<Desc/Clms Page number 1>
PROFESSIONELE KWEEKBATTERIJ VOOR CONSUMPTIESLAKKEN
De uitvinding betreft een professionele kweekbatterij voor de reproduktie, de vetmesting en de hibernatie van consumptieslakken in geconditioneerde lokalen bestaande uit een reeks goed bereikbare cellen ingedeeld in meerdere verdiepingen en/of tussenverdiepingen, elk voorzien van een hellende vaste bodem en een zoldering.
Ze vindt haar voornaamste toepassingen in de kweek en de vetmesting van Helix aspersa maxima Müller of Gros Gris, alsook andere, grotere of kleinere consumptieslakken.
De industriële kweek van consumptieslakken beperkt zieh doorgaans tot het kweken van de slakken buiten, tijdens de zomermaanden, in gesloten bakken of open slakkenparken. De mooiste exemplaren worden tijdens de winter in koelruimten bij 8 à 100C bewaard (hibernatie). Begin februari worden ze overgebracht naar geconditioneerde lokalen bij 20 C, 18 uur licht en 95% relatieve vochtigheid. De aldus geaktiveerde slakken gaan zieh voeden en leggen acht dagen na de kopulatie hun eieren. Na tien dagen, bij 20 C, ontluiken de infantielen en deze worden half april, op een minimumleeftijd van een maand, voor de vetmesting naar buiten gebracht.
<Desc/Clms Page number 2>
Deze gangbare kweektechnieken zijn enkel geschikt voor liefhebbers. Ze staan de professionele heliciculteurs in de weg wegens het rentabiliteitsgebrek van het kweekbedrijf omdat er gedurende verschillende maanden per jaar een inaktiviteit heerst en de klimatische onzekerheid. De kweek van slakken buiten in open lucht kan niet ekonomisch verantwoord zijn als de kweek afhangt van onkontroleerbare klimaats-faktoren enerzijds en dat anderzijds ziekten, parasieten en predatoren niet of zeer moeilijk buiten te houden zijn, laat staan te bestrijden.
Door het dokument FR-A-2426408 is een kweekbatterij voor consumptieslakken bekend, bestaande uit een rechthoekige cel uit fijn tralie, ingedeeld in meerdere verdiepingen vertonend een hellend bodem doolhofachtig met elkaar verbonden, enerzijds om de valhoogte van de diertjes te beperken zodat het risiko van schaalbreuk zeer gering is.
Bij het reinigen van de cel vloeien het spoelwater en de mest van de bovenste verdiepingen naar de onderste verdiepingen waar ze in een opvangrecipient worden verzameld. Deze batterij heeft het nadeel dat het volume van de cel ongunstig wordt benut omdat slakken de neiging hebben zieh na enkele dagen doorheen gans de batterij te bewegen en zieh in het bovenste verdiep te groeperen.
Een kweekbatterij voor consumptieslakken opgesteld in gekonditioneerde lokalen is reeds bekend door de Franse octrooiaanvraag No 80/27741. De slakken worden geplaatst in een aantal van 100 tot 150 in cellen van ongeveer 40 cm diep en 40 cm breed, voorzien van glazen opklapbare ingangsdeurtjes. De cellen worden
<Desc/Clms Page number 3>
naast elkaar en boven elkaar gestapeld in rijen van 40 tot 50 op vijf verdiepingen in de vorm van een geintegreerde blok. Elke cel is doortrokken door een roterende as voorzien van een sproeihuls waarmee spoelwater sporadisch in de cel wordt gespoten. Het waterdebiet is afhankelijk van de leeftijd van de slakken.
Het water en de mest vloeien naar beneden naar de onderste cellen via afvloeigaten voorzien in de bodem van elke cel.
Elke cel dient afzonderlijk als moederkooi en vetmestingskooi behandeld te worden omdat ze met andere naastliggende cellen niet kunnen doorverbonden worden. Op eenzelfde verdiep zou de verdeling van de slakken in de met elkaar verbonden cellen niet homogeen zijn en op eenzelfde kolom zouden de slakken de neiging hebben zieh in het bovenste verdiep te groeperen.
