above it.
The overpressure in the pressure vessel can be obtained by feeding it with water from the pipe network, so that an overpressure of 1 to 7 bar prevails in the pressure vessel. The water can also be pumped into the vessel by a pump, possibly at an even higher pressure.
Preferably the valve in the flushing line is an electrically controlled valve with a control element which is connected in an electrical circuit in which also an operating element for controlling this circuit is connected.
The control element, for example a push button switch, is of course mounted in the immediate vicinity of the toilet bowl.
A timer may be fitted in the electrical circuit, so that the time at which water flows out through the flushing line can be determined partly or even exclusively by the set time of the timer. - With the insight to better demonstrate the characteristics of the invention, an exemplary non-limiting embodiment of a toilet flushing device according to the invention is shown below, with reference to the accompanying drawings, in which: figure 1 schematically a toilet flushing device according to the invention, connected to a toilet bowl; Figures 2 and 3 show variants of the electrical diagram of the toilet flushing device of Figure 1.
<Desc / Clms Page number 4>
As shown in figure 1, a toilet flushing device according to the invention mainly consists of an airtight closed pressure vessel 1 to which, on the one hand, a water supply pipe 2 connects and, on the other hand, a flushing pipe 3 connecting to the toilet bowl 4 to be flushed and in which an electrically operated valve 5 is provided.
Preferably, the pressure vessel contains a membrane 6 which divides the pressure vessel 1 into a lower space 7 filled with water and an upper space 8 filled with a compressible gas, for example air or nitrogen.
The flushing pipe 3 must have a sufficient cross-section so that, at the pressure prevailing in the pressure vessel 1, it is possible to supply a sufficient flow rate to the toilet bowl 4 to cause a good flushing. The rinsing line 3 is, for example, a line of 2.54 cm (one inch). Due to the presence of the pressure vessel 1, which can contain a large amount of water, the water supply pipe 2 can have a smaller cross-section.
The toilet bowl 4 can be of a conventional type, but without a built-up reservoir. The flushing line 3 connects to the toilet bowl 4 in the same way as a flushing line from a classic reservoir.
The aforementioned pressure vessel 1 and the electrically controlled valve 5 are arranged in a space 9 which is separated by a wall 10 from the space 11 in which the toilet bowl 4 is located.
The electrically controlled valve 5 can be of a known type and consists of a closing part 12 which is arranged in the flushing line 3 and a control element 13,
<Desc / Clms Page number 5>
for example a relay, which is connected in an electric circuit 15 which is controllable by an operating element 14, for instance an electric switch with a push button, a rotary knob or a lever, which is connected to a voltage source, for instance the public electricity network 16.
The operating element 14 is located in the space 11, in the immediate vicinity of the toilet bowl 4 and, for example, mounted on the wall 10 above the toilet bowl 4.
The operation of the toilet flush is simple and as follows.
Normally the valve 5 is closed. The pressure vessel 1 is partially filled with water supplied via the water supply line 2.
In the pressure vessel 1 there is an overpressure because the bottom space 7 is connected to the public water network via the water supply line 2 and the water supplied has an overpressure of up to 7 bar.
When the toilet bowl 4 has to be flushed, the operating element 14 is changed or activated, for example by pressing its push button, rotating its rotary knob or tilting its lever, whereby the circuit 15 changes its state, for example opening that the control element 13 opens the closing part 12.
Water now flows with great pressure from the pressure vessel 1. Due to the large amount of available water under pressure in this pressure vessel 1, the pressure of the water will remain practically the same.
<Desc / Clms Page number 6>
Flushing stops when the operating element 14 and consequently the circuit 15 are brought back to their initial position and the valve 5 closes the flushing line 3 again. The pressure vessel 1 is refilled immediately thereafter.
It is possible to flush not only with water from the pressure vessel 1 but also for a part with water supplied directly via the water supply line 2, in which case the water supply line 2 and the flushing line 3 can connect directly to each other and, for example, together with a common connect part to the pressure vessel 1.
In a variant, a pump for the water supply can be arranged in the water supply line 2, even if the water supply line 2 connects to the public water network, so that an even higher pressure than the pressure of the public network in the pressure vessel 1 can prevail.
In still other variants of the flushing coil, the circuit 15 is more complex and includes a timer, so that the time that the valve 5 opens the flushing line 3 no longer depends solely on the duration during which the operating element 14 has changed or activated.
Such a circuit 15 is shown in figure 2.
In parallel with the control element 13, this circuit 15 comprises a relay 16, the switching section 17 of which bridges the operating element 14, and a timer 18, the switching section 19 of which is located between the switching section 17 and the control element 13 in the circuit.
<Desc / Clms Page number 7>
As soon as the operating element 14 is briefly activated, not only the control element 13, but also the relay 16 and the timer 18 are energized. As a result, the switching portion 17 will tilt into closed position and the circuit 15 will remain closed even when the operating element 14 returns to its initial position.
The timer 18 will open the circuit 15 with its switching portion 19 after a set time. Thereby, the energization of the relay 16 and the timer 18 ceases such that the switching portions 17 and 19 return to their initial position and the described cycle can start again.
In this variant, the valve 5 will each time be changed from the operating element 14, the flushing line 3 will be opened for the set time of the timer 18 and the toilet bowl 4 will therefore be flushed during this time.
In the variant shown in Figure 3, the control element 13, together with the switching portion 19 of the timer switch 18, is switched into a circuit portion 20 which bridges the operating element 14 and the timer switch 18 together.
In this variant, the timer 18 is energized as soon as the operating element 14 is activated. As a result, the switching part 19. closes the circuit part 20, so that the control element 13 is energized. When the operating element 14 returns to its initial position, the actuation of the timer 18 ceases. However, the switching portion 19 is only opened by the timer 18 with a set delay, so that the control element 13 remains energized for a while. The
<Desc / Clms Page number 8>
valve 5 is therefore open as long as the operating element 14 is activated, plus a time determined by the timer 18.
In all these embodiments, the toilet flushing device is relatively simple in construction and relatively inexpensive. The water consumption is relatively small.
Because the reservoir forms an airtight closed pressure vessel 1, the filling of the reservoir is practically silent.
The toilet flush can be easily connected to existing toilet bowls.
The toilet flushing device can be connected to several toilet bowls 4 at the same time. It then contains a shut-off valve 5 per toilet bowl 4 but a common pressure vessel 1.
The invention is in no way limited to the embodiments described above and shown in the figures, but such toilet flush can be realized in different variants without departing from the scope of the invention.
Thus, the pressure vessel 1 does not necessarily have to be located in a separate space 9, but can also be located in space 11.
The control element 14 does not necessarily have to be a push button, rotary knob or lever switch. It can also be a switch operated by a photocell or the like.
<Desc / Clms Page number 9>
The valve 5 does not even necessarily have to be electrically controlled. It can also be a mechanical valve operated, for example, by a button or lever in the vicinity of the toilet bowl 4.