De huidige uitvinding beoogt de nadelen van de bekende kweekbatterijen te verhelpen. Ze heeft als doel een professionele kweekbatterij voor te stellen, die zowel voor reproduktie, vetmesting en hibernatie van consumptieslakken geschikt is, grondig te reinigen is, goed bereikbaar is, goedkoop is en gemakkelijk zelf te maken. De kweekbatterij biedt de mogelijkheid tot de volledige automatisatie van de consumptieslakkenkweek.
De uitvinding heeft betrekking op een kweekbatterij van de aard beschreven in de hierboven gestelde paragraaf. De kweekbatterij is gekenmerkt doordat elke cel in een opgehangen kantelraam gemon-
<Desc/Clms Page number 4>
teerd is en om een horizontale kantelas over 1800 kantelbaar is.
Volgens een eerste bijzonderheid van de uitvinding, is elke verdieping van de cel voor-en achteraan van een ingezonken opklapbaar getralied deurtje voorzien, waarbij elk vooraan gelegen deurtje bij het openen naar beneden valt en horizontaal blijft hangen, terwijl elk achterste deurtje naar boven openklapt, zodat eventueel op het deurtje kruipende slakken, bij het openen van het deurtje, niet naar beneden kunnen vallen.
Volgens een tweede bijzonderheid, toont de volledige bodem een helling van 5 tot 20%, bij voorkeur 10 tot 15% naar achter. De kweekbatterij is volledig omgekeerd symmetrisch opgebouwd ten opzichte van een horizontale kantelas LL', zodat bij het kantelen over 180 , dezelfde situatie gecreëerd wordt.
In een bijzondere uitvoering, is elke verdieping 15 cm hoog en bestaat uit twee tussenverdiepingen van ongeveer 7, 5 cm hoog.
De doorgangen van de tussenverdiepplaten en de doorgangsopeningen tussen de verdiepingen schranken elkaar, zodat de slakken ter hoogte van deze doorgangen hoogstens van 15cm hoog naar beneden tuimelen.
De uitvinding betreft ook een automatisch kweekbedrijf om volautomatisch consumptieslakken te kweken in kweekbatterijen van de aard hierboven beschreven, waarbij men de kweekbatterij door middel van een hangtransportband naar verscheidene behandelingspun-
<Desc/Clms Page number 5>
ten aanvoert waar men slechts enkele of alle volgende behandelingen uitvoert : 1. aflezing van het nummer van elke kweekbatterij ; 2. automatische weging van elke genummerde kweekbat- terij ; 3. automatische voedering volgens gewicht van de kweekbatterij of gemiddeld gewicht van de slakken ; 4. beregeningssysteem tijdens de nacht ; 5. visuele controle ; 6. geleidelijk sterker wordende sproeibeurten ; 7. grondige reiniging in reiningscel ; 8. afvoering van de batterijen met slachtrijpe slakken volgens het waargenomen gewicht ; 9. ontsmetten van geledigde batterijen ;
10. inbreng van nieuwe batterijen ; 11. voorbereiding, bewaring en verkoop.
Deze kenmerken en bijzonderheden van de uitvinding, alsook andere zullen blijken uit de beschrijving van de bijgaande tekeningen, die schematisch en op een niet beperkende wijze, een voorbeeld van automatische kweekbatterij volgens de uitvinding illustreert.
In deze tekeningen zijn : - figuur 1 een perspectivisch uitzicht van een wentelbare kweekbatterij voor slakken met twaalf verdiepingen ; - figuur 2 een zijaanzicht op kleinere schaal van de wentelbare kweekbatterij getoond in figuur 1 ; - figuur 3 een zijaanzicht gelijk aan degene van figuren 2, van de kweekbatterij gedurende het kantelen ;
<Desc/Clms Page number 6>
- figuur 4 een bovenaanzicht op kleinere schaal van de kweekbatterij getoond in figuur 1 : - figuur 5 een bovenaanzicht op kleinere schaal van de bodem van een verdiep van de kweekbatterij getoond in figuur 1 ; - figuur 6 een bovenaanzicht gelijk aan figuur 5 van een tussenbodem van een tussenverdiep van de kweekbatterij getoond in figuur 1 : - figuur 7 een schematisch zicht van een volautomatisch kweekbedrijf van consumptieslakken in opgehangen kweekbatterijen ; - figuur 8 een bovenaanzicht van het kweekbedrijf aangetoond in figuur 7.
In deze tekeningen duiden dezelfde verwijzingstekens dezelfde of gelijkaardige elementen aan.
Zoals afgebeeld in figuur 1, bestaat een kweekbatterij van consumptieslakken volgens de uitvinding uit een parallelipipedische cel 1 van ongeveer 40 cm diep en 40 cm breed. De hoogte is vrij te kiezen en bedraagt meestal 1 m. Een kweekbatterij is opgebouwd uit een aantal verdiepingen liggend tussen 2 en 20, bij voorkeur 12, met naar achter hellende bodems 2 met een helling van 5 à 20%, in het bijzonder 10 a 15%, en een zoldering 3.
Elke verdieping bestaat uit twee tussenverdiepingen, van elkaar gescheiden door een minder diepe, eveneens naar achter hellende tussenbodem 4.
Een batterij die meerdere verdiepingen telt, laat inderdaad toe het aantal slakken die per vierkante meter kunnen vetgemest worden te vermenigvuldigen.
<Desc/Clms Page number 7>
Elke verdieping wordt links en rechts begrensd door een volle zijplaat 5 en voor-en achteraan door een lichtjes ingezonken getralied deurtje 6,7. Een of twee verdiepingen zijn afgesloten met een getralied deurtje met maaswijdte van 0, 5 cm of minder, terwijl dit bij de andere verdiepingen gebeurt met een getralied deurtje met maaswijdte van 1 cm of meer.
Elke cel omvat een kantelraam 15 waarin de cel over 180 gedraaid en gekanteld kan worden. Het kantelraam 15 kan door middel van een haak 14 aan een hangtransportbaan 16 opgehangen worden.
Slakken hebben inderdaad de neiging zieh na enkele dagen in het bovenste verdiep te groeperen. Door het kantelen van de batterij over 180 (fig. 3) om een kantelas LL'komen ze aldus onderaan te zitten en krijgen opnieuw de gelegenheid zieh doorheen gans de batterij te bewegen. Na een aantal keren kantelen, stopt deze neiging en hebben de slakken zieh over de ganse batterij homogeen verdeeld.
Door de bodem en het dak en/of zoldering van de batterij om te wisselen en vice versa, biedt het kantelen een supplementair voordeel voor het reinigen van de batterij.
Elk vooraan gelegen deurtje 6 valt bij het openen naar beneden en blijft horizontaal hangen, terwijl het achterste deurtje 7 naar boven openklapt. Bij het kantelen van de batterij over 180 om de kantelas LL' wordt het achterste deurtje 7 nu het voorste en door de omgekeerde symmetrische constructie gaan beide deurtjes opnieuw op dezelfde manier open (Fig. 2 en 3).
<Desc/Clms Page number 8>
Elke verdiepbodem is links en rechts voorzien van een doorgangsopening 8,9 die de slakken toelaat zieh van het ene verdiep naar het andere te verplaatsen, tenzij deze openingen afgesloten worden met langs buiten te bedienen sluitkleppen 11,12, 13 (Fig. 1).
Bovenaan en onderaan draagt elke cel 1 een horizontale stang 18.
Doordat de horizontale stangen 18 van de cel 1 langer zijn dan de breedte van het omgekeerd U-vormig kantelraam 15 (fig. l) kan de batterij slechts over dezelfde 1800 boog gekanteld worden, namelijk in de pijlrichting X langs de kant van de naar buiten uitstekende sluitkleppen 11,12, 13 (fig. 2).
Elke verdieping 2 is ongeveer 15 cm hoog en elke tussenverdieping ongeveer 7, 5 cm hoog.
Elke tussenverdiepplaat 4 is voor-en achteraan voorzien van een steeds openblijvende doorgang 10, zoals afgebeeld in figuur 6.
De batterijen zijn opgebouwd uit waterbestendig en inert materiaal en worden opgehangen aan een roestvrij kader.
De hellende vaste bodem maakt een grondige reiniging mogelijk.
Het reinigen gebeurt door dwars doorheen de getraliede deurtjes 6,7 met een waterstraal de mesten etensresten weg te spuiten. Dit doet men in drie bewegingen : eerst vooraan, dan achteraan en tenslotte opnieuw van voor naar achter. Tussen de
<Desc/Clms Page number 9>
eerste en tweede sproei wacht men om de mest goed te weken. De eerste sproeibeurt mag met een zachte waterstraal gebeuren, de derde sproeibeurt liefst met een krachtige waterstraal.
De deurtjes worden vastgemaakt in de daartoe voorziene scharniergaatjes. Zoals op figuur 2 duidelijk gemaakt werd, opent het voorste deurtje 6 van boven naar beneden en het achterste van onder naar boven. Doordat elke tussenverdiepplaat 4 een centimeter langer is dan de afstand tussen de deurscharniertjes, moet bij het sluiten van de deurtjes hierop een lichte druk uitgeoefend worden zodat, bij het vastmaken van de deurtjes, het sluitsysteem goed klemt en niet uitvalt bij het omkantelen van de batterij. De deurtjes worden enkel aan de voorkant geopend en, vermits het scharnier twee centimeter diep ligt, blijven de deurtjes altijd horizontaal liggen, zodat eventueel de over het deurtje kruipende slakken, bij het openen van de deurtjes, niet naar beneden kunnen vallen.
Doordat de doorgangsopeningen 8,9 tussen de verdiepingen niet onder elkaar gelegen zijn maar met elkaar schranken, kunnen de slakken ter hoogte van deze doorgangen hoogstens van 15 cm hoog naar beneden tuimelen. Polypropyleenplaten waaruit de cellen vervaardigd zijn, zijn relatief zacht zodat de kans van schaalbreuk zeer gering is.
Het voederen van de slakken gebeurt op een snelle en eenvoudige manier, door dwars doorheen elk voorste traliedeurtje 6,7 in elk verdiep, na de reiniging, een aangepaste hoeveelheid slakkenmeel te strooien.
<Desc/Clms Page number 10>
Als traliedeur, gebruikt men bij voorkeur een tralie van gegalvaniseerde draad met maaswijdte van 0, 5 cm. Gegalvaniseerde draad biedt het voordeel dat het voedermeel er gemakkelijk doorgaat en anderzijds belet dat het water op de dunne draden terugslaat.
Elke slakkenbatterij kan ongevormd worden tot kooi voor moederdieren.
Door het wegnemen van de tussenverdiepplaten 4 kan een batterij gemaakt worden met verdiepingen van elk 15 cm dubbel hoogte. In elk verdiep kan men 30 moederdieren onderbrengen. Deze krijgen een maal per week eilegbakjes gedurende 24 uur.
Een maand oude juvenielen van Helix aspersa maxima Müller (Gros gris) hebben een diameter die groter is dan 0, 5 cm. Men plaatst in een verdiep een kweekdoos met 250 à 300 juvenielen en sluit het verdiep met deurtjes uit gegalvaniseerde zeefdraad met maaswijdte van 0, 5 cm. De doorgangen worden met de sluitkleppen 11 afgesloten. De eerste week wordt het voorste en achterste deurtje met een polypropyleenplaat van 15 x 40 cm afgedekt om de vochtigheid binnenin het verdiep te behouden en vooral om de kleinste individuen te beletten om te ontsnappen.
Na enkele dagen verzamelen de juvenielen zieh in het bovenste tussenverdiep en kantelt men de batterij over 180 . Na twee weken worden de sluitkleppen 11 weggenomen (figuur 5) en na kantelen kunnen de infantielen zieh over twee verdiepingen verplaatsen, beide voorzien van deurtjes uit gegalvaniseerde draad met 0, 5 cm mazen.
Als tenslotte de infantielen een diameter bereikt hebben groter dan 1 cm, worden achtereenvolgens de
<Desc/Clms Page number 11>
kleppen 12 en 13 verwijderd zodat de slakken zich doorheen gans de batterij vrij kunnen bewegen. Men vervangt de 0, 5 cm maaswijdte-deurtjes door deurtjes met 1 cm mazen omdat sommige groter wordende slakken gans hun kop en voet doorheen de 0, 5 cm mazen durven wringen en niet meer terugkunnen. Af en toe kantelt men de batterij nog eens over 180 .
De toch nog ontsnappende individuen worden verwijderd : het gaat hier immers om slecht groeiende dwergvormen.
Na drie maand verblijf in de vetmestingsbatterij, zijn de slakken volwassen, op een ouderdom van vier maand. Vermits het ideale gewicht van een slak gelegen is tussen de 12 en 15 g (met schaal), en dit gewicht reeds na twee maand bereikt wordt indien met het ras "Gros gris" wordt gewerkt, worden de batterijen slechts twee maand gebruikt.
Na het leegmaken van de batterij en v66r het opnieuw gebruiken ervan, dient elke batterij grondig ontslijmd en ontsmet te worden.
De snelst groeiende en best gevormde volwassen exemplaren worden overgebracht voor hibernatie naar identieke batterijen à ratio van 40 per tussenverdiep of 80 per afgesloten verdiep. De slakken worden gedurende enkele dagen dagelijks gereinigd en niet gevoederd. Daarna plaatst men de batterij in een droge ruimte waar de temperatuur en de daglengte over
EMI11.1
een periode van vijf dagen gebracht wordt van 20 C naar 8 ä 10 C en van 18 uur licht naar volledige duisternis. Wat vooral belangrijk is, is de lage relatieve vochtigheid (beneden de 50%) van het
<Desc/Clms Page number 12>
lokaal. In plaats van de batterij op te hangen, kan men ze horizontaal leggen, met de deurtjes naar boven en naar onder gericht. Het door de slakken afgescheiden vocht en de mest kan op deze manier beter verwijderd worden.
De uitvinding betreft ook een volautomatisch kweekbedrijf voor consumptieslakken in kantelbare kweekbatterijen (figuur 7). Het omvat een gesloten hangtransportband 16 of ophangbaan met automatische voortbeweging van de hangende kweekcellen. Zoals afgebeeld in figuur 8 telt het bedrijf verschillende werkposten waar volgende behandelingen automatisch worden uitgevoerd : 1. aflezing van het nummer van elke kweekbatterij ;-A ; 2. automatische weging van elke genummerde kweekbat- terij ;-B ; 3. automatische voedering volgens gewicht van de kweekbatterij of gemiddeld gewicht van de slak- ken ;-J ; 4. beregeningssysteem 17 tijdens de nacht ;-M ; 5. visuele controle ;-C ; 6. geleidelijk sterker wordende sproeibeurten ;-E, F,
EMI12.1
G 7. grondige reiniging in reiningscel ;-H ;
8. afvoering van de batterijen met slachtrijpe slakken volgens het hierboven gewicht ;-D ; 9. ontsmetten van geledigde batterijen ;-K ; 10. inbreng van nieuwe batterijen ;-I ; 11. voorbereiding, bewaring, verkoop :-V.